summaryrefslogtreecommitdiff
diff options
context:
space:
mode:
-rw-r--r--.gitattributes4
-rw-r--r--LICENSE.txt11
-rw-r--r--README.md2
-rw-r--r--old/50363-8.txt6298
-rw-r--r--old/50363-8.zipbin126373 -> 0 bytes
-rw-r--r--old/50363-h.zipbin233832 -> 0 bytes
-rw-r--r--old/50363-h/50363-h.htm7773
-rw-r--r--old/50363-h/images/book.pngbin364 -> 0 bytes
-rw-r--r--old/50363-h/images/card.pngbin249 -> 0 bytes
-rw-r--r--old/50363-h/images/external.pngbin172 -> 0 bytes
-rw-r--r--old/50363-h/images/new-cover-tn.jpgbin11859 -> 0 bytes
-rw-r--r--old/50363-h/images/new-cover.jpgbin65929 -> 0 bytes
-rw-r--r--old/50363-h/images/titlepage.pngbin8585 -> 0 bytes
13 files changed, 17 insertions, 14071 deletions
diff --git a/.gitattributes b/.gitattributes
new file mode 100644
index 0000000..d7b82bc
--- /dev/null
+++ b/.gitattributes
@@ -0,0 +1,4 @@
+*.txt text eol=lf
+*.htm text eol=lf
+*.html text eol=lf
+*.md text eol=lf
diff --git a/LICENSE.txt b/LICENSE.txt
new file mode 100644
index 0000000..6312041
--- /dev/null
+++ b/LICENSE.txt
@@ -0,0 +1,11 @@
+This eBook, including all associated images, markup, improvements,
+metadata, and any other content or labor, has been confirmed to be
+in the PUBLIC DOMAIN IN THE UNITED STATES.
+
+Procedures for determining public domain status are described in
+the "Copyright How-To" at https://www.gutenberg.org.
+
+No investigation has been made concerning possible copyrights in
+jurisdictions other than the United States. Anyone seeking to utilize
+this eBook outside of the United States should confirm copyright
+status under the laws that apply to them.
diff --git a/README.md b/README.md
new file mode 100644
index 0000000..27300e0
--- /dev/null
+++ b/README.md
@@ -0,0 +1,2 @@
+Project Gutenberg (https://www.gutenberg.org) public repository for
+eBook #50363 (https://www.gutenberg.org/ebooks/50363)
diff --git a/old/50363-8.txt b/old/50363-8.txt
deleted file mode 100644
index a2bcb64..0000000
--- a/old/50363-8.txt
+++ /dev/null
@@ -1,6298 +0,0 @@
-The Project Gutenberg EBook of Vijftien dagen te Londen, op het einde van
-1815., by Defauconpret Auguste-Jean-Baptiste
-
-This eBook is for the use of anyone anywhere in the United States and most
-other parts of the world at no cost and with almost no restrictions
-whatsoever. You may copy it, give it away or re-use it under the terms of
-the Project Gutenberg License included with this eBook or online at
-www.gutenberg.org. If you are not located in the United States, you'll have
-to check the laws of the country where you are located before using this ebook.
-
-
-
-Title: Vijftien dagen te Londen, op het einde van 1815.
-
-Author: Defauconpret Auguste-Jean-Baptiste
-
-Release Date: November 1, 2015 [EBook #50363]
-
-Language: Dutch
-
-Character set encoding: ISO-8859-1
-
-*** START OF THIS PROJECT GUTENBERG EBOOK VIJFTIEN DAGEN TE LONDEN ***
-
-
-
-
-Produced by Jeroen Hellingman and the Online Distributed
-Proofreading Team at http://www.pgdp.net/ for Project
-Gutenberg in celebration of Distributed Proofreaders' 15th
-Anniversary. (This book was produced from scanned images
-of public domain material from the Google Books project.)
-
-
-
-
-
-
-
-
- VIJFTIEN DAGEN
- TE
- LONDEN,
-
- OP HET EINDE VAN 1815.
-
-
- Naar het Fransch,
-
-
- Te LEEUWARDEN
- Bij J. W. BROUWER.
- MDCCCXVI.
-
-
-
-
-
-
-
-DE VERTALER AAN DEN LEZER.
-
-
-Quinze jours [1] a Londres a la fin de 1815, verscheen, voor
-eenige weinige maanden, te Parijs in het licht, en werd daar met
-graagte ontvangen. De vrolijke schrijftrant van den auteur en
-het, hier en daar ingevlochten, piquante, met opzigt tot eenige,
-voor den Franschman zeker zonderlinge, gewoonten en gebruiken der
-Engelschen, heeft, buiten kijf, tot die grage ontvangst niet weinig
-bijgedragen. Onze natie, die in vele dezer gewoonten en gebruiken
-(niet alle, het boksen vooral niet!) de hare, met eenige meerdere of
-mindere afwijkingen en nuances, vindt en herkent, zal er juist zoo
-vreemd niet van opzien, als een Parijzenaar, die in zijne Capitale
-du monde het non plus ultra van alle menschelijke beschaafdheid en
-gezellige genoegens meent te bezitten. Veel zou er dus, bij wijze van
-aanteekeningen onder of achter den tekst, tegen vele, vrij gewaagde,
-stellingen en verkeerde opvattingen van onzen Schrijver, te zeggen
-en ook te bewijzen zijn geweest; doch de Vertaler heeft, daar hij
-dit werkje voor niets meer, dan voor eene vrolijke lectuur in ledige
-oogenblikken opdischt, en het ook met geen oogmerk schijnt geschreven
-te zijn, om een zedekundig tafereel van Londens inwoners te leveren;
-zich van iedere aanmerking onthouden; terwijl hij geenszins twijfelt,
-of het zal, zoo als het daar is, zijnen landgenooten, bij de lezing,
-een vrolijk uurtje verschaffen. De vertaling althans is voor hem eene
-aangename bezigheid geweest.
-
-Voor eenige, zijns ondanks, ingeslopene drukfeilen (zinstorende
-zullen er, vertrouwt hij, niet in aangetroffen worden) verzoekt hij
-nederig verschooning van hen, die het: wij zijn menschen, en ons
-werk is menschenwerk! niet altijd gedenken: zij, die daaraan steeds
-gedachtig zijn, vergeven ze hem en den letterzetter gereedelijk.
-
-
- B.
-
-Amsterdam October
-
- 1816.
-
-
-
-
-INHOUD.
-
-
- Bladz.
- I. Ik ben te Douvres. 1.
- II. Nog al te Douvres. 15.
- III. Reis naar en aankomst te Londen. 29.
- IV. Het Keizerlijk Hof van St. Petersburg. 41.
- V. De begrafenis. 48.
- VI. Hier houdt men opene tafel. 56.
- VII. Het koffijhuis. 65.
- VIII. De Londensche zondag. 75.
- IX. De brand. 85.
- X. De schellen. 93.
- XI. De schouwburg. 98.
- XII. De straten en huizen. 110.
- XIII. * * * * * * 119.
- XIV. Het Britsche Museum. 126.
- XV. De Engelsche wellevendheid. 134.
- XVI. De speculant. 139.
- XVII. Het Engelsche middagmaal. 145.
- XVIII. De Sherifs. 156.
- XIX. De Vuistvechters. (Boksers.) 162.
- XX. Engelsche zindelijkheid. 176.
- XXI. De wandeling. 186.
- XXII. Korte beschrijving van Londen door eenen
- Italiaanschen schilder. 197.
- XXIII. Goddam. 204.
- XXIV. De Dagbladen. 210.
- XXV. De Spotprenten. 220.
- XXVI. Roovers--Afzetters--Zakkerolders en
- Beurzensnijders. 225.
- XXVII. De Tower. 233.
- XXVIII. Eene onverwachte ontmoeting. 241.
- XXIX. Geschiedenis van eenen Franschen Kunstenaar. 247.
- XXX. Eene tooneelvertooning in de Latijnsche taal. 256.
- XXXI. De Zelfmoord. 264.
- XXXII. Het afscheid. 271.
-
-
-
-
-
-
-
- VIJFTIEN DAGEN
- TE
- LONDEN.
-
-
-I.
-
-IK BEN TE DOUVRES.
-
-
-Onmogelijk, mijnheer! volstrekt onmogelijk! gij kunt morgen niet naar
-Londen vertrekken--
-
---"En waarom niet, met uw verlof, mijnheer?"
-
---"Wel, omdat gij een paspoort moet hebben."
-
---"Mijn hemel, mijnheer! gij hebt daar mijnen pas immers in uwe
-handen! Heb slechts de goedheid te lezen. Wijl gij Fransch spreekt,
-zult gij, als ambtenaar, het toch ook wel kunnen lezen."
-
---"Zeer wel, mijnheer! zeer wel; uw paspoort is in orde, en zonder
-dat zou men u ook geen permis, om aan wal te komen, gegeven hebben."
-
-Geenszins acht ik het overtollig, hierbij aan te stippen, dat de
-paketboot--de overbrengster van mijnen waarden persoon--reeds des
-namiddags ten twee ure de haven was binnen geloopen, dat ik niet
-voor zeven ure des avonds het permis tot ontscheping bekwam, en ik
-dus vijf doodelijk vervelende uren op de paketboot tusschen hoop en
-vrees doorbragt, altijd door eenen tolbediende, welken ik in mijn hart
-met den naam van scheepsverklikker bestempelde, in het oog gehouden
-wordende; maar die mij nogtans de vrijheid vergunde, naar goedvinden
-op het dek heen en weder te wandelen; want de lezer moet niet uit
-het oog verliezen, dat ik mij thans in een vrij land bevond.
-
-"Maar, vervolgde hij, dit is immers een Fransche pas, en om naar
-Londen, of eenige andere plaats in Engeland te kunnen vertrekken, moet
-het alien-office--dat is--het bureau der paspoorten voor vreemdelingen,
-u een paspoort uit Londen toezenden."
-
---"En is er veel tijds noodig, om mij met zulk een paspoort te
-voorzien?"
-
---"Och neen, slechts drie dagen, om te schrijven en antwoord te
-ontvangen.--Dan ter zaak, mijnheer! Waarom komt gij eigenlijk in
-Engeland?"
-
---"Waarom, mijnheer! waarom? Wel, om dezelfde reden, waarom honderd
-andere Franschen in Engeland komen, en welken men waarschijnlijk
-nooit deze vraag gedaan heeft."
-
---"Onverschillig, mijnheer! Een beetje kort af, als het u belieft;
-mijn tijd is kostbaar: geef mij de reden te kennen, ten einde ik
-dezelve kan opschrijven."
-
---"In waarheid, mijnheer! dezelve is juist niet al te duidelijk;
-want ik kom hier geenszins, om hulpmiddelen tegen de spleen te zoeken,
-welke ik nimmer, dan bij naam, kende, doch waaronder ik thans door vijf
-uren wachtens naar een permis, om te mogen aan wal komen, bijna zoude
-bezweken zijn: ook kom ik hier geenszins met oogmerk van bezuiniging;
-wijl men hier, volgens het algemeene zeggen, wel driemaal zoo veel
-moet verteren, als in Frankrijk, en men er zich tevens wel driemaal
-slechter bevindt. De eenvoudige reden van mijne reize is alleen om de
-schoonheden van het beroemde Londen te bewonderen--om mijne luchtige
-Fransche hersenkas met een weinigje Engelsche zwaarmoedige deftigheid,
-het karakter uwer natie, aan te vullen;--om eenige nadere kennis met
-uwe letterkunde, welke mij niet geheel en al vreemd is, te maken;
-en eindelijk om--om--"
-
-Hier werd onze vriend ongeduldig en riep--"genoeg, mijnheer! genoeg:
-ik zie al, wat het is!" Met deze woorden greep hij naar zijne pen,
-welke, tot op dit oogenblik, onbewegelijk achter zijn oor was blijven
-steken, even als een krijgsman naar zijn zwaard; want dit is een
-vast aangenomen gebruik van alle Engelschen, die schrijven kunnen,
-en nu mompelde hij, al schrijvende, tusschen de tanden:--"Reis voor
-vermaak en onderrigting."
-
---"Verder, mijnheer! voegde hij er bij, wien kent gij te Londen?"
-
---"Niemand, mijnheer!"
-
---"Hoe, niemand! riep hij uit, terwijl hij zijne pen weder achter zijn
-oor plaatste: niemand? in dat geval, mijnheer! zult gij wel doen,
-maar weder terstond naar Frankrijk terug te keeren, want men zal u
-geen paspoort toezenden."
-
---"Wat wil dat zeggen?"
-
---"Dat het, om een paspoort te bekomen, hoogst noodzakelijk is,
-dat een geboren Engelschman, die tevens gegoed en geloofwaardig is,
-aan het bureau der paspoorten verklaart, in te staan voor uw zedelijk
-en politiek gedrag, en wiens naam en verklaring ik in mijn rapport
-moet invullen."
-
-Gelukkig herinnerde ik mij in dit oogenblik, dat een lid van de
-Fransche Akademie van Wetenschappen mij eenen aanbevelingsbrief
-had medegegeven voor mylord A...., lid van de Koninklijke Societeit
-te Londen.
-
-"Mijnheer!" zeide ik nu tegen den eeuwigen prater; "schoon ik niemand
-te Londen ken, kent men er mij evenwel, en mijn voornemen is, bij
-mijne aankomst, ten huize van mylord A.... af te stappen."
-
---"Wel, mijnheer! hernam hij, dit is genoeg! mylord A.... is een man
-uit duizenden, alom geacht wegens zijne uitgebreide kunde, en bemind
-wegens zijne heerlijke grondbeginselen: één woord van hem bij het
-alien office is voldoende."--Hier nam hij ten tweede male de pen van
-achter zijn oor en schreef: "speciaal bekend bij mylord A...."
-
-Nu ging het weder aan een vragen. "Denkt gij langen tijd in Engeland
-te blijven?"--
-
---"Zoo lang, als het er mij zal bevallen."
-
---"Maar nog eens, mijnheer! verklaar u: denkt gij er wel drie maanden
-te vertoeven?"--
-
---"Om u de waarheid te zeggen, dat geloof ik niet; de voorrede maakt
-mijne ongerustheid eenigzins gaande omtrent het boek zelve. Doch
-schrijf slechts ten langste drie maanden. Ik zal dan, naar goedvinden,
-mijn verblijf kunnen bekorten: is het niet zoo, mijnheer?"
-
---"Gij zult kunnen vertrekken, wanneer gij wilt. Nog dezen avond zal
-ik uwen Franschen pas naar het alien-office opzenden, en binnen drie
-dagen, namelijk Woensdag, zal het antwoord hier kunnen zijn."
-
---"Thans mijnheer! hoop ik, dat gij mij mijne goederen zult doen
-ter hand stellen. Gelukkiger dan hun meester, hebben zij geen permis
-tot ontscheping noodig gehad, en het zijn reeds meer dan vijf uren,
-dat wij van elkander gescheiden zijn."
-
---"Mijnheer! uwe goederen moeten eerst gevisiteerd worden."
-
---"Niet meer dan billijk, mijnheer! en ik ben zoo vrij, u te verzoeken,
-die visitatie te bespoedigen."
-
---"Onmogelijk, mijnheer! onmogelijk! Het is thans zondag, een dag,
-waarop wij hier nimmer gewoon zijn te werken: gij zult dus tot morgen
-ochtend dienen te wachten."
-
---"Ik mag toch mijne slaapmuts wel uit mijnen reiszak krijgen?"
-
---"Onmogelijk, zeg ik u nogmaals, mijnheer! Er mag volstrekt niets
-geopend worden.--Ik heb de eer, u dienaar te zijn."
-
-De lezer zal reeds opgemerkt hebben, dat dit geheele tooneel aan het
-tolkantoor te Douvres werd afgespeeld. De kommies, die met mijne
-bewaking belast scheen, had mij, zoodra het geoorloofd was, voet
-aan land te zetten, derwaarts gebragt; want dit is de eerste visite,
-welke men, bij het aan wal stappen, verpligt is te doen.--In minder
-dan drie uren tijds, had ik, bij het fraaiste weder, dezen overtogt
-die waarlijk een pleizierreisje te noemen was, van Calais naar Douvres
-gedaan, en geene de minste aandoening van de zoo genaamde zeeziekte
-bespeurd, schoon ik mij voor de eerste maal op dat trouwelooze element
-bevond. Reeds te negen ure des morgens had ik mijn ontbijt te Calais
-genomen: thans was het acht ure des avonds, dus gevoelde zich mijne
-arme maag, na elf uren vastens, door eenen hevigen eetlust besprongen,
-welke door de ongewone zeelucht nog sterker was toegenomen. Ik verzocht
-derhalve een dier nuttige gedienstige wezens, welke men in alle landen
-en plaatsen, met de armen over elkander, werkeloos tegen eenen boom,
-muur of huis leunende, aantreft, mij in het logement, waar de postwagen
-afreed, te brengen. Daar hetzelve niet verder dan eenige voetstappen
-van het tolkantoor was, gaf ik mijnen geleider eenen halven schelling,
-denkende, hem rijkelijk voor zijne moeite te betalen; doch ik leerde
-hier, dat een echte Engelschman zich nooit minder dan voor eenen
-heelen schelling beweegt, en moest dus mijne fooi verdubbelen.
-
-Ligtelijk zal men zich kunnen verbeelden, dat mijne eerste gedachte
-zich tot een goed avondmaal bepaalde: derhalve vroeg ik den knecht
-om de keukenlijst. Mijn hoofd was echter nog geheel vervuld met
-Fransche denkbeelden en begrippen, en het was mij geheel onbekend,
-dat in de Engelsche logementen de lijst der geregten op het puntje
-van des knechts tong hare zitplaats houdt. Intusschen behoefde deze
-zijn geheugen in het geheel niet te pijnigen, om zich die lijst te
-herinneren; want alles, wat hij mij konde opdisschen was brood met
-een koud stuk ossenvleesch, kaas en thee. De thee scheen mij een
-al te luchtig voedsel voor eene maag, razende van honger en dol van
-appetijt. Ik bepaalde mij dus tot het gebruik der drie eerstgenoemde
-artikelen. Nu dischte men ook een stuk koud gebraden ossenvleesch
-op, dat nagenoeg nog een pond of negen of tien zal gehouden hebben;
-schoon ik uit deszelfs omvang en de reeds ontbloote beenderen, het
-facit ligtelijk kon opmaken, dat het reeds dikwijls de eer had gehad
-voor een aanzienlijk getal van mijne voorgangers te compareren. Ook
-plaatste men eene kan bier voor mij op de tafel, benevens een klein
-stuk brood, zoo wit als krijt, hetwelk niet onaangenaam van smaak, maar
-zoodanig hard en uitgedroogd was, dat het wel eenen steen geleek, en
-ik niet verder durfde wagen, mijn gebit er op te oefenen, uit vrees
-van een' mijner tanden er bij in te schieten. Bij dit alles kwam
-nog een zoutvat, eene flesch azijn, en een klein fleschje met peper
-te voorschijn: ja, lieve lezer! een fleschje met peper, dat veel
-overeenkomst had met die houten zoutvaatjes, welke de kostgangers
-in de kollegien te Parijs voormaals meestal bij zich droegen, om
-er gebruik van te maken, wanneer men hen op een eitje uit den dop,
-zonder zout, of op een slaadje zonder olie onthaalde. Ten laatste
-zette men een bord voor mij neder, waar naast men ter regterzijde
-een mes en ter linkerzijde eene vork legde, waarmede men mij naar
-welgevallen met het stuk vleesch liet omspringen. Vruchteloos zat
-ik op een servet te wachten, hetwelk mij echter niet gebragt werd;
-want dit stuk huisraad schijnt geenszins in de Engelsche logementen
-in gebruik te zijn, even min als bij den geringen burger, ja zelfs
-niet eens bij den middelstand. De mond en handen veegt men af aan de
-randen van het tafellaken, en draagt wel ter dege zorg, alle Zondagen
-zonder verzuim een schoon tafellaken te spreiden.
-
-Hier hoor ik mijne lezers, bijzonder hen, die een weinigje
-ongemakkelijk vallen, in drift uitroepen: "Hoe is het mogelijk, zijnen
-mond aan den rand van een tafellaken te kunnen afvegen, hetwelk reeds
-ten zelfde gebruike aan zoo vele andere monden gediend heeft? en
-de Hemel wete, aan welke monden!" Een oogenblik, mijne heeren! een
-oogenblik! Zeker hebt gij wel eens eene kat het middag- of avondmaal
-zien houden? Hebt gij dan, bij die gelegenheid, nimmer opgemerkt, hoe
-zindelijk en met welk eene verbazende vlugheid zulk eene kat, als zij
-hare bekomst heeft, eerst hare tong over de onderste lip laat gaan,
-dezelve vervolgens over de bovenste insgelijks de ronde laat doen,
-en aldus deze kunstbewerking twee of drie malen herhalende, zich van
-het overtollige overblijfsel van haar maal op eene gemakkelijke wijze
-weet te ontlasten? Welnu, mijne vrienden! de goede moeder Natuur heeft
-u immers met een dergelijk servet mildelijk beschonken: schaamt u dan
-geenszins van eene kat of van eenen Engelschman de wijze te leeren,
-om er u met vrucht van te bedienen.
-
-Na het eindigen van mijn soupé, hetwelk mij echter niet lang bezig had
-gehouden, begon mij de zelfverveling te bekruipen: ik dacht dus geen
-betere partij te kunnen nemen, om dezelve te verdrijven, dan om eene
-kamer te vragen en vervolgens te gaan slapen. Het duurde echter ten
-minste nog een goed uur, eer men aan mijn verzoek voldeed. Eindelijk
-kwam eene stevige, frissche meid, van een vrolijk voorkomen, met den
-blaker in de hand, mij zeggen, dat mijn bed gereed was. Ik volgde haar
-langs eenen kleinen smallen trap, zoo als de meeste trappen in Engeland
-zijn, tot zij mij in eene groote kamer bragt, waarvan het geheele
-behangsel bestond in vier wel gewitte muren, en het ameublement uit
-vier ledikanten, allen zonder gordijnen, en uit even zoo veel stoelen.
-
-Oogenblikkelijk schoot mij, bij de beschouwing van dit geheel, de
-gewigtige aanmerking te binnen, dat er nog een allernoodzakelijkst
-en onmisbaar stuk huisraad ontbrak; doch onder de ledikanten ziende,
-ontdekte ik, dat men het niet vergeten had, en dat er juist zoo veel
-nachtspiegels als bedden en stoelen op de kamer aanwezig waren.
-
-Bij het opnemen der meubelen had ik nog eene kruik met water en eene
-handenwaskom, beide in de vensterbank geplaatst, vergeten, en welke ten
-algemeenen gebruike van de bewoners dezer slaapzaal geschikt schenen.
-
-Inmiddels ik mij aldus bezig hield met den boel eens rond te zien,
-trachtte de dikke, bolle meid een praatje met mij te maken; doch,
-ofschoon ik het Engelsch genoegzaam kon spreken, en zij mij redelijk
-wel verstond, kan ik den geëerden lezer of lezeresse op mijn woord van
-eer verzekeren, dat zij hare tong met zoodanig eene vlugheid wist te
-bewegen, of, om mij klaarder uit te drukken, zoodanig rabbelde, dat
-het mij onmogelijk was, den zamenhang harer woorden te bevatten. Ons
-gesprek bestond derhalve, van mijne zijde, uit woorden, en van haren
-kant uit gebaren en teekens.
-
---"Lieve meid, kunt gij mij geene kamer met één bed geven?"
-
---Zij schudde het hoofd; waaruit ik het antwoord--neen!--meende
-te bespeuren.
-
---"Kunt gij mij dan ten minste geene tafel bezorgen? Ik heb iets
-te schrijven."
-
-Hierop trachtte zij met wijzen en wenken mij te beduiden, dat ik
-beneden in het vertrek, waar ik mijn avondmaal gehouden had, kon
-gaan schrijven.
-
---"Inderdaad, ik ben hier zeer slecht gehuisvest!"
-
-Nu nam ze mij bij de hand, bragt mij naar het achterste ledikant,
-vlak tegenover het kleine en zelfs eenigste raam in deze heerlijke
-slaapzaal, hetwelk, bij vollen zonneschijn, slechts een zeer flaauw
-licht scheen te kunnen verspreiden, hief beide hare armen lijnregt
-in de hoogte, en liet dezelve terstond weder zachtjes op het bed
-nederzinken, terwijl zij haar hoofd op het kussen scheen neder te
-leggen, zonder het echter in de daad aan te raken, en kneep haar
-oogen digt, even als of zij sliep.
-
-Ik voor mij kon dit gebarenspel niet al te wel bevatten, en zelfs de
-grootste uitlegkundige zou het, mijns bedunkens, op onderscheidene
-wijzen hebben kunnen verklaren.
-
-Intusschen hield ik mij, als of ik haar volmaakt wel verstond, en, even
-als zij, mij door gebaren trachtende begrijpelijk te maken, vroeg ik
-haar, of--maar wat baat het den lezer, te weten, wat ik vroeg?--Genoeg,
-in plaats van mij te antwoorden, lachte zij als eene bezetene, vloog,
-als een pijl, uit de kamer en liet mij tot gezelschap een eindje kaars,
-dat mij, als het ware, scheen toe te roepen: "Ik brand nog maar een
-kwartier!" Schoon het niet later dan tien ure was, besloot ik echter,
-in 's hemels naam, naar bed te gaan. Een witte zakdoek, welken ik
-gelukkiglijk bij mij had, moest de rol van eene slaapmuts vervullen:
-het bed was redelijk, en ik zoude er volmaakt wel op gerust hebben,
-bijaldien ik niet, tot zesmaal toe, door mijne slaapkameraden ware
-gestoord geworden, die op drie onderscheidene oogenblikken binnen
-kwamen, en op dezelfde wijze ook ieder afzonderlijk weder vertrokken.
-
-
-
-
-
-
-
-II.
-
-NOG AL TE DOUVRES.
-
-
-"Mijnheer Pot-de-Vin," zeide ik, den anderen morgen, zoo haast als
-ik beneden kwam.--
-
-Gij moet weten, geëerde lezer! dat mijnheer Pot-de-Vin meester
-van den huize in het logement is, waar de postwagen van Douvres op
-Londen afrijdt. Hij is een Franschman van geboorte, doch reeds sinds
-vele jaren in deze stad gevestigd, en overigens in doen en laten een
-volmaakte Engelschman, zoo dat men in houding en manieren, ja zelfs
-in het stroeve, ernstige voorkomen tusschen hem en eenen inboorling
-bijna geen onderscheid kan ontdekken.
-
-"Mijnheer Pot-de-Vin," zeide ik dan tegen hem, "ik verzoek u,
-mij een vrije kamer te geven, en vooral eene tafel; ik wenschte
-naar welgevallen te kunnen lezen en schrijven, en bovenal niet van
-zelfverveling te sterven gedurende den tijd, dat het alien-office mij
-veroordeelt te Douvres zijne nadere bevelen af te wachten. Indien u
-dit dus niet mogelijk is, zal ik verpligt zijn, elders mijnen intrek
-te nemen."
-
---"Ik heb slechts één vertrek te missen," zeide hij; "heb de goedheid,
-eens te zien, of het u bevalt."
-
-Een kleine, ongemakkelijke trap, veel gelijkheid hebbende met eenen
-molenladder, en in de keuken opgaande, bragt ons op den zolder en
-vervolgens in de zoo genaamde kamer, welke geen ander licht ontving,
-dan door eene enkele ruit, uitgehouwen in den muur. Ook hier was geen
-ander dan het reeds bekende huisraad, te weten een bed, een stoel en
-een nachtspiegel, welk laatste meubel ik den vorigen avond gevreesd had
-vergeten te zijn. Toen men mij eindelijk, op mijn dringend verzoek,
-eene tafel had doen bezorgen, kon ik niet dan uiterst voorzigtig en
-met alle behoedzaamheid op mijne kamer komen, dewijl men er door de
-volte zich naauwelijks kon omkeeren. Ik bevond er mij echter beter
-naar mijnen zin, dan op de slaapzaal van den vorigen avond, en de
-heer Pot-de-Vin beloofde mij, dat ik er, gedurende mijn verblijf,
-alleen bezitter van zou blijven.
-
-In afwachting van het ontbijt schreef ik aan mylord A...., en zond
-hem den aanbevelingsbrief, mij voor zijne lordschap ter hand gesteld,
-hem verzoekende, zich voor mij bij het alien-office te vervoegen, ten
-einde mij eenen pas, om mijne reize voort te zetten, te doen bezorgen.
-
-Beneden komende werd ik op eene zeer aangename wijze aan de
-ontbijttafel verrast. Ik vond hier drie mijner landslieden en eene
-dame, welke insgelijks hunne paspoorten, ter vervolging hunner reize
-naar Londen, afwachten; en ik vernam tevens van hen, niet zonder
-bezorgdheid voor mij zelven, dat zij zich reeds sinds acht dagen te
-Douvres bevonden, en tot dusverre nog geene de minste tijding van
-wege het alien-office bekomen hadden.
-
-Indien ik mij te midden der onbeschaafdste en woestste horden van
-Hottentotten, in de brandendste zandwoestijnen van Lybië, of op de
-Groenlandsche ijsvelden verdwaald had gevonden, zouden mijne ooren
-nimmer met grooter vermaak de Fransche uitspraak hebben opgevangen,
-dan in dit oogenblik, toen ik deze mijne landgenooten in het prachtige
-logement van mijnheer Pot-de-Vin mogt aantreffen. Welhaast hadden
-wij kennis gemaakt; want het Fransche karakter heeft hiertoe juist
-niet veel tijd noodig, vooral in een vreemd land. Ook scheidden wij
-niet van elkander, zoo lang ik te Douvres bleef, en hun gezelschap
-verminderde merkelijk mijne verveling, welke mijn gedwongen oponthoud
-aldaar mij veroorzaakte.
-
-"Mogt ik eenmaal Minister van buitenlandsche zaken in Frankrijk
-worden," zeide een van hen; "ik verzeker u, ik zou de wet der
-wedervergelding uitoefenen en de Engelschen met gelijke munt
-betalen. Geen hunner zou eenen voet verder dan Parijs mogen zetten,
-zonder eenen behoorlijken borgtogt van een gegoed en geloofwaardig
-Franschman, aldaar woonachtig."
-
-"Dat zou toch een weinigje hard zijn! hernam ik; want tegen eenen
-Franschman, die in Engeland komt, komen wel twintig Engelschen in
-Frankrijk: naar deze berekening zoudt gij dus twintig slagtoffers
-voor één maken."
-
---"Zoudt gij dan niet gelooven, dat het meer dan tijd is, dit
-stroeve, ongastvrije volk te doen gevoelen, dat de Franschen hunne
-eigene waarde weten te schatten, dat zij de pligten van beleefd- en
-welvoegelijkheid, aan vreemde natien verschuldigd, weten te berekenen
-naar die, welke hun aldaar wederkeerig bewezen worden? Ik voor mij
-wenschte, dat ieder Engelschman, die in eene onzer havens aanlandde,
-aldaar quarantaine moest houden, even gelijk de koopmansgoederen,
-welke uit de Levant komen."
-
---"Het is wel te zien, dat gij u te Douvres verveelt. Pas maar op,
-dat de spleen u niet te na kome."
-
---"Maar meent gij dan, dat men zich koelbloedig acht dagen lang in
-deze satansche stad kan zien ophouden, als men bij zich zelven nagaat,
-dat de Engelschen, die in Frankrijk komen, geen het minste beletsel
-ondervinden, dat zij meer voorregt genieten dan de inboorlingen
-zelve, en eindelijk, dat ieder zich beijvert, dit zwartgallige
-menschengeslacht van dienst te zijn. En zou men dit alles zoo maar
-stilzwijgende moeten verduwen? Wat hebben zij bij ons te maken? De
-een komt er uit eene razende modezucht; wijl het tot de vereischten
-van eenen welopgevoeden Engelschman schijnt te behooren, dat hij een
-reisje naar het vaste land gedaan heeft. Een ander komt er uit hoofde
-van bezuiniging; want zich eene maitres uit eene der actrices van de
-Opera of van de Boulevards naar welgevallen verkiezende, en overal,
-zoo in koffijhuizen als in logementen, in een woord, op alle plaatsen,
-waar slechts vermaak en pleizier te scheppen is, den gebraden haan
-spelende, verteren zij nog niet de helft der sommen, welke zij in
-hun waard en dierbaar vaderland, als het ware, te grabbel smijten,
-om onder de zelfverveling en den spleen te verkwijnen. Sommigen
-hunner geven, zoodra zij in hun voortreffelijk land zijn teruggekeerd,
-allerlei ellendige blaauwboekjes in het licht, onder den naam van: Een
-Toertje naar Parijs.--Eene Reize door Frankrijk, of iets dergelijks,
-en trachten, dusdoende, ten koste der waarheid, een volk belagchelijk
-te maken, welks eenigste misdaad is, deze Engelsche snoeshanen al te
-beleefd en te vriendelijk behandeld te hebben. Zie dit werkje slechts
-eens in, hetwelk ik hier gekocht heb, met oogmerk, om mij den tijd
-te verdrijven. Sla slechts op, welk blad gij wilt, het eerste, dat
-u maar voorkomt; en ik ben zeker, gij zult er logen, lastertaal of
-zoutelooze spotternij vinden."
-
-Hier gaf mijn landsman mij het boekje in handen; de titel was: Bezoek
-aan Parijs in 1814, of onderzoek naar den zedelijken, staatkundigen,
-geleerden en gezelligen toestand van de hoofdstad der Franschen, door
-John Scott, uitgever van den Kampvechter, een staat- en letterkundig
-dagblad.
-
-
- "Quid dignum tanto feret hic promissor hiatu?"
-
- "De titel belooft wonderen!"
-
-
-zeide ik bij mij zelven, het boekje gedachtenloos openende, toen mijn
-oog op de volgende regels viel, welke ik ook letterlijk vertaalde.
-
-"De huwelijksche staat geeft in Frankrijk der vrouw eenen zekeren
-kunstmatigen invloed en vermogen. Dezelve verheft haar ver boven al
-hetgene haar geslacht immer zou kunnen wenschen of verwachten; maar
-het is ook ten koste dezer hartelijke overeenstemming, dezer teedere
-en belanglooze liefde, welke het uitsluitend en onderscheidend bewijs
-eener verbindtenis opleveren, op vastere en meer verstandige gronden
-gesloten, dan de zoo even bedoelde.
-
-"Wel is waar, de Fransche vrouw schijnt een aantal voorregten te
-genieten, welke, in den eersten opslag, aanlokkende en behagelijk
-voorkomen, maar die eindelijk uitloopen met haar eene levenswijze
-te doen houden, welke haar door het gevoel van hetgene, wat zij
-zelve aan hare sekse verschuldigd is, hatelijk zou moeten worden,
-indien de mannen slechts de kunst bezaten, haar deze gewaarwordingen
-in te boezemen, en haar voor vermaken en genoegens vatbaar te maken,
-welke haar geenszins onverschillig zouden zijn, zoo zij hare eigene
-waarde gevoelde.
-
-"Het zoo genaamde boudoir, bidkamertje der Fransche vrouwen, is
-uitsluitend de zetel en hoofdplaats van haar gebied, en als het ware
-een eigendom, dat haar-alleen behoort, in één woord, een tempel gewijd
-aan de weelde en de stilzwijgendheid. Tot dit verblijf durft zelfs
-de echtgenoot niet doordringen: ja, al wist hij ook, dat zijne vrouw
-zich in dit heiligdom met haren minnaar had opgesloten, zou hij het
-geenszins durven wagen, deze vrijplaats door zijne verschijning te
-ontheiligen. Wel te verstaan, dat ik hier de lieden van den goeden
-smaak bedoel. Een getrouwd man, die zich anders gedroeg, zou overal
-voor eenen lomperd uitgekreten, en het algemeene doel der verachting en
-bijtendste spotternij van beide de seksen worden. Het boudoir is dan,
-zoo als ik reeds heb opgemerkt, het prachtigste en sierlijkste vertrek
-in het geheele huis. De kinderkamer is bij aanzienlijke lieden in den
-afgelegensten hoek van de woning aan te treffen; daar het boudoir
-der moeder integendeel prijkt met de heerlijkste standbeelden,
-de voortreffelijkste schilderijen, de welriekendste bloemen, en de
-zachtste, tot wellust noodigende sopha's. In één woord, het boudoir
-der Fransche vrouwen is een verblijf, waar Venus zelve met genoegen
-zou kunnen verblijven, en dat bijzonder schijnt ingerigt, om de ziel te
-openen voor gewaarwordingen, welke deze Godin inblaast en begunstigt."
-
-"Zie daar reeds meer dan te veel," zeide ik, en smeet het paskwil op
-de tafel. Ik geloof zeker, dat de oordeelkundige mijnheer Scott niet
-veel verder, dan in de Parijsche antichambres is geweest, en in zijne
-verbeelding onze zalen en boudoirs versierd en gebouwd heeft, even als
-een Spanjaard kasteelen in de lucht bouwt, of zoo als de Abbé Vertot
-ons het verhaal van het beleg van Rhodes heeft opgedischt. Intusschen
-zal mijnheer Scott met al zijne sprookjes mij niet doen vergeten,
-dat het tijd wordt, om mijne goederen van het tolkantoor te halen.
-
-Mijn koffer en reiszak werden geheel en al uitgehaald, en alles
-werd, stukje voor stukje, ten uiterste naauwkeurig gevisiteerd en
-nagezien. Ik had eenige paren, nog weinig gedragene, zijden koussen en
-eenige bijna nieuwe: de komiezen waren op het punt, deze voor goeden
-prijs te verklaren; doch, daar ik hun aantoonde, dat zij reeds ten
-gebruik gediend hadden, ging er dit nog, hoewel niet zonder moeite,
-door: maar nu kwamen er vier ponden versterkende chocolade aan de
-beurt, welke ik uit Parijs had medegenomen. Hierover maakten de heeren
-tolbedienden een geweldig geschreeuw, en alles, wat ik ook mogt zeggen,
-om dezelve te lossen, was vergeefs. Ik bood hun aan, den impost en
-zelfs de volle waarde van de chocolade te betalen; ik voegde er zelfs,
-op eenen eenigzins steekeligen toon bij, dat deze chocolade tot mijn
-bijzonder gebruik vervaardigd, en uit sommige ingredienten zamengesteld
-was, welke voor ieder ander schadelijk zouden kunnen zijn; maar ook
-deze kleine noodlogen baatte mij niets; men behield de chocolade,
-doch beloofde, mij dezelve, bij mijne terugreize naar Frankrijk,
-weder ter hand te zullen stellen. Nu vroeg ik een klein schriftelijk
-bewijs, en het antwoord was: wij zijn niet gewoon, dit te geven.
-
-Om op dit onderwerp niet weer terug te komen, zal ik hier, in het
-voorbijgaan, aanstippen, dat ik meer uit nieuwsgierigheid, dan
-om eenige andere reden, mijne chocolade, bij mijne doorreize naar
-Frankrijk, te Douvres aan het tolkantoor terug vroeg: doch men kon ze
-onmogelijk vinden. Zeker had dezelve geene onsmakelijke afwisseling met
-de thee gemaakt, welke de heeren kommiezen, even als andere Engelschen,
-meestal des morgens in eene ruime mate gebruiken, en de vrees, welke ik
-hun had trachten in te boezemen, wegens de voorgewende zamenstelling
-dezer versterkende chocolade, had dezelve niet kunnen beschermen: ik
-vond mij dus, ten profijte der magen van de Engelsche tolbedienden,
-verstoken van eenen lekkeren en aangenamen drank, dien ik mij zelven
-had toegedacht. Deze trek is zeer geschikt tot een bijvoegsel van de
-geschiedenis der Engelsche tolkantoren.
-
-Den maandag en dingsdag bragt ik door in het bezigtigen van Douvres
-en den omtrek buiten de stad. Ik zou hier voegelijk eene beschrijving
-kunnen geven van de haven, van de straten, van de met allerlei kleuren
-beschilderde huizen, welke veel overeenkomst met een Arlequinspak
-hebben, van de vlakten, heuvels, weilanden en velden, welke de stad
-omgeven, als ook van eenen beek, die zich op eenen kleinen afstand
-rondom de muren kronkelt; maar het schilderen is nimmer mijne zaak
-geweest, en bijaldien de een of ander mijner geachte lezers in dit
-werkje eene schets van schilderachtige gehuchten, wegslepende gezigten,
-of romantische beschrijvingen denkt aan te treffen, kan hij gerust,
-zonder verdere moeite aan te wenden, het boekske ter zijde leggen.
-
-Woensdag morgen kwam de heer Pot-de-Vin mij, met eene zegepralende
-houding, berigten, dat de pas uit Londen was aangekomen. Ik zeg hier
-uitdrukkelijk met eene zegenpralende houding; want met welk een
-genoegen hij ook de reizigers tot zijnent ziet inkeeren, met geen
-minder vermaak, ziet hij dezelve weder vertrekken. Dit zal menigeen
-eenigzins vreemd toeschijnen; dan het zal voldoende zijn, te doen
-opmerken, dat mijnheer Pot-de-vin bij uitstek juist zijne berekening
-weet te maken. Zijn huis is zeer klein, en heeft hij werkelijk het
-plan, van woning te veranderen, om zich voortaan de onaangename
-gewaarwording te besparen, van aan arme reizigers de herbergzaamheid
-te moeten ontzeggen. Ook weet hij door eene langdurige ondervinding,
-dat men voor éénen dag minder acht slaat op de vertering in eene
-herberg, dan wanneer men er, tegen wil en dank, eene geheele week,
-en soms nog langer, moet vertoeven.
-
-Ik kon reeds dienzelfden avond vertrekken, maar, bij verkiezing,
-geen liefhebber van het nachtreizen zijnde, besloot ik, tot donderdag
-morgen te wachten.
-
-Eindelijk verscheen die lang gewenschte morgen, en zie daar al weder
-nieuwe zwarigheid! De postwagen was geheel vol, derhalve deed men mij
-het vriendelijke voorstelletje, in den pakkorf boven op den postwagen,
-bij het aldaar reeds plaats genomen hebbende gezelschap, dat zelden het
-aanzienlijkste gedeelte der reizigers uitmaakt, mijn verblijf te nemen,
-hetgeen mij tevens het voordeel zou verschaffen, van de frissche opene
-lucht en een ruim, vrij gezigt te genieten. Daar de plaatsen op deze
-hoogste en ongedekte verdieping, slechts half geld zijn, wilde men mij
-ook edelmoedig de helft van de reeds vooruit betaalde penningen terug
-geven. Dan ik weigerde volstandig, in eenige onderhandeling te treden,
-en drong er op aan, om mijne bestelde en reeds voluit betaalde plaats
-te bezitten; en hier moet ik, tot lof van de naauwgezetheid, waarmede
-de Engelschen hunne aangegane verbindtenissen vervullen, ronduit
-bekennen, dat er voor mij-alleen terstond een tweede postwagen werd
-aangelegd. Wel is waar, dat dezelve onder weegs aldra voltallig werd;
-doch of de postmeester dit al of niet vooruit hebbe kunnen gissen,
-hierover wil ik mij liefst niet inlaten.
-
-Ik nam dus een hartelijk afscheid van mijne drie landslieden en van
-de dame, welke ik te Douvres had aangetroffen, in de hoop van hen
-spoedig te Londen te zullen ontmoeten; doch drie dagen later ontving
-ik eenen brief, waarin zij mij berigtten, dat zij ongetroost naar
-Frankrijk terug moesten keeren; wijl zij op geenerlei wijze eenen
-pas van het alien-office hadden kunnen bekomen.
-
-Het is waar, zij hadden te Londen geene andere kennissen dan
-Franschen, die zich zeker reeds meer dan twintig of dertig jaren
-aldaar met der woon gevestigd hadden en grooten handel dreven, maar
-welker getuigenissen niet konden opwegen tegen den borgtogt van één'
-eenigen koopman in aardappelen of zwavelstokken, in Engeland geboren,
-en eigenaar van het een of ander vervallen hutje in eene der voorsteden
-van Londen, hetwelk te Parijs, bij verkoop, geen vijftig Louis d'or
-zou opgebragt hebben.
-
-
-
-
-
-
-
-III.
-
-REIS NAAR EN AANKOMST TE LONDEN.
-
-
-Ik bevond mij dan eindelijk op weg naar Londen, en bijna zeker van
-er spoedig te zullen zijn. Terwijl men te Canterburij van paarden
-verwisselde, had ik den tijd, om, met behulp van drie Engelsche
-schellingen, (want in Engeland is het algemeene motto--niets voor
-niets!) had ik den tijd, zeg ik, om de hoofdkerk van deze stad te
-bezigtigen, een trotsch en prachtig gebouw, waarvan ik niets zal
-zeggen; wijl iedereen er reeds van gesproken heeft.
-
-Wij hielden het middagmaal te Rochester, eene kleine stad, wier naam
-dien van den beruchten hertog van Rochester altijd zal doen herinneren;
-en des avonds ten acht ure deden wij onzen intogt in de hoofdstad
-der drie rijken.
-
-De postwagen moest ons afzetten in de herberg de Witte Beer, in
-Piccadilly, waar ook tevens het verhuurkantoor werd gehouden van
-de vaartuigen naar Calais. Ik was dus zeer verwonderd, toen ik den
-voerman op het eerste plein, waar eene menigte huurkoetsen stond,
-zag stil houden, terwijl hij ons tevens verzocht, uit te klimmen. Een
-Engelschman had de vriendelijkheid, mij te onderrigten, dat er in den
-Witten Beer noch wagenhuis noch stalling zijnde, de postwagen in eene
-andere wijk stalde, en het postwezen, op zijne kosten, de reizigers
-met huurkoetsen naar de bestemde plaats deed brengen. Ik liet mij
-dan met mijnen koffer en reiszak in eene dezer koetsen pakken, waar
-ik nog twee Engelschen aantrof, die ook in dezelfde wijk en digt bij
-den Witten Beer moesten wezen. Aldaar gekomen en gevraagd hebbende,
-of men mij konde huisvesten, kreeg ik ten antwoord, dat alle kamers,
-geene uitgezonderd, bezet waren. De koetsier vroeg mij dus, naar welk
-ander logement hij mij zoude brengen; dan daar ik geenszins de eer
-had, van er een eenig in de geheele stad te kennen, zeide ik hem,
-dat hij slechts voor het eerste het beste stil moest houden. Wij
-deden nog twee vergeefsche pogingen, en reeds begon ik te vreezen,
-den eersten nacht van mijne aankomst te Londen in eene huurkoets te
-zullen moeten doorbrengen, toen men mij eindelijk in het Keizerlijk Hof
-van St. Petersburg, in de Douversche straat, of (om met het Engelsche
-gebruik, waaraan ik mij in het vervolg zal houden, in te stemmen)
-in Dover-street eene ledige kamer wilde laten betrekken.
-
-Middelerwijl de bedienden mijnen koffer en reiszak in huis bragten,
-vroeg mij de koetsier om geld. Niettegenstaande ik hem met alle
-mogelijke welsprekendheid trachtte te beduiden, dat de voerman van
-den postwagen hem deze koetsvracht moest betaald hebben, hield hij
-hardnekkig het tegendeel staande; en buiten staat, om te bewijzen,
-welke van de gaauwdieven hier den schelm speelde, moest ik hem vier
-goede Engelsche schellingen geven, welke hij, op de allerbeschaafdste
-en beleefdste wijze der wereld, van mij eischte, voor omtrent drie
-kwartier uurs rijdens.
-
-De vrouw van den huize, eene dikke, vette mokkel, die er wel genoeg
-uitzag, kwam al waggelende, als eene gans, naar mij toe, om te vragen,
-wat er van mijnen dienst was? Met het voornemen, om mij naar de
-Engelsche gewoonten en gebruiken te schikken, vroeg ik om thee. Terwijl
-zij vertrokken was, om die thee voor mij te doen gereed maken, hield
-ik mij bezig met de bezigtiging van het verblijf, hetwelk men mij
-had toegedacht, en waarin ik mij thans geheel alleen bevond. Maar,
-hemel! welk een onderscheid met het uwe, mijn waarde Pot-de-Vin!
-
-Het is waar, bij u had ik zoo ten naastenbij slechts zeven schellingen
-daags verteerd, en in het Keizerlijk Hof van St. Petersburg.... Dan,
-laat ik mijn verhaal niet vooruit loopen. Het voor mij bestemde
-verblijf bestond uit eene voorkamer, eene zaal, het slaapvertrek
-en twee kabinetjes, al de kamers, de kabinetjes niet uitgezonderd,
-waren met fraaije tapijten belegd, stoelen, tafels en al de meubelen
-waren van echt mahonijhout, de schoorsteenen alle met sierlijk
-bewerkte metalen armblakers voorzien, verscheidene schoone spiegels,
-het behangsel in het eene vertrek nog vrolijker en smaakvoller
-dan in het andere, overheerlijke kunstplaten in kostbare lijsten,
-en rondom gordijnen, wit als sneeuw en van het fijnste batist, een
-zacht donsen bed, hetwelk bij voorraad reeds eene aangename rust
-scheen te beloven, in één woord, er ontbrak niets aan dit bevallige
-geheel. Nog naauwelijks had ik al deze heerlijkheden met een vlugtig
-oog beschouwd, of men bragt mij de thee. Twee welgekleede bedienden
-zetten dezelve op een groot en kostbaar theeblad op tafel, en het
-geheele servies bestond uit het fijnste porselein, met vergulde
-randen. De zaal werd verlicht door eenige waskaarsen, op twee fraaije
-koperen vergulde kroonkandelaren, en tevens werd er nog een zilveren
-blaker bij het theegoed gezet, om er mij, bij het naar bed gaan,
-van te kunnen bedienen.
-
-Eene lieve, aardige meid, die er smakelijk genoeg uitzag, en netjes
-en zindelijk gekleed was, kwam het bed opmaken.
-
-Ik bemerkte, dat er twee hoofdkussens waren, en vroeg haar schertsende,
-voor wien het tweede bestemd was: zij antwoordde mij.... niets,
-nam het mede en wenschte mij schalkachtig eene aangename nachtrust.
-
-Niettegenstaande al deze heerlijkheid en luister, kon ik echter
-niet nalaten, met eenige ongerustheid op het einde te denken. Ik
-stelde mij levend voor, dat mijn vertrek uit het Keizerlijk Hof van
-St. Petersburg voorzeker met veel minder aangename omstandigheden,
-dan mijne aankomst, zou gepaard gaan, en daar ik wist, dat men zich
-te Londen zeer gemakkelijk van gemeubeleerde kamers bij de week
-of maand kan voorzien, nam ik bij mij zelven het ernstige besluit,
-om mij reeds den volgenden morgen met zoeken bezig te houden.
-
-Des vrijdags morgens nogmaals mijn kopje thee genuttigd en mij
-vervolgens gekleed hebbende, besloot ik, bij mylord A... een bezoek af
-te leggen, om hem te bedanken voor de aangewende moeite en den spoed,
-waarmede hij mij mijn paspoort had doen toekomen. Ik begaf mij dan
-ten zijnent en klopte eenmaal en zachtjes aan. Na eenen geruimen tijd
-wachtens, opende een bediende de deur: ik vroeg hem zeer bescheiden,
-of zijn heer zich te huis bevond, doch ik begreep zijn antwoord,
-dat vrij beknopt en kort af was, niet wel, en tegelijk sloot hij mij,
-tamelijk onbeleefd, de deur voor den neus.
-
-Ik had nog eenen anderen brief bij mij voor eenen Franschman, die
-reeds sinds vijf en twintig jaren te Londen gezeten was: het opschrift
-luidde in de Mary-le-bone-street.
-
-Ook had ik mij voorzien met eene kaart van de stad Londen; maar
-haar ontbrak eene alphabetische tafel met aanwijzingen, hetwelk de
-Parijsche kaart zoo gemakkelijk maakt, en een ieder oogenblikkelijk
-de straat, welke hij zoekt, kan doen vinden. Na lang zoekens, vond
-ik eindelijk deze straat; zelfs was zij niet ver van mijn logement,
-en digt bij het goude plein, (of liever, om mij van de Engelsche
-benaming te bedienen) Golden-Square. Ik klopte aan het huis, welks
-nommer mij mijn brief opgaf.
-
-De heer C..... was daar echter in het geheel niet bekend; ik kwam
-dus op het denkbeeld, dat er in Londen misschien twee straten van
-denzelfden naam konden wezen; en een hernieuwd zoeken deed mij in de
-daad eene tweede straat van denzelfden naam, bij de Manchester-Square,
-ontdekken.
-
-Dan ook deze gang was nogmaals vergeefsch, even als een volgende,
-welke mij in eene derde straat voerde, insgelijks van denzelfden
-naam, digt bij de Portland-place, en niet, dan in eene vierde, even
-zoo genoemde straat, bij de Fitz-Roy-Square, had ik het geluk, het
-bedoelde nommer te vinden, en mijn avontuurlijk dolen te eindigen.
-
-Het is zeer dienstig voor de vreemdelingen, die Londen willen
-bezoeken, te weten, dat tien, twaalf, ja meer straten somtijds
-denzelfden naam voeren, en dat men haar alleen onderscheid door den
-naam van het naastbij gelegen plein. Indien ik gevraagd hadde naar
-de Mary-le-bone-street, bij Fitz-Roy-Square, zoude ik terstond te
-regt zijn geweest.
-
-Nooit had ik den heer C.... gezien, ook mijn naam was hem onbekend,
-en echter ontving hij mij met eene hartelijkheid, als of ik een
-zijner oudste en beste vrienden was. Hij bood mij terstond aan,
-mij bij mijne wandelingen te verzellen, en al het merkwaardige van
-de stad Londen te doen zien.
-
-"Dit zal spoedig gedaan zijn!" voegde hij er lagchende bij, ten
-gelijken tijde met mij vertrekkende, om mij behulpzaam te zijn in
-het zoeken naar een gemeubeleerd verblijf; en, dank zijner moeite en
-vriendelijkheid! eindelijk vonden wij ook in Portland-street eene
-lieve, kleine en zeer zindelijk gemeubeleerde woning, voor eene
-guinie in de week, bestaande uit eene slaapkamer en een zaaltje,
-welke ik reeds den volgenden morgen zou betrekken.
-
-Ik had mijnen nieuwen vriend de onheusche bejegening en slechte
-ontvangst aan de deur van mylord A... medegedeeld. "Dat is
-onbegrijpelijk!" zeide hij, "ik ken hem niet; maar men houdt hem in
-het algemeen voor een zeer beleefd man, en gevolgelijk moesten zijne
-bedienden ook geene lomperds zijn: komaan, laat ons zamen het bezoek
-eens hervatten."
-
-Bij mylord A... gekomen, klopte hij met herhaalde slagen met zulk
-een geweld op de deur, als of hij dezelve wilde doen springen.
-
-"Waar denkt gij aan, mijn vriend?" zeide ik. "Waarom zoo vreesselijk
-hard te kloppen?"
-
---"En hoe hebt gij dan geklopt?"
-
---"Slechts eenmaal, en wel zeer zachtjes."
-
---"Ha, ha! nu begrijp ik het!" zeide hij, en op hetzelfde oogenblik
-opende de knecht, dien ik te voren reeds gezien had, met de grootste
-haast de deur, en bragt ons zeer vriendelijk in eene kleine kamer in
-den gang, welke bij de Engelschen het spreekvertrek wordt genoemd,
-en waar hij ons, op de beleefdste wijze der wereld, te kennen gaf,
-dat zijn meester zich sinds twee maanden buiten bevond, en niet
-voor het einde van Januarij in de stad zou komen. Het bleek dus
-duidelijk, dat hij geen den minsten stap tot eenen pas, ten mijnen
-behoeve, had kunnen aanwenden. Zijn naam-alleen heeft zonder twijfel
-denzelfden invloed op de kommiezen van het alien-office gehad, als
-het il Bondocani, in den Calif van Bagdad: de reden daarvan was mij
-onbekend, ook zocht ik geenszins dezelve uit te vorschen.
-
-Bij het uitgaan betuigde ik mijnen vriend C... mijne verwondering
-over het verschillend onthaal van den knecht, met dat, hetwelk mij,
-een weinig vroeger, te beurt was gevallen.
-
-"Uwe onkunde van de Engelsche manieren," zeide hij, "is er de
-oorzaak van. Hadt gij, even als ik, aangeklopt, dan zou men u ook op
-dezelfde wijze ontvangen hebben. De trap van achting, den aankomenden
-verschuldigd, meet zich hier af naar de wijze, op welke hij de deur
-behandelt. Een bediende, een boodschapper, een werkman, in één woord,
-ieder ondergeschikt wezen klopt slechts eenmaal aan. Wordt er tweemaal
-geklopt, dan beteekent het, dat er de brievenbestelder is. Eindelijk,
-hoe harder en vaker men klopt, voor des te gewigtiger en aanzienlijker
-wordt het bezoek gehouden.
-
---"Inderdaad, dit is grappig genoeg! doch ik zal deze les wel in het
-geheugen prenten, en ongelukkig de deuren, die onder mijne handen
-vallen, zoo zij niet hecht en sterk zijn!--Maar welk een zonderling
-begrip van mylord A...., het ongunstigste jaargetijde buiten door
-te brengen!"
-
---"Ook al de mode van dit land! Zelden gaat men vroeger naar buiten,
-dan in het begin van September, en men komt niet voor het laatste van
-Januarij terug. Niemand der grooten is thans in de stad. Lieden van
-smaak zouden er zich, zonder blozen, niet durven vertoonen, en zij,
-die zelve geen buitengoed bezitten, noch vrienden, waar zij kunnen
-logeeren, hebben, houden zich met de grootste omzigtigheid schuil, om
-niet gezien te worden, of te doen vermoeden, dat zij in de stad zijn."
-
---"Ziedaar waarlijk nog eene zeldzaamheid! Maar waarom toch maakt
-men van het schoone saizoen geen gebruik, om op het land te wonen?"
-
---"Waarom, waarom? Gij zijt een Franschman, en vraagt mij de reden,
-daar ik u reeds gezegd heb, dat het de mode is! Zouden in Parijs uwe
-saletjonkers en de zoo genaamde elegante vrouwen niet de koddigste
-en belagchelijkste kapsels dragen; indien de mode het slechts
-voorschreef? Bovendien is dit gebruik geenszins zonder eenigen grond
-aangenomen. Vooreerst zijn de Engelschen algemeen hartstogtelijke
-liefhebbers van de jagt, die in September eerst geopend wordt. Ten
-tweede duren de zittingen van het Parlement dikwijls tot in de
-maand Augustus; lieden van eenige beteekenis kunnen de hoofdstad
-niet wel voor derzelver sluiting verlaten, en dezen geven, zoo hier
-als elders, den toon aan het algemeen. Ten derde eindelijk wordt
-het verjaringsfeest der koningin, den achttienden Januarij gevierd:
-op dit tijdstip moet men ten hove verschijnen, en hierdoor wordt
-voornamelijk de terugkomst bepaald."
-
---"Jammer, dat gij geen advokaat zijt! Het is onmogelijk, eene kwade
-zaak beter te bepleiten."
-
---"Dat daar gelaten! welke plannen hebt gij voor heden? Wilt gij
-mijn gast zijn en kennis maken met den kok, bij wien ik gewoonlijk
-ga eten? Ik ben ongetrouwd en eet nooit ten mijnent."
-
---"Hartelijk dank! Ik heb in het Keizerlijk Hof van St. Petersburg mijn
-middagmaal besteld, en wil dus, bij mijnen eersten intogt in Londen,
-den heeren Engelschen geene stof geven, om de Fransche ligtzinnigheid
-te gispen; maar morgen, zoo gij tevreden zijt, ben ik tot uwen dienst,
-en dan zijn wij onscheidbaar."
-
---"Van harte!--Morgen is het voor u verhuisdag, en dat vordert eenigen
-tijd. Ik ben dus te elf ure bij u, en dan zullen wij onze wandeling
-hervatten."
-
---"Derhalve tot morgen!"
-
---"Zonder vaarwel!"
-
-
-
-
-
-
-
-IV.
-
-HET KEIZERLIJK HOF VAN ST. PETERSBURG.
-
-
-Zonder twijfel denkt de lezer, dat, na drie vervelende dagen wachtens
-te Douvres, op mijnen mij van Londen toegezonden pas, mij niets
-meer kon in den weg komen, om stil en gerust in de hoofdstad te
-vertoeven. Dit was ook mijne meening; dan helaas! ik had de rekening
-buiten den waard gemaakt. Men zeide mij, bij het overgeven van dien
-pas, dat hij mij nergens anders toe kon dienen, dan om van Douvres
-naar Londen te vertrekken, en dat ik hem, bij mijne aankomst in de
-hoofdstad, moest gaan verwisselen aan het alien-office tegen een
-permis, om mij in Engeland op te houden.
-
-Na het afscheid nemen van mijnen vriend C..., besloot ik derhalve,
-oogenblikkelijk dezen verdrietigen gang te doen, en begaf mij naar
-het kantoor van het alien-office, in de Crow'n-street, Westminster,
-eene van de kleinste en morsigste straten in geheel Londen. Daar moest
-ik, even als te Douvres, niet alleen weder op nieuw een naauwkeurig
-verhoor ondergaan, maar ook mijne verklaring plegtig onderteekenen. Nu
-meende ik, zou men mij een verlof, om in Engeland te vertoeven, ter
-hand stellen--geenszins! Men behield al mijne papieren en bescheidde
-mij over acht dagen. Om mijne lezers echter niet te doen deelen in
-het verdriet, hetwelk mij al deze formaliteiten veroorzaakten, zal ik
-slechts met korte woorden zeggen, dat, toen ik op den bestemden tijd
-terugkwam, mijne papieren niet meer te vinden waren. Langer dan een
-uur zocht men vruchteloos naar dezelve. Eindelijk ontdekte ik ze op
-den lessenaar van den klerk, aan wien ik ze had ter hand gesteld, en
-waar zij, gedurende al dien tijd, onaangeroerd gelegen hadden. Binnen
-vijf minuten was mijne zaak afgehandeld, hetgeen mij klaar deed zien,
-dat men, bij mijne eerste komst, indien men slechts gewild hadde,
-even hetzelfde zou hebben kunnen doen. Maar ongetwijfeld hechtte
-acht dagen wachtens meer gewigts aan eene gunst, en bovenal aan hem,
-die het werktuig is, om dezelve te doen verkrijgen. Hoe het ook zij,
-mijn permis vergunde mij in het lange en breede, door geheel Engeland
-te trekken, mids ik mij slechts op den achtenswaardigen afstand van
-tien mijlen van de kust en van des konings bosschen verwijderd hield,
-en zorg droeg, telkens, als ik van woonplaats veranderde, mijne opgave
-aan het alien-office te doen.
-
-Middelerwijl men mijne verklaring in orde bragt, kreeg ongelukkig
-een der klerken, die zag, dat ik als kennis van mylord A.... was
-aangegeven, zeker bij toeval, zoo als ik vertrouw, het in zijn hoofd,
-mij duizend vragen naar zijne gezondheid, zijne familie, zijnen
-ouderdom, zijne reizen en honderd andere omstandigheden te doen,
-hetwelk mij in geene geringe verlegenheid bragt.
-
-Meermaals had ik dergelijke tooneelen in komedien gelezen, maar had
-thans geenen lust om dezelve te herhalen. Om derhalve goedschiks weg te
-komen, zeide ik hem, dat ik, nimmer te voren in Londen geweest zijnde,
-mylord niet anders dan door briefwisseling kende, en op deze wijze
-ontsloeg ik mij van zijn pijnigend vragen. Nu kon ik dan eindelijk
-gerust gaan middagmalen, hetgeen mijne maag ook hoog noodig had, in
-welke ik eene sterke prikkeling gevoelde; want het was bijna zes ure.
-
-Dikwijls heb ik vreemdelingen, ja zelfs onze landgenooten hevige
-klagten hooren doen, dat door geheel Frankrijk in de logementen meestal
-de schaar uithangt; dat men er vreesselijk medegenomen, ja zelfs gevild
-wordt: maar mijn hemel! het villen, hoe pijnlijk dan ook, kost slechts
-de huid, doch in het edelmoedige Engeland legt men u op de folterbank,
-en knijpt u met gloeijende tangen het vleesch van het gebeente. Deze
-zelfde wijze van martelen heeft in alle voorname logementen van Londen
-plaats; maar het Keizerlijk Hof van St. Petersburg spant boven allen
-de kroon, en mag niet slechts met drie, maar wel met vijf en twintig
-kruisjes geteekend worden; ja de plunderziekste kastelein van geheel
-Frankrijk (of liever moest ik zeggen, de grootste beurzensnijder)
-kan daar nog met vrucht een lesje nemen.
-
-Bij mijne tehuiskomst kwam een groote, dikke keukenvorst mij
-aankondigen, wat er te eten was: ik had eene ruime keuze, en eischte
-eene moot verschen zalm en een beef-steakes (dit woord is door
-geheel Frankrijk bekend, en moet uitgesproken worden bif-steks). Het
-zou onwelvoegelijk geschenen hebben, in het Keizerlijk Hof van
-St. Petersburg bier over den maaltijd te gebruiken: ik nam dus eene
-halve flesch Port-wijn, waaronder ik mij bezig hield met een stukje
-lekkere Hollandsche kaas te peuzelen.
-
-Ik vraag mijnen waarden lezers vergiffenis, dat ik hen met deze
-beuzelarijen bezig houd, doch mij dunkt, dat dezelve hier niet ten
-onpas komen; want, indien ik ook eene tafel voor twintig personen hadde
-doen aanrigten, zou men mij gevoegelijk niet meer in rekening kunnen
-gebragt hebben. Ook moet ik mijnen lezers hier niet verzwijgen, dat
-ik den volgenden morgen voor mijn vertrek, nogmaals mijn Engelsch
-ontbijt, te weten, mijn kopje thee, nuttigde. Derhalve had ik in
-het Keizerlijk Hof van St. Petersburg, te Londen, in Engeland,
-ééns het middagmaal gehouden, twee nachten geslapen, en driemaal
-een prachtig kopje thee gebruikt. Nu gaf ik te kennen, dat ik dit
-aangename verblijf vaarwel wilde zeggen, en verzocht dus, te weten,
-wat ik verteerd had, of, om mij van den Engelschen term te bedienen,
-ik eischte mij bill. Welnu, mijne lezers! duimpje op! hoe hoog schat
-gij mijne vertering?--Ik had van donderdag avond negen ure, tot
-zaturdag morgen, insgelijks bij klokslag van negen, mijn verblijf
-in het Keizerlijk Hof van St. Petersburg gehouden, hetgeen, wel
-uitgecijferd, juist zes en dertig uren maakt. Nu frisch uit de
-borst! wat raadt gij?--twee dukaten?...--vier dukaten?...--zes
-dukaten?--mis geraden! ver mis!--mijne rekening beliep vijf pond,
-vijf schellingen en zes pences, en derhalve, in goed Fransch geld,
-honderd zes en twintig livres en twaalf stuivers. Nimmer echter zal
-ik ontkennen, dat die rekening een klein meesterstuk was: niets was
-er op vergeten; ik herinner mij zelfs een postje van zes pences,
-of twaalf stuivers Fransch, voor pen en inkt, welke ik gebruikt had,
-om mijnen naam op een visitekaartje te schrijven.
-
-Is het wel noodig, hier nog bij te voegen, dat de knecht, welke mij,
-gedurende mijn verblijf, bediend had, mij, bij mijn vertrek, hartelijk
-vaarwel zeide?--dat de lieve aardige meid, welke donderdag avond een
-mijner kussens had medegenomen, zonder het vrijdags terug te brengen,
-mij, op de eerbiedigste en beleefdste wijze, hare opwachting kwam
-maken? en eindelijk, dat een andere knecht, die eene huurkoets voor
-mijne overvoering naar mijn nieuw verblijf besteld en mijn verhuisboel
-daarin gepakt had, mij het portier opende met eene zekere manier, den
-Engelschen bedienden zoo eigen, dat ik, zonder een woord sprekens,
-zijne meening ten duidelijkste begreep? In één woord, dit afscheid,
-deze eerbewijzen, deze gedienstig- en oplettendheden ontlastten
-mij nogmaals van vijf goede Engelsche schellingen; doch, om der
-waarheid niet te kort te doen, moet ik ronduit verklaren, dat de
-laatste schelling veel minder in dit eerbetoon deelde, dan zijne
-vier medgezellen.
-
-Ziedaar mij dan eindelijk in het rijtuig, dat mij van dit verwenschte
-Keizerlijk Hof verwijderde, terwijl ik bij mij zelven eenen duren eed
-zwoer, om nooit van mijn leven er eenen voet weder in te zetten. Onder
-het rijden (de geleerdheid is toch eene heerlijke zaak!) herinnerde
-ik mij gedurig den wijzen Cato. Telkens, wanneer hij zich in den raad
-te Rome liet hooren, wat dan ook het onderwerp mogte zijn, waarover
-gehandeld werd, sloot hij met deze woorden. "Dit is mijn gevoelen,
-en dat Carthago verdelgd moet worden!"
-
-En zoo zal ik ook, indien immer een mijner landgenooten, naar Londen
-willende gaan, mij onderrigting komt vragen van hetgeen hij daar te
-doen of te laten heeft, hem, met het grootste vermaak der wereld,
-mijne ondervindingen en opmerkingen, welke ik daar gemaakt heb,
-mededeelen; maar ik zal altijd eindigen met de woorden: "ende en
-neemt uwen intrek niet in het Keizerlijk Hof van St. Petersburg!"
-
-
-
-
-
-
-
-V.
-
-DE BEGRAFENIS.
-
-
-Mijn nieuwe vriend, de heer C..., hield getrouw woord: met den klokslag
-van elven was hij reeds bij mij.
-
-"Wat beschouwt gij daar zoo ernstig?" zeide hij, ziende, dat ik mijne
-oogen stijf op het schuifraam gevestigd hield.
-
---"Ziet gij dan niet vlak over mijne vensters," hernam ik, "die
-twee mannen met hunne zwarte tabbaarden, even als onze Fransche
-dorpkosters, die ieder eenen grooten, met zwart laken bekleeden
-stok in de hand hebben, waarvan de knop veel overeenkomst met de
-kolf van een geweer heeft, die de armen gekruist, de oogen stijf op
-den grond gevestigd houden, en die geene de minste beweging maken,
-in één woord, die veel op onze standbeelden in de tuinen gelijken,
-en gevoegelijk tot vogelverschrikkers zouden kunnen gebezigd worden,
-om de vruchtboomen tegen den snoeplust van het gevleugelde volkje te
-beveiligen? Zij staan daar reeds zoo lang, als ik mij hier bevind,
-en schijnen wel aan den grond genageld."
-
-"--Er is een lijk in dat huis, en men gaat het begraven: die twee
-mannen zijn aansprekers of doodbidders."
-
-"--Zullen wij dan deze plegtigheid nog voor ons vertrek kunnen zien?"
-
-"--De staatsie zal juist niet prachtig zijn. Ik heb de overledene
-eenigzins gekend: zij was eene oude vrijster van eene goede familie,
-die slechts zijdelingsche erfgenamen en verre bloedverwanten
-achterlaat, en dezen zullen denkelijk geene groote kosten voor hare
-begrafenis willen maken. De proef op de som, dat zij weinig achting
-voor hare nagedachtenis hebben, blijkt duidelijk daaruit, dat men
-haar nu reeds laat begraven, niettegenstaande het slechts,--ja,
-laat eens zien! slechts acht dagen zijn, dat zij overleden is."
-
-"--En gij zegt slechts? Mijn Hemel! voor zes dagen had men haar al
-onder de aarde moeten bezorgen."
-
-"--Geenszins, lieve vriend! in Engeland begraaft men de dooden niet
-eerder, dan tien, twaalf, ja somtijds vijftien dagen na hun overlijden,
-ten minste nooit vroeger, dan na verloop van eene volle week."
-
-"--Lieve hemel! op zulk eene wijze doet men den dooden eene eer aan
-ten koste van de levenden! De goede God verleene al den inwoners
-van dit huis eenen blakenden welstand, ten minste zoo lang als ik er
-zal blijven wonen!--Buiten twijfel zult gij mij, op mijne aanmerking
-tegen dit barbaarsche gebruik, nogmaals toevoegen: het is de mode?"
-
-"--Juist, en wanneer men dit gezegd heeft, houdt alles op: hiertegen
-is immers niets in te brengen! Echter zoude ik nog kunnen aanmerken,
-dat deze gewoonte haren oorsprong verschuldigd is aan de vrees, om
-niet levend begraven te worden, en dat de overblijvenden meenen, op
-geene betere wijze hunne liefde en verkleefdheid aan den overledene
-te kunnen betoonen, dan door, zoo lang mogelijk, de eeuwige scheiding
-te vertragen."
-
-"--Bravo! Ik zie klaar, dat de Engelsche gebruiken in uwen persoon
-steeds eenen ijverigen verdediger vinden."
-
-"--Neen, geen' verdediger; maar sinds vijf en twintig jaren, dat ik
-dit land bewoon... Doch zie, zie eens! de optogt begint!"
-
-Ten spoedigste hernam ik mijne plaats aan het venster. De twee zwarte
-standbeelden hadden zich eindelijk in beweging gesteld en stonden nu
-naast elkander, om den optogt te openen. Een derde, even eens gekleed
-en uitgedost, had op zijn hoofd eene soort van beschuitmandje,
-eenigzins langwerpig, ten naastenbij drie voet lang en achttien
-duim breed, geheel met zwart laken bekleed, en met twaalf witte
-rozen versierd, ter eere van den maagdelijken staat der overledene,
-welken zij, sinds vijf en zeventig jaren, ongeschonden (incredibile
-dictu!) bewaard had.--Bij deze gelegenheid kwamen mij de witte
-pluimen, waarmede men de muilezels in Spanje optooit, onwillekeurig
-voor den geest.--In dit zonderlinge kostuum plaatste de manddrager
-zich achter de twee standbeelden, en bleef, even als zij, beweegloos,
-tot dat het geheele geleide in behoorlijke orde was gerangschikt.
-
-Nu droeg men de doodkist naar buiten: zij was met geen doodkleed
-behangen, zonder twijfel, dewijl men derzelver fraaiheid door de
-geheele buurt wilde doen bewonderen. Ook scheen zij mij zeer hecht en
-sterk, en veel langer en breeder, dan onze doodkisten, hetgeen ook
-ligtelijk te begrijpen is, wanneer men weet, zoo als ik naderhand
-vernomen heb, dat de lijken in Engeland geenszins, als bij ons,
-stijf in een laken, het doodlaken genaamd, gewikkeld, maar los en
-vrij in de kist gelegd worden, waar men hun eene soort van kussen
-onder het hoofd plaatst, ten einde gemakkelijk en ongehinderd te
-rusten. De kist was geheel zwart, sterk gevernist en rondom met kleine
-spijkertjes met vergulde knopjes beslagen, zoo ten naastenbij als onze
-nieuwerwetsche stoelen: ook waren de wapens van de oude vrijster,
-die van eene adelijke familie was, keurig geschilderd en verguld,
-er niet op vergeten. Nu bedekte men de kist met een zwart fluweelen
-doodkleed, met witte franjes, en zij werd opgenomen door vier dragers,
-die eenigzins anders gemanteld waren, dan de drie vorigen; ook scheen
-de kleur dier mantels in vorige tijden tot de zwarte behoord te hebben,
-doch thans was het, zonder twijfel door het tijdverloop van eenige
-jaren, moeijelijk te bepalen, of zij onder de roode of grijze moest
-gerangschikt worden. Om dus, vrij van alle dwaling, met zekerheid
-te werk te gaan, daar ik met opzet niemand, zelfs niet eens eenen
-Engelschen rouwmantel, wil beleedigen, bestempelde ik ze bij mij
-zelven met den naam van--vaal.
-
-Vervolgens de bloedverwanten of vrienden der overledene de monstering
-doende passeren; telde ik achtien stuks, in diepen rouw en met groote
-neerhangende hoeden, of zoogenaamde huilebalken, twee en twee de
-doodbaar volgende, en allen, zoo mannen als vrouwen, in een zwart
-hulsel gewikkeld van het zelfde maaksel, als de domino's, waarmede
-men in Frankrijk op de gemaskerde bals verschijnt. Ook hadden allen
-wit leeren handschoenen aan, en waren van groote zakdoeken voorzien,
-waarmede zij, van tijd tot tijd, aan hunne oogen wreven, om de tranen
-af te droogen, die voornemens mogten zijn, huns ondanks, los te breken.
-
-"Ik wenschte, dit schouwspel wel ten einde te zien;" zeide ik tegen
-mijnen vriend. "Kunnen wij den trein niet volgen?"
-
-"O ja, waarom niet!" gaf hij mij ten antwoord; "kom aan, laat ons
-dan vertrekken!"
-
-Met deze woorden begaven wij ons op weg en volgden den optogt tot
-aan de kerk. De predikant deed een zielroerend gebed, vervolgens nam
-men het lijk weder op en droeg het, door den geheelen trein gevolgd,
-grafwaarts, waar nogmaals veel treffender en langer voor de zalig
-ontslapene moest gebeden worden. Ook dezen gang wilde ik mede doen;
-doch wij werden door eene vreesselijke regenbui overvallen, welke
-echter den trein geenszins verhinderde, zijnen marsch te vervolgen,
-en dat wel met ongedekten hoofde, hetgeen hier eene conditio sine qua
-non is. Wat ons betrof, die niet gehouden waren, deze plegtigheid ten
-einde toe bij te wonen, wij troffen, bij geluk, eene huurkoets aan,
-waarin wij onze schuilplaats namen.
-
-Onder weg verhaalde mij mijn vriend, dat men, na het begraven van het
-lijk, in dezelfde orde naar het huis van de overledene terugkeert,
-alwaar het testament, zoo er namelijk een bestaat, dadelijk moet
-voorgelezen worden, en dat eindelijk de geheele historie met eenen
-smakelijken maaltijd wordt besloten, waarvan somwijlen eenigen der
-bloedverwanten, door wijn en bier bedwelmd, voor dood naar huis
-worden gebragt, doch gemeenlijk den anderen morgen zeer welvarende
-(eene geringe hoofdpijn uitgezonderd) ontwaken.
-
-Verder zeide mij de heer C..., dat, wanneer er eene prachtige
-uitvaart plaats heeft, de kist in eene, met zes paarden bespannen,
-koets grafwaarts wordt gevoerd, en dat alle tot de plegtigheid
-genoodigde personen in dat geval hunne koetsen zenden, zoo dat men,
-bij de begrafenis van eene voorname personaadje, dikwijls eenen trein
-van twintig of dertig ledige koetsen kan aantreffen.
-
-Den volgenden morgen zag ik aan het huis van mijne overledene
-buurvrijster onder de vensters dat gedeelte, hetwelk zij bewoond
-had, het wapenschild op eenen zwarten grond gespijkerd, met het
-opschrift: Resurgam!--Ik zal weder opstaan!--Zulk een schild wordt
-niet weggenomen, voor dat de volle rouw geeindigd is.
-
-Dit gebruik neemt men hier zeer zorgvuldig in acht met betrekking tot
-al degenen, die wapens voeren; en daar het opschrift naar welgevallen
-kan verkozen worden, vindt men bij de lijkbezorgers steeds eenen
-ruimen voorraad van deze spreuken, waaruit men zijne gading kan zoeken,
-even als uit de staalkaart van eenen lakenkooper, welke de kleermaker
-medebrengt, als hij de maat van een nieuw kleed komt nemen.
-
-
-
-
-
-
-
-VI.
-
-HIER HOUDT MEN OPENE TAFEL!
-
-
-Wij stapten uit de koets ter plaatse, waar mijn vriend C... gewoonlijk
-zijne graage maag onthaalde, en deze maagversterkende woning werd
-in de Engelsche taal Chop-house genoemd. Maar, hoe nu dit woord in
-onze taal over te brengen?--Zal ik zeggen, wij stapten af bij den
-kok?--Neen; deze uitdrukking is te grootsch, en voldoet geenszins
-aan het bedoelde.--Zal ik dan het woord herberg bezigen? Neen; deze
-beduiding is wederom te gering: ook is het in den eigenlijken zin
-geene herberg; dewijl men er wel kan eten, maar geen nachtverblijf
-houden. Willen wij het gaarkeuken noemen?--ja, dit heeft er wel zoo
-iets van, maar het is zoo gaarkeukenachtig, en bevalt mij ook niet
-ten volle.--Hier dunkt mij, den driftig gebakerden lezer te hooren
-uitroepen: noem het, zoo als gij wilt, en vervolg slechts! Geduld,
-lieve vrienden; geduld! ik zal trachten, u genoegen te geven, en mij
-door eene kleine omschrijving uit deze verlegenheid te redden. Ik
-neem dus de vrijheid, om een uithangbord voor het, ter voeding en
-verkwikking geschikte, huis op te hangen, met de volgende, voor ieder
-eerlijk christenmensch verstaanbare, woorden:--Hier houdt men opene
-tafel!--Ha! Nu geloof ik, zijn wij er zoo ten naasten bij, en indien
-dit opschrift den geëerden lezer al geen volledig denkbeeld kunne
-geven, dan kan ik hem echter, op mijn geweten, verzekeren, dat het
-ten minste het best geschikte middel is, hetwelk onze taal oplevert,
-om de ware bedoeling van Chop-house te bevatten.
-
-In verscheidene kamers staan gedekte tafels met de noodige stoelen,
-van des middags te drie tot des avonds te zeven ure voor den gaanden
-en komenden man gereed. Zoodra men gezeten is, komt de knecht u
-de keukenceel van dien dag aanbieden. De hoofdschotels zijn altijd
-gebraden ossen-, schapen-, kalfs- en varkensvleesch, somwijlen ook
-hetzelfde vleesch op eene andere wijze gereed gemaakt, bij voorbeeld,
-een, stuk gekookt ossen- of schapenvleesch, eene warme kalfs- of
-schildpadpastei (maar waarom toch bestempelt men in Engeland, zoo
-wel als in Frankrijk, een geregt met den naam van Schildpadpastei,
-waar mogelijk nimmer een greintje vleesch van dit tweeslachtige dier
-in gevonden wordt?) Somtijds werd mij ook een stuk van een gebraden
-hart, coeur roti, voorgediend, doch nooit heb ik harts genoeg gehad,
-om er van te proeven. In het algemeen is al het gebradene, dat in
-Engeland wordt opgedischt, zeer goed, vrij malsch en sappig, en het
-is dus bezijden de waarheid, dat het vleesch half gaar wordt gegeten:
-in tegendeel heb ik het dikwijls eerder te veel dan te weinig gebrade
-bevonden. Maar zoo gij immer in Engeland mogt komen, mijne waarde
-landgenooten, waagt uwe tong en u verhemelte dan vooral niet aan
-de ragouts; ik herhaal het ernstig, wacht u voor de ragouts! De
-bekende vergiftiger Mignot, van wien Boileau spreekt, zou hier,
-als een uitstekend kunstenaar, den grootsten opgang hebben kunnen
-maken, en zijnen naam tot aan de wolken verheffen. De eenige smaak,
-welken men in deze Engelsche ragouts kan ontdekken, is de peper,
-waarmede zoo ruimschoots wordt omgesprongen, dat, niettegenstaande
-dezelve altijd met eene tamelijke portie water vergezeld is, nogtans
-en tong en mond in lichtelaaije vlam schijnen te staan. Daar men in
-Engeland altijd groenten bij het vleesch gebruikt, kan men zich, naar
-verkiezing, van aardappelen, wortelen, rapen, kool, erwten of spinazie
-bedienen, namelijk zoodanig, als moeder natuur ze heeft voortgebragt,
-(dat is te zeggen) ongestoofd en enkel in water gekookt.
-
-Vervolgens worden, overeenkomstig het saizoen, pruimen-, appelen-,
-peren- en rozijnentaarten, als ook verschillende soorten van puddings
-opgedist. Deze laatste benaming geeft men aan alle tusschengeregten,
-welke uit gebak bestaan, bij voorbeeld, onze rijsttaarten noemt
-men hier rijstpuddings. Hunne plumb-pudding, onder anderen, is een
-welgesuikerd gebak, vol met rozijnen, waarvan de Engelschen veel werk
-maken, schoon het een zeer middelmatig geregt is. Deze plumb-pudding
-wordt warm gegeten, sommigen doen er boter bij, anderen brandewijn,
-en anderen wederom nuttigen dezelve met peper en mosterd.
-
-Men heeft hier tweederlei brood, het eene heet Engelsch en het
-andere Fransch, het laatste is ook inderdaad een weinigje minder
-hard en bruin, dan het eerste. Meer dan eens heb ik opgemerkt,
-dat de Engelschen, niettegenstaande hunne nationale trotschheid en
-vooringenomenheid, altijd de voorkeur aan het vreemde brood gaven,
-en dat hun oog even zoo geoefend in het onderscheiden, als hunne
-hand vaardig in het grijpen was, wanneer er nog slechts twee of drie
-stukken in den broodkorf lagen.
-
-In deze Chop-houses mogen geene wijnen noch sterke dranken verkocht
-worden: men kan er derhalve niets anders dan klaar water bekomen,
-en daar den tafelhouders verboden is, het water op prijs te stellen,
-hebben zij de edelmoedigheid, het voor niet te geven. Maar daarentegen
-houdt de eene of andere tappersjongen uit de buurt, vlak bij de deur
-van de eetzaal post, en van dezen kan men bier krijgen zoo veel,
-en van welke soort men verlangt, mids boter bij den visch, hetgeen
-ook zeer goed is; want door het gewoel en de drukte zou de verkooper
-er zeer ligt eenige pences bij kunnen inschieten, welke hij voor het
-aan hem uitgereikte bier zijnen meester zou moeten vergoeden.
-
-Ja, heeren Franschen! bier, van welke soort gij verlangt! Gij zijt
-trotsch op uwe wijnen van Bourdeaux, Bourgogne en Champagne; maar
-de Engelschen kunnen drie voorname bieren opnoemen. 1o. Klein bier,
-hetgeen zij, bij verkiezing, tafelbier noemen, omdat het woordje
-klein juist niet welluidend genoeg klinkt in de ooren van lieden,
-die voor het groote geboren zijn. Ook is dit bier de gewone drank
-van het gemeen, en kost niet meer dan vier Fransche stuivers het
-pintje. 2o. De ale, die voor negentien stuivers verkocht wordt, en
-inderdaad zeer goed en smakelijk en oneindig beter, dan onze beste
-Fransche bieren, is. 3o. De porter, die tusschen beiden staat, en
-waarvoor men zes stuivers bij het pint betaalt. Deze-alleen kan op
-den duur bewaard worden, en op flesschen of kruikjes getapt, wordt
-hij hoe langer hoe beter, en, naar mate van zijnen ouderdom, des
-te duurder verkocht. Eindelijk worden deze onderscheidene soorten
-van bieren nogmaals in bijzondere klassen en onder verschillende
-benamingen gerangschikt, even als wij Bourgogne-wijn van Pomard,
-Beaune en van Clos-Vougeot hebben.
-
-Voor het overige doen de Engelschen zelden voorraad van bier op: zelfs
-in de voornaamste huizen wordt dagelijks uit de eene of andere herberg
-zoo veel gebragt, als men rekent, dien dag te zullen gebruiken. Den
-geheelen dag door ziet men de tappersjongens de stad op en neer draven,
-om kannen bier aan de huizen rond te brengen. Zij geven aldus het volle
-pint over en nemen het ledige van den vorigen dag mede. Ook hebben zij
-gewoonlijk eenen lederen riem als eenen bandelier over den schouder
-en de borst hangen, en zijn derhalve van voren en van achteren, zoo
-wel op den buik als op den rug, rondom met ledige pintjes, als met
-eenen krans, behangen, zoo dat men hen, dus uitgedost, veilig voor
-den Engelschen Bacchus kan houden.
-
-Zoodanig is het onthaal, dat men in Engeland, ten huize der
-opentafelhouders, geniet. Ook vindt men er somwijlen gebraden
-of gekookten visch, maar altijd zeer zeker lamscarbonnaden en
-beef-steaks. Dit laatste artikel vindt men echter merkelijk tot zijn
-voordeel veranderd, zoodra men de zee weder overgestoken is en voet aan
-land heeft gezet; want de beaf-steaks in Frankrijk smaakt mij oneindig
-beter, dan al, die ik ooit in Engeland heb gebruikt. Het is dus een van
-die waarlijk zeldzame gevallen, waar de kopij het origineel overtreft.
-
-Maar ik vergeet den gewigtigsten schotel, het oogelijn en den hartelust
-der Fransche maag, de zoo onontbeerlijke soep. Hiermede dan zullen
-wij dit vreetzame en eetlustwekkende hoofdstuk, in plaats van dat
-wij er mede hadden moeten beginnen, eindigen. Echter raad ik mijnen
-Franschen soepminnenden medebroeders, die immer te Londen mogten komen,
-dezelve, wat het proeven betreft, maar blaauw blaauw te laten blijven,
-even als ik met de beschrijving ben te werk gegaan.
-
-De soep is geenszins in dit land, even als in Frankrijk, het eerste
-en voornaamste vereischte van het middagmaal; meestal wordt zij
-niet eenmaal voorgezet. Nogtans heeft men soepen van onderscheidene
-soorten, van welke alle ik geproefd heb. Hunne soupe au jus heeft de
-meeste overeenkomst met de onze. Het is eene soort van vleeschnat,
-waarin men, naar goedvinden, eenige stukken geroosterd brood doet;
-doch het smaakt niet half zoo lekker en aangenaam, als onze Fransche
-bouillon; ja, het is veeleer eene wrange saus, waarin men niets anders
-dan peper kan proeven, en (de goedhartige lezer vergeve mij dezen
-kunstterm!) welke eenen muffen en Limburgschen kaasachtigen smaak
-oplevert. Nog hebben zij eene magere soep (in de volle beteekenis
-van dat woord,) welke zij de eer aandoen van erwtensoep te noemen:
-deze heeft ten minste den walgelijken smaak van de vorige niet, doch
-is overigens, op den man af afgesproken, niets anders dan erwten met
-lang nat. Hunne hoendersoep is uit twee bestanddeelen zamengesteld,
-te weten, uit eenige, meestal niet regt gaar gekookte brokken van
-eenen ouden haan of hen, en het water, waarin deze gekookt zijn. Men
-moet dus al eenen zeer bijzonderen smaak hebben, om ze goed te kunnen
-vinden. Eindelijk heeft men nog eene warmoessoep, welke uit eenige
-groenten en gekapt vleesch wordt toebereid, dat in eenen oceaan van
-gepeperd water met mosterd en zout zwemt.
-
-In Londen zijn ook eenige Fransche tafelhouders, maar hunne keuken
-verschilt vrij wat van die onzer Veri's en Beauvilliers. Het eenige
-onderscheid tusschen hen en de Engelsche koks is, dat de eerstgemelden,
-op eene waarlijk zeer beleefde wijze, uwen zak van eenige schellingen
-meer weten te ontlasten.
-
-
-
-
-
-
-
-VII.
-
-HET KOFFIJHUIS.
-
-
-"Willen wij een kop koffij gaan drinken?" vroeg mijn vriend C...,
-toen wij getafeld hadden en de deur uitgingen.
-
---"Ik houd dit juist voor geene vaste gewoonte, maar het zal mij
-pleizier doen, de Engelsche koffijhuizen eens op te nemen."
-
---"Wij behoeven niet lang te zoeken; want men kan naauwelijks eenen
-voet verzetten, zonder er een aan te treffen, en ik geloof, dat de
-koffijhuizen, herbergen, logementen, gaarkeukens en kroegen hier wel
-een vierde van den platten grond beslaan. Maar wij zullen ons thans
-eens naar het voornaamste, meest bezochtste koffijhuis begeven. Wat
-gij er u ook van moogt verbeelden, uwe verwachting zult gij nog altijd
-overtroffen zien."
-
---"Daar gij reeds sinds vijf en twintig jaren uit Parijs zijt,
-kunt gij u geen denkbeeld vormen van den tegenwoordigen luister,
-levendigheid en pracht van onze koffijhuizen. Ik zal mij dus, zonder
-twijfel, ten hoogste verwonderen, indien gij er mij een kunt laten
-zien, dat fraaijer, sierlijker en woeliger is, dan de onzen."
-
---"Op mijn woord! gij zult verwonderd staan."
-
-En ik was het waarlijk, en wel in den hoogsten graad, toen mijn vriend
-mij in eene groote kamer gelijkvloers bragt, waar mijn neus terstond
-vergast werd op den reuk van eene aanzienelijke menigte brandende
-bladen van de Herba Nicotiana, alias tabak, welke mij juist niet de
-alleraangenaamste gewaarwording veroorzaakte. Ook konden mijne oogen
-geenszins op het vrolijke gezigt roemen; want, voor zoo verre ik door
-de wolken van damp en rook kon gluren, zag ik in het lange, tegen
-den muur, achttien of twintig tafels geplaatst, waarop eenige koppen,
-glazen en bierpinten stonden, allen even vuil en bewalmd: trouwens,
-het was zaturdag. Maar mijne ooren hadden daarentegen gene reden,
-om zich te beklagen; want het was zoo stil, dat men eene vlieg met de
-vleugels zou hebben kunnen hooren klappen. Ieder hield zich namelijk
-zeer ernstig bezig met het oogmerk, hetwelk hem herwaarts had gevoerd;
-en het woord--jongen! dat, van tijd tot tijd, door den een' of ander',
-die iets wilde hebben, geroepen werd, was bijna het eenigste geluid,
-dat zich in dit verblijf der stilzwijgendheid deed hooren. Wat der
-tong betreft, hierover zullen wij nader spreken.
-
-Intusschen moet gij u geenszins verbeelden, waarde lezer! hier een
-aardig bekje van een meisje in een fraai en welgeschikt kantoortje
-te zien zitten, een meisje, dat zich gedurig bezig houdt met u met
-hare poezelige en malsche handjes een kop koffij in te schenken,
-een glas limonade of iets dergelijks gereed te maken. O neen, niets
-van dit alles! Beurtelings komt een morsige jongen of knecht, of eene
-slordige meid in dit aardsche paradijs te voorschijn, om de klanten te
-bedienen en het geld te ontvangen. Ook hadden beiden de handen vol. Al
-de tafels waren bezet, eene eenige uitgezonderd, waarvan wij ons
-terstond meester maakten. Middelerwijl de jongen onze koffij zettede,
-liet ik mijne oogen de monstering doen over het gezelschap, waarvan
-wij thans de eer hadden leden te zijn. Aan mijne linker hand zat een
-man van middelbare jaren, wettig houder en eigenaar van enen buik,
-wiens omvang..... Basta! in een der vorige hoofdstukken heb ik mijnen
-lezers reeds gezegd, dat ik geen liefhebber van beschrijven ben--wiens
-omvang--ik dus in statu quo zal laten. Het mondje van mijnen buurman
-raakte, bij de opening, ter wederzijde met de hoeken van de beide
-lippen, bijna tot aan zijne oorlapjes, en door deze opening wierp hij,
-slag op slag, in den afgrond van zijne keel groote brokken vleesch en
-aardappelen, zoo ten naastenbij als in de pakhuizen der Hollandsche
-kooplieden de Edammer roodkorstjes geschoten worden. Mijn buurtje ter
-regterzijde was nog een jong man, deftig in het zwart gekleed, doch
-wiens rok, zeker luchtigheidshalve, geheel van de wol was ontbloot,
-zoo dat men op denzelven gemakkelijk de draden kon tellen: ook kon men
-geenszins zeggen, dat zijn gezigt in het kruis was; want, bij mijne
-vlugtige beschouwing, rekende ik twee lengten op eene breedte: hij
-was namelijk vrij lang, maar zoo dun en mager, dat men hem gemakkelijk
-achter eene kagchelpijp zou hebben kunnen verbergen; in één woord, men
-zou hem, bij verzinning, voor een aangekleed cadaver hebben gehouden,
-zoo de beenderen van zijn gezigt en handen niet waren bedekt geweest
-met eene soort van vale loodkleurige huid. Ook had hij geen ander
-onderhoud, dan met zijn pint bier van twee pences, uit hetwelk hij,
-van tijd tot tijd, zeer spaarzaam een teugje nuttigde. Ja, lezer! hij
-dronk uit zijn pintje; verwonder u daarover niet! De meeste Engelschen,
-en niet alleen de geringe volksklasse, maar zelfs de aanzienlijken
-drinken op deze wijze. En hebben zij wel ongelijk? Men behoeft
-dan immers niet te vreezen, de glazen te breken, en heeft niemand
-noodig, om ze te spoelen. Vlak over mij zaten drie jonge lieden met
-eene groote kom punch in hun midden. Ik kon nogtans geene de minste
-levendigheid of vrolijkheid, deze getrouwe gespelen der jeugd, bij
-hen bespeuren. Zij bleven integendeel ernstig, koel en afgetrokken,
-zonder een enkel woord te spreken, en hadden het voorkomen van te
-zeggen of ten minste te denken: "laat ons drinken! wat kunnen wij
-beter doen?"--Naast hen aan de eene zijde zat een groot man met een
-gevlamd en gekarbonkeld gelaat, wiens oogen zich, van tijd tot tijd,
-schenen te willen sluiten, en die zich beurtelings bezig hield met
-herhaalde ladingen snuif in zijne wijde neusgaten te stoppen, en
-zijne keel met een glaasje port-wijn te bevochtigen, terwijl hij
-telkens, als hij inschonk, de flesch tegen de kaars hield, om te
-zien, op welke hoogte zij zich bevond, vol angst en vrees van den
-ledigen bodem al te spoedig te zullen ontdekken. Aan den anderen
-kant zat een man, in eenen overrok, met een pakje voor zich op tafel,
-die ik zeker vooronderstelde dat hier eene bijeenkomst bepaald had;
-wijl hij zoo zorgvuldig ieder oogenblik op zijn horologie zag, en die
-in zijn thee, waarin hij juist zoo veel melk schonk, als noodig was,
-om ze even van kleur te doen veranderen, gedurig een stuk brood met
-eene hand dik boter besmeerd sopte, welke door de aantrekkingskracht
-der warmte van de thee, daarin opgelost, derzelver geheele oppervlakte
-met eene zoo vette korst bedekte, dat het een lust was, om te zien.
-
-Drie anderen, met blaauwe buisjes en lange broeken van dezelfde
-kleur, naar het uiterlijke voorkomen, matrozen, zaten achter in
-de koffijkamer: het waren voornamelijk zij, die met de pijp in den
-mond zich belastten, met het vertrek te parfumeren. Ieder had een
-glas gin (jenever) voor zich op tafel; en zoodra dat glas ledig was,
-werd de knecht gefloten, ten teeken, dat hij eenen nieuwen voorraad
-moest bezorgen.
-
-Naast dezen zat een ander man, wiens overschot van een brood en
-een half geledigd pintje aankondigde, dat hij ten halven maaltijd
-was. Inderdaad, naauwelijks hadden wij plaats genomen, of de
-knecht zettede eene plumb-pudding voor hem neder, die nog warm
-scheen; de goede vriend was zoodanig verdiept in het lezen van de
-Morning-Chronicle, dat hij de aankomst van het geliefde geregt nog
-niet gemerkt had, toen wij het koffijhuis weder verlieten.
-
-Een man, met een niet gunstig voorkomen, zat alleen aan eene andere
-tafel: hij gebruikte niets, maar zijne oogen vestigden zich afwisselend
-op al de tafels, en twee lange ooren, welke Midas zelven niet zouden
-ontluisterd hebben, schenen zich te spitsen, om des te beter ieder
-woord, dat gesproken werd, te hooren. Ik hield hem voor een' dier
-eerlijke lieden, welke men in alle landen aantreft, en wier beroep
-is, aan de deuren te luisteren, door de vensters en ramen te zien, en
-hunne ooren tegen de sleutelgaten te plaatsen, en die, den ganschen dag
-niets gehoord noch gezien hebbende, zich des avonds nogtans door een
-fraaij verhaal verdienstelijk zoeken te maken, wanneer zij, bij gebrek
-van te kunnen kwaadspreken, uit al hun vermogen beginnen te liegen.
-
-Juist wilde ik de monstering over de andere tafels vervolgen, toen
-ons de bestelde koffij werd gebragt. Men is, helaas! al te genegen,
-zijne naasten te vergeten, wanneer het er op aankomt, aan zich zelven
-te denken. Een rijkelijk gevulde suikerpot, twee kopjes, een zeer
-klein melkkannetje, slechts half vol, en eene vervaarlijke koffijkan,
-die in Frankrijk voor acht liefhebbers voldoende zou geweest zijn, was
-de stoffering van het blaadje, dat men voor ons nederzettede. Hier valt
-mij de spreuk van eenen zekeren lekkertand te binnen, dat de koffij,
-om goed te zijn, drie bijzondere eigenschappen moet bezitten, te weten,
-klaar, sterk en heet. Terstond ontwaarde ik, bij het inschenken, dat
-deze troebel en laauw was, en mijne neusgaten zochten vergeefs den
-lekkeren geur op te snuiven, welken de wasem der echte mokka-bonen
-hun aanbiedt, en waarvan ten minste eenig spoor ook in de slechtste
-koffij gevonden wordt. Ik zettede dus bevende het kopje aan den mond,
-om deszelfs inhoud te proeven; maar lieve hemel! het geleek wel een
-apothekersdrankje, een smaak als rhabarber, waaraan men met moeite
-eenige koffijlucht zou ontdekt hebben, zoo men er te voren niet van
-onderrigt ware geweest.
-
---"Hier heeft zeker een misverstand plaats?" zeide ik tegen mijnen
-vriend C...
-
---"In het geheel niet: de koffij, die hier gedronken wordt, is nooit
-anders; zelfs in geheel Engeland zult gij geene andere vinden: alleen,
-bij toeval, mogelijk wel een weinigje heeter.--Zult gij niet nog een
-kopje drinken?"
-
---"Ik zal het waarachtig wel laten! ik pas zelfs voor dit.--Maar kan
-men hier ook een glas likeur krijgen, om dezen leelijken smaak af
-te spoelen?"
-
---"Zonder twijfel. Wilt gij rum, gin, brandij of whiskeij?"
-
---"Een oogenblikje, als het u belieft: de twee eerste ken ik, maar
-wat zijn de twee laatste?"
-
---"Brandij is Fransche brandewijn; Whiskeij wordt hier voor eene
-soort van brandewijn gehouden uit haver gestookt, en voornamelijk in
-Schotland gefabriceerd."
-
---"Maar is er niets anders, dat wat lekkerder is, te krijgen?"
-
---"Ha, ha! Ik zie al, wat gij hebben moet: iets zoets, niet waar? Hei
-daar, jongen, twee glazen grog!"
-
---"Grog! zie daar eene benaming, welke mij niet veel goeds doet
-verwachten.--Maar wat is dan nu eigenlijk grog?"
-
---"Ik zal het u zeggen, zoodra gij het geproefd hebt."
-
-Nu bragt men de twee glazen grog: eerst proefde ik er zeer behoedzaam
-van, en dronk vervolgens mijn glas met smaak ledig; want deze drank
-kwam mij zeer aangenaam voor. Mijn vriend zeide mij nu, dat het een
-mengsel was van rum, water en suiker, en ten gevalle van dezen grog
-vergat ik de slechte koffij, welke men mij had doen drinken.
-
-
-
-
-
-
-
-VIII.
-
-DE LONDENSCHE ZONDAG.
-
-
-"Wat is er toch dezen nacht in Londen gebeurd?" zeide ik den volgenden
-morgen tegen mijnen vriend C..., met wien ik afgesproken had, hem
-ten zijnent te komen afhalen.
-
---"Wat er gebeurd is? Wel hetgeen er alle nachten gebeurt, denk
-ik.--De watchmen, (nachtwachts) die de eenige Politie te Londen is,
-hebben zeer naauwkeurig, om het half uur, de ronde gedaan en zich
-doen hooren.--Zij zullen een twintig stuks dronkaards voor dood van
-de straat hebben opgeraapt en te huis gebragt: eenige jonge losbollen
-zullen door de meisjes van pleizier of door zakkenrolders zich de
-beurs of het horologie hebben laten ligten: de een of ander zal zich
-veelligt in het bed den hals afgesneden, zich op zolder verhangen, of
-zich in de Theems verdronken hebben: de aangekomene reizigers zullen,
-even als gij, hunne welkomst te Londen in een onzer voornaamste
-logementen betaald hebben, en eindelijk...."
-
---"En eindelijk, en eindelijk--naar dit alles vraag ik u niet. Londen
-heeft dezen morgen het voorkomen van eene verlatene of uitgestorvene
-stad; men ziet niemand op de straat, en deuren en vensters zijn
-gesloten: het schijnt mij toe, als of ik mij in het paleis van
-Morpheus, den god des slaaps, bevind; en indien ik de bierdragers
-en melkboeren niet, volgens gewoonte, huis aan huis had zien gaan,
-zou ik zeker in den waan zijn, dat de geheele bevolking van Londen
-dezen nacht verhuisd was."
-
---"Gij weet dan niet, dat het heden Zondag is?"
-
---"Ik heb er waarlijk niet aan gedacht, doch thans verwonder ik mij
-nog veel meer over deze sombere en doodsche stilte. Is deze dag dan
-niet, even als bij ons, een feestdag voor het volk, en bijzonder
-voor de werkzame klasse of ambachtslieden, om van den arbeid en
-vermoeijenissen der afgeloopene week uit te rusten en zich door
-gepaste vermaken te verpoozen?"
-
---"Maar ontdoe u toch in 's hemels naam van uwe Fransche begrippen,
-en denk, dat gij in Engeland zijt. Meent gij, dat men hier juist
-den zondag afwacht, om het vermaak te hebben van zich in het een of
-ander kroegje buiten de stad te gaan bedrinken? Men geniet hier bijna
-dagelijks dit genoegen, zonder door gezelschap of eene vrolijke luim
-daartoe verleid te worden. De ambachtsman, die geld op zak heeft,
-drinkt zich hier geheel alleen, deftig en op zijn gemak, onder een
-pijpje, eenen duchtigen roes, en hij behoeft niets van het vrolijke
-der Franschen in hunne bijeenkomsten, wanneer zij zich des zondags
-buiten op het land met dans en spel vermaken. Eenige pinten biers,
-eenige glazen gin zijn hem meer waardig dan alle vreugden, die
-Frankrijk kan opleveren."
-
---"Maar eindelijk, wat doet men toch zondags te Londen?"
-
---"Men gaat ter kerke, men leest in huis den bijbel, en bij goed weer
-wandelt men.--Willen wij eens in eene kerk gaan? Gij kunt dan zien,
-hoe vol het daar is."
-
---"Zeer gaarne."
-
---"Maar ik waarschouw u vooraf, dat wij tot het einde toe moeten
-blijven; want gingen wij vroeger heen, dan zouden wij der geheele
-vergadering eene groote ergernis geven. Daarenboven zult gij eenige
-onzer predikanten hooren, en over hunne gaven kunnen oordelen."
-
---"Zeer bezwaarlijk zal ik over hen kunnen beslissen; want ik ben
-niet eigen genoeg met de Engelsche taal, om te durven hopen, de
-geheele preek te kunnen verstaan: doch hoe het ook zij, ik ben tot
-uwen dienst."
-
-Nu kwamen wij aan twee kerken te vergeefs; want wij konden er niet
-binnen komen. Zij waren namelijk dermate opgepropt, dat het volk
-op de trappen, ja zelfs op de straat stond. Eindelijk konden wij
-in eene derde, alhoewel niet zonder eenige moeite, een plaatsje
-vinden. Ik beken, dat ik verwonderd, ja zelfs met eene soort van
-heiligen eerbied doordrongen was, toen ik de orde, de plegtige
-stilte en de verhevene aandacht, die onder deze menigte heerschten,
-met oplettendheid beschouwde. De dienst was reeds begonnen, toen wij
-in de kerk kwamen, en wij veroorzaakten, door ons te plaatsen, eene
-kleine beweging. Niemand echter scheen ons op te merken, en noch de
-harten noch de oogen der hoorderen verlieten hunne bezigheid, om zich
-met ons te bemoeijen. Men zag daar geenszins, als in sommige andere
-landen, jonge lieden door de kerk wandelen, om hunne kennissen op
-te sporen, noch vrouwen, welker oogen hare tong vervingen, en die,
-door lonken, met hare vrienden eene zeer verstaanbare taal spraken;
-veel minder nog dat slag van lieden, die met elkander in de kerk de
-pleizierpartijtjes beramen, welke zij, bij het uitgaan, denken te
-nemen. De aandacht, aan den godsdienst verschuldigd, werd hier niet
-ieder oogenblik afgebroken, dan eens door eene stoelenzetster, die
-om betaling vraagt, dan weder door twee of drie collectanten, die met
-hunne zakjes voor de armen, en bijzonder voor het onderhoud van kerk
-en predikant, door de kerk ronddwalen, en allerminst door eenen of
-anderen kerkdienaar, die gewijd brood ronddeelt, hetwelk de kinderen
-elkander met geweld trachten te ontnemen, en dus der algemeene aandacht
-storenis toebrengen. Geen voorwerp, hoe genaamd, hindert u, en ieder
-schijnt zich geheel alleen met den dienst van dien God bezig te houden,
-in wiens tempel hij zich bevindt. Het scheen nogtans, dat de getrouwe,
-in deze heilige plaats vergaderde, geloovigen gepredestineerd waren,
-om dezen dag eene onwillekeurige verstrooijing te ondergaan.
-
-Een lompe Engelschman, zoo lang als hij breed was, met eene ronde
-ongepoeijerde krulpruik en eenen vervaarlijk grooten driekanten hoed,
-trad, vergezeld van twee vrouwen, te gelijk met ons in de kerk. Volgens
-het gebruik nam hij, bij het inkomen, den hoed af; doch het zij de
-pruik te wijd voor zijn hoofd, of de hoed te naauw voor de pruik was,
-ten minste de pruik wilde hardnekkig den hoed blijven vergezellen,
-en mijn goede Engelschman liet door de gevolgen der volgzucht van de
-noodlottige pruik een ronden kop te voorschijn komen, op welks platten
-grond ook het meest vergrootende glas niet in staat zou geweest zijn,
-een enkel haartje te ontdekken. Weinige personen echter bemerkten
-dit ongeval; wijl de lijder met eene vaardigheid, waartoe ik hem,
-van wege zijn lomp uiterlijk voorkomen, nimmer bekwaam zou geacht
-hebben, de pruik weder had opgeraapt en zijne vorige stelling doen
-hernemen. Doch deze knaphandigheid was oorzaak van eene nog grootere
-ramp. In zijne overhaasting had hij de ongelukkige pruik het achterste
-voren opgezet, en zich in dezen opschik in eene bank, naast de onze,
-geplaatst hebbende, leverde hij het koddigste figuur op, dat men zich
-immer kan verbeelden. Ik voor mij ten minste had de grootste moeite,
-om mijne lachspieren te bedwingen, en oordeelde de spreuk hier zeer
-toepasselijk: risum teneatis amici!
-
-Natuurlijk moest deze nootlottige, in eene verkeerde rigting
-geplaatste pruik de aandacht van de geheele vergadering tot zich
-trekken. De oude matronen rimpelden hare wenkbraauwen op, de jonge
-kleuters beten zich op de lippen, de bejaarde mannen glimlachten,
-en de jonge lieden fluisterden elkander in het oor; in een woord,
-aller oogen waren op hem gevestigd, en de predikant zelf scheen,
-daar de ongelukkige pruikdrager vlak over den preekstoel zat, en dus
-juist onder zijn gezigt viel, in twijfel, of hij het pas aangevangen
-sermoen zou vervolgen of afbreken. Eindelijk waarschouwde hem eene der
-vrouwen, die hem vergezelde, zeer liefderijk wegens zijne misvatting,
-en toen nam hij, zonder zich eenigzins te ontstellen, met eene deftige
-houding nogmaals de ergerniswekkende pruik van het hoofd, hield dezelve
-op zijnen linker vuist, beschouwde haar zeer bedaard, om niet weder
-in den vorigen misslag te vervallen; en nadat hij dezelve vervolgens
-in de juiste rigting, welke eener fatsoenlijke pruik betaamt, op den,
-van haar ontblooten, levenden kapstok geplaatst had, nam de geheele
-ergernis en opschudding een einde, en de predikant vervolgde zijne
-begonnen taak. De predikatie duurde bijna een uur, maar kwam mij
-veel langer voor, dewijl ik slechts hier en daar eenige zinsneden
-kon verstaan. De redenaar had de uitgeschrevene preek in zijne hand,
-en scheen veel meer te lezen, dan te preken, hetgeen mij voorkwam
-minder indruk op de toehoorders te maken, dewijl het bloote lezen
-nimmer der gemoederen die gewaarwording kan inboezemen, welke eene,
-met kracht gehoudene, redevoering kan te weeg brengen.
-
-"Om op éénen dag mijn oordeel over de Engelsche welsprekendheid en
-wijze van opzeggen te kunnen vellen;" zeide ik tegen mijnen vriend bij
-het uitgaan van de kerk; "wil ik dezen avond nog naar den schouwburg
-gaan."
-
---"Naar den schouwburg? Zondags wordt er nooit gespeeld. Ik heb
-het u immers reeds gezegd; de geheele Londensche zondag bestaat in
-deze twee woorden: kerk en bijbel! uitgezonderd echter de aangename
-verstrooijing, welke eenige in eenzaamheid genotene pinten biers
-den gretigen drinker kunnen verschaffen.--De kinderen zelve mogen
-van daag niet spelen, en gij zult er heden geen een op straat zien
-knikkeren of tollen, of buiten eenen vlieger oplaten."
-
---"Dan zal ik mijnen avond besteden met aan mevrouw B * * * een bezoek
-te geven. Ik heb haar eenen brief te overhandigen van haren zoon,
-die zich te Parijs bevindt."
-
---"Zoo als gij wilt; maar dit is immers regt op zijn Fransch!"
-
---"Hoe, wat meent gij?"
-
---"In het algemeen legt men hier nimmer des avonds bezoeken af, ten
-minste, zoo men niet verzocht is, of verwacht wordt; of het moest
-al bij zeer goede vrienden zijn. Maar op eenen zondagavond--dit zou
-nog tienmaal erger wezen. Ieder blijft ten zijnent, in den schoot
-van zijn gezin en in die bekoorlijke werkeloosheid--in dat dolce
-far niente, hetwelk het grootste geluk aan eenen anderen nabuur van
-het Fransche rijk oplevert. Slechts in eenige huizen, welke meer op
-goeden smaak, dan op orde en geregeldheid mogen roemen, waagt men het,
-op zondagavond gezelschap te ontvangen, en dan nog bepaalt zich het
-geheele vermaak van dien avond in een weinig muzijk. Eindelijk, om u te
-bewijzen, met welk eene gestrengheid men hier den zondag eert, zal ik
-u eenvoudig zeggen, dat zelfs de bakkers hunne werkzaamheden moeten
-staken. Indien gij derhalve een liefhebber van versch brood zijt,
-zult gij u van daag met geduld tot het vasten dienen voor te bereiden."
-
---"Laat ons gaan, mijne partij is gekozen, ik zal mij in huis
-opsluiten, en, om dezen avond stichtelijk te vieren, hem doorbrengen
-met eenige brieven naar Parijs te schrijven."
-
---"Wilt gij heden avond het Vondelingshuis met mij gaan bezoeken? Gij
-zult daar eenen uitstekenden predikant aantreffen."
-
---"Hartelijk dank! De beste zaken der wereld verliezen hare waarde,
-als men er te veel gebruik van maakt."
-
-
-
-
-
-
-
-IX.
-
-DE BRAND.
-
-
-"Brand! Brand! Brand!" was de verschrikkelijke noodkreet, die mij
-des zondags nachts, omstreeks twaalf ure, uit het bed dreef, waar
-ik mij kort te voren had in gevleid. In de grootste haast trok ik
-mijnen nachtrok aan, en vloog naar mijne voorkamer, die op straat
-uitzag. Terstond opende ik een venster, en zag de vlammen uit
-de schuiframen slaan van het naast belendende huis. Reeds was de
-eigenaar van het huis aan onze andere zijde, alhoewel minder van den
-brand hebbende te vreezen, dan wij, druk bezig met zijn huisraad en
-goederen te bergen: ik kon dus geenszins de gerustheid begrijpen,
-welke in dat huis heerschte, waarvan ik een gedeelte bewoonde. Die
-goede menschen slapen, dacht ik, of zij kennen het versje niet:
-
-
- Tunc tua res agitur, paries cum proximus ardet.
-
- Wanneer het huis uws buurmans brandt,
- Dan is uw' schade voor de hand.
-
-
-Dezer spreuk getrouw, begon ik alarm te blazen, en deed de twee
-schellen, welke mijne kamers versierden, de een na de ander, hare
-ware bestemming gevoelen.
-
-Welhaast kwam mijne gastvrouw (eene goede sloof, die alle dagen mijn
-bed maakte, zonder er immer, mijnenwege, de waarde voor te ontvangen)
-op het hevige geschel aangevlogen, en vroeg zeer bedaard, "wat belieft
-u, mijnheer?"
-
---"Wat mij belieft? u waarschouwen voor het gevaar, dat wij
-loopen. Ziet gij dan niet, dat het huis hier naast in brand staat?"
-
---"o Ja! wij weten het: mijn man en ik waren nog niet te bed, ik kwam
-er u juist van verwittigen en u tevens raden, uw goed in uwen koffer te
-pakken; want ligtelijk zou de brand tot dit huis kunnen overslaan. Ja,
-somtijds kunnen er wel twee, drie, vier huizen verbranden, eer men
-de vlam kan blusschen."
-
---"Maar hoe kunt gij zoo bedaard en gerust zijn?" zeide ik tegen haar,
-terwijl ik mijn goedje bij elkander zocht; "en waarom maakt gij zelve
-geen gebruik van den raad, dien gij mij gegeven hebt?"
-
---"O! wij hebben niets te vreezen; ons huis is geassureerd: onder
-uw venster kunt het teeken zien, dat zulks aanduidt. Ik kan er dus
-niets bij verliezen, ook is het reeds zeer oud; en brandt het al af,
-welnu, het zal mij, tot eenen penning toe, vergoed worden."
-
---"Zeer wel, wat het huis betreft; maar uwe meubelen?"
-
---"Zijn ook geassureerd; ik heb dus in het minste niet te
-vreezen. Slechts heb ik een klein pakje linnengoed klaar gemaakt,
-waarmede wij ons, in den uitersten nood, kunnen redden."
-
---"Assureert men hier te Londen dan alles?"
-
---"O ja, zelfs het leven. Gij kunt u voor zestig, zeventig of tachtig
-jaren doen assureren: komt gij voor den bij de assurantie bepaalden
-tijd te sterven, dan betaalt men het verschuldigde, volgens akkoord,
-aan uwe erfgenamen."
-
---"Allerliefst! Dan zullen de vrouwen ook zonder twijfel assurantie
-kunnen nemen op dezelfde gezondheid, dezelfde liefde en dezelfde
-toegevendheid van hare mannen, welke de eerste huwelijksmaand, bij
-u de honigmaand genoemd, in het algemeen kenschetsen?"
-
---"De assuradeurs hebben deze onderneming nog niet durven wagen:
-zij zouden al te veel gevaar loopen."
-
---"Alles hangt af van den prijs, waarvoor men overeenkomt. Betaalt
-men de assuranties hier nog al hoog?"
-
---"O neen! Men geeft nog niet eens ten volle een half ten honderd."
-
-Gedurende dit onderhoud had ik, met deze goede vrouw, mijnen koffer
-en reiszak gepakt: met de grootste bedaard- en koelbloedigheid had
-zij mij in deze bezigheid geholpen. Daar ik nu tamelijk gerust kon
-zijn, begaf ik mij aan het raam, en zag nog maar eene brandspuit;
-doch op hetzelfde oogenblik kwam er eene tweede.
-
-"De twee eersten," zeide zij, "komen altijd spoedig; want de voorste
-krijgt eene premie van dertig en de volgende eene van twintig
-schellingen."
-
-Intusschen kwamen kort daarna nog verscheidene andere spuiten. Zij
-konden overvloedig en zeer gemakkelijk water pompen; want door al de
-straten der stad loopen buizen of pijpen, ter aanvoering van hetzelve;
-en voor eene guinie jaarlijks, heeft de eigenaar in zijn huis eene
-kraan, welke hem ten vollen van water voorziet. De gansche stad
-langs ziet men steenen, waarin een gat geboord is, in hetwelk men,
-met den daartoe geschikten sleutel eene kraan omdraaijende, het water
-ten naastenbij zes duim hoog kan doen springen. Des zomers bedient
-men er zich van, om de straten te bevochtigen, en des winters, om ze
-schoon te maken, en, ingeval van brand, voor de spuiten.
-
-"Het komt mij intusschen voor," zeide ik, "dat de spuitgasten meer
-pogingen aanwenden, om de belendende huizen te beveiligen, dan om
-het vuur van het in brand staande te blusschen."
-
---"Natuurlijk!" antwoordde mijne waardin; "het is ook schier
-onmogelijk, een huis te redden, dat eenmaal heeft vuur gevat; dewijl
-de brand meestal te ver gevorderd is, eer men hulp kan toebrengen. Ook
-zijn onze meeste muren slechts twee steenen dik, en de voornaamste
-bouwstof der huizen bestaat uit houtwerk."
-
---"Zoo! En is er dikwijls brand te Londen?"
-
---"Door elkander geslagen rekent men, dat er iederen dag een huis
-afbrandt."
-
---"Maar op dezer wijze moeten de brandassuradeurs zich in den grond
-boren."
-
---"In het geheel niet. Zij worden rijk, en in plaats, dat de brand
-hun nadeel doet, vermeerdert hij hun fortuin."
-
---"Dit is eene wonderspreuk, die ik niet versta, en die mij moeijelijk
-te bewijzen schijnt."
-
---"Ik zal het u begrijpelijk maken. De vrees en de menigvuldige
-voorbeelden vermeerderen dagelijks het getal dergenen, welke hunne
-huizen doen verzekeren. Ik wed, dat gij morgen vroeg al de eigenaars
-van huizen in deze straat, die deze voorzorg nog niet genomen hebben,
-met drift naar het assurantiekantoor zult zien loopen, en ik verzeker
-u, dat onze buurman, dien gij daar zoo druk ziet dragen en slepen,
-in dat geval de laatste niet zal zijn."
-
-Op dit oogenblik stortte het dak van het brandende huis in, en de
-vlam scheen hare woede te verdubbelen.
-
-"Hemel, als er slechts niemand van het huisgezin is omgekomen!" riep
-ik uit.
-
-"Neen!" zeide zij. "Ziet gij daar in die straat, vlak tegenover den
-brand, dien man niet in den bruinen overrok, met de armen over elkander
-tegen den muur leunen? Deze is de eigenaar: zijne vrouw, meid en drie
-kinderen zijn bij hem; en zij waren de eenige bewoners van het huis."
-
---"Ik kan dus de moeite wel sparen van u te vragen, of het huis
-geassureerd was: hunne geruste houding en bedaardheid zijn er mij borg
-voor. Deze man brengt mij intusschen eenen ouden wijsgeer te binnen,
-die, zijn huis ziende branden, zich koelbloedig met de grootste
-tegenwoordigheid van geest aan den brandenden afval warmde; dewijl,
-zoo als hij zich uitdrukte, dit het laatste nut was, dat hij er van
-kon trekken."
-
-Toen eindelijk de spuitgasten verklaarden, dat zij het vuur meester
-waren, dat het gevaar voorbij was, en zij tevens voor de naburige
-huizen instonden, keerde mijne goede vrouw naar hare slaapkamer
-terug. Wat mij betrof, daar ik in hare zorgeloosheid niet konde
-deelen, bleef ik nog tot drie uren op, en ging niet te bed, voor
-dat ik mij door het vertrek der spuiten ten volle verzekerd hield,
-dat er volstrekt geen gevaar meer te duchten was.
-
---"Het is, ja, eene schoone zaak, zulke brand-assurantien; dacht
-ik bij mij zelve, toen ik mij weder te bed begaf; doch zij kunnen
-tevens veel aanleiding tot ongelukken geven, door de eigenaars der
-aldus verzekerde huizen al te zorgeloos te maken, en hen de noodige
-behoedzaamheid tegen de gevolgen van het vuur te doen verzuimen. Ja,
-zou zelfs de een of andere deugeniet zijn huis, zijne koopwaren en
-zijnen inboedel niet ver boven de waarde kunnen doen assureren, en
-vervolgens zelf den brand er in steken, om dus, op de schandelijkste
-wijze, een onregtvaardig voordeel te bejagen?"
-
-Deze aanmerking deelde ik, den anderen morgen, mijner gastvrouw mede,
-en zij gaf mij ten antwoord, dat eensdeels op deze misdaad de dood
-stond, ja, dat er voor achtien maanden nog een zeker persoon, die
-zich hieraan schuldig had gemaakt, was opgehangen; en ten andere,
-dat de brand-societeit, alvorens assurantie te geven, huis, goederen
-en inboedel deed waarderen, en het regt had, om telkens, wanneer het
-haar goed dacht, deze schatting te doen herhalen.
-
-Dit antwoord voldeed mij slechts ten halve; want daags na de schatting,
-dacht ik, kan men immers het beste en voornaamste gedeelte der goederen
-en meubelen aan kant maken; in een woord, geene waardering, hoe hoog
-ook aangeslagen, zou mij die verregaande onverschilligheid kunnen
-inboezemen, welke ik bij de Engelsche, wier bezittingen geassureerd
-waren, opmerkte.
-
-Het moet dus wel waar zijn, dat het goede op dit ondermaansche altijd
-door het kwade vergezeld wordt.
-
-
-
-
-
-
-
-X.
-
-DE SCHELLEN.
-
-
-"Kent gij het Schellen-Eiland?" zeide ik, op zekeren dag, tegen mijnen
-vriend, terwijl wij zamen door de stad wandelden.
-
---"Neen! Of bedoelt gij, met opzigt tot de schellen, een eiland,
-even als het Eiland der Lantaarnen, waar de vrolijke Panurge zijn
-leven reddede."
-
---"Juist! Het Schellen-Eiland is een oud, afgesleten en reeds sedert
-lang vergeten zangspel, doch welks titel Londen mij herinnerd heeft;
-want de titel-alleen is alles, wat ik van die Opera weet. Deze stad
-mag waarlijk wel de Schellen-Stad genoemd worden; en de reden,
-dat men de schellen niet aan de deuren vindt, is buiten twijfel,
-wijl zij zich met eene wandeling door de stad vermaken."
-
---"Neen, het is, omdat de meeste Londensche uitventers, niet tevreden
-met u de ooren door hun vreesselijk geschreeuw te verdooven, er,
-ten overvloede, nog eene schel bijvoegen, ten einde des te beter
-de algemeene opmerking tot zich te trekken, en dus doende hunne
-koopmanschappen aan den man te brengen.--Dit kind, dat gij daar ziet
-met die groote toegedekte mand op het hoofd, waarvan het evenwigt door
-de toppen zijner linker vingeren wordt bewaard, terwijl hij met de
-regterhand eene groote schel doet klinken, en welks piepende stem en
-schelle toonen u het trommelvlies schijnen te zullen breken, verkoopt,
-bij voorbeeld, koekjes, om in de thee te doopen, welke de Engelschen na
-den maaltijd nuttigen. Gindsche vrouw, die met moeite dien grooten, met
-een oud vloerkleed bedekten, kruiwagen voortstuwt, waaraan eene soort
-van klok is vastgehecht, is eene appelenverkoopster. Deze man, die,
-niettegenstaande hij aan iederen arm eenen zwaren korf heeft hangen,
-nogtans zijne schel kan doen klinken, is een koopman in taartjes en
-pastijtjes.--Die andere, die op zijde van dat, met twee oude knollen
-bespannen, karretje, zijn klokje doet hooren, is de vuilnisman; want
-te Londen smijt men het vuilnis niet, zoo als te Parijs, op de straat,
-maar men legt het hier of daar in huis in eenen hoek neder, en men
-ontdoet er zich van, als men door het zoo even vermelde klokkenspel
-de nadering van het voertuig ontwaart, dat met de wegruiming van
-hetzelve belast is. Let slechts eens op! ziedaar juist eene meid;
-die hem eenen korf vol overgeeft, welken hij in zijn karretje ledigt."
-
---"En wat zijn dat voor twee menschen, welker hoeden rondom met
-papieren behangen zijn, waarop, naar het mij voorkomt, groote
-geschrevene letters staan, en die beurtelings eenige onverstaanbare
-woorden brullen, en dan wederom op eenen koehoren blazen, welk geluid
-nog tienmaal erger is, dan al het geklank der schellen?"
-
---"Het zijn liedjeszangers en uitventers van nieuwstijdingen. Met
-groote letters schrijven zij op de papieren, welke hunne hoeden
-bedekken, den korten inhoud van het nieuws, hetwelk hunne tijdingen
-bevatten, ten einde, langs dezen weg, hunne waar, naar hunne meening,
-des te beter te slijten. Zoodra de avond valt, hebben zij eene
-brandende toorts, om het opschrift op hun hoofd te verlichten. Ook
-liegen zij even zoo onbeschaamd als uwe uitventers van nieuwstijdingen
-te Parijs, en verhalen zeer omstandig en op eenen verzekerenden toon
-gebeurtenissen en voorvallen, welke men zeer verwonderd is in het
-geheele blad niet te kunnen vinden, hetwelk zij den nieuwsgierigen
-nog wel voor eenen schelling (vier en twintig stuivers Fransch) in
-de hand stoppen, daar men het aan het expeditie-kantoor zelve voor
-zeven pences, of veertien stuivers, kan bekomen."
-
---"Nog al een schelletje! Wat is dat nu weder voor eene figuur met
-zijnen rooden rok, die in de eene hand, naar het schijnt, eenen ledigen
-zak heeft, en met de andere op de maat klinkt, en wel op eene geheel
-andere wijze dan zijne kameraden, de overige kooplieden?"
-
---"Dat is geen koopman, maar een, die brieven aanneemt, om ze op den
-post te bestellen. Door dat geluid geeft hij zijne nabijheid te kennen,
-en tegen betaling van eene pence voor iederen brief, belast hij zich
-voor den post met alle, welke men hem ter hand wil stellen."
-
---"Hij zal dus niet veel fortuin maken: er zijn hier immers eene
-menigte van brievekassen, aan welke men, daar het niets kost, buiten
-twijfel de voorkeur zal geven."
-
---"Dit is zoo; maar de brievekassen zijn niet langer open, dan tot
-des avonds te vijf ure, en van vijven tot zessen doen de bestellers
-hunne ronde. Indien gij zelfs na zessen nog eenen brief hebt, waar
-haast bij is, kunt gij hem tot zeven ure toe nog op het postkantoor
-kwijt worden, en tegen betaling van zes pences voor iederen brief,
-worden zij nog in het maal gesloten. O mijn vriend! Londen is eene
-heerlijke stad! Alles is daar berekend, om--"
-
---"om geld te winnen!"
-
-
-
-
-
-
-
-XI.
-
-DE SCHOUWBURG.
-
-
-Ons onderhoud over de schellen bragt ons bij den schouwburg van
-Covent-Garden, waar wij dezen avond een vertooning van Beverleij,
-in het Engelsch den Speler genaamd, zouden bijwonen.
-
-"Waar zullen wij onze plaats nemen?" vroeg mijn vriend C.
-
-"--Mijne plaats is bij verkiezing altijd in het orchest: men kan daar
-volmaakt goed hooren, en heeft tevens een uitmuntend gezigt op het
-tooneel en op de aanschouwers."
-
-"--Er is geen orchest in de Engelsche schouwburgen. Slechts
-een parterre of bak. Hetgeen men hier het orchest noemt, is, bij
-uitsluiting, geheel alleen voor de muzijkanten geschikt; en hoe vol
-het ook zijn moge, nimmer doet men deze heeren, zoo als te Parijs
-meermaals geschiedt, hunne plaats verlaten: het publiek zou zulks
-volstrekt niet dulden."
-
-"--Laat ons dan in den bak gaan zitten, mids wij er geen al te slecht
-gezelschap aantreffen."
-
-"--Slecht gezelschap in den bak? Wees daarvoor niet bang. Tegen drie
-en een' halven schelling de plaats, behoeft men niet te vreezen,
-Jan Rap en zijnen maat te zullen ontmoeten; dat volkje bezet de
-galerijen. Derhalve in den bak, mijn vriend, ten minste," voegde
-hij er schertsende bij, "zoo gij, na eenige oogenblikken, niet van
-besluit veranderd zijt?"
-
-Tot aan het tooneel genaderd, zagen wij eene menigte van wel omtrent
-drie honderd personen, zoo mannen als vrouwen, allen zeer wel gekleed,
-die zich onderling duwden en stootten, en bij afwisseling verdrongen,
-even als de baren van eene verbolgene zee. Uit het midden van deze zoo
-zaamgepakte menigte hoorde men somwijlen een half gesmoord geluid;
-want die zich eenmaal in dezen drom bevindt, kan er zich met geene
-mogelijkheid weder uitredden.
-
-"--Wat beteekent deze oploop?" vroeg ik mijnen vriend.
-
-"--Het zijn de vaste klanten van den bak. Dezen drom moeten wij met
-handen en voeten, zoo goed wij kunnen, trachten door te boren: komaan,
-dat gaat u voor! pas slechts op uw horologie en op uwe goudbeurs:
-de Londensche zakkenrolders geven den Parijschen niets toe. Laat ons
-ten minste ons best doen, om dit vermaak niet duurder, dan met eenen
-gescheurden rok, te betalen."
-
-"--Een oogenblik, als het u belieft. Moet men ook zoo dringen, om in
-de loges te komen?"
-
-"--Geenszins, want men betaalt daar zeven schellingen, en buitendien
-zijn de meeste plaatsen daar reeds besproken."
-
-"--Laat ons dan liever in eene loge gaan.--Maar waarom houdt de
-politie geen beter toevoorzigt? een dozijn soldaten zou voldoende zijn,
-om de orde te bewaren, en men kon....."
-
-"--Politie! Soldaten!--Altijd en eeuwig Fransche denkbeelden en
-begrippen!--Vergeet gij dan, dat gij in een vrij land zijt? Twintig
-personen mogen in dit gedrang versmoord worden; doch zoo zich slechts
-een soldaat liet zien, zou men hem zeker steenigen."
-
-"--Dus bestaat de Engelsche vrijheid gedeeltelijk in het voorregt,
-om zich plat te laten drukken?"
-
-"--Maar men heeft immers de vrijheid, om er zich niet aan bloot te
-stellen, en niet in den schouwburg te gaan, of, zoo als wij zullen
-doen, in de loge plaats te nemen."
-
-Nu kwamen wij door eene andere deur aan den ingang der loges. Bij
-het inkomen der zaal werden, in eene soort van een voorportaal, de
-kaartjes uitgegeven.--De kaartjes! ziedaar al wederom eene Fransche
-benaming!--Het waren geene kaartjes, maar ronde koperen stukjes,
-ter grootte van eenen stuiver, waarmede men bewijst, dat men het regt
-gekocht heeft, om de vertooning bij te wonen. Zoodra men derhalve voor
-zeven schellingen wettige bezitter van dit stukje koper is geworden,
-geeft men het aan een' der suppoosten, en alsdan kan men gaan zitten,
-waar men wil; want al de loges zijn van denzelfden prijs, en eene
-verdieping hooger of lager maakt hier geen onderscheid.
-
-Alle loges op den eersten omgang waren reeds bezet; wij moesten
-dus ons fortuin eene verdieping hooger beproeven, waar de voorste
-banken insgelijks alle verhuurd waren; want dit voorregt heeft men
-in de Londensche schouwburgen, dat men geenszins verpligt is, om eene
-geheele loge af te huren: men kan er zoo vele en weinige plaatsen in
-bespreken, als men verkiest; doch men kan zich tevens van de besprokene
-plaatsen niet langer verzekerd houden, dan tot het einde van het
-eerste bedrijf: alsdan geldt de spreuk: die het eerst komt, die het
-eerst maalt! en zij, die ze besproken hebben en te laat komen, moeten,
-in dat geval, gaan zitten, waar zij het best kunnen. Het uitwendige
-van den schouwburg had mij juist geen zeer gunstig denkbeeld van
-denzelven gegeven. Het is een groot en eenvoudig van tigchelsteen
-opgehaald gebouw, waaraan men geen den minsten luister of pracht
-kan bespeuren, in een woord, ten naastenbij gelijk aan al de overige
-huizen van Londen: het eenige verschil bestaat in deszelfs hoogte en
-meerdere grootte. Ik werd dus niet onaangenaam verrast, toen ik het
-inwendige even zoo bevallig vond, als mij het uitwendige onbehagelijk
-was voorgekomen. De loges zijn alle rood geschilderd en fraai afgezet
-met vergulde randen en lijsten. Het schilderwerk is altijd levendig en
-frisch, omdat het zeer dikwijls wordt opgehaald. Ook hangen er geene
-kroonen in het midden van de zaal; maar tusschen iedere loge eene
-sierlijk bewerkte kristallen branche met vier waskaarsen, hetwelk
-aan de Engelsche vrouwen een voorregt verschaft, dat de Fransche in
-onze schouwburgen, helaas! moeten ontberen, het voorregt namelijk
-van zeer duidelijk gezien en opgemerkt te kunnen worden. Beneden
-is alles bak. De hoogte der zaal is verdeeld in vijf galerijen of
-rangen, men heeft er geene loges in de kolommen zelve, noch op zijde
-van het orchest aan het tooneel, ook niet in het midden tegenover de
-vertooners, even min als getraliede loges, die echter zoo gemakkelijk
-en aangenaam voor eene zekere soort van liefhebbers zijn.
-
-Ik zocht de galerijen, waarvan mijn vriend C... gesproken had, maar
-ik ontdekte ze niet.
-
-"Men geeft dezen naam," zeide hij, "aan dat gedeelte van de vierde en
-vijfde rij loges, dat vlak tegenover het tooneel is, en aan hetgeen
-wij in Frankrijk het amphitheatre of paradijs noemen. De prijs
-der plaatsen is op den vierden rang, de eerste galerij genaamd,
-twee schellingen, en op den vijfden, of de tweede galerij, slechts
-een. Deze galerijen, bijzonder de tweede, zijn altijd met het
-gemeenste volk bezet; fatsoenlijke lieden zouden zich schamen er
-gezien te worden: ook wordt dit gedeelte van het publiek met veel
-minder omstandigheid behandeld. Op deze twee bovenste galerijen ziet
-men noch branches noch waskaarsen: het zijn planeten, die slechts
-verlicht worden door de stralen der zon, die onder hen haren luister
-verspreidt. Het zal toch niet noodig zijn, te zeggen, dat hier nooit
-eene wacht van soldaten, maar altijd eenige politiebedienden gevonden
-worden."--Voorts worden uit deze hoogte somwijlen de tooneelspelers,
-die hunne rol niet naar genoegen vervullen, met gebraden appelen
-of notedoppen begroet. Dezen zelfden avond nog werd er eene ledige
-flesch van de bovenste verdieping naar beneden in den bak gesmeten,
-doch kwetste gelukkig niemand; en een bezopen kerel tuimelde van de
-tweede op de eerste galerij. Het is den geëerden lezer zonder twijfel
-bekend, dat de dronkaards hunnen eigen God er op na houden: degene,
-die viel, bezeerde zich dus zelf niet, maar hij, die de eer had, van
-hem op zich te ontvangen, moet waarschijnlijk geen aanbidder van dien
-God geweest zijn; want door de zwaartekracht van zijnen bovenbuur,
-kwam hij er met niet minder af, dan met eenen gebroken arm.
-
-Eenige jaren geleden is de schouwburg van Covent-Garden tot den
-grond toe afgebrand. Bij den nieuwen opbouw hadden de ondernemers
-eenen rang met getraliede loges doen maken, om ze tot eenen hoogeren
-prijs te kunnen verhuren: ook hadden zij de plaatsen in den bak
-op vier schellingen gezet. Doch deze nieuwigheden mishaagden John
-Bull. Men liet, gedurende vijftien dagen, den schouwburg stil staan,
-en toen er toch eindelijk moest gespeeld worden, werd de ingang van
-den bak alle avonden overrompeld: sommigen smeten hunne drie en een'
-halven schelling, onder het doordringen, in het kantoor, anderen,
-en wel de meesten, baanden zich met geweld eenen weg, zonder iets te
-betalen; de tooneelspelers werden, zoodra zij te voorschijn kwamen,
-met modder en slijk begroet, en ten laatste zagen zich de ondernemers
-genoodzaakt, den gewonen prijs van den bak tegen drie en een' halven
-schelling weder in te voeren, en de getraliede loges te onttralien.
-
-De zaal heeft ten naastenbij dezelfde grootte en gedaante als die der
-Opera te Parijs. Zij was dezen avond zoo ongemeen vol en opgepropt,
-dat men verscheidene personen aan de deur moest afwijzen. De oorzaak
-van dezen grooten toevloed was de terugkomst van miss O'Neil, eene
-jonge en bevallige actrice, aan welke de Engelschen de vereenigde
-bekwaamheden toeschrijven van onze twee voornaamste treurspelspeelsters
-te Parijs, welke ik niet noodig acht te noemen, dewijl zij bij
-iederen kunstlievenden lezer, zonder twijfel, bekend zijn. Zij had
-een pleizierreisje door de provintien gedaan, en gedurende dien tijd,
-volgens het algemeene praatje, het geringe sommetje bijeen gebragt van
-acht duizend pond sterling (192,000 Fransche livres.) De dagbladen,
-waaruit ik deze bijzonderheid geput heb, zwijgen echter, of miss O'Neil
-tot de bijeenzameling van deze aanmerkelijke som ook nog van iets
-anders, dan van hare tooneelbekwaamheden gebruik heeft moeten maken.
-
-Zij zou dezen avond voor de eerste maal na hare terugkomst de rol van
-mistress Beverleij vervullen: Kemble, een zeer goed treurspelspeler,
-was Beverleij: de overige rollen werden allen uitgevoerd door de
-eerste en voornaamste personaadjes van den troep.--Troep? dit woord
-zal mogelijk sommigen fijnen ooren min of meer kwetsen; ik bezig het
-echter met voordacht, omdat het mij het meest gepaste voorkomt.
-
-Na het voorstuk werd Jean Bart gegeven, een uit het Fransch vertaald
-stukje; want zeer vele van onze melodrames worden te Londen gespeeld,
-en maken daar, niettegenstaande den nationalen hoogmoed en eigenliefde
-der Engelschen, den grootsten opgang.
-
-De Ekster, onder anderen, is op de drie voornaamste tooneelen dezer
-stad gegeven, en heeft drie maanden lang den grootsten toeloop
-gehad. Een jong tooneelspeler, die de rol van eenen onnoozelen
-vervulde, trok mijne aandacht bijzonder tot zich: hij had een
-ongedwongen, boertig en natuurlijk spel, en heette, zoo als men mij
-zeide, Liston. Tusschen het voor- en nastuk wandelden wij, eenige
-oogenblikken, in eene soort van gang of galerij, die tamelijk naauw
-was en veel geleek naar onze zoogenaamde kagchelkamers, maar die
-verre na niet aan het fraaije van de zaal beantwoordde. Ligtelijk
-zal de lezer raden, dat men, bij het uitgaan van den schouwburg,
-niet meerder orde en geregeldheid en even min betere voorzorgen van
-de politie aantreft, dan bij het inkomen. De koetsen redden zich uit
-het gedrang, dank der breede straten! en de voetgangers, dank den
-zijpaden en der vlugheid hunner onderdanen!
-
-"Welnu," zeide mijn vriend, bij het uitgaan, "wat dunkt u van ons
-tooneel? Hoe is het u bevallen?"
-
---"Hm! wel!"
-
---"Dit wel komt niet regt uit de borst!"
-
---"Wat zal ik u zeggen? Aristoteles en Euripides, Boileau en Racine
-hebben mijnen smaak en mijne wijze van beschouwen veranderd en
-misschien bedorven. Ik kan mij niet vermaken met mij in hetzelfde
-bedrijf bij Stukely en Beverleij gebragt te zien, dan eens in een
-dobbelhuis, en dan weder bij Beverleij. Tot dertienmaal is het
-tooneel in dit stuk veranderd. Onze gedrochtelijke melodrames zijn
-meesterstukken bij de Engelsche treurspelen, uitgezonderd de Cato
-van Addison, welk stuk den Engelschen echter niet bevalt, omdat er te
-veel orde en regelmatigheid in heerscht. De kleeding, de decoratien en
-al de overige toestel zijn even zoo keurig en voldoende, als men in
-Frankrijk zoude kunnen verlangen. Wat uwen acteurs en uwer actrices
-betreft, neem het mij niet kwalijk, mijn vriend! dezen verwijderen
-zich te zeer van de natuur door dezelve al te nabij te volgen, of
-liever, zij stellen haar zoodanig voor, dat de nabootsing onaangenaam
-en wanstaltig wordt. Kan het u, bij voorbeeld, treffen, Beverleij als
-eenen razenden Roeland over het tooneel te zien vliegen, en zich op
-den grond te wentelen, om de hevigheid der smarten uit te drukken,
-welke hem het ingenomen vergift veroorzaakt? Geeft het vreesselijke
-gegil zijner vrouw, wanneer zij het lijk van haren man ontwaart,
-en het stuiptrekkend hikken en snikken, waarop zij den aanschouwer
-vergast, geenen allerslechtsten smaak te kennen? Geenszins wil ik
-aan sir Kemble en miss O'Neil de bekwaamheden ontzeggen, noch den
-lof ontnemen, welken geheel Engeland hun beiden toezwaait, maar,
-mijns bedunkens, zijn zij zeer verre verwijderd van hetgeen Larive
-en mejufvrouw Raucourt voorheen waren, en hetgeen Lafont en mejuffer
-Georges nog heden bij ons zijn.
-
-Eenige dagen later ging ik insgelijks den schouwburg van Drury-Lane
-bezoeken; doch ik wil er liefst niets van zeggen, omdat ik ten
-naastenbij dezelfde aanmerkingen zou moeten herhalen, welke ik over
-dien van Covent-Garden gemaakt heb.
-
-Betreffende de Opera, deze was nog niet geopend; doch daar ik het plan
-heb, om nogmaals, gedurende dezen winter, eenige weken in Londen door
-te brengen, zal ik er alsdan mijnen geachten lezers rekenschap van
-kunnen geven, indien het verhaal van mijn eerste verblijf gelukkig
-genoeg geweest is, om hen eenige oogenblikken te hebben bezig gehouden.
-
-Intusschen zijn deze drie tooneelen de voornaamste in Londen. Er
-zijn nog wel eenige andere schouwburgen van minder belang; maar al
-hadde ik den tijd gehad, om dezelve te bezoeken, zou ik er echter
-hier niet van gesproken hebben. Wanneer men met Achilles begint,
-mag en moet men niet met Thersites eindigen.
-
-
-
-
-
-
-
-XII.
-
-DE STRATEN EN HUIZEN.
-
-
-"Welke is de naaste weg naar Portland-street?"
-
-Dit was de vraag, welke ik alle dagen deed, als ik tot mijnent terug
-wilde keeren. Echter deed ik dezelve nooit aan hen, die ik op den weg
-ontmoette; wijl men reeds meermalen het kwaadaardig vermaak genoten
-had, van mij eenen geheel anderen koers op te geven; maar altijd vroeg
-ik in den eenen of anderen winkel, waar ik ook altijd te dezen opzigte
-zeer vriendelijk en welwillend ben behandeld geworden. Overigens was
-ik den weg niet kundiger bij mijn vertrek, dan bij mijne aankomst.
-
-Hierover moet men zich geenszins verwonderen; want op de straten
-van Londen kan men het gezegde van Ovidius, wegens de Zee-Nijmphen,
-toepasselijk maken.
-
-
- ...... Facies non omnibus una,
- "Non diversa tamen, qualem decet esse sororum."
-
-
-Zij zijn allen lang, regt en breed, met een voetpad op zijde, en
-de huizen alle gelijkvormig gebouwd. Ook vindt men op alle hoeken
-winkels of kassen, welke ieder in hunne soort geene verschillendheid
-aan het gezigt opleveren. De muren schijnen met eene vale, doffe kleur
-bestreken, hetwelk geenszins het gevolg der kunst is; maar welke kleur
-zij zeer spoedig aannemen, ten gevolge van de aldaar niet zeldzame
-dikke nevels en den zwarten kolendamp, waarop de geheele stad, ten
-minste negen maanden van het jaar, gastvrij onthaald wordt. Voeg hier
-nog bij, dat de namen der straten, alhoewel op bordjes met zeer groote
-letters geschreven, meestal onleesbaar zijn; wijl dezelfde damp,
-welke zicht aan de muren hecht, ook hen met dezen klevenden walm
-bezoedelt. Des avonds vooral is het volstrekt onmogelijk, die namen
-te lezen; wijl de wijze, waarop de straten te Londen verlicht zijn,
-nergens anders toe schijnt te dienen, dan om, zoo als Milton zich te
-regt uitdrukt, de duisternis zigtbaar te maken.
-
-Ik zal echter niet zeggen, dat er gebrek is aan lantaarns; doch
-geenszins kan ik er het woord lichtende bijvoegen. Van vijftien tot
-zestien schreden zijn de straten aan weerszijden er mede voorzien; en
-zij hangen in het lange bezijden het voetpad aan ijzeren staven; maar
-het licht, dat zij van zich geven, is zoo gering, en verspreidt zoo
-weinig helderheid, dat men het zeer gevoegelijk bij het afschijnsel
-dier insecten kan vergelijken, welke in eenen donkeren, zoelen
-zomernacht den glans ten toon spreiden, waarmede de natuur hen heeft
-uitgedost. Geloof echter niet, dat men deze hooggeroemde zijpaden,
-waarvan niet weinig gesproken wordt, zoo maar doodgerust kan betreden,
-zonder de vreesselijkste gevolgen van de minste afgetrokkenheid
-te moeten duchten. Wel is waar, dat men het gevaar van paarden en
-rijtuigen niet te vreezen heeft, maar men heeft desniettemin al
-zijne oplettendheid noodig, om zich voor andere gevaren te hoeden,
-waardoor men, bij iederen voetstap, bedreigd wordt. Bij voorbeeld,
-de kruiwagens der uitventers, de vaten der melkboeren, die volkomen
-aan onze waterdragers gelijk, en met het krieken van den dag tot des
-avonds te zeven ure, door de gansche stad op de been zijn; de vrachten
-van allerlei soort, waarmede de dragers langs de straten zwieren;
-de schoppen en bezems der straatvegers, de manden der bakkers en
-gebakverkoopers; de planken, de gereedschappen en de werktuigen,
-waarmede de verschillende ambachtslieden heen en weder loopen,
-en bovenal de metselaars met hunne kalkbakken. Maar hoed u, in 's
-hemels naam, voor de ladders der lantaarnopstekers: dezen loopen,
-zoo haast de avond begint te vallen, als gek en dol door de stad,
-met hunnen ladder op schouder, van lantaarn tot lantaarn, ten koste
-van het gevaar, om alles onder de voet te werpen, wat zich op hunnen
-weg bevindt. Intusschen is deze haast zeer verschoonbaar wegens de
-groote menigte lantaarnen, die ieder in zijne wijk te verzorgen heeft.
-
-Echter is het geenszins voldoende, slechts vooruit te zien! O neen! men
-mag wel op beide zijden, ja zelfs van achteren, oogen hebben. Let ook
-vooral wel op, waar gij uwe voeten zet; want voor ieder huis wachten
-u twee gapende afgronden. Al de voetpaden zijn hol; wijl de kelders
-daaronder loopen. Een rond of vierkant gat, van ongeveer tien of
-twaalf duim omtreks, midden in het voetpad, is de deur, waardoor men
-den benoodigden voorraad van steenkolen opdoet. Indien dit gat, bij
-toeval, op uwen weg open staat, en gij er ongelukkig met de voeten
-in raakt, kunt gij, met het grootste gemak van de wereld, een been
-breken. Doch dit is nog niet met al; maar indien de ijzeren tralie
-of de houten deur, waardoor men in den kelder komt, op het oogenblik
-van uw overgaan niet gesloten is, loopt gij zelfs gevaar van den hals
-er bij in te schieten; hetgeen zeker nog al iets van belang is!
-
-Welnu, men gaat ten minste op deze zijpaden droogvoets, zal de lezer
-denken. O ja, wanneer het namelijk droog weer is; maar, wanneer het
-tegendeel plaats heeft, zijn zij eenen duim hoog met slijk en vuilnis
-bedekt, en noch de straatvegers noch de eigenaars der huizen denken er
-aan, om den doorgang van deze modderpoelen te zuiveren. Ook ziet men
-de mannen altijd in laarzen of slopkousen, terwijl de vrouwen zich
-reeds in de verte, door het klateren harer beslagene slijkschoenen
-doen hooren, waarmede hare voeten gewapend zijn, en die, met hooge
-hielen voorzien, over hare andere schoenen worden aangedaan.
-
-De gewone breedte der straten staat gelijk met die van de Saint Louis
-au Marais, te Parijs: sommige anderen, bij voorbeeld, de Oxford-,
-Haymarket-, Portman-street, enz. zijn wel zoo breed als de Boulevard
-des Italiens. Doch men moet hier wel degelijk van uitzonderen het
-gedeelte der stad, de City, genaamd, hetwelk geheel uit kleine,
-naauwe en in en door elkander kruisende straatjes en steegjes bestaat,
-die zamen eenen doolhof vormen, waaruit men, eenmaal aan het dolen
-zijnde, zich niet gemakkelijk kan redden. Echter vindt men daar ook,
-even als elders, steeds de gewone voetpaden, die nogtans zoo smal zijn,
-dat men er onmogelijk regt door op kan voortgaan, en die derhalve den
-doortogt veeleer stremmen dan bevorderen. In het midden van den weg
-is de standplaats der huurkoetsen, en dikwijls vindt men de breedste
-straten daarmede zoodanig bezet, dat eene menigte van aankomende en
-terugkeerende rijtuigen er ter wederzijde niet langs zouden kunnen
-geraken, zonder hunne toevlugt te nemen tot de voetpaden, die veelal
-twaalf tot vijftien voet breed zijn.
-
-Nogtans moet men toestemmen, dat men er niet, even als te Parijs, ieder
-oogenblik getrapt, geschopt, gedrongen, geduwd en met de ellebogen
-tegen de ribben gestooten wordt. Dit komt gedeeltelijk vandaar, dat het
-een algemeen aangenomen gebruik is, om, naarmate men van een zeker punt
-afkomt, de regterzijde van het voetpad te houden, terwijl zij, die u
-tegenkomen, altijd hunnen weg ter linkerzijde vervolgen: daarenboven
-vindt men ook nooit te Londen dat verbazende aantal voetgangers,
-hetwelk men in de straten van Parijs ontmoet. Uitgezonderd, in dat
-gedeelte der stad, de City genaamd, hetwelk digt bij de beurs is,
-levert Londen een volmaakt gezigt op van de voorstad Saint-Germain;
-en zeer vele andere wijken wedijveren met de stilte en eenzaamheid,
-welke in onze vreedzame Marais heerschen.
-
-Dezelfde eentoonigheid, die men aan de straten opmerkt, heeft ook, met
-opzigt tot de huizen, plaats; want het eenigste onderscheid tusschen
-het paleis van een' der voornaamste Lords en de woning van eenen
-koopman in kolen, bestaat hierin, dat het eerstgenoemde grooter is,
-en bij gevolg eene meerdere uitgestrektheid beslaat.
-
-Bijna al de huizen zijn drie verdiepingen hoog, de keuken onder den
-grond, waar de kok zijn vast verblijf en zijne woonplaats heeft, en
-waar derhalve de beef-steaks en puddings gereed gemaakt worden, niet
-medegerekend. Ook heeft men bij de woningen der grooten noch stalling
-noch koetshuizen, en de prachtigst gekleede Lady moet, zelfs bij het
-ongunstigste weder, uit hare koets stijgen, om, aldus het voetpad
-overstappende, hare woning te bereiken, wanneer haar rijtuig na de
-eene of andere voorstad terugkeert, waar geheele straten gevonden
-worden, die alleen uit stallen en wagenhuizen bestaan. De Engelsche
-vrouwen dienen dus eenen geruimen tijd tevoren het oogenblik van
-haar uitgaan te bepalen, opdat haar rijtuig inmiddels kan besteld
-worden.--Beminnelijke Fransche dames, aanbiddelijke schepsels,
-wier waarde men des te sterker gevoelt, naarmate men verder van u
-verwijderd is: gij, wier bekoorlijk en levendig ongeduld geene minuut
-toevens tusschen de geboorte en bevrediging uwer wenschen gedoogt;
-wat zou er van u worden, indien gij, bij het opstaan, reeds ernstig
-moest overdenken, welk tijdstip van den dag het u zou kunnen invallen,
-een toertje te rijden?--
-
-Doch laat mij tot de huizen terugkeeren, welker eenvormigheid
-ten klaarste aantoont, dat de Engelsche bouwmeesters hunne
-verbeeldingskracht en denkvermogen juist niet al te sterk behoeven in
-te spannen. Geene versierselen van buiten, geene verschillendheid van
-gedaante: de openslaande kruisramen, op de Spaansche wijze, zijn hier
-geheel onbekend: de met kleine ruitjes versierde vensters worden op- en
-nedergeschoven, zoo als men er hier en daar, in Parijs nog wel eenige
-aantreft in huizen uit de eeuw van Lodewijk XIII. Een ijzeren hek,
-ten naastenbij eene halven mans lengte hoog, dat tot op het voetpad
-uitloopt, bezet de huizen rondom, en laat den aankomende niet meer
-dan den benoodigden doortogt tot eene smalle deur, welke den ingang
-opent, en op welke een klein koperen plaatje is gespijkerd, waarop
-de naam van den bewoner te lezen staat. De trappen zijn, over het
-algemeen, zeer smal; in een woord, de geheele verdeeling der huizen is
-gebrekkig en gedrongen ingerigt, en verre na zoo gemakkelijk niet als
-in Frankrijk; en zoo men er al rijk gemeubelde vertrekken aantreft,
-zal men er echter vergeefs dien smaak, die kieschheid, dat bevallige
-zoeken, hetwelk, bij uitsluiting, alleen te Parijs gevonden wordt.
-
-Wat der slaapkamer der Engelschen betreft, deze is het heilige der
-heiligen; men zou het onwelvoegelijk achten, u dezelve te laten zien,
-evenzeer als de vraag ongepast zou zijn, om er in toegelaten te worden;
-en ik geloof niet, dat het meerder moeite zou kosten, in het bed van
-eene Engelsche vrouw, dan in de slaapkamer van eenen Engelschen man
-den toegang te erlangen.
-
-
-
-
-
-
-
-XIII.
-
-* * * * * *
-
-
-"En waarom geeft gij dit hoofdstuk geenen titel?"
-
---"Waarom, mijn waarde lezer? wel, omdat de titelfabrijk boven alle
-verbeelding moeijelijk aan den gang te houden is. Menig schrijver heeft
-minder moeite, om zijn werk te vervaardigen, dan om den behoorlijken
-titel er voor te vinden. Vooreerst moet de titel het onderwerp,
-dat men behandeld heeft, wel doen kennen, ten tweede moet hij de
-nieuwsgierigheid opwekken, en ten derde moet hij het bekoorlijke
-der nieuwheid niet ontberen, drie eigenschappen, welke niet ligt met
-elkander te vereenigen zijn. Intusschen had ik, na eenige ernstige
-uren overwegens, er reeds drie gevonden, die mij voorkwamen al deze
-vereischten te bezitten, en nu vond ik mij met niets meer verlegen,
-dan met de keuze: terwijl ik tevens bij mij zelven de opmerking maakte,
-dat somtijds eenige jonge lieden van eene vurige verbeeldingskracht,
-en beminnaars van eene te levendige schilderij, op het zien alleen van
-een' dezer titels, zich zouden kunnen vleijen, in deze afdeeling iets
-te vinden, hetgeen ik nooit voornemens was geweest er in te plaatsen,
-en dus, bij het einde, ontevreden zouden geweest zijn, dat zij hunnen
-smaak niet voldaan gezien hadden; of wel, dat een of ander beminnelijk
-wijsneusje of bedilstertje, deze mijne Vijftien Dagen in een gezelschap
-voorlezende, zoude meenen, deze geheele afdeeling te moeten overslaan,
-uit vreeze van er dingen in aan te treffen, welke zij liefst alleen
-voor zich wilde weten. Ik besloot dus, den titel geheel en al weg te
-laten, en terstond tot den inhoud zelven over te gaan."
-
-Op zekeren avond had men mij in de Leaden-Hall-street, omtrent
-anderhalf mijl ver van mijne woning gelegen, op de thee gevraagd;
-want de geëerde lezer moet weten, dat men hier op de thee, even als
-bij ons op eenen maaltijd, verzocht wordt. Nu had ik echter volstrekt
-geene vrees, van aan het dwalen te zullen geraken, terwijl ik, om naar
-mijn huis terug te keeren, eenen hoek uitgezonderd, slechts regt toe
-regt aan had te loopen. Omstreeks half elf nam ik mijn afscheid, en
-keerde geheel vreedzaam en nuchter, wijl de theedampen mijne hersens
-geenszins beneveld hadden, naar mijnent terug, toen mij eensklaps in de
-straat Cheapside drie lieve jonge meisjes den weg afsneden. Eene dezer
-nachtmadeliefjes voerde het woord, en zeide, dat het haar toescheen,
-dat ik zeer koud was, en stelde mij derhalve zeer beleefdelijk voor,
-tot harent te komen, waar ik een goed, lekker, vuurtje zou vinden,
-om mij te warmen. Ik antwoordde haar, dat ik geenen tijd had, om van
-hare vriendelijke uitnoodiging gebruik te maken. Intusschen hadden de
-twee andere Nimfen zich reeds van beide mijne armen meester gemaakt,
-inmiddels de spreekster, die er het snoepigst uitzag, altijd voor
-mij bleef staan en ten sterkste op haar vriendelijk verzoek aandrong.
-
---"Maar mijn hemel! lieve kindertjes, gij weet denkelijk niet, dat
-ik reeds vijf en veertig jaren oud ben? Wat wilt gij toch?"
-
---"Kom, mijn schatje!" zeide eene der twee anderen, "laat ons in dit
-koffijhuis gaan: wij kunnen er eene vrije kamer nemen, en zullen,
-onder een kommetje punch, wat lagchen en praten."
-
---"Lagchen? Ach! lieve meid, gij brengt mij daar in eene groote
-verzoeking; want ik heb nog niet gelagchen, zoo lang ik in Engeland
-ben; maar--"
-
-Wel nu, lezer! wat zou ik hier doen? en wat zoudet gij gedaan
-hebben? drie tegen een!--O ja, ik begrijp u; maar--ja wel is het
-koud! Kunt gij u dan geen paar groote zwarte oogen verbeelden, die,
-even als ik, uw antwoord radende, zich zedig naar den grond rigten? Zij
-onttrekken zich derhalve aan uwe nieuwsgierigheid--maar wacht slechts,
-ik zal u het vermaak bezorgen van dezelve te bevredigen. Reeds had
-men mij het middel aan de hand gedaan, om zich aan de opdringende
-beleefdheden van dit slag van juffertjes te Londen te kunnen
-onttrekken. Ik tastte dus in mijnen zak en liet haar, bij het
-flaauwe lantaarnlicht, een drieschellingsstuk in de oogen blinken,
-met verzoek, het geringe niet te versmaden, maar daarvoor op mijne
-en hare gezondheid te drinken; en, zonder mijne verdere verschooning
-af te wachten, dat ik onmogelijk van de partij kon zijn, waren zij
-in een oogenblik uit mijne oogen verdwenen.
-
-De geheele Cheapside en Holborn-street langs ontmoette ik nog een
-aantal soortgelijke lievertjes, die alle willens schenen te zijn,
-mij dezelfde aanbiedingen te doen; doch ik schermde zoodanig met
-de voeten, en sloeg mijne armen, voor de koude, gedurig dermate in
-elkander, dat geen van haar mij durfde staande te houden.
-
-In de Broad-Saint-Bloomsburij komende, had ik wederom eene nieuwe
-vertooning. Het getal der vrouwlieden van denzelfden stempel was
-wel niet minder, maar ik trof hier een geheel ander slag aan:
-zij waren lang na zoo goed niet gekleed als de vorige, en hare
-vuurroode gezigten en verwilderde oogen, alsmede hare schorre stemmen
-verkondigden genoegzaam den trap van dronkenschap, waarop zij zich
-bevonden. Een beschonken man is een onaangenaam voorwerp; hij maakt
-echter geenszins dien hatelijken, afkeerigen indruk op ons, welken
-eene beschonkene vrouw veroorzaakt; maar het afschuwelijkste beeld,
-dat de dronkenschap immer kan voorstellen, is, wanneer zij zich
-vertoont in jonge meisjes van vijftien tot twintig jaren.
-
-Eindelijk bereikte ik de Oxford-street, en nu stapte ik gerust
-en bedaard voort; want ik kende het regtsgebied, waarop ik mij
-bevond. Echter ontmoet men in deze straat, even als in anderen te
-Londen, zoodra de lantaarnen zijn opgestoken, een aantal meisjes,
-geheel alleen, of twee en twee wandelende, en altijd zeer haastig
-gaande, als of zij gewigtige zaken te verrigten hadden. In het
-voorbijgaan geven zij een lonkje, een stootje met den elleboog, vragen,
-hoe laat het is, of vernemen naar den weg; doch nooit zullen zij zich
-aan iemand opdringen, zoo als dit mij in Cheapside-street gebeurde.
-
-Het getal dezer gedienstige schepselen is in Londen oneindig grooter
-dan in Parijs; ja men zou bijna moeten gelooven, dat zij een vierde
-gedeelte der vrouwelijke bevolking van de geheele stad uitmaken. Maar
-ongelukkig, driewerf ongelukkig de vreemdeling, die, door de koude
-bevangen, toestaat, dat zij hem verwarmen! Het gevaar daarvan is nog
-aanmerkelijk grooter, dan te Parijs, en hij mag wel tevreden zijn,
-zoo hij, bij zijn vertrek, niets anders dan zijne beurs of zijn
-horologie verloren heeft.
-
-Zij, die eenigzins fortuin gemaakt hebben, en vermogend genoeg zijn,
-om zich behoorlijk te kunnen kleeden, gaan hare bekoorlijkheden in
-de schouwburgen ten toon spreiden. Het getal dezer gelukzoeksters is
-niet gering: zij bezetten gewoonlijk, en bijna zonder uitsluiting,
-de achterste bank van al de rangen der loges, hetgeen den jongen
-meisjes van geboorte en fatsoen, die aan de zijde harer moeders op de
-eerste of tweede bank zitten, gelegenheid verschaft, om, door even om
-te zien, haren ganschen handel te beöogen, en hare gesprekken met de
-niet zelden halfdronkene lichtmissen van woord tot woord te verstaan,
-zoo dat zij, op deze wijze, al ligt eenen gevaarlijken indruk van
-zedebedervende en verpestende grondbeginselen ontvangen.
-
-De meeste dezer ligte troepen verschijnen echter eerst tusschen het
-voor- en nastuk, dewijl men in de Londensche schouwburgen dan slechts
-half geld behoeft te betalen.
-
-
-
-
-
-
-
-XIV.
-
-HET BRITSCHE MUSEUM.
-
-
-Op zekeren morgen kwam mijn vriend C... mij afhalen, om mij het
-Britsche Museum te laten zien, hetwelk alleen des maandags, woensdags
-en vrijdags open staat.
-
-"Ha! Ha!" riep ik uit, toen ik het ontwaar werd, "zie daar iets
-nieuws! zie daar dan eindelijk eens groote deuren, een fraaij
-voorplein, aan beiden zijden vleugels, trotsche kolommen, snij- en
-beeldwerk, en een prachtig gebouw met eenen schoonen tuin! Inderdaad,
-zoo dit alles niet bewalmd en beslagen ware, zou ik mij kunnen
-verbeelden, te Parijs verplaatst te zijn."
-
-"Dit huis--"zeide hij"--is door de erfgenamen van den hertog van
-Montaigu aan de bestuurderen van het Museum verkocht geworden voor
-de aanmerkelijke som van tien duizend pond, dat is 240,000 livres
-Fransch. Deze hertog, die omtrent het jaar 1680 gezant in Frankrijk
-was, nam het besluit, om in Londen een paleis te doen bouwen in eenen
-beteren stijl, dan tot dusverre daar gebruikelijk was. Te dien einde
-liet hij van Parijs eenige bouwkundigen en werklieden komen, welke dit,
-hetwelk gij daar voor u ziet, gesticht hebben."
-
-"Ha! nu verwonder ik mij niet langer!" zeide ik, terwijl wij ons nog
-in het voorportaal tusschen de kolommen bevonden. Doch toen wij dit
-doorgegaan waren, hield men ons tegen, en bragt ons in eene groote
-zaal gelijkvloers, waar wij in een zeer groot boek onze namen en
-woonplaatsen moesten opschrijven. Deze voorzorg had, zeide men ons,
-het doel, om te verhoeden, dat er niets kon weggenomen of gestolen
-worden; hetgeen buitendien zeer moeijelijk zou geweest zijn; want
-uitgezonderd de standbeelden, welke men zeker niet gemakkelijk in
-den zak zou hebben kunnen steken, is alles wel degelijk achter slot
-en grendel.
-
-Tien zalen, meerendeels gelijkvloers, bevatteden Grieksche, Romeinsche
-en Egijptische oudheden, stand- en borstbeelden, vazen, kandelaren,
-mumiën en verdere zeldzaamheden, waaronder men waarlijk kostbare
-voorwerpen vindt. Onder anderen trok een klein marmeren vrouwenhoofd
-mijne aandacht bijzonder tot zich, dewijl het hoofdhaar uit een los
-stuk was gehouwen, hetwelk men, even als eene pruik, kon afnemen en
-weder opzetten; eene zeldzaamheid, welke ik nergens heb aangetroffen.
-
-Wat der Egijptische oudheden betreft, deze waren meerendeels door de
-Franschen bijeenverzameld ten tijde van hunne landing en hun verblijf
-in Egijpte. Ten gevolge der kapitulatie van Alexandrie, in September
-1801 gesloten, is deze verzameling in het bezit der Engelschen gekomen.
-
-In twee dezer zalen vond ik verscheidene werktuigen en gereedschappen,
-die weleer den Romeinen tot huisraad zouden verstrekt hebben: bij
-voorbeeld armbanden, oor- en vingerringen, halssieraden, vazen,
-kandelaren, lampen, spiegels en verdere toestel.
-
-Bovenal verdient hier genoemd te worden eene groote menigte Etrurische
-vazen van verschillende gedaanten en onderscheidene grootte; doch het
-kostbaarste stuk is, buiten tegenspraak, de prachtige vaas, welke,
-gedurende twee eeuwen, het paleis der Barberini's te Rome versierd
-heeft, en thans in Engeland algemeen den naam van den Portlandsche Vaas
-voert, dewijl zij, door verloop van tijd, in het bezit van den hertog
-van Portland is gekomen. De grond van deze vaas, die juist geenen
-grooten omtrek heeft, is een schoon donkerblaauw, en de beelden,
-waarmede dezelve versierd is, zijn van de fraaiste zilverkleur;
-derzelver fijnheid en kunstbewerking kan men zich naauwelijks
-verbeelden. Dit gedeelte bezigtigd hebbende, kwamen wij in den gang
-terug, en bereikten, langs eenen breeden en gemakkelijken trap, de
-eerste verdieping, die de voornaamste partij van het geheele gebouw
-is. De plafond van deze zaal was niet minder prachtig geschilderd,
-dan die van eene tweede, welke wij vervolgens bezigtigden. De eerste
-stelde Phaëton voor, verzoekende zijnen vader, ten bewijs van zijne
-goddelijke afkomst, de zonnepaarden te mogen mennen, en de tweede
-den val van dezen vermetelen jongeling.
-
-"Ziedaar een overheerlijk schilderwerk!" zeide ik tegen mijnen
-vriend C..., "en hetwelk, niettegenstaande deszelfs oudheid, zeer
-goed bewaard is gebleven."
-
-"Neem er uwen hoed voor af!" hernam hij; "het is een kunstgewrocht
-van onzen landgenoot Lafosse, wiens meesterachtige penseel het
-Invalidenhuis te Parijs zoo uitmuntend versierd heeft."
-
-Ik beken, dat ik een heimelijk genoegen ontwaarde, toen ik zag, dat
-men het schoonste, hetwelk ik tot dusverre in Londen had aangetroffen,
-aan eenen Franschen kunstenaar verpligt was.
-
-Ook waren de vloeren dezer zalen heerlijk ingelegd. Twee
-Engelschen, die zich hier tegelijk met ons bevonden, beschouwden
-dit werk zeer naauwkeurig, en schenen er ongemeen door getroffen;
-hoogstwaarschijnlijk, wijl zij nooit iets dergelijks gezien hadden;
-want al de vloeren in Londen bestaan slechts uit regte en in de lengte
-aan een gevoegde planken.
-
-Er zijn slechts vijf kamers met voorwerpen uit de natuurlijke historie,
-en nog zijn dezelve niet zeer groot. De kamer, waar de zeldzaamheden
-tot het rijk der delfstoffen bewaard worden, verdient opmerking, wijl
-zij, boven de andere, in volledigheid uitmunt; hoewel zij volstrekt
-niets betekent, in vergelijking met het overheerlijke kunstkabinet,
-hetwelk de kenner met zoo veel verrukking in de munt te Parijs
-beschouwt. Toen ik de verzamelingen uit het dieren- en vogelenrijk,
-met die in den kruidtuin te Parijs vergeleek, dacht ik onwillekeurig
-aan kleine kinderen, welke men afzonderlijk aan een tafeltje plaatst,
-terwijl het overige gezelschap eenen wel voorzienen disch bezet.
-
-In eene zesde zaal werden de wapenen, werktuigen, gereedschappen
-en kleedingen der Zuidzee-eilanders, der Amerikaansche Wilden,
-Hottentotten, Kaffers en andere volken bewaard.
-
-Nu was de bezigtiging der boekverzameling, die bovenal mijne
-nieuwsgierigheid opwekte, aan de beurt. Maar hoe zeer verwonderde ik
-mij, dat ik slechts vijf vertrekjes aantrof, welke de geheele boekerij
-bevatteden. Ook ontging mijne verwondering een' der boekbewaarders
-niet, die mij deed opmerken, dat in deze vijf vertrekken slechts de
-handschriften bewaard werden, doch dat de gedrukte werken in zestien
-andere kamers geplaatst waren, maar dat men ze aan het publiek niet
-liet zien; omdat het gezigt van een aantal boeken, in kassen en op
-planken geschaard, noch leering, noch vermaak aan den beschouwer
-kan opleveren.
-
-Om dezelfde reden zouden de Engelschen, naar het mij voorkomt,
-insgelijks de moeite wel kunnen sparen, om hunne vijf kamers
-met handschriften te laten zien. Met het gezigt toch van deze
-zamengebondene papieren kan men even min den bezigtiger, leering of
-vermaak verschaffen.
-
-Ook verhaalde hij mij, dat er nog een kabinet van gedenkpenningen
-was, alsmede eene teeken- en graveerzaal; maar dat men een bijzonder
-verlof moest hebben, om er toegelaten te worden, uit vreeze, dat men
-iets zou wegkapen.
-
-Voorts verzocht ik hem, mij te zeggen, of er onder die handschriften
-ook iets van de Grieksche Anthologie, en van de werken van Aristophanes
-gevonden werd? waarop hij de vriendelijkheid had, de lijst der boeken
-na te slaan, en mij te berigten, dat er verscheiden op stonden.
-
-Ik verzocht, om ze te mogen zien.
-
-"Hartelijk gaarne wenschte ik aan uw verzoek te kunnen voldoen," hernam
-hij; "doch om een gedrukt werk of handschrift te mogen inzien, moet men
-zich, bij geschrift, tot den opperboekbewaarder vervoegen, en aan hem
-door een' der bestuurderen van het Museum worden voorgedragen: en zoo
-er dan geene redenen van weigering bestaan, kan een der boekbewaarders
-u het gevraagde boek of handschrift ter lezing overgeven."
-
-Het Britsche Museum, dacht ik bij mij zelven, heeft veel overeenkomt
-met den schat van eenen gierigaard, of met de verzen van Lefranc de
-Pompignan, waarover Voltaire zich dus uitdrukt:
-
-
- "Sacrés ils sont, car personne n'y touche."
-
-
-In een woord, al deze omstandigheden benemen iemand den lust, om
-naar deze zoo hoog hangende druiven te trachten. Daar ik nogtans
-eens wilde zien, hoe ver dit verbod, om de schatten der wijsheid
-en geleerdheid in Engeland te naderen, zich zou uitstrekken, deed
-ik eene schriftelijke vraag aan den heer opperboekbewaarder, doch
-verzelde dezelve niet met eene aanbeveling van een der bestuurderen,
-en zulks om de eenvoudige reden, dat ik de eer niet had van een' dezer
-heeren te kennen. Evenwel ontwikkelde ik hem de oorzaak, waarom ik de
-door mij opgegevene handschriften wenschte in te zien. Deze bestonden
-hier in, dat ik eenige duistere plaatsen, welke mij in al de gedrukte
-uitgaven van eenen zekeren auctor niet wel gesteld schenen, met het
-handschrift wilde vergelijken.
-
-Ik ontving echter geen antwoord, iets, hetwelk ik, om de eer en
-wellevendheid der Engelsche natie op te houden, liefst wil toeschrijven
-aan den korten tijd, dien ik mij nog in Londen ophield. Mogelijk vind
-ik, bij een volgend overtogtje, daartoe eene betere gelegenheid.
-
-
-
-
-
-
-
-XV.
-
-DE ENGELSCHE WELLEVENDHEID.
-
-
-"Uwe Londensche kooplieden," zeide ik, op eenen zekeren dag, tegen
-mijnen vriend, "zijn juist niet zeer wellevend. Kom ik ergens in eenen
-winkel, dan schijnt men mij naauwelijks op te merken; men geeft mij
-tamelijk onverschillig hetgeen ik gevraagd heb; wel te verstaan,
-wanneer men niets beters te doen heeft; en het is waarlijk bijna,
-of mij eene gunst wordt bewezen, als men mijn geld in ruiling voor
-de waren aanneemt."
-
---"Gij doet mij verwonderd staan! Niets evenaart de beleefdheid onzer
-kooplieden, dan misschien de zucht, om hunne winkels en magazijnen
-te ledigen, en wederom met nieuwe goederen aan te vullen. Hier heeft
-gewis een misverstand, of eene bijzonderheid plaats. Kunt gij mij
-geene daadzaak opnoemen?"
-
---"O ja! dezen morgen nog was ik bij eenen boekverkooper, bij wien
-ik reeds verscheidene werken gekocht heb, met oogmerk, om nog het een
-en ander uit te zoeken. Juist hield hij zich met eene dame bezig; en
-ik was niet onbeleefd genoeg, om hem te vergen, haar te laten staan,
-en mij te helpen. Doch achtervolgens kwamen er nog vijf of zes andere
-personen in den winkel, die allen voor mij geholpen werden. Eindelijk
-gunde hij mij het woord, nadat ik ruim een half uur met het lezen
-der titels van zijne netjes gerangschikte boeken had doorgebragt,
-en hij volstrekt niets anders te doen scheen te hebben. Echter had
-hij mij wel zien inkomen; dewijl ik hem zeer beleefd gegroet en zelfs
-mijnen hoed op de toonbank nedergelegd had.
-
-"Ha, ha! Daar zijn wij er! Altijd en eeuwig Fransch! Onze kooplieden
-zijn gewoon, de achting en oplettendheid, welke zij aan hen, die in
-hunne winkels komen, verschuldigd zijn, af te meten naar het voorkomen
-van gewigt, dat de koopers zich zelven weten te geven. Ga slechts
-in een' der voornaamste winkels van geheel Londen, om het een of
-ander, ter waarde van slechts eenen halven schelling te koopen; doch
-houd uwen hoed op, spreek op eenen hoogen toon, veins, de grootste
-haast van de wereld te hebben, en gij zult u niet alleen geholpen
-zien, maar zelfs zal men u met de meeste beleefdheid en een aantal
-buigingen tot aan de deur geleiden. Nimmer zult gij eenen Engelschman,
-in eenen winkel komende, zijnen hoed zien afnemen, al stond ook de
-schoonste en welgekleedste vrouw achter de toonbank; iets, hetwelk,
-buitendien zeer zeldzaam in Londen is, waar de vrouwen zich niet
-veel met de winkelnering bemoeijen. Ook zal hij zulks evenmin doen,
-wanneer hij op deze of gene publieke plaats komt. Reeds meermaals heb
-ik opgemerkt, dat bij uwe verschijning in een koffijhuis of op ander
-publieke plaatsen aller oogen op u gevestigd waren; want naauwelijks
-hadt gij de deur bereikt, of, wip! was de hoed naar beneden. Zie
-daarentegen eens eenen Engelschman binnenkomen: deftig als een paauw
-stapt hij daar henen, ziet, met den hoed op het hoofd, driest naar
-alle zijden om, groet zijne vrienden en bekenden, welke hem onder het
-oog vallen, met eenen ligten hoofdknik, gaat vervolgens zitten, of
-hij er te huis hoorde, en zet alsdan den hoed af, zoo dezelve hem mogt
-hinderen. Gisteren morgen, mijn beste! hebt gij nog eenen ergen mispas
-(vergeef mij deze uitdrukking!) gemaakt, welke uwe hoedanigheid van
-Franschman alleen kan verontschuldigen. Ongetwijfeld herinnert gij u,
-dat wij in Picadillij sir Robert D... ontmoet hebben, bij wien wij
-morgen zullen eten. Hem aansprekende, hebt gij uwen hoed afgenomen,
-en hem derhalve in de onaangename noodzakelijkheid gebragt, om deze
-lastige beleefdheid op dezelfde wijze te beantwoorden, hetgeen hem
-ligtelijk eene verkoudheid op den hals kan halen."
-
---"Het is goed, dat ik dit weet, en ik verzeker u, dat mijn hoed
-voortaan op mijn hoofd als gespijkerd zal zijn.--Maar indien mij
-nu eens, bij geval, eene dame van mijne kennis ontmoet; is het dan
-insgelijks onwellevend, den hoed af te nemen?"
-
---"Dit maakt een groot onderscheid, mijn vriend! Immers kan zij
-uwe beleefdheid met eene kleine buiging beantwoorden, welke haar
-geene verkoudheid zal veroorzaken. Indien zij zich echter met u wil
-onderhouden, zal zij u zelve aanspreken; zoo niet, dan eischt de
-wellevendheid, haar niet te zien, ten minste u te houden, als of gij
-haar niet bemerktet."
-
---"Zeer wel! slechts nog eenige lesjes; en gij zult eenen echten
-Engelschman van mij maken."
-
---"Dewijl gij toch begeert, in de Engelsche manieren onderrigt te
-worden, moet ik u nog waarschouwen, dat gij u nimmer moet veroorloven,
-om, ten minste, zoo gij u niet bij zeer goede vrienden of bekenden
-bevindt, aan het vuur te raken of de kaars te snuiten. Doch om op het
-artikel van den hoed terug te komen; geenszins is het gebruikelijk,
-bij het afleggen van bezoeken, met den hoed in de hand of onder den
-arm in het vertrek te komen, waar het gezelschap bij een is; men moet
-denzelven in het voorvertrek nederleggen."
-
---"Ik versta u! Men komt binnen, als om een buurpraatje te houden.--Het
-zal nu wel gaan! ziedaar mij, ten minste wat der behandeling van den
-hoed betreft, grondig onderwezen! Ik zie wel, dat de heeren Engelschen
-het kapittel van den hoed volgens Aristoteles door en door bestudeerd
-hebben, waarvan Sganarelle bij Molière gewag maakt."
-
-
-
-
-
-
-
-XVI.
-
-DE SPECULANT.
-
-
-"Ik moet niet vergeten"--zeide ik tegen mijnen vriend C... den
-anderen dag, toen ik hem afhaalde, om naar sir Robert D... te gaan,
-waar wij het middagmaal nemen zouden--"u rekenschap te doen van een
-zeldzaam bezoek, dat ik dezen morgen gehad heb. Gij moet dan weten,
-dat ik eenige malen bij eenen zekeren boekverkooper hier in de stad
-geweest ben, die mij verscheidene nieuwe werkjes bezorgd heeft, en
-met wien ik zelfs overeengekomen was, na mijne terugkomst in Frankrijk
-eene geregelde briefwisseling te onderhouden. Daar hij derhalve wist,
-dat ik mij met de letteroefeningen bezig hield, kwam hij heden morgen
-bij mij, om mij het buitensporigste voorstel te doen, waarvan ik ooit
-heb hooren spreken."
-
-"Ik kom," zeide hij, terwijl hij twee groote rollen papier in
-8vo uit zijne zakken haalde, "u eenen zeer voordeeligen voorslag
-doen. Zie hier een werk, dat ik onlangs gedrukt heb: het is uit het
-Hoogduitsch vertaald, en van eenen zeer bekenden en hooggeachten
-schrijver, wiens werken echter nimmer in het Engelsch, ja zelfs, zoo
-ik het wel heb, ook niet in het Fransch vertaald zijn geworden. Een
-Fransch schrijver, die thans veel opgang maakt, heeft daaruit niet
-alleen de grondstof, maar zelfs ook eene groote menigte van kleine
-bijzonderheden ontleend, waarmede hij een boekdeel heeft opgesierd,
-hetwelk hij in Frankrijk als een werk, geheel van zijne vinding, heeft
-uitgegeven. De aanteekeningen, waarmede deze vertaling verrijkt is,
-toonen al de plaatsen aan, welke de Fransche schrijver in beslag heeft
-genomen; en daar dit werk van dien schrijver door geheel Frankrijk
-verspreid is, geloof ik, dat eene Fransche overzetting van dit,
-hetwelk ik u hier aanbied, veel fortuin zou maken. Ik doe u derhalve
-het edelmoedige aanbod, om mij dertig pond te geven (720 francs),
-waarvoor ik u dit uitmuntend werk zal laten, terwijl ik mij tevens
-verbind, deze overzetting niet uit te geven, voordat de uwe geheel
-klaar is, opdat gij geene mededinging behoeft te vreezen. Daar gij
-een mijner kalanten zijt, geef ik u de voorkeur; want gij moogt u
-verzekerd houden, dat verscheiden Fransche boekverkoopers in Londen
-dit voorstel met verrukking zouden aannemen.
-
-"Uw voorstel is, buiten twijfel, zeer aanlokkend, mijn waarde
-vriend!" antwoordde ik hem; "maar ik kan er geen gebruik van
-maken. Daarenboven moet ik u doen opmerken, dat in Frankrijk de
-letterdieverijen voor geene doodzonde gerekend worden, en dat men
-er nog nooit iemand om gehangen heeft. Voor eenigen tijd heeft men,
-wel is waar, veel geruchts gemaakt over de uitgave van de Conaxa,
-onder den naam van Les deux Gendres; maar de reden hiervan is, dat
-de schrijver van dit laatste stuk de onvoorzigtigheid heeft gehad,
-om zich den haat van een groot aantal zijner medebroeders, het genus
-irritabile vatum, op den hals te laden. Doch nooit is er een woord
-gerept van de School der Zeden, een stuk, bijna woordelijk uit het
-Engelsche tooneelspel School for Scandal, van Sheridan, overgenomen,
-evenmin van de Jeugd van Hendrik den Vijfden, waarvan de inhoud,
-de rangschikking, ja de kleinste bijzonderheden getrokken zijn
-uit een Hoogduitsch werk van Meissner, onder den titel van Skitzen
-und Erzählungen uitgegeven. De voornaamste verandering, welke de
-Fransche schrijver heeft gemaakt, is, dat hij Hendrik den Vijfden
-de rol laat spelen, die in het oorspronkelijke stuk aan uwen koning
-Karel den Tweeden is toegedeeld geworden. Maar hoe zou men een werk
-willen vertalen uit eene vertaling? Dit zou immers even zoo goed zijn,
-als eene oorspronkelijke schilderij naar eene kopij te vervaardigen;
-men zou er de hand des meesters niet meer in kunnen ontdekken."
-
---"Laat ons elkander wel verstaan: ik bedoelde, dat gij het
-oorspronkelijke Hoogduitsche werk zoudt vertalen."
-
---"Gij hebt dit dan?"
-
---"Neen, maar gij moest het ontbieden."
-
---"En waarvoor, mijn waarde vriend! zou ik u dan de dertig pond
-betalen?"
-
---"Maar de aanteekeningen, mijnheer! de aanteekeningen!"
-
---"Zouden, om u de waarheid te zeggen, een weinigje te duur betaald
-zijn; wijl zij nu volstrekt geen ander nut zouden kunnen aanbrengen,
-dan mij het spoor der navolging aan te wijzen, hetgeen ik gemakkelijk
-zelf zou kunnen ontdekken."
-
-En nu verliet hij mij, zijne twee aangebodene deelen met zich nemende,
-welke hij, volgens zijn zeggen, eenen anderen ging aanbieden.--"Welnu,
-mijn vriend! wat zegt gij van die grap?"
-
-"Hieraan erken ik het Engelsche genie, dat altijd en op alles
-speculeert. De handel is de ziel en het leven van eenen Engelschman,
-het zij hij waakt of droomt. Hoor slechts twee Engelschen spreken,
-en in tien minuten tijds zal het woord speculation u herhaalde malen
-in de ooren klinken. Het plan, bij voorbeeld, dat uw boekverkoper
-de edelmoedigheid had u voor te slaan, moge misschien voor u niet
-voordeelig zijn geweest; maar gij zult toch wel willen bekennen,
-dat het uitmuntend voor hem was. Gij herinnert u dien Engelschman
-nog wel, die, nu drie dagen geleden, met ons aan tafel zat? Hij
-heeft veel gereisd, en geenszins die dwaze vooringenomenheid voor
-zijnen landaard, welke hunne trotschheid met de sterkste kleuren
-schetst. "Er is," zeide bij tegen ons, "volstrekt geen middelstand
-in Londen. Zonder de voorname lieden uit, en al de overigen zijn uwe
-onderdanige dienaars, of, om mij beter uit te drukken, de dienaars
-van uwe guinies en banknoten. Ieder burger, die slechts eene kamer
-te missen heeft, meubelt en verhuurt dezelve, en wordt derhalve,
-ten gevalle van uwe beurs, uw kok en bediende." En dit is in vollen
-nadruk waar. Vandaar die kwakzalverij, welke gij bijna in alle
-winkels hebt moeten opmerken. Aan het eene huis, bij voorbeeld,
-hangt een bord met een opschrift, dat gij in geenen anderen winkel
-te Londen zoodanige waren tegen zulken geringen prijs kunt bekomen;
-aan het andere vindt men ieder uitgestald artikel met het Engelsche
-woord Only! in groote letters, versierd, hetgeen zoo veel zeggen wil,
-als: nergens anders te bekomen!
-
-De eene koopman laat een' van zijne bedienden, met eenen langen staak,
-aan welken van boven een bord is gehecht, met de bekendmaking, dat in
-zijn magazijn-alleen deze of dergelijke goederen tegen dien matigen
-prijs te koop zijn, de geheele stad doorkruisen. Een andere wederom
-laat kaartjes aan zijne vrienden, te weten, aan iederen voorbijganger,
-uitreiken, waardoor hij bekend maakt, dat hij voornemens is, zijnen
-winkel uit te verkoopen, en dus de goederen, welke hem nog overig zijn,
-voor halven prijs aanbiedt. Intusschen is hij even min van zins,
-zijnen handel op te geven, als gij er aan denkt, om denzelven te
-beginnen. Dit alles is Engelsche speculatie. In een woord, de eerste
-gedachte van eenen Engelschman, bij zijn ontwaken, de laatste bij zijn
-inslapen, de beelden, welke hem zelfs droomende voor den geest zweven,
-zijn plannen en speculatien.
-
-
-
-
-
-
-
-XVII.
-
-HET ENGELSCHE MIDDAGMAAL.
-
-
-Het onderhoud, mijn waarde lezer! hetwelk ik u in het vorige
-hoofdstuk heb medegedeeld, bragt ons aan het huis van sir Robert
-D... Onze hoeden, rottingen en overrokken in de voorkamer afgelegd
-hebbende, geleidde men ons in eene zaal, waar zich reeds een aantal
-gasten bevond. Sir Robert bood ons zijner vrouw en dochter aan,
-een jong meisje van achttien jaren, ongemeen lief en bevallig; en
-vervolgens, op dezelfde wijze, aan ieder ander lid van het gezelschap,
-ons tevens van hunne namen en hunnen rang, en hen wederkeerig van
-de onze onderrigtende. Dezelfde plegtigheid werd, bij de aankomst
-van iederen nieuwen gast, herhaald. Dit is een algemeen aangenomen
-gebruik te Londen. De heer van den huize neemt u (onverschillig,
-in welk eenen kring gij komt) bij de hand, en biedt u, met staatsie,
-aan ieder lid van het gezelschap aan.
-
-Behalve zijne dochter, had sir Robert nog eenen zoon van zeventien
-jaren, die echter thans met zijnen gouverneur in Italie was; om, zoo
-als ieder welopgevoed Engelschman verpligt is, de reis op het vaste
-land te doen; hetgeen trouwens, naar mijn oordeel, niet wel is over een
-te brengen met die algemeene minachting, welke dit volk zich aanmatigt
-tegen ieder, die niet van hunnen landaard is. Doch de wispelturigheid,
-of het niet gelijk blijven met zich zelven, (l'inconséquence) kan
-hun-alleen juist niet te laste gelegd worden; en misschien zou het
-van ons zeer onbillijk zijn, hun dezelve te verwijten.
-
-Het was ongemeen guur en koud weer, iets, hetwelk wij, al hadden wij
-er ook minder gevoel van gehad, toch niet ligtelijk zouden hebben
-kunnen vergeten; want ieder binnenkomende gast had de oplettendheid,
-om ons dit koude nieuws te herinneren. Men moge eenen Engelschman
-ontmoeten, wanneer men wille, het eerste woord, dat van zijne lippen
-rolt, is altijd: Hoe vaart gij? het tweede: Een fraaije morgen! Een
-sombere middag!--Een kouden avond! Een duistere nacht! Zoodat een
-Engelschman, met regt, een wandelend weerglas kan genoemd worden.
-
-Dan ter zaak! Ons gezelschap bestond uit veertien personen, vijf
-vrouwen en negen mannen, toen men ons kwam zeggen, dat het eten
-opgedischt was.
-
-De meeste voorname en rijke Engelschen houden er tegenwoordig
-Fransche koks op na; want bijna allen, die in Frankrijk geweest
-zijn, stemmen daarin overeen, dat onze keuken de hare verre te boven
-streeft. Maar sir Robert D... is een Engelschman van den ouden trant,
-die zich aan de voorvaderlijke zeden en gebruiken houdt, en volstrekt
-er niet van zou afwijken. Het verstaat zich derhalve van zelf, dat
-het geheele middagmaal volkomen, en zonder de geringste afwijking,
-op zijn Engelsch was ingerigt. Om den eetlievenden lezer te voldoen,
-zal ik er hem eene kleine schets van trachten te geven.
-
-Op het midden der tafel prijkte, als hoofdschotel, een vervaarlijk
-groot stuk gekookt pekelvleesch. Aan de eene zijde stond een kalfs-
-en aan de andere zijde een schapengebraad, terwijl twee schotels met
-visch de flank formeerden, en de vier hoeken met aardappelen, kool,
-wortelen en ingelegde snijboonen, alles in zuiver water gekookt, bezet
-waren. In het tweede bedrijf was de hoofdpersonaadje eene gebrade
-gans, tusschen eenen insgelijks gebraden haas en twee hoenders,
-en nu werd de flank gemaakt door twee schotels sla, den een' met
-selderij en den ander' met cichorei, terwijl op de hoeken eene appel-
-en kersentaart, een plumbpudding en een rijstpudding den lekkertand
-uitnoodigden. Vervolgens werd er nog eene kaas opgezet, en eindelijk
-werd het tafellaken afgenomen en eenige schoteltjes met appelen en
-andere versnaperingen opgebragt; ook schonk men thans een goed glas
-wijn; want, het drinken van eenige gezondheden uitgezonderd, had men
-tot dusverre zeer weinig wijns gebruikt, maar zich meestal bij het
-bier gehouden.
-
-De wijn wordt hier niet, als in Frankrijk, in flesschen opgebragt, maar
-in kristallen carafes, die voor den gastheer worden nedergezet. Zich
-zelven schenkt hij het eerst in, geeft vervolgens de carafe aan hem,
-die naast hem zit, en in deze volgorde doet zij de ronde om de tafel,
-tot zij ledig is, welk gebrek men echter zorgt door eene nieuwe
-spoedige vulling terstond weder te herstellen.
-
-Het onderhoud, gedurende den maaltijd, welke gelukkig zeer bespoedigd
-werd, was uitermate doodsch en vervelend. De voornaamste stof
-verschaften een lekker malsch gebraad en een stuk goed gekookt
-vleesch. Ook bespeurde ik geene de minste oplettendheid voor de
-aanwezige vrouwen. Ja, ik kon mij schier niet verbeelden, dat er vijf
-vrouwen tegenwoordig waren, van welke er ten minste drie in ieder
-land voor schoon zouden gehouden zijn, en de oudste, de vrouw van
-den huize, slechts zeven en dertig jaren telde.
-
-Na het afnemen der tafel en het gebruik van het eerste glas wijn, stond
-zij op, en verzocht der andere dames haar te volgen; doch wij mannen
-bleven met de carafe portwijn voor ons zitten, die, bij herhaling,
-de ronde om de tafel deed, en eindelijk, na verloop van eenige uren,
-door eene met madera afgelost werd.
-
-Ja, lezer! na eenige uren. Wij waren te vijf ure gaan aanzitten,
-de vrouwen waren reeds voor zes ure opgestaan, en wij verlieten
-echter de tafel niet voor half negen, om in eene andere zaal thee
-te drinken. Doch zoo ver zijn wij nog niet.--Na het vertrek der
-vrouwen werd het gesprek eenigzins levendiger. Ik, wiens tong in
-de tegenwoordigheid van eene lieve, bevallige vrouw steeds vlugger
-en losser wordt, vond het zeer vreemd, dat dezelfde reden eene
-tegengestelde uitwerking op het spraaklid der heeren Engelschen te
-weeg bragt. Maar welhaast ontdekte ik, dat aan de wandelende carafe de
-levendigheid van het onderhoud voornamelijk was toe te schrijven. Door
-het al te sterk liefkozen dier carafe, scheen echter ook de grootste
-aandrift langzamerhand te verkoelen: het was, als of de oogen toe
-wilden vallen, en de tongen dik werden, tot het voortdurend gebruik
-der madera ons in den vorigen staat van stilzwijgendheid terugvoerde.
-
-Reeds lang had ik bemerkt, dat, van tijd tot tijd, de eene of andere
-gast van tafel opstond, zich achter eene gordijn begaf, daar twee of
-drie minuten vertoefde, dan weder terugkwam, en bij het gezelschap
-zijne plaats hernam. Ik begreep niets van deze handelwijze; doch
-toen eindelijk mijn vriend C..., naast wien men mij geplaatst had,
-insgelijks als de anderen, dit toertje gemaakt had, vroeg ik hem,
-zoodra hij weder zat, zachtjes, wat dit toch beteekende? "Ga er slechts
-heen," zeide hij, "dan kunt gij het zelf zien, en mogelijk zult gij er
-niet boos om zijn"--Om mijnen nieuwsgierigheid te voldoen, ondernam ik
-het korte reisje, ging achter de gordijn en vond....! maar hoe nu aan
-mijne bescheidene en kiesche lezers, zoo als de Franschen altijd met
-opzigt tot de bewoordingen zijn, het voorwerp uit te drukken, dat zich
-aan mijne oogen opdeed? ja, welk eene benaming er aan te geven?--Er is
-echter geene bevallige dame, die dit meubel niet dagelijks gebruikt,
-of die hare kamenier niet zou beknorren, zoo zij het, bij het naar bed
-gaan, niet in hare slaapkamer vond, en die het, des noods, niet met
-den regten naam zou durven noemen. Ik hoop dus, niets te wagen, met te
-zeggen, dat ik daar vond staan eenen grooten waterpot. En inderdaad,
-de kruik gaat zoo lang te water, tot zij eindelijk vol wordt! zegt
-Figaro; en derhalve kan men geen vier of vijf uren aanhoudend drinken,
-zonder dat de natuur hare schatting eischt. En waarom toch, lezer! zou
-men eener even zoo natuurlijke behoefte, als eten en drinken, niet
-trachten te voldoen, zonder tijd te verliezen, zonder zich aan koude
-bloot te stellen, en zonder het vertrek te verlaten? Evenwel geloof
-ik, dat dit gebruik tot eene meerdere volkomenheid zou kunnen gebragt
-worden. Na eene lange zitting schijnt de gang van tafel naar de gordijn
-aan sommige gasten nog te ver. Onder anderen merkte ik eenen op, die al
-struikelende zijne plaats zocht te hervinden, doch die zijn doel juist
-niet langs een regte lijn en zonder eenige zijpassen kon bereiken. Ik
-hoop dus, dat door den tijd, die alle dingen verbetert! (dank zij den
-aanleg tot volmaaktheid van het menschelijke geslacht!) de Engelschen
-een dezer nuttige, of, om beter te zeggen, noodzakelijke meubels onder
-den stoel van ieder hunner gasten zullen doen plaatsen, even als men
-een wijnglas voor hen op tafel zet; want deze twee artikels zijn in
-hunne bijeenkomsten zoo onontbeerlijk voor elkander, als de klepel voor
-de klok. Deze mode in trein te brengen, zou een overheerlijk plan en
-eene voortreffelijke speculatie zijn voor eenen koopman in waterpotten.
-
-Eindelijk zochten wij de dames weder op, uitgenomen een der
-gasten, die aan tafel ingeslapen was, en welken men het raadzaamst
-oordeelde in zijne rust niet te storen. De koffij en thee waren
-op het oogenblik gereed. De koffij was volkomen gelijk aan die,
-welke ik reeds eenmaal in Londen geproefd had; doch de sterkte en
-smaak der thee vergoedden rijkelijk het gebrekkige van de koffij. De
-thee dan was bitter van sterkte, zoo dat ik mij genoodzaakt zag,
-er eene driedubbele hoeveelheid suiker in te doen, om haar te kunnen
-drinken. Bij de thee gebruikte men brood en boter, koekjes en eenige
-andere versnaperingen. Ook schonk men mij een tweede kopje in, zonder
-te vragen, of ik nog meer begeerde? Ik haastte mij dus, deze medicijn
-spoedig door te slikken, en naauwelijks was mijn kopje ledig, of het
-werd ten derde male gevuld.
-
-Hier kwam mij een oude manier van regtspleging te binnen, te weten,
-om den beschuldigden, wien men eene bekentenis wilde ontwringen,
-eene zekere hoeveelheid water te doen drinken. Daar ik vreesde,
-tot dezelfde proef veroordeeld te zijn, vroeg ik zachtjes aan mijnen
-vriend C..., of hij mij geen middel aan de hand kon doen, om mij van
-dezen zondvloed te redden.
-
-"Zoo lang gij uw lepeltje in het schoteltje laat liggen," zeide hij,
-"zal men u niet overslaan, doch leg het in uw kopje, en men zal u niet
-meer inschenken." Ik haastte mij derhalve, de eenige plank te grijpen,
-welke mij van verdrinken kon redden, en waarlijk, zij bragt mij in
-eene veilige haven: mijn kopje werd, tot hartelijke blijdschap van
-mijn verhemelte, den geheelen avond niet meer gevuld.
-
-Veel sprak men over de jagt en de staatsbelangen, inderdaad gewigtige
-en belangrijke onderwerpen voor de vrouwen, welke men geene meerdere
-opmerking aan de thee-, dan aan de eettafel verwaardigde. Eindelijk
-werd te elf ure het avondmaal aangekondigd.
-
-Dit was een mengelmoes van oesters, koud vleesch en gebak; en tot
-mijne groote verwondering, zou ik uit het spoedig verdwijnen van het
-opgedischte, zoo ik niet van het tegendeel ware overtuigd geweest,
-besloten hebben, dat men noch het middagmaal gehouden, noch, onder
-het theedrinken, zoo tamelijk gepeuzeld had.
-
-Nu werd er brandewijn, gin, rum, warm water en suiker rondgediend,
-waarvan ieder, naar welgevallen, eene grootere of kleinere hoeveelheid
-nam, en die zelf, naar zijnen zin, gereed maakte. Eindelijk scheidden
-wij des nachts te een ure, allen een weinigje aangezet, en den slaap
-ten hoogste benoodigd.
-
-Wacht u echter wel, lezers! het woordje allen ook op de vrouwen toe
-te passen. Dezen zijn in Engeland, in het algemeen, ja bijna geene
-uitgezonderd, van eene bewonderenswaardige matigheid met opzigt tot den
-wijn en de sterke dranken, hetgeen des te vreemder moet voorkomen,
-wijl het vochtlievend voorbeeld der mannen haar ligtelijk smaak
-in deze voorwerpen zou kunnen doen krijgen. De Fransche schrijver,
-die in het jaar achttien honderd en vijftien door de drukpers het
-publiek heeft verteld, dat de Engelsche dames zich, even als hare
-mannen, dagelijks in den drank te buiten gaan, heeft haar opzettelijk
-en met voordacht gelasterd, of wel, heeft, gedurende zijn verblijf,
-geene andere verkeering gehad, dan met zulke dames, die bij avond en
-des nachts in den omtrek der kerk van Sint-Gilles haar fortuin zoeken.
-
-Men verhaalt, dat eene, geenszins aan dit gebrek verslaafde, dame op
-zekeren avond bij toeval meer gedronken had, dan zij verdragen kon,
-en zoodanig beschonken was, dat men haar in bed moest dragen. Den
-anderen morgen maakte haar echtgenoot, geheel in het zwart gekleed,
-haar zijne opwachting.--Goede hemel! riep zij uit, mijn vriend! geen
-onzer bloedverwanten was immers ziek, zoo ver ik weet; over wien
-rouwt gij?--"Over uwe eer, mevrouw! die gij gisteren avond bevlekt,
-en mogelijk voor altijd verloren hebt!" antwoordde hij. Nu zwoer deze
-dame plegtig, nimmer weder wijn of sterken drank te zullen gebruiken;
-en men verzekert, dat zij haar woord nooit verbroken heeft.
-
-
-
-
-
-
-
-XVIII.
-
-DE SHERIFS.
-
-
-Op zekeren dag bevond ik mij in de Citij, digt hij de Sint-Paulus-kerk,
-in Pater-Noster-Row. Juist was ik bezig met, in eenen der talrijke
-boekwinkels, waarvan deze straat grimmelt, een nieuw werk te koopen,
-toen een onverwacht geluid van een groot getal instrumenten mijne
-ooren trof. Op mijne vraag, wat deze soort van concert beteekende,
-werd mij gezegd, dat het de twee nieuwelings verkozene sherifs
-(regters) waren, die op het stadhuis (Guild-Hall) den eed gingen
-afleggen. Oogenblikkelijk begaf ik mij naar Cheapside, welken weg
-de optogt moest nemen, en bespeurde, bij die gelegenheid, dat er
-te Londen niet minder gapers, dan te Parijs, zijn. De straten waren
-opgepropt met een volkje van allerlei slag, maar men zag noch wachten
-noch geregtsdienaars, om de menigte in bedwang te houden; het volk
-zelf scheen zich van dezen pligt te kwijten, en de rust bleef volkomen
-ongestoord, waarvan, naar mijne gedachten, de ruimte en breedte der
-straten gedeeltelijk de oorzaak waren.
-
-Het geleide werd vooruitgegaan door een twintigtal muzijkanten,
-allen op blaasinstrumenten spelende. Hierop volgde een man op een
-paard, dat moedig en snuivende voortstapte, terwijl de ruiter in
-zijne hand eenen vergulden stok hield, die veel naar eenen schepter,
-of ten minste naar eene koopmansel geleek; zijn kleed was van rood
-scharlaken, met breede gouden belegsels, en op zijne schouders prijkte
-ter wederzijde eene kolonels-epaulette: zijn hoofd was met eenen
-kolossalen, driepuntigen en rijk met goud geboorden hoed bedekt, en
-zijn post bestond in de plegtigheid van het feest te regelen. Achter
-hem kwamen twaalf rijtuigen, ieder met eenen magistraatspersoon
-(alderman) bevracht, en deze werden gevolgd door de geheel vergulde
-en ontzaggelijk groote koets van den Lord-Major. De dissel en de bok
-van den koetsier waren, even als het achterste gedeelte van de koets,
-met gesneden en rijkelijk verguld houtwerk dermate overladen, dat
-het mij onmogelijk is, er eene behoorlijke beschrijving van te geven;
-doch alles was tevens zoo stevig, massief en verkwistend zwaar, dat
-men van de afbraak der koets, wat het hout betreft, gemakkelijk een
-klein huis zou hebben kunnen bouwen. Nu kwamen eindelijk de koetsen
-der twee nieuw verkozene sherifs. Deze waren wel minder prachtig,
-dan die van den Lord-Major, maar des te netter en doelmatiger. De
-koetsiers dezer drie rijtuigen zuchtten intusschen onder den last van
-vervaarlijk groote vlassen pruiken zonder poeder, en met verscheidene
-verdiepingen van krullen voorzien, die er of aan vast gebreid, of ten
-minste er op genaaid waren. Op deze gekoetsierde pruiken, of, om mij
-beter uit te drukken, op deze gepruikte koetsiers volgde een twintigtal
-lakkeijen te voet, in groot liverei, wier wit zijden kousen mijne ziel
-met medelijden vervulden; wijl de modder en slijk het wit zoodanig
-hadden veranderd, dat men het bijna voor zwart, ten minste voor grijs
-zou gehouden hebben. De achterhoede van dezen optogt bestond wederom
-uit eenen troep van twintig muzijkanten. Voorts werd mij verhaald,
-dat, na het afleggen van den eed, de eene dezer regters in een der
-voornaamste logementen van Londen eenen grooten maaltijd geeft, en dat,
-eenige dagen later, de andere dezen pligt insgelijks moet vervullen.
-
-Het aanschouwen van dezen plegtigen optogt deed intusschen mijne
-nieuwsgierigheid ontbranden om eenige bijzonderheden te weten, welke
-ik den weetgierigen lezer thans zal mededeelen; wijl hij misschien
-hetzelfde verlangen ontwaart, en het zoo gemakkelijk niet zou kunnen
-bevredigen.
-
-De regering bestaat uit den Lord-Major, twee sherifs (regters, of
-bijzitters), vijf en twintig aldermans (schepenen) en twee honderd
-zes en dertig raadsheeren, of vroedschappen.
-
-De Lord-Major wordt door het volk uit de aldermans verkozen. Men
-benoemt er twee, uit welke de algemeene vergadering, bestaande uit
-den aftredenden Lord, de aldermans en raadsheeren, eenen nieuwen
-Lord-Major benoemt. Zijne aanstelling is slechts voor een jaar;
-echter is hij eigenlijk het hoofd, en eenigermate zelfs de ziel van
-de geheele regering.
-
-De bediening der sherifs, welke insgelijks door het volk verkozen
-worden, vervalt ook met het jaar. De Lord-Major is voorzitter, en
-als de keuze gedaan is, roept hij den nieuw verkozene uit, onder het
-drinken van een glas wijn, op de gezondheid van den sherif, die of
-die, een penseeltrek, welke vooral niet vergeten moet worden bij het
-schetsen der Engelsche zeden en gebruiken. Overigens veroorzaakt deze
-benoeming zeer vele onkosten aan hem, die er het voorwerp van wordt:
-ook mag men er zich geenszins aan onttrekken, zoo men geene boete
-van vierhonderd pond (9,600 livres) wil betalen. Deze regters staan
-aan het hoofd der regtspleging. De aldermans worden op dezelfde wijze
-verkozen, doch hunne benoeming is levenslang. Zij vervullen het beroep
-van vrederegters in de stad Londen, en verscheidene regtsvergaderingen
-zijn uit hen samengesteld.
-
-De raadsheeren eindelijk worden door de bijzondere wijken der Citij
-benoemd, welke in twee honderd zes en dertig afdeelingen gesplitst
-wordt. Zij zijn ten naastenbij hetzelfde, als de algemeene vergadering
-van den raad te Parijs, met dit onderscheid echter, dat hunne magt en
-hun aanzien veel verder is uitgebreid. Het stadhuis (Guild-Hall), waar
-de kiesvergaderingen gehouden worden, is een groot Gothisch gebouw. Het
-is ook daar, dat de plegtige inwijding van den nieuwen Lord-Major
-jaarlijks den negenden November met een groot feest gevierd wordt,
-op hetwelk ongeveer duizend personen van beiderlei sekse genoodigd
-worden, en waarbij gemeenlijk een paar duizend flesschen wijn hare
-ontlasting vinden.
-
-Ik heb mij altijd bediend van de uitdrukking de Citij van Londen:
-men moet echter dit geenszins met het woord stad verwarren, waarvan
-de Citij slechts een derde gedeelte uitmaakt. De regenten, van welke
-ik gesproken heb, kunnen buiten de Citij geen gezag, hoe genaamd,
-uitoefenen, en het overige gedeelte van Londen wordt, even als de
-andere steden en dorpen van het koningrijk, bestuurd.
-
-
-
-
-
-
-
-XIX.
-
-DE VUISTVECHTERS. (BOKSERS.)
-
-
-Slechts zeer weinige menschen brengen den dag door naar het ontwerp,
-hetwelk zij den vorigen avond gevormd hebben. Aan den eenen kant
-wederstreeft ons bijna altijd in onze voornemens het register van
-onvoorziene toevallen, hetwelk zoo vruchtbaar in deszelfs geheelen
-omvang is; terwijl, aan den anderen kant, onze eigene wispelturigheid
-ons niet zelden een welberaamd besluit doet opgeven, om een ander
-te volgen, hetwelk een louter toeval deed geboren worden. In een
-woord, wanneer wij het onderscheid tusschen willen en doen, beramen
-en uitvoeren, naauwkeurig gadeslaan, dan zullen wij ons meestal in
-de slotsom onzer ontwerpen jammerlijk bedrogen vinden. Men denkt,
-zich, bij voorbeeld, in den schouwburg te vermaken, en men geeuwt
-er: men waant, veel leerzaams in het een of ander Genootschap van
-Wetenschappen te zullen hooren, en men sluimert er zachtkens in:
-men vervoegt zich in het een of ander gezelschap, op hoop van een
-geliefdkoosd voorwerp te ontmoeten; men is er, en zij komt niet:--men
-is voornemens, eener lieve jonge vrouw een bezoek te geven, en men
-treft haren ouden echtgenoot aan.
-
-Evenwel moet men ook toestemmen, dat het toeval, onze ontwerpen
-verijdelende, ons dikwijls veel beter dient, dan wij ons hadden
-kunnen verbeelden; en hij, die ter goeder trouw eenen blik op het
-verledene wilde terugwerpen, zou ongetwijfeld moeten bekennen,
-dat hij een groot gedeelte van het wel slagen zijner ondernemingen,
-hetwelk zijne eigenliefde aan het wel beramen van zijne plans wil
-toeschrijven, veeleer aan het bloote geval te danken heeft.
-
-Even zoo was ik aan het lot het gezigt van een schouwspel verschuldigd,
-dat wel niet zeer aanlokkend voor eenen Franschman, doch des te
-belangrijker voor een volk is, hetwelk meer vermaak vindt in de
-geestverschijning in Macbeth, en in de ijsselijkheden in Koning Lear,
-dan in de verteederende droefheid van eene Iphigenie, en in de zachte
-tranen, welke de wegslepende moederliefde van eene Andromache uit de
-oogen doet vloeijen. Doch de beschouwer is dikwijls genoodzaakt, zijne
-oogen op voorwerpen te vestigen, welke hem met afschrik vervullen; even
-als de ontleedkundige door het ontleden der lijken lessen verzamelt,
-om de smarten der lijdende menschheid te verligten.
-
---"Ziedaar eene waarlijk lange inleiding!"
-
-Maar vergeet tevens niet, op te merken, waarde lezer! dat het de
-eerste is, waarop ik u vergast; en indien zij u al min of meer verveeld
-hebbe, bedank mij dan ten minste, dat ik niet al mijne hoofdstukken,
-even als vele dagbladschrijvers gewoonlijk hunne tijdingen beginnen,
-met eene voorrede heb aangevangen, die meestal zoo weinig betrekking
-heeft tot het onderwerp, dat behandeld zal worden, als de zeden van
-Londen naar die van Parijs gelijken. Doch daar het uw wil is, zal
-ik eenige aanmerkingen, welke ik hier eigenlijk nog te maken had,
-in mijne pen houden, en mij spoeden, om tot de zaak zelve te komen.
-
-Het paleis van den Prins Regent van Engeland ligt bijna in het midden
-der stad, in Pall-mall.
-
-Men heeft het voornemen, van dit punt, in eene regte lijn, eene groote
-en zeer fraaije straat, in de lengte een aanzienlijk gedeelte der stad
-doorsnijdende, tot aan New-road te leiden, en dus met Regents-Park
-te vereenigen.
-
-Een gedeelte dezer onderneming heeft men ook reeds ten uitvoer
-gebragt, en deze nieuwe straat, welke Portland-place genoemd wordt,
-en voorzeker de schoonste van geheel Londen zal zijn, maakt omtrent
-een vijfde gedeelte dezer hoofdstad uit, en zal ten naastenbij drie
-kwartier uurs lang zijn. New-road, hetwelk in het Fransch zoo veel,
-als Nieuwe Aanleg beteekent, is in een der uithoeken van de stad
-gelegen, digt bij het Regents-park, of het Park van den Prins Regent.
-
-Op zekeren morgen, niets te doen hebbende, ging ik al vrij vroeg
-uit, met het voornemen, om het nieuwe plantsoen in Regent's-park,
-dat nog niet in volle orde is, te bezigtigen. In den Nieuwen Aanleg
-gekomen, zag ik op zekere hoogte, Primrose-hill genaamd, van verre
-in het veld, eene groote menigte van mannen en vrouwen, en tegelijk
-een aantal menschen, die, dwars overstekende, uit al hunne magt naar
-hetzelfde punt liepen. Hier bleek het weder, dat ik, even als zij,
-een echte afstammeling van onze goede moeder Eva was: ik vergat het
-doel mijner wandeling, en liet mij door den Daemon der nieuwsgierigheid
-naar dezelfde zijde heen slepen.
-
-De bonte menigte bestond uit lieden van allerlei stand en rang der
-beide seksen: eene welgekleedde dame stond naast eenen kruijer
-of lastdrager, en een opgeschikte modezoon tusschen eenen hoop
-van vischwijven en bedelaarsters. De aanschouwers vormden eenen
-ongemeen wijden kring, in wiens midden een man van eene Herculische
-gestalte bezig was, met zich van zijne das, zijnen rok, en zijn
-vest en eindelijk van zijn hemd te ontdoen, waarna, tot mijne groote
-verwondering, het baaijen onderhemdje hetzelfde lot onderging, zoo
-dat ik nu zeker vooronderstelde, dat broek en kousen de uitgetrokken
-plunje zouden navolgen; doch dit gebeurde niet. De oogen en wangen
-der zedige Ladij's, welke dit schouwspel met hare tegenwoordigheid
-vereerden, schenen, tot mijne uiterste verbazing, noch te blikken,
-noch te blozen op het gezigt van eenen man, die tot aan zijn midden
-moedernaakt voor haar stond. Weinige oogenblikken hierna konden zij een
-dubbel genoegen smaken; want een ander kampvechter, die zich buiten den
-kring ontkleed had, kwam nu, vol drift, door de menigte heen dringen,
-om zijne partij te ontmoeten. Ieder was door twee mannen vergezeld,
-die bestemd waren, om ruimbaan voor de kampioenen te houden en hen,
-des noods, te ondersteunen. De laatst gekomene was intusschen veel
-kleiner, dan de eerste, maar zijne spieren en pezen, die borst, rug
-en armen bekleedden, verkondigden den aanschouwer, dat de natuur hem
-voor zijne kleinere gestalte rijkelijk schadeloos had gesteld door
-het geschenk van buitengewone ligchaamskrachten.
-
-Na veel moeite gelukte het mij, plaats te vinden onder de echte
-liefhebbers, en wel in den eersten rang, naast eenen bejaarden
-Engelschman, die zeer oplettend was op al, wat er voorviel, en wien ik
-verzocht, mij te onderrigten, wat deze bijeenkomst eigenlijk beduidde,
-en wat er gebeuren zou.
-
-"Gij zijt een vreemdeling," zeide hij, "uwe vraag--alleen zou mij dit
-ontdekt hebben, indien uwe uitspraak u niet reeds verraden hadde.--Gij
-zult zien boksen, maar ik vrees, dat wij niet veel pleizier zullen
-hebben; want deze knapen zijn juist niet van de voornaamsten; het
-zijn twee ambachtslieden, die gisteren toevallig verschil gekregen,
-en hier tijd en plaats bepaald hebben, om hetzelve te beslechten. Maar
-wacht! let op! let op! zij beginnen!"
-
-"Tien guinies tegen zeven op Tom!" schreeuwde een jong mensch, die
-eenige schreden van ons af stond, uit al zijne magt.
-
-Tom was degene, die het voordeel der grootte had.
-
-"Ik houd de zeven guinies op Dick!" riep de Engelschman, die naast
-mij stond.
-
-En op het oogenblik kwamen de twee kampvechters met geslotene vuisten
-op elkander af, en trachtten, wel vijf minuten lang, elkander duchtige
-vuistslagen toe te brengen, welke zij echter beide met veel vlug-
-en vaardigheid wisten af te keeren.
-
-"Het zijn kinderen der natuur, ongeleerde vechters!" zeide mijn
-buurman; "er heerscht noch kunst noch overleg in hunne wijze van
-boksen."
-
---"Heeft men het hier dan zoo ver gebragt, dat men de kunst van
-vuistvechten naar grondregelen uitoefent?"
-
---"Zonder twijfel! Even als in de schermkunst, hebben wij hier
-leermeesters in deze wetenschap, en het is gemakkelijk te zien,
-dat deze twee menschen zich weinig geoefend, of ten minste slechte
-meesters gehad hebben."
-
-Op dit oogenblik bragt Dick, met eenen uitgestrekten arm, zijner
-partij Tom eenen, zoo wel gerigten, vuistslag onder de laatste rib toe,
-dat die als een os ter neder stortte.
-
-Middelerwijl de twee secondanten van Tom hem oprigtten, zeide ik
-tegen mijnen buurman: "ziedaar uwe weddingschap gewonnen!" In het
-denkbeeld verkeerende, dat door den val van den eenen der strijders
-het gevecht geheel geeindigd was.
-
-"Gewonnen! riep hij, och, mijn vriend! zoo ver zijn wij nog niet. Tom
-zal het zoo gemakkelijk niet opgeven: het gevecht eindigt niet,
-voor dat een van beiden bekent, overwonnen te zijn."
-
---"En waarom heeft Dick zich dan niet van zijn voordeel bediend,
-en zijne partij gedwongen, zijne nederlaag te bekennen?"
-
---"Dewijl deze soort van gevecht, even als iedere andere, naar regt
-en wetten behandeld wordt, en men zijnen neergevelden vijand geene
-slagen mag toebrengen."
-
-Intusschen was Tom weder op de been gekomen, en had den aanval
-hernieuwd. Eenige oogenblikken daarna liet hij zijne vuist zoo
-onzacht op het kakebeen van Dick nederglijden, dat deze, op zijne
-beurt, insgelijks den grond kuste, terwijl een stroom van bloed,
-met eenige tanden, uit zijnen mond vloog.
-
-Na eenen korten stilstand hernieuwde men het gevecht. Dick, zich
-houdende, als of hij nogmaals eenen aanval op de ribben van zijne
-partij wilde doen, drukte, door eene vaardige wending, onverwachts
-zijne volle vuist zoo onzacht op den regter kijker van zijnen vijand,
-dat deze, tegen wil en dank, het, door deze persing opgezwollene,
-venster gesloten moest houden.
-
-"Niet slecht!" riep mijn buurman, "niet slecht!" Doch naauwelijks was
-het tweede niet slecht! over zijne lippen gegleden, of Tom onthaalde
-den neus van Dick op eene zoo allergeweldigste stomp, dat uit beide
-neusgaten twee bloedfonteinen sprongen, terwijl Dick ruggelings op den
-grond nedertuimelde. Nu snelden zijne twee secondanten vaardig toe,
-reinigden zijn gezigt met sponsen van het bloed, en rigtten hem op,
-ter hervatting van dit moorddadig gevecht.
-
-Thans scheen Dick al zijne pogingen aan te wenden, om het linker oog
-van zijne partij in denzelfden toestand als het regter te brengen. Het
-kwam mij dus voor, dat Dick, alhoewel niet sterk voor de broederschap
-ingenomen, echter des te krachtdadiger de gelijkheid betrachtte, tot
-welk einde hij telkens de vrijheid nam, om zijne vuist met het linker
-oog van Tom in aanraking te brengen, en hetzelve, op deze wijze,
-gelijkvormig aan het regter te maken. Daarbij scheen hij volstrekt
-ongevoelig voor de slagen, welke hij ontving, en niet eens te merken,
-dat stroomen bloeds uit zijnen mond en neus ontsprongen, toen het
-hem eindelijk gelukte, het voorgestelde doel te bereiken, en het
-andere oog van zijnen vijand insgelijks te treffen en te sluiten,
-zoo dat deze rampzalige nu te regt kon gezegd worden blind geslagen
-te zijn, welke kunstbewerking in Engeland bij het edele boksen den
-uitvoerder den grootsten roem verschaft. Dan daar, helaas! in het
-menschelijke leven het grootste geluk veelal door rampen is verzeld,
-ontving de oculist gelijktijdig van zijnen lijder, ter betaling
-voor de opgedrongene kuur, eenen zoo hevigen slag op den hartkuil,
-dat hij zelf ten derdemaal op den grond nederplofte.
-
-Nu dacht ik ten minste zeker, dat de strijd geëindigd was. Tom,
-wiens luiken digt geslagen waren, scheen mij door dit kleine beletsel
-buiten staat, om zich te verdedigen, en dus veel minder in staat,
-om den aanval te kunnen doen; en den, op den grond uitgestrekten
-en naauwelijks adem kunnende halen, Dick was het, mijns oordeels,
-insgelijks onmogelijk, het gevecht te hervatten. Maar ik bedroog
-mij nogmaals.
-
-De secondanten van Dick kwamen andermaals bij hem, wiesschen hem op
-nieuw het bloed met sponsen van het gezigt, drukten hem citroensap
-in zijnen mond, verkwikten den sterk beschadigden neus insgelijks met
-eenige droppelen van datzelfde vocht, en trachtten hem te overtuigen,
-dat hij met een weinigje moed en standvastigheid ongetwijfeld
-overwinnaar moest worden; wijl hij zijne tegenpartij geheelenal
-blind had geklopt; en zij bragten het inderdaad ook zoo ver, dat
-zij hem overeind kregen, en door hunne aanspraak weder met nieuwen
-moed bezielden.
-
-Gedurende dezen tijd bleven de vrienden van Tom geenszins
-werkeloos. Een ligte lancetsteek onder beide de oogen, deed het
-daartusschen gedrongen bloed over de wangen loopen, en verminderde
-in zoo verre de ontsteking, dat de lijder een weinigje kon zien.
-
-Nu vielen zij met vernieuwde woede, als twee tijgers, op elkander aan,
-en eene menigte van vuistslagen, wederzijds gegeven en ontvangen, bragt
-zulk eene hoeveelheid bloeds te voorschijn, dat de beide vechters er
-geheel mede bedekt waren.
-
-En zelfs vrouwen konden op dit afgrijsselijk schouwspel hunne teedere
-oogen vestigen! oogen, welke zich nimmer moesten openen, dan, om
-tooneelen van vermaak en stille vreugde te beschouwen! "Helaas!" zeide
-ik bij mij zelven, "zijn deze, welke ik hier ontmoet, Engelsche--zijn
-deze wel Europesche vrouwen?--Zijn het niet veeleer vrouwen (vrouwen,
-zeg ik!) neen, vrouwelijke monsters uit de horden der Kannibalen,
-die met wellust rondom de vlammen dansen, in welker midden zij den
-ongelukkigen gevangene, langzaam bradende aan eenen paal, van een
-scheuren, en deszelfs geblakerde leden met de lillende ingewanden
-tot een smakelijk voedsel nuttigen!"
-
-Doch, terwijl ik mij in deze en dergelijke overdenkingen verdiepte,
-gaf de ongelukkige Tom, door eenen laatsten hartslag ter nedergeveld,
-groote gulpen bloeds over, en alle moeite, welke zijne secondanten,
-eenige minuten lang, aanwendden, om hem op de been te houden,
-vruchteloos bevonden zijnde, behield zijne tegenpartij het slagveld,
-en werd, met eenige tanden in den mond minder, een paar bont en blaauw
-geslagene oogen en eenen gebroken neus, door zijne vrienden juichende
-als overwinnaar weggeleid.
-
-Twist of oneenigheid is echter niet altijd de aanleidende oorzaak van
-deze vuistgevechten, o neen! er is een aantal boksers van beroep,
-die om geld deze moorddadige kunst uitoefenen, en in dat geval is
-eene beurs met twintig, dertig of vijftig guinies tot eenen prijs voor
-den overwinnaar bestemd. De eene of andere rijke en aanzienlijke Lord
-laat in zijn park eenen ruimen omtrek met palen en touwen afsluiten,
-welke tot het slagveld voor de kampvechters verstrekt, en waar zij
-ongehinderd hunne vlugheid, kracht en bekwaamheden kunnen ten toon
-spreiden. Alsdan worden er belangrijke weddingschappen aangegaan,
-en welgelukzalig zij, welken het te beurt valt, de eer te genieten,
-om in het vermaak van dit bekoorlijk schouwspel te mogen deelen,
-even als in vroegere tijden vorsten en edelen de ridderspelen met
-hunne tegenwoordigheid vereerden.
-
-En dan durft men de Romeinen nog van wreedheid beschuldigen; wijl hunne
-oogen zich in den strijd der zwaardvechters konden verlustigen! Dit
-oorlogzuchtige volk, onder de wapenen geboren en in den krijg opgevoed,
-zag immers in die gevechten slechts het afbeeldsel van den oorlog, en
-daarenboven was ieder burger soldaat. De vechters zelve waren bezield
-met de zucht tot roem. Als een hunner, na zich dapper gekweten te
-hebben, op het punt stond van den doodsteek te ontvangen, gaven de
-aanschouwers dikwijls hun verlangen te kennen, dat de ongelukkige
-mogt gespaard worden, ten welken einde zij hunne handen opstaken,
-met hunne doeken wuifden en somwijlen met een onstuimig geschreeuw
-de vrijheid van den verwonnenen eischten.
-
-Maar welk een belang toch kan een laag en hatelijk vuistgevecht
-verwekken, gedurende hetwelk de aanschouwers zich met niets anders
-schijnen bezig te houden, dan met pogingen, om de verwoedheid der
-razende vechters aan te moedigen, tot eindelijk een hunner bijna
-levenloos nederstort? En dit is nogtans een der meest geliefkoosde
-vermaken van het volk, dat zich, bij uitzondering, het denkende noemt.
-
-
-
-
-
-
-
-XX.
-
-ENGELSCHE ZINDELIJKHEID.
-
-
-Op eenen zaturdag wandelde ik met mijnen vriend C... door de stad.
-
-"En met welk voornemen?" zal men mij mogelijk vragen.
-
-Zie hier mijn antwoord.--Plaats u slechts, waarde lezer! op den eenen
-of anderen morgen, zonder u de moeite te geven van naar Londen te
-reizen, bij de Pont-Neuf, te Parijs, en doe dezelfde vraag aan alle
-voorbijgangers, namelijk, met welk voornemen zij zijn uit gegaan?
-
-Een advokaat zal u zeggen:--"Om voor eenen mijner kliënten te
-pleiten." En het is integendeel slechts, om de vijftig Louis d'or te
-verdienen, welke hij zich vooruit heeft doen betalen.
-
-Een arts zal u antwoorden: "Om eenen mijner lijders te bezoeken." Maar
-geenszins zal hij er bijvoegen, dat dit bezoek hem rijkelijk zal
-betaald worden.
-
-Een dagbladschrijver zal u vertellen: "om eene proef te corrigeren." En
-het is juist om de eerste letter van zijnen naam, waarachter hij
-zich verschuilt, te gaan uitkrabben onder het een of ander artikel,
-in hetwelk hij eenen zekeren schrijver al te hard is aangevallen,
-en voor wiens onverzoenlijke wraakzucht hij thans beducht is.
-
-De koopman zal u diets pogen te maken, dat hij "eenen
-zijner handelvrienden, wiens zaken wat schuinsch zitten, gaat
-ondersteunen." Maar hij verzwijgt u, dat zijn voornemens is, tegen
-gereed geld voor een derde der waarde den ongelukkigen de goederen,
-welke hem nog overig zijn, af te woekeren.
-
-De krijgsman zwetst u voor: "Mij roept eene zaak van eer!" En het
-is eene danseres van de Opera, met welke deze zaak van eer moet
-beslist worden.
-
-De schoone Agnes, die, u antwoordende, hare tintelende oogen zedig
-naar den grond slaat, zegt, met den grootsten schijn van waarheid:
-"Ik ga de mis hooren in de naburige kerk." Maar het looze meisje
-weet, dat zij eenen jongen vriend zal vinden, welken zij daar
-eene bijeenkomst heeft toegestaan.--Dat oude grootje dweept u,
-met een uitgestreken gelaat, voor: "Ik ga, in de vreeze des heere,
-een heimelijk liefdewerk verrigten." Maar het is, om aan vijf of zes
-schijnheilige klappijen van hare kennis een schandelijk nieuws mede
-te deelen, hetwelk haar, ten nadeele van eene harer beste vriendinnen,
-den vorigen avond verhaald is geworden.
-
-Indien ik nu zelf op uwe vraag antwoordde, waarde lezer! zoudet gij
-immers kunnen vermoeden, dat ik u insgelijks mijne ware beweegredenen
-wilde verbergen, of dat ik er u slechts een gedeelte van ontdekte. Heb
-derhalve de goedheid, om u te vergenoegen met datgene, hetwelk
-ik mij in gemoede verpligt acht ter uwer kennis te brengen, en
-u te bepalen bij de uitwerkselen, zonder al te diep in derzelver
-oorzaken te willen doordringen; want deze aangeborene zucht, hoe
-natuurlijk en verschoonbaar dezelve ook zij, is meermaals de bron van
-duizende dwalingen en misslagen voor het menschdom geweest. Ja men
-kende...... Doch ik bemerk, dat ik mij van mijnen weg verwijder, en
-dat ik, dus voortgaande, in plaats van hetgene ik te Londen gezien en
-gehoord heb, te verhalen, mij ongevoelig in wijsgeerige bespiegelingen
-zou verdiepen. Derhalve ter zake!
-
-"Welk eene verwonderlijke zindelijkheid heerscht er in dit land!" zeide
-mijn vriend C... "Ziet gij wel aan alle huizen de dienstmeisjes met
-hare emmers, bezems, luiwagens, dweilen, sponsen en zandbakjes? Zij
-zijn bezig met de trappen, van den zolder tot aan den kelder,
-te schuren, en zij eindigen met den huisdrempel. En dit wordt alle
-zaturdagen op nieuw herhaald. Wel nu, wat zegt gij er van?--Doet men
-dit te Parijs ook?"
-
-"Maar te Parijs," antwoordde ik hem, "worden bij zeer vele lieden
-de trappen niet alleen geschrobd en geboend, maar zelfs met wassen
-lappen gewreven; gij zult mij dus gaarne toestemmen, dat dit tegen
-het Engelsche wasschen, waarvan gij zoo veel ophefs maakt, wel kan
-opwegen. Wat der zindelijkheid betreft, mijn beste! dan moest gij
-eens in Holland zijn, daar zoudt gij andere staaltjes aantreffen:
-daar wascht men zelfs de muren der huizen van buiten. Ik moet u
-daarenboven ronduit verklaren, dat ik mij in het geheel niet met
-geestdrift voor de Engelsche zindelijkheid vooringenomen gevoel. Gij,
-mijn vriend! beschouwt slechts het vernis der schilderij, maar
-geenszins derzelver innerlijke waarde.
-
-Onder dit gesprek wees ik hem eenen tappersjongen aan, die, huis aan
-huis, zijne pinten bier rondbragt, welke hij naast elkander op eene,
-tot dit gebruik geschikte, plank geplaatst, in zijne hand hield, Aan
-ieder huis, waar hij kwam, nam hij, voor het aankloppen, eene teug uit
-het pintje, hetwelk hij moest overhandigen, zoo dat hij, dus doende,
-middel vond, om zijnen dorst of snoeplust te bevredigen (indien het
-nemen van eenen slok bier snoepen mag genoemd worden) zonder dat de
-hoeveelheid van het vocht uit de pinten aanmerkelijk verminderde.
-
-Op het zelfde oogenblik zag ik een kind van omtrent acht of negen jaren
-met een stuk boter in de hand, dat hij waarschijnlijk voor zijne ouders
-gehaald had, en waarvan hij, het papier opligtende, gedurende den weg,
-den omtrek met zijne tong belikte, dat het een lust was.
-
-Eindelijk zagen wij vlak tegenover ons eene melkboerin op een' harer
-emmers zitten, en die, bemerkende, dat haar rok gedeeltelijk in den
-anderen emmer hing, denzelven er zeer voorzigtig uitnam en in dien
-emmer uitwrong, om toch geenen droppel van het vocht, dat zij verkocht,
-te verliezen.
-
-"Ziedaar!" zeide ik, "het toeval biedt ons, gelijktijdig en juist
-van pas, drie sprekende voorbeelden van de Engelsche zindelijkheid
-aan! Wel nu, wat zegt gij er van?"
-
---"Dat dit niets bewijst! Men kan uit bijzonderheden geene
-gevolgtrekking tot het geheel maken."
-
---"Ik heb u ook niet slechts eenen trek aangewezen, maar wel drie, in
-dezelfde straat, en op hetzelfde oogenblik, en mijn geheugen herinnert
-mij nog een aantal anderen.--Of kunt gij deze vrouw zindelijk noemen,
-die, den eersten morgen na mijn ontwaken, in mijn verblijf, dat ik
-thans nog bewoon, mij, nadat zij eerst mijn vuur aangemaakt, en de
-zwarte kolen met de handen aangevat had, het ontbijt bragt, zonder zich
-afgewasschen te hebben, en zich insgelijks gereed maakte, om mijn bed
-te schudden, hetwelk ik echter nog gelukkig voorkwam, door haar, bij
-wijze van een komplimentje, te zeggen, dat de heldere blankheid van
-haar gelaat een sterk kontrast met hare zwarte handen opleverde? Is
-het misschien ook een beginsel van zindelijkheid, dat de menschen,
-bij welke gij inwoont, toen ik u, op zekeren dag, terwijl zij zaten
-te eten, afwachtte, mij gul en hartelijk eene teug bier uit het pint
-aanboden, hetwelk gedurig de ronde om de tafel deed, zonder dat een
-der drinkenden er om dacht, den mond met een servet af te vegen,
-en zulks om de natuurlijke reden, wijl niemand een servet had?"
-
---"Alles enkele voorbeelden! Gij beoordeelt de Engelschen, als zeker
-reiziger de Fransche vrouwen schetste. Deze, te Calais ontschepende,
-teekende in zijn zakboekje aan, dat alle Fransche vrouwen zoo rood
-als vossen waren, dewijl de kasteleines der herberg, waar hij was
-afgestapt, rood haar had."
-
---"Gij bedriegt u. Ik zeg niet, dat alle Engelschen morsig zijn;
-maar ik betwist hun den roem van algemeene zindelijkheid, met welke
-men hun zeer ongepast in Engeland vereert, en ik durf beweren, dat
-de Franschen, wat dit artikel betreft, hun geenszins, uit den weg
-behoeven te gaan. Maar nog iets; indien de bijzondere bewijzen u niet
-kunnen overtuigen, indien gij mij tegenwerpt, dat alle voorbeelden,
-welke ik heb aangehaald, slechts het lage gemeen betreffen, dan zal
-ik u eenige algemeene trekken opnoemen, en wel onder lieden van den
-eersten rang in de maatschappij."
-
-"Goed, hier wacht ik u, mijn vriend."
-
---"Zeer wel, let slechts op!--Gij weet, dat, als men, zelfs in de
-eerste huizen, thee gaat drinken, dezelve op een prachtig geschilderd,
-en met goud of zilver versierd blad, in het keurigste en kostbaarste
-porselein, wordt voorgediend. Maar hebt gij tevens nooit uw oog
-gevestigd op die spoelkom, welke half vol warm water op den hoek van
-het blad is geplaatst?--Hebt gij er nooit op gelet, dat ieder, na zijn
-kopje uitgedronken te hebben, hetzelve in die kom van het overschot en
-van eenige, daar in nog overgeblevene, theebladen gaat zuiveren? Is
-dit niet even eens, als of ieder beurtelings uit hetzelfde kopje
-dronk? Neen! zoo zeer ik met vermaak uit een kopje of schoteltje zou
-willen drinken, hetwelk met een paar lieve koralen lipjes in aanraking
-was geweest, met even zoo veel tegenzin en afkeer zou ik er mij van
-bedienen, indien het in hetzelfde water was afgespoeld geworden,
-hetwelk de restjes van eenen dronkaard, of van eene tandelooze bes
-ontvangen heeft; want eigenlijk is dit geen reinigen, maar wel degelijk
-bemorsen.--Ja, mijn vriend! doorzoek vrij, als gij kunt, de kleedkamer
-van de pronkzuchtigste vrouw, of van de rijkst onderhouden wordende
-maitresse; ga bij de voornaamste behangers en in de eerste modewinkels,
-en gij zult bevinden, dat eene Fransche vrouw, van welk eenen stand
-ook, er niet volledig alles zou aantreffen, wat zij noodig heeft,
-om zich geheel naar haren zin van meubelen te voorzien.
-
---Hebt gij reeds onze lieve en beminnelijke landgenoote, welke wij
-gisteren door ongesteldheid te bed vonden, vergeten, en die zich
-ongelukkig bezeerd had bij het vervaardigen van een stuk huisraad,
-dat zij in geheel Londen niet vinden kon? En op wat wijze zult gij
-de fraaije manier, om het neuzenmerg op te halen en in te slokken,
-verdedigen?--Eene gewoonte, welke onder alle klassen plaats heeft,
-en vandaar oorspronkelijk schijnt te zijn, dat de zindelijke heeren
-Engelschen nooit iets uitspuwen, uit vrees van hunne tapijten te
-bederven, en ook zeer zelden eenen zakdoek gebruiken, uit voorzorg
-van denzelven morsig te maken.
-
-Ja zelfs schijnt de regering dezer stad het nuttige en noodzakelijke
-der zindelijkheid niet genoegzaam in het oog te houden; want gij
-zult mij toch wel willen toestemmen, dat de straten hier zeer slecht
-schoon gehouden worden, of laat ik liever zeggen, dat zij altijd zeer
-vuil en morsig zijn. Het is waar, men veegt, bij de eene of andere
-dwarsstraat, een klein plekje schoon, om van het eene voetpad op het
-andere te kunnen komen, en dit werk wordt gemeenlijk nog door eenen
-bedelaar verrigt, die, in de eene hand den bezem houdende, de andere
-geopend en uitgestrekt den voorbijgangers aanbiedt. Doch wilt gij de
-straten dwars oversteken, om aan de overzijde te komen, dan moet gij
-tot aan de waden door modder en slijk stappen, of weder terugkeeren,
-tot gij aan een dezer paadjes komt, waarvan ik gesproken heb, en
-welke veel overeenkomst hebben met eene plank over eene moddersloot.
-
---"Genoeg! om 's hemels wil, genoeg!" zeide mijn vriend C...;
-"gij zoudt eindigen met mij te betogen, dat Londen de tempel der
-morsigheid is!"
-
---"Dan zoudt gij in eene tweede dwaling vervallen. Mijn voornemen is
-geenszins, Londen in het overdrevene van morsigheid te beschuldigen,
-maar slechts te bewijzen, dat men ongelijk heeft met de Engelsche
-zindelijkheid zoo hemelhoog boven de onze te verheffen. Men moet,
-om gezond over de zaken te kunnen oordeelen, ze van zeer nabij zien,
-en met oplettendheid onderzoeken; want het gaat met de meeste dingen,
-welke wij in het eerst verbazend bewonderen, even als met menige
-vrouw, die in de verte met al de bekoorlijkheden en frischheid
-der jeugd schijnt uitgedost te zijn, maar die, bij iederen stap,
-met welken gij haar nadert, iets van hare bevalligheid verliest,
-en eindelijk zelfs leelijk zou kunnen genoemd worden.
-
-
-
-
-
-
-
-XXI.
-
-DE WANDELING.
-
-
-"Helaas! nog al veroordeeld, om eenen zondag te Londen door te
-brengen! welk een verdriet! Geene andere publieke plaats staat open,
-dan de koffijhuizen, die juist niet in mijnen smaak vallen, en de
-herbergen, waar gerookt wordt, en welke ik verfoei! Geen bezoek kan
-men afleggen! Ha! ik kan echter eene predikatie gaan hooren! Eene
-predikatie... de hemel beware mij! ik vergenoeg mij gaarne met de
-eerste, welke ik gehoord heb.--Komaan, laat ons een hoofdstuk bijeen
-flansen, en het de verveling doopen. De verveling is immers eene
-ziekte, welke al de inwoners van Londen bekruipt, en die mogelijk
-eenigen mijner lezers, bij het doorbladeren van dit boekje, mijns
-ondanks, ook zal bevangen."
-
-Ik nam derhalve een groot vel schrijfpapier, en schreef boven aan met
-groote letteren: Een en twintigste Hoofdstuk.--De Verveling. Reeds was
-ik bezig met eene inleiding te ontwerpen toen ik mij op den schouder
-voelde tikken. Ik keerde mij om en zag mijne vriend C...
-
-"Wel!" zeide hij, "wat denkt gij van daag te doen?"
-
-"Ach!" antwoordde ik met eenen zucht, "hetgene men te Londen op
-zondag kan doen. Ziedaar!" vervolgde ik, hem mijn vol papier onder
-de oogen houdende.
-
-"Smijt het in het vuur!" hernam hij: "het is een heerlijke winterdag,
-niet te koud, geen wind; komaan, laat ons in Hyde-Park gaan wandelen;
-dit zal onzen eetlust opwekken, en wij zullen alsdan dezen middag
-der tafel eer kunnen aandoen."
-
-Ik liet mij niet lang bidden; wij begaven ons terstond op weg en
-kwamen, na omtrent een uur wandelens, aan dat vermakelijke park, door
-de poort van de Oxford-street. Zonder medelijden liet mijn vriend mijne
-voeten de lengte van het geheele park meten, en toen vroeg hij mij:
-"Welnu! hoe vindt gij deze wandeling?"
-
-"Overheerlijk! Ik zou er mij geen denkbeeld van hebben kunnen
-vormen! Maar in ernst! Hoe toch kunt gij vooronderstellen, dat deze
-plaats mij zou kunnen behagen? Een wijd uitgestrekte grond, van eenen
-onregelmatigen omtrek, bedekt met een dun en dor groen, waartusschen
-het oog hier en daar eenige wijd en zijd verspreide boomen aantreft,
-even als men in de Lijbische zandwoestijnen, van tijd tot tijd,
-eenige oasen ontwaart, en in wiens midden, tot volmaking van dit
-fraaije tafereel, een magazijn van stof ligt!--Voorts is dit treffend
-geheel doorsneden met eene soort van lanen, vol modder en slijk, die
-tegenwoordig gelukkig stijf bevrozen is, en waar honderd wandelaars,
-even als wij, hunne verveling medebrengen, den tijd trachten te dooden,
-en van welke men te regt zou kunnen zeggen:
-
-
- "Rari nantes in gurgite vasto!"
-
-
---"Wat het dorre en weinige gras betreft, dat komt, wijl men der
-zeissens hier al te dikwijls bezigheid verschaft."
-
---"Wat raakt mij de oorzaak? ik beoordeel de uitwerkselen."
-
---"En verdient deze schoone gracht, welke men het Slangen-kanaal noemt,
-ten minste uwe verwondering niet?"
-
---"De nabijheid van de Theems vermindert aanmerkelijk het schoone van
-dit kanaal.--Maar ik zie daar eenige jonge lieden schaatsen rijden:
-ik dacht niet, dat het ijs reeds sterk genoeg was."
-
---"Gisteren reed men hier al. Wel is waar, er kwam een gat in,
-waarin wel vijftien menschen gevallen zijn; doch er is slechts één
-verdronken."
-
---"En waarom zet men niet een paar schildwachten uit, om te beletten,
-dat iemand op het ijs komt, voor dat het dik en sterk genoeg is?"
-
---"Wat zou er dan van de Engelsche vrijheid worden?"
-
---"Het is waar, ik dacht er niet om.--Welaan! laat ons dit betooverend
-verblijf verlaten."
-
---"Wij zullen eerst de tuinen van Kensington nog bezigtigen; want
-wij zijn er zeer digt bij."
-
-Zoo gezegd, zoo gedaan; en nu moet ik mijnen waarden lezer ronduit
-bekennen, dat ik hier waande, mij in eene andere wereld getooverd te
-zien. Eene wijde uitgestrektheid van de schoonste boomen, welke het
-oog naauwelijks overzien kan, met fraaije lanen doorsneden, bood hier
-den liefhebbers eene bekoorlijke wandeling aan, welke in den zomer
-overheerlijk moet zijn, en alsdan ook de bijeenkomst is van alles,
-wat in Londen aanzienelijk en voortreffelijk mag genoemd worden. Maar
-gij vindt er niets, om u te verfrisschen of te verkoelen; noch ijs,
-noch limonade, noch zelfs een glas bier; niet eens eenen stoel, om uit
-te rusten: men treft er geene andere zitplaatsen aan, dan eenige, op
-eenen grooten afstand van elkander geplaatste, banken, even als men
-die heeft in ons Luxembourg of in de Tuilleries, waar de Invaliden
-en nieuwsgierige ledigloopers gewoonlijk hunne bijeenkomsten hebben.
-
-Wij wandelden den tuin rond, en het was reeds half vier ure, toen wij
-denzelven verlieten. Nu moesten wij nogmaals Hyde-Park oversteken,
-om in de stad te komen. Maar hoe groot was mijne verwondering! Ik
-bevond mij als in eene andere wereld. Misschien wel vijf- of zesduizend
-personen, van onderscheiden rang en stand, wandelden te voet in het
-binnenste gedeelte van het park; terwijl het in de dwarslanen krielde
-van rijtuigen, koetsen en paardrijders, en dat bijna in zulk eene
-menigte, als in onze wandeldreven te Long-Champ.
-
---"Spijt het u nu wel, gebleven te zijn?" vroeg mijn vriend; "wat
-zegt gij nu van Hyde-Park?"
-
---"Dat de decoratiën veranderd zijn, maar dat het tooneel altijd
-hetzelfde blijft. Ik verbeeld mij, eene groote kamer te zien, die wel
-prachtig en rijk gemeubeld, doch welker vloer oud en morsig is, en
-welker zoldering en lambrizering sedert lang niet zijn opgeschilderd."
-
-Nogtans moet ik der waarheid hulde doen, en bekennen, dat dit gezigt
-niet geheel onbelangrijk was, ook kan men er alle zondagen, van drie
-tot vijf ure, gebruik van maken. Met genoegen beschouwt men een
-aantal jonge lieden te paard, van beide seksen, die hunne moedige
-en dartele rossen met zwier en bevalligheid berijden; terwijl men,
-aan den anderen kant, wederom eene menigte van rijtuigen ziet, welke
-in smaak en pracht met elkander wedijveren. Niet minder verlustigt
-zich het oog in de wandelende en rijdende dames, van welke sommigen
-den bekoorlijksten luister van het natuurlijk, eenvoudig schoon ten
-toon spreiden, welks gemis anderen wederom door pracht van opschik en
-sieraden trachten te vergoeden. Wij hielden ons eenige oogenblikken
-op, om dit schouwspel naauwkeurig gade te slaan, hetwelk, hoe schoon
-ook, mij toch eindelijk zou verveeld hebben. Mijn vriend wist echter
-aan deze vervelende eentoonigheid, door het verhalen van sommige
-bijzonderheden en voorvallen, eenige afleiding te geven.
-
-"Ziet gij daar in die geel geschilderde koets, met die fraaije wapens
-en eene grafelijke kroon er boven, dat lieve vrouwtje wel? vroeg
-hij mij. Zij is eene bloedverwante van een' der aanzienlijkste
-personaadjes van geheel Engeland. Zij was de echtgenoote van Lord
-F...; maar eene onwederstaanbare zucht tot galante minnarijen deed
-haar gehoor verlenen aan de vleijerijen van Mijlord G... Haar man
-bemerkte het: hij was niet minder ervaren in de Heidensche fabelleer,
-dan in de Engelsche rekenkunde: de historie van Venus en Mars,
-benevens de boertige wraak van Vulkaan waren hem geenszins onbekend;
-en daar hij het zonderlinge begrip koesterde, dat eene vrouw minder,
-en wat geld meer, een wezenlijke zegen des hemels was, hield hij
-zich, als of hij den beiden gelieven schoon spel wilde geven, en wist
-eindelijk het arglooze paar, door eenige zijner vrienden verzeld,
-die hem voor getuigen zouden dienen, in den beslissendsten toestand,
-even als de hierboven vermelde goden, te betrappen. Een Italiaan zou
-zeer zeker de schuldigen terstond geponjaardeerd hebben; een Franschman
-zou zijnen mededinger op de pistool of op den degen geeischt hebben;
-maar een Engelschman is wel wijzer! Lord F... vervolgde Lord G... in
-rechten, en verkreeg tegen hem een vonnis, waar bij deze, als onwettig
-bruiker van eens anders eigendom, in eene boete van 15,000 pond, dat
-is (360,000 livres Fransch) veroordeeld werd, tot schadevergoeding
-van kosten en intrest, en hetwelk hem tevens magtigde, om van zijne
-snoepachtige vrouw te scheiden. Toen trouwde de Mylord G... het
-onbestorvene weeuwtje. Doch daar de opvolger van Lord F... niet
-geldgierig is, zegt men, dat hij de uiterste voorzorgen gebruikt,
-om niet genoodzaakt te zijn, de uitgeschotene gelden, welke hij aan
-Lord F... betaald heeft, weder van eenen anderen zijner vrienden of
-bekenden te moeten invorderen."
-
-"Die ruiter, op dat kastanjebruine paard, wiens sporen en stijgbeugels
-van zilver zijn, heet Sir John H... Deze heeft eens eene weddenschap
-aangegaan van tweeduizend guinies, dat een man in twintig dagen
-duizend uren te voet zou afleggen, hetgeen iederen dag vijftig uren
-maakt, of ten naastenbij zestien en eene halve Fransche mijlen. Het
-gelukte hem in de daad, iemand te vinden, die dit wandelingje wilde
-ondernemen, en dien hij vervolgens iederen morgen door zijnen arts
-liet bezoeken; terwijl hij zelf zich met de zorg belastte, om den
-looper met voedende en krachtige spijzen te onderhouden. In een woord,
-hij won de weddenschap. Thans is het hem gelukt, eene heldin op te
-schommelen, die zich wil verbinden, in twintig achtereenvolgende
-dagen daags dertig uren af te leggen. Hij houdt zich dus bezig met
-iemand op te zoeken, die hem nogmaals tweeduizend guinies wil houden;
-maar ik twijfel sterk, of hij eenen wedder zal vinden; want de spraak
-gaat, dat hij altijd gelukkig is in het winnen."
-
-"Zie daar mistress L..., in dat eenvoudige grijs geschilderde rijtuig
-zonder eenig versiersel. Zij is met eenen Franschman getrouwd, dien
-zij, van den morgen tot den avond, onophoudelijk kwelt, vooral,
-wanneer hij het ongeluk heeft van in de eene of andere kleinigheid
-zich tegen de Engelsche gewoonten te bezondigen. Op zekeren avond
-thee bij haar drinkende, beknorde zij haren echtgenoot zeer hevig,
-in het volle gezelschap, dewijl hij de onoplettendheid gehad had, van
-het suikerpotje op de tafel, in plaats van op het theeblad, te zetten."
-
-"Ziet gij daar links af, een paar schreden van ons, dien man wel, in
-zijnen bruinen rok, met dat levendige oog, en blootshoofds, die, even
-als wij, stilletjes voortwandelt?--Het is een schilder vol talenten
-en verdiensten; Hij heeft de minnares van eenen der voornaamste heeren
-van het rijk geportretteerd. Toen het werk af was, had zijne Edelheid
-de goedheid van hem te zeggen:--"Zie daar een portret, mijnheer! dat
-u eer zal verschaffen! het is onmogelijk, van dien aard iets beters
-te zien! En dit is al de betaling, welke de verdienstvolle kunstenaar
-ooit heeft kunnen bekomen."
-
-"Spoedig! Spoedig! Beschouw die blaauwe koets daar, met die
-hertoglijke wapens! Ziet gij daar niet, naast die oude dame, met dat
-stuursche drakengezigt, een lief, bekoorlijk, jong meisje, hetwelk
-men het verdriet uit de oogen kan lezen? het is eene wees. Hare
-bevalligheden, misschien ook wel hare vijftienduizend pond renten,
-trokken de liefde van een jong mensch tot zich, die wederkeerig het
-geluk had van haar te behagen. Noch zijn rang noch zijne fortuin
-veroorloofden hem, naar hare hand te staan. Derhalve besloten de twee
-gelieven, volgens het Engelsche gebruik, een Schotsch reisje te doen;
-doch voordat zij het doel hunner wenschen bereikt hadden, en door
-eenen zwartrok het heilvolle woordje conjungo! (ik vereenig u!) over
-hen was uitgesproken, werden zij door de bloedverwanten der jonge
-juffer achterhaald en vastgehouden. Haar stelde men in de bewaring
-en onder het opzigt van deze oude, welke haar even min verlaat,
-als de schaduw het ligchaam: de jongeling werd als schaker aan de
-kaak te pronk gezet. Men zegt evenwel, dat het beminnelijke meisje
-een vast karakter heeft, en zoodra zij meerderjarig geworden is,
-welk tijdstip met snelle schreden nadert, den ongelukkigen jongeling
-zal trouwen en met hem naar het vaste land oversteken."
-
-De menigte van origineelen, welker portretten mijn vriend mij schetste,
-begon echter langzamerhand te verminderen en uit een te gaan. Het
-was nu bijna vijf ure. Wij vertrouwden, dat zij voornemens waren, de
-wandeling door eene meer kracht gevende en meer zelfstandige bezigheid
-te doen vervangen; en wij, ons aan den wil der maag onderwerpende,
-achtten het niet te onpas, hun voorbeeld te volgen.
-
-
-
-
-
-
-
-XXII.
-
-KORTE BESCHRIJVING VAN LONDEN DOOR EENEN ITALIAANSCHEN SCHILDER.
-
-
-"Che piacere di vedervi!" zeide tegen mij, op zekeren dag, een
-Italiaansche schilder, welken ik in Parijs had leeren kennen, en
-thans in New-bond-street ontmoette.
-
-"En sintse wanneer gij te Londen?"
-
---"Sinds tien of twaalf dagen. Maar gij zelf--wat heeft u herwaarts
-gevoerd?"
-
---"Ikke ben gekoom, om te doen zien de konst van mijne werk" [2]
-
-"Ha! Ha! Gij biedt den heeren Engelschen het gezigt van uwe
-kunststukken aan, tegen eene geringe erkentenis van iederen
-bezigtiger?"
-
---"Si Signor! maar ikke te vroeg hiere, perche ciascheduno isse na
-buite op de lande, dare isse ar geen levendige ziele in Londen."
-
-"Slechts een weinig geduld: men zal spoedig terugkomen. De Engelschen
-zijn razende liefhebbers van tentoonstellingen. Onlangs heb ik zelfs
-de bekendmaking gezien van de tentoonstelling van een kleed, dat een
-zeker algemeen bekend en beroemd man gedragen had, en geheel Londen
-was in de weer, om er zijne offerhande te brengen."
-
---"E vero, Signor! ma intus eet ik op mijne Louis, en ik krijge niet
-de guinies."
-
---"Bedien u van dezen tusschentijd, om het merkwaardige van Londen
-te bezigtigen. Hebt gij de kerken al eens opgenomen?"
-
---"Ikke heb watte, niet vele gezien; ma datte isse miserable! de meest
-klein en slegte kerke in Italie of Frankrijk is nokke meer mooij. Geene
-schilderstuk, geene figuur! en de pitoijabelst orde van de bouw!"
-
---"Wat der bouworde betreft, zult gij toch, hoop ik, de
-Sint-Paulus-Kerk, en de Abtdij van Westminster uitzonderen. Deze twee
-kerken kunnen wedijveren met de schoonste gebouwen van geheel Europa."
-
---"Ah Signor! voor jou niette heb gezien le belle chiesse van Rome,
-Napels, en van Florence! en ikke geloof, datte de Notre-Dame en
-Sinte-Geneviève, Sint Roch en Sint Soulpice te Parijs niet hoef de
-schaamte te hebbe van te woon op zijde van haar al te male."
-
---"Maar nog eens, mijn heer! er zijn in de Sint Paulus- en Westminster
-kerken gedenkstukken, overwaardig, om bezigtigd te worden, voorwerpen,
-welke de nieuwsgierigheid en opmerking der kenners in den hoogsten
-graad verdienen.
-
-"--Zonder twijfele: daar isse in Westminstre de monumente van Henrico
-Cinque, de figuur isse zonder de koppe, wante hij was van zilvere,
-en daarom de dief de koppe gestool; ook de zadele van de paard, dare
-dat Prins boven oppe heb gezeet, in de bataille van Aguincourt, en
-dare nikse meer van te ziene is, alsse de hout en ijzere; dan nokke de
-steen voor de oude koninke van Schotlande, zij leg er in met de knie,
-als zij konink worde gekroond. In de Sinte Paulus kerke is eene groote
-dakke, niette goed gemaak, de meestre van die maak wasse een groot
-broddelaar; ook nokke watte figuuren, die stelt te voor Engelsman
-in de Roomsche kleed, de haar van voor gefriseerd in de toepet, en
-van agter gebond in de keu; eene klokke die weegt twaleve duizende
-pond, je trek an die kleep, en de klokke zekt bim, bam, bom! Eene
-galerij, je zet de monde op de eene kante van de mure, spreek zachte,
-en de ander kan alles hoor aan de andere kante ver weg. Tutte cose
-miravigliose; ma, om te kijk, de hande alletijd in de zakke: voor
-ieder duer, die worden op gedaan, uit jou borse zoo vele skillings,
-en heel vele, magtik vele duers aan de Sint Paulus- en Westminster
-kerke: overal net egaal; zonder de gelde, niks te kijk in Londen. Ja,
-de Theemse alleene voor niks te zien, zoo lange de Engelsman niet
-kom in de occasion, om de slot er op te smijt."
-
---"Ik hoop ten minste, dat gij tevreden zult zijn geweest, en u
-vermaakt hebben met het gezigt van deze rivier? De schepen, waarmede
-dezelve bedekt is, de kaaijen en timmerwerven in den omtrek, leveren
-inderdaad een heerlijk schouwspel op.
-
---"Perfettamente! de Theemse isse een aardig mooije beek, heel
-gemakkelijk voor die Engelsman, die lust heb, zich te verzuip; ma
-om te willen spreek van de haaf, van de timmerwerf, jou motte zien
-Antwerp, sinte de Fransche dare heb gemaak die nieuwe werk, en zwijge
-dood stille van de kanale, die door eene stad loop, zoo lange jij
-te Venetie niet hebbe geweest. In eene woorde, is het niet schand,
-datte oppe die fameuse riviere in geheel Londen niet meere dan drie
-brukken gevonden word."
-
---"Kom, kom! gij zijt wel ongemakkelijk! Maar hoe hebt gij de pleinen
-(squares) van Londen gevonden, deze fraaije vierkanten, welke meestal
-bij uitsluiting bewoond worden door lieden van de eerste klasse?"
-
---"Er zijn magtig vele, Signor; want ikke geloof wel taggentik hebbe
-geteld; ma hette isse, of er maar eene is, zij zijne allemale op
-eene leeste geschoeid, even eense als de straat en de huis, watte
-meer groot, of watte meer een beetje klein, en dat isse de geheele
-onderscheid van de zake, nette als eene tuin, rondomme en overalle
-met traliewerke, en waar geene mensche kan koom inne, om dat de
-digte bij eigenaren alleene bewaren de sleutels: ziedaar in drie
-penseeltrek de portrette van alle de vierkante plein te Londen. Het
-is assolutamente, de Place-Roijale van Paris, met de onderscheide,
-dat ze niet zijn bedekte, en dat men zich kan wegkruip voor de reeg,
-om niet te worde nat."
-
---"Ik zie, dat gij voor zinspreuk hebt aangenomen het nil admirari
-van den ouden Horatius; maar ik zal u echter in eene zaak tot zwijgen
-brengen. Durft gij beweren, in eenige stad der wereld, winkels aan
-te zullen treffen, zoo als men dezelve in Oxford-Born-Cheapside,
-en ik weet niet in hoe veel andere straten, aantreft?"
-
---"Ikke ben geslaag Signor, dat isse waar! men zou zeg, dat geheel
-Londen eene winkele wasse, ofte ten minste alleene voor winkele
-gebouwd, in de plaatse, datte contrarie, in tegendeele, in andere
-land, de winkele voor de stadte worden gemaak. In de meest miserable
-pothuis en inne de kleinste winkele, is eene propreteit en schikking,
-datte curieus is, en offe men wil, offe niet, men motte zich verwonder
-over de rijkteheid en elegance van de groote magasins; ma perche,
-als het u bliefte, ma datte isse ook om de klante te trek, en om
-datte de gelde veel zal worde gewon: ik wil niette ontken, datte er
-hier vele meere winkele ben als te Paris, maar ikke hou staand, datte
-ze niet zijne zoo mooij, zoo praktik, en curieus, als dare zijne in
-de strate, Sint-Honoré, Richellieu, Vivienne, en nog vele meere, en
-dan de uithangbord! dat is om van te huil! de naam van de koopmanne,
-dat isse al! Gij ziet hiere niet voor de winkele, zoo als te Paris,
-heele mooij schilderij, daar mee kan gefigureerd word in de mooije
-zaal.--Ma zeg mij, het is vijf uur, waar ete gij?
-
---"Ik heb met eenen vriend afgesproken, hem in een Chop-house te
-ontmoeten, waar men redelijk wel is."
-
---"Che gusto! Ikke verlaat u niete. Ikke hebbe tot hiere toe in eene
-miserable gaarkeuk gegeet; de baas van de keuk zegt, hij eene Fransch
-kok isse, hij mogte de duivele! daar isse keene mensche in de heele
-huize, die eene woord Fransch kan spreek, en die vente late zijne
-medicamenten tegen goud opweeg. Maar ik hebbe ook gezwoor, er nooit
-weer te koom. Gister tracteerde hij mij oppe eene kalverribbetje
-mette de suringe. Santa Virgine! de suringe wasse als gedroogd en
-verdord grasse, ikke geloof, hij had weze snij in Hyde-Park; en de
-ribbetje klonk onder het snij als eene klokke, maar tusschen de tand
-wasse zoo hard en taaij, als de leeren lap."
-
-De schilder ging derhalve met mij een stuk roasted-beef met een
-rijstpudding eten, en stemde mij eindelijk toe, dat men in Londen
-op het middagmaal ten minste eene hartversterking kon bekomen, welke
-met regt mogt genoemd worden comfortable.
-
-
-
-
-
-
-
-XXIII.
-
-GODDAM!
-
-
-Op het gezag van den Figaro van Beaumarchais, geloofde ik, dat
-het woord Goddam! de grond van de Engelsche taal was, en dat alle
-andere woorden en spreekwijzen slechts aanhangsels en bijvoegsels
-van hetzelve waren. Doch ik kan u, op mijn woord van eer, verzekeren,
-waarde lezer! dat ik dit woord, gedurende mijn verblijf te Londen, niet
-eenmaal heb hooren uitspreken, en daarenboven heeft men mij verzekerd,
-dat het slechts alleen bij de laagste volksklasse in gebruik is,
-en dan nog maar zeer zeldzaam, wanneer namelijk de gemoederen door
-gramschap of sterke dranken verhit zijn.
-
-Maar er zijn evenwel (het is mooi weer! de lucht staat
-regenachtig! waarmede alle gesprekken gewoonlijk beginnen,
-uitgezonderd) nog verscheidene andere spreekwijzen, waarvan men zich
-gedurig bedient, en welke bij alle gelegenheden gebruikt worden.
-
-Met weinig moeite zou ik van deze waarheid een groot aantal voorbeelden
-kunnen bijbrengen; doch ik wil mij slechts tot het bijvoegelijk
-naamwoord bepalen, hetwelk mijne vorige afdeeling geëindigd heeft.
-
-Reeds heeft de lezer gezien, dat een middagmaal, waarover men
-tevreden is, in een woord, een goed middagmaal, dat dit, zeg ik,
-genoemd wordt comfortable.
-
-Op zekeren dag bevond ik mij in een huis, waar ik eene jonge juffer,
-vol geest, bevalligheid, bekwaamheden en ten hoogste beminnelijk
-ontmoette. "Zoudt gij wel gelooven," zeide een heer, die naast mij zat;
-"dat dit bevallige schepseltje een lief klein vrouwtje zou kunnen
-worden, en wel zeer comfortable?"
-
-Een andermaal ondervroeg men mij, over al hetgene ik in Londen gezien
-had: men begeerde mijne gedachten over verscheidene onderwerpen
-te weten, en ik was voorzigtig genoeg met Horatius op alles te
-antwoorden, pulchre! bene! recte! fraai! wel! goed! want voor eenen
-echten Engelschman zijn de, uit de Theems opgerezene en opeengepakte,
-neveldampen aangenamer, dan de heldere blaauwe hemel in Italie, en
-de bewalmde en berookte muren te Londen verre verkieslijk boven de
-prachtige, op hun ronde en sierlijke zuilen rustende gebouwen van
-de Louvre.
-
-"Het is wel jammer," zeide eene dame tegen mij, "dat de vaux-hall in
-dit jaargetijde niet geopend is, en gij dezelve dus niet hebt kunnen
-zien! Van alle publieke plaatsen, waar men altijd goed en fatsoenlijk
-gezelschap aantreft, is deze, buiten tegenspraak, de meest comfortable.
-
-"Bijaldien gij eenige dagen in Derbijshire kondet doorbrengen,"
-zeide mij een zeker Lord, "dan zoudt gij mijn park en mijn kasteel
-kunnen zien: ik zelf ben de schepper zoo wel van het eene, als van
-het andere: de eer der uitvinding en de schikking behoort mij alleen:
-er bestaat nergens een verblijf, zoo aangenaam, zoo comfortable."
-
-Ik had eenen zijden, van binnen met watten gevoerden, overrok,
-hoedanigen men veel in Frankrijk draagt. "Het is wel jammer," zeide
-een jong mensch van mijne kennis, "dat deze zijden jassen hier te
-Londen niet in de mode zijn; want ze schijnen mij zeer comfortable."
-
-Wilt gij te Londen een schoon huis doen bouwen, ten minste zoodanig
-een, dat daar voor schoon gehouden wordt--(het schoone toch is
-betrekkelijk; want de afzigtelijke gezellin van den Hottentot bezit
-in zijne oogen meer bekoorlijkheden, dan de bevalligste van onze
-Parijsche Helena's.) Wilt gij dus te Londen een huis doen bouwen,
-hetwelk het nuttige met het aangename vereenigt, hetwelk in vele
-bijzondere en volkomen evenredige vertrekken is afgedeeld, waarvan
-de deuren en vensters goed sluiten, iets, dat al vrij zeldzaam te
-Londen is!--kortom, begeert gij een huis naar de beste Engelsche
-bouworde? welnu, laat dan den metselaar komen, en met een enkel
-woord, kunt gij hem verstaanbaar en begrijpelijk maken al, wat gij
-verlangt. Gij behoeft niet anders te zeggen, dan: "ik wensch den bouw
-van mijn huis comfortable."
-
-Niets is insgelijks ellendiger dan het Engelsche kolenvuur, de eenige
-bekende brand in de drie vereenigde rijken. De zwarte, dikke rook,
-welken de kolen veroorzaken, en die zich overal aan hecht, verpligt u,
-gezigt en handen wel tien-, ja twintigmaal op éénen dag te wasschen,
-om niet binnen vierentwintig uren tijds voor eenen kolendrager gehouden
-te worden. Ook wordt er eene bijzondere bekwaamheid toe vereischt,
-om zulk een vuur aan te leggen en aan den gang te houden; want neemt
-men te veel kolen, dan dooft het al spoedig uit; neemt men te weinig,
-dan gaat het uit door gebrek aan voedende stof; roert men al te druk
-in de kolen, dan verdwijnt de vlam, en men zit, eer men het weet,
-aan eenen kouden haard; gebruikt men den pook in het geheel niet, of
-geeft men hem te veel rust, dan goeden nacht vlam en gloed! dan vormt
-zich eene korst over de weleer brandende oppervlakte, en er volgt
-eene geheele verduistering, welk lot der zon ook eenmaal te beurt
-moet vallen, zoo men eenen zekeren sterrekijker mag gelooven!--Welnu,
-wanneer dit ellendige vuur voor eenige oogenblikken, (dat echter eene
-ware zeldzaamheid kan genoemd worden!) eens lustig in het haardje
-brandt, en eene heldere vlam van zich geeft, dan is het al wederom
-een comfortable vuurtje!
-
-"Indien het u gelegen...... Wat is er? wat wilt gij?"
-
-"Ik zou gaarne weten, mijnheer!" zeide mijne hospita, "of gij dezen
-morgen uitgaat, want ik wilde in uwe afwezendheid den boel eens
-schoon maken."
-
---"Wat is er dan zoo al te doen?"
-
---"Tapijten uit te kloppen, glazen te wasschen, de vloer te vegen,
-en de meubelen te wrijven, in een woord, mijnheer! uw verblijf in
-orde te brengen, opdat men zeggen kan, het is comfortable."
-
---"Niets liever dan dat, mejufvrouw! oogenblikkelijk zal ik u daartoe
-ruimte geven, want ik ga eene wandeling doen.
-
-En hierdoor voorkwam ik de verdere herhaling van dit overheerlijke
-comfortable, hetwelk zij zeker nog op vele andere voorwerpen zou
-toegepast hebben. Ook kan ik, mijns oordeels, deze afdeeling niet
-beter eindigen, dan met den hartelijken wensch, dat mijne lezers
-zich er mede mogen vermaakt hebben, en ongeveinsd kunnen uitroepen:
-"het was tamelijk comfortable."
-
-
-
-
-
-
-
-XXIV.
-
-DE DAGBLADEN.
-
-
-Geen land wordt er misschien van den Noord- tot den Zuidpool gevonden,
-waar de dagbladen, en gedrukte nieuwstijdingen in zulk eene menigte
-rondgebragt, verkocht en gelezen worden, als in Engeland. Men kan
-er meer dan vijftig optellen; sommigen worden, den Zondag alleen
-uitgezonderd, alle dagen uitgegeven; anderen daarentegen des zondags
-alleen: dezen ontvangt men driemaal in de week, genen slechts eens
-in de maand. Al deze dagbladen zijn intusschen zoo groot van formaat,
-dat de Parijsche Moniteur er slechts een Lilliputiaan bij is.
-
-De staatkundige tinnegieterij..... Wat beteekent dit? Waarom verdikt
-zich mijne inkt in de pen? Waarom weigert mijne veder de verschuldigde
-gehoorzaamheid aan mijne schrijvende vingeren?--Nimmer zal ik vergeten,
-eens gezworen te hebben, nooit over staatkundige onderwerpen te
-zullen spreken of schrijven; en dezen duren eed wil ik houden,
-o ja! hij zal mij altijd heilig, altijd onverbreekbaar zijn!
-
-Ha! ik gevoel eene nieuwe kracht! Het gaat, de inkt wordt weder
-vloeibaar, en de pen onderwerpt zich geduldig aan haren voerder.--Ik
-zeg dan, dat de staatkunde het voornaamste onderhoud der Engelsche
-papieren is. Wijl zij hun echter te weinig stof verschaft, om
-dagelijks twintig of dertig ontzaggelijk groote colonnes, met zeer
-kleine letteren gedrukt, behoorlijk te kunnen aanvullen, maken de
-schrijvers, na al het nieuws uit andere landen, het zij dan waar of
-valsch, breedvoerig medegedeeld te hebben, een afzonderlijk artikel,
-waarin zij nogmaals het reeds vermelde herhalen, stukswijze ontleden,
-en met hunne bekookte of onbekookte aanmerkingen en oordeelkundige
-of geestelooze bijvoegselen doorspekken, en dus de schaal naar
-dien kant doen overslaan, welken de partij, waarvoor zij ijveren,
-is toegedaan. Op deze wijze ontbreekt het hun geenszins aan stof,
-om twee vierde gedeelten van hun blad te vullen. Een derde vierde
-gedeelte is toegewijd aan belangrijke onderwerpen, die uit de Parijsche
-Petites-Affiches zijn overgenomen; en, om het overige vol te krijgen,
-deelen zij een langdradig uittreksel en de kleinste bijzonderheden
-mede van de gedingen, welke voor de Londensche regtbanken verhandeld
-en gevonnisd zijn. Voorts verhalen zij de gewigtige tijding, dat
-Mylord die of die in de hoofdstad is teruggekeerd, en dat zijn naaste
-buur daarentegen weder naar zijn landgoed is vertrokken; dat Milady
-die of die den vorigen dag een dozijn menschen te eten heeft gehad,
-en eindelijk, dat een rappe hazenwind, langs den weg snellende, den
-vollen emmer van eene aardige melkboerin omver heeft gesmeten, dat hij
-in dezelfde vaart eenen tappersjongen, met al zijne pinten bier, onder
-den voet heeft geloopen, en eindelijk eene oude matrone in den modder
-heeft doen nedertuimelen, zoodat zij van onder tot boven beslijkt was.
-
-De eigenlijke dagbladen zijn in twee partijen verdeeld, van
-welke de eene de ministeriele, en de andere de oppositie-partij
-genoemd wordt. Ook heeft men dagbladen, die slechts over
-letterkundige onderwerpen handelen, zoo als de Monthly-Review en de
-Critical-Review. Intusschen kan men, zonder een fijne kenner te zijn,
-uit den schrijftrant ligtelijk opmerken, dat de eerste gunstig is voor
-de ministers, en de andere de oppositie-partij aankleeft. Wanneer een
-dezer dagbladen zich eenmaal voor de eene of andere partij verklaard
-heeft, dan blijft het zijn aangenomen grondbeginsel ook onwrikbaar
-getrouw, en verraadt nimmer zijne partij. Zeldzaam treft men in Londen
-zulke schrijvers aan, welke heden den afgod met voeten treden, dien zij
-gisteren aanbaden, en dien zij morgen nogmaals zouden bewierooken,
-indien hij slechts weder op zijn altaar was geplaatst. Ook zijn
-zij geenszins verpligt, gelijk in vele andere landen, om valsche
-tijdingen te verspreiden, of ware te verzwijgen; noch genoodzaakt,
-een slecht werk aan te prijzen, omdat de schrijver invloed heeft,
-of eene goede lettervrucht van eenen achtenswaardigen geleerde
-onbarmhartig te havenen, omdat zijn vader een regterlijk vonnis
-heeft ondergaan. Letterkunde, staatkunde, alles ligt voor hen bloot,
-en hunne pen is zoo vrij, als hunne gedachten; terwijl het aan de
-regtbanken-alleen staat, de misbruiken te beteugelen, welke zij van
-de vrijheid der drukpers mogten maken.
-
-"Bravo!" zeide mijn vriend C..., die, zonder dat ik het bemerkt had,
-was ingekomen, en over mijnen schouder de laatste regels, welke ik
-bezig was te schrijven, gelezen had: "bravo! ziedaar eens eindelijk
-een hoofdstuk, hetwelk, rond uit de borst, voor de Engelschen de
-grootste lofrede bevat!"
-
---"Ik deel slechts daadzaken mede, en laat den bescheiden lezer
-de zorg over, om de gevolgtrekkingen te maken. Maar gij doet mij
-vreezen, dat ik niet wel begrepen zal worden, en dat men soms een
-eenvoudig verhaal voor eene lofrede zal houden. Meent gij dan, dat,
-indien ik een dagbladschrijver ware, ik niet liever zou verkiezen,
-dat een censor tegen mij zeide: "dit of dat artikel zult gij niet
-laten drukken!" dan dat ik den volgenden morgen voor de regtbank
-gedagvaard werd; wijl ik het in mijn blad had doen plaatsen? Gelooft
-gij, dat ik zulken achting toedrage, die zich verpligt rekenen,
-alleen, omdat zij tot de oppositie-partij behooren, de wijste en
-verstandigste besluiten van het ministerie te gispen en te gebruiken;
-of wederkeerig hem zou verdedigen, die de onbetamelijkste aanslagen
-tegen de Engelsche vrijheid trachtte te regtvaardigen, omdat hij een
-voorstander van de ministeriele gevoelens is? En ziedaar nogtans
-iets, dat men dagelijks in de Engelsche papieren aantreft. Een
-dagbladschrijver moet onpartijdig zijn, en over het staatkundige met
-de uiterste omzigtigheid en de strengste waarheidliefde spreken. Hij
-moet zijne overheid eerbiedigen, zonder echter dezelve laaghartig
-te vleijen. Dat hij mij een blad levere, zoo groot hij wille,
-mids hetgene er in gevonden wordt, belangrijk is en mijnen leeslust
-kan voldoen; maar dat hij mij geenszins veroordeele, eenige honderd
-regels brabbeltaal en zoutelooze lafheden in te slikken, waarin niets
-opmerkenswaardig gevonden wordt; dat hij eindelijk..."
-
---"Gij schildert daar eenen man, die nimmer bestaan heeft, en het
-land, waar men zoodanigen schrijver zou kunnen vinden, ligt zeker in
-het onbekende zuiden, of in de maan."
-
---"Ik wilde ten minste niet gaarne uw schrijver zijn; want ik zou
-met reden vreezen, geene lezers te vinden, en dus van honger te
-moeten sterven."
-
---"De geest der partijzucht en boosaardigheid alleen is de eigenlijke
-bron, waaruit die algemeene drift tot lezen ontspringt. Ook houdt ieder
-lezer te Londen er twee dagbladen op na, om dus hetzelfde tafereel,
-met verschillende kleuren geschetst, op tweederlei wijze te kunnen
-beschouwen; en het is vandaar, dat men door het licht der rede geleid,
-bij eene ernstige en bedaarde overweging, het beste kan...."
-
---"Het beste kan ontwaren, dat de twee schrijvers de kleuren van den
-hartstogt, in plaats van die der waarheid genomen hebben, en dat zij,
-in plaats van eene volledige schilderij, niets meer dan eene flaauwe
-schets geleverd hebben."
-
---"Gij moogt zeggen, wat gij wilt, maar ik heb veel achting voor de
-Engelsche dagbladen. Misschien loopt er wel een weinigje dankbaarheid
-onder; want mijne eerste kennis, welke ik te Londen gemaakt heb,
-ben ik aan een nieuwspapier verschuldigd."
-
---"Hoe dat?"
-
---"Ziehier de zaak: zij zal u wel wat romanesk voorkomen, maar zij
-behelst toch de zuivere waarheid.
-
-"Slechts weinige dagen was ik te Londen geweest, en had nog aan niemand
-kennis gekregen, dan aan eenen eenigen Franschman. Te Parijs had ik
-een weinig Engelsch geleerd, doch kon het niet, dan met zeer veel
-moeite spreken: het te verstaan, was mij nog lastiger. Op zekeren
-morgen met mijnen vriend aan het ontbijt zittende, las ik in de
-Morning-Chronicle het volgende berigt, hetwelk ik het vermaak zal
-hebben u voor te lezen: "Eene Engelsche Dame, der Fransche taal magtig,
-doch zich gaarne verder willende oefenen in het spreken van dezelve,
-wenschte eenen geboren Franschman te vinden, die, van zijne zijde,
-verlangde, zich de uitspraak van het Engelsch gemakkelijk te maken. Men
-zou alsdan gezamenlijk het uur of tijdstip kunnen bepalen, om bij
-elkander te komen, en het daaruit voortvloeijende nut en voordeel zal
-tot wederzijdsche betaling strekken. Het antwoord wordt verzocht in
-ditzelfde dagblad, onder het opschrift: aan ladij A. B."
-
---"Waarachtig!" zeide ik tegen mijnen vriend, "ik zal ladij
-A. B. antwoorden, en mijne onderteekening naar de volgorde van het
-Abé rigten."--"Ik zou het maar stilletjes laten blijven," hernam hij;
-"buiten twijfel is het eene avonturierster, die een wildbraadje denkt
-op te jagen."--"Onverschillig! zij zal ondervinden, dat zij zich
-bedrogen heeft!" en op het oogenblik maakte ik het volgende opstel:
-"De voorslag van ladij A. B. wordt met vermaak aangenomen door een'
-Franschman, die onlangs te Londen aangekomen is. Het zal hem veel
-eer en genoegen zijn, naar den dag en het uur te mogen vernemen,
-waarin hij zijne opwachting mag komen maken. Hij verzoekt antwoord
-onder de letters C. D., no. 7 Wells-street."
-
-Dadelijk bragt ik mijn antwoord aan het kantoor. Er waren
-intusschen reeds eenige dagen verloopen, en ik dacht niet meer aan
-het geheele geval, toen ik, op zekeren avond te huis komende, het
-volgende billet op mijne tafel vond: "Indien de Franschman, die de
-uitnoodiging onder A. B. in de Morning-Chronicle beantwoord heeft,
-zich de moeite wil geven, om aanstaanden donderdag, des avonds te
-zes ure, in de St. James-street no. 9 te komen, zal hij daar de
-bewuste dame met haren vader kunnen aantreffen. Alsdan zal men, na
-zich onderling gezien en gehoord te hebben, het beste kunnen bepalen,
-of men wederzijds genoegen in elkander vindt, en genegen is, om eene
-nadere verkeering met elkander te houden."
-
-"Deze stijl scheen mij geenszins die van eene fortuinzoekster; derhalve
-verzuimde ik de bijeenkomst niet. Daar komende, vond ik een lief jong
-meisje van twintig jaren, even beminnelijk als bevallig. De geheele
-familie bestond uit vader, moeder, broeder en zuster: de twee laatsten
-alleen verstonden een weinig Fransch. Ik werd intusschen zeer minzaam
-ontvangen. Een jaar lang bragt ik mijne avonden bij dit achtenswaardige
-gezin door, en werd in dat tijdverloop der Engelsche uitspraak tamelijk
-magtig, terwijl daarentegen de jonge miss aanmerkelijke vorderingen
-in het Fransch gemaakt had. Korten tijd daarna trouwde zij, en haar
-man bewees mij insgelijks veel vriendschap en welwillendheid. Thans
-is zij, op hare beurt, moeder des huisgezins, en zelden gaat er eene
-week voorbij, dat ik haar niet bezoek.--Welnu, mijn vriend! wat dunkt
-u? Ben ik deze kennismaking niet aan de Morning-Chronicle verpligt?"
-
---"Uwe geschiedenis deugt niets, mijn beste! Om het avontuur op
-eene behoorlijke wijze te eindigen, hadt gij zelf het meisje moeten
-trouwen."
-
---"Indien ik u eenen roman hadde opgedischt, zou zoodanig eene
-ontknooping onvermijdelijk geweest zijn; maar het is integendeel eene
-waarachtige gebeurtenis, welke ik u ter goeder trouw en onopgesmukt
-heb medegedeeld."
-
-
-
-
-
-
-
-XXV.
-
-DE SPOTPRENTEN.
-
-
-"De zucht, om u mijn zonderling avontuurtje te vertellen," vervolgde
-mijn vriend C..., "heeft mij een ander onderwerp uit het oog doen
-verliezen, waarover ik u wensch te onderhouden, en waarmede wij
-terstond zullen beginnen. Ik bedoel het woord Caricature. Gij zult
-mij echter, hoop ik, toestaan, dat Londen ten minste hierin de eerste
-stad der wereld mag genoemd worden."
-
-"Ik stem toe, dat er nergens zoo vele spotprenten gevonden worden,
-schoon, sedert eenigen tijd, Parijs hierin met Londen om den prijs
-schijnt te willen dingen. Maar wat is eigenlijk eene caricature? niets
-anders dan eene geschilderde satire. Eene caricatuur moet in
-tegenoverstelling van eene schilderij, datgene zijn, wat eene geestige
-parodie is in tegenoverstelling van een zang- of treurspel, gelijk wij
-dit dikwijls gezien hebben op ons Theatre du Vaudeville, bij voorbeeld
-in de zangstukjes Nice en Arlequino Cruello. Doch, van de honderd
-spotprenten, welke ik hier zie, zijn er zeker negentig volstrekt
-zout- en geesteloos: ook is er geen spoor van teekening in te vinden,
-alle regels der kunst zijn jammerlijk geschonden, en men bespeurt
-duidelijk, dat het geenszins aan den goeden wil van den broddelaar,
-(welken ik met een goed geweten nimmer kunstenaar zal kunnen noemen)
-gehaperd heeft, om iets beters voor den dag te brengen; maar dat zijne
-onbekwaamheid hem zoodanige gedrochten heeft doen scheppen. Betreffende
-de tien anderen, van dezen verdienen negen slechts eenige aanmerking
-door derzelver bijtende en boosaardige beteekenis, welke altijd het
-uitsluitende kenmerk is, en de tiende alleen zou misschien eenige
-verschooning kunnen vinden in de oogen van iemand, die een gezond
-oordeel bezit. In een woord, nooit zie ik eene spotprent, zonder aan
-Scarron's boertige vertaling van Virgilius te denken."
-
---"Gij zijt waarlijk al te streng! Laat ons een paar van deze
-prentwinkels bezigtigen, en gij zult er spotprenten zien, die u zullen
-doen lagchen."
-
---"Zonder twijfel, ik zal lagchen--even als ik lach over de
-verregaande zotheden, welke Brunet en Portier op het Theatre des
-Variètés uitventen; maar denk echter niet, dat ik zeg:
-
-
- J'ai ri, me voilà désarmé!
-
- Ik heb gelagchen, en ziedaar mij ontwapend!
-
-
-"Neen, mijn vriend! het is slechts een vlugtige glimlach, die volstrekt
-niets meer beteekent dan een voorbijgaande reuk, welke reeds zijne
-kracht verloren heeft, voordat men hem kan onderscheiden.
-
-"De ouden kenden de kunst van caricaturen te schetsen in den grond;
-en ofschoon ons weinige werken van deze soort zijn overgebleven,
-weten wij echter genoeg, om te kunnen beweren, dat zij in deze
-voortbrengselen van hun genie nooit de regelen der teeken- noch
-der schilderkunst verwaarloosden. Een Grieksch schilder eenmaal het
-Atheensche volk willende doen gevoelen, dat het beurtelings standvastig
-en wispelturig, grootmoedig en wreed, nederig en trotsch, billijk
-en onregtvaardig was, kwam op het denkbeeld, om den Athenienzers
-deze waarheid in eene schilderij onder het oog te brengen, waarin
-hij den schutsgeest hunner stad als eenen zaaijer voorstelde, die
-de zaden van alle deugden en ondeugden rondom dezelve strooide.--Een
-ander kunstenaar had Timotheus, een' der voornaamste veldheeren van
-dat gemeenebest, slapende geschilderd, middelerwijl de godin van het
-geluk de vijandelijke steden voor hem in netten ving.--Timotheus deze
-schilderij ziende, zeide, wat moet ik doen, als ik ontwaak?--Tot
-besluit eindelijk zal ik onder het getal der aanmerkenswaardige
-caricaturen uit de oudheid u nog het tafereel opnoemen, waarin een
-voornaam schilder zekere groote en schoone koningin, over welke hij
-ontevreden was, ten toon stelde in het oogenblik, waarin zij zich
-tot eenen geringen visscher verlaagde. Deze, zoo wegens haren wuften
-aard en hare losbandigheid van zeden, als wegens den luister harer
-bekoorlijkheden, algemeen befaamde vorstin, vond hare beeldtenis
-zoo schoon en wel getroffen, dat zij, in plaats van den kunstenaar te
-straffen, hem een aanmerkelijk geschenk deed. Ziedaar de ware modellen,
-welke de caricatuur-fabrikeurs ten voorbeeld moesten nemen, in plaats
-van op lange zoomen papier, uit den mond hunner personaadjes woorden
-en spreuken te voorschijn te doen komen, meestal strookende met de
-wijze, waarop zij hun onderwerp behandeld hebben. Gij zult mij toch
-niet willen betwisten, dat inzonderheid in de Engelsche caricaturen
-deze heerschende fouten worden aangetroffen.--De Franschen en Italianen
-hebben zich daarvoor beter weten te wachten; maar hier heb ik er zelf
-vele gezien, waarin meer penne- dan penseeltrekken gevonden werden."
-
-"De Engelschen hebben derhalve, volgens uwe meening, ongelijk, dat
-zij, met betrekking tot de caricaturen, op dezelfde meerderheid,
-als op die van den Oceaan aanspraak maken?"
-
---"Ik zal u op deze vraag antwoorden, zoodra men mij eenen Engelschen
-caricatuur-fabrikeur opgenoemd heeft, die waardig is, om aan de zijde
-van onzen landgenoot Gallot geplaatst te worden."
-
-
-
-
-
-
-
-XXVI.
-
-ROOVERS, AFZETTERS, ZAKKEROLDERS EN BEURZENSNIJDERS.
-
-
-Op eenen zekeren avond, of liever morgen, want het was half een
-des nachts, uit den schouwburg van Drurij-lane komende, ontmoette
-ik eenen grooten, met eenen duchtigen stok gewapenden vent, die mij
-staande hield en den doorgang afsneed. Om eenen eerlijken aftogt te
-maken, wilde ik terugkeeren, doch ik stiet, helaas! op twee andere
-fielten, die geen gunstiger uitzigt hadden. De een, die voor mij
-stond, eischte mijne beurs, en dat wel zonder eenige wellevendheid,
-welke men anderzins veelal den Engelschen straatroovers toekent. Dit
-avontuur was intusschen zoo aangenaam niet, als dat van de drie
-Bevalligheden, welke mij, eenige dagen te voren, in Cheapside hadden
-aangerand. Juist had ik den vorigen dag in een der dagbladen de lofrede
-op eenen Engelschman gelezen, die, insgelijks door drie deugnieten
-aangevallen, den moed gehad had, om zijne beurs te verdedigen, en
-die, tot belooning voor zijne dapperheid, onder het gewigt van eene
-menigte wel aangebragte stokslagen bezweken, en beroofd was van al,
-wat hij bij zich had, waarna men hem bijna naakt en half dood tot
-zijnent had gebragt. Intusschen gevoelde ik mij niet zeer opgewekt,
-om dezen ongelukkigen tot een pendant te verstrekken; want de eer, om
-in de Londensche dagbladen te verschijnen, scheen mij tot dezen prijs
-wat al te duur gekocht. Ik maakte derhalve geene zwarigheid, om mijner
-beurs, die gelukkig niet zeer luisterrijk gestoffeerd was, vaarwel te
-zeggen; doch ik vreesde voor mijne horologie, hoewel het aldra bleek,
-dat ik met eerlijke gaauwdieven te doen had. Naauwelijks was mijne
-beurs uit mijne handen in de hunne overgegaan, of zij verdwenen als
-vogels in de lucht, en ik vervolgde mijnen weg naar mijn logement,
-waar ik, zonder eenige andere onaangename voorvallen, behouden aankwam.
-
-Iederen avond, voor dat ik naar bed ging, had ik de gewoonte
-om een paar bladen op te slaan in een boek, dat ten opschrift
-voerde: Beschrijving van Londen, of Wegwijzer voor vreemdelingen
-in deze stad. Dit diende mij tot een rigtsnoer, om te overwegen,
-met welke bezigheden ik den volgenden dag zou doorbrengen. Mijne
-vorige ontmoeting belettede mij geenszins, aan deze gewoonte getrouw
-te blijven, en toevallig sloeg ik een hoofdstuk op, dat juist zeer
-veel betrekking had met hetgene mij bejegend was. Ik zal er den lezer
-eenige plaatsen uit mededeelen, en tevens zorgen, dat het overgenomene
-onderscheiden wordt van de aanmerkingen, welke ik mij hier en daar
-er over zal veroorloven.
-
-"Des nachts bestaat de wacht uit eenige ongewapende grijsaards,
-watchmen genaamd; en slechte een gering getal gerechtsdienaren zijn
-belast met het nasporen en opbrengen der roovers en afzetters."
-
-Het is dus geenszins te verwonderen, dat hier zoo velen van dit slag
-van volkje gevonden worden; ook gaat er zeldzaam een dag voorbij, dat
-de nieuwstijdingen geen verhaal mededelen van geweldige diefstallen
-of afzetterijen. Dit vooraf in aanmerking nemende, zou men welhaast in
-verzoeking geraken, om de volgende regels voor een fabeltje te houden.
-
-"Er bestaat nogtans geene stad, waar men veiliger en geruster
-kan gaan en komen, zonder vrees van eenig ongeval te ontmoeten,
-(onverschillig, welk uur van den dag of nacht) dan te Londen. Dit
-wonderbare verschijnsel is echter geenszins te zoeken in de orde,
-sterkte en geregeldheid van de gewone politie, maar veeleer toe
-te schrijven aan den gelukkigen zamenloop van zedelijke oorzaken,
-waarvan de voornaamste is de verjaarde vrijheid, welke alle klassen
-van het volk onbelemmerd in Engeland genieten, en die zelfs in de
-zielen der armen met diepe merken gegrift is; voorts in de algemeene
-neiging tot orde in de zamenleving, en in de zucht, om zijn bestaan
-te vinden door eene onafgebrokene vlijt en ijverige werkzaamheid."
-
-Ik begrijp derhalve niet al te wel, aan welke dezer zedelijke,
-zoo gelukkig vereenigde oorzaken ik het verlies van mijne beurs
-moet toeschrijven.
-
-Vervolgens maakt de schrijver melding van de onderscheidene soorten van
-fielterijen, waarvoor zich een vreemdeling in Londen te wachten heeft.
-
-"De reizigers moeten, onder anderen, zorg dragen, om niet in den
-nacht te Londen aan te komen, of zij loopen groot gevaar van, nog op
-het einde hunner reize, door struikroovers aangevallen te worden;
-ten minste is het genoegzaam zeker, dat zij, bij hunne aankomst,
-zich verrast zullen zien door de vriendelijkheid en de zorg, welke de
-heeren vrijbuiters gehad hebben, om de koffers en valiezen, die achter
-op de rijtuigen gebonden waren, bij voorraad eene goede bergplaats
-te bezorgen.
-
-"Eene legio van dieven en roovers houdt altijd schildwacht aan
-de deuren der herbergen, waar de postwagens en andere rijtuigen
-aankomen. Volijverig zijn zij in de weer, om de pakkaadje der reizigers
-aan te nemen en te bezorgen; maar naauwelijks hebben zij dezelve
-in handen, of zij maken zich zoek, en verdwijnen in een oogenblik,
-zonder aan het terugkomen te denken.
-
-"Een ander gedeelte dezer fielten verzamelt zich voor de vensters
-der kooplieden, waar kunstplaten, spotprenten en wat dies meer is,
-verkocht worden, of aan de deuren der huizen, waar de eene of andere
-publieke tentoonstelling is, even als in den omtrek der schouwburgen
-en van alle andere plaatsen, van openbare vermakelijkheden. Men moet
-derhalve wel zorg dragen, zoo haast men zich in het gedrang begeeft,
-niets van eenige waarde bij zich te hebben, maar de oogen altijd
-geopend en de handen in de sakken te houden.
-
-"Verwisselt gij toevallig eene banknoot, of een stuk zilver, beschouw
-dan, in 's hemels naam! naauwkeurig het geld, dat men u teruggeeft;
-want verscheiden kooplieden zullen u valsche munten in de handen
-trachten te spelen, en bovenal hebben de huurkoetsiers zich deze
-hatelijke gewoonte eigen gemaakt."
-
-Het is inderdaad bijna ongeloofelijk hoe vele valsche banknoten en
-hoe veel valsch geld men in Engeland allerwege aantreft. Ook zal
-een Engelschman zelden nalaten zelfs het kleinste stukje zilveren
-munt naauwkeurig van alle kanten te bezigtigen, en op den grond
-te laten vallen, om zich door den klank van deszelfs gehalte te
-overtuigen. Geeft gij hem eene banknoot in betaling, dan gebeurt
-het menigmaal, dat hij u verzoekt, uwen naam en uwe woning er op te
-zetten. Deze banknoten zijn meestal door geheel Engeland in omloop, en
-worden niet slechts in den handel, maar ook in de dagelijksche uitgaven
-meer, dan de geldspecien, gebruikt: men heeft ze van onderscheidene
-waarde, ja zelfs tot één pond, dat is vierentwintig livres.
-
-"In vele openbare verkoopingen worden somtijds opgelegde werken voor
-echt zilver verkocht.
-
-"De Joden, die op straat uitstallen, zullen, zoo zij kunnen, u de
-waarde van een ding tienvoudig doen betalen.
-
-"Alle wisselaars, bijna zonder uitzondering, zullen u trachten te
-bedriegen.
-
-"De dagbladschrijvers zullen u aanzienlijke sommen afpersen voor het
-stellen van een gunstig berigt nopens een pleitgeding, een nieuw werk,
-of een tooneelstuk.
-
-"Hebt gij, bij ongeluk, eene zaak voor het eene of andere geregtshof
-hangen, dan zult gij alle toegangen belegerd vinden door een heer
-van menschen, die u hunne diensten aanbieden, doch u tevens, op
-onderscheidene wijzen, op schatting weten te stellen.
-
-"De kwakzalvers zullen u vermoorden, onder de plegtigste verzekering,
-dat zij u zullen genezen.
-
-"De apothekers zullen u vervalschte artsenijen voor goede geven."
-
-Doch ik wil mijn uittreksel niet verder vervolgen; alleen zal ik nog
-zeggen, dat de schrijver eindigt met het berigt, dat er twee zeer
-nuttige gezelschappen te Londen zijn opgerigt, die ten oogmerk hebben,
-om alle schelmsche streken en afzetterijen, van welk eenen aard ook,
-te ontdekken en te doen straffen; en mijns oordeels is dit nogmaals
-een bewijs, dat dezelve in deze stad zeer menigvuldig zijn.
-
-Bijaldien immer een Franschman al datgene, hetwelk ik uit dezen
-Engelschen schrijver heb overgenomen, op eigen gezag had geschreven,
-zou hij zeker, zelfs in Frankrijk, van vergrooting zijn beschuldigd
-geworden; en echter heb ik dit alles getrokken uit een Engelsch
-boek, opzettelijk geschreven, om al, wat in de hoofdstad der drie
-vereenigde rijken gevonden wordt, hemelhoog te verheffen, en waarin de
-geringste voorwerpen doorgaans met de belagchenswaardigste pralerij
-worden voorgedragen. Niets meer bij het geschetste tafereel kunnende
-voegen, laat ik dit onderwerp gaarne aan de verdere overweging van
-mijne lezers.
-
-
-
-
-
-
-
-XXVII.
-
-DE TOWER.
-
-
-"Hebt gij pleizier, om een reisje met mij te ondernemen, waartoe een
-lange adem vereischt wordt?" vroeg mij mijn vriend C... op zekeren
-morgen.
-
-"--Juist ben ik willens, er een te ondernemen. De tijd, welke ik
-hier zou doorbrengen, is bijna verstreken, en ik verzeker u, dat ik
-er geenen enkelen dag zal aanknoopen."
-
-"--Daarover wilde ik u niet spreken. Maar gij kunt toch onmogelijk deze
-stad verlaten, zonder de Engelsche Bastille gezien te hebben. Ik kwam
-hier, om u eene wandeling naar den Tower voor te slaan. Onderweg zal
-ik u een en ander aanwijzen, dat gij tot hiertoe nog niet gezien hebt."
-
-Met deze woorden begaven wij ons op weg: het kon naar waarheid een
-reisje genoemd worden; want de straat, waarin ik woonde, was twee
-groote uren van den Tower gelegen.
-
-Toen wij, na eenen marsch van een uur, de gevangenis van Newgate
-bereikt hadden, zagen wij eene groote menigte volks bij elkander,
-welke vol verlangen en met ongeduld op iets scheen te wachten, even
-als de liefhebbers het ophalen van de gordijn in den schouwburg
-reikhalzende te gemoet zien.
-
-"Weet gij ook de reden van deze drukke bijeenkomst? vroeg ik mijnen
-vriend."
-
---"Er zal een misdadiger opgehangen worden. Ziedaar, hij is reeds op
-het schavot!"
-
---"Ei, ei! is dat eene der zeldzaamheden, welke gij beloofd hebt mij
-onder weg te laten zien?"
-
---"O neen, mijn vriend! dit is een louter toeval. Daarenboven behoort
-dit schouwspel onder het kleine getal van die dingen, welke men te
-Londen gratis kan zien."
-
---"Hartelijk dank! Ik zou er integendeel wel iets voor willen betalen,
-om het niet te zien. Ik bid u derhalve, mijn waarde! laat ons eenen
-anderen weg nemen."
-
---"Zoo als gij verkiest.--Voormaals plagt men de strafoefeningen in
-Tijburn te verrigten, maar tegenwoordig hebben zij altijd voor de
-gevangenis van Newgate plaats. Men zet tegen een venster van eene
-kamer der gevangenis een schavot op. De veroordeelde stapt uit het
-raam op het straftooneel, en is vergezeld door eenige geestelijken,
-welke hem trachten te bemoedigen. Terstond werpt de scherpregter
-hem de koord om den hals, maakt het eene einde aan de galg vast,
-en laat den misdadiger aldus eenige oogenblikken staan. Eensklaps
-wordt de plank, waarop de ongelukkige staat, gewipt, en ziedaar
-hem met de koorde gestraft, dat er de dood na volgt, waarvoor de
-Engelschen in hunne taal eene bijzondere uitdrukking hebben en het
-noemen: Iemand in de eeuwigheid overslingeren. Voor de strafoefening
-wordt den lijder een glas bier aangeboden, en men gunt hem den tijd,
-om hetzelve op zijn gemak uit te drinken.
-
-Een zeker misdadiger, zoo het scheen, niet begeerig, om de groote
-plegtigheid te vertragen, bedankte voor het aanbod van dezen
-comfortable drank; doch naauwelijks had hij den grooten sprong gedaan,
-of er werd pardon voor hem aangekondigd. Hiervandaan het Engelsche
-spreekwoord: "Had hij zijn glas bier uitgedronken, hij zou nog leven!"
-
-Aldus zamen koutende, waren wij ongemerkt aan den kruisweg gekomen,
-waar de Prince-, Poultrij-, Cornhill- en Lombard-streets op uitloopen.
-
-In dezen omtrek zijn de bank, de beurs en het stadhuis gelegen. Mijn
-vriend C... liet mij deze drie gestichten bezigtigen. Het uitwendige
-dezer gebouwen is niet onbevallig en kenschetst zelfs zeer veel
-smaak; maar van binnen is alles ten uiterste slecht gerangschikt en
-verdeeld. Men vindt er niets dan eenige ruime zalen, die allen zeer
-donker, treurig en somber zijn.
-
-Eindelijk kwamen wij aan den Tower, of den Toren, die echter, in den
-eigenlijken zin van het woord, geen toren kan genoemd worden, maar
-die veeleer eene vesting gelijkt, met verscheidene torens voorzien,
-in welke men verschillende straten en gebouwen aantreft.
-
-Hier zoude ik met weinig moeite een vrij lang hoofdstuk vol
-van beschrijvingen en geleerde onderzoekingen kunnen inlasschen,
-doch daar ik eenmaal bij al, wat heilig is, gezworen heb, mijnen
-lezers nimmer voorbedachtelijk een slaapdrankje in te geven, zal ik
-mij geenszins verdiepen in het nasporen, of Julius Caesar den Tower
-heeft laten bouwen, die zijnen naam voert, en of de zoogenaamde Witte
-Toren, die nogtans even zoo zwart en berookt is, als al de anderen,
-Willem den Veroveraar tot stichter gehad heeft: ook wil ik mij in
-geen geschil inlaten, in welk vertrek Hendrik VI., op last van Eduard
-IV., den dood heeft ondergaan; of in welk eene andere kamer deze en
-gene in Engeland beroemde, schoon in andere landen geheel onbekende,
-personaadjes zijn opgesloten geweest; maar mij liever alleen bepalen
-tot de verschillende publieke stichtingen, welke in dit uitgestrekte
-gebouw vervat zijn, en welke allen wij gingen bezigtigen.
-
-Lieden, die met een beestenspel van stad tot stad op de kermissen
-rond reizen, om het geëerde publiek, tegen billijke betaling, eenige
-vreemde en uit verre landen aangebragte dieren en vogels te laten zien,
-hebben altijd de gewoonte, om boven of naast den ingang van hunne
-vertoonplaats eene schilderij op te hangen, waarop eenige van die
-merkwaardige voorwerpen zijn afgebeeld. Evenzoo wijst ook hier een
-geschilderde leeuw den vreemdelingen den ingang van het dierenpark
-aan. De poort is van eene groote schel voorzien, en de deurwachter
-staat altijd gereed, om u, tegen betaling van eenen shilling, en
-nog iets, dat de Engelschen eene erkentenis noemen, en dat in eene
-vrijwillige extragift bestaat, binnen te laten. Wij behoefden echter
-niet aan te schellen; want zoo als wij aan de deur kwamen, werd zij
-juist geopend voor eenen man, die met den deurwachter in gesprek was.
-
-"Jezus mein Gott! riep hij uit, Geld, Geld, und immer Geld!"
-
-"Deze heer is een Duitscher," zeide ik tegen mijnen vriend. Dit had
-hij gehoord, en zeide daarop terstond tegen mij "Ach, mein Herr, ich
-kann wohl Englisch und Französich sprechen; es ist aber abscheulich,
-dass man in diesem fatalen Lande gar nichts sehen und haben kann,
-ohne Geld!"
-
---"Ja, dat is hier zoo het gebruik, mijnheer! en daarnaar dient men
-zich te schikken."
-
-Intusschen hadden wij de taks betaald, en de deurwachter wees ons al
-de daar logerende gasten, den eenen na den anderen, aan. Het getal der
-beesten is niet zeer groot: even als te Parijs, zijn zij in naauwe
-hokken opgesloten, waarin zij, van lucht en beweging verstoken, een
-plantenleven leiden, en den aanschouwers niets anders aanbieden dan
-de schaduwe van hetgene zij in waarheid moesten zijn. Laat ons echter
-hopen, dat wij in de laatstgenoemde stad eenmaal de leeuwen, tijgers
-en al de andere vreemde dieren met dezelfde onderscheiding zullen
-zien behandelen, welke men, sedert eenige jaren, voor de beeren gehad
-heeft, en dan eerst zal Parijs zich kunnen beroemen, een dierenpark
-te bezitten, hetwelk der hoofdstad van Europa eer aandoet.
-
-Nu verlieten wij het verblijf, waar deze verwoestende schepsels waren
-opgesloten, om eene plaats te bezigtigen, die diende ter bewaring
-der stoffe en werktuigen, om voedsel te verschaffen aan de woede en
-wraakzucht van een schepsel, nog duizendmaal wreeder en bloeddorstiger
-dan de verschrikkelijkste woudbewoners. De lezer begrijpt ligtelijk,
-dat ik hier het arsenaal bedoel.
-
-"Wie viel?" vroeg mij de Duitscher, ziende, dat wij de handen in den
-zak staken.
-
-"Maar drie shillings!" antwoordde ik hem, "en dan de erkentenis!"
-
-"Der Teufel!" riep hij uit, terwijl hij inmiddels zijne schellingen
-ten offer bragt.
-
-Het arsenaal bestaat uit zes groote afdeelingen. In vier derzelve
-vindt men eene ongemeen talrijke verzameling van allerlei wapenen en
-geschut, zoo wel voor voet- en paardenvolk, als voor den zeedienst. In
-de twee andere afdeelingen wordt een groot aantal zeldzaamheden
-bewaard, als oude wapenrustingen, schilden, standaarden en andere
-veroverde eereteekenen, door de Engelschen, ter herinnering van hunne
-voormalige overwinningen, alhier ten toon gesteld. Ook wordt hier den
-bezigtiger de bijl vertoond, waarmede de ongelukkige Anna is onthoofd
-geworden, alsmede een afbeeldsel van de koningin Elizabeth, enz. Van
-hier kwamen wij in een vertrek, waar de meubelen der Kroon bewaard
-werden. Intusschen vermaakten mijn vriend en ik ons niet weinig met
-de grappige houding van onzen Duitscher; want bij iedere andere deur,
-welke ons geopend werd, trok hij zulke benaauwde gezigten, als of
-hij op naalden en spelden zat, telkens eene uitroeping doende, welke,
-hoe langer hoe meer, in den kruistoon eindigde.
-
-"Sacrement!" zeide hij, terwijl hij, met een gespannen en strak gelaat,
-zijnen shilling aan deze deur paste; "So etwas braucht man zu Wien
-nicht zu bezahlen. Ich bin zu Neapel, Paris und Madrid gewesen,
-habe da jede Merkwürdigkeit gesehen, aber immer gratis!"
-
-Men moet echter toestemmen, dat het beschouwen der kostbare en
-zeldzame voorwerpen, die aldaar bewaard worden, en die op twee
-millioenen sterling (48,000,000 liv.) geschat zijn, wel eenige
-shillings waardig is.
-
-Nu bleef de kapel nog ter bezigtiging over, maar mijnheer de Duitscher
-hield volmondig staande, dat het gezigt van eene Engelsche kapel geenen
-schelling waardig was, en nam hier afscheid van ons. Wij beiden, mijn
-vriend en ik, bleven echter bij ons voornemen, doch zagen welhaast,
-dat hij geen ongelijk had gehad, want wij vonden volstrekt niets,
-dat eenige aanmerking verdiende.
-
-Hiermede eindigde mijn bezoek aan den Tower, hetwelk mij nu tien
-shillings (12 fr.) kostte, de verschillende erkentenissen hieronder
-begrepen.
-
-
-
-
-
-
-
-XXVIII.
-
-EENE ONVERWACHTE ONTMOETING.
-
-
-Twee dagen voor mijn vertrek was ik den geheelen morgen op de been, om
-afscheid te nemen van mijne vrienden en kennissen, welke ik te Londen
-gemaakt had. Ook had ik een en ander gekocht, en gevoelde mij zeer
-vermoeid: ik besloot derhalve, in den omtrek, waar ik mij bevond, het
-middagmaal te houden. Ongelukkiglijk was het in eene der voorsteden,
-die te Londen niet anders dan door de laagste volksklasse bewoond
-worden. Ik kon dus geenszins verwachten, veel bijzonders op tafel
-te vinden; doch daar de gourmandise geene mijner hoofdgebreken is,
-voor welke ik in het grootboek, waarin al onze ondeugden en zwakheden
-aangeteekend staan, zal ingeschreven worden, en ik buitendien een
-zeker prikkelend gevoel in mijne maag ontwaarde, hetwelk mij scheen
-te beloven, dat de eetlust de spijzen kruiden zou, indien er al iets
-aan mogt ontbreken, bleef ik bij mijn genomen besluit volharden.
-
-Ik stapte dus een huis binnen, waar eenige stukken gebraden en gekookt
-vleesch, achter een venster geplaatst, schenen aan te kondigen, dat men
-er iets te eten kon krijgen, en waar tevens achter eene ruit, op een
-stuk papier, met groote letters geschreven stond, dat er opene tafel,
-in eene fraaije zaal, op de eerste verdieping, werd gehouden. Boven
-gekomen zijnde, vond ik echter, in plaats van eene fraaije zaal, een
-morsig, donker kot: de tafels stonden tegen de muren, welker kleur
-mogelijk eenmaal wit was geweest, doch thans een vuil grijs opleverde:
-niet helderder waren de tafellakens, die, zonder vergrooting gesproken,
-gerust met de vier wanden konden wedijveren. De gasten, welke het
-gezelschap uitmaakten, schenen tot het laagste gemeen te behooren,
-een éénige, van wien ik aanstonds zal spreken, uitgezonderd.
-
-Naauwelijks had ik mijnen eersten stap in dit verblijf gezet, of ik
-bemerkte reeds, dat mijn honger zeer verminderd was: intusschen was ik
-te ver gevorderd, om weer terug te treden. Ik plaatste mij derhalve aan
-eene tafel, en verzocht den knecht om een pint ale en een beef-steaks;
-doch dat verzoek moest ik meermaals herhalen, en dit deed mij denken,
-dat hij niet gewoon was, dikwijls een middagmaal van zoo veel gewigt
-te hooren bestellen. En inderdaad, toen ik mijne oogen over al de
-tafels liet gaan, welke mij omringden, ontwaarde ik niets op dezelve,
-dan een stuk kaas, en hier en daar een stuk koud vleesch; hetwelk er
-juist niet zeer smakelijk uitzag, benevens eenige pinten bier van
-twee pences (hetgeen gemakkelijk te onderscheiden is, want de vorm
-van het pintje zelve wijst de soort en hoedanigheid van den drank aan,
-welke het bevat.)
-
-Middelerwijl men zich in de keuken bezig hield met de buitengewone
-toebereidselen, welke de door mij bestelde geregten vorderden, riep een
-der gasten, die aan eene andere tafel, digt bij mij, zat, den knecht,
-om het gelag te betalen. De rekening was niet zeer omslagtig. Twee
-pences brood, twee pences bier, en eene pence kaas maakten zijne
-geheele vertering uit. Nu nam hij uit een klein beursje, dat niet al te
-breed voorzien scheen, eenen halven shilling, die de waarde heeft van
-zes pences, of twaalf Fransche stuivers, gaf denzelfven aan den knecht,
-en ontving eene halve pence terug, terwijl hij het overige edelmoedig
-tot een fooitje schonk, waarna hij diep zuchtende van tafel oprees.
-
-Het was een man van ongeveer vijf voeten en vijf duimen hoogte. Zijne
-beenen waren, in de volste beteekenis van het woord, volkomene
-oijevaarsbeenen met een paar zwarte slopkousen bekleed, door welker
-knoopsgaten men met een weinigje oplettendheid het bloote vel kon
-zien doorschijnen, en waaruit men derhalve gerustelijk het facit
-kon opmaken, dat onze vriend de kousen niet onder de noodzakelijke
-kleedingstukken rekende. Zijne broek, die van dezelfde kleur, doch
-zoodanig kaal en afgesleten was; dat men niet kon onderscheiden, van
-welke stof zij gemaakt was, bedekte een paar dijen, niet zwaarder dan
-een paar lamsbilletjes; terwijl een half blaauw en half geel vest over
-het gedeelte van zijn ligchaam heen fladderde, waar men zelfs met een
-vergrootglas geene schaduwe van eenen buik zou hebben kunnen vinden:
-de geheele romp was behangen met eenen zwarten rok, waarvan beide
-de ellebogen met wit garen waren toegenaaid, hetgeen men naderhand
-met inkt besmeerd had, om het in zwart te doen veranderen. Zijne
-ingevallene wangen schenen zich in zijnen mond te willen verbergen,
-zijn voorhoofd was vol met diepe rimpels, welke mij echter voorkwamen,
-meer door rampen en tegenspoed, dan wel door ouderdom, veroorzaakt te
-zijn. Niettegenstaande dit alles, had hij een moedig voorkomen, en zijn
-levendig en doordringend oog spreidde eene zekere fierheid ten toon.
-
-Daar zijne trekken mij niet onbekend waren, en ik mij verbeeldde,
-hem meermaals gezien te hebben, beschouwde ik hem met zeer veel
-oplettendheid. Bij geval kreeg hij mij insgelijks in het oog, en
-kwam terstond naar mij toe.--"Hoe!" zeide hij, "tref ik u te Londen,
-en wel in zulk een prachtig verblijf, aan?"
-
-"Ja, hernam ik, maar ik moet ronduit bekennen, dat ik vergeefs tracht,
-mij uwen naam te...."
-
---"Herinneren, niet waar? Ik wil dit gaarne gelooven: sinds de drie
-jaren, dat wij elkander niet gezien hebben, zult gij mij wel zeer
-veranderd vinden.--Ik ben Croquis."
-
-Nu herkende ik hem dadelijk, niettegenstaande de ongeloofelijke
-gedaanteverwisseling van zijnen geheelen persoon. Mijnheer Croquis
-was een Fransche schilder, die, zonder zich tot den eersten rang dier
-kunstenaars te hebben kunnen verheffen, op welke de Fransche school
-tegenwoordig met regt mag bogen, zich echter van de broddelaars had
-weten te doen onderscheiden, en dien ten gevolge eenigen opgang gemaakt
-had. Zijn gedrag was steeds zeer fatsoenlijk en geregeld geweest;
-ook was mij nooit iets slechts van hem ter ooren gekomen; ik kon dus
-niet begrijpen, hoe hij in dezen ellendigen toestand geraakt was,
-in welken ik hem, tot mijne groote verwondering, hier aantrof. Ik
-verzocht hem derhalve, mij gezelschap te houden, en vriendschappelijk
-met mij te deelen, hetgene voor mij op tafel stond.
-
-"Ik heb reeds gegeten," zeide hij, met eenen bitteren glimlach,
-"en ik heb niets noodig."
-
-Het gelukte mij echter, zijne beschroomdheid te doen verdwijnen, en
-hem gadeslaande, zag ik aldra, dat hij geenszins zooveel gegeten had,
-om zich te verzadigen, maar slechts, om den snerpendsten honger een
-weinig te stillen.
-
-Ons middagmaal geeindigd hebbende, gaf ik hem, bij het weggaan,
-mijn verlangen te kennen, om de redenen te weten, welke hem in dezen
-ellendigen toestand gebragt hadden; en daar hem wel bekend was, dat
-mijn verzoek geenszins uit nieuwsgierigheid, maar enkel uit een waar
-belang, hetwelk ik in zijn lot stelde, voortsproot, deelde hij mij
-zijne droevige historie mede, welke de lezer in de volgende afdeeling
-zal vinden.
-
-
-
-
-
-
-
-XXIX.
-
-GESCHIEDENIS VAN EENEN FRANSCHEN KUNSTENAAR.
-
-
-"Gij weet, mijnheer!" zeide hij, "dat mijn penseel mij in Frankrijk
-het noodige onderhoud verschafte. Eenigen mijner vrienden trachtten
-mij over te halen, om mij naar Engeland te begeven; daar zou ik,
-volgens hunne verzekering, geld winnen, zoo veel ik wilde, en binnen
-weinig tijds een aanzienelijk fortuin kunnen maken. Ik liet mij door
-deze bekoorlijke uitzigten misleiden, maakte alles, wat ik bezat,
-tot gereed geld, stelde mijner vrouw en dochter zoo veel ter hand,
-dat zij in geene twee jaren gebrek behoefden te vreezen, en begaf
-mij op reis naar Londen, met ongeveer tienduizend livres baar geld."
-
-"Zoodra ik hier was aangekomen, nam ik een goed verblijf in het
-voornaamste gedeelte van de stad--dat de woningen niet goedkoop
-zijn, weet gij. Gaarne zou ik mij op eenen minderen voet gezet
-hebben; doch men had mij onderrigt, dat men in Londen geenen
-opgang kan maken, wanneer men, onder eene bekrompene levenswijze,
-te voorschijn treedt. Ik had eenige van mijne werken medegebragt, en
-mij in alle nieuwspapieren doen aankondigen. In het eerst kwamen mij
-vele nieuwsgierigen bezoeken, en ik werd overladen met beleefdheden
-en loftuitingen; maar welhaast vernam ik, dat de kunstenaars van de
-stad zich tegen mij eene heimelijke zamenzwering hadden veroorloofd,
-en de logenachtigste geruchten verspreidden, om, dusdoende, de geringe
-bekwaamheden, welke ik bezat, nog te verkleinen en te belasteren. De
-stukken, welke ik in mijne zaal ter bezigtiging had opgehangen, ten
-einde men over mijne behandeling en mijn kunstvermogen zou kunnen
-oordeelen, werden op het hevigste en onbarmhartigste gegispt en
-bedild.--Het heette, mijne teekening was niet juist:--het koloriet
-te schitterend, om zich te kunnen volhouden:--ik verstond niets van
-de perspectief:--ik wist volstrekt mijn licht en mijne schaduw niet
-te plaatsen:--de standen mijner beelden waren slecht gekozen:--de
-kleeding geheel en al smakeloos.--En eindelijk kenden de laster,
-haat en afgunst mij zelfs niet de geringste dier eigenschappen toe,
-welke ook de middelmatigste schilder niet mag ontberen.
-
-"Aldus verliepen drie maanden, zonder dat ik iets te doen
-had. Eindelijk verzocht mij een rijke koopman uit de Citij, zijn
-portret en die van zijne drie kinderen te maken, te weten, een meisje
-en twee jongens; doch hij was op het grillige denkbeeld gekomen, om
-deze vier portretten in een historisch tafereel bij een te willen
-zien, en daartoe had hij de offerande van Iphigenia verkozen. Hij
-zelf wilde als Agamemnon geschilderd worden, zijne dochter moest
-Iphigenia voorstellen, en zijne beide zonen de karakters van Calchas
-en Achilles verbeelden. Vergeefs stelde ik hem voor, dat dit onderwerp
-veel bijwerk zou vereischen, vooral een groot aantal beelden, als
-priesters, soldaten enz.; oogenblikkelijk sloot hij mij den mond,
-met te zeggen, dat het hem volstrekt op geen geld aankwam. Wij kwamen
-derhalve overeen, dat hij mij voor deze schilderij vierhonderd guinies
-zou betalen."
-
-"Ik begaf mij aan het werk, en, om hetzelve des te meer te bespoedigen,
-wees ik verscheidene leerlingen af, die mij mijne lessen zeer ruim
-zouden betaald hebben. Ik verzuimde geen oogenblik, en na verloop van
-acht maanden was mijn stuk ten naastenbij af, toen op zekeren morgen
-mijn koopman met iemand van zijne kennis in mijne werkplaats kwam,
-om te zien, hoe ver ik gevorderd was. Deze laatste vond, dat het
-portret van zijnen vriend niet veel geleek, en ik was ongelukkig
-genoeg, om dezen bediller te antwoorden, dat de voorgewende fout
-in de gelijkenis zeker veroorzaakt werd, wijl hij niet gewoon was,
-zijnen vriend met eenen helm op het hoofd te zien. Van dat tijdstip
-af had ik geen oogenblik rust, voordat ik mijnen Agamemnon den helm
-had afgenomen; en mijns ondanks, moest ik het hoofd van den Griekschen
-vorst met eene ronde Engelsche pruik ontsieren.
-
-"Ook de jonge juffer vond, dat de kleeding van Iphigenia hare gestalte
-in geen voordeelig licht plaatste, en ik zag mij derhalve genoodzaakt,
-de Grieksche prinses in een nieuw Engelsch keurslijf te prangen. Om
-aan den oudsten zoon te behagen, moest de baard van den opperpriester
-insgelijks worden afgeschoren, en de jongste verkoos, als Achilles
-in de montering van eenen Engelschen kolonel gestoken te worden.
-
-"Meer dan honderdmaal was ik voornemens, uit verdriet en ergernis al
-het geschilderde door te halen; doch de vierhonderd guinies hielden
-mij terug. Dan helaas! toen de dag verschenen was, waarop ik mijn
-werk moest leveren, vernam ik, tot mijn uiterste hartzeer, dat mijn
-Agamemnon de belegering had opgebroken, of, om mij verstaanbaar uit
-te drukken, dat hij bankroet had gemaakt.
-
-"Men ried mij, eener voorname vrouw van smaak, die in de groote wereld
-verkeerde, verlof te vragen, haar voor niet te mogen portretteren. Dit
-afbeeldsel, in een harer vertrekken opgehangen, zou de algemeene
-aandacht tot zich trekken, mijne bekwaamheden bekend doen worden,
-en mij rijkelijk werk bezorgen. Ik verkreeg ook wezenlijk hare
-toestemming als een bewijs harer bescherming, en besteedde al mijne
-zorg en vlijt aan haar portret, waarover men ook zeer voldaan was;
-doch in het vervolg hoorde ik nimmer weder van deze dame, noch van
-hare vrienden spreken."
-
-"De vermindering mijner beurs drong mij, naar een goedkooper
-verblijf om te zien, en van toen af verdwenen oogenblikkelijk
-al de nieuwsgierigen, die tot dusverre mijne werkplaats bezocht
-hadden. Intusschen had ik nog steeds eenige portretten te schilderen,
-waarvoor men mij echter weinig genoeg betaalde, en nu naderde ten
-tweeden male het jaargetijde, waarin geheel Londen zich op het land
-begeeft; ik bleef dus eenige maanden volstrekt zonder werk.
-
-"Nu moest ik nogmaals eene mindere woning betrekken, want ik
-bevond mij zonder eenen duit, en had nog eenige kleine schulden te
-betalen. Hierdoor zag ik mij dus in de noodzakelijkheid gebragt,
-om mijne schilderijen te verkoopen voor den prijs, welken men er
-mij voor wilde geven. Ik had thans mijnen intrek op een zoldertje,
-mijne geheele bezitting bestond in drie guinies, en al mijne meubelen
-in mijn palet en mijne penseelen."
-
-"Nu zocht ik lessen en leerlingen te bekomen, doch, helaas! veel te
-laat. De onder het dak gehuisveste schilder kon voor zijne lessen
-geenszins den prijs vragen, welken zijn medebroeder, die op de eerste
-verdieping in eene der voornaamste wijken van Londen woonde, mogt
-vorderen; want men betaalt hier niet de innerlijke waarde der dingen,
-maar wel den uitwendigen schijn."
-
-Sinds bijna een jaar heb ik niet meer dan drie leerlingen gehad;
-het geringe, dat zij mij betalen, is naauwelijks toereikende tot het
-noodige levensonderhoud--en bij toeval zijt gij getuige geworden, hoe
-ik leve. Mijn eenigste verlangen is, naar Frankrijk terug te keeren,
-hetwelk ik eigenlijk nimmer had moeten verlaten.
-
-"En wat zult gij doen," vroeg ik hem, "als gij in ons vaderland terug
-zult gekomen zijn?"
-
-"Mijne vrouw is overleden," antwoordde hij, "en het is onnoodig,
-u te zeggen, hoe zeer haar verlies mij smart: het is u bekend, dat
-ik haar teeder beminde; doch, om naar waarheid te spreken, de dood
-is voor haar geen ongeluk, maar heeft integendeel een einde aan haar
-verdriet en hare smarten gemaakt.
-
-"Ik heb eenen schoonbroeder--wat zeg ik! neen, hij is een weldadige
-engel in de gedaante van eenen schoonbroeder! Zonder rijk te zijn,
-is hij echter in staat, om, op eene redelijke wijze, met zijn gezin
-de genoegens van het leven te kunnen smaken, en schoon zelf met zes
-kinderen belast, heeft hij echter mijne dochter tot zich genomen,
-en behandelt haar als zijn eigen kind. Het schijnt, dat hij mijnen
-jammerlijken toestand, waarover ik hem echter nimmer onderhouden heb,
-vernomen heeft; want hij heeft mij verzocht, bij hem te komen inwonen,
-en om mijne kieschheid niet te kwetsen, wendt hij voor, dat hij
-gaarne zag, dat ik zijne kinderen in het teekenen onderrigtte. Maar
-hoe zal ik de gelden bij elkander krijgen, om de reis van Londen naar
-Amiens, waar mijns broeders woonplaats is, te ondernemen? Gisteren
-nog ontving ik met den post eenen brief van hem, en ik bevond mij in
-de droevige noodzakelijkheid van dien te moeten afwijzen; wijl het
-port twee shillings en vier pences bedroeg, welke ik, helaas! niet
-bezat. Doch morgen moet ik geld voor eene maand onderwijs van een'
-mijner leerlingen ontvangen, en dan zal ik geen oogenblik toeven,
-om den brief te halen."
-
---"Wel ziedaar ons juist voor het postkantoor! laat ons er ingaan,
-en veroorloof mij, u dit kleine voorschot te doen."
-
-Zonder zijn antwoord af te wachten, trok ik hem met mij binnen. Men
-gaf hem den brief over, hij opende denzelven met drift, las, en een
-traan glinsterde in zijne oogen.
-
---"Ach! welk een man! riep hij uit, de beste der menschen! zie, o zie!"
-
-Het was een wissel op zigt van vierhonderd franken op eenen Londenschen
-bankier, en dit was de reden, dat het briefport verdubbeld was;
-want zelfs het nietsbeduidendste papier in eenen brief veroorzaakt
-deze verdubbeling, en de Engelschen hebben eene bijzondere manier, om
-dit te ontdekken. Bijna zou ik gelooven, dat zij de brieven openen,
-om zich daarvan te verzekeren; indien men zulk een misbruik van
-vertrouwen in een land, als Engeland, konde vooronderstellen.
-
-"Nu ga ik," zeide hij! "Vaarwel bekoorlijke Theems; ik denk er niet
-meer aan, om mij in uwen boezem te begraven, hetgene, helaas! meer
-dan eens mijn voornemen is geweest; want deze wijze van sterven kost
-het minste; men behoeft noch touwen, noch pistolen te koopen."
-
-Vanhier gingen wij terstond naar het kantoor, waar de postwagens
-afrijden, en bestelden twee plaatsen, om overmorgen gezamenlijk
-te vertrekken.
-
-
-
-
-
-
-
-XXX.
-
-EENE TOONEELVERTOONING IN DE LATIJNSCHE TAAL.
-
-
-Daags voor mijn vertrek, ging ik naar het alien-office, om mijnen
-Franschen pas, die daar in bewaring was gebleven, terug te halen, en,
-in wisseling, dien terug te geven, welke mij was ter hand gesteld. Om
-den lezer niet te vervelen, zal ik hem het verhaal besparen van
-eenige langwijlige plegtigheden, welke nog hierbij in acht moesten
-genomen worden. Zij zouden mij nogmaals een hoofdstuk opleveren van
-denzelfden inhoud, alsdat, waarmede dit werk begonnen is, en ik ben
-geen vriend van herhalingen, even min als van het eentoonige.
-
-Nu ging ik mijnen vriend C... opzoeken, wien ik bijzonderen dank
-verschuldigd was voor de verpligtende wijze, waarop hij mij, gedurende
-mijn verblijf te Londen, behandeld had; en daar de postwagen niet
-voor den volgenden morgen te twaalf ure afreed, verzocht ik hem,
-met mij en den heer Croquis te ontbijten; want laatstgenoemde had ik
-reeds te voren dezelfde uitnoodiging gedaan.
-
-"Van harte gaarne!" zeide hij, "maar gij; komt thans, als of gij
-geroepen waart; want juist was ik voornemens, om u af te halen. Ik
-denk u heden eens een schoteltje naar uwen smaak op te disschen;
-en op den laatsten dag, welken gij te Londen doorbrengt, zult gij u
-waarschijnelijk geenszins het minst vermaken."
-
---"Gij weet, beste vriend! dat ik altijd bereid ben, om u te
-volgen. Doch mag men ook weten, welk nieuw en zonderling geregt het
-is, waarop gij mij heden denkt te onthalen?"
-
---"Kom slechts, kom slechts! het is hoog tijd!"
-
-En ziedaar ons in eene straat, welke ons naar de Abtdij van Westmunster
-moest geleiden.
-
-"Gij zijt een liefhebber van verrassingen!" zeide ik lagchende tegen
-mijnen vriend; "ik hoop echter niet, dat gij plan hebt, om mij een
-dergelijk schouwspel te doen zien, als toen gij mij onlangs op een
-hangpartijtje wildet onthalen?"
-
---"Neen, waarachtig niet! het is geheel iets anders. Ik zal u
-verplaatsen in de schoonste eeuw der Romeinen, onder de tijdgenooten
-van Scipio."
-
---"Waarschijnlijk zult gij mij in een kunstkabinet van wassen beelden
-brengen? Doch ik moet u waarschouwen, dat ik Curtius en zijne opvolgers
-reeds gezien heb."
-
---"Gij bedriegt u, mijn vriend! Integendeel zult gij iets zien, dat
-gij nog nooit gezien hebt. Evenwel wil ik u gaarne toestemmen, dat
-hetgeene gij zult hooren, niet geheel en al vreemd voor u zal zijn; en
-het is niet zonder moeite, dat ik twee toegangskaartjes bekomen heb."
-
-"Hoe veel kosten zij?"
-
---"Niets."
-
---"Niets? ik bewonder de Engelsche edelmoedigheid! Maar juist deze
-zelfde edelmoedigheid geeft mij eene geringe verwachting van hetgene
-wij zullen zien."
-
---"Schort ten minste uw oordeel op, tot gij gezien en gehoord hebt."
-
-Nu maakte ik geene verdere tegenwerpingen, en aldra kwamen wij
-pratende voor een groot gebouw, hetwelk ik terstond als de School
-van Westmunster herkende. Men deed ons in eene genoegzaam ruime
-zaal binnentreden, waarin een tooneel was opgerigt, hetwelk zich
-vrij goed liet aanzien. Niet zonder veel moeite gelukte het ons,
-plaats te krijgen; want het gezelschap was reeds te naastenbij
-voltallig. Eindelijk gezeten zijnde, zeide ik tegen mijnen vriend:
-"ziedaar ons dan geplaatst; nu ontbreekt er niets meer aan, dan dat
-men spoedig begint."
-
---"Zoo ver is het nog niet!" hernam mijn vriend; "wij zullen nog een
-oogenblik geduld moeten hebben; wacht slechts!"
-
-Gelukkig echter behoefden wij niet lang te wachten; want de gordijn
-werd spoedig opgehaald.
-
-Het tooneel stelde een marktplein voor. Er trad een slaaf op, in
-Grieksche kleeding, en sprak, gedurende twee of drie minuten, zonder
-dat het mij mogelijk was, een enkel woord van hetgene hij zeide, te
-verstaan. Vervolgens kwam er een tweede slaaf te voorschijn, en mijne
-oplettendheid verdubbelende, meende ik eenige Latijnsche woorden te
-onderscheiden.--"Ik geloof waarachtig," zeide ik tegen mijnen vriend,
-"dat het een Latijnsch stuk is, hetwelk hier gespeeld wordt."
-
---"Zonder twijfel, het is de Phormio van Terentius."
-
---"Hadt gij mij dit vooraf gezegd, dan zoude ik mij van eenen Terentius
-voorzien hebben, ten einde de spelers te kunnen nagaan."
-
---"Ik heb op alles gedacht. Ziedaar een Terentius."
-
-Dadelijk sloeg ik het stuk op, dat gespeeld werd, en ging de
-tooneelisten na, die echter het Latijn even als het Engelsch
-uitsprekende, aan de zoetvloeiende taal van Virgilius eenen wanklank
-gaven, welke mij alles onverstaanbaar maakte, en mij tevens het
-ongelukkige tijdstip herinnerde, waarin de Barbaren van alle zijden
-op het Romeinsche gebied losstormende, hetzelve verwoestten, en
-onderling de overblijfselen deelden. Wat, voor het overige, het spel
-der handelende personen betrof, dit was niet geheel te verwerpen:
-hunne gebaren en standen waren zeer natuurlijk en wel overeenkomstig
-met de karakters, welke zij moesten voorstellen: ook speelden zij hunne
-rollen met warmte, en vermijdden tevens zorgvuldig het eentoonige van
-stem. De vrouwenrollen werden insgelijks door jonge scholieren vervuld;
-en de kleeding en verdere toestel konden niet beter gewenscht worden.
-
-"Gij hebt mij niet bedrogen," zeide ik, in het uitgaan, tegen mijnen
-vriend; "ik heb deze vertooning niet zonder deelneming en genoegen
-bijgewoond. Nogtans geloof ik, dat, bijaldien Terentius dezelve met
-zijne tegenwoordigheid vereerd had, hij slechts matig zou zijn voldaan
-geweest over de wijze, waarop zijne verzen werden opgezegd, en dat
-hij de spelers echte Barbaren zou genoemd hebben. Daarenboven heeft
-in deze tijden iedere beschaafde natie aan het Latijn de uitspraak
-van hare eigene taal geleend, en waarschijnlijk heeft niemand hunner
-den regten tongval. Maar wordt hier dikwijls gespeeld?"
-
---"Alle jaren ééns, en wel omtrent dezen tijd. Het is reeds
-sedert onheugelijke jaren een vastgesteld gebruik in de school van
-Westmunster, om door de kweekelingen, omstreeks den vijftienden
-December, een Latijnsch tooneelstuk te doen geven."
-
---"Het doet mij leed, dat ik het zeggen moet, maar dit is al weder
-een gebruik, hetwelk ik geenszins kan goedkeuren. Immers kan het,
-mijns oordeels, nergens toe dienen, dan om bij jonge lieden de
-gevaarlijke zucht voor het tooneel op te wekken, en gevolgelijk der
-maatschappij, in stede van ijverige, werkzame burgers, ledigloopers
-en laffe grappenmakers te leveren."
-
---"Maar dit gebruik heeft ook in Frankrijk plaats gehad."
-
---"Daarom is het niet prijzenswaardiger. Integendeel was het
-in Frankrijk nog minder te vergeven dan hier. De scholieren van
-Westmunster prenten ten minste nog goed Latijn in hun geheugen, daar
-integendeel in de Fransche kollegien de jonge lieden niets anders
-leerden, dan eenige barbaarsche verzen van vader Caussin, welke niet
-meer gelezen worden, en van eenige anderen, welkers namen ter naauwer
-nood bekend zijn. Dit misbruik is echter afgeschaft door de voormalige
-hoogeschool te Parijs, dat achtingswaardige ligchaam, hetwelk, tot
-onberekenbaar nadeel voor de maatschappij, nog niet weder hersteld
-is. Wel is waar, er kwam geen heer van schei- en wiskundigen uit te
-voorschijn, en in deze tegenwoordige eeuw, waar alles zoo gewikt en
-gewogen wordt, is men bijna verpligt, om aan deze twee wetenschappen
-de voorkeur te geven."
-
---"De voorstanders der tooneelvertooningen in de scholen beweren
-echter, dat de jonge lieden daardoor eene zekere losheid en bevalligen
-zwier verkrijgen."--
-
---"Ongetwijfeld, ten naastenbij als men door het lezen der almanakken
-vorderingen in de sterrekunde kan maken, of in de bouwkunde door
-het zetten van kaartenhuisjes, of eindelijk, zoo als men zich in de
-berekening der wetten van zwaarte en het evenwigt bekwaam zou kunnen
-maken door het spelen met eenen duikelaar, waarmede zich de kinderen
-vervrolijken."
-
-
-
-
-
-
-
-XXXI.
-
-DE ZELFMOORD.
-
-
-Eene geheel nieuwe vertooning moest den laatsten dag van mijn verblijf
-te Londen kenmerken.
-
-De derde verdieping van het huis, waar ik op de eerste mijn verblijf
-hield, werd bewoond door eenen handwerksman, die in eene fabriek het
-toezigt hield over de gereedschappen en werktuigen, en wiens inkomen
-voldoende was, om zich het noodige te kunnen bezorgen. Altijd was hij
-gewoon, des morgens te acht ure naar zijn werk te gaan, en nu was
-het reeds tien ure geslagen, en nog had men hem niet te voorschijn
-zien komen. Onze huisvrouw duchtende, dat hij misschien ziek was,
-of dat hem het een of ander mogt zijn overgekomen, klopte bij hem
-aan. Dit eenige malen herhaald hebbende, zonder antwoord te bekomen,
-werd zij met reden ongerust en ging er derhalve terstond kennis van
-geven aan het geregt: de kamer werd geopend, men vond hem uitgestrekt
-op den grond, badende in zijn bloed, en geheel koud en stijf, zoodat
-hij reeds verscheidene uren moet dood geweest zijn: het scheermes,
-hetwelk hij gebruikt had, om zich den hals af te snijden, lag naast
-hem, en op eene tafel lag een beschreven papier, met de volgende
-woorden: "Niemand is oorzaak van mijnen dood. Het leven behaagt mij
-niet meer. Wat is het leven? Eten, drinken, slapen, werken, rusten,
-en den anderen dag al weder van voren af aan. Deze eentoonigheid
-verveelt mij, en daarom wil ik iets nieuws beginnen."
-
-Telkens, wanneer iemand door eenen geweldigen of schielijken dood
-zijne dagen eindigt, het zij vrijwillig of bij toeval, roept de regter
-twaalf personen zamen uit de bloedverwanten, vrienden en buren van
-den overledenen, en dit twaalftal vormt eene soort van regtbank,
-welke uitspraak doet over de oorzaak van den dood.
-
-Juist ging men zich met dit onderwerp bezig houden, toen ik ten mijnent
-kwam: ik verzocht dus, dat men mij wilde vergunnen, er bij tegenwoordig
-te zijn, hetgeen mij ook niet geweigerd werd. Daar de zitting nog
-niet geopend was, nam ik de vrijheid, om den regter aan te spreken.
-
---"Gij moet wel veel drukte en bezigheden hebben, mijnheer! want
-de zelfmoorden zijn, volgens het algemeene zeggen, niet zeldzaam
-in Londen."
-
---"Vooroordeelen, mijnheer! loutere praatjes! In het geheele jaar
-achttienhonderd en veertien, hebben er slechts vijfendertig zelfmoorden
-in Londen plaats gehad, en andere jaren somtijds nog veel minder."
-
-Nu waren al de getuigen tegenwoordig, en de regter begon hen op de
-volgende wijze te ondervragen.
-
---"Heeft armoede of gebrek den overledenen tot deze wanhopige daad
-kunnen vervoeren?"
-
---"Neen, mijnheer! men heeft dertig ponden (730 livres), de vrucht
-zijner bezuinigingen, bij hem gevonden."
-
---"Was hij dan niet bij zijn verstand?--Had hij verdriet, kwelling?"
-
---"Niets van dit alles; hij verdiende genoeg, om behoorlijk te kunnen
-bestaan, was bij ieder wel gezien, en heeft nimmer met eenige menschen
-verschil gehad."
-
---"Openbare, ontegensprekelijke krankzinnigheid!--Leefde hij in goede
-verstandhouding met zijne bloedverwanten?"
-
---"Hij had slechts eene zuster, en daar zij in behoeftige
-omstandigheden verkeerde, heeft hij haar meer dan eens ondersteund
-en uit den nood geholpen."
-
---"Ware zinneloosheid! Heeft hij ook somwijlen het voornemen doen
-blijken, om zich van kant te maken?"
-
---"Nooit."--Dikwijls echter zeide hij, dat het leven hem tot
-eenen last was, dat hij nergens vermaak in vond, en dat hij
-geenszins kon begrijpen, hoe men nog zoo lang in deze wereld kon
-voortsukkelen. Eindelijk heeft men hem, sinds een jaar, niet meer
-dan eens beschonken gezien.
-
---"Een volmaakt bewijs van verbijsterde zinnen! Was hij, bij geval,
-ook onderhevig aan eenige kwalen?"
-
---"Hij is nooit ziek geweest, en wist zelfs niet eens, wat ziekte was;
-doch dikwijls klaagde hij over hoofdpijn."
-
---"Daar hebben wij het! ijlhoofdigheid!--Scheerde hij zich zelf?"
-
---"Ja, mijnheer! antwoordde hierop een der buren, die een messenmaker
-was; nog voor twee dagen heb ik het scheermes, dat hij gebruikt heeft,
-voor hem aangezet."
-
---"Gij ziet dus, mijne vrienden! dat hier geen bepaald voornemen
-tot zelfmoord heeft plaats gehad; want met voordacht heeft hij geen
-werktuig gekocht, om zich het leven te benemen; o neen, hij heeft
-zich slechts bediend van dat, hetwelk het toeval, in eene vlaag van
-zinneloosheid, hem in de handen voerde."
-
---"Derhalve, mijne heeren! hier bestaat geen zelfmoord. Zijt gij
-allen van dit gevoelen?"
-
---"Ja, mijnheer!--Ja!--Ja!--Ja!--En het besluit van het regterlijk
-onderzoek was het volgende: Een geweldige dood, veroorzaakt door
-eenen aanval van ijlhoofdigheid."
-
---"Hoe!" zeide ik tegen mijne hospita, zoodra ik met haar alleen was;
-"is dat geen zelfmoord? Het geschrift, dat deze ongelukkige heeft
-achtergelaten, de voorzorg, welke hij genomen heeft, om zijn mes
-te doen aanzetten, ten einde zeker van zijne zaak te zijn, zijn dit
-geene openbare en ontegenzeggelijke bewijzen, dat hij wel degelijk
-het voornemen gehad heeft, om zich voorbedachtelijk van het leven
-te berooven, en dat het geenszins een aanval van krankzinnigheid
-is geweest?"
-
-"Mijnheer!" gaf zij mij ten antwoord, "de Engelsche wetten tegen deze
-misdaad zijn zoo gestreng, dat men, zoo veel mogelijk, vermijdt, ook
-zelfs den onbetwistbaarsten zelfmoord als zoodanig te erkennen. Van
-dertig of veertig rampzaligen, die aldus hun leven eindigen, wordt
-naauwelijks één voor eenen zelfmoorder verklaard. Eenigen tijd geleden,
-had zich een zeker aanzienlijk man, even als deze ongelukkige, den
-hals afgesneden, en er was bijna geene mogelijkheid, om hem niet voor
-eenen zelfmoordenaar te doen verklaren; doch, wat vindt men uit? In de
-tegenwoordigheid van eenige heelmeesters en artsen doet men het hoofd
-ontleden, en deze heeren vonden klare bewijzen van krankzinnigheid
-in het zamenstel der hersenen."
-
-"Nu, dacht ik bij mij zelven, verwonder ik mij niet langer over het
-kleine getal van zelfmoorden, welke te Londen plaats vinden!"--"Maar,
-hernam ik, welke zijn dan toch de gestrenge wetten, die hier tegen
-den zelfmoord bestaan?"
-
---"De lijken der zelfmoorders worden op horden weggesleept, en mogen
-niet bij andere eerlijke Christenen begraven worden; ook worden al
-hunne goederen verbeurd verklaard."
-
---"Wel dat is overheerlijk! Aldus worden de kinderen of nabestaanden
-gestraft voor de misdaad hunner ouderen of bloedverwanten! Waarlijk,
-eene verstandige wet, waartegen niets is in te brengen?"
-
---"Maar, mijnheer! de natuurlijke liefde van de ouders voor hunne
-kinderen moet hem juist daarom alleen van den zelfmoord terughouden,
-en ziedaar de eigenlijke geest en strekking van deze heilzame wet."
-
---"Maar indien deze overweging de ouderen nu eens niet terughoudt,
-zijn dan de ongelukkige kinderen niet evenwel de beklagenswaardige
-slagtoffers? Neen, foei! foei! Het is eene onmenschelijke wet!."
-
-Beter zonder twijfel had men het uitwerksel eener wet op den
-menschelijken geest berekend in eene zekere stad van het aloude
-Griekenland, waar eensklaps onder de jonge meisjes, van vijftien tot
-twintig jaren, eene aanstekende ziekte of soort van dolheid ontstond,
-welke haar aanzettede, om zich van het leven te berooven.--Bij deze
-wet bepaalde de regering, dat alle meisjes, welke de handen aan zich
-zelve sloegen, en aldus haar leven eindigden, na haren dood geheel
-naakt aan hare deuren zouden ten toon gesteld worden. De vrees voor
-zulk eene schande bewerkte hare genezing, niemand wilde zich hieraan
-bloot stellen, en de moordlust der jeugdige schoonen was verdwenen.
-
-
-
-
-
-
-
-XXXII.
-
-HET AFSCHEID.
-
-
-Reeds des morgens te negen ure had ik het genoegen, den heer Croquis
-bij mij te zien. Zijne oogen fonkelden van blijdschap; de tevredenheid,
-welke hij slechts sinds vierentwintig uren had mogen smaken, scheen
-reeds eenige rimpels van zijn voorhoofd gevaagd en zijne verslapte
-wangen eene nieuwe veerkracht gegeven te hebben. Zijne kleeding was
-nog dezelfde, met dit onderscheid, dat hij over zijn oud kleed eenen
-nog bijna nieuwen overrok had aangetrokken: ook meende ik aan de dikte
-van zijne beenen te kunnen bemerken, dat onder zijne slopkousen een
-paar goede wollen kousen huisvestten. Zeker had hij den vorigen dag
-deze koopjes gedaan voor een klein gedeelte der vierhonderd franken,
-welke hij zoo juist van pas van zijnen broeder ontvangen had.
-
-"En waar is uw goed?" vroeg ik hem.
-
-"Och!" antwoordde hij glimlachende, "ik ben in hetzelfde geval als
-de Grieksche wijsgeer: omnia mea porto mecum; en ik kan gerust met
-Don Japhet van Armenie zeggen:
-
-
- "Mijn have en al mijn goed, gebonden in een pak,
- Berg ik in eene kous, en steek die in mijn' zak."
-
-
-Nu kwam mijn vriend C... insgelijks; en wij begonnen te ontbijten.
-
-"Komaan!" zeide ik schertsende tegen Croquis, en bood hem een kop
-thee aan, "laat ons den afscheidswijn niet sparen!"
-
-"Een lekker wijntje!" hernam hij: "ach, was ik slechts te Calais,
-om uit grond van mijn hart te kunnen zingen:
-
-
- Triste boisson, j'abjure ton empire!
-
-
-Neen, zoo lang ik leef, wil ik geen thee, noch bier meer aanzien,
-en veel minder gebruiken.
-
---"Wat spijt het mij," zeide mijn vriend C..., "u in deze oogenblikken
-te zien vertrekken; gij verlaat Londen juist op het tijdstip, waarin
-het al zijnen luister ten toon gaat spreiden. Binnen veertien dagen
-zal alles van buiten weder in de stad zijn."
-
-"In Parijs is men reeds terug!" zeide Croquis.
-
---"De wandeling in Hijde-Park en Kensingtons-Tuinen zal veel aangenamer
-zijn, en gij zult er oneindig meer gezelschap aantreffen, dan den
-laatsten zondag."
-
-"De Tuileries zullen u schadeloos stellen!" zeide Croquis.
-
---"Gij zoudt de tentoonstellingen der werken en schilderstukken van
-de voornaamste nog levende Engelsche meesters hebben kunnen bijwonen,
-welke jaarlijks in Februarij plaats heeft."
-
-"In Parijs zult gij," zeide Croquis, "de meesterstukken van eenen
-David, Regnault, Guerin en Girodet zien; deze toch kunnen tegen de
-Engelsche wel opwegen. Dat Londen ons eens dergelijke namen oplevere!"
-
---"Gij hadt onze Opera kunnen bijwonen, die spoedig zal beginnen,
-en gij zoudt onze danseressen bewonderd....."
-
-"Maar niet aangetroffen hebben," zeide Croquis, "eene Gardel, eene
-Bigottini, eene Clotilde, eene Gosselin."
-
-"Gij hadt onze Concerten, onze gemaskerde bals kunnen bezoeken."
-
-"Dat is ook waar," zeide Croquis, "even als of het u te Parijs daaraan
-zal ontbreken! Lieve hemel! dit is bij ons immers dagelijksch brood."
-
---"Op Drie-Koningen zoudt gij onze banketbakkerswinkels verlicht
-en met eene ontelbare menigte en verscheidenheid van allerlei gebak
-en lekkernijen van onderscheidene kleuren en gedaanten gestoffeerd
-gevonden hebben."
-
-"De Lombardstraat te Parijs," zeide Croquis, "en het Palais-Roijal
-zullen u dit gemis vergoeden."
-
-"Den drie en twintigsten Januarij zoudt gij den optogt der regters
-gezien hebben, die, na alvorens bij den Lord-Kanselier het ontbijt
-genomen te hebben, hunne zittingen in Westmunster gaan openen."
-
-"Gij hebt de Roode-Mis te Parijs gezien," zeide Croquis, "dat is wat
-anders te zeggen!"
-
---"Hoe veel opmerkenswaardigs is er niet nog te Londen, dat gij niet
-eens den tijd hebt gehad om te kunnen beschouwen! Gij zijt in geene
-van onze kleine schouwburgen geweest!"
-
-"Gij zult," zeide Croquis, "onze melodrames op de Boulevard zien
-vertoonen, alvorens zij den verbazendsten toevloed in de groote
-schouwburgen te Londen tot zich trekken."
-
-"Gij hebt het beroemde hospitaal voor oude en zieke zeelieden, te
-Greenwich gesticht, nog niet gezien."
-
-"Gij zult u gaarne met dat van de Invalides te Parijs
-vergenoegen!" zeide Croquis.
-
-"Het voortreffelijke Observatorium, dat daar is aangelegd, en waar
-gij de uitmuntendste camera obscura vindt, welke in eenig land
-aanwezig is."
-
-"Maar die dermate obscur of verdonkerd is," zeide Croquis, "dat men
-dezelve niet kan genaken zonder een bijzonder verlof van den eersten
-sterrekundigen, die met het oppertoevoorzigt is belast, en tot welks
-verkrijging men schier hemel en aarde moet bewegen. Daarover kunt
-gij u derhalve troosten met het Observatorium te Parijs, en de camera
-obscura op de Pont-Neuf.
-
-"Gij hebt onze harddraverijen, hanengevechten en vossenjagten nog met
-bijgewoond; gij zijt nog niet op eene van onze fraaije buitenplaatsen
-geweest; in een woord, een vierde gedeelte der merkwaardigheden,
-welke deze schoone stad bevat, is u nog onbekend."
-
-"Gij hebt dertig jaren te Parijs doorgebragt," zeide Croquis; "neem
-nu slechts de moeite, om alles, wat gij hier nog niet gezien hebt,
-daar te bezigtigen, en ik verzeker u, dat gij er vrij meer voorwerpen
-zult vinden uwer opmerking dubbel waardig, dan geheel Londen u zou
-kunnen opleveren."
-
-"Hoe vele bijzondere gewoonten, hoe vele gebruiken van de onze
-verschillende, hoe vele geestige trekken, waarin het Engelsche karakter
-doorstraalt, blijven u nog ter opmerking over!"
-
-"Ik zal terugkomen," zeide ik, "ik zal zeker terugkomen; dit laatste
-artikel wekt mijne nieuwsgierigheid op; en wel veel meer, dan al
-het overige."
-
-"Zie toch eens, hoe laat het is!" zeide Croquis met eene soort
-van angstige bekommernis; "ik ben in duizend vreezen, dat de wagen
-zonder ons vertrekt. Hoe onaangenaam, zou het niet zijn, het geld te
-verliezen, dat wij reeds vooruit betaald hebben, en verpligt te zijn,
-om ons hier nog een of twee dagen op te houden!"
-
-Ik zag, dat het inderdaad tijd was, om op te breken; ik deed derhalve
-eene huurkoets komen; wij plaatsten ons in dezelve, en lieten ons
-aan den postwagen brengen, die juist gereed stond, om af te rijden.
-
-Croquis vloog met dezelfde drift in den wagen, als ik eens een jong
-mensch in de Tuileries in het schuitje van den luchtbol zag stappen,
-waarmede hij voor de eerste maal die gevaarlijke reis zou ondernemen.
-
-Ik zeide mijnen vriend C... hartelijk vaarwel, en herhaalde hem mijne
-welgemeende dankbetuiging voor al de aan mij bewezene beleefdheden. De
-voerman van onzen wagen blies lustig op zijnen posthoren, met welk
-aangenaam geluid hij onze ooren streelde, zoo lang wij door de stad
-reden. Deze horen zou tot een goed tegenstuk kunnen dienen voor den
-zweep, waarmede onze voerlieden gewoon zijn den ganschen weg langs
-te klappen.
-
-Eindelijk, lieve lezer! de wagen rolt voort; wij zijn op weg, en
-hiermede eindigen mijne eerste Vijftien Dagen te Londen.--De hemel
-spare u en mij, dat er nog een tweede reisje door mij kan beschreven,
-en door u gelezen worden!
-
-
- EINDE.
-
-
-
-
-
-
-
-AANTEEKENINGEN
-
-
-[1] Quinze jours gelden, gelijk men weet, bij de Franschen doorgaans
-zoo veel, als VEERTIEN dagen, of eigenlijk, twee weken. Daar zij echter
-tot twee weken, op die wijs, in de daad vijftien dagen brengen, en het
-uit dit werkje niet duidelijk genoeg blijkt, dat de Schrijver slechts
-veertien, en niet vijftien dagen, te Londen heeft doorgebragt, heeft de
-Vertaler, die toch van zijne lezers gaarne vertrouwt, dat zij, op reis
-zijnde, juist op geenen enkelen dag zien, hier het meerdergetal voor
-het mindergetal gekozen; wijl quinze toch altijd vijftien blijft, en
-er bovendien niets in dit luimige reisverhaal voorkomt, waarom quinze
-hier volstrekt veertien zou moeten heeten. Doch reeds genoeg! Wie
-zou op zulke, niets ter zake doende, kleinigheden willen vitten!
-
-[2] Op het voorbeeld van den Schrijver, heb ik dezen Italiaan ook
-zoo laten koeteren. Het Fransch heeft: J'ij suis venou per faire
-oune etct.--Vert.
-
-
-
-
-
-
-End of the Project Gutenberg EBook of Vijftien dagen te Londen, op het einde
-van 1815., by Defauconpret Auguste-Jean-Baptiste
-
-*** END OF THIS PROJECT GUTENBERG EBOOK VIJFTIEN DAGEN TE LONDEN ***
-
-***** This file should be named 50363-8.txt or 50363-8.zip *****
-This and all associated files of various formats will be found in:
- http://www.gutenberg.org/5/0/3/6/50363/
-
-Produced by Jeroen Hellingman and the Online Distributed
-Proofreading Team at http://www.pgdp.net/ for Project
-Gutenberg in celebration of Distributed Proofreaders' 15th
-Anniversary. (This book was produced from scanned images
-of public domain material from the Google Books project.)
-
-
-Updated editions will replace the previous one--the old editions will
-be renamed.
-
-Creating the works from print editions not protected by U.S. copyright
-law means that no one owns a United States copyright in these works,
-so the Foundation (and you!) can copy and distribute it in the United
-States without permission and without paying copyright
-royalties. Special rules, set forth in the General Terms of Use part
-of this license, apply to copying and distributing Project
-Gutenberg-tm electronic works to protect the PROJECT GUTENBERG-tm
-concept and trademark. Project Gutenberg is a registered trademark,
-and may not be used if you charge for the eBooks, unless you receive
-specific permission. If you do not charge anything for copies of this
-eBook, complying with the rules is very easy. You may use this eBook
-for nearly any purpose such as creation of derivative works, reports,
-performances and research. They may be modified and printed and given
-away--you may do practically ANYTHING in the United States with eBooks
-not protected by U.S. copyright law. Redistribution is subject to the
-trademark license, especially commercial redistribution.
-
-START: FULL LICENSE
-
-THE FULL PROJECT GUTENBERG LICENSE
-PLEASE READ THIS BEFORE YOU DISTRIBUTE OR USE THIS WORK
-
-To protect the Project Gutenberg-tm mission of promoting the free
-distribution of electronic works, by using or distributing this work
-(or any other work associated in any way with the phrase "Project
-Gutenberg"), you agree to comply with all the terms of the Full
-Project Gutenberg-tm License available with this file or online at
-www.gutenberg.org/license.
-
-Section 1. General Terms of Use and Redistributing Project
-Gutenberg-tm electronic works
-
-1.A. By reading or using any part of this Project Gutenberg-tm
-electronic work, you indicate that you have read, understand, agree to
-and accept all the terms of this license and intellectual property
-(trademark/copyright) agreement. If you do not agree to abide by all
-the terms of this agreement, you must cease using and return or
-destroy all copies of Project Gutenberg-tm electronic works in your
-possession. If you paid a fee for obtaining a copy of or access to a
-Project Gutenberg-tm electronic work and you do not agree to be bound
-by the terms of this agreement, you may obtain a refund from the
-person or entity to whom you paid the fee as set forth in paragraph
-1.E.8.
-
-1.B. "Project Gutenberg" is a registered trademark. It may only be
-used on or associated in any way with an electronic work by people who
-agree to be bound by the terms of this agreement. There are a few
-things that you can do with most Project Gutenberg-tm electronic works
-even without complying with the full terms of this agreement. See
-paragraph 1.C below. There are a lot of things you can do with Project
-Gutenberg-tm electronic works if you follow the terms of this
-agreement and help preserve free future access to Project Gutenberg-tm
-electronic works. See paragraph 1.E below.
-
-1.C. The Project Gutenberg Literary Archive Foundation ("the
-Foundation" or PGLAF), owns a compilation copyright in the collection
-of Project Gutenberg-tm electronic works. Nearly all the individual
-works in the collection are in the public domain in the United
-States. If an individual work is unprotected by copyright law in the
-United States and you are located in the United States, we do not
-claim a right to prevent you from copying, distributing, performing,
-displaying or creating derivative works based on the work as long as
-all references to Project Gutenberg are removed. Of course, we hope
-that you will support the Project Gutenberg-tm mission of promoting
-free access to electronic works by freely sharing Project Gutenberg-tm
-works in compliance with the terms of this agreement for keeping the
-Project Gutenberg-tm name associated with the work. You can easily
-comply with the terms of this agreement by keeping this work in the
-same format with its attached full Project Gutenberg-tm License when
-you share it without charge with others.
-
-1.D. The copyright laws of the place where you are located also govern
-what you can do with this work. Copyright laws in most countries are
-in a constant state of change. If you are outside the United States,
-check the laws of your country in addition to the terms of this
-agreement before downloading, copying, displaying, performing,
-distributing or creating derivative works based on this work or any
-other Project Gutenberg-tm work. The Foundation makes no
-representations concerning the copyright status of any work in any
-country outside the United States.
-
-1.E. Unless you have removed all references to Project Gutenberg:
-
-1.E.1. The following sentence, with active links to, or other
-immediate access to, the full Project Gutenberg-tm License must appear
-prominently whenever any copy of a Project Gutenberg-tm work (any work
-on which the phrase "Project Gutenberg" appears, or with which the
-phrase "Project Gutenberg" is associated) is accessed, displayed,
-performed, viewed, copied or distributed:
-
- This eBook is for the use of anyone anywhere in the United States and
- most other parts of the world at no cost and with almost no
- restrictions whatsoever. You may copy it, give it away or re-use it
- under the terms of the Project Gutenberg License included with this
- eBook or online at www.gutenberg.org. If you are not located in the
- United States, you'll have to check the laws of the country where you
- are located before using this ebook.
-
-1.E.2. If an individual Project Gutenberg-tm electronic work is
-derived from texts not protected by U.S. copyright law (does not
-contain a notice indicating that it is posted with permission of the
-copyright holder), the work can be copied and distributed to anyone in
-the United States without paying any fees or charges. If you are
-redistributing or providing access to a work with the phrase "Project
-Gutenberg" associated with or appearing on the work, you must comply
-either with the requirements of paragraphs 1.E.1 through 1.E.7 or
-obtain permission for the use of the work and the Project Gutenberg-tm
-trademark as set forth in paragraphs 1.E.8 or 1.E.9.
-
-1.E.3. If an individual Project Gutenberg-tm electronic work is posted
-with the permission of the copyright holder, your use and distribution
-must comply with both paragraphs 1.E.1 through 1.E.7 and any
-additional terms imposed by the copyright holder. Additional terms
-will be linked to the Project Gutenberg-tm License for all works
-posted with the permission of the copyright holder found at the
-beginning of this work.
-
-1.E.4. Do not unlink or detach or remove the full Project Gutenberg-tm
-License terms from this work, or any files containing a part of this
-work or any other work associated with Project Gutenberg-tm.
-
-1.E.5. Do not copy, display, perform, distribute or redistribute this
-electronic work, or any part of this electronic work, without
-prominently displaying the sentence set forth in paragraph 1.E.1 with
-active links or immediate access to the full terms of the Project
-Gutenberg-tm License.
-
-1.E.6. You may convert to and distribute this work in any binary,
-compressed, marked up, nonproprietary or proprietary form, including
-any word processing or hypertext form. However, if you provide access
-to or distribute copies of a Project Gutenberg-tm work in a format
-other than "Plain Vanilla ASCII" or other format used in the official
-version posted on the official Project Gutenberg-tm web site
-(www.gutenberg.org), you must, at no additional cost, fee or expense
-to the user, provide a copy, a means of exporting a copy, or a means
-of obtaining a copy upon request, of the work in its original "Plain
-Vanilla ASCII" or other form. Any alternate format must include the
-full Project Gutenberg-tm License as specified in paragraph 1.E.1.
-
-1.E.7. Do not charge a fee for access to, viewing, displaying,
-performing, copying or distributing any Project Gutenberg-tm works
-unless you comply with paragraph 1.E.8 or 1.E.9.
-
-1.E.8. You may charge a reasonable fee for copies of or providing
-access to or distributing Project Gutenberg-tm electronic works
-provided that
-
-* You pay a royalty fee of 20% of the gross profits you derive from
- the use of Project Gutenberg-tm works calculated using the method
- you already use to calculate your applicable taxes. The fee is owed
- to the owner of the Project Gutenberg-tm trademark, but he has
- agreed to donate royalties under this paragraph to the Project
- Gutenberg Literary Archive Foundation. Royalty payments must be paid
- within 60 days following each date on which you prepare (or are
- legally required to prepare) your periodic tax returns. Royalty
- payments should be clearly marked as such and sent to the Project
- Gutenberg Literary Archive Foundation at the address specified in
- Section 4, "Information about donations to the Project Gutenberg
- Literary Archive Foundation."
-
-* You provide a full refund of any money paid by a user who notifies
- you in writing (or by e-mail) within 30 days of receipt that s/he
- does not agree to the terms of the full Project Gutenberg-tm
- License. You must require such a user to return or destroy all
- copies of the works possessed in a physical medium and discontinue
- all use of and all access to other copies of Project Gutenberg-tm
- works.
-
-* You provide, in accordance with paragraph 1.F.3, a full refund of
- any money paid for a work or a replacement copy, if a defect in the
- electronic work is discovered and reported to you within 90 days of
- receipt of the work.
-
-* You comply with all other terms of this agreement for free
- distribution of Project Gutenberg-tm works.
-
-1.E.9. If you wish to charge a fee or distribute a Project
-Gutenberg-tm electronic work or group of works on different terms than
-are set forth in this agreement, you must obtain permission in writing
-from both the Project Gutenberg Literary Archive Foundation and The
-Project Gutenberg Trademark LLC, the owner of the Project Gutenberg-tm
-trademark. Contact the Foundation as set forth in Section 3 below.
-
-1.F.
-
-1.F.1. Project Gutenberg volunteers and employees expend considerable
-effort to identify, do copyright research on, transcribe and proofread
-works not protected by U.S. copyright law in creating the Project
-Gutenberg-tm collection. Despite these efforts, Project Gutenberg-tm
-electronic works, and the medium on which they may be stored, may
-contain "Defects," such as, but not limited to, incomplete, inaccurate
-or corrupt data, transcription errors, a copyright or other
-intellectual property infringement, a defective or damaged disk or
-other medium, a computer virus, or computer codes that damage or
-cannot be read by your equipment.
-
-1.F.2. LIMITED WARRANTY, DISCLAIMER OF DAMAGES - Except for the "Right
-of Replacement or Refund" described in paragraph 1.F.3, the Project
-Gutenberg Literary Archive Foundation, the owner of the Project
-Gutenberg-tm trademark, and any other party distributing a Project
-Gutenberg-tm electronic work under this agreement, disclaim all
-liability to you for damages, costs and expenses, including legal
-fees. YOU AGREE THAT YOU HAVE NO REMEDIES FOR NEGLIGENCE, STRICT
-LIABILITY, BREACH OF WARRANTY OR BREACH OF CONTRACT EXCEPT THOSE
-PROVIDED IN PARAGRAPH 1.F.3. YOU AGREE THAT THE FOUNDATION, THE
-TRADEMARK OWNER, AND ANY DISTRIBUTOR UNDER THIS AGREEMENT WILL NOT BE
-LIABLE TO YOU FOR ACTUAL, DIRECT, INDIRECT, CONSEQUENTIAL, PUNITIVE OR
-INCIDENTAL DAMAGES EVEN IF YOU GIVE NOTICE OF THE POSSIBILITY OF SUCH
-DAMAGE.
-
-1.F.3. LIMITED RIGHT OF REPLACEMENT OR REFUND - If you discover a
-defect in this electronic work within 90 days of receiving it, you can
-receive a refund of the money (if any) you paid for it by sending a
-written explanation to the person you received the work from. If you
-received the work on a physical medium, you must return the medium
-with your written explanation. The person or entity that provided you
-with the defective work may elect to provide a replacement copy in
-lieu of a refund. If you received the work electronically, the person
-or entity providing it to you may choose to give you a second
-opportunity to receive the work electronically in lieu of a refund. If
-the second copy is also defective, you may demand a refund in writing
-without further opportunities to fix the problem.
-
-1.F.4. Except for the limited right of replacement or refund set forth
-in paragraph 1.F.3, this work is provided to you 'AS-IS', WITH NO
-OTHER WARRANTIES OF ANY KIND, EXPRESS OR IMPLIED, INCLUDING BUT NOT
-LIMITED TO WARRANTIES OF MERCHANTABILITY OR FITNESS FOR ANY PURPOSE.
-
-1.F.5. Some states do not allow disclaimers of certain implied
-warranties or the exclusion or limitation of certain types of
-damages. If any disclaimer or limitation set forth in this agreement
-violates the law of the state applicable to this agreement, the
-agreement shall be interpreted to make the maximum disclaimer or
-limitation permitted by the applicable state law. The invalidity or
-unenforceability of any provision of this agreement shall not void the
-remaining provisions.
-
-1.F.6. INDEMNITY - You agree to indemnify and hold the Foundation, the
-trademark owner, any agent or employee of the Foundation, anyone
-providing copies of Project Gutenberg-tm electronic works in
-accordance with this agreement, and any volunteers associated with the
-production, promotion and distribution of Project Gutenberg-tm
-electronic works, harmless from all liability, costs and expenses,
-including legal fees, that arise directly or indirectly from any of
-the following which you do or cause to occur: (a) distribution of this
-or any Project Gutenberg-tm work, (b) alteration, modification, or
-additions or deletions to any Project Gutenberg-tm work, and (c) any
-Defect you cause.
-
-Section 2. Information about the Mission of Project Gutenberg-tm
-
-Project Gutenberg-tm is synonymous with the free distribution of
-electronic works in formats readable by the widest variety of
-computers including obsolete, old, middle-aged and new computers. It
-exists because of the efforts of hundreds of volunteers and donations
-from people in all walks of life.
-
-Volunteers and financial support to provide volunteers with the
-assistance they need are critical to reaching Project Gutenberg-tm's
-goals and ensuring that the Project Gutenberg-tm collection will
-remain freely available for generations to come. In 2001, the Project
-Gutenberg Literary Archive Foundation was created to provide a secure
-and permanent future for Project Gutenberg-tm and future
-generations. To learn more about the Project Gutenberg Literary
-Archive Foundation and how your efforts and donations can help, see
-Sections 3 and 4 and the Foundation information page at
-www.gutenberg.org Section 3. Information about the Project Gutenberg
-Literary Archive Foundation
-
-The Project Gutenberg Literary Archive Foundation is a non profit
-501(c)(3) educational corporation organized under the laws of the
-state of Mississippi and granted tax exempt status by the Internal
-Revenue Service. The Foundation's EIN or federal tax identification
-number is 64-6221541. Contributions to the Project Gutenberg Literary
-Archive Foundation are tax deductible to the full extent permitted by
-U.S. federal laws and your state's laws.
-
-The Foundation's principal office is in Fairbanks, Alaska, with the
-mailing address: PO Box 750175, Fairbanks, AK 99775, but its
-volunteers and employees are scattered throughout numerous
-locations. Its business office is located at 809 North 1500 West, Salt
-Lake City, UT 84116, (801) 596-1887. Email contact links and up to
-date contact information can be found at the Foundation's web site and
-official page at www.gutenberg.org/contact
-
-For additional contact information:
-
- Dr. Gregory B. Newby
- Chief Executive and Director
- gbnewby@pglaf.org
-
-Section 4. Information about Donations to the Project Gutenberg
-Literary Archive Foundation
-
-Project Gutenberg-tm depends upon and cannot survive without wide
-spread public support and donations to carry out its mission of
-increasing the number of public domain and licensed works that can be
-freely distributed in machine readable form accessible by the widest
-array of equipment including outdated equipment. Many small donations
-($1 to $5,000) are particularly important to maintaining tax exempt
-status with the IRS.
-
-The Foundation is committed to complying with the laws regulating
-charities and charitable donations in all 50 states of the United
-States. Compliance requirements are not uniform and it takes a
-considerable effort, much paperwork and many fees to meet and keep up
-with these requirements. We do not solicit donations in locations
-where we have not received written confirmation of compliance. To SEND
-DONATIONS or determine the status of compliance for any particular
-state visit www.gutenberg.org/donate
-
-While we cannot and do not solicit contributions from states where we
-have not met the solicitation requirements, we know of no prohibition
-against accepting unsolicited donations from donors in such states who
-approach us with offers to donate.
-
-International donations are gratefully accepted, but we cannot make
-any statements concerning tax treatment of donations received from
-outside the United States. U.S. laws alone swamp our small staff.
-
-Please check the Project Gutenberg Web pages for current donation
-methods and addresses. Donations are accepted in a number of other
-ways including checks, online payments and credit card donations. To
-donate, please visit: www.gutenberg.org/donate
-
-Section 5. General Information About Project Gutenberg-tm electronic works.
-
-Professor Michael S. Hart was the originator of the Project
-Gutenberg-tm concept of a library of electronic works that could be
-freely shared with anyone. For forty years, he produced and
-distributed Project Gutenberg-tm eBooks with only a loose network of
-volunteer support.
-
-Project Gutenberg-tm eBooks are often created from several printed
-editions, all of which are confirmed as not protected by copyright in
-the U.S. unless a copyright notice is included. Thus, we do not
-necessarily keep eBooks in compliance with any particular paper
-edition.
-
-Most people start at our Web site which has the main PG search
-facility: www.gutenberg.org
-
-This Web site includes information about Project Gutenberg-tm,
-including how to make donations to the Project Gutenberg Literary
-Archive Foundation, how to help produce our new eBooks, and how to
-subscribe to our email newsletter to hear about new eBooks.
-
diff --git a/old/50363-8.zip b/old/50363-8.zip
deleted file mode 100644
index 9d7ef5b..0000000
--- a/old/50363-8.zip
+++ /dev/null
Binary files differ
diff --git a/old/50363-h.zip b/old/50363-h.zip
deleted file mode 100644
index d84d907..0000000
--- a/old/50363-h.zip
+++ /dev/null
Binary files differ
diff --git a/old/50363-h/50363-h.htm b/old/50363-h/50363-h.htm
deleted file mode 100644
index 31a040c..0000000
--- a/old/50363-h/50363-h.htm
+++ /dev/null
@@ -1,7773 +0,0 @@
-<!DOCTYPE html PUBLIC "-//W3C//DTD HTML 4.01 Transitional//EN"
-"http://www.w3.org/TR/html4/loose.dtd">
-<!-- This HTML file has been automatically generated from an XML source on 2015-11-01T08:33:43Z. -->
-<html lang="nl">
-<head>
-<meta name="generator" content=
-"HTML Tidy for Windows (vers 25 March 2009), see www.w3.org">
-<title>Vijftien Dagen te Londen, op het Einde van 1815.</title>
-<meta http-equiv="content-type" content="text/html; charset=us-ascii">
-<meta name="generator" content=
-"tei2html.xsl, see http://code.google.com/p/tei2html/">
-<meta name="author" content="Auguste-Jean-Baptiste Defauconpret">
-<link rel="coverpage" href="images/new-cover.jpg">
-<link rel="schema.DC" href=
-"http://dublincore.org/documents/1998/09/dces/">
-<meta name="DC.Creator" content="Auguste-Jean-Baptiste Defauconpret">
-<meta name="DC.Title" content=
-"Vijftien Dagen te Londen, op het Einde van 1815.">
-<meta name="DC.Language" content="nl-1800">
-<meta name="DC.Format" content="text/html">
-<meta name="DC.Publisher" content="Project Gutenberg">
-<meta name="DC:Subject" content="#####">
-<style type="text/css">
-body {
-font-family: "Times New Roman", Times, serif;
-font-size: 100%;
-line-height: 1.2em;
-text-align: left;
-}
-.div0 {
-padding-top: 5.6em;
-}
-.div1 {
-padding-top: 4.8em;
-}
-.div2 {
-padding-top: 3.6em;
-}
-.div3, .div4, .div5 {
-padding-top: 2.4em;
-}
-h1, h2, h3, h4, h5, h6, .h1, .h2, .h3, .h4 {
-clear: both;
-font-style: normal;
-text-transform: none;
-}
-h3, .h3 {
-font-size: 1.2em;
-line-height: 1.2em;
-}
-h3.label {
-font-size: 1em;
-line-height: 1.2em;
-margin-bottom: 0;
-}
-h4, .h4 {
-font-size: 1em;
-line-height: 1.2em;
-}
-.alignleft {
-text-align: left;
-}
-.alignright {
-text-align: right;
-}
-.alignblock {
-text-align: justify;
-}
-p.tb, hr.tb, .par.tb {
-margin-top: 1.6em;
-margin-bottom: 1.6em;
-margin-left: auto;
-margin-right: auto;
-text-align: center;
-}
-p.argument, p.note, p.tocArgument, .par.argument, .par.note, .par.tocArgument
-{
-font-size: 0.9em;
-line-height: 1.2em;
-text-indent: 0;
-}
-p.argument, p.tocArgument, .par.argument, .par.tocArgument {
-margin: 1.58em 10%;
-}
-.opener, .address {
-margin-top: 1.6em;
-margin-bottom: 1.6em;
-}
-.addrline {
-margin-top: 0;
-margin-bottom: 0;
-}
-.dateline {
-margin-top: 1.6em;
-margin-bottom: 1.6em;
-text-align: right;
-}
-.salute {
-margin-top: 1.6em;
-margin-left: 3.58em;
-text-indent: -2em;
-}
-.signed {
-margin-top: 1.6em;
-margin-left: 3.58em;
-text-indent: -2em;
-}
-.epigraph {
-font-size: 0.9em;
-line-height: 1.2em;
-width: 60%;
-margin-left: auto;
-}
-.epigraph span.bibl {
-display: block;
-text-align: right;
-}
-.trailer {
-clear: both;
-padding-top: 2.4em;
-padding-bottom: 1.6em;
-}
-span.parnum {
-font-weight: bold;
-}
-.pagenum {
-display: inline;
-font-size: 70%;
-font-style: normal;
-margin: 0;
-padding: 0;
-position: absolute;
-right: 1%;
-text-align: right;
-}
-span.corr, span.gap {
-border-bottom: 1px dotted red;
-}
-span.abbr {
-border-bottom: 1px dotted gray;
-}
-span.measure {
-border-bottom: 1px dotted green;
-}
-.ex {
-letter-spacing: 0.2em;
-}
-.sc {
-font-variant: small-caps;
-}
-.uc {
-text-transform: uppercase;
-}
-.tt {
-font-family: monospace;
-}
-.underline {
-text-decoration: underline;
-}
-.overline, .overtilde {
-text-decoration: overline;
-}
-.rm {
-font-style: normal;
-}
-.red {
-color: red;
-}
-hr {
-clear: both;
-height: 1px;
-margin-left: auto;
-margin-right: auto;
-margin-top: 1em;
-text-align: center;
-width: 45%;
-}
-.aligncenter {
-text-align: center;
-}
-h1, h2 {
-font-size: 1.44em;
-line-height: 1.5em;
-}
-h1.label, h2.label {
-font-size: 1.2em;
-line-height: 1.2em;
-margin-bottom: 0;
-}
-h5, h6 {
-font-size: 1em;
-font-style: italic;
-line-height: 1em;
-}
-p, .par {
-text-indent: 0;
-}
-p.firstlinecaps:first-line, .par.firstlinecaps:first-line {
-text-transform: uppercase;
-}
-.hangq {
-text-indent: -0.32em;
-}
-.hangqq {
-text-indent: -0.40em;
-}
-.hangqqq {
-text-indent: -0.71em;
-}
-p.dropcap:first-letter, .par.dropcap:first-letter {
-float: left;
-clear: left;
-margin: 0em 0.05em 0 0;
-padding: 0px;
-line-height: 0.8em;
-font-size: 420%;
-vertical-align: super;
-}
-p.quote, div.blockquote, div.argument, .par.quote {
-font-size: 0.9em;
-line-height: 1.2em;
-margin: 1.58em 5%;
-}
-.pagenum a, a.noteref:hover, a.hidden:hover, a.hidden {
-text-decoration: none;
-}
-ul {
-list-style-type: none;
-}
-.advertisment {
-background-color: #FFFEE0;
-border: black 1px dotted;
-color: #000;
-margin: 2em 5%;
-padding: 1em;
-}
-.footnotes .body, .footnotes .div1 {
-padding: 0;
-}
-.fnarrow {
-color: #AAAAAA;
-font-weight: bold;
-text-decoration: none;
-}
-a.noteref, a.pseudonoteref {
-font-size: 80%;
-text-decoration: none;
-vertical-align: 0.25em;
-}
-.displayfootnote {
-display: none;
-}
-div.footnotes {
-font-size: 80%;
-margin-top: 1em;
-padding: 0;
-}
-hr.fnsep {
-margin-left: 0;
-margin-right: 0;
-text-align: left;
-width: 25%;
-}
-p.footnote, .par.footnote {
-margin-bottom: 0.5em;
-margin-top: 0.5em;
-}
-p.footnote .label, .par.footnote .label {
-float: left;
-width: 2em;
-height: 12pt;
-display: block;
-}
-.marginnote {
-font-size: 0.8em;
-height: 0;
-left: 1%;
-line-height: 1.2em;
-position: absolute;
-text-indent: 0;
-width: 14%;
-}
-.apparatusnote {
-text-decoration: none;
-}
-span.tocPageNum, span.flushright {
-position: absolute;
-right: 16%;
-top: auto;
-}
-table.tocList {
-width: 100%;
-margin-left: auto;
-margin-right: auto;
-border-width: 0;
-border-collapse: collapse;
-}
-td.tocPageNum, td.tocDivNum {
-text-align: right;
-min-width: 10%;
-border-width: 0;
-}
-td.tocDivNum {
-padding-left: 0;
-padding-right: 0.5em;
-}
-td.tocPageNum {
-padding-left: 0.5em;
-padding-right: 0;
-}
-td.tocDivTitle {
-width: auto;
-}
-p.tocPart, .par.tocPart {
-margin: 1.58em 0%;
-font-variant: small-caps;
-}
-p.tocChapter, .par.tocChapter {
-margin: 1.58em 0%;
-}
-p.tocSection, .par.tocSection {
-margin: 0.7em 5%;
-}
-table.tocList td {
-vertical-align: top;
-}
-table.tocList td.tocPageNum {
-vertical-align: bottom;
-}
-table.inner {
-display: inline-table;
-border-collapse: collapse;
-width: 100%;
-}
-td.itemNum {
-text-align: right;
-min-width: 5%;
-padding-right: 0.8em;
-}
-td.innerContainer {
-padding: 0;
-margin: 0;
-}
-.index {
-font-size: 80%;
-}
-.indextoc {
-text-align: center;
-}
-.transcribernote {
-background-color: #DDE;
-border: black 1px dotted;
-color: #000;
-font-family: sans-serif;
-font-size: 80%;
-margin: 2em 5%;
-padding: 1em;
-}
-.correctiontable {
-width: 75%;
-}
-.width20 {
-width: 20%;
-}
-.width40 {
-width: 40%;
-}
-p.smallprint, li.smallprint, .par.smallprint {
-color: #666666;
-font-size: 80%;
-}
-.titlePage {
-border: #DDDDDD 2px solid;
-margin: 3em 0% 7em 0%;
-padding: 5em 10% 6em 10%;
-text-align: center;
-}
-.titlePage .docTitle {
-line-height: 3.5em;
-margin: 2em 0% 2em 0%;
-font-weight: bold;
-}
-.titlePage .docTitle .mainTitle {
-font-size: 1.8em;
-}
-.titlePage .docTitle .subTitle, .titlePage .docTitle .seriesTitle,
-.titlePage .docTitle .volumeTitle {
-font-size: 1.44em;
-}
-.titlePage .byline {
-margin: 2em 0% 2em 0%;
-font-size: 1.2em;
-line-height: 1.72em;
-}
-.titlePage .byline .docAuthor {
-font-size: 1.2em;
-font-weight: bold;
-}
-.titlePage .figure {
-margin: 2em 0% 2em 0%;
-margin-left: auto;
-margin-right: auto;
-}
-.titlePage .docImprint {
-margin: 4em 0% 0em 0%;
-font-size: 1.2em;
-line-height: 1.72em;
-}
-.titlePage .docImprint .docDate {
-font-size: 1.2em;
-font-weight: bold;
-}
-div.figure {
-text-align: center;
-}
-.figure {
-margin-left: auto;
-margin-right: auto;
-}
-.floatLeft {
-float: left;
-margin: 10px 10px 10px 0;
-}
-.floatRight {
-float: right;
-margin: 10px 0 10px 10px;
-}
-p.figureHead, .par.figureHead {
-font-size: 100%;
-text-align: center;
-}
-.figAnnotation {
-font-size: 80%;
-position: relative;
-margin: 0 auto;
-}
-.figTopLeft, .figBottomLeft {
-float: left;
-}
-.figTop, .figBottom {
-}
-.figTopRight, .figBottomRight {
-float: right;
-}
-.figure p, .figure .par {
-font-size: 80%;
-margin-top: 0;
-text-align: center;
-}
-img {
-border-width: 0;
-}
-td.galleryFigure {
-text-align: center;
-vertical-align: middle;
-}
-td.galleryCaption {
-text-align: center;
-vertical-align: top;
-}
-.lgouter {
-margin-left: auto;
-margin-right: auto;
-display: table;
-}
-.lg {
-text-align: left;
-padding: .5em 0% .5em 0%;
-}
-.lg h4, .lgouter h4 {
-font-weight: normal;
-}
-.lg .lineNum, .sp .lineNum, .lgouter .lineNum {
-color: #777;
-font-size: 90%;
-left: 16%;
-margin: 0;
-position: absolute;
-text-align: center;
-text-indent: 0;
-top: auto;
-width: 1.75em;
-}
-p.line, .par.line {
-margin: 0 0% 0 0%;
-}
-span.hemistich {
-color: white;
-}
-.versenum {
-font-weight: bold;
-}
-.speaker {
-font-weight: bold;
-margin-bottom: 0.4em;
-}
-.sp .line {
-margin: 0 10%;
-text-align: left;
-}
-.castlist, .castitem {
-list-style-type: none;
-}
-body {
-padding: 1.58em 16%;
-}
-.pglink, .catlink, .exlink, .wplink, .biblink, .seclink {
-background-repeat: no-repeat;
-background-position: right center;
-}
-.pglink {
-background-image: url(images/book.png);
-padding-right: 18px;
-}
-.catlink {
-background-image: url(images/card.png);
-padding-right: 17px;
-}
-.exlink, .wplink, .biblink, .seclink {
-background-image: url(images/external.png);
-padding-right: 13px;
-}
-.pglink:hover {
-background-color: #DCFFDC;
-}
-.catlink:hover {
-background-color: #FFFFDC;
-}
-.exlink:hover, .wplink:hover, .biblink:hover {
-background-color: #FFDCDC;
-}body {
-background: #FFFFFF;
-font-family: "Times New Roman", Times, serif;
-}
-body, a.hidden {
-color: black;
-}
-h1, .h1 {
-padding-bottom: 5em;
-}
-h1, h2, .h1, .h2 {
-text-align: center;
-font-variant: small-caps;
-font-weight: normal;
-}
-p.byline {
-text-align: center;
-font-style: italic;
-margin-bottom: 2em;
-}
-.figureHead, .noteref, .pseudonoteref, .marginnote, p.legend, .versenum
-{
-color: #660000;
-}
-.rightnote, .pagenum, .linenum, .pagenum a {
-color: #AAAAAA;
-}
-a.hidden:hover, a.noteref:hover {
-color: red;
-}
-h1, h2, h3, h4, h5, h6 {
-font-weight: normal;
-}
-table {
-margin-left: auto;
-margin-right: auto;
-}
-.tablecaption {
-text-align: center;
-}.pagenum, .linenum {
-speak: none;
-}
-</style>
-
-<style type="text/css">
-/* CSS rules generated from @rend attributes in TEI file */
-.xd21e112width
-{
-width:480px;
-}
-.xd21e118
-{
-text-align:center;
-}
-.xd21e127width
-{
-width:389px;
-}
-.xd21e2361
-{
-font-style:italic;
-}
-.xd21e3038
-{
-text-indent:8em;
-}
-.xd21e7065
-{
-text-align:center;
-}
-@media handheld
-{
-}
-</style>
-</head>
-<body>
-
-
-<pre>
-
-The Project Gutenberg EBook of Vijftien dagen te Londen, op het einde van
-1815., by Defauconpret Auguste-Jean-Baptiste
-
-This eBook is for the use of anyone anywhere in the United States and most
-other parts of the world at no cost and with almost no restrictions
-whatsoever. You may copy it, give it away or re-use it under the terms of
-the Project Gutenberg License included with this eBook or online at
-www.gutenberg.org. If you are not located in the United States, you'll have
-to check the laws of the country where you are located before using this ebook.
-
-
-
-Title: Vijftien dagen te Londen, op het einde van 1815.
-
-Author: Defauconpret Auguste-Jean-Baptiste
-
-Release Date: November 1, 2015 [EBook #50363]
-
-Language: Dutch
-
-Character set encoding: ASCII
-
-*** START OF THIS PROJECT GUTENBERG EBOOK VIJFTIEN DAGEN TE LONDEN ***
-
-
-
-
-Produced by Jeroen Hellingman and the Online Distributed
-Proofreading Team at http://www.pgdp.net/ for Project
-Gutenberg in celebration of Distributed Proofreaders' 15th
-Anniversary. (This book was produced from scanned images
-of public domain material from the Google Books project.)
-
-
-
-
-
-
-</pre>
-
-<div class="front">
-<div class="div1 cover"><span class="pagenum">[<a href=
-"#toc">Inhoud</a>]</span>
-<div class="divBody">
-<p class="par first"></p>
-<div class="figure xd21e112width"><img src="images/new-cover.jpg" alt=
-"Nieuw ontworpen voorkant." width="480" height="720"></div>
-<p class="par"></p>
-</div>
-</div>
-<div class="div1 frenchtitle"><span class="pagenum">[<a href=
-"#toc">Inhoud</a>]</span>
-<div class="divBody">
-<p class="par first xd21e118">VIJFTIEN DAGEN</p>
-<p class="par xd21e118">TE</p>
-<p class="par xd21e118">LONDEN.</p>
-</div>
-</div>
-<div class="div1 titlepage"><span class="pagenum">[<a href=
-"#toc">Inhoud</a>]</span>
-<div class="divBody">
-<p class="par first"></p>
-<div class="figure xd21e127width"><img src="images/titlepage.png" alt=
-"Oorspronkelijke titelpagina." width="389" height="720"></div>
-<p class="par"></p>
-</div>
-</div>
-<div class="titlePage">
-<div class="docTitle">
-<div class="mainTitle">VIJFTIEN DAGEN<br>
-TE<br>
-LONDEN,</div>
-<div class="subTitle">OP HET EINDE VAN 1815.</div>
-</div>
-<div class="byline"><span class="sc">Naar het Fransch</span>,</div>
-<div class="docImprint"><span class="sc">Te LEEUWARDEN</span><br>
-Bij <i>J. W. BROUWER</i>.<br>
-<span class="docDate">MDCCCXVI.</span></div>
-</div>
-<p><span class="pagenum">[<a id="xd21e159" href="#xd21e159" name=
-"xd21e159">I</a>]</span></p>
-<div class="div1 preface"><span class="pagenum">[<a href=
-"#toc">Inhoud</a>]</span>
-<div class="divHead">
-<h2 class="main"><i>DE VERTALER AAN DEN LEZER.</i></h2>
-</div>
-<div class="divBody">
-<p class="par first"><span lang="fr">Quinze jours<a class="noteref" id=
-"xd21e167src" href="#xd21e167" name="xd21e167src">1</a> a Londres a la
-fin de 1815</span>, <i>verscheen, voor eenige weinige maanden,
-<span class="pagenum">[<a id="xd21e225" href="#xd21e225" name=
-"xd21e225">II</a>]</span>te</i> Parijs <i>in het licht, en werd daar
-met graagte ontvangen. De vrolijke schrijftrant van den auteur en het,
-hier en daar ingevlochten</i>, piquante, <i>met opzigt tot eenige, voor
-den Franschman zeker zonderlinge, gewoonten en gebruiken der
-Engelschen, heeft, buiten kijf, tot die grage ontvangst niet weinig
-bijgedragen. Onze natie, die in vele dezer gewoonten en gebruiken</i>
-(<i>niet</i> alle, <i>het</i> boksen <i>vooral niet</i>!) <i>de hare,
-met eenige meerdere of mindere afwijkingen en</i> nuances, <i>vindt en
-herkent, zal er juist zoo <span class="pagenum">[<a id="xd21e249" href=
-"#xd21e249" name="xd21e249">III</a>]</span>vreemd niet van opzien, als
-een Parijzenaar, die in zijne</i> <span lang="la">Capitale du
-monde</span> <i>het</i> non plus ultra <i>van alle menschelijke
-beschaafdheid en gezellige genoegens meent te bezitten. Veel zou er
-dus, bij wijze van aanteekeningen onder of achter den tekst, tegen
-vele, vrij gewaagde, stellingen en verkeerde opvattingen van onzen
-Schrijver, te zeggen en ook te bewijzen zijn geweest; doch de Vertaler
-heeft, daar hij dit werkje voor niets meer, dan voor eene</i> vrolijke
-lectuur in ledige oogenblikken <i>opdischt, en het ook met geen oogmerk
-schijnt geschreven te zijn, om een zedekundig tafereel van</i> Londens
-<i>inwoners te leveren; zich van iedere aanmerking onthouden; terwijl
-hij geenszins twijfelt, of het zal, zoo als het daar is, zijnen
-landgenooten, bij de lezing, een vrolijk uurtje verschaffen. De
-vertaling althans <span class="pagenum">[<a id="xd21e267" href=
-"#xd21e267" name="xd21e267">IV</a>]</span>is voor hem eene aangename
-bezigheid geweest.</i></p>
-<p class="par"><i>Voor eenige, zijns ondanks, ingeslopene drukfeilen
-(zinstorende zullen er, vertrouwt hij, niet in aangetroffen worden)
-verzoekt hij nederig verschooning van hen, die het</i>: wij zijn
-menschen, en ons werk is menschenwerk! <i>niet altijd gedenken: zij,
-die daaraan steeds gedachtig zijn, vergeven ze hem en den letterzetter
-gereedelijk</i>.</p>
-<p class="par signed">B.</p>
-<p class="par"><i>Amsterdam</i> <i>October</i></p>
-<p class="par">1816. <span class="pagenum">[<a id="xd21e288" href=
-"#xd21e288" name="xd21e288">V</a>]</span></p>
-</div>
-<div class="footnotes">
-<hr class="fnsep">
-<p class="par footnote" lang="nl"><span class="label"><a class=
-"noteref" id="xd21e167" href="#xd21e167src" name=
-"xd21e167">1</a></span> <span lang="fr">Quinze jours</span> <i>gelden,
-gelijk men weet, bij de</i> Franschen <i>doorgaans zoo veel, als</i>
-<span class="sc">VEERTIEN</span> dagen, <i>of eigenlijk</i>, twee
-weken. <i>Daar zij echter tot twee weken, op die wijs, in de daad</i>
-vijftien <i>dagen brengen, en het uit dit werkje niet duidelijk genoeg
-blijkt, dat de Schrijver slechts</i> veertien, <i>en niet</i> vijftien
-<i>dagen, te</i> Londen <i>heeft doorgebragt, heeft de Vertaler, die
-toch van</i> <i>zijne lezers gaarne vertrouwt, dat zij, op reis zijnde,
-juist op geenen enkelen dag zien, hier het</i> meerdergetal <i>voor
-het</i> mindergetal <i>gekozen; wijl</i> quinze <i>toch altijd</i>
-vijftien <i>blijft, en er bovendien niets in dit luimige reisverhaal
-voorkomt, waarom</i> quinze <i>hier volstrekt</i> veertien <i>zou
-moeten heeten. Doch reeds genoeg! Wie zou op zulke, niets ter zake
-doende, kleinigheden willen vitten!</i>&nbsp;<a class="fnarrow" href=
-"#xd21e167src">&uarr;</a></p>
-</div>
-</div>
-<div id="toc" class="div1 contents"><span class="pagenum">[<a href=
-"#toc">Inhoud</a>]</span>
-<div class="divHead">
-<h2 class="main">INHOUD.</h2>
-<table class="tocList">
-<tr>
-<td class="tocDivNum"></td>
-<td class="tocDivTitle" colspan="7"></td>
-<td class="tocPageNum">Bladz.</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="tocDivNum">I.</td>
-<td class="tocDivTitle" colspan="7"><a href="#ch1" id="xd21e301" name=
-"xd21e301">Ik ben te <i>Douvres</i></a>.</td>
-<td class="tocPageNum">1.</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="tocDivNum">II.</td>
-<td class="tocDivTitle" colspan="7"><a href="#ch2" id="xd21e312" name=
-"xd21e312">Nog al te <i>Douvres</i></a>.</td>
-<td class="tocPageNum">15.</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="tocDivNum">III.</td>
-<td class="tocDivTitle" colspan="7"><a href="#ch3" id="xd21e323" name=
-"xd21e323">Reis naar en aankomst te <i>Londen</i></a>.</td>
-<td class="tocPageNum">29.</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="tocDivNum">IV.</td>
-<td class="tocDivTitle" colspan="7"><a href="#ch4" id="xd21e334" name=
-"xd21e334">Het Keizerlijk Hof van <i>St. Petersburg</i></a>.</td>
-<td class="tocPageNum">41.</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="tocDivNum">V.</td>
-<td class="tocDivTitle" colspan="7"><a href="#ch5" id="xd21e345" name=
-"xd21e345">De begrafenis</a>.</td>
-<td class="tocPageNum">48.</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="tocDivNum">VI.</td>
-<td class="tocDivTitle" colspan="7"><a href="#ch6" id="xd21e354" name=
-"xd21e354">Hier houdt men opene tafel</a>.</td>
-<td class="tocPageNum">56.</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="tocDivNum">VII.</td>
-<td class="tocDivTitle" colspan="7"><a href="#ch7" id="xd21e363" name=
-"xd21e363">Het koffijhuis</a>.</td>
-<td class="tocPageNum">65.</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="tocDivNum">VIII.</td>
-<td class="tocDivTitle" colspan="7"><a href="#ch8" id="xd21e372" name=
-"xd21e372">De Londensche zondag</a>.</td>
-<td class="tocPageNum">75.</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="tocDivNum">IX.</td>
-<td class="tocDivTitle" colspan="7"><a href="#ch9" id="xd21e381" name=
-"xd21e381">De brand</a>.</td>
-<td class="tocPageNum">85.</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="tocDivNum">X.</td>
-<td class="tocDivTitle" colspan="7"><a href="#ch10" id="xd21e390" name=
-"xd21e390">De schellen</a>.</td>
-<td class="tocPageNum">93.</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="tocDivNum">XI.</td>
-<td class="tocDivTitle" colspan="7"><a href="#ch11" id="xd21e400" name=
-"xd21e400">De schouwburg</a>.</td>
-<td class="tocPageNum">98.</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="tocDivNum">XII.</td>
-<td class="tocDivTitle" colspan="7"><a href="#ch12" id="xd21e409" name=
-"xd21e409">De straten en huizen</a>.</td>
-<td class="tocPageNum">110.</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="tocDivNum">XIII.</td>
-<td class="tocDivTitle" colspan="7"><a href="#ch13" id="xd21e418" name=
-"xd21e418">* * * * * *</a></td>
-<td class="tocPageNum">119.</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="tocDivNum">XIV.</td>
-<td class="tocDivTitle" colspan="7"><a href="#ch14" id="xd21e427" name=
-"xd21e427">Het Britsche Museum</a>.</td>
-<td class="tocPageNum">126.</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="tocDivNum">XV.</td>
-<td class="tocDivTitle" colspan="7"><a href="#ch15" id="xd21e436" name=
-"xd21e436">De Engelsche wellevendheid</a>.</td>
-<td class="tocPageNum">134.</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="tocDivNum">XVI.</td>
-<td class="tocDivTitle" colspan="7"><a href="#ch16" id="xd21e445" name=
-"xd21e445">De speculant</a>.</td>
-<td class="tocPageNum">139.</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="tocDivNum">XVII.</td>
-<td class="tocDivTitle" colspan="7"><a href="#ch17" id="xd21e454" name=
-"xd21e454">Het Engelsche middagmaal</a>.</td>
-<td class="tocPageNum">145.</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="tocDivNum">XVIII.</td>
-<td class="tocDivTitle" colspan="7"><a href="#ch18" id="xd21e463" name=
-"xd21e463">De Sherifs</a>.</td>
-<td class="tocPageNum">156.</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="tocDivNum">XIX.</td>
-<td class="tocDivTitle" colspan="7"><a href="#ch19" id="xd21e472" name=
-"xd21e472">De Vuistvechters. (Boksers.)</a></td>
-<td class="tocPageNum">162.</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="tocDivNum">XX.</td>
-<td class="tocDivTitle" colspan="7"><a href="#ch20" id="xd21e481" name=
-"xd21e481">Engelsche zindelijkheid</a>.</td>
-<td class="tocPageNum">176.</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="tocDivNum">XXI.</td>
-<td class="tocDivTitle" colspan="7"><a href="#ch21" id="xd21e490" name=
-"xd21e490">De wandeling</a>.</td>
-<td class="tocPageNum">186.</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="tocDivNum">XXII.</td>
-<td class="tocDivTitle" colspan="7"><a href="#ch22" id="xd21e500" name=
-"xd21e500">Korte beschrijving van <i>Londen</i> door eenen
-Italiaanschen schilder</a>. <span class="pagenum">[<a id="xd21e508"
-href="#xd21e508" name="xd21e508">VI</a>]</span></td>
-<td class="tocPageNum">197.</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="tocDivNum">XXIII.</td>
-<td class="tocDivTitle" colspan="7"><a href="#ch23" id="xd21e513" name=
-"xd21e513">Goddam</a>.</td>
-<td class="tocPageNum">204.</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="tocDivNum">XXIV.</td>
-<td class="tocDivTitle" colspan="7"><a href="#ch24" id="xd21e522" name=
-"xd21e522">De Dagbladen</a>.</td>
-<td class="tocPageNum">210.</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="tocDivNum">XXV.</td>
-<td class="tocDivTitle" colspan="7"><a href="#ch25" id="xd21e531" name=
-"xd21e531">De Spotprenten</a>.</td>
-<td class="tocPageNum">220.</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="tocDivNum">XXVI.</td>
-<td class="tocDivTitle" colspan="7"><a href="#ch26" id="xd21e540" name=
-"xd21e540">Roovers&mdash;Afzetters&mdash;Zakkerolders en
-Beurzensnijders</a>.</td>
-<td class="tocPageNum">225.</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="tocDivNum">XXVII.</td>
-<td class="tocDivTitle" colspan="7"><a href="#ch27" id="xd21e549" name=
-"xd21e549">De <i lang="en">Tower</i></a>.</td>
-<td class="tocPageNum">233.</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="tocDivNum">XXVIII.</td>
-<td class="tocDivTitle" colspan="7"><a href="#ch28" id="xd21e560" name=
-"xd21e560">Eene onverwachte ontmoeting</a>.</td>
-<td class="tocPageNum">241.</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="tocDivNum">XXIX.</td>
-<td class="tocDivTitle" colspan="7"><a href="#ch29" id="xd21e569" name=
-"xd21e569">Geschiedenis van eenen Franschen Kunstenaar</a>.</td>
-<td class="tocPageNum">247.</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="tocDivNum">XXX.</td>
-<td class="tocDivTitle" colspan="7"><a href="#ch30" id="xd21e578" name=
-"xd21e578">Eene tooneelvertooning in de Latijnsche taal</a>.</td>
-<td class="tocPageNum">256.</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="tocDivNum">XXXI.</td>
-<td class="tocDivTitle" colspan="7"><a href="#ch31" id="xd21e587" name=
-"xd21e587">De Zelfmoord</a>.</td>
-<td class="tocPageNum">264.</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="tocDivNum">XXXII.</td>
-<td class="tocDivTitle" colspan="7"><a href="#ch32" id="xd21e596" name=
-"xd21e596">Het afscheid</a>.</td>
-<td class="tocPageNum">271.</td>
-</tr>
-</table>
-<p><span class="pagenum">[<a id="pb1" href="#pb1" name=
-"pb1">1</a>]</span></p>
-</div>
-</div>
-</div>
-<div class="body">
-<div id="ch1" class="div1 chapter"><span class="pagenum">[<a href=
-"#xd21e301">Inhoud</a>]</span>
-<div class="divHead">
-<h2 class="super">VIJFTIEN DAGEN<br>
-TE<br>
-LONDEN.</h2>
-<h2 class="label">I.</h2>
-<h2 class="main"><i>Ik ben te</i> Douvres.</h2>
-</div>
-<div class="divBody">
-<p class="par first">Onmogelijk, mijnheer! volstrekt onmogelijk! gij
-kunt morgen niet naar <i>Londen</i> vertrekken&mdash;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;En waarom niet, met uw verlof,
-mijnheer?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Wel, omdat gij een paspoort moet
-hebben.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Mijn hemel, mijnheer! gij hebt daar mijnen
-pas immers in uwe handen! Heb slechts de goedheid te lezen. Wijl gij
-Fransch spreekt, zult gij, als ambtenaar, het toch ook wel kunnen
-<span class="ex">lezen</span>.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Zeer wel, mijnheer! zeer wel; uw paspoort
-is in orde, en zonder dat zou men <span class="pagenum">[<a id="pb2"
-href="#pb2" name="pb2">2</a>]</span>u ook geen <i>permis</i>, om aan
-wal te komen, gegeven hebben.&rdquo;</p>
-<p class="par">Geenszins acht ik het overtollig, hierbij aan te
-stippen, dat de paketboot&mdash;de overbrengster van mijnen waarden
-persoon&mdash;reeds des namiddags ten twee ure de haven was binnen
-geloopen, dat ik niet voor zeven ure des avonds het <i>permis</i> tot
-ontscheping bekwam, en ik dus vijf doodelijk vervelende uren op de
-paketboot tusschen hoop en vrees doorbragt, altijd door eenen
-tolbediende, welken ik in mijn hart met den naam van scheepsverklikker
-bestempelde, in het oog gehouden wordende; maar die mij nogtans de
-vrijheid vergunde, naar goedvinden op het dek heen en weder te
-wandelen; want de lezer moet niet uit het oog verliezen, dat ik mij
-thans in een <i>vrij land</i> bevond.</p>
-<p class="par">&bdquo;Maar, vervolgde hij, dit is immers een Fransche
-pas, en om naar <i>Londen</i>, of eenige andere plaats in
-<i>Engeland</i> te kunnen vertrekken, moet het
-<i>alien-office</i>&mdash;dat is&mdash;het <i>bureau</i> der paspoorten
-voor vreemdelingen, u een paspoort uit <i>Londen</i>
-toezenden.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;En is er veel tijds noodig, om mij met
-zulk een paspoort te voorzien?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Och neen, slechts drie dagen, om te
-schrijven en antwoord te ontvangen.&mdash;Dan <span class=
-"pagenum">[<a id="pb3" href="#pb3" name="pb3">3</a>]</span>ter zaak,
-mijnheer! Waarom komt gij eigenlijk in <i>Engeland</i>?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Waarom, mijnheer! waarom? Wel, om dezelfde
-reden, waarom honderd andere Franschen in <i>Engeland</i> komen, en
-welken men waarschijnlijk nooit deze vraag gedaan heeft.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Onverschillig, mijnheer! Een beetje kort
-af, als het u belieft; mijn tijd is kostbaar: geef mij de reden te
-kennen, ten einde ik dezelve kan opschrijven.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;In waarheid, mijnheer! dezelve is juist
-niet al te duidelijk; want ik kom hier geenszins, om hulpmiddelen tegen
-de <span class="ex">spleen</span> te zoeken, welke ik nimmer, dan bij
-naam, kende, doch waaronder ik thans door vijf uren wachtens naar een
-<i>permis</i>, om te mogen aan wal komen, bijna zoude bezweken zijn:
-ook kom ik hier geenszins met oogmerk van bezuiniging; wijl men hier,
-volgens het algemeene zeggen, wel driemaal zoo veel moet verteren, als
-in <i>Frankrijk</i>, en men er zich tevens wel driemaal slechter
-bevindt. De eenvoudige reden van mijne reize is alleen om de
-schoonheden van het beroemde <i>Londen</i> te bewonderen&mdash;om mijne
-luchtige Fransche hersenkas met een weinigje Engelsche zwaarmoedige
-deftigheid, het karakter uwer natie, aan te vullen;&mdash;om eenige
-nadere kennis met uwe letterkunde, <span class="pagenum">[<a id="pb4"
-href="#pb4" name="pb4">4</a>]</span>welke mij niet geheel en al vreemd
-is, te maken; en eindelijk om&mdash;om&mdash;&rdquo;</p>
-<p class="par">Hier werd onze vriend ongeduldig en
-riep&mdash;&bdquo;genoeg, mijnheer! genoeg: ik zie al, wat het
-is!&rdquo; Met deze woorden greep hij naar zijne pen, welke, tot op dit
-oogenblik, onbewegelijk achter zijn oor was blijven steken, even als
-een krijgsman naar zijn zwaard; want dit is een vast aangenomen gebruik
-van alle Engelschen, die schrijven kunnen, en nu mompelde hij, al
-schrijvende, tusschen de tanden:&mdash;&bdquo;Reis voor vermaak en
-onderrigting.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Verder, mijnheer! voegde hij er bij, wien
-kent gij te <i>Londen</i>?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Niemand, mijnheer!&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Hoe, niemand! riep hij uit, terwijl hij
-zijne pen weder achter zijn oor plaatste: niemand? in dat geval,
-mijnheer! zult gij wel doen, maar weder terstond naar <i>Frankrijk</i>
-terug te keeren, want men zal u geen paspoort toezenden.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Wat wil dat zeggen?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Dat het, om een paspoort te bekomen,
-hoogst noodzakelijk is, dat een geboren Engelschman, die tevens gegoed
-en geloofwaardig is, aan het <i>bureau</i> der paspoorten verklaart, in
-te staan voor uw zedelijk en politiek <span class="pagenum">[<a id=
-"pb5" href="#pb5" name="pb5">5</a>]</span>gedrag, en wiens naam en
-verklaring ik in mijn rapport moet invullen.&rdquo;</p>
-<p class="par">Gelukkig herinnerde ik mij in dit oogenblik, dat een lid
-van de Fransche Akademie van Wetenschappen mij eenen aanbevelingsbrief
-had medegegeven voor <i>mylord A....</i>, lid van de Koninklijke
-Societeit te <i>Londen</i>.</p>
-<p class="par">&bdquo;Mijnheer!<span class="corr" id="xd21e729" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> zeide ik nu tegen den eeuwigen prater;
-<span class="corr" id="xd21e732" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>schoon ik niemand te <i>Londen</i> ken,
-kent men er mij evenwel, en mijn voornemen is, bij mijne aankomst, ten
-huize van <i>mylord A....</i> af te stappen.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Wel, mijnheer! hernam hij, dit is genoeg!
-<i>mylord A....</i> is een man uit duizenden, alom geacht wegens zijne
-uitgebreide kunde, en bemind wegens zijne heerlijke grondbeginselen:
-&eacute;&eacute;n woord van hem bij het <i lang="en">alien office</i>
-is voldoende.&rdquo;&mdash;Hier nam hij ten tweede male de pen van
-achter zijn oor en schreef: &bdquo;speciaal bekend bij <i>mylord
-A....</i>&rdquo;</p>
-<p class="par">Nu ging het weder aan een vragen. &bdquo;Denkt gij
-langen tijd in <i>Engeland</i> te blijven?&rdquo;&mdash;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Zoo lang, als het er mij zal
-bevallen.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Maar nog eens, mijnheer! verklaar u: denkt
-gij er wel drie maanden te vertoeven?&rdquo;&mdash;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Om u de waarheid te zeggen, dat geloof ik
-niet; de voorrede maakt mijne ongerustheid <span class=
-"pagenum">[<a id="pb6" href="#pb6" name="pb6">6</a>]</span>eenigzins
-gaande omtrent het boek zelve. Doch schrijf slechts ten langste drie
-maanden. Ik zal dan, naar goedvinden, mijn verblijf kunnen bekorten: is
-het niet zoo, mijnheer?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Gij zult kunnen vertrekken, wanneer gij
-wilt. Nog dezen avond zal ik uwen Franschen pas naar het <i lang=
-"en"><span class="corr" id="xd21e768" title=
-"Bron: allien-office">alien-office</span></i> opzenden, en binnen drie
-dagen, namelijk Woensdag, zal het antwoord hier kunnen zijn.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Thans mijnheer! hoop ik, dat gij mij mijne
-goederen zult doen ter hand stellen. Gelukkiger dan hun meester, hebben
-zij geen <i>permis</i> tot ontscheping noodig gehad, en het zijn reeds
-meer dan vijf uren, dat wij van elkander gescheiden zijn.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Mijnheer! uwe goederen moeten eerst
-gevisiteerd worden.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Niet meer dan billijk, mijnheer! en ik ben
-zoo vrij, u te verzoeken, die visitatie te bespoedigen.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Onmogelijk, mijnheer! onmogelijk! Het is
-thans zondag, een dag, waarop wij hier nimmer gewoon zijn te werken:
-gij zult dus tot morgen ochtend dienen te wachten.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Ik mag toch mijne slaapmuts wel uit mijnen
-reiszak krijgen?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Onmogelijk, zeg ik u nogmaals, mijnheer!
-Er mag volstrekt niets geopend worden.<span class="pagenum">[<a id=
-"pb7" href="#pb7" name="pb7">7</a>]</span>&mdash;Ik heb de eer, u
-dienaar te zijn.&rdquo;</p>
-<p class="par">De lezer zal reeds opgemerkt hebben, dat dit geheele
-tooneel aan het tolkantoor te <i>Douvres</i> werd afgespeeld. De
-kommies, die met mijne bewaking belast scheen, had mij, zoodra het
-geoorloofd was, voet aan land te zetten, derwaarts gebragt; want dit is
-de eerste <i>visite</i>, welke men, bij het aan wal stappen, verpligt
-is te doen.&mdash;In minder dan drie uren tijds, had ik, bij het
-fraaiste weder, dezen overtogt die waarlijk een pleizierreisje te
-noemen was, van <i>Calais</i> naar <i>Douvres</i> gedaan, en geene de
-minste aandoening van de zoo genaamde zeeziekte bespeurd, schoon ik mij
-voor de eerste maal op dat trouwelooze element bevond. Reeds te negen
-ure des morgens had ik mijn ontbijt te <i>Calais</i> genomen: thans was
-het acht ure des avonds, dus gevoelde zich mijne arme maag, na elf uren
-vastens, door eenen hevigen eetlust besprongen, welke door de ongewone
-zeelucht nog sterker was toegenomen. Ik verzocht derhalve een dier
-nuttige gedienstige wezens, welke men in alle landen en plaatsen, met
-de armen over elkander, werkeloos tegen eenen boom, muur of huis
-leunende, aantreft, mij in het logement, waar de postwagen afreed,
-<span class="pagenum">[<a id="pb8" href="#pb8" name=
-"pb8">8</a>]</span>te brengen. Daar hetzelve niet verder dan eenige
-voetstappen van het tolkantoor was, gaf ik mijnen geleider eenen halven
-schelling, denkende, hem rijkelijk voor zijne moeite te betalen; doch
-ik leerde hier, dat een echte Engelschman zich nooit minder dan voor
-eenen heelen schelling beweegt, en moest dus mijne fooi
-verdubbelen.</p>
-<p class="par">Ligtelijk zal men zich kunnen verbeelden, dat mijne
-eerste gedachte zich tot een goed avondmaal bepaalde: derhalve vroeg ik
-den knecht om de keukenlijst. Mijn hoofd was echter nog geheel vervuld
-met Fransche denkbeelden en begrippen, en het was mij geheel onbekend,
-dat in de Engelsche logementen de lijst der geregten op het puntje van
-des knechts tong hare zitplaats houdt. Intusschen behoefde deze zijn
-geheugen in het geheel niet te pijnigen, om zich die lijst te
-herinneren; want alles, wat hij mij konde opdisschen was brood met een
-koud stuk ossenvleesch, kaas en thee. De thee scheen mij een al te
-luchtig voedsel voor eene maag, razende van honger en dol van appetijt.
-Ik bepaalde mij dus tot het gebruik der drie eerstgenoemde artikelen.
-Nu dischte men ook een stuk koud gebraden ossenvleesch op, dat nagenoeg
-nog een pond of negen of tien zal gehouden hebben; schoon ik
-<span class="pagenum">[<a id="pb9" href="#pb9" name=
-"pb9">9</a>]</span>uit deszelfs omvang en de reeds ontbloote beenderen,
-het <i>facit</i> ligtelijk kon opmaken, dat het reeds dikwijls de eer
-had gehad voor een aanzienlijk getal van mijne voorgangers te
-compareren. Ook plaatste men eene kan bier voor mij op de tafel,
-benevens een klein stuk brood, zoo wit als krijt, hetwelk niet
-onaangenaam van smaak, maar zoodanig hard en uitgedroogd was, dat het
-wel eenen steen geleek, en ik niet verder durfde wagen, mijn gebit er
-op te oefenen, uit vrees van een&rsquo; mijner tanden er bij in te
-schieten. Bij dit alles kwam nog een zoutvat, eene flesch azijn, en een
-klein fleschje met peper te voorschijn: ja, lieve lezer! een fleschje
-met peper, dat veel overeenkomst had met die houten zoutvaatjes, welke
-de kostgangers in de kollegien te <i>Parijs</i> voormaals meestal bij
-zich droegen, om er gebruik van te maken, wanneer men hen op een eitje
-uit den dop, zonder zout, of op een slaadje zonder olie onthaalde. Ten
-laatste zette men een bord voor mij neder, waar naast men ter
-regterzijde een mes en ter linkerzijde eene vork legde, waarmede men
-mij naar welgevallen met het stuk vleesch liet omspringen. Vruchteloos
-zat ik op een servet te wachten, hetwelk mij echter niet gebragt werd;
-want dit stuk huisraad schijnt geenszins in de Engelsche logementen in
-<span class="pagenum">[<a id="pb10" href="#pb10" name=
-"pb10">10</a>]</span>gebruik te zijn, even min als bij den geringen
-burger, ja zelfs niet eens bij den middelstand. De mond en handen veegt
-men af aan de randen van het tafellaken, en draagt wel ter dege zorg,
-alle Zondagen zonder verzuim een schoon tafellaken te spreiden.</p>
-<p class="par">Hier hoor ik mijne lezers, bijzonder hen, die een
-weinigje ongemakkelijk vallen, in drift uitroepen: &bdquo;Hoe is het
-mogelijk, zijnen mond aan den rand van een tafellaken te kunnen
-afvegen, hetwelk reeds ten zelfde gebruike aan zoo vele andere monden
-gediend heeft? en de Hemel wete, aan welke monden!&rdquo; Een
-oogenblik, mijne heeren! een oogenblik! Zeker hebt gij wel eens eene
-kat het middag- of avondmaal zien houden? Hebt gij dan, bij die
-gelegenheid, nimmer opgemerkt, hoe zindelijk en met welk eene
-verbazende vlugheid zulk eene kat, als zij hare bekomst heeft, eerst
-hare tong over de onderste lip laat gaan, dezelve vervolgens over de
-bovenste insgelijks de ronde laat doen, en aldus deze kunstbewerking
-twee of drie malen herhalende, zich van het overtollige overblijfsel
-van haar maal op eene gemakkelijke wijze weet te ontlasten? Welnu,
-mijne vrienden! de goede moeder Natuur heeft u immers met een dergelijk
-servet mildelijk beschonken: schaamt u dan geenszins van eene kat of
-van eenen Engelschman <span class="pagenum">[<a id="pb11" href="#pb11"
-name="pb11">11</a>]</span>de wijze te leeren, om er u met vrucht van te
-bedienen.</p>
-<p class="par">Na het eindigen van mijn <i>soup&eacute;</i>, hetwelk
-mij echter niet lang bezig had gehouden, begon mij de zelfverveling te
-bekruipen: ik dacht dus geen betere partij te kunnen nemen, om dezelve
-te verdrijven, dan om eene kamer te vragen en vervolgens te gaan
-slapen. Het duurde echter ten minste nog een goed uur, eer men aan mijn
-verzoek voldeed. Eindelijk kwam eene stevige, frissche meid, van een
-vrolijk voorkomen, met den blaker in de hand, mij zeggen, dat mijn bed
-gereed was. Ik volgde haar langs eenen kleinen smallen trap, zoo als de
-meeste trappen in <i>Engeland</i> zijn, tot zij mij in eene groote
-kamer bragt, waarvan het geheele behangsel bestond in vier wel gewitte
-muren, en het <i>ameublement</i> uit vier ledikanten, allen zonder
-gordijnen, en uit even zoo veel stoelen.</p>
-<p class="par">Oogenblikkelijk schoot mij, bij de beschouwing van dit
-geheel, de gewigtige aanmerking te binnen, dat er nog een
-allernoodzakelijkst en onmisbaar stuk huisraad ontbrak; doch onder de
-ledikanten ziende, ontdekte ik, dat men het niet vergeten had, en dat
-er juist zoo veel nachtspiegels als bedden en stoelen op de kamer
-aanwezig waren.</p>
-<p class="par">Bij het opnemen der meubelen had ik nog <span class=
-"pagenum">[<a id="pb12" href="#pb12" name="pb12">12</a>]</span>eene
-kruik met water en eene handenwaskom, beide in de vensterbank
-geplaatst, vergeten, en welke ten algemeenen gebruike van de bewoners
-dezer slaapzaal geschikt schenen.</p>
-<p class="par">Inmiddels ik mij aldus bezig hield met den boel eens
-rond te zien, trachtte de dikke, bolle meid een praatje met mij te
-maken; doch, ofschoon ik het Engelsch genoegzaam kon spreken, en zij
-mij redelijk wel verstond, kan ik den ge&euml;erden lezer of lezeresse
-op mijn woord van eer verzekeren, dat zij hare tong met zoodanig eene
-vlugheid wist te bewegen, of, om mij klaarder uit te drukken, zoodanig
-rabbelde, dat het mij onmogelijk was, den zamenhang harer woorden te
-bevatten. Ons gesprek bestond derhalve, van mijne zijde, uit woorden,
-en van haren kant uit gebaren en teekens.</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Lieve meid, kunt gij mij geene kamer met
-&eacute;&eacute;n bed geven?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;<a id="xd21e848" name="xd21e848"></a>Zij schudde
-het hoofd; waaruit ik het antwoord&mdash;neen!&mdash;meende te
-bespeuren.<a id="xd21e850" name="xd21e850"></a></p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Kunt gij mij dan ten minste geene tafel
-bezorgen? Ik heb iets te schrijven.&rdquo;</p>
-<p class="par">Hierop trachtte zij met wijzen en wenken mij te
-beduiden, dat ik beneden in het vertrek, waar ik mijn avondmaal
-gehouden had, kon gaan schrijven. <span class="pagenum">[<a id="pb13"
-href="#pb13" name="pb13">13</a>]</span></p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Inderdaad, ik ben hier zeer slecht
-gehuisvest!&rdquo;</p>
-<p class="par">Nu nam ze mij bij de hand, bragt mij naar het achterste
-ledikant, vlak tegenover het kleine en zelfs eenigste raam in deze
-heerlijke slaapzaal, hetwelk, bij vollen zonneschijn, slechts een zeer
-flaauw licht scheen te kunnen verspreiden, hief beide hare armen
-lijnregt in de hoogte, en liet dezelve terstond weder zachtjes op het
-bed nederzinken, terwijl zij haar hoofd op het kussen scheen neder te
-leggen, zonder het echter in de daad aan te raken, en kneep haar oogen
-digt, even als of zij sliep.</p>
-<p class="par">Ik voor mij kon dit gebarenspel niet al te wel bevatten,
-en zelfs de grootste uitlegkundige zou het, mijns bedunkens, op
-onderscheidene wijzen hebben kunnen verklaren.</p>
-<p class="par">Intusschen hield ik mij, als of ik haar volmaakt wel
-verstond, en, even als zij, mij door gebaren trachtende begrijpelijk te
-maken, vroeg ik haar, of&mdash;maar wat baat het den lezer, te weten,
-wat ik vroeg?&mdash;Genoeg, in plaats van mij te antwoorden, lachte zij
-als eene bezetene, vloog, als een pijl, uit de kamer en liet mij tot
-gezelschap een eindje kaars, dat mij, als het ware, scheen toe te
-roepen: &bdquo;Ik brand nog maar een kwartier!&rdquo; Schoon het niet
-later dan tien ure was, besloot ik echter, <span class=
-"pagenum">[<a id="pb14" href="#pb14" name="pb14">14</a>]</span>in
-&rsquo;s hemels naam, naar bed te gaan. Een witte zakdoek, welken ik
-gelukkiglijk bij mij had, moest de rol van eene slaapmuts vervullen:
-het bed was redelijk, en ik zoude er volmaakt wel op gerust hebben,
-bijaldien ik niet, tot zesmaal toe, door mijne slaapkameraden ware
-gestoord geworden, die op drie onderscheidene oogenblikken binnen
-kwamen, en op dezelfde wijze ook ieder afzonderlijk weder vertrokken.
-<span class="pagenum">[<a id="pb15" href="#pb15" name=
-"pb15">15</a>]</span></p>
-</div>
-</div>
-<div id="ch2" class="div1 chapter"><span class="pagenum">[<a href=
-"#xd21e312">Inhoud</a>]</span>
-<div class="divHead">
-<h2 class="label">II.</h2>
-<h2 class="main"><i>Nog al te</i> Douvres.</h2>
-</div>
-<div class="divBody">
-<p class="par first">&bdquo;Mijnheer <i>Pot-de-Vin</i><span class=
-"corr" id="xd21e880" title="Niet in bron">,&rdquo;</span> zeide ik, den
-anderen morgen, zoo haast als ik beneden kwam.&mdash;</p>
-<p class="par">Gij moet weten, ge&euml;erde lezer! dat mijnheer
-<i>Pot-de-Vin</i> meester van den huize in het logement is, waar de
-postwagen van <i>Douvres</i> op <i>Londen</i> afrijdt. Hij is een
-Franschman van geboorte, doch reeds sinds vele jaren in deze stad
-gevestigd, en overigens in doen en laten een volmaakte Engelschman, zoo
-dat men in houding en manieren, ja zelfs in het stroeve, ernstige
-voorkomen tusschen hem en eenen inboorling bijna geen onderscheid kan
-ontdekken.</p>
-<p class="par">&bdquo;Mijnheer <i>Pot-de-Vin</i>,<span class="corr" id=
-"xd21e899" title="Niet in bron">&rdquo;</span> zeide ik dan tegen hem,
-<span class="corr" id="xd21e902" title="Niet in bron">&bdquo;</span>ik
-verzoek u, mij een vrije kamer te geven, en vooral eene tafel; ik
-wenschte naar welgevallen te kunnen lezen en schrijven, en bovenal niet
-van zelfverveling te sterven gedurende den tijd, dat het <i lang=
-"en">alien-office</i> mij veroordeelt te <i>Douvres</i> zijne nadere
-bevelen af te wachten. Indien u dit dus niet mogelijk is, zal
-<span class="pagenum">[<a id="pb16" href="#pb16" name=
-"pb16">16</a>]</span>ik verpligt zijn, elders mijnen intrek te
-nemen.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Ik heb slechts &eacute;&eacute;n vertrek
-te missen,<span class="corr" id="xd21e916" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> zeide hij; <span class="corr" id=
-"xd21e919" title="Niet in bron">&bdquo;</span>heb de goedheid, eens te
-zien, of het u bevalt.&rdquo;</p>
-<p class="par">Een kleine, ongemakkelijke trap, veel gelijkheid
-hebbende met eenen molenladder, en in de keuken opgaande, bragt ons op
-den zolder en vervolgens in de zoo genaamde kamer, welke geen ander
-licht ontving, dan door eene enkele ruit, uitgehouwen in den muur. Ook
-hier was geen ander dan het reeds bekende huisraad, te weten een bed,
-een stoel en een nachtspiegel, welk laatste meubel ik den vorigen avond
-gevreesd had vergeten te zijn. Toen men mij eindelijk, op mijn dringend
-verzoek, eene tafel had doen bezorgen, kon ik niet dan uiterst
-voorzigtig en met alle behoedzaamheid op mijne kamer komen, dewijl men
-er door de volte zich naauwelijks kon omkeeren. Ik bevond er mij echter
-beter naar mijnen zin, dan op de slaapzaal van den vorigen avond, en de
-heer <i>Pot-de-Vin</i> beloofde mij, dat ik er, gedurende mijn
-verblijf, alleen bezitter van zou blijven.</p>
-<p class="par">In afwachting van het ontbijt schreef ik aan <i>mylord
-A....</i>, en zond hem den aanbevelingsbrief, mij voor zijne lordschap
-ter hand gesteld, hem verzoekende, zich voor mij bij <span class=
-"pagenum">[<a id="pb17" href="#pb17" name="pb17">17</a>]</span>het
-<i>alien-office</i> te vervoegen, ten einde mij eenen pas, om mijne
-reize voort te zetten, te doen bezorgen.</p>
-<p class="par">Beneden komende werd ik op eene zeer aangename wijze aan
-de ontbijttafel verrast. Ik vond hier drie mijner landslieden en eene
-dame, welke insgelijks hunne paspoorten, ter vervolging hunner reize
-naar <i>Londen</i>, afwachten; en ik vernam tevens van hen, niet zonder
-bezorgdheid voor mij zelven, dat zij zich reeds sinds acht dagen te
-<i>Douvres</i> bevonden, en tot dusverre nog geene de minste tijding
-van wege het <i>alien-office</i> bekomen hadden.</p>
-<p class="par">Indien ik mij te midden der onbeschaafdste en woestste
-horden van Hottentotten, in de brandendste zandwoestijnen van
-<i>Lybi&euml;</i>, of op de Groenlandsche ijsvelden verdwaald had
-gevonden, zouden mijne ooren nimmer met grooter vermaak de Fransche
-uitspraak hebben opgevangen, dan in dit oogenblik, toen ik deze mijne
-landgenooten in het prachtige logement van mijnheer <i>Pot-de-Vin</i>
-mogt aantreffen. Welhaast hadden wij kennis gemaakt; want het Fransche
-karakter heeft hiertoe juist niet veel tijd noodig, vooral in een
-vreemd land. Ook scheidden wij niet van elkander, zoo lang ik te
-<i>Douvres</i> bleef, en hun gezelschap verminderde merkelijk mijne
-verveling, welke <span class="pagenum">[<a id="pb18" href="#pb18" name=
-"pb18">18</a>]</span>mijn gedwongen oponthoud aldaar mij
-veroorzaakte.</p>
-<p class="par">&bdquo;Mogt ik eenmaal Minister van buitenlandsche zaken
-in <i>Frankrijk</i> worden,<span class="corr" id="xd21e966" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> zeide een van hen; <span class="corr" id=
-"xd21e969" title="Niet in bron">&bdquo;</span>ik verzeker u, ik zou de
-wet der wedervergelding uitoefenen en de Engelschen met gelijke munt
-betalen. Geen hunner zou eenen voet verder dan <i>Parijs</i> mogen
-zetten, zonder eenen behoorlijken borgtogt van een gegoed en
-geloofwaardig Franschman, aldaar woonachtig.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;Dat zou toch een weinigje hard zijn! hernam ik;
-want tegen eenen Franschman, die in <i>Engeland</i> komt, komen wel
-twintig Engelschen in <i>Frankrijk</i>: naar deze berekening zoudt gij
-dus twintig slagtoffers voor &eacute;&eacute;n maken.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Zoudt gij dan niet gelooven, dat het meer
-dan tijd is, dit stroeve, ongastvrije volk te doen gevoelen, dat de
-Franschen hunne eigene waarde weten te schatten, dat zij de pligten van
-beleefd- en welvoegelijkheid, aan vreemde natien verschuldigd, weten te
-berekenen naar die, welke hun aldaar wederkeerig bewezen worden? Ik
-voor mij wenschte, dat ieder Engelschman, die in eene onzer havens
-aanlandde, aldaar <i>quarantaine</i> moest houden, even gelijk de
-koopmansgoederen, welke uit de <i>Levant</i> komen.&rdquo; <span class=
-"pagenum">[<a id="pb19" href="#pb19" name="pb19">19</a>]</span></p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Het is wel te zien, dat gij u te
-<i>Douvres</i> verveelt. Pas maar op, dat de <span class=
-"ex">spleen</span> u niet te na kome.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Maar meent gij dan, dat men zich
-koelbloedig acht dagen lang in deze satansche stad kan zien ophouden,
-als men bij zich zelven nagaat, dat de Engelschen, die in
-<i>Frankrijk</i> komen, geen het minste beletsel ondervinden, dat zij
-meer voorregt genieten dan de inboorlingen zelve, en eindelijk, dat
-ieder zich beijvert, dit zwartgallige menschengeslacht van dienst te
-zijn. En zou men dit alles zoo maar stilzwijgende moeten verduwen? Wat
-hebben zij bij ons te maken? De een komt er uit eene razende modezucht;
-wijl het tot de vereischten van eenen welopgevoeden Engelschman schijnt
-te behooren, dat hij een reisje naar het vaste land gedaan heeft. Een
-ander komt er uit hoofde van bezuiniging; want zich eene <i>maitres</i>
-uit eene der actrices van de <i>Opera</i> of van de <i>Boulevards</i>
-naar welgevallen verkiezende, en overal, zoo in koffijhuizen als in
-logementen, in een woord, op alle plaatsen, waar slechts vermaak en
-pleizier te scheppen is, den gebraden haan spelende, verteren zij nog
-niet de helft der sommen, welke zij in hun waard en dierbaar vaderland,
-als het ware, te grabbel smijten, om onder de zelfverveling
-<span class="pagenum">[<a id="pb20" href="#pb20" name=
-"pb20">20</a>]</span>en den <span class="ex">spleen</span> te
-verkwijnen. Sommigen hunner geven, zoodra zij in hun voortreffelijk
-land zijn teruggekeerd, allerlei ellendige blaauwboekjes in het licht,
-onder den naam van: <i>Een Toertje naar Parijs.&mdash;Eene Reize door
-Frankrijk</i>, of iets dergelijks, en trachten, dusdoende, ten koste
-der waarheid, een volk belagchelijk te maken, welks eenigste misdaad
-is, deze Engelsche snoeshanen al te beleefd en te vriendelijk behandeld
-te hebben. Zie dit werkje slechts eens in, hetwelk ik hier gekocht heb,
-met oogmerk, om mij den tijd te verdrijven. Sla slechts op, welk blad
-gij wilt, het eerste, dat u maar voorkomt; en ik ben zeker, gij zult er
-logen, lastertaal of zoutelooze spotternij vinden.&rdquo;</p>
-<p class="par">Hier gaf mijn landsman mij het boekje in handen; de
-titel was: <i>Bezoek aan <span class="corr" id="xd21e1028" title=
-"Bron: Parijk">Parijs</span> in 1814, of onderzoek naar den zedelijken,
-staatkundigen, geleerden en gezelligen toestand van de hoofdstad der
-Franschen</i>, door <i>John Scott</i>, uitgever van den <i>Kampvechter,
-een staat- en letterkundig dagblad</i>.<a id="xd21e1038" name=
-"xd21e1038"></a></p>
-<div class="blockquote">
-<p class="par first xd21e118">&bdquo;<i lang="la">Quid dignum tanto
-feret hic promissor hiatu?</i>&rdquo;</p>
-<p class="par xd21e118">&bdquo;<i>De titel belooft
-wonderen!</i>&rdquo;</p>
-</div>
-<p class="par"></p>
-<p class="par">zeide ik bij mij zelven, het boekje gedachtenloos
-openende, toen mijn oog op de volgende <span class="pagenum">[<a id=
-"pb21" href="#pb21" name="pb21">21</a>]</span>regels viel, welke ik ook
-letterlijk vertaalde.</p>
-<p class="par">&bdquo;De huwelijksche staat geeft in <i>Frankrijk</i>
-der vrouw eenen zekeren kunstmatigen invloed en vermogen. Dezelve
-verheft haar ver boven al hetgene haar geslacht immer zou kunnen
-wenschen of verwachten; maar het is ook ten koste dezer hartelijke
-overeenstemming, dezer teedere en belanglooze liefde, welke het
-uitsluitend en onderscheidend bewijs eener verbindtenis opleveren, op
-vastere en meer verstandige gronden gesloten, dan de zoo even
-bedoelde.</p>
-<p class="par">&bdquo;Wel is waar, de Fransche vrouw schijnt een aantal
-voorregten te genieten, welke, in den eersten opslag, aanlokkende en
-behagelijk voorkomen, maar die eindelijk uitloopen met haar eene
-levenswijze te doen houden, welke haar door het gevoel van hetgene, wat
-zij zelve aan hare sekse verschuldigd is, hatelijk zou moeten worden,
-indien de mannen slechts de kunst bezaten, haar deze gewaarwordingen in
-te boezemen, en haar voor vermaken en genoegens vatbaar te maken, welke
-haar geenszins onverschillig zouden zijn, zoo zij hare eigene waarde
-gevoelde.</p>
-<p class="par">&bdquo;Het zoo genaamde <i>boudoir</i>, bidkamertje der
-Fransche vrouwen, is uitsluitend de zetel en <span class=
-"pagenum">[<a id="pb22" href="#pb22" name=
-"pb22">22</a>]</span>hoofdplaats van haar gebied, en als het ware een
-eigendom, dat haar-alleen behoort, in &eacute;&eacute;n woord, een
-tempel gewijd aan de weelde en de stilzwijgendheid. Tot dit verblijf
-durft zelfs de echtgenoot niet doordringen: ja, al wist hij ook, dat
-zijne vrouw zich in dit heiligdom met haren minnaar had opgesloten, zou
-hij het geenszins durven wagen, deze vrijplaats door zijne verschijning
-te ontheiligen. Wel te verstaan, dat ik hier de lieden van den
-<span class="ex">goeden</span> smaak bedoel. Een getrouwd man, die zich
-anders gedroeg, zou overal voor eenen lomperd uitgekreten, en het
-algemeene doel der verachting en bijtendste spotternij van beide de
-seksen worden. Het <i>boudoir</i> is dan, zoo als ik reeds heb
-opgemerkt, het prachtigste en sierlijkste vertrek in het geheele huis.
-De kinderkamer is bij aanzienlijke lieden in den afgelegensten hoek van
-de woning aan te treffen; daar het <i>boudoir</i> der moeder
-integendeel prijkt met de heerlijkste standbeelden, de
-voortreffelijkste schilderijen, de welriekendste bloemen, en de
-zachtste, tot wellust noodigende <i>sopha&rsquo;s</i>. In
-&eacute;&eacute;n woord, het <i>boudoir</i> der Fransche vrouwen is een
-verblijf, waar <i>Venus</i> zelve met genoegen zou kunnen verblijven,
-en dat bijzonder schijnt ingerigt, <span class="pagenum">[<a id="pb23"
-href="#pb23" name="pb23">23</a>]</span>om de ziel te openen voor
-gewaarwordingen, welke deze Godin inblaast en begunstigt.<span class=
-"corr" id="xd21e1091" title="Niet in bron">&rdquo;</span></p>
-<p class="par"><span class="corr" id="xd21e1095" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>Zie daar reeds meer dan te
-veel,<span class="corr" id="xd21e1098" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> zeide ik, en smeet het paskwil op de
-tafel. Ik geloof zeker, dat de oordeelkundige mijnheer <i>Scott</i>
-niet veel verder, dan in de Parijsche <i>antichambres</i> is geweest,
-en in zijne <span class="ex">verbeelding</span> onze zalen en
-<i>boudoirs</i> versierd en gebouwd heeft, even als een Spanjaard
-kasteelen in de lucht bouwt, of zoo als de Abb&eacute; <i>Vertot</i>
-ons het verhaal van het beleg van <i>Rhodes</i> heeft opgedischt.
-Intusschen zal mijnheer <i>Scott</i> met al zijne sprookjes mij niet
-doen vergeten, dat het tijd wordt, om mijne goederen van het tolkantoor
-te halen.</p>
-<p class="par">Mijn koffer en reiszak werden geheel en al uitgehaald,
-en alles werd, stukje voor stukje, ten uiterste naauwkeurig gevisiteerd
-en nagezien. Ik had eenige paren, nog weinig gedragene, zijden koussen
-en eenige bijna nieuwe: de komiezen waren op het punt, deze voor goeden
-prijs te verklaren; doch, daar ik hun aantoonde, dat zij reeds ten
-gebruik gediend hadden, ging er dit nog, hoewel niet zonder moeite,
-door: maar nu kwamen er vier ponden versterkende chocolade aan de
-beurt, welke ik <span class="pagenum">[<a id="pb24" href="#pb24" name=
-"pb24">24</a>]</span>uit <i>Parijs</i> had medegenomen. Hierover
-maakten de heeren tolbedienden een geweldig geschreeuw, en alles, wat
-ik ook mogt zeggen, om dezelve te lossen, was vergeefs. Ik bood hun
-aan, den impost en zelfs de volle waarde van de chocolade te betalen;
-ik voegde er zelfs, op eenen eenigzins steekeligen toon bij, dat deze
-chocolade tot mijn bijzonder gebruik vervaardigd, en uit sommige
-ingredienten zamengesteld was, welke voor ieder ander schadelijk zouden
-kunnen zijn; maar ook deze kleine noodlogen baatte mij niets; men
-behield de chocolade, doch beloofde, mij dezelve, bij mijne terugreize
-naar <i>Frankrijk</i>, weder ter hand te zullen stellen. Nu vroeg ik
-een klein schriftelijk bewijs, en het antwoord was: wij zijn niet
-gewoon, dit te geven.</p>
-<p class="par">Om op dit onderwerp niet weer terug te komen, zal ik
-hier, in het voorbijgaan, aanstippen, dat ik meer uit nieuwsgierigheid,
-dan om eenige andere reden, mijne chocolade, bij mijne doorreize naar
-<i>Frankrijk</i>, te <i>Douvres</i> aan het tolkantoor terug vroeg:
-doch men kon ze onmogelijk vinden. Zeker had dezelve geene onsmakelijke
-afwisseling met de thee gemaakt, welke de heeren kommiezen, even als
-andere Engelschen, meestal des morgens in eene ruime mate gebruiken, en
-de vrees, welke ik hun had trachten <span class="pagenum">[<a id="pb25"
-href="#pb25" name="pb25">25</a>]</span>in te boezemen, wegens de
-voorgewende zamenstelling dezer versterkende chocolade, had dezelve
-niet kunnen beschermen: ik vond mij dus, ten profijte der magen van de
-Engelsche tolbedienden, verstoken van eenen lekkeren en aangenamen
-drank, dien ik mij zelven had toegedacht. Deze trek is zeer geschikt
-tot een bijvoegsel van de geschiedenis der Engelsche tolkantoren.</p>
-<p class="par">Den maandag en dingsdag bragt ik door in het bezigtigen
-van <i>Douvres</i> en den omtrek buiten de stad. Ik zou hier voegelijk
-eene beschrijving kunnen geven van de haven, van de straten, van de met
-allerlei kleuren beschilderde huizen, welke veel overeenkomst met een
-Arlequinspak hebben, van de vlakten, heuvels, weilanden en velden,
-welke de stad omgeven, als ook van eenen beek, die zich op eenen
-kleinen afstand rondom de muren kronkelt; maar het schilderen is nimmer
-mijne zaak geweest, en bijaldien de een of ander mijner geachte lezers
-in dit werkje eene schets van schilderachtige gehuchten, wegslepende
-gezigten, of romantische beschrijvingen denkt aan te treffen, kan hij
-gerust, zonder verdere moeite aan te wenden, het boekske ter zijde
-leggen.</p>
-<p class="par">Woensdag morgen kwam de heer <i>Pot-de-Vin</i> mij, met
-eene zegepralende houding, berigten, <span class="pagenum">[<a id=
-"pb26" href="#pb26" name="pb26">26</a>]</span>dat de pas uit
-<i>Londen</i> was aangekomen. Ik zeg hier uitdrukkelijk met eene
-zegenpralende houding; want met welk een genoegen hij ook de reizigers
-tot zijnent ziet inkeeren, met geen minder vermaak, ziet hij dezelve
-weder vertrekken. Dit zal menigeen eenigzins vreemd toeschijnen; dan
-het zal voldoende zijn, te doen opmerken, dat mijnheer
-<i>Pot-de-vin</i> bij uitstek <span class="ex">juist</span> zijne
-berekening weet te maken. Zijn huis is zeer klein, en heeft hij
-werkelijk het plan, van woning te veranderen, om zich voortaan de
-onaangename gewaarwording te besparen, van aan arme reizigers de
-herbergzaamheid te moeten ontzeggen. Ook weet hij door eene langdurige
-ondervinding, dat men voor &eacute;&eacute;nen dag minder acht slaat op
-de vertering in eene herberg, dan wanneer men er, tegen wil en dank,
-eene geheele week, en soms nog langer, moet vertoeven.</p>
-<p class="par">Ik kon reeds dienzelfden avond vertrekken, maar, bij
-verkiezing, geen liefhebber van het nachtreizen zijnde, besloot ik, tot
-donderdag morgen te wachten.</p>
-<p class="par">Eindelijk verscheen die lang gewenschte morgen, en zie
-daar al weder nieuwe zwarigheid! De postwagen was geheel vol, derhalve
-deed men mij het vriendelijke voorstelletje, in den pakkorf boven op
-den postwagen, <span class="pagenum">[<a id="pb27" href="#pb27" name=
-"pb27">27</a>]</span>bij het aldaar reeds plaats genomen hebbende
-gezelschap, dat zelden het aanzienlijkste gedeelte der reizigers
-uitmaakt, mijn verblijf te nemen, hetgeen mij tevens het voordeel zou
-verschaffen, van de frissche opene lucht en een ruim, vrij gezigt te
-genieten. Daar de plaatsen op deze hoogste en ongedekte verdieping,
-slechts half geld zijn, wilde men mij ook edelmoedig de helft van de
-reeds vooruit betaalde penningen terug geven. Dan ik weigerde
-volstandig, in eenige onderhandeling te treden, en drong er op aan, om
-mijne bestelde en reeds voluit betaalde plaats te bezitten; en hier
-moet ik, tot lof van de naauwgezetheid, waarmede de Engelschen hunne
-aangegane verbindtenissen vervullen, ronduit bekennen, dat er voor
-mij-alleen terstond een tweede postwagen werd aangelegd. Wel is waar,
-dat dezelve onder weegs aldra voltallig werd; doch of de postmeester
-dit al of niet vooruit hebbe kunnen gissen, hierover wil ik mij liefst
-niet inlaten.</p>
-<p class="par">Ik nam dus een hartelijk afscheid van mijne drie
-landslieden en van de dame, welke ik te <i>Douvres</i> had
-aangetroffen, in de hoop van hen spoedig te <i>Londen</i> te zullen
-ontmoeten; doch drie dagen later ontving ik eenen brief, waarin zij mij
-berigtten, dat zij ongetroost naar <i>Frankrijk</i> terug moesten
-keeren; wijl zij op geenerlei <span class="pagenum">[<a id="pb28" href=
-"#pb28" name="pb28">28</a>]</span>wijze eenen pas van het
-<i>alien-office</i> hadden kunnen bekomen.</p>
-<p class="par">Het is waar, zij hadden te <i>Londen</i> geene andere
-kennissen dan Franschen, die zich zeker reeds meer dan twintig of
-dertig jaren aldaar met der woon gevestigd hadden en grooten handel
-dreven, maar welker getuigenissen niet konden opwegen tegen den
-borgtogt van &eacute;&eacute;n&rsquo; eenigen koopman in aardappelen of
-zwavelstokken, in <i>Engeland</i> geboren, en eigenaar van het een of
-ander vervallen hutje in eene der voorsteden van <i>Londen</i>, hetwelk
-te <i>Parijs</i>, bij verkoop, geen vijftig <i>Louis d&rsquo;or</i> zou
-opgebragt hebben. <span class="pagenum">[<a id="pb29" href="#pb29"
-name="pb29">29</a>]</span></p>
-</div>
-</div>
-<div id="ch3" class="div1 chapter"><span class="pagenum">[<a href=
-"#xd21e323">Inhoud</a>]</span>
-<div class="divHead">
-<h2 class="label">III.</h2>
-<h2 class="main"><i>Reis naar en aankomst te</i> Londen.</h2>
-</div>
-<div class="divBody">
-<p class="par first">Ik bevond mij dan eindelijk op weg naar
-<i>Londen</i>, en bijna zeker van er spoedig te zullen zijn. Terwijl
-men te <i>Canterburij</i> van paarden verwisselde, had ik den tijd, om,
-met behulp van drie Engelsche schellingen, (want in <i>Engeland</i> is
-het algemeene <i>motto&mdash;niets voor niets</i>!) had ik den tijd,
-zeg ik, om de hoofdkerk van deze stad te bezigtigen, een trotsch en
-prachtig gebouw, waarvan ik niets zal zeggen; wijl iedereen er reeds
-van gesproken heeft.</p>
-<p class="par">Wij hielden het middagmaal te <i>Rochester</i>, eene
-kleine stad, wier naam dien van den beruchten hertog van
-<i>Rochester</i> altijd zal doen herinneren; en des avonds ten acht ure
-deden wij onzen intogt in de hoofdstad der drie rijken.</p>
-<p class="par">De postwagen moest ons afzetten in de herberg <i>de
-Witte Beer</i>, in <i>Piccadilly</i>, waar ook tevens het
-verhuurkantoor werd gehouden van de vaartuigen naar <i>Calais</i>. Ik
-was dus zeer verwonderd, toen ik den voerman op het <span class=
-"pagenum">[<a id="pb30" href="#pb30" name="pb30">30</a>]</span>eerste
-plein, waar eene menigte huurkoetsen stond, zag stil houden, terwijl
-hij ons tevens verzocht, uit te klimmen. Een Engelschman had de
-vriendelijkheid, mij te onderrigten, dat er in <i>den Witten Beer</i>
-noch wagenhuis noch stalling zijnde, de postwagen in eene andere wijk
-stalde, en het postwezen, op zijne kosten, de reizigers met huurkoetsen
-naar de bestemde plaats deed brengen. Ik liet mij dan met mijnen koffer
-en reiszak in eene dezer koetsen pakken, waar ik nog twee Engelschen
-aantrof, die ook in dezelfde wijk en digt bij <i>den Witten Beer</i>
-moesten wezen. Aldaar gekomen en gevraagd hebbende, of men mij konde
-huisvesten, kreeg ik ten antwoord, dat alle kamers, geene uitgezonderd,
-bezet waren. De koetsier vroeg mij dus, naar welk ander logement hij
-mij zoude brengen; dan daar ik geenszins de eer had, van er een eenig
-in de geheele stad te kennen, zeide ik hem, dat hij slechts voor het
-eerste het beste stil moest houden. Wij deden nog twee vergeefsche
-pogingen, en reeds begon ik te vreezen, den eersten nacht van mijne
-aankomst te <i>Londen</i> in eene huurkoets te zullen moeten
-doorbrengen, toen men mij eindelijk in <i>het Keizerlijk Hof van St.
-Petersburg</i>, in de <i>Douversche</i> straat, of (om met het
-Engelsche gebruik, waaraan ik mij in het vervolg zal <span class=
-"pagenum">[<a id="pb31" href="#pb31" name="pb31">31</a>]</span>houden,
-in te stemmen) in <i>Dover-street</i> eene ledige kamer wilde laten
-betrekken.</p>
-<p class="par">Middelerwijl de bedienden mijnen koffer en reiszak in
-huis bragten, vroeg mij de koetsier om geld. Niettegenstaande ik hem
-met alle mogelijke welsprekendheid trachtte te beduiden, dat de voerman
-van den postwagen hem deze koetsvracht moest betaald hebben, hield hij
-hardnekkig het tegendeel staande; en buiten staat, om te bewijzen,
-welke van de gaauwdieven hier den schelm speelde, moest ik hem vier
-goede Engelsche schellingen geven, welke hij, op de allerbeschaafdste
-en beleefdste wijze der wereld, van mij eischte, voor omtrent drie
-kwartier uurs rijdens.</p>
-<p class="par">De vrouw van den huize, eene dikke, vette mokkel, die er
-wel genoeg uitzag, kwam al waggelende, als eene gans, naar mij toe, om
-te vragen, wat er van mijnen dienst was? Met het voornemen, om mij naar
-de Engelsche gewoonten en gebruiken te schikken, vroeg ik om thee.
-Terwijl zij vertrokken was, om die thee voor mij te doen gereed maken,
-hield ik mij bezig met de bezigtiging van het verblijf, hetwelk men mij
-had toegedacht, en waarin ik mij thans geheel alleen bevond. Maar,
-hemel! welk een onderscheid met het uwe, mijn waarde <i>Pot-de-Vin</i>!
-<span class="pagenum">[<a id="pb32" href="#pb32" name=
-"pb32">32</a>]</span></p>
-<p class="par">Het is waar, bij u had ik zoo ten naastenbij slechts
-zeven schellingen daags verteerd, en in het <i>Keizerlijk Hof van St.
-Petersburg</i>.... Dan, laat ik mijn verhaal niet vooruit loopen. Het
-voor mij bestemde verblijf bestond uit eene voorkamer, eene zaal, het
-slaapvertrek en twee kabinetjes, al de kamers, de kabinetjes niet
-uitgezonderd, waren met fraaije tapijten belegd, stoelen, tafels en al
-de meubelen waren van echt mahonijhout, de schoorsteenen alle met
-sierlijk bewerkte metalen armblakers voorzien, verscheidene schoone
-spiegels, het behangsel in het eene vertrek nog vrolijker en
-smaakvoller dan in het andere, overheerlijke kunstplaten in kostbare
-lijsten, en rondom gordijnen, wit als sneeuw en van het fijnste batist,
-een zacht donsen bed, hetwelk bij voorraad reeds eene aangename rust
-scheen te beloven, in &eacute;&eacute;n woord, er ontbrak niets aan dit
-bevallige geheel. Nog naauwelijks had ik al deze heerlijkheden met een
-vlugtig oog beschouwd, of men bragt mij de thee. Twee welgekleede
-bedienden zetten dezelve op een groot en kostbaar theeblad op tafel, en
-het geheele servies bestond uit het fijnste porselein, met vergulde
-randen. De zaal werd verlicht door eenige waskaarsen, op twee fraaije
-koperen vergulde kroonkandelaren, en tevens <span class=
-"pagenum">[<a id="pb33" href="#pb33" name="pb33">33</a>]</span>werd er
-nog een zilveren blaker bij het theegoed gezet, om er mij, bij het naar
-bed gaan, van te kunnen bedienen.</p>
-<p class="par">Eene lieve, aardige meid, die er smakelijk genoeg
-uitzag, en netjes en zindelijk gekleed was, kwam het bed opmaken.</p>
-<p class="par">Ik bemerkte, dat er twee hoofdkussens waren, en vroeg
-haar schertsende, voor wien het tweede bestemd was: zij antwoordde
-mij.... <span class="ex">niets</span>, nam het mede en wenschte mij
-schalkachtig eene aangename nachtrust.</p>
-<p class="par">Niettegenstaande al deze heerlijkheid en luister, kon ik
-echter niet nalaten, met eenige ongerustheid op het einde te denken. Ik
-stelde mij levend voor, dat mijn vertrek uit het <i>Keizerlijk Hof van
-St. Petersburg</i> voorzeker met veel minder aangename omstandigheden,
-dan mijne aankomst, zou gepaard gaan, en daar ik wist, dat men zich te
-<i>Londen</i> zeer gemakkelijk van gemeubeleerde kamers bij de week of
-maand kan voorzien, nam ik bij mij zelven het ernstige besluit, om mij
-reeds den volgenden morgen met zoeken bezig te houden.</p>
-<p class="par">Des vrijdags morgens nogmaals mijn kopje thee genuttigd
-en mij vervolgens gekleed hebbende, besloot ik, bij <i>mylord A...</i>
-een bezoek af te leggen, om hem te bedanken voor <span class=
-"pagenum">[<a id="pb34" href="#pb34" name="pb34">34</a>]</span>de
-aangewende moeite en den spoed, waarmede hij mij mijn paspoort had doen
-toekomen. Ik begaf mij dan ten zijnent en klopte eenmaal en zachtjes
-aan. Na eenen geruimen tijd wachtens, opende een bediende de deur: ik
-vroeg hem zeer bescheiden, of zijn heer zich te huis bevond, doch ik
-begreep zijn antwoord, dat vrij beknopt en kort af was, niet wel, en
-tegelijk sloot hij mij, tamelijk onbeleefd, de deur voor den neus.</p>
-<p class="par">Ik had nog eenen anderen brief bij mij voor eenen
-Franschman, die reeds sinds vijf en twintig jaren te <i>Londen</i>
-gezeten was: het opschrift luidde in de <i>Mary-le-bone-street</i>.</p>
-<p class="par">Ook had ik mij voorzien met eene kaart van de stad
-<i>Londen</i>; maar haar ontbrak eene alphabetische tafel met
-aanwijzingen, hetwelk de Parijsche kaart zoo gemakkelijk maakt, en een
-ieder oogenblikkelijk de straat, welke hij zoekt, kan doen vinden. Na
-lang zoekens, vond ik eindelijk deze straat; zelfs was zij niet ver van
-mijn logement, en digt bij het goude plein, (of liever, om mij van de
-Engelsche benaming te bedienen) <i>Golden-Square</i>. Ik klopte aan het
-huis, welks nommer mij mijn brief opgaf.</p>
-<p class="par">De heer <i>C.....</i> was daar echter in het geheel niet
-bekend; ik kwam dus op het denkbeeld, dat er in <i>Londen</i> misschien
-twee straten van denzelfden <span class="pagenum">[<a id="pb35" href=
-"#pb35" name="pb35">35</a>]</span>naam konden wezen; en een hernieuwd
-zoeken deed mij in de daad eene tweede straat van denzelfden naam, bij
-de <i>Manchester-Square</i>, ontdekken.</p>
-<p class="par">Dan ook deze gang was nogmaals vergeefsch, even als een
-volgende, welke mij in eene derde straat voerde, insgelijks van
-denzelfden naam, digt bij de <i>Portland-place</i>, en niet, dan in
-eene vierde, even zoo genoemde straat, bij de <i>Fitz-Roy-Square</i>,
-had ik het geluk, het bedoelde nommer te vinden, en mijn avontuurlijk
-dolen te eindigen.</p>
-<p class="par">Het is zeer dienstig voor de vreemdelingen, die
-<i>Londen</i> willen bezoeken, te weten, dat tien, twaalf, ja meer
-straten somtijds denzelfden naam voeren, en dat men haar alleen
-onderscheid door den naam van het naastbij gelegen plein. Indien ik
-gevraagd hadde naar de <i>Mary-le-bone-street</i>, bij
-<i>Fitz-Roy-Square</i>, zoude ik terstond te regt zijn geweest.</p>
-<p class="par">Nooit had ik den heer <i>C....</i> gezien, ook mijn naam
-was hem onbekend, en echter ontving hij mij met eene hartelijkheid, als
-of ik een zijner oudste en beste vrienden was. Hij bood mij terstond
-aan, mij bij mijne wandelingen te verzellen, en al het merkwaardige van
-de stad <i>Londen</i> te doen zien.</p>
-<p class="par">&bdquo;Dit zal spoedig gedaan zijn!&rdquo; voegde hij
-<span class="pagenum">[<a id="pb36" href="#pb36" name=
-"pb36">36</a>]</span>er lagchende bij, ten gelijken tijde met mij
-vertrekkende, om mij behulpzaam te zijn in het zoeken naar een
-gemeubeleerd verblijf; en, dank zijner moeite en vriendelijkheid!
-eindelijk vonden wij ook in <i>Portland-street</i> eene lieve, kleine
-en zeer zindelijk gemeubeleerde woning, voor eene guinie in de week,
-bestaande uit eene slaapkamer en een zaaltje, welke ik reeds den
-volgenden morgen zou betrekken.</p>
-<p class="par">Ik had mijnen nieuwen vriend de onheusche bejegening en
-slechte ontvangst aan de deur van <i>mylord A...</i> medegedeeld.
-<span class="corr" id="xd21e1375" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>Dat is onbegrijpelijk!<span class="corr"
-id="xd21e1378" title="Niet in bron">&rdquo;</span> zeide hij,
-<span class="corr" id="xd21e1381" title="Niet in bron">&bdquo;</span>ik
-ken hem niet; maar men houdt hem in het algemeen voor een zeer beleefd
-man, en gevolgelijk moesten zijne bedienden ook geene lomperds zijn:
-komaan, laat ons zamen het bezoek eens hervatten.<span class="corr" id=
-"xd21e1384" title="Niet in bron">&rdquo;</span></p>
-<p class="par">Bij <i>mylord A...</i> gekomen, klopte hij met herhaalde
-slagen met zulk een geweld op de deur, als of hij dezelve wilde doen
-springen.</p>
-<p class="par">&bdquo;Waar denkt gij aan, mijn vriend?&rdquo; zeide ik.
-&bdquo;Waarom zoo vreesselijk hard te kloppen?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;En hoe hebt gij dan geklopt?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Slechts eenmaal, en wel zeer
-zachtjes.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Ha, ha! nu begrijp ik het!&rdquo; zeide
-hij, en op hetzelfde oogenblik opende de knecht, <span class=
-"pagenum">[<a id="pb37" href="#pb37" name="pb37">37</a>]</span>dien ik
-te voren reeds gezien had, met de grootste haast de deur, en bragt ons
-zeer vriendelijk in eene kleine kamer in den gang, welke bij de
-Engelschen <i>het spreekvertrek</i> wordt genoemd, en waar hij ons, op
-de beleefdste wijze der wereld, te kennen gaf, dat zijn meester zich
-sinds twee maanden buiten bevond, en niet voor het einde van
-<i>Januarij</i> in de stad zou komen. Het bleek dus duidelijk, dat hij
-geen den minsten stap tot eenen pas, ten mijnen behoeve, had kunnen
-aanwenden. Zijn naam-alleen heeft zonder twijfel denzelfden invloed op
-de kommiezen van het <i lang="en">alien-office</i> gehad, als het
-<i lang="it">il Bondocani</i>, in den <i>Calif van Bagdad</i>: de reden
-daarvan was mij onbekend, ook zocht ik geenszins dezelve uit te
-vorschen.</p>
-<p class="par">Bij het uitgaan betuigde ik mijnen vriend <i>C...</i>
-mijne verwondering over het verschillend onthaal van den knecht, met
-dat, hetwelk mij, een weinig vroeger, te beurt was gevallen.</p>
-<p class="par">&bdquo;Uwe onkunde van de Engelsche
-manieren,<span class="corr" id="xd21e1426" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> zeide hij, <span class="corr" id=
-"xd21e1429" title="Niet in bron">&bdquo;</span>is er de oorzaak van.
-Hadt gij, even als ik, aangeklopt, dan zou men u ook op dezelfde wijze
-ontvangen hebben. De trap van achting, den aankomenden verschuldigd,
-meet zich hier af naar de wijze, op welke hij de deur behandelt. Een
-bediende, een boodschapper, een werkman, in &eacute;&eacute;n woord,
-ieder ondergeschikt <span class="pagenum">[<a id="pb38" href="#pb38"
-name="pb38">38</a>]</span>wezen klopt slechts eenmaal aan. Wordt er
-tweemaal geklopt, dan beteekent het, dat er de brievenbestelder is.
-Eindelijk, hoe harder en vaker men klopt, voor des te gewigtiger en
-aanzienlijker wordt het bezoek gehouden.</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Inderdaad, dit is grappig genoeg! doch ik
-zal deze les wel in het geheugen prenten, en ongelukkig de deuren, die
-onder mijne handen vallen, zoo zij niet hecht en sterk zijn!&mdash;Maar
-welk een zonderling begrip van <i>mylord A....</i>, het ongunstigste
-jaargetijde buiten door te brengen!&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Ook al de mode van dit land! Zelden gaat
-men vroeger naar buiten, dan in het begin van <i>September</i>, en men
-komt niet voor het laatste van <i>Januarij</i> terug. Niemand der
-grooten is thans in de stad. Lieden van smaak zouden er zich, zonder
-blozen, niet durven vertoonen, en zij, die zelve geen buitengoed
-bezitten, noch vrienden, waar zij kunnen logeeren, hebben, houden zich
-met de grootste omzigtigheid schuil, om niet gezien te worden, of te
-doen vermoeden, dat zij in de stad zijn.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Ziedaar waarlijk nog eene zeldzaamheid!
-Maar waarom toch maakt men van het schoone saizoen geen gebruik, om op
-het land te wonen?&rdquo; <span class="pagenum">[<a id="pb39" href=
-"#pb39" name="pb39">39</a>]</span></p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Waarom, waarom? Gij zijt een Franschman,
-en vraagt mij de reden, daar ik u reeds gezegd heb, dat het de
-<span class="ex">mode</span> is! Zouden in <i>Parijs</i> uwe
-saletjonkers en de zoo genaamde <i>elegante</i> vrouwen niet de
-koddigste en belagchelijkste kapsels dragen; indien de mode het slechts
-voorschreef? Bovendien is dit gebruik geenszins zonder eenigen grond
-aangenomen. Vooreerst zijn de Engelschen algemeen hartstogtelijke
-liefhebbers van de jagt, die in <i>September</i> eerst geopend wordt.
-Ten tweede duren de zittingen van het Parlement dikwijls tot in de
-maand <i>Augustus</i>; lieden van eenige beteekenis kunnen de hoofdstad
-niet wel voor derzelver sluiting verlaten, en dezen geven, zoo hier als
-elders, den toon aan het algemeen. Ten derde eindelijk wordt het
-verjaringsfeest der koningin, den achttienden <i>Januarij</i> gevierd:
-op dit tijdstip moet men ten hove verschijnen, en hierdoor wordt
-voornamelijk de terugkomst bepaald.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Jammer, dat gij geen advokaat zijt! Het is
-onmogelijk, eene kwade zaak beter te bepleiten.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Dat daar gelaten! welke plannen hebt gij
-voor heden? Wilt gij mijn gast zijn en kennis maken met den kok, bij
-wien ik gewoonlijk ga eten? Ik ben ongetrouwd en eet nooit ten
-mijnent.&rdquo; <span class="pagenum">[<a id="pb40" href="#pb40" name=
-"pb40">40</a>]</span></p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Hartelijk dank! Ik heb in het
-<i>Keizerlijk Hof van St. Petersburg</i> mijn middagmaal besteld, en
-wil dus, bij mijnen eersten intogt in <i>Londen</i>, den heeren
-Engelschen geene stof geven, om de Fransche ligtzinnigheid te gispen;
-maar morgen, zoo gij tevreden zijt, ben ik tot uwen dienst, en dan zijn
-wij onscheidbaar.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Van harte!&mdash;Morgen is het voor u
-verhuisdag, en dat vordert eenigen tijd. Ik ben dus te elf ure bij u,
-en dan zullen wij onze wandeling hervatten.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Derhalve tot morgen!&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Zonder vaarwel!&rdquo; <span class=
-"pagenum">[<a id="pb41" href="#pb41" name="pb41">41</a>]</span></p>
-</div>
-</div>
-<div id="ch4" class="div1 chapter"><span class="pagenum">[<a href=
-"#xd21e334">Inhoud</a>]</span>
-<div class="divHead">
-<h2 class="label">IV.</h2>
-<h2 class="main">Het Keizerlijk Hof van <i>St. Petersburg</i>.</h2>
-</div>
-<div class="divBody">
-<p class="par first">Zonder twijfel denkt de lezer, dat, na drie
-vervelende dagen wachtens te <i>Douvres</i>, op mijnen mij van
-<i>Londen</i> toegezonden pas, mij niets meer kon in den weg komen, om
-stil en gerust in de hoofdstad te vertoeven. Dit was ook mijne meening;
-dan helaas! ik had de rekening buiten den waard gemaakt. Men zeide mij,
-bij het overgeven van dien pas, dat hij mij nergens anders toe kon
-dienen, dan om van <i>Douvres</i> naar <i>Londen</i> te vertrekken, en
-dat ik hem, bij mijne aankomst in de hoofdstad, moest gaan verwisselen
-aan het <i>alien-office</i> tegen een <i>permis</i>, om mij in
-<i>Engeland</i> op te houden.</p>
-<p class="par">Na het afscheid nemen van mijnen vriend <i>C...</i>,
-besloot ik derhalve, oogenblikkelijk dezen verdrietigen gang te doen,
-en begaf mij naar het kantoor van het <i>alien-office</i>, in de
-<i>Crow&rsquo;n-street, Westminster</i>, eene van de kleinste en
-morsigste straten in geheel <i>Londen</i>. Daar moest ik, even als te
-<i>Douvres</i>, niet alleen weder op nieuw een naauwkeurig verhoor
-ondergaan, <span class="pagenum">[<a id="pb42" href="#pb42" name=
-"pb42">42</a>]</span>maar ook mijne verklaring plegtig onderteekenen.
-Nu meende ik, zou men mij een verlof, om in <i>Engeland</i> te
-vertoeven, ter hand stellen&mdash;geenszins! Men behield al mijne
-papieren en bescheidde mij over acht dagen. Om mijne lezers echter niet
-te doen deelen in het verdriet, hetwelk mij al deze formaliteiten
-veroorzaakten, zal ik slechts met korte woorden zeggen, dat, toen ik op
-den bestemden tijd terugkwam, mijne papieren niet meer te vinden waren.
-Langer dan een uur zocht men vruchteloos naar dezelve. Eindelijk
-ontdekte ik ze op den lessenaar van den klerk, aan wien ik ze had ter
-hand gesteld, en waar zij, gedurende al dien tijd, onaangeroerd gelegen
-hadden. Binnen vijf minuten was mijne zaak afgehandeld, hetgeen mij
-klaar deed zien, dat men, bij mijne eerste komst, indien men slechts
-gewild hadde, even hetzelfde zou hebben kunnen doen. Maar ongetwijfeld
-hechtte acht dagen wachtens meer gewigts aan eene gunst, en bovenal aan
-hem, die het werktuig is, om dezelve te doen verkrijgen. Hoe het ook
-zij, mijn <i>permis</i> vergunde mij in het lange en breede, door
-geheel <i>Engeland</i> te trekken, mids ik mij slechts op den
-achtenswaardigen afstand van tien mijlen van de kust en van des konings
-bosschen verwijderd hield, en zorg droeg, telkens, <span class=
-"pagenum">[<a id="pb43" href="#pb43" name="pb43">43</a>]</span>als ik
-van woonplaats veranderde, mijne opgave aan het <i>alien-office</i> te
-doen.</p>
-<p class="par">Middelerwijl men mijne verklaring in orde bragt, kreeg
-ongelukkig een der klerken, die zag, dat ik als kennis van <i>mylord
-A....</i> was aangegeven, zeker bij toeval, zoo als ik vertrouw, het in
-zijn hoofd, mij duizend vragen naar zijne gezondheid, zijne familie,
-zijnen ouderdom, zijne reizen en honderd andere omstandigheden te doen,
-hetwelk mij in geene geringe verlegenheid bragt.</p>
-<p class="par">Meermaals had ik dergelijke tooneelen in komedien
-gelezen, maar had thans geenen lust om dezelve te herhalen. Om derhalve
-goedschiks weg te komen, zeide ik hem, dat ik, nimmer te voren in
-<i>Londen</i> geweest zijnde, <i>mylord</i> niet anders dan door
-briefwisseling kende, en op deze wijze ontsloeg ik mij van zijn
-pijnigend vragen. Nu kon ik dan eindelijk gerust gaan middagmalen,
-hetgeen mijne maag ook hoog noodig had, in welke ik eene sterke
-prikkeling gevoelde; want het was bijna zes ure.</p>
-<p class="par">Dikwijls heb ik vreemdelingen, ja zelfs onze
-landgenooten hevige klagten hooren doen, dat door geheel
-<i>Frankrijk</i> in de logementen meestal de schaar uithangt; dat men
-er vreesselijk medegenomen, ja zelfs gevild wordt: maar mijn hemel! het
-villen, hoe pijnlijk dan ook, kost <span class="pagenum">[<a id="pb44"
-href="#pb44" name="pb44">44</a>]</span>slechts de huid, doch in het
-<span class="ex">edelmoedige</span> <i>Engeland</i> legt men u op de
-folterbank, en knijpt u met gloeijende tangen het vleesch van het
-gebeente. Deze zelfde wijze van martelen heeft in alle voorname
-logementen van <i>Londen</i> plaats; maar het <i>Keizerlijk Hof van St.
-Petersburg</i> spant boven allen de kroon, en mag niet slechts met
-drie, maar wel met vijf en twintig kruisjes geteekend worden; ja de
-plunderziekste kastelein van geheel <i>Frankrijk</i> (of liever moest
-ik zeggen, de grootste beurzensnijder) kan daar nog met vrucht een
-lesje nemen.</p>
-<p class="par">Bij mijne tehuiskomst kwam een groote, dikke keukenvorst
-mij aankondigen, wat er te eten was: ik had eene ruime keuze, en
-eischte eene moot verschen zalm en een <i>beef-steakes</i> (dit woord
-is door geheel <i>Frankrijk</i> bekend, en moet uitgesproken worden
-<i>bif-steks</i>). Het zou onwelvoegelijk geschenen hebben, in het
-<i>Keizerlijk Hof van St. Petersburg</i> bier over den maaltijd te
-gebruiken: ik nam dus eene halve flesch Port-wijn, waaronder ik mij
-bezig hield met een stukje lekkere Hollandsche kaas te peuzelen.</p>
-<p class="par">Ik vraag mijnen waarden lezers vergiffenis, dat ik hen
-met deze beuzelarijen bezig houd, doch mij dunkt, dat dezelve hier niet
-ten onpas komen; want, indien ik ook eene tafel voor twintig
-<span class="pagenum">[<a id="pb45" href="#pb45" name=
-"pb45">45</a>]</span>personen hadde doen aanrigten, zou men mij
-gevoegelijk niet meer in rekening kunnen gebragt hebben. Ook moet ik
-mijnen lezers hier niet verzwijgen, dat ik den volgenden morgen voor
-mijn vertrek, nogmaals mijn Engelsch ontbijt, te weten, mijn kopje
-thee, nuttigde. Derhalve had ik in het <i>Keizerlijk Hof van St.
-Petersburg</i>, te <i>Londen</i>, in <i>Engeland</i>,
-&eacute;&eacute;ns het middagmaal gehouden, twee nachten geslapen, en
-driemaal een prachtig kopje thee gebruikt. Nu gaf ik te kennen, dat ik
-dit aangename verblijf vaarwel wilde zeggen, en verzocht dus, te weten,
-wat ik verteerd had, of, om mij van den Engelschen term te bedienen, ik
-eischte <i>mij bill</i>. Welnu, mijne lezers! duimpje op! hoe hoog
-schat gij mijne vertering?&mdash;Ik had van donderdag avond negen ure,
-tot zaturdag morgen, insgelijks bij klokslag van negen, mijn verblijf
-in het <i>Keizerlijk Hof van St. Petersburg</i> gehouden, hetgeen, wel
-uitgecijferd, juist zes en dertig uren maakt. Nu frisch uit de borst!
-wat raadt gij?&mdash;twee dukaten?...&mdash;vier dukaten?...&mdash;zes
-dukaten?&mdash;mis geraden! ver mis!&mdash;mijne rekening beliep vijf
-pond, vijf schellingen en zes pences, en derhalve, in goed Fransch
-geld, honderd zes en twintig livres en twaalf stuivers. Nimmer echter
-zal ik ontkennen, <span class="pagenum">[<a id="pb46" href="#pb46"
-name="pb46">46</a>]</span>dat die rekening een klein meesterstuk was:
-niets was er op vergeten; ik herinner mij zelfs een postje van zes
-pences, of twaalf stuivers Fransch, voor pen en inkt, welke ik gebruikt
-had, om mijnen naam op een visitekaartje te schrijven.</p>
-<p class="par">Is het wel noodig, hier nog bij te voegen, dat de
-knecht, welke mij, gedurende mijn verblijf, bediend had, mij, bij mijn
-vertrek, hartelijk vaarwel zeide?&mdash;dat de lieve aardige meid,
-welke donderdag avond een mijner kussens had medegenomen, zonder het
-vrijdags terug te brengen, mij, op de eerbiedigste en beleefdste wijze,
-hare opwachting kwam maken? en eindelijk, dat een andere knecht, die
-eene huurkoets voor mijne overvoering naar mijn nieuw verblijf besteld
-en mijn verhuisboel daarin gepakt had, mij het portier opende met eene
-zekere manier, den Engelschen bedienden zoo eigen, dat ik, zonder een
-woord sprekens, zijne meening ten duidelijkste begreep? In
-&eacute;&eacute;n woord, dit afscheid, deze eerbewijzen, deze
-gedienstig- en oplettendheden ontlastten mij nogmaals van vijf goede
-Engelsche schellingen; doch, om der waarheid niet te kort te doen, moet
-ik ronduit verklaren, dat de laatste schelling veel minder in dit
-eerbetoon deelde, dan zijne vier medgezellen. <span class=
-"pagenum">[<a id="pb47" href="#pb47" name="pb47">47</a>]</span></p>
-<p class="par">Ziedaar mij dan eindelijk in het rijtuig, dat mij van
-dit verwenschte <i>Keizerlijk Hof</i> verwijderde, terwijl ik bij mij
-zelven eenen duren eed zwoer, om nooit van mijn leven er eenen voet
-weder in te zetten. Onder het rijden (de geleerdheid is toch eene
-heerlijke zaak!) herinnerde ik mij gedurig den wijzen <i>Cato</i>.
-Telkens, wanneer hij zich in den raad te <i>Rome</i> liet hooren, wat
-dan ook het onderwerp mogte zijn, waarover gehandeld werd, sloot hij
-met deze woorden. &bdquo;Dit is mijn gevoelen, en dat <i>Carthago</i>
-verdelgd moet worden!&rdquo;</p>
-<p class="par">En zoo zal ik ook, indien immer een mijner landgenooten,
-naar <i>Londen</i> willende gaan, mij onderrigting komt vragen van
-hetgeen hij daar te doen of te laten heeft, hem, met het grootste
-vermaak der wereld, mijne ondervindingen en opmerkingen, welke ik daar
-gemaakt heb, mededeelen; maar ik zal altijd eindigen met de woorden:
-&bdquo;ende en neemt uwen intrek niet in het <i>Keizerlijk Hof van St.
-Petersburg</i>!&rdquo; <span class="pagenum">[<a id="pb48" href="#pb48"
-name="pb48">48</a>]</span></p>
-</div>
-</div>
-<div id="ch5" class="div1 chapter"><span class="pagenum">[<a href=
-"#xd21e345">Inhoud</a>]</span>
-<div class="divHead">
-<h2 class="label">V.</h2>
-<h2 class="main"><i>De begrafenis.</i></h2>
-</div>
-<div class="divBody">
-<p class="par first">Mijn nieuwe vriend, de heer <i>C...</i>, hield
-getrouw woord: met den klokslag van elven was hij reeds bij mij.</p>
-<p class="par">&bdquo;Wat beschouwt gij daar zoo ernstig?&rdquo; zeide
-hij, ziende, dat ik mijne oogen stijf op het schuifraam gevestigd
-hield.</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Ziet gij dan niet vlak over mijne
-vensters,<span class="corr" id="xd21e1672" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> hernam ik, <span class="corr" id=
-"xd21e1675" title="Niet in bron">&bdquo;</span>die twee mannen met
-hunne zwarte tabbaarden, even als onze Fransche dorpkosters, die ieder
-eenen grooten, met zwart laken bekleeden stok in de hand hebben,
-waarvan de knop veel overeenkomst met de kolf van een geweer heeft, die
-de armen gekruist, de oogen stijf op den grond gevestigd houden, en die
-geene de minste beweging maken, in &eacute;&eacute;n woord, die veel op
-onze standbeelden in de tuinen gelijken, en gevoegelijk tot
-vogelverschrikkers zouden kunnen gebezigd worden, om de vruchtboomen
-tegen den snoeplust van het gevleugelde volkje te beveiligen? Zij staan
-daar reeds zoo lang, als ik mij hier bevind, en schijnen wel aan den
-grond genageld.&rdquo; <span class="pagenum">[<a id="pb49" href="#pb49"
-name="pb49">49</a>]</span></p>
-<p class="par">&bdquo;&mdash;Er is een lijk in dat huis, en men gaat
-het begraven: die twee mannen zijn aansprekers of
-doodbidders.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;&mdash;Zullen wij dan deze plegtigheid nog voor
-ons vertrek kunnen zien?&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;&mdash;De staatsie zal juist niet prachtig zijn.
-Ik heb de overledene eenigzins gekend: zij was eene oude vrijster van
-eene goede familie, die slechts zijdelingsche erfgenamen en verre
-bloedverwanten achterlaat, en dezen zullen denkelijk geene groote
-kosten voor hare begrafenis willen maken. De proef op de som, dat zij
-weinig achting voor hare nagedachtenis hebben, blijkt duidelijk
-daaruit, dat men haar nu reeds laat begraven, niettegenstaande het
-slechts,&mdash;ja, laat eens zien! slechts acht dagen zijn, dat zij
-overleden is.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;&mdash;En gij zegt <i>slechts</i>? Mijn Hemel!
-voor zes dagen had men haar al onder de aarde moeten
-bezorgen.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;&mdash;Geenszins, lieve vriend! in
-<i>Engeland</i> begraaft men de dooden niet eerder, dan tien, twaalf,
-ja somtijds vijftien dagen na hun overlijden, ten minste nooit vroeger,
-dan na verloop van eene volle week.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;&mdash;Lieve hemel! op zulk eene wijze doet men
-den dooden eene eer aan ten koste van <span class="pagenum">[<a id=
-"pb50" href="#pb50" name="pb50">50</a>]</span>de levenden! De goede God
-verleene al den inwoners van dit huis eenen blakenden welstand, ten
-minste zoo lang als ik er zal blijven wonen!&mdash;Buiten twijfel zult
-gij mij, op mijne aanmerking tegen dit barbaarsche gebruik, nogmaals
-toevoegen: <i>het is de mode</i>?&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;&mdash;Juist, en wanneer men dit gezegd heeft,
-houdt alles op: hiertegen is immers niets in te brengen! Echter zoude
-ik nog kunnen aanmerken, dat deze gewoonte haren oorsprong verschuldigd
-is aan de vrees, om niet levend begraven te worden, en dat de
-overblijvenden meenen, op geene betere wijze hunne liefde en
-verkleefdheid aan den overledene te kunnen betoonen, dan door, zoo lang
-mogelijk, de eeuwige scheiding te vertragen.<span class="corr" id=
-"xd21e1705" title="Niet in bron">&rdquo;</span></p>
-<p class="par">&bdquo;&mdash;Bravo! Ik zie klaar, dat de Engelsche
-gebruiken in uwen persoon steeds eenen ijverigen verdediger
-vinden.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;&mdash;Neen, geen&rsquo; verdediger; maar sinds
-vijf en twintig jaren, dat ik dit land bewoon... Doch zie, zie eens! de
-optogt begint!<span class="corr" id="xd21e1712" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span></p>
-<p class="par">Ten spoedigste hernam ik mijne plaats aan het venster.
-De twee zwarte standbeelden hadden zich eindelijk in beweging gesteld
-en stonden nu naast elkander, om den optogt te openen. Een derde, even
-eens gekleed en uitgedost, had <span class="pagenum">[<a id="pb51"
-href="#pb51" name="pb51">51</a>]</span>op zijn hoofd eene soort van
-beschuitmandje, eenigzins langwerpig, ten naastenbij drie voet lang en
-achttien duim breed, geheel met zwart laken bekleed, en met twaalf
-witte rozen versierd, ter eere van den maagdelijken staat der
-overledene, welken zij, sinds vijf en zeventig jaren, ongeschonden
-(<i lang="la">incredibile dictu!</i>) bewaard had.&mdash;Bij deze
-gelegenheid kwamen mij de witte pluimen, waarmede men de muilezels in
-<i>Spanje</i> optooit, onwillekeurig voor den geest.&mdash;In dit
-zonderlinge kostuum plaatste de manddrager zich achter de twee
-standbeelden, en bleef, even als zij, beweegloos, tot dat het geheele
-geleide in behoorlijke orde was gerangschikt.</p>
-<p class="par">Nu droeg men de doodkist naar buiten: zij was met geen
-doodkleed behangen, zonder twijfel, dewijl men derzelver fraaiheid door
-de geheele buurt wilde doen bewonderen. Ook scheen zij mij zeer hecht
-en sterk, en veel langer en breeder, dan onze doodkisten, hetgeen ook
-ligtelijk te begrijpen is, wanneer men weet, zoo als ik naderhand
-vernomen heb, dat de lijken in <i>Engeland</i> geenszins, als bij ons,
-stijf in een laken, het <i>doodlaken</i> genaamd, gewikkeld, maar los
-en vrij in de kist gelegd worden, waar men hun eene soort van kussen
-onder het hoofd plaatst, ten einde gemakkelijk <span class=
-"pagenum">[<a id="pb52" href="#pb52" name="pb52">52</a>]</span>en
-ongehinderd te rusten. De kist was geheel zwart, sterk gevernist en
-rondom met kleine spijkertjes met vergulde knopjes beslagen, zoo ten
-naastenbij als onze nieuwerwetsche stoelen: ook waren de wapens van de
-oude vrijster, die van eene adelijke familie was, keurig geschilderd en
-verguld, er niet op vergeten. Nu bedekte men de kist met een zwart
-fluweelen doodkleed, met witte franjes, en zij werd opgenomen door vier
-dragers, die eenigzins anders gemanteld waren, dan de drie vorigen; ook
-scheen de kleur dier mantels in vorige tijden tot de <span class=
-"ex">zwarte</span> behoord te hebben, doch thans was het, zonder
-twijfel door het tijdverloop van eenige jaren, moeijelijk te bepalen,
-of zij onder de roode of grijze moest gerangschikt worden. Om dus, vrij
-van alle dwaling, met zekerheid te werk te gaan, daar ik met opzet
-niemand, zelfs niet eens eenen Engelschen rouwmantel, wil beleedigen,
-bestempelde ik ze bij mij zelven met den naam van&mdash;<span class=
-"ex">vaal</span>.</p>
-<p class="par">Vervolgens de bloedverwanten of vrienden der overledene
-de monstering doende passeren; telde ik achtien stuks, in diepen rouw
-en met groote neerhangende hoeden, of zoogenaamde huilebalken, twee en
-twee de doodbaar volgende, en allen, zoo mannen als vrouwen, in een
-zwart hulsel gewikkeld van het zelfde <span class="pagenum">[<a id=
-"pb53" href="#pb53" name="pb53">53</a>]</span>maaksel, als de
-<i>domino&rsquo;s</i>, waarmede men in <i>Frankrijk</i> op de
-gemaskerde <i>bals</i> verschijnt. Ook hadden allen wit leeren
-handschoenen aan, en waren van groote zakdoeken voorzien, waarmede zij,
-van tijd tot tijd, aan hunne oogen wreven, om de tranen af te droogen,
-die voornemens mogten zijn, huns ondanks, los te breken.</p>
-<p class="par">&bdquo;Ik wenschte, dit schouwspel wel ten einde te
-zien;<span class="corr" id="xd21e1756" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> zeide ik tegen mijnen vriend.
-<span class="corr" id="xd21e1759" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>Kunnen wij den trein niet
-volgen?&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;O ja, waarom niet!&rdquo; gaf hij mij ten
-antwoord; <span class="corr" id="xd21e1764" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>kom aan, laat ons dan
-vertrekken!&rdquo;</p>
-<p class="par">Met deze woorden begaven wij ons op weg en volgden den
-optogt tot aan de kerk. De predikant deed een zielroerend gebed,
-vervolgens nam men het lijk weder op en droeg het, door den geheelen
-trein gevolgd, grafwaarts, waar nogmaals veel treffender en langer voor
-de zalig ontslapene moest gebeden worden. Ook dezen gang wilde ik mede
-doen; doch wij werden door eene vreesselijke regenbui overvallen, welke
-echter den trein geenszins verhinderde, zijnen marsch te vervolgen, en
-dat wel met ongedekten hoofde, hetgeen hier eene <i lang="la">conditio
-sine qua non</i> is. Wat ons betrof, die niet gehouden waren, deze
-plegtigheid ten einde toe bij te wonen, wij troffen, bij geluk,
-<span class="pagenum">[<a id="pb54" href="#pb54" name=
-"pb54">54</a>]</span>eene huurkoets aan, waarin wij onze schuilplaats
-namen.</p>
-<p class="par">Onder weg verhaalde mij mijn vriend, dat men, na het
-begraven van het lijk, in dezelfde orde naar het huis van de overledene
-terugkeert, alwaar het testament, zoo er namelijk een bestaat, dadelijk
-moet voorgelezen worden, en dat eindelijk de geheele historie met eenen
-smakelijken maaltijd wordt besloten, waarvan somwijlen eenigen der
-bloedverwanten, door wijn en bier bedwelmd, voor dood naar huis worden
-gebragt, doch gemeenlijk den anderen morgen zeer welvarende (eene
-geringe hoofdpijn uitgezonderd) ontwaken.</p>
-<p class="par">Verder zeide mij de heer <i>C...</i>, dat, wanneer er
-eene prachtige uitvaart plaats heeft, de kist in eene, met zes paarden
-bespannen, koets grafwaarts wordt gevoerd, en dat alle tot de
-plegtigheid genoodigde personen in dat geval hunne koetsen zenden, zoo
-dat men, bij de begrafenis van eene voorname personaadje, dikwijls
-eenen trein van twintig of dertig ledige koetsen kan aantreffen.</p>
-<p class="par">Den volgenden morgen zag ik aan het huis van mijne
-overledene buurvrijster onder de vensters dat gedeelte, hetwelk zij
-bewoond had, het wapenschild op eenen zwarten grond gespijkerd, met het
-opschrift: <i>Resurgam!</i>&mdash;<span class="pagenum">[<a id="pb55"
-href="#pb55" name="pb55">55</a>]</span><i>Ik zal weder
-opstaan!</i>&mdash;Zulk een schild wordt niet weggenomen, voor dat de
-volle rouw geeindigd is.</p>
-<p class="par">Dit gebruik neemt men hier zeer zorgvuldig in acht met
-betrekking tot al degenen, die wapens voeren; en daar het opschrift
-naar welgevallen kan verkozen worden, vindt men bij de lijkbezorgers
-steeds eenen ruimen voorraad van deze spreuken, waaruit men zijne
-gading kan zoeken, even als uit de staalkaart van eenen lakenkooper,
-welke de kleermaker medebrengt, als hij de maat van een nieuw kleed
-komt nemen. <span class="pagenum">[<a id="pb56" href="#pb56" name=
-"pb56">56</a>]</span></p>
-</div>
-</div>
-<div id="ch6" class="div1 chapter"><span class="pagenum">[<a href=
-"#xd21e354">Inhoud</a>]</span>
-<div class="divHead">
-<h2 class="label">VI.</h2>
-<h2 class="main"><i>Hier houdt men opene tafel!</i></h2>
-</div>
-<div class="divBody">
-<p class="par first">Wij stapten uit de koets ter plaatse, waar mijn
-vriend <i>C...</i> gewoonlijk zijne graage maag onthaalde, en deze
-maagversterkende woning werd in de Engelsche taal <i>Chop-house</i>
-genoemd. Maar, hoe nu dit woord in onze taal over te brengen?&mdash;Zal
-ik zeggen, wij stapten af bij den <i>kok</i>?&mdash;Neen; deze
-uitdrukking is te grootsch, en voldoet geenszins aan het
-bedoelde.&mdash;Zal ik dan het woord <i>herberg</i> bezigen? Neen; deze
-beduiding is wederom te gering: ook is het in den eigenlijken zin geene
-herberg; dewijl men er wel kan eten, maar geen nachtverblijf houden.
-Willen wij het <i>gaarkeuken</i> noemen?&mdash;ja, dit heeft er wel zoo
-iets van, maar het is zoo gaarkeukenachtig, en bevalt mij ook niet ten
-volle.&mdash;Hier dunkt mij, den driftig gebakerden lezer te hooren
-uitroepen: noem het, zoo als gij wilt, en vervolg slechts! Geduld,
-lieve vrienden; geduld! ik zal trachten, u genoegen te geven, en mij
-door eene kleine omschrijving uit deze <span class="pagenum">[<a id=
-"pb57" href="#pb57" name="pb57">57</a>]</span>verlegenheid te redden.
-Ik neem dus de vrijheid, om een uithangbord voor het, ter voeding en
-verkwikking geschikte, huis op te hangen, met de volgende, voor ieder
-eerlijk christenmensch verstaanbare, woorden:&mdash;<i>Hier houdt men
-opene tafel!</i>&mdash;Ha! Nu geloof ik, zijn wij er zoo ten naasten
-bij, en indien dit opschrift den ge&euml;erden lezer al geen volledig
-denkbeeld kunne geven, dan kan ik hem echter, op mijn geweten,
-verzekeren, dat het ten minste het best geschikte middel is, hetwelk
-onze taal oplevert, om de ware bedoeling van <i>Chop-house</i> te
-bevatten.</p>
-<p class="par">In verscheidene kamers staan gedekte tafels met de
-noodige stoelen, van des middags te drie tot des avonds te zeven ure
-voor den gaanden en komenden man gereed. Zoodra men gezeten is, komt de
-knecht u de keukenceel van dien dag aanbieden. De hoofdschotels zijn
-altijd gebraden ossen-, schapen-, kalfs- en varkensvleesch, somwijlen
-ook hetzelfde vleesch op eene andere wijze gereed gemaakt, bij
-voorbeeld, een, stuk gekookt ossen- of schapenvleesch, eene warme
-kalfs- of schildpadpastei (maar waarom toch bestempelt men in
-<i>Engeland</i>, zoo wel als in <i>Frankrijk</i>, een geregt met den
-naam van <i>Schildpadpastei</i>, waar mogelijk nimmer een greintje
-vleesch van dit tweeslachtige <span class="pagenum">[<a id="pb58" href=
-"#pb58" name="pb58">58</a>]</span>dier in gevonden wordt?) Somtijds
-werd mij ook een stuk van een gebraden hart, <i>coeur roti</i>,
-voorgediend, doch nooit heb ik harts genoeg gehad, om er van te
-proeven. In het algemeen is al het gebradene, dat in <i>Engeland</i>
-wordt opgedischt, zeer goed, vrij malsch en sappig, en het is dus
-bezijden de waarheid, dat het vleesch half gaar wordt gegeten: in
-tegendeel heb ik het dikwijls eerder te veel dan te weinig gebrade
-bevonden. Maar zoo gij immer in <i>Engeland</i> mogt komen, mijne
-waarde landgenooten, waagt uwe tong en u verhemelte dan vooral niet aan
-de <i>ragouts</i>; ik herhaal het ernstig, wacht u voor de
-<i>ragouts</i>! De bekende vergiftiger <i>Mignot</i>, van wien
-<i>Boileau</i> spreekt, zou hier, als een uitstekend kunstenaar, den
-grootsten opgang hebben kunnen maken, en zijnen naam tot aan de wolken
-verheffen. De eenige smaak, welken men in deze Engelsche <i>ragouts</i>
-kan <span class="corr" id="xd21e1865" title=
-"Bron: ondekken">ontdekken</span>, is de peper, waarmede zoo
-ruimschoots wordt omgesprongen, dat, niettegenstaande dezelve altijd
-met eene tamelijke portie water vergezeld is, nogtans en tong en mond
-in lichtelaaije vlam schijnen te staan. Daar men in <i>Engeland</i>
-altijd groenten bij het vleesch gebruikt, kan men zich, naar
-verkiezing, van aardappelen, wortelen, rapen, kool, erwten of spinazie
-bedienen, namelijk <span class="pagenum">[<a id="pb59" href="#pb59"
-name="pb59">59</a>]</span>zoodanig, als moeder natuur ze heeft
-voortgebragt, (dat is te zeggen) ongestoofd en enkel in water
-gekookt.</p>
-<p class="par">Vervolgens worden, overeenkomstig het saizoen, pruimen-,
-appelen-, peren- en rozijnentaarten, als ook verschillende soorten van
-<i>puddings</i> opgedist. Deze laatste benaming geeft men aan alle
-tusschengeregten, welke uit gebak bestaan, bij voorbeeld, onze
-rijsttaarten noemt men hier <i>rijstpuddings</i>. Hunne
-<i>plumb-pudding</i>, onder anderen, is een welgesuikerd gebak, vol met
-rozijnen, waarvan de Engelschen veel werk maken, schoon het een zeer
-middelmatig geregt is. Deze <i>plumb-pudding</i> wordt warm gegeten,
-sommigen doen er boter bij, anderen brandewijn, en anderen wederom
-nuttigen dezelve met peper en mosterd.</p>
-<p class="par">Men heeft hier tweederlei brood, het eene heet Engelsch
-en het andere Fransch, het laatste is ook inderdaad een weinigje minder
-hard en bruin, dan het eerste. Meer dan eens heb ik opgemerkt, dat de
-Engelschen, niettegenstaande hunne nationale trotschheid en
-vooringenomenheid, altijd de voorkeur aan het vreemde brood gaven, en
-dat hun oog even zoo geoefend in het onderscheiden, als hunne hand
-vaardig in het grijpen was, wanneer er nog <span class=
-"pagenum">[<a id="pb60" href="#pb60" name="pb60">60</a>]</span>slechts
-twee of drie stukken in den broodkorf lagen.</p>
-<p class="par">In deze <i>Chop-houses</i> mogen geene wijnen noch
-sterke dranken verkocht worden: men kan er derhalve niets anders dan
-klaar water bekomen, en daar den tafelhouders verboden is, het water op
-prijs te stellen, hebben zij de edelmoedigheid, het voor niet te geven.
-Maar daarentegen houdt de eene of andere tappersjongen uit de buurt,
-vlak bij de deur van de eetzaal post, en van dezen kan men bier krijgen
-zoo veel, en van welke soort men verlangt, mids boter bij den visch,
-hetgeen ook zeer goed is; want door het gewoel en de drukte zou de
-verkooper er zeer ligt eenige <i>pences</i> bij kunnen inschieten,
-welke hij voor het aan hem uitgereikte bier zijnen meester zou moeten
-vergoeden.</p>
-<p class="par">Ja, heeren Franschen! bier, van welke soort gij
-verlangt! Gij zijt trotsch op uwe wijnen van <i>Bourdeaux</i>,
-<i>Bourgogne</i> en <i>Champagne</i>; maar de Engelschen kunnen drie
-voorname bieren opnoemen. 1<sup>o</sup>. <i>Klein bier</i>, hetgeen
-zij, bij verkiezing, <i>tafelbier</i> noemen, omdat het woordje
-<i>klein</i> juist niet welluidend genoeg klinkt in de ooren van
-lieden, die voor het <i>groote</i> geboren zijn. Ook is dit bier de
-gewone drank van het gemeen, en kost niet <span class="pagenum">[<a id=
-"pb61" href="#pb61" name="pb61">61</a>]</span>meer dan vier Fransche
-stuivers het pintje. 2<sup>o</sup>. De <i>ale</i>, die voor negentien
-stuivers verkocht wordt, en inderdaad zeer goed en smakelijk en
-oneindig beter, dan onze beste Fransche bieren, is. 3<sup>o</sup>. De
-<i>porter</i>, die tusschen beiden staat, en waarvoor men zes stuivers
-bij het pint betaalt. Deze-alleen kan op den duur bewaard worden, en op
-flesschen of kruikjes getapt, wordt hij hoe langer hoe beter, en, naar
-mate van zijnen ouderdom, des te duurder verkocht. Eindelijk worden
-deze onderscheidene soorten van bieren nogmaals in bijzondere klassen
-en onder verschillende benamingen gerangschikt, even als wij
-<i>Bourgogne</i>-wijn van <i>Pomard</i>, <i>Beaune</i> en van
-<i>Clos-Vougeot</i> hebben.</p>
-<p class="par">Voor het overige doen de Engelschen zelden voorraad van
-bier op: zelfs in de voornaamste huizen wordt dagelijks uit de eene of
-andere herberg zoo veel gebragt, als men rekent, dien dag te zullen
-gebruiken. Den geheelen dag door ziet men de tappersjongens de stad op
-en neer draven, om kannen bier aan de huizen rond te brengen. Zij geven
-aldus het volle pint over en nemen het ledige van den vorigen dag mede.
-Ook hebben zij gewoonlijk eenen lederen riem als eenen bandelier over
-den schouder en de borst hangen, en zijn derhalve <span class=
-"pagenum">[<a id="pb62" href="#pb62" name="pb62">62</a>]</span>van
-voren en van achteren, zoo wel op den buik als op den rug, rondom met
-ledige pintjes, als met eenen krans, behangen, zoo dat men hen, dus
-uitgedost, veilig voor den Engelschen <i>Bacchus</i> kan houden.</p>
-<p class="par">Zoodanig is het onthaal, dat men in <i>Engeland</i>, ten
-huize der opentafelhouders, geniet. Ook vindt men er somwijlen gebraden
-of gekookten visch, maar altijd zeer zeker lamscarbonnaden en
-<i>beef-steaks</i>. Dit laatste artikel vindt men echter merkelijk tot
-zijn voordeel veranderd, zoodra men de zee weder overgestoken is en
-voet aan land heeft gezet; want de <i>beaf-steaks</i> in
-<i>Frankrijk</i> smaakt mij oneindig beter, dan al, die ik ooit in
-<i>Engeland</i> heb gebruikt. Het is dus een van die waarlijk zeldzame
-gevallen, waar de kopij het origineel overtreft.</p>
-<p class="par">Maar ik vergeet den gewigtigsten schotel, het oogelijn
-en den hartelust der Fransche maag, de zoo onontbeerlijke <span class=
-"ex">soep</span>. Hiermede dan zullen wij dit <i>vreetzame</i> en
-eetlustwekkende hoofdstuk, in plaats van dat wij er mede hadden moeten
-beginnen, eindigen. Echter raad ik mijnen Franschen soepminnenden
-medebroeders, die immer te <i>Londen</i> mogten komen, dezelve, wat het
-proeven betreft, maar <span class="pagenum">[<a id="pb63" href="#pb63"
-name="pb63">63</a>]</span>blaauw blaauw te laten blijven, even als ik
-met de beschrijving ben te werk gegaan.</p>
-<p class="par">De soep is geenszins in dit land, even als in
-<i>Frankrijk</i>, het eerste en voornaamste vereischte van het
-middagmaal; meestal wordt zij niet eenmaal voorgezet. Nogtans heeft men
-soepen van onderscheidene soorten, van welke alle ik geproefd heb.
-Hunne <i>soupe au jus</i> heeft de meeste overeenkomst met de onze. Het
-is eene soort van vleeschnat, waarin men, naar goedvinden, eenige
-stukken geroosterd brood doet; doch het smaakt niet half zoo lekker en
-aangenaam, als onze Fransche <i>bouillon</i>; ja, het is veeleer eene
-wrange saus, waarin men niets anders dan peper kan proeven, en (de
-goedhartige lezer vergeve mij dezen kunstterm!) welke eenen muffen en
-Limburgschen kaasachtigen smaak oplevert. Nog hebben zij eene magere
-soep (in de volle beteekenis van dat woord,) welke zij de eer aandoen
-van <i>erwtensoep</i> te noemen: deze heeft ten minste den walgelijken
-smaak van de vorige niet, doch is overigens, op den man af afgesproken,
-niets anders dan erwten met lang nat. Hunne hoendersoep is uit twee
-bestanddeelen zamengesteld, te weten, uit eenige, meestal niet regt
-gaar gekookte brokken van eenen ouden haan of hen, en het water, waarin
-deze gekookt <span class="pagenum">[<a id="pb64" href="#pb64" name=
-"pb64">64</a>]</span>zijn. Men moet dus al eenen zeer bijzonderen smaak
-hebben, om ze goed te kunnen vinden. Eindelijk heeft men nog eene
-warmoessoep, welke uit eenige groenten en gekapt vleesch wordt
-toebereid, dat in eenen oceaan van gepeperd water met mosterd en zout
-zwemt.</p>
-<p class="par">In <i>Londen</i> zijn ook eenige Fransche tafelhouders,
-maar hunne keuken verschilt vrij wat van die onzer <i>Veri&rsquo;s</i>
-en <i>Beauvilliers</i>. Het eenige onderscheid tusschen hen en de
-Engelsche koks is, dat de eerstgemelden, op eene waarlijk zeer beleefde
-wijze, uwen zak van eenige schellingen <span class="ex">meer</span>
-weten te ontlasten. <span class="pagenum">[<a id="pb65" href="#pb65"
-name="pb65">65</a>]</span></p>
-</div>
-</div>
-<div id="ch7" class="div1 chapter"><span class="pagenum">[<a href=
-"#xd21e363">Inhoud</a>]</span>
-<div class="divHead">
-<h2 class="label">VII.</h2>
-<h2 class="main"><i>Het koffijhuis.</i></h2>
-</div>
-<div class="divBody">
-<p class="par first">&bdquo;Willen wij een kop koffij gaan
-drinken?&rdquo; vroeg mijn vriend <i>C...</i>, toen wij getafeld hadden
-en de deur uitgingen.</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Ik houd dit juist voor geene vaste
-gewoonte, maar het zal mij pleizier doen, de Engelsche koffijhuizen
-eens op te nemen.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Wij behoeven niet lang te zoeken; want men
-kan naauwelijks eenen voet verzetten, zonder er een aan te treffen, en
-ik geloof, dat de koffijhuizen, herbergen, logementen, gaarkeukens en
-kroegen hier wel een vierde van den platten grond beslaan. Maar wij
-zullen ons thans eens naar het voornaamste, meest bezochtste koffijhuis
-begeven. Wat gij er u ook van moogt verbeelden, uwe verwachting zult
-gij nog altijd overtroffen zien.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Daar gij reeds sinds vijf en twintig jaren
-uit <i>Parijs</i> zijt, kunt gij u geen denkbeeld vormen van den
-tegenwoordigen luister, levendigheid en pracht van onze koffijhuizen.
-Ik zal mij dus, zonder twijfel, ten hoogste <span class=
-"pagenum">[<a id="pb66" href="#pb66" name=
-"pb66">66</a>]</span>verwonderen, indien gij er mij een kunt laten
-zien, dat fraaijer, sierlijker en woeliger is, dan de onzen.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Op mijn woord! gij zult verwonderd
-staan.&rdquo;</p>
-<p class="par">En ik was het waarlijk, en wel in den hoogsten graad,
-toen mijn vriend mij in eene groote kamer gelijkvloers bragt, waar mijn
-neus terstond vergast werd op den reuk van eene aanzienelijke menigte
-brandende bladen van de <i>Herba Nicotiana</i>, alias tabak, welke mij
-juist niet de alleraangenaamste gewaarwording veroorzaakte. Ook konden
-mijne oogen geenszins op het vrolijke gezigt roemen; want, voor zoo
-verre ik door de wolken van damp en rook kon gluren, zag ik in het
-lange, tegen den muur, achttien of twintig tafels geplaatst, waarop
-eenige koppen, glazen en bierpinten stonden, allen even vuil en
-bewalmd: trouwens, het was zaturdag. Maar mijne ooren hadden
-daarentegen gene reden, om zich te beklagen; want het was zoo stil, dat
-men eene vlieg met de vleugels zou hebben kunnen hooren klappen. Ieder
-hield zich namelijk zeer ernstig bezig met het oogmerk, hetwelk hem
-herwaarts had gevoerd; en het woord&mdash;<i>jongen!</i> dat, van tijd
-tot tijd, door den een&rsquo; of ander&rsquo;, die iets wilde hebben,
-geroepen <span class="pagenum">[<a id="pb67" href="#pb67" name=
-"pb67">67</a>]</span>werd, was bijna het eenigste geluid, dat zich in
-dit verblijf der stilzwijgendheid deed hooren. Wat der tong betreft,
-hierover zullen wij nader spreken.</p>
-<p class="par">Intusschen moet gij u geenszins verbeelden, waarde
-lezer! hier een aardig bekje van een meisje in een fraai en welgeschikt
-kantoortje te zien zitten, een meisje, dat zich gedurig bezig houdt met
-u met hare poezelige en malsche handjes een kop koffij in te schenken,
-een glas <i>limonade</i> of iets dergelijks gereed te maken. O neen,
-niets van dit alles! Beurtelings komt een morsige jongen of knecht, of
-eene slordige meid in dit aardsche paradijs te voorschijn, om de
-klanten te bedienen en het geld te ontvangen. Ook hadden beiden de
-handen vol. Al de tafels waren bezet, eene eenige uitgezonderd, waarvan
-wij ons terstond meester maakten. Middelerwijl de jongen onze koffij
-zettede, liet ik mijne oogen de monstering doen over het gezelschap,
-waarvan wij thans de eer hadden leden te zijn. Aan mijne linker hand
-zat een man van middelbare jaren, wettig houder en eigenaar van enen
-buik, wiens omvang..... Basta! in een der vorige hoofdstukken heb ik
-mijnen lezers reeds gezegd, dat ik geen liefhebber van beschrijven
-ben&mdash;wiens omvang&mdash;ik dus in <i>statu quo</i> zal laten.
-<span class="pagenum">[<a id="pb68" href="#pb68" name=
-"pb68">68</a>]</span>Het mondje van mijnen buurman raakte, bij de
-opening, ter wederzijde met de hoeken van de beide lippen, bijna tot
-aan zijne oorlapjes, en door deze opening wierp hij, slag op slag, in
-den afgrond van zijne keel groote brokken vleesch en aardappelen, zoo
-ten naastenbij als in de pakhuizen der Hollandsche kooplieden de
-Edammer roodkorstjes geschoten worden. Mijn buurtje ter regterzijde was
-nog een jong man, deftig in het zwart gekleed, doch wiens rok, zeker
-luchtigheidshalve, geheel van de wol was ontbloot, zoo dat men op
-denzelven gemakkelijk de draden kon tellen: ook kon men geenszins
-zeggen, dat zijn gezigt in het kruis was; want, bij mijne vlugtige
-beschouwing, rekende ik twee lengten op eene breedte: hij was namelijk
-vrij lang, maar zoo dun en mager, dat men hem gemakkelijk achter eene
-kagchelpijp zou hebben kunnen verbergen; in &eacute;&eacute;n woord,
-men zou hem, bij verzinning, voor een aangekleed <i>cadaver</i> hebben
-gehouden, zoo de beenderen van zijn gezigt en handen niet waren bedekt
-geweest met eene soort van vale loodkleurige huid. Ook had hij geen
-ander onderhoud, dan met zijn pint bier van <i>twee pences</i>, uit
-hetwelk hij, van tijd tot tijd, zeer spaarzaam een teugje nuttigde. Ja,
-lezer! hij dronk uit zijn pintje; verwonder u daarover <span class=
-"pagenum">[<a id="pb69" href="#pb69" name="pb69">69</a>]</span>niet! De
-meeste Engelschen, en niet alleen de geringe volksklasse, maar zelfs de
-aanzienlijken drinken op deze wijze. En hebben zij wel ongelijk? Men
-behoeft dan immers niet te vreezen, de glazen te breken, en heeft
-niemand noodig, om ze te spoelen. Vlak over mij zaten drie jonge lieden
-met eene groote kom <i>punch</i> in hun midden. Ik kon nogtans geene de
-minste levendigheid of vrolijkheid, deze getrouwe gespelen der jeugd,
-bij hen bespeuren. Zij bleven integendeel ernstig, koel en afgetrokken,
-zonder een enkel woord te spreken, en hadden het voorkomen van te
-zeggen of ten minste te denken: &bdquo;<i>laat ons drinken! wat kunnen
-wij beter doen?</i>&rdquo;&mdash;Naast hen aan de eene zijde zat een
-groot man met een gevlamd en gekarbonkeld gelaat, wiens oogen zich, van
-tijd tot tijd, schenen te willen sluiten, en die zich beurtelings bezig
-hield met herhaalde ladingen snuif in zijne wijde neusgaten te stoppen,
-en zijne keel met een glaasje port-wijn te bevochtigen, terwijl hij
-telkens, als hij inschonk, de flesch tegen de kaars hield, om te zien,
-op welke hoogte zij zich bevond, vol angst en vrees van den ledigen
-bodem al te spoedig te zullen ontdekken. Aan den anderen kant zat een
-man, in eenen overrok, met een pakje voor zich op tafel, die ik zeker
-vooronderstelde <span class="pagenum">[<a id="pb70" href="#pb70" name=
-"pb70">70</a>]</span>dat hier eene bijeenkomst bepaald had; wijl hij
-zoo zorgvuldig ieder oogenblik op zijn horologie zag, en die in zijn
-thee, waarin hij juist zoo veel melk schonk, als noodig was, om ze even
-van kleur te doen veranderen, gedurig een stuk brood met eene hand dik
-boter besmeerd sopte, welke door de aantrekkingskracht der warmte van
-de thee, daarin opgelost, derzelver geheele oppervlakte met eene zoo
-vette korst bedekte, dat het een lust was, om te zien.</p>
-<p class="par">Drie anderen, met blaauwe buisjes en lange broeken van
-dezelfde kleur, naar het uiterlijke voorkomen, matrozen, zaten achter
-in de koffijkamer: het waren voornamelijk zij, die met de pijp in den
-mond zich belastten, met het vertrek te parfumeren. Ieder had een glas
-<i lang="en">gin</i> (<i>jenever</i>) voor zich op tafel; en zoodra dat
-glas ledig was, werd de knecht gefloten, ten teeken, dat hij eenen
-nieuwen voorraad moest bezorgen.</p>
-<p class="par">Naast dezen zat een ander man, wiens overschot van een
-brood en een half geledigd pintje aankondigde, dat hij ten halven
-maaltijd was. Inderdaad, naauwelijks hadden wij plaats genomen, of de
-knecht zettede eene <i lang="en">plumb-pudding</i> voor hem neder, die
-nog warm scheen; de goede vriend was zoodanig verdiept in <span class=
-"pagenum">[<a id="pb71" href="#pb71" name="pb71">71</a>]</span>het
-lezen van de <i lang="en">Morning-Chronicle</i>, dat hij de aankomst
-van het geliefde geregt nog niet gemerkt had, toen wij het koffijhuis
-weder verlieten.</p>
-<p class="par">Een man, met een niet gunstig voorkomen, zat alleen aan
-eene andere tafel: hij gebruikte niets, maar zijne oogen vestigden zich
-afwisselend op al de tafels, en twee lange ooren, welke <i>Midas</i>
-zelven niet zouden ontluisterd hebben, schenen zich te spitsen, om des
-te beter ieder woord, dat gesproken werd, te hooren. Ik hield hem voor
-een&rsquo; dier eerlijke lieden, welke men in alle landen aantreft, en
-wier beroep is, aan de deuren te luisteren, door de vensters en ramen
-te zien, en hunne ooren tegen de sleutelgaten te plaatsen, en die, den
-ganschen dag niets gehoord noch gezien hebbende, zich des avonds
-nogtans door een fraaij verhaal verdienstelijk zoeken te maken, wanneer
-zij, bij gebrek van te kunnen kwaadspreken, uit al hun vermogen
-beginnen te liegen.</p>
-<p class="par">Juist wilde ik de monstering over de andere tafels
-vervolgen, toen ons de bestelde koffij werd gebragt. Men is, helaas! al
-te genegen, zijne naasten te vergeten, wanneer het er op aankomt, aan
-zich zelven te denken. Een rijkelijk gevulde suikerpot, twee kopjes,
-een <span class="pagenum">[<a id="pb72" href="#pb72" name=
-"pb72">72</a>]</span>zeer klein melkkannetje, slechts half vol, en eene
-vervaarlijke koffijkan, die in <i>Frankrijk</i> voor acht liefhebbers
-voldoende zou geweest zijn, was de stoffering van het blaadje, dat men
-voor ons nederzettede. Hier valt mij de spreuk van eenen zekeren
-lekkertand te binnen, dat de koffij, om goed te zijn, drie bijzondere
-eigenschappen moet bezitten, te weten, klaar, sterk en heet. Terstond
-ontwaarde ik, bij het inschenken, dat deze troebel en laauw was, en
-mijne neusgaten zochten vergeefs den lekkeren geur op te snuiven,
-welken de wasem der echte <i>mokka</i>-bonen hun aanbiedt, en waarvan
-ten minste eenig spoor ook in de slechtste koffij gevonden wordt. Ik
-zettede dus bevende het kopje aan den mond, om deszelfs inhoud te
-proeven; maar lieve hemel! het geleek wel een apothekersdrankje, een
-smaak als <i>rhabarber</i>, waaraan men met moeite eenige koffijlucht
-zou ontdekt hebben, zoo men er te voren niet van onderrigt ware
-geweest.</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Hier heeft zeker een misverstand
-plaats?&rdquo; zeide ik tegen mijnen vriend <i>C...</i></p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;In het geheel niet: de koffij, die hier
-gedronken wordt, is nooit anders; zelfs in geheel <i>Engeland</i> zult
-gij geene andere vinden: alleen, bij toeval, mogelijk wel een weinigje
-heeter.<span class="pagenum">[<a id="pb73" href="#pb73" name=
-"pb73">73</a>]</span>&mdash;Zult gij niet nog een kopje
-drinken?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Ik zal het waarachtig wel laten! ik pas
-zelfs voor dit.&mdash;Maar kan men hier ook een glas likeur krijgen, om
-dezen leelijken smaak af te spoelen?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Zonder twijfel. Wilt gij <i>rum</i>,
-<i>gin</i>, <i>brandij</i> of <i>whiskeij</i>?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Een oogenblikje, als het u belieft: de
-twee eerste ken ik, maar wat zijn de twee laatste?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;<i>Brandij</i> is Fransche brandewijn;
-<i>Whiskeij</i> wordt hier voor eene soort van brandewijn gehouden uit
-haver gestookt, en voornamelijk in <i>Schotland</i>
-gefabriceerd.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Maar is er niets anders, dat wat lekkerder
-is, te krijgen?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Ha, ha! Ik zie al, wat gij hebben moet:
-iets zoets, niet waar? Hei daar, jongen, twee glazen
-<i>grog</i>!&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;<i>Grog!</i> zie daar eene benaming, welke
-mij niet veel goeds doet verwachten.&mdash;Maar wat is dan nu eigenlijk
-<i>grog</i>?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Ik zal het u zeggen, zoodra gij het
-geproefd hebt.&rdquo;</p>
-<p class="par">Nu bragt men de twee glazen <i>grog</i>: eerst proefde
-ik er zeer behoedzaam van, en dronk vervolgens mijn glas met smaak
-ledig; want <span class="pagenum">[<a id="pb74" href="#pb74" name=
-"pb74">74</a>]</span>deze drank kwam mij zeer aangenaam voor. Mijn
-vriend zeide mij nu, dat het een mengsel was van rum, water en suiker,
-en ten gevalle van dezen <i>grog</i> vergat ik de slechte koffij, welke
-men mij had doen drinken. <span class="pagenum">[<a id="pb75" href=
-"#pb75" name="pb75">75</a>]</span></p>
-</div>
-</div>
-<div id="ch8" class="div1 chapter"><span class="pagenum">[<a href=
-"#xd21e372">Inhoud</a>]</span>
-<div class="divHead">
-<h2 class="label">VIII.</h2>
-<h2 class="main"><i>De Londensche Zondag.</i></h2>
-</div>
-<div class="divBody">
-<p class="par first">&bdquo;Wat is er toch dezen nacht in <i>Londen</i>
-gebeurd?&rdquo; zeide ik den volgenden morgen tegen mijnen vriend
-<i>C...</i>, met wien ik afgesproken had, hem ten zijnent te komen
-afhalen.</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Wat er gebeurd is? Wel hetgeen er alle
-nachten gebeurt, denk ik.&mdash;De <i>watchmen</i>,
-(<i>nachtwachts</i>) die de eenige Politie te <i>Londen</i> is, hebben
-zeer naauwkeurig, om het half uur, de ronde gedaan en zich doen
-hooren.&mdash;Zij zullen een twintig stuks dronkaards voor dood van de
-straat hebben opgeraapt en te huis gebragt: eenige jonge losbollen
-zullen door de meisjes van pleizier of door zakkenrolders zich de beurs
-of het horologie hebben laten ligten: de een of ander zal zich veelligt
-in het bed den hals afgesneden, zich op zolder verhangen, of zich in de
-<i>Theems</i> verdronken hebben: de aangekomene reizigers zullen, even
-als gij, hunne welkomst te <i>Londen</i> in een onzer voornaamste
-logementen betaald hebben, en eindelijk....&rdquo; <span class=
-"pagenum">[<a id="pb76" href="#pb76" name="pb76">76</a>]</span></p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;En eindelijk, en eindelijk&mdash;naar dit
-alles vraag ik u niet. <i>Londen</i> heeft dezen morgen het voorkomen
-van eene verlatene of uitgestorvene stad; men ziet niemand op de
-straat, en deuren en vensters zijn gesloten: het schijnt mij toe, als
-of ik mij in het paleis van <i>Morpheus</i>, den god des slaaps,
-bevind; en indien ik de bierdragers en melkboeren niet, volgens
-gewoonte, huis aan huis had zien gaan, zou ik zeker in den waan zijn,
-dat de geheele bevolking van <i>Londen</i> dezen nacht verhuisd
-was.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Gij weet dan niet, dat het heden
-<span class="ex">Zondag</span> is?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Ik heb er waarlijk niet aan gedacht, doch
-thans verwonder ik mij nog veel meer over deze sombere en doodsche
-stilte. Is deze dag dan niet, even als bij ons, een feestdag voor het
-volk, en bijzonder voor de werkzame klasse of ambachtslieden, om van
-den arbeid en vermoeijenissen der afgeloopene week uit te rusten en
-zich door gepaste vermaken te verpoozen?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Maar ontdoe u toch in &rsquo;s hemels naam
-van uwe Fransche begrippen, en denk, dat gij in <i>Engeland</i> zijt.
-Meent gij, dat men hier juist den <span class="ex">zondag</span>
-afwacht, om het vermaak te hebben van zich in het een of ander
-<span class="pagenum">[<a id="pb77" href="#pb77" name=
-"pb77">77</a>]</span>kroegje buiten de stad te gaan bedrinken? Men
-geniet hier bijna dagelijks dit genoegen, zonder door gezelschap of
-eene vrolijke luim daartoe verleid te worden. De ambachtsman, die geld
-op zak heeft, drinkt zich hier geheel alleen, deftig en op zijn gemak,
-onder een pijpje, eenen duchtigen roes, en hij behoeft niets van het
-vrolijke der Franschen in hunne bijeenkomsten, wanneer zij zich des
-zondags buiten op het land met dans en spel vermaken. Eenige pinten
-biers, eenige glazen <i>gin</i> zijn hem meer waardig dan alle
-vreugden, die <i>Frankrijk</i> kan opleveren.<span class="corr" id=
-"xd21e2258" title="Niet in bron">&rdquo;</span></p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Maar eindelijk, wat doet men toch zondags
-te <i>Londen</i>?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Men gaat ter kerke, men leest in huis den
-bijbel, en bij goed weer wandelt men.&mdash;Willen wij eens in eene
-kerk gaan? Gij kunt dan zien, hoe vol het daar is.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Zeer gaarne.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Maar ik waarschouw u vooraf, dat wij tot
-het einde toe moeten blijven; want gingen wij vroeger heen, dan zouden
-wij der geheele vergadering eene groote ergernis geven. Daarenboven
-zult gij eenige onzer predikanten hooren, en over hunne gaven kunnen
-oordelen.<span class="corr" id="xd21e2273" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span></p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Zeer bezwaarlijk zal ik over hen kunnen
-<span class="pagenum">[<a id="pb78" href="#pb78" name=
-"pb78">78</a>]</span>beslissen; want ik ben niet eigen genoeg met de
-Engelsche taal, om te durven hopen, de geheele preek te kunnen
-verstaan: doch hoe het ook zij, ik ben tot uwen dienst.<span class=
-"corr" id="xd21e2280" title="Niet in bron">&rdquo;</span></p>
-<p class="par">Nu kwamen wij aan twee kerken te vergeefs; want wij
-konden er niet binnen komen. Zij waren namelijk dermate opgepropt, dat
-het volk op de trappen, ja zelfs op de straat stond. Eindelijk konden
-wij in eene derde, alhoewel niet zonder eenige moeite, een plaatsje
-vinden. Ik beken, dat ik verwonderd, ja zelfs met eene soort van
-heiligen eerbied doordrongen was, toen ik de orde, de plegtige stilte
-en de verhevene aandacht, die onder deze menigte heerschten, met
-oplettendheid beschouwde. De dienst was reeds begonnen, toen wij in de
-kerk kwamen, en wij veroorzaakten, door ons te plaatsen, eene kleine
-beweging. Niemand echter scheen ons op te merken, en noch de harten
-noch de oogen der hoorderen verlieten hunne bezigheid, om zich met ons
-te bemoeijen. Men zag daar geenszins, als in sommige andere landen,
-jonge lieden door de kerk wandelen, om hunne kennissen op te sporen,
-noch vrouwen, welker oogen hare tong vervingen, en die, door lonken,
-met hare vrienden eene zeer verstaanbare taal spraken; veel minder nog
-dat slag van lieden, die met elkander in <span class="pagenum">[<a id=
-"pb79" href="#pb79" name="pb79">79</a>]</span>de kerk de
-pleizierpartijtjes beramen, welke zij, bij het uitgaan, denken te
-nemen. De aandacht, aan den godsdienst verschuldigd, werd hier niet
-ieder oogenblik afgebroken, dan eens door eene stoelenzetster, die om
-betaling vraagt, dan weder door twee of drie <i>collectanten</i>, die
-met hunne zakjes voor de armen, en bijzonder voor het onderhoud van
-kerk en predikant, door de kerk ronddwalen, en allerminst door eenen of
-anderen kerkdienaar, die gewijd brood ronddeelt, hetwelk de kinderen
-elkander met geweld trachten te ontnemen, en dus der algemeene aandacht
-storenis toebrengen. Geen voorwerp, hoe genaamd, hindert u, en ieder
-schijnt zich geheel alleen met den dienst van dien God bezig te houden,
-in wiens tempel hij zich bevindt. Het scheen nogtans, dat de getrouwe,
-in deze heilige plaats vergaderde, geloovigen <i>gepredestineerd</i>
-waren, om dezen dag eene onwillekeurige verstrooijing te ondergaan.</p>
-<p class="par">Een lompe Engelschman, zoo lang als hij breed was, met
-eene ronde ongepoeijerde krulpruik en eenen vervaarlijk grooten
-driekanten hoed, trad, vergezeld van twee vrouwen, te gelijk met ons in
-de kerk. Volgens het gebruik nam hij, bij het inkomen, den hoed af;
-doch het zij de pruik te wijd voor zijn hoofd, of de <span class=
-"pagenum">[<a id="pb80" href="#pb80" name="pb80">80</a>]</span>hoed te
-naauw voor de pruik was, ten minste de pruik wilde hardnekkig den hoed
-blijven vergezellen, en mijn goede Engelschman liet door de gevolgen
-der volgzucht van de noodlottige pruik een ronden kop te voorschijn
-komen, op welks platten grond ook het meest vergrootende glas niet in
-staat zou geweest zijn, een enkel haartje te ontdekken. Weinige
-personen echter bemerkten dit ongeval; wijl de lijder met eene
-vaardigheid, waartoe ik hem, van wege zijn lomp uiterlijk voorkomen,
-nimmer bekwaam zou geacht hebben, de pruik weder had opgeraapt en zijne
-vorige stelling doen hernemen. Doch deze knaphandigheid was oorzaak van
-eene nog grootere ramp. In zijne overhaasting had hij de ongelukkige
-pruik het achterste voren opgezet, en zich in dezen opschik in eene
-bank, naast de onze, geplaatst hebbende, leverde hij het koddigste
-figuur op, dat men zich immer kan verbeelden. Ik voor mij ten minste
-had de grootste moeite, om mijne lachspieren te bedwingen, en oordeelde
-de spreuk hier zeer toepasselijk: <i lang="la">risum teneatis
-amici</i>!</p>
-<p class="par">Natuurlijk moest deze nootlottige, in eene verkeerde
-rigting geplaatste pruik de aandacht van de geheele vergadering tot
-zich trekken. De oude matronen rimpelden hare wenkbraauwen <span class=
-"pagenum">[<a id="pb81" href="#pb81" name="pb81">81</a>]</span>op, de
-jonge kleuters beten zich op de lippen, de bejaarde mannen glimlachten,
-en de jonge lieden fluisterden elkander in het oor; in een woord, aller
-oogen waren op hem gevestigd, en de predikant zelf scheen, daar de
-ongelukkige pruikdrager vlak over den preekstoel zat, en dus juist
-onder zijn gezigt viel, in twijfel, of hij het pas aangevangen sermoen
-zou vervolgen of afbreken. Eindelijk waarschouwde hem eene der vrouwen,
-die hem vergezelde, zeer liefderijk wegens zijne misvatting, en toen
-nam hij, zonder zich eenigzins te ontstellen, met eene deftige houding
-nogmaals de ergerniswekkende pruik van het hoofd, hield dezelve op
-zijnen linker vuist, beschouwde haar zeer bedaard, om niet weder in den
-vorigen misslag te vervallen; en nadat hij dezelve vervolgens in de
-juiste rigting, welke eener fatsoenlijke pruik betaamt, op den, van
-haar ontblooten, levenden kapstok geplaatst had, nam de geheele
-ergernis en opschudding een einde, en de predikant vervolgde zijne
-begonnen taak. De predikatie duurde bijna een uur, maar kwam mij veel
-langer voor, dewijl ik slechts hier en daar eenige zinsneden kon
-verstaan. De redenaar had de uitgeschrevene preek in zijne hand, en
-scheen veel meer te lezen, dan te preken, hetgeen mij voorkwam
-<span class="pagenum">[<a id="pb82" href="#pb82" name=
-"pb82">82</a>]</span>minder indruk op de toehoorders te maken, dewijl
-het bloote lezen nimmer der gemoederen die gewaarwording kan
-inboezemen, welke eene, met kracht gehoudene, redevoering kan te weeg
-brengen.</p>
-<p class="par">&bdquo;Om op &eacute;&eacute;nen dag mijn oordeel over
-de Engelsche welsprekendheid en wijze van opzeggen te kunnen
-vellen;<span class="corr" id="xd21e2308" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> zeide ik tegen mijnen vriend bij het
-uitgaan van de kerk; <span class="corr" id="xd21e2311" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>wil ik dezen avond nog naar den schouwburg
-gaan.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Naar den schouwburg? Zondags wordt er
-nooit gespeeld. Ik heb het u immers reeds gezegd; de geheele Londensche
-zondag bestaat in deze twee woorden: <i>kerk en bijbel</i>!
-uitgezonderd echter de aangename verstrooijing, welke eenige in
-eenzaamheid genotene pinten biers den gretigen drinker kunnen
-verschaffen.&mdash;De kinderen zelve mogen van daag niet spelen, en gij
-zult er heden geen een op straat zien knikkeren of tollen, of buiten
-eenen vlieger oplaten.<span class="corr" id="xd21e2319" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span></p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Dan zal ik mijnen avond besteden met aan
-mevrouw B * * * een bezoek te geven. Ik heb haar eenen brief te
-overhandigen van haren zoon, die zich te <i>Parijs</i>
-bevindt.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Zoo als gij wilt; maar dit is immers regt
-op zijn Fransch!&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Hoe, wat meent gij?&rdquo; <span class=
-"pagenum">[<a id="pb83" href="#pb83" name="pb83">83</a>]</span></p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;In het algemeen legt men hier nimmer des
-avonds bezoeken af, ten minste, zoo men niet verzocht is, of verwacht
-wordt; of het moest al bij zeer goede vrienden zijn. Maar op eenen
-zondagavond&mdash;dit zou nog tienmaal erger wezen. Ieder blijft ten
-zijnent, in den schoot van zijn gezin en in die bekoorlijke
-werkeloosheid&mdash;in dat <i lang="it">dolce far niente</i>, hetwelk
-het grootste geluk aan eenen anderen nabuur van het Fransche rijk
-oplevert. Slechts in eenige huizen, welke meer op goeden smaak, dan op
-orde en geregeldheid mogen roemen, waagt men het, op zondagavond
-gezelschap te ontvangen, en dan nog bepaalt zich het geheele vermaak
-van dien avond in een weinig muzijk. Eindelijk, om u te bewijzen, met
-welk eene gestrengheid men hier den zondag eert, zal ik u eenvoudig
-zeggen, dat zelfs de bakkers hunne werkzaamheden moeten staken. Indien
-gij derhalve een liefhebber van versch brood zijt, zult gij u van daag
-met geduld tot het vasten dienen voor te bereiden.<span class="corr"
-id="xd21e2337" title="Niet in bron">&rdquo;</span></p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Laat ons gaan, mijne partij is gekozen, ik
-zal mij in huis opsluiten, en, om dezen avond stichtelijk te vieren,
-hem doorbrengen met eenige brieven naar <i>Parijs</i> te
-schrijven.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Wilt gij heden avond het Vondelingshuis
-<span class="pagenum">[<a id="pb84" href="#pb84" name=
-"pb84">84</a>]</span>met mij gaan bezoeken? Gij zult daar eenen
-uitstekenden predikant aantreffen.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Hartelijk dank! De beste zaken der wereld
-verliezen hare waarde, als men er te veel gebruik van maakt.&rdquo;
-<span class="pagenum">[<a id="pb85" href="#pb85" name=
-"pb85">85</a>]</span></p>
-</div>
-</div>
-<div id="ch9" class="div1 chapter"><span class="pagenum">[<a href=
-"#xd21e381">Inhoud</a>]</span>
-<div class="divHead">
-<h2 class="label">IX.</h2>
-<h2 class="main"><i>De Brand.</i></h2>
-</div>
-<div class="divBody">
-<p class="par first">&bdquo;Brand! Brand! Brand!&rdquo; was de
-verschrikkelijke noodkreet, die mij des zondags nachts, omstreeks
-twaalf ure, uit het bed dreef, waar ik mij kort te voren had in
-gevleid. In de grootste haast trok ik mijnen nachtrok aan, en vloog
-naar mijne voorkamer, die op straat uitzag. Terstond opende ik een
-venster, en zag de vlammen uit de schuiframen slaan van het naast
-belendende huis. Reeds was de eigenaar van het huis aan onze andere
-zijde, alhoewel minder van den brand hebbende te vreezen, dan wij, druk
-bezig met zijn huisraad en goederen te bergen: ik kon dus geenszins de
-gerustheid begrijpen, welke in dat huis heerschte, waarvan ik een
-gedeelte bewoonde. Die goede menschen slapen, dacht ik, of zij kennen
-het versje niet:</p>
-<div class="lgouter xd21e2361">
-<p lang="la" class="line">Tunc tua res agitur, paries cum proximus
-ardet.</p>
-</div>
-<div class="lgouter xd21e2361">
-<p class="line">Wanneer het huis uws buurmans brandt,</p>
-<p class="line">Dan is uw&rsquo; schade voor de hand.</p>
-</div>
-<p><span class="pagenum">[<a id="pb86" href="#pb86" name=
-"pb86">86</a>]</span></p>
-<p class="par">Dezer spreuk getrouw, begon ik alarm te blazen, en deed
-de twee schellen, welke mijne kamers versierden, de een na de ander,
-hare ware bestemming gevoelen.</p>
-<p class="par">Welhaast kwam mijne gastvrouw (eene goede sloof, die
-alle dagen mijn bed maakte, zonder er immer, mijnenwege, de waarde voor
-te ontvangen) op het hevige geschel aangevlogen, en vroeg zeer bedaard,
-<span class="corr" id="xd21e2374" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>wat belieft u, mijnheer?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Wat mij belieft? u waarschouwen voor het
-gevaar, dat wij loopen. Ziet gij dan niet, dat het huis hier naast in
-brand staat?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;o Ja! wij weten het: mijn man en ik waren
-nog niet te bed, ik kwam er u juist van verwittigen en u tevens raden,
-uw goed in uwen koffer te pakken; want ligtelijk zou de brand tot dit
-huis kunnen overslaan. Ja, somtijds kunnen er wel twee, drie, vier
-huizen verbranden, eer men de vlam kan blusschen.<span class="corr" id=
-"xd21e2381" title="Niet in bron">&rdquo;</span></p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Maar hoe kunt gij zoo bedaard en gerust
-zijn?<span class="corr" id="xd21e2386" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> zeide ik tegen haar, terwijl ik mijn
-goedje bij elkander zocht; <span class="corr" id="xd21e2389" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>en waarom maakt gij zelve geen gebruik van
-den raad, dien gij mij gegeven hebt?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;O! wij hebben niets te vreezen; ons huis
-is <i>geassureerd</i>: onder uw venster kunt het teeken zien, dat zulks
-aanduidt. Ik kan <span class="pagenum">[<a id="pb87" href="#pb87" name=
-"pb87">87</a>]</span>er dus niets bij verliezen, ook is het reeds zeer
-oud; en brandt het al af, welnu, het zal mij, tot eenen penning toe,
-vergoed worden.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Zeer wel, wat het huis betreft; maar uwe
-meubelen?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Zijn ook <i>geassureerd</i>; ik heb dus in
-het minste niet te vreezen. Slechts heb ik een klein pakje linnengoed
-klaar gemaakt, waarmede wij ons, in den uitersten nood, kunnen
-redden.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;<i>Assureert</i> men hier te <i>Londen</i>
-dan alles?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;O ja, zelfs het leven. Gij kunt u voor
-zestig, zeventig of tachtig jaren doen <i>assureren</i>: komt gij voor
-den bij de <i>assurantie</i> bepaalden tijd te sterven, dan betaalt men
-het verschuldigde, volgens akkoord, aan uwe erfgenamen.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Allerliefst! Dan zullen de vrouwen ook
-zonder twijfel <i>assurantie</i> kunnen nemen op dezelfde gezondheid,
-dezelfde liefde en dezelfde toegevendheid van hare mannen, welke de
-eerste huwelijksmaand, bij u de <i>honigmaand</i> genoemd, in het
-algemeen kenschetsen?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;De <i>assuradeurs</i> hebben deze
-onderneming nog niet durven wagen: zij zouden al te veel gevaar
-loopen.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Alles hangt af van den prijs, waarvoor
-<span class="pagenum">[<a id="pb88" href="#pb88" name=
-"pb88">88</a>]</span>men overeenkomt. Betaalt men de <i>assuranties</i>
-hier nog al hoog?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;O neen! Men geeft nog niet eens ten volle
-een half ten honderd.&rdquo;</p>
-<p class="par">Gedurende dit onderhoud had ik, met deze goede vrouw,
-mijnen koffer en reiszak gepakt: met de grootste bedaard- en
-koelbloedigheid had zij mij in deze bezigheid geholpen. Daar ik nu
-tamelijk gerust kon zijn, begaf ik mij aan het raam, en zag nog maar
-eene brandspuit; doch op hetzelfde oogenblik kwam er eene tweede.</p>
-<p class="par">&bdquo;De twee eersten,<span class="corr" id="xd21e2449"
-title="Niet in bron">&rdquo;</span> zeide zij, <span class="corr" id=
-"xd21e2452" title="Niet in bron">&bdquo;</span>komen altijd spoedig;
-want de voorste krijgt eene premie van dertig en de volgende eene van
-twintig schellingen.&rdquo;</p>
-<p class="par">Intusschen kwamen kort daarna nog verscheidene andere
-spuiten. Zij konden overvloedig en zeer gemakkelijk water pompen; want
-door al de straten der stad loopen buizen of pijpen, ter aanvoering van
-hetzelve; en voor eene guinie jaarlijks, heeft de eigenaar in zijn huis
-eene kraan, welke hem ten vollen van water voorziet. De gansche stad
-langs ziet men steenen, waarin een gat geboord is, in hetwelk men, met
-den daartoe geschikten sleutel eene kraan omdraaijende, het water ten
-naastenbij zes duim hoog kan doen springen. <span class=
-"pagenum">[<a id="pb89" href="#pb89" name="pb89">89</a>]</span>Des
-zomers bedient men er zich van, om de straten te bevochtigen, en des
-winters, om ze schoon te maken, en, ingeval van brand, voor de
-spuiten.</p>
-<p class="par">&bdquo;Het komt mij intusschen voor,<span class="corr"
-id="xd21e2462" title="Niet in bron">&rdquo;</span> zeide ik,
-<span class="corr" id="xd21e2465" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>dat de spuitgasten meer pogingen
-aanwenden, om de belendende huizen te beveiligen, dan om het vuur van
-het in brand staande te blusschen.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Natuurlijk!<span class="corr" id=
-"xd21e2470" title="Niet in bron">&rdquo;</span> antwoordde mijne
-waardin; <span class="corr" id="xd21e2473" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>het is ook schier onmogelijk, een huis te
-redden, dat eenmaal heeft vuur gevat; dewijl de brand meestal te ver
-gevorderd is, eer men hulp kan toebrengen. Ook zijn onze meeste muren
-slechts twee steenen dik, en de voornaamste bouwstof der huizen bestaat
-uit houtwerk.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Zoo! En is er dikwijls brand te
-<i>Londen</i>?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Door elkander geslagen rekent men, dat er
-iederen dag een huis afbrandt.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Maar op dezer wijze moeten de
-brand<i>assuradeurs</i> zich in den grond boren.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;In het geheel niet. Zij worden rijk, en in
-plaats, dat de brand hun nadeel doet, vermeerdert hij hun
-fortuin.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Dit is eene wonderspreuk, die ik niet
-versta, en die mij moeijelijk te bewijzen schijnt.&rdquo; <span class=
-"pagenum">[<a id="pb90" href="#pb90" name="pb90">90</a>]</span></p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Ik zal het u begrijpelijk maken. De vrees
-en de menigvuldige voorbeelden vermeerderen dagelijks het getal
-dergenen, welke hunne huizen doen verzekeren. Ik wed, dat gij morgen
-vroeg al de eigenaars van huizen in deze straat, die deze voorzorg nog
-niet genomen hebben, met drift naar het <i>assurantie</i>kantoor zult
-zien loopen, en ik verzeker u, dat onze buurman, dien gij daar zoo druk
-ziet dragen en slepen, in dat geval de laatste niet zal
-zijn.&rdquo;</p>
-<p class="par">Op dit oogenblik stortte het dak van het brandende huis
-in, en de vlam scheen hare woede te verdubbelen.</p>
-<p class="par">&bdquo;Hemel, als er slechts niemand van het huisgezin
-is omgekomen!&rdquo; riep ik uit.</p>
-<p class="par">&bdquo;Neen!<span class="corr" id="xd21e2505" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> zeide zij. <span class="corr" id=
-"xd21e2508" title="Niet in bron">&bdquo;</span>Ziet gij daar in die
-straat, vlak tegenover den brand, dien man niet in den bruinen overrok,
-met de armen over elkander tegen den muur leunen? Deze is de eigenaar:
-zijne vrouw, meid en drie kinderen zijn bij hem; en zij waren de eenige
-bewoners van het huis.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Ik kan dus de moeite wel sparen van u te
-vragen, of het huis <i>geassureerd</i> was: hunne geruste houding en
-bedaardheid zijn er mij borg voor. Deze man brengt mij intusschen eenen
-ouden wijsgeer te binnen, die, <span class="pagenum">[<a id="pb91"
-href="#pb91" name="pb91">91</a>]</span>zijn huis ziende branden, zich
-koelbloedig met de grootste tegenwoordigheid van geest aan den
-brandenden afval warmde; dewijl, zoo als hij zich uitdrukte, dit het
-laatste nut was, dat hij er van kon trekken.<span class="corr" id=
-"xd21e2518" title="Niet in bron">&rdquo;</span></p>
-<p class="par">Toen eindelijk de spuitgasten verklaarden, dat zij het
-vuur meester waren, dat het gevaar voorbij was, en zij tevens voor de
-naburige huizen instonden, keerde mijne goede vrouw naar hare
-slaapkamer terug. Wat mij betrof, daar ik in hare zorgeloosheid niet
-konde deelen, bleef ik nog tot drie uren op, en ging niet te bed, voor
-dat ik mij door het vertrek der spuiten ten volle verzekerd hield, dat
-er volstrekt geen gevaar meer te duchten was.</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Het is, ja, eene schoone zaak, zulke
-brand-<i>assurantien</i>; dacht ik bij mij zelve, toen ik mij weder te
-bed begaf; doch zij kunnen tevens veel aanleiding tot ongelukken geven,
-door de eigenaars der aldus verzekerde huizen al te zorgeloos te maken,
-en hen de noodige behoedzaamheid tegen de gevolgen van het vuur te doen
-verzuimen. Ja, zou zelfs de een of andere deugeniet zijn huis, zijne
-koopwaren en zijnen inboedel niet ver boven de waarde kunnen doen
-<i>assureren</i>, en vervolgens zelf den brand er in steken, om dus, op
-de <span class="pagenum">[<a id="pb92" href="#pb92" name=
-"pb92">92</a>]</span>schandelijkste wijze, een onregtvaardig voordeel
-te bejagen?&rdquo;</p>
-<p class="par">Deze aanmerking deelde ik, den anderen morgen, mijner
-gastvrouw mede, en zij gaf mij ten antwoord, dat eensdeels op deze
-misdaad de dood stond, ja, dat er voor achtien maanden nog een zeker
-persoon, die zich hieraan schuldig had gemaakt, was opgehangen; en ten
-andere, dat de brand-societeit, alvorens <i>assurantie</i> te geven,
-huis, goederen en inboedel deed waarderen, en het regt had, om telkens,
-wanneer het haar goed dacht, deze schatting te doen herhalen.</p>
-<p class="par">Dit antwoord voldeed mij slechts ten halve; want daags
-na de schatting, dacht ik, kan men immers het beste en voornaamste
-gedeelte der goederen en meubelen aan kant maken; in een woord, geene
-waardering, hoe hoog ook aangeslagen, zou mij die verregaande
-onverschilligheid kunnen inboezemen, welke ik bij de Engelsche, wier
-bezittingen <i>geassureerd</i> waren, opmerkte.</p>
-<p class="par">Het moet dus wel waar zijn, dat het goede op dit
-ondermaansche altijd door het kwade vergezeld wordt. <span class=
-"pagenum">[<a id="pb93" href="#pb93" name="pb93">93</a>]</span></p>
-</div>
-</div>
-<div id="ch10" class="div1 chapter"><span class="pagenum">[<a href=
-"#xd21e390">Inhoud</a>]</span>
-<div class="divHead">
-<h2 class="label">X.</h2>
-<h2 class="main"><i>De Schellen.</i></h2>
-</div>
-<div class="divBody">
-<p class="par first">&bdquo;Kent gij het <i>Schellen-Eiland</i>?&rdquo;
-zeide ik, op zekeren dag, tegen mijnen vriend, terwijl wij zamen door
-de stad wandelden.</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Neen! Of bedoelt gij, met opzigt tot de
-schellen, een eiland, even als het <i>Eiland der Lantaarnen</i>, waar
-de vrolijke <i>Panurge</i> zijn leven reddede.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Juist! Het <i>Schellen-Eiland</i> is een
-oud, afgesleten en reeds sedert lang vergeten zangspel, doch welks
-titel <i>Londen</i> mij herinnerd heeft; want de titel-alleen is alles,
-wat ik van die <i>Opera</i> weet. Deze stad mag waarlijk wel de
-<i>Schellen-Stad</i> genoemd worden; en de reden, dat men de schellen
-niet aan de deuren vindt, is buiten twijfel, wijl zij zich met eene
-wandeling door de stad vermaken.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Neen, het is, omdat de meeste Londensche
-uitventers, niet tevreden met u de ooren door hun vreesselijk
-geschreeuw te verdooven, er, ten overvloede, nog eene schel bijvoegen,
-ten einde des te beter de algemeene opmerking tot zich te trekken, en
-dus doende <span class="pagenum">[<a id="pb94" href="#pb94" name=
-"pb94">94</a>]</span>hunne koopmanschappen aan den man te
-brengen.&mdash;Dit kind, dat gij daar ziet met die groote toegedekte
-mand op het hoofd, waarvan het evenwigt door de toppen zijner linker
-vingeren wordt bewaard, terwijl hij met de regterhand eene groote schel
-doet klinken, en welks piepende stem en schelle toonen u het
-trommelvlies schijnen te zullen breken, verkoopt, bij voorbeeld,
-koekjes, om in de thee te doopen, welke de Engelschen na den maaltijd
-nuttigen. Gindsche vrouw, die met moeite dien grooten, met een oud
-vloerkleed bedekten, kruiwagen voortstuwt, waaraan eene soort van klok
-is vastgehecht, is eene appelenverkoopster. Deze man, die,
-niettegenstaande hij aan iederen arm eenen zwaren korf heeft hangen,
-nogtans zijne schel kan doen klinken, is een koopman in taartjes en
-pastijtjes.&mdash;Die andere, die op zijde van dat, met twee oude
-knollen bespannen, karretje, zijn klokje doet hooren, is de vuilnisman;
-want te <i>Londen</i> smijt men het vuilnis niet, zoo als te
-<i>Parijs</i>, op de straat, maar men legt het hier of daar in huis in
-eenen hoek neder, en men ontdoet er zich van, als men door het zoo even
-vermelde klokkenspel de nadering van het voertuig ontwaart, dat met de
-wegruiming van hetzelve belast is. Let <span class="pagenum">[<a id=
-"pb95" href="#pb95" name="pb95">95</a>]</span>slechts eens op! ziedaar
-juist eene meid; die hem eenen korf vol overgeeft, welken hij in zijn
-karretje ledigt.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;En wat zijn dat voor twee menschen, welker
-hoeden rondom met papieren behangen zijn, waarop, naar het mij
-voorkomt, groote geschrevene letters staan, en die beurtelings eenige
-onverstaanbare woorden brullen, en dan wederom op eenen koehoren
-blazen, welk geluid nog tienmaal erger is, dan al het geklank der
-schellen?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Het zijn liedjeszangers en uitventers van
-nieuwstijdingen. Met groote letters schrijven zij op de papieren, welke
-hunne hoeden bedekken, den korten inhoud van het nieuws, hetwelk hunne
-tijdingen bevatten, ten einde, langs dezen weg, hunne waar, naar hunne
-meening, des te beter te slijten. Zoodra de avond valt, hebben zij eene
-brandende toorts, om het opschrift op hun hoofd te verlichten. Ook
-liegen zij even zoo onbeschaamd als uwe uitventers van nieuwstijdingen
-te <i>Parijs</i>, en verhalen zeer omstandig en op eenen verzekerenden
-toon gebeurtenissen en voorvallen, welke men zeer verwonderd is in het
-geheele blad niet te kunnen vinden, hetwelk zij den nieuwsgierigen nog
-wel voor eenen schelling (vier en twintig stuivers Fransch) in de hand
-stoppen, <span class="pagenum">[<a id="pb96" href="#pb96" name=
-"pb96">96</a>]</span>daar men het aan het expeditie-kantoor zelve voor
-zeven <i>pences</i>, of veertien stuivers, kan bekomen.&rdquo;</p>
-<p class="par"><span class="corr" id="xd21e2604" title=
-"Niet in bron">&mdash;</span>&bdquo;Nog al een schelletje! Wat is dat
-nu weder voor eene figuur met zijnen rooden rok, die in de eene hand,
-naar het schijnt, eenen ledigen zak heeft, en met de andere op de maat
-klinkt, en wel op eene geheel andere wijze dan zijne kameraden, de
-overige kooplieden?<span class="corr" id="xd21e2607" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span></p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Dat is geen koopman, maar een, die brieven
-aanneemt, om ze op den post te bestellen. Door dat geluid geeft hij
-zijne nabijheid te kennen, en tegen betaling van eene <i>pence</i> voor
-iederen brief, belast hij zich voor den post met alle, welke men hem
-ter hand wil stellen.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Hij zal dus niet veel fortuin maken: er
-zijn hier immers eene menigte van brievekassen, aan welke men, daar het
-niets kost, buiten twijfel de voorkeur zal geven.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Dit is zoo; maar de brievekassen zijn niet
-langer open, dan tot des avonds te vijf ure, en van vijven tot zessen
-doen de bestellers hunne ronde. Indien gij zelfs na zessen nog eenen
-brief hebt, waar haast bij is, kunt gij hem tot zeven ure toe nog op
-het postkantoor kwijt worden, en tegen betaling van <span class=
-"pagenum">[<a id="pb97" href="#pb97" name="pb97">97</a>]</span>zes
-<i>pences</i> voor iederen brief, worden zij nog in het maal gesloten.
-O mijn vriend! <i>Londen</i> is eene heerlijke stad! Alles is daar
-berekend, om&mdash;<span class="corr" id="xd21e2628" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span></p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;om geld te winnen!<span class="corr" id=
-"xd21e2633" title="Niet in bron">&rdquo;</span> <span class=
-"pagenum">[<a id="pb98" href="#pb98" name="pb98">98</a>]</span></p>
-</div>
-</div>
-<div id="ch11" class="div1 chapter"><span class="pagenum">[<a href=
-"#xd21e400">Inhoud</a>]</span>
-<div class="divHead">
-<h2 class="label">XI.</h2>
-<h2 class="main"><i>De Schouwburg.</i></h2>
-</div>
-<div class="divBody">
-<p class="par first">Ons onderhoud over de schellen bragt ons bij den
-schouwburg van <i>Covent-Garden</i>, waar wij dezen avond een
-vertooning van <i>Beverleij</i>, in het Engelsch den <i>Speler</i>
-genaamd, zouden bijwonen.</p>
-<p class="par">&bdquo;Waar zullen wij onze plaats nemen?&rdquo; vroeg
-mijn vriend <i>C.</i></p>
-<p class="par">&bdquo;&mdash;Mijne plaats is bij verkiezing altijd in
-het orchest: men kan daar volmaakt goed hooren, en heeft tevens een
-uitmuntend gezigt op het tooneel en op de aanschouwers.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;&mdash;Er is geen orchest in de Engelsche
-schouwburgen. Slechts een <i>parterre</i> of <i>bak</i>. Hetgeen men
-hier het orchest noemt, is, bij uitsluiting, geheel alleen voor de
-muzijkanten geschikt; en hoe vol het ook zijn moge, nimmer doet men
-deze heeren, zoo als te <i>Parijs</i> meermaals geschiedt, hunne plaats
-verlaten: het publiek zou zulks volstrekt niet dulden.<span class=
-"corr" id="xd21e2672" title="Niet in bron">&rdquo;</span></p>
-<p class="par">&bdquo;&mdash;Laat ons dan in den bak gaan zitten,
-<span class="pagenum">[<a id="pb99" href="#pb99" name=
-"pb99">99</a>]</span>mids wij er geen al te slecht gezelschap
-aantreffen.<span class="corr" id="xd21e2679" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span></p>
-<p class="par">&bdquo;&mdash;Slecht gezelschap in den bak? Wees
-daarvoor niet bang. Tegen drie en een&rsquo; halven schelling de
-plaats, behoeft men niet te vreezen, Jan Rap en zijnen maat te zullen
-ontmoeten; dat volkje bezet de galerijen. Derhalve in den bak, mijn
-vriend, ten minste,<span class="corr" id="xd21e2684" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> voegde hij er schertsende bij,
-<span class="corr" id="xd21e2687" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>zoo gij, na eenige oogenblikken, niet van
-besluit veranderd zijt?&rdquo;</p>
-<p class="par">Tot aan het tooneel genaderd, zagen wij eene menigte van
-wel omtrent drie honderd personen, zoo mannen als vrouwen, allen zeer
-wel gekleed, die zich onderling duwden en stootten, en bij afwisseling
-verdrongen, even als de baren van eene verbolgene zee. Uit het midden
-van deze zoo zaamgepakte menigte hoorde men somwijlen een half gesmoord
-geluid; want die zich eenmaal in dezen drom bevindt, kan er zich met
-geene mogelijkheid weder uitredden.</p>
-<p class="par">&bdquo;<span class="corr" id="xd21e2694" title=
-"Niet in bron">&mdash;</span>Wat beteekent deze oploop?&rdquo; vroeg ik
-mijnen vriend.</p>
-<p class="par">&bdquo;&mdash;Het zijn de vaste klanten van den bak.
-Dezen drom moeten wij met handen en voeten, zoo goed wij kunnen,
-trachten door te boren: komaan, dat gaat u voor! pas slechts op uw
-horologie en op uwe goudbeurs: <span class="pagenum">[<a id="pb100"
-href="#pb100" name="pb100">100</a>]</span>de Londensche zakkenrolders
-geven den Parijschen niets toe. Laat ons ten minste ons best doen, om
-dit vermaak niet duurder, dan met eenen gescheurden rok, te
-betalen.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;&mdash;Een oogenblik, als het u belieft. Moet men
-ook zoo dringen, om in de <i>loges</i> te komen?&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;&mdash;Geenszins, want men betaalt daar
-<span class="ex">zeven</span> schellingen, en buitendien zijn de meeste
-plaatsen daar reeds besproken.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;&mdash;Laat ons dan liever in eene <i>loge</i>
-gaan.&mdash;Maar waarom houdt de politie geen beter toevoorzigt? een
-dozijn soldaten zou voldoende zijn, om de orde te bewaren, en men
-kon.....&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;&mdash;Politie! Soldaten!&mdash;Altijd en eeuwig
-Fransche denkbeelden en begrippen!&mdash;Vergeet gij dan, dat gij in
-een vrij land zijt? Twintig personen mogen in dit gedrang versmoord
-worden; doch zoo zich slechts een soldaat liet zien, zou men hem zeker
-steenigen.<span class="corr" id="xd21e2719" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span></p>
-<p class="par">&bdquo;&mdash;Dus bestaat de Engelsche vrijheid
-gedeeltelijk in het voorregt, om zich plat te laten
-drukken?<span class="corr" id="xd21e2724" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span></p>
-<p class="par">&bdquo;&mdash;Maar men heeft immers de vrijheid, om er
-zich niet aan bloot te stellen, en niet in den schouwburg te gaan, of,
-zoo als wij zullen doen, in de <i>loge</i> plaats te nemen.&rdquo;
-<span class="pagenum">[<a id="pb101" href="#pb101" name=
-"pb101">101</a>]</span></p>
-<p class="par">Nu kwamen wij door eene andere deur aan den ingang der
-<i>loges</i>. Bij het inkomen der zaal werden, in eene soort van een
-voorportaal, de kaartjes uitgegeven.&mdash;De kaartjes! ziedaar al
-wederom eene Fransche benaming!&mdash;Het waren geene kaartjes, maar
-ronde koperen stukjes, ter grootte van eenen stuiver, waarmede men
-bewijst, dat men het regt gekocht heeft, om de vertooning bij te wonen.
-Zoodra men derhalve voor zeven schellingen wettige bezitter van dit
-stukje koper is geworden, geeft men het aan een&rsquo; der
-<i>suppoosten</i>, en alsdan kan men gaan zitten, waar men wil; want al
-de <i>loges</i> zijn van denzelfden prijs, en eene verdieping hooger of
-lager maakt hier geen onderscheid.</p>
-<p class="par">Alle <i>loges</i> op den eersten omgang waren reeds
-bezet; wij moesten dus ons fortuin eene verdieping hooger beproeven,
-waar de voorste banken insgelijks alle verhuurd waren; want dit
-voorregt heeft men in de Londensche schouwburgen, dat men geenszins
-verpligt is, om eene geheele <i>loge</i> af te huren: men kan er zoo
-vele en weinige plaatsen in bespreken, als men verkiest; doch men kan
-zich tevens van de besprokene plaatsen niet langer verzekerd houden,
-dan tot het einde van het eerste bedrijf: alsdan geldt de spreuk:
-<i>die het eerst <span class="pagenum">[<a id="pb102" href="#pb102"
-name="pb102">102</a>]</span>komt, die het eerst maalt</i>! en zij, die
-ze besproken hebben en te laat komen, moeten, in dat geval, gaan
-zitten, waar zij het best kunnen. Het uitwendige van den schouwburg had
-mij juist geen zeer gunstig denkbeeld van denzelven gegeven. Het is een
-groot en eenvoudig van tigchelsteen opgehaald gebouw, waaraan men geen
-den minsten luister of pracht kan bespeuren, in een woord, ten
-naastenbij gelijk aan al de overige huizen van <i>Londen</i>: het
-eenige verschil bestaat in deszelfs hoogte en meerdere grootte. Ik werd
-dus niet onaangenaam verrast, toen ik het inwendige even zoo bevallig
-vond, als mij het uitwendige onbehagelijk was voorgekomen. De
-<i>loges</i> zijn alle rood geschilderd en fraai afgezet met vergulde
-randen en lijsten. Het schilderwerk is altijd levendig en frisch, omdat
-het zeer dikwijls wordt opgehaald. Ook hangen er geene kroonen in het
-midden van de zaal; maar tusschen iedere <i>loge</i> eene sierlijk
-bewerkte kristallen <i>branche</i> met vier waskaarsen, hetwelk aan de
-Engelsche vrouwen een voorregt verschaft, dat de Fransche in onze
-schouwburgen, helaas! moeten ontberen, het voorregt namelijk van zeer
-duidelijk gezien en opgemerkt te kunnen worden. Beneden is alles bak.
-De hoogte der zaal is verdeeld in vijf galerijen of rangen,
-<span class="pagenum">[<a id="pb103" href="#pb103" name=
-"pb103">103</a>]</span>men heeft er geene <i>loges</i> in de kolommen
-zelve, noch op zijde van het orchest aan het tooneel, ook niet in het
-midden tegenover de vertooners, even min als getraliede <i>loges</i>,
-die echter zoo gemakkelijk en aangenaam voor eene zekere soort van
-liefhebbers zijn.</p>
-<p class="par">Ik zocht de galerijen, waarvan mijn vriend <i>C...</i>
-gesproken had, maar ik ontdekte ze niet.</p>
-<p class="par">&bdquo;Men geeft dezen naam,<span class="corr" id=
-"xd21e2785" title="Niet in bron">&rdquo;</span> zeide hij, <span class=
-"corr" id="xd21e2788" title="Niet in bron">&bdquo;</span>aan dat
-gedeelte van de vierde en vijfde rij <i>loges</i>, dat vlak tegenover
-het tooneel is, en aan hetgeen wij in <i>Frankrijk</i> het
-<i>amphitheatre</i> of <i>paradijs</i> noemen. De prijs der plaatsen is
-op den vierden rang, de eerste galerij genaamd, twee schellingen, en op
-den vijfden, of de tweede galerij, slechts een. Deze galerijen,
-bijzonder de tweede, zijn altijd met het gemeenste volk bezet;
-fatsoenlijke lieden zouden zich schamen er <span class="corr" id=
-"xd21e2804" title="Bron: ge-gezien">gezien</span> te worden: ook wordt
-dit gedeelte van het publiek met veel minder omstandigheid behandeld.
-Op deze twee bovenste galerijen ziet men noch <i>branches</i> noch
-waskaarsen: het zijn planeten, die slechts verlicht worden door de
-stralen der zon, die onder hen haren luister verspreidt. Het zal toch
-niet noodig zijn, te zeggen, dat hier nooit eene wacht van soldaten,
-maar altijd eenige politiebedienden gevonden
-worden.&rdquo;&mdash;Voorts worden uit deze hoogte <span class=
-"pagenum">[<a id="pb104" href="#pb104" name=
-"pb104">104</a>]</span>somwijlen de tooneelspelers, die hunne rol niet
-naar genoegen vervullen, met gebraden appelen of notedoppen begroet.
-Dezen zelfden avond nog werd er eene ledige flesch van de bovenste
-verdieping naar beneden in den bak gesmeten, doch kwetste gelukkig
-niemand; en een bezopen <span class="corr" id="xd21e2812" title=
-"Bron: karel">kerel</span> tuimelde van de tweede op de eerste galerij.
-Het is den ge&euml;erden lezer zonder twijfel bekend, dat de dronkaards
-hunnen eigen God er op na houden: degene, die viel, bezeerde zich dus
-zelf niet, maar hij, die de eer had, van hem op zich te ontvangen, moet
-waarschijnlijk geen aanbidder van dien God geweest zijn; want door de
-zwaartekracht van zijnen bovenbuur, kwam hij er met niet minder af, dan
-met eenen gebroken arm.</p>
-<p class="par">Eenige jaren geleden is de schouwburg van
-<i>Covent-Garden</i> tot den grond toe afgebrand. Bij den nieuwen
-opbouw hadden de ondernemers eenen rang met getraliede <i>loges</i>
-doen maken, om ze tot eenen hoogeren prijs te kunnen verhuren: ook
-hadden zij de plaatsen in den bak op vier schellingen gezet. Doch deze
-nieuwigheden mishaagden <i>John Bull</i>. Men liet, gedurende vijftien
-dagen, den schouwburg stil staan, en toen er toch eindelijk moest
-gespeeld worden, werd de ingang van den bak alle avonden overrompeld:
-sommigen smeten hunne drie <span class="pagenum">[<a id="pb105" href=
-"#pb105" name="pb105">105</a>]</span>en een&rsquo; halven schelling,
-onder het doordringen, in het kantoor, anderen, en wel de meesten,
-baanden zich met geweld eenen weg, zonder iets te betalen; de
-tooneelspelers werden, zoodra zij te voorschijn kwamen, met modder en
-slijk begroet, en ten laatste zagen zich de ondernemers genoodzaakt,
-den gewonen prijs van den bak tegen drie en een&rsquo; halven schelling
-weder in te voeren, en de getraliede <i>loges</i> te onttralien.</p>
-<p class="par">De zaal heeft ten naastenbij dezelfde grootte en
-gedaante als die der <i>Opera</i> te <i>Parijs</i>. Zij was dezen avond
-zoo ongemeen vol en opgepropt, dat men verscheidene personen aan de
-deur moest afwijzen. De oorzaak van dezen grooten toevloed was de
-terugkomst van <i>miss O&rsquo;Neil</i>, eene jonge en bevallige
-<i>actrice</i>, aan welke de Engelschen de vereenigde bekwaamheden
-toeschrijven van onze twee voornaamste treurspelspeelsters te
-<i>Parijs</i>, welke ik niet noodig acht te noemen, dewijl zij bij
-iederen kunstlievenden lezer, zonder twijfel, bekend zijn. Zij had een
-pleizierreisje door de provintien gedaan, en gedurende dien tijd,
-volgens het algemeene praatje, het geringe sommetje bijeen gebragt van
-acht duizend pond sterling (192,000 Fransche <i>livres</i>.) De
-dagbladen, waaruit ik deze bijzonderheid geput <span class=
-"pagenum">[<a id="pb106" href="#pb106" name="pb106">106</a>]</span>heb,
-zwijgen echter, of <i>miss O&rsquo;Neil</i> tot de bijeenzameling van
-deze aanmerkelijke som ook nog van iets anders, dan van hare
-tooneelbekwaamheden gebruik heeft moeten maken.</p>
-<p class="par">Zij zou dezen avond voor de eerste maal na hare
-terugkomst de rol van <i>mistress Beverleij</i> vervullen:
-<i>Kemble</i>, een zeer goed treurspelspeler, was <i>Beverleij</i>: de
-overige rollen werden allen uitgevoerd door de eerste en voornaamste
-personaadjes van den troep.&mdash;<i>Troep?</i> dit woord zal mogelijk
-sommigen fijnen ooren min of meer kwetsen; ik bezig het echter met
-voordacht, omdat het mij het meest gepaste voorkomt.</p>
-<p class="par">Na het voorstuk werd <i>Jean Bart</i> gegeven, een uit
-het Fransch vertaald stukje; want zeer vele van onze <i>melodrames</i>
-worden te <i>Londen</i> gespeeld, en maken daar, niettegenstaande den
-nationalen hoogmoed en eigenliefde der Engelschen, den grootsten
-opgang.</p>
-<p class="par">De <i>Ekster</i>, onder anderen, is op de drie
-voornaamste tooneelen dezer stad gegeven, en heeft drie maanden lang
-den grootsten toeloop gehad. Een jong tooneelspeler, die de rol van
-eenen onnoozelen vervulde, trok mijne aandacht bijzonder tot zich: hij
-had een ongedwongen, boertig en natuurlijk spel, en heette,
-<span class="pagenum">[<a id="pb107" href="#pb107" name=
-"pb107">107</a>]</span>zoo als men mij zeide, <i>Liston</i>. Tusschen
-het voor- en nastuk wandelden wij, eenige oogenblikken, in eene soort
-van gang of galerij, die tamelijk naauw was en veel geleek naar onze
-zoogenaamde kagchelkamers, maar die verre na niet aan het fraaije van
-de zaal beantwoordde. Ligtelijk zal de lezer raden, dat men, bij het
-uitgaan van den schouwburg, niet meerder orde en geregeldheid en even
-min betere voorzorgen van de politie aantreft, dan bij het inkomen. De
-koetsen redden zich uit het gedrang, dank der breede straten! en de
-voetgangers, dank den zijpaden en der vlugheid hunner onderdanen!</p>
-<p class="par">&bdquo;Welnu,<span class="corr" id="xd21e2895" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> zeide mijn vriend, bij het uitgaan,
-<span class="corr" id="xd21e2898" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>wat dunkt u van ons tooneel? Hoe is het u
-bevallen?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Hm! wel!<span class="corr" id="xd21e2903"
-title="Niet in bron">&rdquo;</span></p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Dit <i>wel</i> komt niet regt uit de
-borst!&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Wat zal ik u zeggen? <i>Aristoteles</i> en
-<i>Euripides</i>, <i>Boileau</i> en <i>Racine</i> hebben mijnen smaak
-en mijne wijze van beschouwen veranderd en misschien bedorven. Ik kan
-mij niet vermaken met mij in hetzelfde bedrijf bij <i>Stukely</i> en
-<i>Beverleij</i> gebragt te zien, dan eens in een dobbelhuis, en dan
-weder bij <i>Beverleij</i>. Tot dertienmaal is het tooneel in dit stuk
-veranderd. Onze gedrochtelijke <i>melodrames</i> zijn <span class=
-"pagenum">[<a id="pb108" href="#pb108" name=
-"pb108">108</a>]</span>meesterstukken bij de Engelsche treurspelen,
-uitgezonderd de <i>Cato</i> van <i>Addison</i>, welk stuk den
-Engelschen echter niet bevalt, omdat er te veel orde en regelmatigheid
-in heerscht. De kleeding, de decoratien en al de overige toestel zijn
-even zoo keurig en voldoende, als men in <i>Frankrijk</i> zoude kunnen
-verlangen. Wat uwen <i>acteurs</i> en uwer <i>actrices</i> betreft,
-neem het mij niet kwalijk, mijn vriend! dezen verwijderen zich te zeer
-van de natuur door dezelve al te nabij te volgen, of liever, zij
-stellen haar zoodanig voor, dat de nabootsing onaangenaam en wanstaltig
-wordt. Kan het u, bij voorbeeld, treffen, <i>Beverleij</i> als eenen
-razenden <i>Roeland</i> over het tooneel te zien vliegen, en zich op
-den grond te wentelen, om de hevigheid der smarten uit te drukken,
-welke hem het ingenomen vergift veroorzaakt? Geeft het vreesselijke
-gegil zijner vrouw, wanneer zij het lijk van haren man ontwaart, en het
-stuiptrekkend hikken en snikken, waarop zij den aanschouwer vergast,
-geenen allerslechtsten smaak te kennen? Geenszins wil ik aan <i>sir
-Kemble</i> en <i>miss O&rsquo;Neil</i> de bekwaamheden ontzeggen, noch
-den lof ontnemen, welken geheel <i>Engeland</i> hun beiden toezwaait,
-maar, mijns bedunkens, zijn zij zeer verre verwijderd van hetgeen
-<i>Larive</i> en mejufvrouw <i>Raucourt</i> <span class=
-"pagenum">[<a id="pb109" href="#pb109" name=
-"pb109">109</a>]</span>voorheen waren, en hetgeen <i>Lafont</i> en
-mejuffer <i>Georges</i> nog heden bij ons zijn.</p>
-<p class="par">Eenige dagen later ging ik insgelijks den schouwburg van
-<i>Drury-Lane</i> bezoeken; doch ik wil er liefst niets van zeggen,
-omdat ik ten naastenbij dezelfde aanmerkingen zou moeten herhalen,
-welke ik over dien van <i>Covent-Garden</i> gemaakt heb.</p>
-<p class="par">Betreffende de <i>Opera</i>, deze was nog niet geopend;
-doch daar ik het plan heb, om nogmaals, gedurende dezen winter, eenige
-weken in <i>Londen</i> door te brengen, zal ik er alsdan mijnen
-geachten lezers rekenschap van kunnen geven, indien het verhaal van
-mijn eerste verblijf gelukkig genoeg geweest is, om hen eenige
-oogenblikken te hebben bezig gehouden.</p>
-<p class="par">Intusschen zijn deze drie tooneelen de voornaamste in
-<i>Londen</i>. Er zijn nog wel eenige andere schouwburgen van minder
-belang; maar al hadde ik den tijd gehad, om dezelve te bezoeken, zou ik
-er echter hier niet van gesproken hebben. Wanneer men met
-<i>Achilles</i> begint, mag en moet men niet met <i>Thersites</i>
-eindigen. <span class="pagenum">[<a id="pb110" href="#pb110" name=
-"pb110">110</a>]</span></p>
-</div>
-</div>
-<div id="ch12" class="div1 chapter"><span class="pagenum">[<a href=
-"#xd21e409">Inhoud</a>]</span>
-<div class="divHead">
-<h2 class="label">XII.</h2>
-<h2 class="main"><i>De straten en huizen.</i></h2>
-</div>
-<div class="divBody">
-<p class="par first">&bdquo;Welke is de naaste weg naar
-<i>Portland-street</i>?&rdquo;</p>
-<p class="par">Dit was de vraag, welke ik alle dagen deed, als ik tot
-mijnent terug wilde keeren. Echter deed ik dezelve nooit aan hen, die
-ik op den weg ontmoette; wijl men reeds meermalen het kwaadaardig
-vermaak genoten had, van mij eenen geheel anderen koers op te geven;
-maar altijd vroeg ik in den eenen of anderen winkel, waar ik ook altijd
-te dezen opzigte zeer vriendelijk en welwillend ben behandeld geworden.
-Overigens was ik den weg niet kundiger bij mijn vertrek, dan bij mijne
-aankomst.</p>
-<p class="par">Hierover moet men zich geenszins verwonderen; want op de
-straten van <i>Londen</i> kan men het gezegde van <i>Ovidius</i>,
-wegens de Zee-Nijmphen, toepasselijk maken.</p>
-<div lang="la" class="lgouter xd21e2361">
-<p class="line xd21e3038">...... Facies non omnibus una,</p>
-<p class="line">&bdquo;Non diversa tamen, qualem decet esse
-sororum.&rdquo;</p>
-</div>
-<p class="par first">Zij zijn allen lang, regt en breed, met een
-<span class="pagenum">[<a id="pb111" href="#pb111" name=
-"pb111">111</a>]</span>voetpad op zijde, en de huizen alle gelijkvormig
-gebouwd. Ook vindt men op alle hoeken winkels of kassen, welke ieder in
-hunne soort geene verschillendheid aan het gezigt opleveren. De muren
-schijnen met eene vale, doffe kleur bestreken, hetwelk geenszins het
-gevolg der kunst is; maar welke kleur zij zeer spoedig aannemen, ten
-gevolge van de aldaar niet zeldzame dikke nevels en den zwarten
-kolendamp, waarop de geheele stad, ten minste negen maanden van het
-jaar, gastvrij onthaald wordt. Voeg hier nog bij, dat de namen der
-straten, alhoewel op bordjes met zeer groote letters geschreven,
-meestal onleesbaar zijn; wijl dezelfde damp, welke zicht aan de muren
-hecht, ook hen met dezen klevenden walm bezoedelt. Des avonds vooral is
-het volstrekt onmogelijk, die namen te lezen; wijl de wijze, waarop de
-straten te <i>Londen</i> verlicht zijn, nergens anders toe schijnt te
-dienen, dan om, zoo als <i>Milton</i> zich te regt uitdrukt, de
-<i>duisternis zigtbaar</i> te maken.</p>
-<p class="par">Ik zal echter niet zeggen, dat er gebrek is aan
-lantaarns; doch geenszins kan ik er het woord <i>lichtende</i>
-bijvoegen. Van vijftien tot zestien schreden zijn de straten aan
-weerszijden er mede voorzien; en zij hangen in het lange bezijden het
-voetpad aan ijzeren staven; maar het licht, dat <span class=
-"pagenum">[<a id="pb112" href="#pb112" name="pb112">112</a>]</span>zij
-van zich geven, is zoo gering, en verspreidt zoo weinig helderheid, dat
-men het zeer gevoegelijk bij het afschijnsel dier insecten kan
-vergelijken, welke in eenen donkeren, zoelen zomernacht den glans ten
-toon spreiden, waarmede de natuur hen heeft uitgedost. Geloof echter
-niet, dat men deze hooggeroemde zijpaden, waarvan niet weinig gesproken
-wordt, zoo maar doodgerust kan betreden, zonder de vreesselijkste
-gevolgen van de minste afgetrokkenheid te moeten duchten. Wel is waar,
-dat men het gevaar van paarden en rijtuigen niet te vreezen heeft, maar
-men heeft desniettemin al zijne oplettendheid noodig, om zich voor
-andere gevaren te hoeden, waardoor men, bij iederen voetstap, bedreigd
-wordt. Bij voorbeeld, de kruiwagens der uitventers, de vaten der
-melkboeren, die volkomen aan onze waterdragers gelijk, en met het
-krieken van den dag tot des avonds te zeven ure, door de gansche stad
-op de been zijn; de vrachten van allerlei soort, waarmede de dragers
-langs de straten zwieren; de schoppen en bezems der straatvegers, de
-manden der bakkers en gebakverkoopers; de planken, de gereedschappen en
-de werktuigen, waarmede de verschillende ambachtslieden heen en weder
-loopen, en bovenal de metselaars met hunne <span class=
-"pagenum">[<a id="pb113" href="#pb113" name=
-"pb113">113</a>]</span>kalkbakken. Maar hoed u, in &rsquo;s hemels
-naam, voor de ladders der lantaarnopstekers: dezen loopen, zoo haast de
-avond begint te vallen, als gek en dol door de stad, met hunnen ladder
-op schouder, van lantaarn tot lantaarn, ten koste van het gevaar, om
-alles onder de voet te werpen, wat zich op hunnen weg bevindt.
-Intusschen is deze haast zeer verschoonbaar wegens de groote menigte
-lantaarnen, die ieder in zijne wijk te verzorgen heeft.</p>
-<p class="par">Echter is het geenszins voldoende, slechts vooruit te
-zien! O neen! men mag wel op beide zijden, ja zelfs van achteren, oogen
-hebben. Let ook vooral wel op, waar gij uwe voeten zet; want voor ieder
-huis wachten u twee gapende afgronden. Al de voetpaden zijn hol; wijl
-de kelders daaronder loopen. Een rond of vierkant gat, van ongeveer
-tien of twaalf duim omtreks, midden in het voetpad, is de deur,
-waardoor men den benoodigden voorraad van steenkolen opdoet. Indien dit
-gat, bij toeval, op uwen weg open staat, en gij er ongelukkig met de
-voeten in raakt, kunt gij, met het grootste gemak van de wereld, een
-been breken. Doch dit is nog niet met al; maar indien de ijzeren tralie
-of de houten deur, waardoor men in den kelder komt, op het oogenblik
-van uw overgaan niet gesloten <span class="pagenum">[<a id="pb114"
-href="#pb114" name="pb114">114</a>]</span>is, loopt gij zelfs gevaar
-van den hals er bij in te schieten; hetgeen zeker nog al iets van
-belang is!</p>
-<p class="par"><a id="xd21e3069" name="xd21e3069"></a>Welnu, men gaat
-ten minste op deze zijpaden droogvoets, zal de lezer denken. O ja,
-wanneer het namelijk droog weer is; maar, wanneer het tegendeel plaats
-heeft, zijn zij eenen duim hoog met slijk en vuilnis bedekt, en noch de
-straatvegers noch de eigenaars der huizen denken er aan, om den
-doorgang van deze modderpoelen te zuiveren. Ook ziet men de mannen
-altijd in laarzen of slopkousen, terwijl de vrouwen zich reeds in de
-verte, door het klateren harer beslagene slijkschoenen doen hooren,
-waarmede hare voeten gewapend zijn, en die, met hooge hielen voorzien,
-over hare andere schoenen worden aangedaan.</p>
-<p class="par">De gewone breedte der straten staat gelijk met die van
-de <i>Saint Louis au Marais</i>, te <i>Parijs</i>: sommige anderen, bij
-voorbeeld, de <i>Oxford-</i>, <i>Haymarket-</i>, <i>Portman-street</i>,
-enz. zijn wel zoo breed als de <i>Boulevard des Italiens</i>. Doch men
-moet hier wel degelijk van uitzonderen het gedeelte der stad, de
-<i>City</i>, genaamd, hetwelk geheel uit kleine, naauwe en in en door
-elkander kruisende straatjes en steegjes bestaat, die zamen eenen
-doolhof vormen, <span class="pagenum">[<a id="pb115" href="#pb115"
-name="pb115">115</a>]</span>waaruit men, eenmaal aan het dolen zijnde,
-zich niet gemakkelijk kan redden. Echter vindt men daar ook, even als
-elders, steeds de gewone voetpaden, die nogtans zoo smal zijn, dat men
-er onmogelijk regt door op kan voortgaan, en die derhalve den doortogt
-veeleer stremmen dan bevorderen. In het midden van den weg is de
-standplaats der huurkoetsen, en dikwijls vindt men de breedste straten
-daarmede zoodanig bezet, dat eene menigte van aankomende en
-terugkeerende rijtuigen er ter wederzijde niet langs zouden kunnen
-geraken, zonder hunne toevlugt te nemen tot de voetpaden, die veelal
-twaalf tot vijftien voet breed zijn.</p>
-<p class="par">Nogtans moet men toestemmen, dat men er niet, even als
-te <i>Parijs</i>, ieder oogenblik getrapt, geschopt, gedrongen, geduwd
-en met de ellebogen tegen de ribben gestooten wordt. Dit komt
-gedeeltelijk vandaar, dat het een algemeen aangenomen gebruik is, om,
-naarmate men van een zeker punt afkomt, de regterzijde van het voetpad
-te houden, terwijl zij, die u tegenkomen, altijd hunnen weg ter
-linkerzijde vervolgen: daarenboven vindt men ook nooit te <i>Londen</i>
-dat verbazende aantal voetgangers, hetwelk men in de straten van
-<i>Parijs</i> ontmoet. Uitgezonderd, in dat gedeelte <span class=
-"pagenum">[<a id="pb116" href="#pb116" name="pb116">116</a>]</span>der
-stad, de <i>City</i> genaamd, hetwelk digt bij de beurs is, levert
-<i>Londen</i> een volmaakt gezigt op van de voorstad
-<i>Saint-Germain</i>; en zeer vele andere wijken wedijveren met de
-stilte en eenzaamheid, welke in onze vreedzame <i>Marais</i>
-heerschen.</p>
-<p class="par">Dezelfde eentoonigheid, die men aan de straten opmerkt,
-heeft ook, met opzigt tot de huizen, plaats; want het eenigste
-onderscheid tusschen het paleis van een&rsquo; der voornaamste
-<i>Lords</i> en de woning van eenen koopman in kolen, bestaat hierin,
-dat het eerstgenoemde grooter is, en bij gevolg eene meerdere
-uitgestrektheid beslaat.</p>
-<p class="par">Bijna al de huizen zijn drie verdiepingen hoog, de
-keuken onder den grond, waar de kok zijn vast verblijf en zijne
-woonplaats heeft, en waar derhalve de <i>beef-steaks</i> en
-<i>puddings</i> gereed gemaakt worden, niet medegerekend. Ook heeft men
-bij de woningen der grooten noch stalling noch koetshuizen, en de
-prachtigst gekleede <i>Lady</i> moet, zelfs bij het ongunstigste weder,
-uit hare koets stijgen, om, aldus het voetpad overstappende, hare
-woning te bereiken, wanneer haar rijtuig na de eene of andere voorstad
-terugkeert, waar geheele straten gevonden worden, die alleen uit
-stallen en wagenhuizen bestaan. De Engelsche vrouwen <span class=
-"pagenum">[<a id="pb117" href="#pb117" name=
-"pb117">117</a>]</span>dienen dus eenen geruimen tijd tevoren het
-oogenblik van haar uitgaan te bepalen, opdat haar rijtuig inmiddels kan
-besteld worden.&mdash;Beminnelijke Fransche dames, aanbiddelijke
-schepsels, wier waarde men des te sterker gevoelt, naarmate men verder
-van u verwijderd is: gij, wier bekoorlijk en levendig ongeduld geene
-minuut toevens tusschen de geboorte en bevrediging uwer wenschen
-gedoogt; wat zou er van u worden, indien gij, bij het opstaan, reeds
-ernstig moest overdenken, welk tijdstip van den dag het u zou kunnen
-invallen, een toertje te rijden?&mdash;</p>
-<p class="par">Doch laat mij tot de huizen terugkeeren, welker
-eenvormigheid ten klaarste aantoont, dat de Engelsche bouwmeesters
-hunne verbeeldingskracht en denkvermogen juist niet al te sterk
-behoeven in te spannen. Geene versierselen van buiten, geene
-verschillendheid van gedaante: de openslaande kruisramen, op de
-Spaansche wijze, zijn hier geheel onbekend: de met kleine ruitjes
-versierde vensters worden op- en nedergeschoven, zoo als men er hier en
-daar, in <i>Parijs</i> nog wel eenige aantreft in huizen uit de eeuw
-van <i>Lodewijk</i> XIII. Een ijzeren hek, ten naastenbij eene halven
-mans lengte hoog, dat tot op het voetpad uitloopt, bezet de huizen
-rondom, en laat den aankomende <span class="pagenum">[<a id="pb118"
-href="#pb118" name="pb118">118</a>]</span>niet meer dan den benoodigden
-doortogt tot eene smalle deur, welke den ingang opent, en op welke een
-klein koperen plaatje is gespijkerd, waarop de naam van den bewoner te
-lezen staat. De trappen zijn, over het algemeen, zeer smal; in een
-woord, de geheele verdeeling der huizen is gebrekkig en gedrongen
-ingerigt, en verre na zoo gemakkelijk niet als in <i>Frankrijk</i>; en
-zoo men er al rijk gemeubelde vertrekken aantreft, zal men er echter
-vergeefs dien smaak, die kieschheid, dat bevallige zoeken, hetwelk, bij
-uitsluiting, alleen te <i>Parijs</i> gevonden wordt.</p>
-<p class="par">Wat der slaapkamer der Engelschen betreft, deze is het
-<i>heilige der heiligen</i>; men zou het onwelvoegelijk achten, u
-dezelve te laten zien, evenzeer als de vraag ongepast zou zijn, om er
-in toegelaten te worden; en ik geloof niet, dat het meerder moeite zou
-kosten, in het bed van eene Engelsche vrouw, dan in de slaapkamer van
-eenen Engelschen man den toegang te erlangen. <span class=
-"pagenum">[<a id="pb119" href="#pb119" name="pb119">119</a>]</span></p>
-</div>
-</div>
-<div id="ch13" class="div1 chapter"><span class="pagenum">[<a href=
-"#xd21e418">Inhoud</a>]</span>
-<div class="divHead">
-<h2 class="label">XIII.</h2>
-<h2 class="main">* * * * * *</h2>
-</div>
-<div class="divBody">
-<p class="par first">&bdquo;En waarom geeft gij dit hoofdstuk geenen
-titel?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Waarom, mijn waarde lezer? wel, omdat de
-titelfabrijk boven alle verbeelding moeijelijk aan den gang te houden
-is. Menig schrijver heeft minder moeite, om zijn werk te vervaardigen,
-dan om den behoorlijken titel er voor te vinden. Vooreerst moet de
-titel het onderwerp, dat men behandeld heeft, wel doen kennen, ten
-tweede moet hij de nieuwsgierigheid opwekken, en ten derde moet hij het
-bekoorlijke der nieuwheid niet ontberen, drie eigenschappen, welke niet
-ligt met elkander te vereenigen zijn. Intusschen had ik, na eenige
-ernstige uren overwegens, er reeds drie gevonden, die mij voorkwamen al
-deze vereischten te bezitten, en nu vond ik mij met niets meer
-verlegen, dan met de keuze: terwijl ik tevens bij mij zelven de
-opmerking maakte, dat somtijds eenige jonge lieden van eene vurige
-verbeeldingskracht, en beminnaars <span class="pagenum">[<a id="pb120"
-href="#pb120" name="pb120">120</a>]</span>van eene te levendige
-schilderij, op het zien alleen van een&rsquo; dezer titels, zich zouden
-kunnen vleijen, in deze afdeeling iets te vinden, hetgeen ik nooit
-voornemens was geweest er in te plaatsen, en dus, bij het einde,
-ontevreden zouden geweest zijn, dat zij hunnen smaak niet voldaan
-gezien hadden; of wel, dat een of ander beminnelijk wijsneusje of
-bedilstertje, deze mijne <i>Vijftien Dagen</i> in een gezelschap
-voorlezende, zoude meenen, deze geheele afdeeling te moeten overslaan,
-uit vreeze van er dingen in aan te treffen, welke zij liefst alleen
-voor zich wilde weten. Ik besloot dus, den titel geheel en al weg te
-laten, en terstond tot den inhoud zelven over te gaan.<span class=
-"corr" id="xd21e3178" title="Niet in bron">&rdquo;</span></p>
-<p class="par">Op zekeren avond had men mij in de
-<i>Leaden-Hall-street</i>, omtrent anderhalf mijl ver van mijne woning
-gelegen, op de thee gevraagd; want de ge&euml;erde lezer moet weten,
-dat men hier op de thee, even als bij ons op eenen maaltijd, verzocht
-wordt. Nu had ik echter volstrekt geene vrees, van aan het dwalen te
-zullen geraken, terwijl ik, om naar mijn huis terug te keeren, eenen
-hoek uitgezonderd, slechts regt toe regt aan had te loopen. Omstreeks
-half elf nam ik mijn afscheid, en keerde geheel vreedzaam en nuchter,
-wijl de theedampen mijne hersens geenszins beneveld hadden,
-<span class="pagenum">[<a id="pb121" href="#pb121" name=
-"pb121">121</a>]</span>naar mijnent terug, toen mij eensklaps in de
-straat <i>Cheapside</i> drie lieve jonge meisjes den weg afsneden. Eene
-dezer nachtmadeliefjes voerde het woord, en zeide, dat het haar
-toescheen, dat ik zeer koud was, en stelde mij derhalve zeer
-beleefdelijk voor, tot harent te komen, waar ik een goed, lekker,
-vuurtje zou vinden, om mij te warmen. Ik antwoordde haar, dat ik geenen
-tijd had, om van hare vriendelijke uitnoodiging gebruik te maken.
-Intusschen hadden de twee andere Nimfen zich reeds van beide mijne
-armen meester gemaakt, inmiddels de spreekster, die er het snoepigst
-uitzag, altijd voor mij bleef staan en ten sterkste op haar vriendelijk
-verzoek aandrong.</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Maar mijn hemel! lieve kindertjes, gij
-weet denkelijk niet, dat ik reeds vijf en veertig jaren oud ben? Wat
-wilt gij toch?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Kom, mijn schatje!<span class="corr" id=
-"xd21e3195" title="Niet in bron">&rdquo;</span> zeide eene der twee
-anderen, <span class="corr" id="xd21e3198" title=
-"Niet in bron">&ldquo;</span>laat ons in dit koffijhuis gaan: wij
-kunnen er eene vrije kamer nemen, en zullen, onder een kommetje
-<i>punch</i>, wat lagchen en praten.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Lagchen? Ach! lieve meid, gij brengt mij
-daar in eene groote verzoeking; want ik heb nog niet gelagchen, zoo
-lang ik in <i>Engeland</i> ben; maar&mdash;&rdquo; <span class=
-"pagenum">[<a id="pb122" href="#pb122" name="pb122">122</a>]</span></p>
-<p class="par">Wel nu, lezer! wat zou ik hier doen? en wat zoudet gij
-gedaan hebben? drie tegen een!&mdash;O ja, ik begrijp u; maar&mdash;ja
-wel is het koud! Kunt gij u dan geen paar groote zwarte oogen
-verbeelden, die, even als ik, uw antwoord radende, zich zedig naar den
-grond rigten? Zij onttrekken zich derhalve aan uwe
-nieuwsgierigheid&mdash;maar wacht slechts, ik zal u het vermaak
-bezorgen van dezelve te bevredigen. Reeds had men mij het middel aan de
-hand gedaan, om zich aan de opdringende beleefdheden van dit slag van
-juffertjes te <i>Londen</i> te kunnen onttrekken. Ik tastte dus in
-mijnen zak en liet haar, bij het flaauwe lantaarnlicht, een
-drieschellingsstuk in de oogen blinken, met verzoek, het geringe niet
-te versmaden, maar daarvoor op mijne en hare gezondheid te drinken; en,
-zonder mijne verdere verschooning af te wachten, dat ik onmogelijk van
-de partij kon zijn, waren zij in een oogenblik uit mijne oogen
-verdwenen.</p>
-<p class="par">De geheele <i>Cheapside</i> en <i>Holborn-street</i>
-langs ontmoette ik nog een aantal soortgelijke lievertjes, die alle
-willens schenen te zijn, mij dezelfde aanbiedingen te doen; doch ik
-schermde zoodanig met de voeten, en sloeg mijne armen, voor de koude,
-gedurig dermate in <span class="pagenum">[<a id="pb123" href="#pb123"
-name="pb123">123</a>]</span>elkander, dat geen van haar mij durfde
-staande te houden.</p>
-<p class="par">In de <i>Broad-Saint-Bloomsburij</i> komende, had ik
-wederom eene nieuwe vertooning. Het getal der vrouwlieden van
-denzelfden stempel was wel niet minder, maar ik trof hier een geheel
-ander slag aan: zij waren lang na zoo goed niet gekleed als de vorige,
-en hare vuurroode gezigten en verwilderde oogen, alsmede hare schorre
-stemmen verkondigden genoegzaam den trap van dronkenschap, waarop zij
-zich bevonden. Een beschonken man is een onaangenaam voorwerp; hij
-maakt echter geenszins dien hatelijken, afkeerigen indruk op ons,
-welken eene beschonkene vrouw veroorzaakt; maar het afschuwelijkste
-beeld, dat de dronkenschap immer kan voorstellen, is, wanneer zij zich
-vertoont in jonge meisjes van vijftien tot twintig jaren.</p>
-<p class="par">Eindelijk bereikte ik de <i>Oxford-street</i>, en nu
-stapte ik gerust en bedaard voort; want ik kende het regtsgebied,
-waarop ik mij bevond. Echter ontmoet men in deze straat, even als in
-anderen te <i>Londen</i>, zoodra de lantaarnen zijn opgestoken, een
-aantal meisjes, geheel alleen, of twee en twee wandelende, en altijd
-zeer haastig gaande, als of zij gewigtige zaken te verrigten hadden. In
-het voorbijgaan geven <span class="pagenum">[<a id="pb124" href=
-"#pb124" name="pb124">124</a>]</span>zij een lonkje, een stootje met
-den elleboog, vragen, hoe laat het is, of vernemen naar den weg; doch
-nooit zullen zij zich aan iemand opdringen, zoo als dit mij in
-<i>Cheapside-street</i> gebeurde.</p>
-<p class="par">Het getal dezer gedienstige schepselen is in
-<i>Londen</i> oneindig grooter dan in <i>Parijs</i>; ja men zou bijna
-moeten gelooven, dat zij een vierde gedeelte der vrouwelijke bevolking
-van de geheele stad uitmaken. Maar ongelukkig, driewerf ongelukkig de
-vreemdeling, die, door de koude bevangen, toestaat, dat zij hem
-verwarmen! Het gevaar daarvan is nog aanmerkelijk grooter, dan te
-<i>Parijs</i>, en hij mag wel tevreden zijn, zoo hij, bij zijn vertrek,
-niets anders dan zijne beurs of zijn horologie verloren heeft.</p>
-<p class="par">Zij, die eenigzins fortuin gemaakt hebben, en vermogend
-genoeg zijn, om zich behoorlijk te kunnen kleeden, gaan hare
-bekoorlijkheden in de schouwburgen ten toon spreiden. Het getal dezer
-gelukzoeksters is niet gering: zij bezetten gewoonlijk, en bijna zonder
-uitsluiting, de achterste bank van al de rangen der <i>loges</i>,
-hetgeen den jongen meisjes van geboorte en fatsoen, die aan de zijde
-harer moeders op de eerste of tweede bank zitten, gelegenheid
-verschaft, om, door even om te zien, haren ganschen handel te
-be&ouml;ogen, en hare gesprekken met <span class="pagenum">[<a id=
-"pb125" href="#pb125" name="pb125">125</a>]</span>de niet zelden
-halfdronkene lichtmissen van woord tot woord te verstaan, zoo dat zij,
-op deze wijze, al ligt eenen gevaarlijken indruk van zedebedervende en
-verpestende grondbeginselen ontvangen.</p>
-<p class="par">De meeste dezer ligte troepen verschijnen echter eerst
-tusschen het voor- en nastuk, dewijl men in de Londensche schouwburgen
-dan slechts half geld behoeft te betalen. <span class="pagenum">[<a id=
-"pb126" href="#pb126" name="pb126">126</a>]</span></p>
-</div>
-</div>
-<div id="ch14" class="div1 chapter"><span class="pagenum">[<a href=
-"#xd21e427">Inhoud</a>]</span>
-<div class="divHead">
-<h2 class="label">XIV.</h2>
-<h2 class="main"><i>Het Britsche Museum.</i></h2>
-</div>
-<div class="divBody">
-<p class="par first">Op zekeren morgen kwam mijn vriend <i>C...</i> mij
-afhalen, om mij het <i>Britsche Museum</i> te laten zien, hetwelk
-alleen des maandags, woensdags en vrijdags open staat.</p>
-<p class="par">&bdquo;Ha! Ha!<span class="corr" id="xd21e3281" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> riep ik uit, toen ik het ontwaar werd,
-<span class="corr" id="xd21e3284" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>zie daar iets nieuws! zie daar dan
-eindelijk eens groote deuren, een fraaij voorplein, aan beiden zijden
-vleugels, trotsche kolommen, snij- en beeldwerk, en een prachtig gebouw
-met eenen schoonen tuin! Inderdaad, zoo dit alles niet bewalmd en
-beslagen ware, zou ik mij kunnen verbeelden, te <i>Parijs</i>
-verplaatst te zijn.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;Dit huis&mdash;<span class="corr" id="xd21e3292"
-title="Niet in bron">&rdquo;</span>zeide hij<span class="corr" id=
-"xd21e3295" title="Niet in bron">&bdquo;</span>&mdash;is door de
-erfgenamen van den hertog van <i>Montaigu</i> aan de bestuurderen van
-het <i>Museum</i> verkocht geworden voor de aanmerkelijke som van tien
-duizend pond, dat is 240,000 <i>livres</i> Fransch. Deze hertog, die
-omtrent het jaar 1680 gezant in <i>Frankrijk</i> was, nam het besluit,
-om in <i>Londen</i> een paleis te doen bouwen in eenen beteren
-<span class="pagenum">[<a id="pb127" href="#pb127" name=
-"pb127">127</a>]</span>stijl, dan tot dusverre daar gebruikelijk was.
-Te dien einde liet hij van <i>Parijs</i> eenige bouwkundigen en
-werklieden komen, welke dit, hetwelk gij daar voor u ziet, gesticht
-hebben.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;Ha! nu verwonder ik mij niet langer!&rdquo; zeide
-ik, terwijl wij ons nog in het voorportaal tusschen de kolommen
-bevonden. Doch toen wij dit doorgegaan waren, hield men ons tegen, en
-bragt ons in eene groote zaal gelijkvloers, waar wij in een zeer groot
-boek onze namen en woonplaatsen moesten opschrijven. Deze voorzorg had,
-zeide men ons, het doel, om te verhoeden, dat er niets kon weggenomen
-of gestolen worden; hetgeen buitendien zeer moeijelijk zou geweest
-zijn; want uitgezonderd de standbeelden, welke men zeker niet
-gemakkelijk in den zak zou hebben kunnen steken, is alles wel degelijk
-achter slot en grendel.</p>
-<p class="par">Tien zalen, meerendeels gelijkvloers, bevatteden
-Grieksche, Romeinsche en Egijptische oudheden, stand- en borstbeelden,
-vazen, kandelaren, mumi&euml;n en verdere zeldzaamheden, waaronder men
-waarlijk kostbare voorwerpen vindt. Onder anderen trok een klein
-marmeren vrouwenhoofd mijne aandacht bijzonder tot zich, dewijl het
-hoofdhaar uit een los stuk <span class="pagenum">[<a id="pb128" href=
-"#pb128" name="pb128">128</a>]</span>was gehouwen, hetwelk men, even
-als eene pruik, kon afnemen en weder opzetten; eene zeldzaamheid, welke
-ik nergens heb aangetroffen.</p>
-<p class="par">Wat der Egijptische oudheden betreft, deze waren
-meerendeels door de Franschen bijeenverzameld ten tijde van hunne
-landing en hun verblijf in <i>Egijpte</i>. Ten gevolge der kapitulatie
-van <i>Alexandrie</i>, in <i>September</i> 1801 gesloten, is deze
-verzameling in het bezit der Engelschen gekomen.</p>
-<p class="par">In twee dezer zalen vond ik verscheidene werktuigen en
-gereedschappen, die weleer den Romeinen tot huisraad zouden verstrekt
-hebben: bij voorbeeld armbanden, oor- en vingerringen, halssieraden,
-vazen, kandelaren, lampen, spiegels en verdere toestel.</p>
-<p class="par">Bovenal verdient hier genoemd te worden eene groote
-menigte Etrurische vazen van verschillende gedaanten en onderscheidene
-grootte; doch het kostbaarste stuk is, buiten tegenspraak, de prachtige
-vaas, welke, gedurende twee eeuwen, het paleis <span class="corr" id=
-"xd21e3340" title="Bron: den">der</span> <i>Barberini&rsquo;s</i> te
-<i>Rome</i> versierd heeft, en thans in <i>Engeland</i> algemeen den
-naam van den <i>Portlandsche Vaas</i> voert, dewijl zij, door verloop
-van tijd, in het bezit van den hertog van <i>Portland</i> is gekomen.
-De grond van deze vaas, die juist <span class="pagenum">[<a id="pb129"
-href="#pb129" name="pb129">129</a>]</span>geenen grooten omtrek heeft,
-is een schoon donkerblaauw, en de beelden, waarmede dezelve versierd
-is, zijn van de fraaiste zilverkleur; derzelver fijnheid en
-kunstbewerking kan men zich naauwelijks verbeelden. Dit gedeelte
-bezigtigd hebbende, kwamen wij in den gang terug, en bereikten, langs
-eenen breeden en gemakkelijken trap, de eerste verdieping, die de
-voornaamste partij van het geheele gebouw is. De <i>plafond</i> van
-deze zaal was niet minder prachtig geschilderd, dan die van eene
-tweede, welke wij vervolgens bezigtigden. De eerste stelde
-<i>Pha&euml;ton</i> voor, verzoekende zijnen vader, ten bewijs van
-zijne goddelijke afkomst, de zonnepaarden te mogen mennen, en de tweede
-den val van dezen vermetelen jongeling.</p>
-<p class="par">&bdquo;Ziedaar een overheerlijk
-schilderwerk!<span class="corr" id="xd21e3369" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> zeide ik tegen mijnen vriend <i>C...,</i>
-<span class="corr" id="xd21e3375" title="Niet in bron">&bdquo;</span>en
-hetwelk, <span class="corr" id="xd21e3378" title=
-"Bron: niettegenstaaande">niettegenstaande</span> deszelfs oudheid,
-zeer goed bewaard is gebleven.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;Neem er uwen hoed voor af!<span class="corr" id=
-"xd21e3384" title="Niet in bron">&rdquo;</span> hernam hij;
-<span class="corr" id="xd21e3387" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>het is een kunstgewrocht van onzen
-landgenoot <i>Lafosse</i>, wiens meesterachtige penseel het
-<i>Invalidenhuis</i> te <i>Parijs</i> zoo uitmuntend versierd
-heeft.&rdquo;</p>
-<p class="par">Ik beken, dat ik een heimelijk genoegen ontwaarde, toen
-ik zag, dat men het schoonste, hetwelk ik tot dusverre in <i>Londen</i>
-had aangetroffen, <span class="pagenum">[<a id="pb130" href="#pb130"
-name="pb130">130</a>]</span>aan eenen Franschen kunstenaar verpligt
-was.</p>
-<p class="par">Ook waren de vloeren dezer zalen heerlijk ingelegd. Twee
-Engelschen, die zich hier tegelijk met ons bevonden, beschouwden dit
-werk zeer naauwkeurig, en schenen er ongemeen door getroffen;
-hoogstwaarschijnlijk, wijl zij nooit iets dergelijks gezien hadden;
-want al de vloeren in <i>Londen</i> bestaan slechts uit regte en in de
-lengte aan een gevoegde planken.</p>
-<p class="par">Er zijn slechts vijf kamers met voorwerpen uit de
-natuurlijke historie, en nog zijn dezelve niet zeer groot. De kamer,
-waar de zeldzaamheden tot het rijk der delfstoffen bewaard worden,
-verdient opmerking, wijl zij, boven de andere, in volledigheid uitmunt;
-hoewel zij volstrekt niets betekent, in vergelijking met het
-overheerlijke kunstkabinet, hetwelk de kenner met zoo veel verrukking
-in de munt te <i>Parijs</i> beschouwt. Toen ik de verzamelingen uit het
-dieren- en vogelenrijk, met die in den kruidtuin te <i>Parijs</i>
-vergeleek, dacht ik onwillekeurig aan kleine kinderen, welke men
-afzonderlijk aan een tafeltje plaatst, terwijl het overige gezelschap
-eenen wel voorzienen disch bezet.</p>
-<p class="par">In eene zesde zaal werden de wapenen, werktuigen,
-gereedschappen en kleedingen der <span class="pagenum">[<a id="pb131"
-href="#pb131" name="pb131">131</a>]</span>Zuidzee-eilanders, der
-Amerikaansche Wilden, Hottentotten, Kaffers en andere volken
-bewaard.</p>
-<p class="par">Nu was de bezigtiging der boekverzameling, die bovenal
-mijne nieuwsgierigheid opwekte, aan de beurt. Maar hoe zeer verwonderde
-ik mij, dat ik slechts vijf vertrekjes aantrof, welke de geheele
-boekerij bevatteden. Ook ontging mijne verwondering een&rsquo; der
-boekbewaarders niet, die mij deed opmerken, dat in deze vijf vertrekken
-slechts de handschriften bewaard werden, doch dat de gedrukte werken in
-zestien andere kamers geplaatst waren, maar dat men ze aan het publiek
-niet liet zien; <i>omdat het gezigt van een aantal boeken, in kassen en
-op planken geschaard, noch leering, noch vermaak aan den beschouwer kan
-opleveren</i>.</p>
-<p class="par">Om dezelfde reden zouden de Engelschen, naar het mij
-voorkomt, insgelijks de moeite wel kunnen sparen, om hunne vijf kamers
-met handschriften te laten zien. Met het gezigt toch van deze
-zamengebondene papieren kan men even min den bezigtiger, <i>leering of
-vermaak</i> verschaffen.</p>
-<p class="par">Ook verhaalde hij mij, dat er nog een kabinet van
-gedenkpenningen was, alsmede eene teeken- en graveerzaal; maar dat men
-een bijzonder verlof moest hebben, om er toegelaten <span class=
-"pagenum">[<a id="pb132" href="#pb132" name="pb132">132</a>]</span>te
-worden, <i>uit vreeze, dat men iets zou wegkapen</i>.</p>
-<p class="par">Voorts verzocht ik hem, mij te zeggen, of er onder die
-handschriften ook iets van de Grieksche <i>Anthologie</i>, en van de
-werken van <i>Aristophanes</i> gevonden werd? waarop hij de
-vriendelijkheid had, de lijst der boeken na te slaan, en mij te
-berigten, dat er verscheiden op stonden.</p>
-<p class="par">Ik verzocht, om ze te mogen zien.</p>
-<p class="par">&bdquo;Hartelijk gaarne wenschte ik aan uw verzoek te
-kunnen voldoen,<span class="corr" id="xd21e3452" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> hernam hij; <span class="corr" id=
-"xd21e3455" title="Niet in bron">&bdquo;</span>doch om een gedrukt werk
-of handschrift te mogen inzien, moet men zich, bij geschrift, tot den
-opperboekbewaarder vervoegen, en aan hem door een&rsquo; der
-bestuurderen van het <i>Museum</i> worden voorgedragen: en zoo er dan
-geene redenen van weigering bestaan, kan een der boekbewaarders u het
-gevraagde boek of <span class="corr" id="xd21e3461" title=
-"Bron: handschift">handschrift</span> ter lezing overgeven.<span class=
-"corr" id="xd21e3464" title="Niet in bron">&rdquo;</span></p>
-<p class="par">Het <i>Britsche Museum</i>, dacht ik bij mij zelven,
-heeft veel overeenkomt met den schat van eenen gierigaard, of met de
-verzen van <i>Lefranc de Pompignan</i>, waarover <i>Voltaire</i> zich
-dus uitdrukt:</p>
-<div class="lgouter">
-<p class="line">&bdquo;<i lang="fr">Sacr&eacute;s ils sont, car
-personne n&rsquo;y touche.</i>&rdquo;</p>
-</div>
-<p class="par first">In een woord, al deze omstandigheden benemen
-<span class="pagenum">[<a id="pb133" href="#pb133" name=
-"pb133">133</a>]</span>iemand den lust, om naar deze zoo hoog hangende
-druiven te trachten. Daar ik nogtans eens wilde zien, hoe ver dit
-verbod, om de schatten der wijsheid en geleerdheid in <i>Engeland</i>
-te naderen, zich zou uitstrekken, deed ik eene schriftelijke vraag aan
-den heer opperboekbewaarder, doch verzelde dezelve niet met eene
-aanbeveling van een der bestuurderen, en zulks om de eenvoudige reden,
-dat ik de eer niet had van een&rsquo; dezer heeren te kennen. Evenwel
-ontwikkelde ik hem de oorzaak, waarom ik de door mij opgegevene
-handschriften wenschte in te zien. Deze bestonden hier in, dat ik
-eenige duistere plaatsen, welke mij in al de gedrukte uitgaven van
-eenen zekeren <i>auctor</i> niet wel gesteld schenen, met het
-handschrift wilde vergelijken.</p>
-<p class="par">Ik ontving echter geen antwoord, iets, hetwelk ik, om de
-eer en wellevendheid der Engelsche natie op te houden, liefst wil
-toeschrijven aan den korten tijd, dien ik mij nog in <i>Londen</i>
-ophield. Mogelijk vind ik, bij een volgend overtogtje, daartoe eene
-betere gelegenheid. <span class="pagenum">[<a id="pb134" href="#pb134"
-name="pb134">134</a>]</span></p>
-</div>
-</div>
-<div id="ch15" class="div1 chapter"><span class="pagenum">[<a href=
-"#xd21e436">Inhoud</a>]</span>
-<div class="divHead">
-<h2 class="label">XV.</h2>
-<h2 class="main"><i>De Engelsche wellevendheid.</i></h2>
-</div>
-<div class="divBody">
-<p class="par first">&bdquo;Uwe Londensche kooplieden,<span class=
-"corr" id="xd21e3509" title="Niet in bron">&rdquo;</span> zeide ik, op
-eenen zekeren dag, tegen mijnen vriend, <span class="corr" id=
-"xd21e3512" title="Niet in bron">&bdquo;</span>zijn juist niet zeer
-wellevend. Kom ik ergens in eenen winkel, dan schijnt men mij
-naauwelijks op te merken; men geeft mij tamelijk onverschillig hetgeen
-ik gevraagd heb; wel te verstaan, wanneer men niets beters te doen
-heeft; en het is waarlijk bijna, of mij eene gunst wordt bewezen, als
-men mijn geld in ruiling voor de waren aanneemt.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Gij doet mij verwonderd staan! Niets
-evenaart de beleefdheid onzer kooplieden, dan misschien de zucht, om
-hunne winkels en magazijnen te ledigen, en wederom met nieuwe goederen
-aan te vullen. Hier heeft gewis een misverstand, of eene bijzonderheid
-plaats. Kunt gij mij geene daadzaak opnoemen?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;O ja! dezen morgen nog was ik bij eenen
-boekverkooper, bij wien ik reeds verscheidene werken gekocht heb, met
-oogmerk, om nog het een en ander uit te zoeken. Juist <span class=
-"pagenum">[<a id="pb135" href="#pb135" name=
-"pb135">135</a>]</span>hield hij zich met eene dame bezig; en ik was
-niet onbeleefd genoeg, om hem te vergen, haar te laten staan, en mij te
-helpen. Doch achtervolgens kwamen er nog vijf of zes andere personen in
-den winkel, die allen voor mij geholpen werden. Eindelijk gunde hij mij
-het woord, nadat ik ruim een half uur met het lezen der titels van
-zijne netjes gerangschikte boeken had doorgebragt, en hij volstrekt
-niets anders te doen scheen te hebben. Echter had hij mij wel zien
-inkomen; dewijl ik hem zeer beleefd gegroet en zelfs mijnen hoed op de
-toonbank nedergelegd had.</p>
-<p class="par">&bdquo;Ha, ha! Daar zijn wij er! Altijd en eeuwig
-Fransch! Onze kooplieden zijn gewoon, de achting en oplettendheid,
-welke zij aan hen, die in hunne winkels komen, verschuldigd zijn, af te
-meten naar het voorkomen van gewigt, dat de koopers zich zelven weten
-te geven. Ga slechts in een&rsquo; der voornaamste winkels van geheel
-<i>Londen</i>, om het een of ander, ter waarde van slechts eenen halven
-schelling te koopen; doch houd uwen hoed op, spreek op eenen hoogen
-toon, veins, de grootste haast van de wereld te hebben, en gij zult u
-niet alleen geholpen zien, maar zelfs zal men u met de meeste
-beleefdheid en een aantal buigingen tot aan de deur geleiden. Nimmer
-<span class="pagenum">[<a id="pb136" href="#pb136" name=
-"pb136">136</a>]</span>zult gij eenen Engelschman, in eenen winkel
-komende, zijnen hoed zien afnemen, al stond ook de schoonste en
-welgekleedste vrouw achter de toonbank; iets, hetwelk, buitendien zeer
-zeldzaam in <i>Londen</i> is, waar de vrouwen zich niet veel met de
-winkelnering bemoeijen. Ook zal hij zulks evenmin doen, wanneer hij op
-deze of gene publieke plaats komt. Reeds meermaals heb ik opgemerkt,
-dat bij uwe verschijning in een koffijhuis of op ander publieke
-plaatsen aller oogen op u gevestigd waren; want naauwelijks hadt gij de
-deur bereikt, of, wip! was de hoed naar beneden. Zie daarentegen eens
-eenen Engelschman binnenkomen: deftig als een paauw stapt hij daar
-henen, ziet, met den hoed op het hoofd, driest naar alle zijden om,
-groet zijne vrienden en bekenden, welke hem onder het oog vallen, met
-eenen ligten hoofdknik, gaat vervolgens zitten, of hij er te huis
-hoorde, en zet alsdan den hoed af, zoo dezelve hem mogt hinderen.
-Gisteren morgen, mijn beste! hebt gij nog eenen ergen mispas (vergeef
-mij deze uitdrukking!) gemaakt, welke uwe hoedanigheid van Franschman
-alleen kan verontschuldigen. Ongetwijfeld herinnert gij u, dat wij in
-<i>Picadillij sir Robert D...</i> ontmoet hebben, bij wien wij morgen
-zullen eten. Hem aansprekende, hebt gij uwen hoed <span class=
-"pagenum">[<a id="pb137" href="#pb137" name=
-"pb137">137</a>]</span>afgenomen, en hem derhalve in de onaangename
-noodzakelijkheid gebragt, om deze lastige beleefdheid op dezelfde wijze
-te beantwoorden, hetgeen hem ligtelijk eene verkoudheid op den hals kan
-halen.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Het is goed, dat ik dit weet, en ik
-verzeker u, dat mijn hoed voortaan op mijn hoofd als gespijkerd zal
-zijn.&mdash;Maar indien mij nu eens, bij geval, eene dame van mijne
-kennis ontmoet; is het dan insgelijks onwellevend, den hoed af te
-nemen?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Dit maakt een groot onderscheid, mijn
-vriend! Immers kan zij uwe beleefdheid met eene kleine buiging
-beantwoorden, welke haar geene verkoudheid zal veroorzaken. Indien zij
-zich echter met u wil onderhouden, zal zij u zelve aanspreken; zoo
-niet, dan eischt de wellevendheid, haar niet te zien, ten minste u te
-houden, als of gij haar niet bemerktet.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Zeer wel! slechts nog eenige lesjes; en
-gij zult eenen echten Engelschman van mij maken.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Dewijl gij toch begeert, in de Engelsche
-manieren onderrigt te worden, moet ik u nog waarschouwen, dat gij u
-nimmer moet veroorloven, om, ten minste, zoo gij u niet bij zeer goede
-vrienden of bekenden bevindt, aan het vuur te raken of de kaars te
-snuiten. Doch <span class="pagenum">[<a id="pb138" href="#pb138" name=
-"pb138">138</a>]</span>om op het artikel van den hoed terug te komen;
-geenszins is het gebruikelijk, bij het afleggen van bezoeken, met den
-hoed in de hand of onder den arm in het vertrek te komen, waar het
-gezelschap bij een is; men moet denzelven in het voorvertrek
-nederleggen.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Ik versta u! Men komt binnen, als om een
-buurpraatje te houden.&mdash;Het zal nu wel gaan! ziedaar mij, ten
-minste wat der behandeling van den hoed betreft, grondig onderwezen! Ik
-zie wel, dat de heeren Engelschen het kapittel van den hoed volgens
-<i>Aristoteles</i> door en door bestudeerd hebben, waarvan
-<i>Sganarelle</i> bij <i>Moli&egrave;re</i> gewag maakt.&rdquo;
-<span class="pagenum">[<a id="pb139" href="#pb139" name=
-"pb139">139</a>]</span></p>
-</div>
-</div>
-<div id="ch16" class="div1 chapter"><span class="pagenum">[<a href=
-"#xd21e445">Inhoud</a>]</span>
-<div class="divHead">
-<h2 class="label">XVI.</h2>
-<h2 class="main"><i>De Speculant.</i></h2>
-</div>
-<div class="divBody">
-<p class="par first"><span class="corr" id="xd21e3565" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>Ik moet niet vergeten<span class="corr"
-id="xd21e3568" title="Niet in bron">&rdquo;</span>&mdash;zeide ik tegen
-mijnen vriend <i>C...</i> den anderen dag, toen ik hem afhaalde, om
-naar <i>sir Robert D...</i> te gaan, waar wij het middagmaal nemen
-zouden&mdash;<span class="corr" id="xd21e3577" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>u rekenschap te doen van een zeldzaam
-bezoek, dat ik dezen morgen gehad heb. Gij moet dan weten, dat ik
-eenige malen bij eenen zekeren boekverkooper hier in de stad geweest
-ben, die mij verscheidene nieuwe werkjes bezorgd heeft, en met wien ik
-zelfs overeengekomen was, na mijne terugkomst in <i>Frankrijk</i> eene
-geregelde briefwisseling te onderhouden. Daar hij derhalve wist, dat ik
-mij met de letteroefeningen bezig hield, kwam hij heden morgen bij mij,
-om mij het buitensporigste voorstel te doen, waarvan ik ooit heb hooren
-spreken.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;Ik kom,<span class="corr" id="xd21e3585" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> zeide hij, terwijl hij twee groote rollen
-papier in 8vo uit zijne zakken haalde, <span class="corr" id=
-"xd21e3588" title="Niet in bron">&bdquo;</span>u eenen zeer
-voordeeligen voorslag doen. Zie hier een werk, dat ik onlangs gedrukt
-heb: het is uit het Hoogduitsch vertaald, en van <span class=
-"pagenum">[<a id="pb140" href="#pb140" name=
-"pb140">140</a>]</span>eenen zeer bekenden en hooggeachten schrijver,
-wiens werken echter nimmer in het Engelsch, ja zelfs, zoo ik het wel
-heb, ook niet in het Fransch vertaald zijn geworden. Een Fransch
-schrijver, die thans veel opgang maakt, heeft daaruit niet alleen de
-grondstof, maar zelfs ook eene groote menigte van kleine bijzonderheden
-ontleend, waarmede hij een boekdeel heeft opgesierd, hetwelk hij in
-<i>Frankrijk</i> als een werk, geheel van zijne vinding, heeft
-uitgegeven. De aanteekeningen, waarmede deze vertaling verrijkt is,
-toonen al de plaatsen aan, welke de Fransche schrijver in beslag heeft
-genomen; en daar dit werk van dien schrijver door geheel
-<i>Frankrijk</i> verspreid is, geloof ik, dat eene Fransche overzetting
-van dit, hetwelk ik u hier aanbied, veel fortuin zou maken. Ik doe u
-derhalve het edelmoedige aanbod, om mij dertig pond te geven (720
-<i>francs</i>), waarvoor ik u dit uitmuntend werk zal laten, terwijl ik
-mij tevens verbind, deze overzetting niet uit te geven, voordat de uwe
-geheel klaar is, opdat gij geene mededinging behoeft te vreezen. Daar
-gij een mijner kalanten zijt, geef ik u de voorkeur; want gij moogt u
-verzekerd houden, dat verscheiden Fransche boekverkoopers in
-<i>Londen</i> dit voorstel met verrukking zouden aannemen. <span class=
-"pagenum">[<a id="pb141" href="#pb141" name="pb141">141</a>]</span></p>
-<p class="par"><span class="corr" id="xd21e3608" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>Uw voorstel is, buiten twijfel, zeer
-aanlokkend, mijn waarde vriend!<span class="corr" id="xd21e3611" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> antwoordde ik hem; <span class="corr" id=
-"xd21e3614" title="Niet in bron">&bdquo;</span>maar ik kan er geen
-gebruik van maken. Daarenboven moet ik u doen opmerken, dat in
-<i>Frankrijk</i> de letterdieverijen voor geene doodzonde gerekend
-worden, en dat men er nog nooit iemand om gehangen heeft. Voor eenigen
-tijd heeft men, wel is waar, veel geruchts gemaakt over de uitgave van
-de <i>Conaxa</i>, onder den naam van <i lang="fr">Les deux Gendres</i>;
-maar de reden hiervan is, dat de schrijver van dit laatste stuk de
-onvoorzigtigheid heeft gehad, om zich den haat van een groot aantal
-zijner medebroeders, het <i lang="la">genus irritabile vatum</i>, op
-den hals te laden. Doch nooit is er een woord gerept van de <i>School
-der Zeden</i>, een stuk, bijna woordelijk uit het Engelsche tooneelspel
-<i lang="en">School for Scandal</i>, van <i>Sheridan</i>, overgenomen,
-evenmin van <i>de Jeugd van Hendrik den Vijfden</i>, waarvan de inhoud,
-de rangschikking, ja de kleinste bijzonderheden getrokken zijn uit een
-Hoogduitsch werk van <i>Meissner</i>, onder den titel van <i lang=
-"de">Skitzen und Erz&auml;hlungen</i> uitgegeven. De voornaamste
-verandering, welke de Fransche schrijver heeft gemaakt, is, dat hij
-<i>Hendrik den Vijfden</i> de rol laat spelen, die in het
-oorspronkelijke stuk aan uwen koning <i>Karel den Tweeden</i> is
-toegedeeld <span class="pagenum">[<a id="pb142" href="#pb142" name=
-"pb142">142</a>]</span>geworden. Maar hoe zou men een werk willen
-vertalen uit eene vertaling? Dit zou immers even zoo goed zijn, als
-eene oorspronkelijke schilderij naar eene kopij te vervaardigen; men
-zou er de hand des meesters niet meer in kunnen ontdekken.<span class=
-"corr" id="xd21e3657" title="Niet in bron">&rdquo;</span></p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Laat ons elkander wel verstaan: ik
-bedoelde, dat gij het oorspronkelijke Hoogduitsche werk zoudt
-vertalen.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Gij hebt dit dan?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Neen, maar gij moest het
-ontbieden.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;En waarvoor, mijn waarde vriend! zou ik u
-dan de dertig pond betalen?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Maar de aanteekeningen, mijnheer! de
-aanteekeningen!&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Zouden, om u de waarheid te zeggen, een
-weinigje te duur betaald zijn; wijl zij nu volstrekt geen ander nut
-zouden kunnen aanbrengen, dan mij het spoor der navolging aan te
-wijzen, hetgeen ik gemakkelijk zelf zou kunnen ontdekken.&rdquo;</p>
-<p class="par">En nu verliet hij mij, zijne twee aangebodene deelen met
-zich nemende, welke hij, volgens zijn zeggen, eenen anderen ging
-aanbieden.&mdash;<span class="corr" id="xd21e3675" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>Welnu, <a id="xd21e3678" name=
-"xd21e3678"></a>mijn vriend! wat zegt gij van die grap?&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;Hieraan erken ik het Engelsche genie, dat altijd
-en op alles speculeert. De handel <span class="pagenum">[<a id="pb143"
-href="#pb143" name="pb143">143</a>]</span>is de ziel en het leven van
-eenen Engelschman, het zij hij waakt of droomt. Hoor slechts twee
-Engelschen spreken, en in tien minuten tijds zal het woord <i lang=
-"en">speculation</i> u herhaalde malen in de ooren klinken. Het plan,
-bij voorbeeld, dat uw boekverkoper de edelmoedigheid had u voor te
-slaan, moge misschien voor u niet voordeelig zijn geweest; maar gij
-zult toch wel willen bekennen, dat het uitmuntend voor hem was. Gij
-herinnert u dien Engelschman nog wel, die, nu drie dagen geleden, met
-ons aan tafel zat? Hij heeft veel gereisd, en geenszins die dwaze
-vooringenomenheid voor zijnen landaard, welke hunne trotschheid met de
-sterkste kleuren schetst. &bdquo;Er is,<span class="corr" id=
-"xd21e3687" title="Niet in bron">&rdquo;</span> zeide bij tegen ons,
-<span class="corr" id="xd21e3690" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>volstrekt geen middelstand in
-<i>Londen</i>. Zonder de voorname lieden uit, en al de overigen zijn
-uwe onderdanige dienaars, of, om mij beter uit te drukken, de dienaars
-van uwe guinies en banknoten. Ieder burger, die slechts eene kamer te
-missen heeft, meubelt en verhuurt dezelve, en wordt derhalve, ten
-gevalle van uwe beurs, uw kok en bediende.&rdquo; En dit is in vollen
-nadruk waar. Vandaar die kwakzalverij, welke gij bijna in alle winkels
-hebt moeten opmerken. Aan het eene huis, bij voorbeeld, hangt een bord
-met <span class="pagenum">[<a id="pb144" href="#pb144" name=
-"pb144">144</a>]</span>een opschrift, dat gij in geenen anderen winkel
-te <i>Londen</i> zoodanige waren tegen zulken geringen prijs kunt
-bekomen; aan het andere vindt men ieder uitgestald artikel met het
-Engelsche woord <i>Only!</i> in groote letters, versierd, hetgeen zoo
-veel zeggen wil, als: <i>nergens anders te bekomen</i>!</p>
-<p class="par">De eene koopman laat een&rsquo; van zijne bedienden, met
-eenen langen staak, aan welken van boven een bord is gehecht, met de
-bekendmaking, dat in zijn magazijn-alleen deze of dergelijke goederen
-tegen dien matigen prijs te koop zijn, de geheele stad doorkruisen. Een
-andere wederom laat kaartjes aan <i>zijne vrienden</i>, te weten, aan
-<i>iederen voorbijganger</i>, uitreiken, waardoor hij bekend maakt, dat
-hij voornemens is, zijnen winkel uit te verkoopen, en dus de goederen,
-welke hem nog overig zijn, voor halven prijs aanbiedt. Intusschen is
-hij even min van zins, zijnen handel op te geven, als gij er aan denkt,
-om denzelven te beginnen. Dit alles is Engelsche <i>speculatie</i>. In
-een woord, de eerste gedachte van eenen Engelschman, bij zijn ontwaken,
-de laatste bij zijn inslapen, de beelden, welke hem zelfs droomende
-voor den geest zweven, zijn <span class="ex">plannen</span> en
-<i>speculatien</i>. <span class="pagenum">[<a id="pb145" href="#pb145"
-name="pb145">145</a>]</span></p>
-</div>
-</div>
-<div id="ch17" class="div1 chapter"><span class="pagenum">[<a href=
-"#xd21e454">Inhoud</a>]</span>
-<div class="divHead">
-<h2 class="label">XVII.</h2>
-<h2 class="main"><i>Het Engelsche middagmaal.</i></h2>
-</div>
-<div class="divBody">
-<p class="par first">Het onderhoud, mijn waarde lezer! hetwelk ik u in
-het vorige hoofdstuk heb medegedeeld, bragt ons aan het huis van <i>sir
-Robert D...</i> Onze hoeden, rottingen en overrokken in de voorkamer
-afgelegd hebbende, geleidde men ons in eene zaal, waar zich reeds een
-aantal gasten bevond. <i>Sir Robert</i> bood ons zijner vrouw en
-dochter aan, een jong meisje van achttien jaren, ongemeen lief en
-bevallig; en vervolgens, op dezelfde wijze, aan ieder ander lid van het
-gezelschap, ons tevens van hunne namen en hunnen rang, en hen
-wederkeerig van de onze onderrigtende. Dezelfde plegtigheid werd, bij
-de aankomst van iederen nieuwen gast, herhaald. Dit is een algemeen
-aangenomen gebruik te <i>Londen</i>. De heer van den huize neemt u
-(onverschillig, in welk eenen kring gij komt) bij de hand, en biedt u,
-met staatsie, aan ieder lid van het gezelschap aan.</p>
-<p class="par">Behalve zijne dochter, had <i>sir Robert</i> nog eenen
-zoon van zeventien jaren, die echter <span class="pagenum">[<a id=
-"pb146" href="#pb146" name="pb146">146</a>]</span>thans met zijnen
-gouverneur in <i>Italie</i> was; om, zoo als ieder welopgevoed
-Engelschman verpligt is, de reis op het vaste land te doen; hetgeen
-trouwens, naar mijn oordeel, niet wel is over een te brengen met die
-algemeene minachting, welke dit volk zich aanmatigt tegen ieder, die
-niet van hunnen landaard is. Doch de wispelturigheid, of het niet
-gelijk blijven met zich zelven, (<i>l&rsquo;incons&eacute;quence</i>)
-kan hun-alleen juist niet te laste gelegd worden; en misschien zou het
-van <span class="ex">ons</span> zeer onbillijk zijn, hun dezelve te
-verwijten.</p>
-<p class="par">Het was ongemeen guur en koud weer, iets, hetwelk wij,
-al hadden wij er ook minder gevoel van gehad, toch niet ligtelijk
-zouden hebben kunnen vergeten; want ieder binnenkomende gast had de
-oplettendheid, om ons dit koude nieuws te herinneren. Men moge eenen
-Engelschman ontmoeten, wanneer men wille, het eerste woord, dat van
-zijne lippen rolt, is altijd: <i>Hoe vaart gij?</i> het tweede: <i>Een
-fraaije morgen! Een sombere middag!&mdash;Een kouden avond! Een
-duistere nacht!</i> Zoodat een Engelschman, met regt, <i>een wandelend
-weerglas</i> kan genoemd worden.</p>
-<p class="par">Dan ter zaak! Ons gezelschap bestond uit veertien
-personen, vijf vrouwen en negen mannen, <span class="pagenum">[<a id=
-"pb147" href="#pb147" name="pb147">147</a>]</span>toen men ons kwam
-zeggen, dat het eten opgedischt was.</p>
-<p class="par">De meeste voorname en rijke Engelschen houden er
-tegenwoordig Fransche koks op na; want bijna allen, die in
-<i>Frankrijk</i> geweest zijn, stemmen daarin overeen, dat onze keuken
-de hare verre te boven streeft. Maar <i>sir Robert D...</i> is een
-Engelschman van den ouden trant, die zich aan de voorvaderlijke zeden
-en gebruiken houdt, en volstrekt er niet van zou afwijken. Het verstaat
-zich derhalve van zelf, dat het geheele middagmaal volkomen, en zonder
-de geringste afwijking, op zijn Engelsch was ingerigt. Om den
-eetlievenden lezer te voldoen, zal ik er hem eene kleine schets van
-trachten te geven.</p>
-<p class="par">Op het midden der tafel prijkte, als hoofdschotel, een
-vervaarlijk groot stuk gekookt pekelvleesch. Aan de eene zijde stond
-een kalfs- en aan de andere zijde een schapengebraad, terwijl twee
-schotels met visch de flank formeerden, en de vier hoeken met
-aardappelen, kool, wortelen en ingelegde snijboonen, alles in zuiver
-water gekookt, bezet waren. In het tweede bedrijf was de
-hoofdpersonaadje eene gebrade gans, tusschen eenen insgelijks gebraden
-haas en twee hoenders, en nu werd de flank gemaakt door twee schotels
-sla, den een&rsquo; met <span class="pagenum">[<a id="pb148" href=
-"#pb148" name="pb148">148</a>]</span>selderij en den ander&rsquo; met
-cichorei, terwijl op de hoeken eene appel- en kersentaart, een
-<i>plumbpudding</i> en een <i>rijstpudding</i> den lekkertand
-uitnoodigden. Vervolgens werd er nog eene kaas opgezet, en eindelijk
-werd het tafellaken afgenomen en eenige schoteltjes met appelen en
-andere versnaperingen opgebragt; ook schonk men thans een goed glas
-wijn; want, het drinken van eenige gezondheden uitgezonderd, had men
-tot dusverre zeer weinig wijns gebruikt, maar zich meestal bij het bier
-gehouden.</p>
-<p class="par">De wijn wordt hier niet, als in <i>Frankrijk</i>, in
-flesschen opgebragt, maar in kristallen <i>carafes</i>, die voor den
-gastheer worden nedergezet. Zich zelven schenkt hij het eerst in, geeft
-vervolgens de <i>carafe</i> aan hem, die naast hem zit, en in deze
-volgorde doet zij de ronde om de tafel, tot zij ledig is, welk gebrek
-men echter zorgt door eene nieuwe spoedige vulling terstond weder te
-herstellen.</p>
-<p class="par">Het onderhoud, gedurende den maaltijd, welke gelukkig
-zeer bespoedigd werd, was uitermate doodsch en vervelend. De
-voornaamste stof verschaften een lekker malsch gebraad en een stuk goed
-gekookt vleesch. Ook bespeurde ik geene de minste oplettendheid voor de
-aanwezige vrouwen. Ja, ik kon mij schier <span class="pagenum">[<a id=
-"pb149" href="#pb149" name="pb149">149</a>]</span>niet verbeelden, dat
-er vijf vrouwen tegenwoordig waren, van welke er ten minste drie in
-ieder land voor <span class="ex">schoon</span> zouden gehouden zijn, en
-de oudste, de vrouw van den huize, slechts zeven en dertig jaren
-telde.</p>
-<p class="par">Na het afnemen der tafel en het gebruik van het eerste
-glas wijn, stond zij op, en verzocht der andere dames haar te volgen;
-doch wij mannen bleven met de <i>carafe</i> portwijn voor ons zitten,
-die, bij herhaling, de ronde om de tafel deed, en eindelijk, na verloop
-van eenige uren, door eene met <i>madera</i> afgelost werd.</p>
-<p class="par">Ja, lezer! na eenige uren. Wij waren te vijf ure gaan
-aanzitten, de vrouwen waren reeds voor zes ure opgestaan, en wij
-verlieten echter de tafel niet voor half negen, om in eene andere zaal
-thee te drinken. Doch zoo ver zijn wij nog niet.&mdash;Na het vertrek
-der vrouwen werd het gesprek eenigzins levendiger. Ik, wiens tong in de
-tegenwoordigheid van eene lieve, bevallige vrouw steeds vlugger en
-losser wordt, vond het zeer vreemd, dat dezelfde reden eene
-tegengestelde uitwerking op het spraaklid der heeren Engelschen te weeg
-bragt. Maar welhaast ontdekte ik, dat aan de wandelende <i>carafe</i>
-de levendigheid van het onderhoud voornamelijk was toe te schrijven.
-<span class="pagenum">[<a id="pb150" href="#pb150" name=
-"pb150">150</a>]</span>Door het al te sterk liefkozen dier
-<i>carafe</i>, scheen echter ook de grootste aandrift langzamerhand te
-verkoelen: het was, als of de oogen toe wilden vallen, en de tongen dik
-werden, tot het voortdurend gebruik der <i>madera</i> ons in den
-vorigen staat van stilzwijgendheid terugvoerde.</p>
-<p class="par">Reeds lang had ik bemerkt, dat, van tijd tot tijd, de
-eene of andere gast van tafel opstond, zich achter eene gordijn begaf,
-daar twee of drie minuten vertoefde, dan weder terugkwam, en bij het
-gezelschap zijne plaats hernam. Ik begreep niets van deze handelwijze;
-doch toen eindelijk mijn vriend <i>C...,</i> naast wien men mij
-geplaatst had, insgelijks als de anderen, dit toertje gemaakt had,
-vroeg ik hem, zoodra hij weder zat, zachtjes, wat dit toch beteekende?
-&bdquo;Ga er slechts heen,<span class="corr" id="xd21e3838" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> zeide hij, <span class="corr" id=
-"xd21e3841" title="Niet in bron">&bdquo;</span>dan kunt gij het zelf
-zien, en mogelijk zult gij er niet boos om zijn<span class="corr" id=
-"xd21e3844" title="Niet in bron">&rdquo;</span>&mdash;Om mijnen
-nieuwsgierigheid te voldoen, ondernam ik het korte reisje, ging achter
-de gordijn en vond....! maar hoe nu aan mijne bescheidene en kiesche
-lezers, zoo als de Franschen altijd met opzigt tot de bewoordingen
-zijn, het voorwerp uit te drukken, dat zich aan mijne oogen opdeed? ja,
-welk eene benaming er aan te geven?&mdash;Er is echter geene bevallige
-dame, die <span class="pagenum">[<a id="pb151" href="#pb151" name=
-"pb151">151</a>]</span>dit <i>meubel</i> niet dagelijks gebruikt, of
-die hare kamenier niet zou beknorren, zoo zij het, bij het naar bed
-gaan, niet in hare slaapkamer vond, en die het, des noods, niet met den
-regten naam zou durven noemen. Ik hoop dus, niets te wagen, met te
-zeggen, dat ik daar vond staan eenen grooten waterpot. En inderdaad,
-<i>de kruik gaat zoo lang te water, tot zij eindelijk vol wordt!</i>
-zegt Figaro; en derhalve kan men geen vier of vijf uren aanhoudend
-drinken, zonder dat de natuur hare schatting eischt. En waarom toch,
-lezer! zou men eener even zoo natuurlijke behoefte, als eten en
-drinken, niet trachten te voldoen, zonder tijd te verliezen, zonder
-zich aan koude bloot te stellen, en zonder het vertrek te verlaten?
-Evenwel geloof ik, dat dit gebruik tot eene meerdere volkomenheid zou
-kunnen gebragt worden. Na eene lange zitting schijnt de gang van tafel
-naar de gordijn aan sommige gasten nog te ver. Onder anderen merkte ik
-eenen op, die al struikelende zijne plaats zocht te hervinden, doch die
-zijn doel juist niet langs een regte lijn en zonder eenige zijpassen
-kon bereiken. Ik hoop dus, dat door den tijd, die alle dingen
-verbetert! (dank zij den aanleg tot volmaaktheid van het menschelijke
-geslacht!) de Engelschen een dezer nuttige, of, om beter te zeggen,
-noodzakelijke <span class="pagenum">[<a id="pb152" href="#pb152" name=
-"pb152">152</a>]</span><i>meubels</i> onder den stoel van ieder hunner
-gasten zullen doen plaatsen, even als men een wijnglas voor hen op
-tafel zet; want deze twee artikels zijn in hunne bijeenkomsten zoo
-onontbeerlijk voor elkander, als de klepel voor de klok. Deze mode in
-trein te brengen, zou een overheerlijk plan en eene voortreffelijke
-speculatie zijn voor eenen koopman in waterpotten.</p>
-<p class="par">Eindelijk zochten wij de dames weder op, uitgenomen een
-der gasten, die aan tafel ingeslapen was, en welken men het raadzaamst
-oordeelde in zijne rust niet te storen. De koffij en thee waren op het
-oogenblik gereed. De koffij was volkomen gelijk aan die, welke ik reeds
-eenmaal in <i>Londen</i> geproefd had; doch de sterkte en smaak der
-thee vergoedden rijkelijk het gebrekkige van de koffij. De thee dan was
-bitter van sterkte, zoo dat ik mij genoodzaakt zag, er eene driedubbele
-hoeveelheid suiker in te doen, om haar te kunnen drinken. Bij de thee
-gebruikte men brood en boter, koekjes en eenige andere versnaperingen.
-Ook schonk men mij een tweede kopje in, zonder te vragen, of ik nog
-meer begeerde? Ik haastte mij dus, deze medicijn spoedig door te
-slikken, en naauwelijks was mijn kopje ledig, of het werd ten derde
-male gevuld. <span class="pagenum">[<a id="pb153" href="#pb153" name=
-"pb153">153</a>]</span></p>
-<p class="par">Hier kwam mij een oude manier van regtspleging te
-binnen, te weten, om den beschuldigden, wien men eene bekentenis wilde
-ontwringen, eene zekere hoeveelheid water te doen drinken. Daar ik
-vreesde, tot dezelfde proef veroordeeld te zijn, vroeg ik zachtjes aan
-mijnen vriend <i>C...,</i> of hij mij geen middel aan de hand kon doen,
-om mij van dezen zondvloed te redden.</p>
-<p class="par">&bdquo;Zoo lang gij uw lepeltje in het schoteltje laat
-liggen,<span class="corr" id="xd21e3873" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> zeide hij, <span class="corr" id=
-"xd21e3876" title="Niet in bron">&bdquo;</span>zal men u niet
-overslaan, doch leg het in uw kopje, en men zal u niet meer
-inschenken.&rdquo; Ik haastte mij derhalve, de eenige plank te grijpen,
-welke mij van verdrinken kon redden, en waarlijk, zij bragt mij in eene
-veilige haven: mijn kopje werd, tot hartelijke blijdschap van mijn
-verhemelte, den geheelen avond niet meer gevuld.</p>
-<p class="par">Veel sprak men over de jagt en de staatsbelangen,
-inderdaad gewigtige en belangrijke onderwerpen voor de vrouwen, welke
-men geene meerdere opmerking aan de thee-, dan aan de eettafel
-verwaardigde. Eindelijk werd te elf ure het avondmaal aangekondigd.</p>
-<p class="par">Dit was een mengelmoes van oesters, koud vleesch en
-gebak; en tot mijne groote verwondering, zou ik uit het spoedig
-verdwijnen van het opgedischte, zoo ik niet van het tegendeel
-<span class="pagenum">[<a id="pb154" href="#pb154" name=
-"pb154">154</a>]</span>ware overtuigd geweest, besloten hebben, dat men
-noch het middagmaal gehouden, noch, onder het theedrinken, zoo tamelijk
-gepeuzeld had.</p>
-<p class="par">Nu werd er brandewijn, gin, rum, warm water en suiker
-rondgediend, waarvan ieder, naar welgevallen, eene grootere of kleinere
-hoeveelheid nam, en die zelf, naar zijnen zin, gereed maakte. Eindelijk
-scheidden wij des nachts te een ure, allen een weinigje aangezet, en
-den slaap ten hoogste benoodigd.</p>
-<p class="par">Wacht u echter wel, lezers! het woordje <i>allen</i> ook
-op de vrouwen toe te passen. Dezen zijn in <i>Engeland</i>, in het
-algemeen, ja bijna geene uitgezonderd, van eene bewonderenswaardige
-matigheid met opzigt tot den wijn en de sterke dranken, hetgeen des te
-vreemder moet voorkomen, wijl het vochtlievend voorbeeld der mannen
-haar ligtelijk smaak in deze voorwerpen zou kunnen doen krijgen. De
-Fransche schrijver, die in het jaar achttien honderd en vijftien door
-de drukpers het publiek heeft verteld, dat de Engelsche dames zich,
-even als hare mannen, dagelijks in den drank te buiten gaan, heeft haar
-opzettelijk en met voordacht gelasterd, of wel, heeft, gedurende zijn
-verblijf, geene andere verkeering gehad, dan met zulke dames, die bij
-avond en des nachts in den omtrek der kerk van <i>Sint-Gilles</i> haar
-fortuin zoeken. <span class="pagenum">[<a id="pb155" href="#pb155"
-name="pb155">155</a>]</span></p>
-<p class="par">Men verhaalt, dat eene, geenszins aan dit gebrek
-verslaafde, dame op zekeren avond bij toeval meer gedronken had, dan
-zij verdragen kon, en zoodanig beschonken was, dat men haar in bed
-moest dragen. Den anderen morgen maakte haar echtgenoot, geheel in het
-zwart gekleed, haar zijne opwachting.&mdash;Goede hemel! riep zij uit,
-mijn vriend! geen onzer bloedverwanten was immers ziek, zoo ver ik
-weet; over wien rouwt gij?&mdash;&bdquo;<i>Over uwe eer, mevrouw! die
-gij gisteren avond bevlekt, en mogelijk voor altijd verloren
-hebt!</i>&rdquo; antwoordde hij. Nu zwoer deze dame plegtig, nimmer
-weder wijn of sterken drank te zullen gebruiken; en men verzekert, dat
-zij haar woord nooit verbroken heeft. <span class="pagenum">[<a id=
-"pb156" href="#pb156" name="pb156">156</a>]</span></p>
-</div>
-</div>
-<div id="ch18" class="div1 chapter"><span class="pagenum">[<a href=
-"#xd21e463">Inhoud</a>]</span>
-<div class="divHead">
-<h2 class="label">XVIII.</h2>
-<h2 class="main"><i>De Sherifs.</i></h2>
-</div>
-<div class="divBody">
-<p class="par first">Op zekeren dag bevond ik mij in de <i>Citij</i>,
-digt hij de <i>Sint-Paulus-kerk</i>, in <i>Pater-Noster-Row</i>. Juist
-was ik bezig met, in eenen der talrijke boekwinkels, waarvan deze
-straat grimmelt, een nieuw werk te koopen, toen een onverwacht geluid
-van een groot getal instrumenten mijne ooren trof. Op mijne vraag, wat
-deze soort van <i>concert</i> beteekende, werd mij gezegd, dat het de
-twee nieuwelings verkozene <i>sherifs</i> (<i>regters</i>) waren, die
-op het stadhuis (<i>Guild-Hall</i>) den eed gingen afleggen.
-Oogenblikkelijk begaf ik mij naar <i>Cheapside</i>, welken weg de
-optogt moest nemen, en bespeurde, bij die gelegenheid, dat er te
-<i>Londen</i> niet minder gapers, dan te <i>Parijs</i>, zijn. De
-straten waren opgepropt met een volkje van allerlei slag, maar men zag
-noch wachten noch geregtsdienaars, om de menigte in bedwang te houden;
-het volk zelf scheen zich van dezen pligt te kwijten, en de rust bleef
-volkomen ongestoord, waarvan, naar mijne <span class="pagenum">[<a id=
-"pb157" href="#pb157" name="pb157">157</a>]</span>gedachten, de ruimte
-en breedte der straten gedeeltelijk de oorzaak waren.</p>
-<p class="par">Het geleide werd vooruitgegaan door een twintigtal
-muzijkanten, allen op blaasinstrumenten spelende. Hierop volgde een man
-op een paard, dat moedig en snuivende voortstapte, terwijl de ruiter in
-zijne hand eenen vergulden stok hield, die veel naar eenen schepter, of
-ten minste naar eene koopmansel geleek; zijn kleed was van rood
-scharlaken, met breede gouden belegsels, en op zijne schouders prijkte
-ter wederzijde eene kolonels-<i>epaulette</i>: zijn hoofd was met eenen
-kolossalen, driepuntigen en rijk met goud geboorden hoed bedekt, en
-zijn post bestond in de plegtigheid van het feest te regelen. Achter
-hem kwamen twaalf rijtuigen, ieder met eenen magistraatspersoon
-(<i>alderman</i>) bevracht, en deze werden gevolgd door de geheel
-vergulde en ontzaggelijk groote koets van den <i>Lord-Major</i>. De
-dissel en de bok van den koetsier waren, even als het achterste
-gedeelte van de koets, met gesneden en rijkelijk verguld houtwerk
-dermate overladen, dat het mij onmogelijk is, er eene behoorlijke
-beschrijving van te geven; doch alles was tevens zoo stevig, massief en
-verkwistend zwaar, dat men van de afbraak der koets, wat het hout
-betreft, gemakkelijk een klein <span class="pagenum">[<a id="pb158"
-href="#pb158" name="pb158">158</a>]</span>huis zou hebben kunnen
-bouwen. Nu kwamen eindelijk de koetsen der twee nieuw verkozene
-<i>sherifs</i>. Deze waren wel minder prachtig, dan die van den
-<i>Lord-Major</i>, maar des te netter en doelmatiger. De koetsiers
-dezer drie rijtuigen zuchtten intusschen onder den last van vervaarlijk
-groote vlassen <span class="corr" id="xd21e3966" title=
-"Bron: paruiken">pruiken</span> zonder poeder, en met verscheidene
-verdiepingen van krullen voorzien, die er of aan vast gebreid, of ten
-minste er op genaaid waren. Op deze gekoetsierde pruiken, of, om mij
-beter uit te drukken, op deze gepruikte koetsiers volgde een twintigtal
-lakkeijen te voet, in groot liverei, wier wit zijden kousen mijne ziel
-met medelijden vervulden; wijl de modder en slijk het wit zoodanig
-hadden veranderd, dat men het bijna voor zwart, ten minste voor grijs
-zou gehouden hebben. De achterhoede van dezen optogt bestond wederom
-uit eenen troep van twintig muzijkanten. Voorts werd mij verhaald, dat,
-na het afleggen van den eed, de eene dezer regters in een der
-voornaamste <i>logementen</i> van <i>Londen</i> eenen grooten maaltijd
-geeft, en dat, eenige dagen later, de andere dezen pligt insgelijks
-moet vervullen.</p>
-<p class="par">Het aanschouwen van dezen plegtigen optogt deed
-intusschen mijne nieuwsgierigheid <span class="pagenum">[<a id="pb159"
-href="#pb159" name="pb159">159</a>]</span>ontbranden om eenige
-bijzonderheden te weten, welke ik den weetgierigen lezer thans zal
-mededeelen; wijl hij misschien hetzelfde verlangen ontwaart, en het zoo
-gemakkelijk niet zou kunnen bevredigen.</p>
-<p class="par">De regering bestaat uit den <i>Lord-Major</i>, twee
-<i>sherifs</i> (<i>regters</i>, of <i>bijzitters</i>), vijf en twintig
-<i>aldermans</i> (<i>schepenen</i>) en twee honderd zes en dertig
-raadsheeren, of vroedschappen.</p>
-<p class="par">De <i>Lord-Major</i> wordt door het volk uit de
-<i>aldermans</i> verkozen. Men benoemt er twee, uit welke de algemeene
-vergadering, bestaande uit den aftredenden <i>Lord</i>, de
-<i>aldermans</i> en raadsheeren, eenen nieuwen <i>Lord-Major</i>
-<span class="corr" id="xd21e4018" title="Bron: benoemd">benoemt</span>.
-Zijne aanstelling is slechts voor een jaar; echter is hij eigenlijk het
-hoofd, en eenigermate zelfs de ziel van de geheele regering.</p>
-<p class="par">De bediening der <i>sherifs</i>, welke insgelijks door
-het volk verkozen worden, vervalt ook met het jaar. De
-<i>Lord-Major</i> is voorzitter, en als de keuze gedaan is, roept hij
-den nieuw verkozene uit, onder het drinken van een glas wijn, op de
-gezondheid van den <i>sherif</i>, <i>die</i> of <i>die</i>, een
-penseeltrek, welke vooral niet vergeten moet worden bij het schetsen
-der Engelsche zeden en gebruiken. Overigens veroorzaakt deze benoeming
-zeer vele onkosten aan <span class="pagenum">[<a id="pb160" href=
-"#pb160" name="pb160">160</a>]</span>hem, die er het voorwerp van
-wordt: ook mag men er zich geenszins aan onttrekken, zoo men geene
-boete van vierhonderd pond (9,600 <i>livres</i>) wil betalen. Deze
-regters staan aan het hoofd der regtspleging. De <i>aldermans</i>
-worden op dezelfde wijze verkozen, doch hunne benoeming is levenslang.
-Zij vervullen het beroep van vrederegters in de stad <i>Londen</i>, en
-verscheidene regtsvergaderingen zijn uit hen samengesteld.</p>
-<p class="par">De raadsheeren eindelijk worden door de bijzondere
-wijken der <i>Citij</i> benoemd, welke in twee honderd zes en dertig
-afdeelingen gesplitst wordt. Zij zijn ten naastenbij hetzelfde, als de
-algemeene vergadering van den raad te <i>Parijs</i>, met dit
-onderscheid echter, dat hunne magt en hun aanzien veel verder is
-uitgebreid. Het stadhuis (<i>Guild-Hall</i>), waar de kiesvergaderingen
-gehouden worden, is een groot Gothisch gebouw. Het is ook daar, dat de
-plegtige inwijding van den nieuwen <i>Lord-Major</i> jaarlijks den
-negenden <i>November</i> met een groot feest gevierd wordt, op hetwelk
-ongeveer duizend personen van beiderlei sekse genoodigd worden, en
-waarbij gemeenlijk een paar duizend flesschen wijn hare ontlasting
-vinden.</p>
-<p class="par">Ik heb mij altijd bediend van de uitdrukking
-<span class="pagenum">[<a id="pb161" href="#pb161" name=
-"pb161">161</a>]</span>de <i>Citij</i> van <i>Londen</i>: men moet
-echter dit geenszins met het woord <i>stad</i> verwarren, waarvan de
-<i>Citij</i> slechts een derde gedeelte uitmaakt. De regenten, van
-welke ik gesproken heb, kunnen buiten de <i>Citij</i> geen gezag, hoe
-genaamd, uitoefenen, en het overige gedeelte van <i>Londen</i> wordt,
-even als de andere steden en dorpen van het koningrijk, bestuurd.
-<span class="pagenum">[<a id="pb162" href="#pb162" name=
-"pb162">162</a>]</span></p>
-</div>
-</div>
-<div id="ch19" class="div1 chapter"><span class="pagenum">[<a href=
-"#xd21e472">Inhoud</a>]</span>
-<div class="divHead">
-<h2 class="label">XIX.</h2>
-<h2 class="main"><i>De Vuistvechters.</i> (<i>Boksers.</i>)</h2>
-</div>
-<div class="divBody">
-<p class="par first">Slechts zeer weinige menschen brengen den dag door
-naar het ontwerp, hetwelk zij den vorigen avond gevormd hebben. Aan den
-eenen kant wederstreeft ons bijna altijd in onze voornemens het
-register van onvoorziene toevallen, hetwelk zoo vruchtbaar in deszelfs
-geheelen omvang is; terwijl, aan den anderen kant, onze eigene
-wispelturigheid ons niet zelden een welberaamd besluit doet opgeven, om
-een ander te volgen, hetwelk een louter toeval deed geboren worden. In
-een woord, wanneer wij het onderscheid tusschen <span class=
-"ex">willen</span> en <span class="ex">doen</span>, <span class=
-"ex">beramen</span> en <span class="ex">uitvoeren</span>, naauwkeurig
-gadeslaan, dan zullen wij ons meestal in de slotsom onzer ontwerpen
-jammerlijk bedrogen vinden. Men denkt, zich, bij voorbeeld, in den
-schouwburg te vermaken, en men geeuwt er: men waant, veel leerzaams in
-het een of ander Genootschap van Wetenschappen te zullen hooren, en men
-sluimert er zachtkens in: men vervoegt zich in het een of ander
-gezelschap, op hoop <span class="pagenum">[<a id="pb163" href="#pb163"
-name="pb163">163</a>]</span>van een geliefdkoosd voorwerp te ontmoeten;
-men is er, en zij komt niet:&mdash;men is voornemens, eener lieve jonge
-vrouw een bezoek te geven, en men treft haren ouden echtgenoot aan.</p>
-<p class="par">Evenwel moet men ook toestemmen, dat het toeval, onze
-ontwerpen verijdelende, ons dikwijls veel beter dient, dan wij ons
-hadden kunnen verbeelden; en hij, die ter goeder trouw eenen blik op
-het verledene wilde terugwerpen, zou ongetwijfeld moeten bekennen, dat
-hij een groot gedeelte van het wel slagen zijner ondernemingen, hetwelk
-zijne eigenliefde aan het wel beramen van zijne plans wil toeschrijven,
-veeleer aan het bloote geval te danken heeft.</p>
-<p class="par">Even zoo was ik aan het lot het gezigt van een
-schouwspel verschuldigd, dat wel niet zeer aanlokkend voor eenen
-Franschman, doch des te belangrijker voor een volk is, hetwelk meer
-vermaak vindt in de geestverschijning in <i>Macbeth</i>, en in de
-ijsselijkheden in <i>Koning Lear</i>, dan in de verteederende droefheid
-van eene <i>Iphigenie</i>, en in de zachte tranen, welke de wegslepende
-moederliefde van eene <i>Andromache</i> uit de oogen doet vloeijen.
-Doch de beschouwer is dikwijls genoodzaakt, zijne oogen op voorwerpen
-te vestigen, welke hem met afschrik vervullen; even als de
-ontleedkundige door het <span class="pagenum">[<a id="pb164" href=
-"#pb164" name="pb164">164</a>]</span>ontleden der lijken lessen
-verzamelt, om de smarten der lijdende menschheid te verligten.</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Ziedaar eene waarlijk lange
-inleiding!&rdquo;</p>
-<p class="par">Maar vergeet tevens niet, op te merken, waarde lezer!
-dat het de eerste is, waarop ik u vergast; en indien zij u al min of
-meer verveeld hebbe, bedank mij dan ten minste, dat ik niet al mijne
-hoofdstukken, even als vele dagbladschrijvers gewoonlijk hunne
-tijdingen beginnen, met eene voorrede heb aangevangen, die meestal zoo
-weinig betrekking heeft tot het onderwerp, dat behandeld zal worden,
-als de zeden van <i>Londen</i> naar die van <i>Parijs</i> gelijken.
-Doch daar het uw wil is, zal ik eenige aanmerkingen, welke ik hier
-eigenlijk nog te maken had, in mijne pen houden, en mij spoeden, om tot
-de zaak zelve te komen.</p>
-<p class="par">Het paleis van den Prins Regent van <i>Engeland</i> ligt
-bijna in het midden der stad, in <i>Pall-mall</i>.</p>
-<p class="par">Men heeft het voornemen, van dit punt, in eene regte
-lijn, eene groote en zeer fraaije straat, in de lengte een aanzienlijk
-gedeelte der stad doorsnijdende, tot aan <i>New-road</i> te leiden, en
-dus met <i>Regents-Park</i> te vereenigen.</p>
-<p class="par">Een gedeelte dezer onderneming heeft men ook reeds ten
-uitvoer gebragt, en deze nieuwe <span class="pagenum">[<a id="pb165"
-href="#pb165" name="pb165">165</a>]</span>straat, welke
-<i>Portland-place</i> genoemd wordt, en voorzeker de schoonste van
-geheel <i>Londen</i> zal zijn, maakt omtrent een vijfde gedeelte dezer
-hoofdstad uit, en zal ten naastenbij drie kwartier uurs lang zijn.
-<i>New-road</i>, hetwelk in het Fransch zoo veel, als <i>Nieuwe
-Aanleg</i> beteekent, is in een der uithoeken van de stad gelegen, digt
-bij het <i>Regents-park</i>, of het <i>Park van den Prins
-Regent</i>.</p>
-<p class="par">Op zekeren morgen, niets te doen hebbende, ging ik al
-vrij vroeg uit, met het voornemen, om het nieuwe plantsoen in
-<i>Regent&rsquo;s-park</i>, dat nog niet in volle orde is, te
-bezigtigen. In den <i>Nieuwen Aanleg</i> gekomen, zag ik op zekere
-hoogte, <i>Primrose-hill</i> genaamd, van verre in het veld, eene
-groote menigte van mannen en vrouwen, en tegelijk een aantal menschen,
-die, dwars overstekende, uit al hunne magt naar hetzelfde punt liepen.
-Hier bleek het weder, dat ik, even als zij, een echte afstammeling van
-onze goede moeder <i>Eva</i> was: ik vergat het doel mijner wandeling,
-en liet mij door den <i>Daemon</i> der nieuwsgierigheid naar dezelfde
-zijde heen slepen.</p>
-<p class="par">De bonte menigte bestond uit lieden van allerlei stand
-en rang der beide seksen: eene welgekleedde dame stond naast eenen
-kruijer of lastdrager, en een opgeschikte modezoon <span class=
-"pagenum">[<a id="pb166" href="#pb166" name=
-"pb166">166</a>]</span>tusschen eenen hoop van vischwijven en
-bedelaarsters. De aanschouwers vormden eenen ongemeen wijden kring, in
-wiens midden een man van eene Herculische gestalte bezig was, met zich
-van zijne das, zijnen rok, en zijn vest en eindelijk van zijn hemd te
-ontdoen, waarna, tot mijne groote verwondering, het baaijen onderhemdje
-hetzelfde lot onderging, zoo dat ik nu zeker vooronderstelde, dat broek
-en kousen de uitgetrokken plunje zouden navolgen; doch dit gebeurde
-niet. De oogen en wangen der zedige <i>Ladij&rsquo;s</i>, welke dit
-schouwspel met hare tegenwoordigheid vereerden, schenen, tot mijne
-uiterste verbazing, noch te blikken, noch te blozen op het gezigt van
-eenen man, die tot aan zijn midden moedernaakt voor haar stond. Weinige
-oogenblikken hierna konden zij een dubbel genoegen smaken; want een
-ander kampvechter, die zich buiten den kring ontkleed had, kwam nu, vol
-drift, door de menigte heen dringen, om zijne partij te ontmoeten.
-Ieder was door twee mannen vergezeld, die bestemd waren, om ruimbaan
-voor de kampioenen te houden en hen, des noods, te ondersteunen. De
-laatst gekomene was intusschen veel kleiner, dan de eerste, maar zijne
-spieren en pezen, die borst, rug en armen bekleedden, verkondigden den
-aanschouwer, dat de natuur <span class="pagenum">[<a id="pb167" href=
-"#pb167" name="pb167">167</a>]</span>hem voor zijne kleinere gestalte
-rijkelijk schadeloos had gesteld door het geschenk van buitengewone
-ligchaamskrachten.</p>
-<p class="par">Na veel moeite gelukte het mij, plaats te vinden onder
-de echte liefhebbers, en wel in den eersten rang, naast eenen bejaarden
-Engelschman, die zeer oplettend was op al, wat er voorviel, en wien ik
-verzocht, mij te onderrigten, wat deze bijeenkomst eigenlijk beduidde,
-en wat er gebeuren zou.</p>
-<p class="par">&bdquo;Gij zijt een vreemdeling,<span class="corr" id=
-"xd21e4215" title="Niet in bron">&rdquo;</span> zeide hij, <span class=
-"corr" id="xd21e4218" title="Niet in bron">&bdquo;</span>uwe
-vraag&mdash;alleen zou mij dit ontdekt hebben, indien uwe uitspraak u
-niet reeds verraden hadde.&mdash;Gij zult zien <span class=
-"ex">boksen</span>, maar ik vrees, dat wij niet veel pleizier zullen
-hebben; want deze knapen zijn juist niet van de voornaamsten; het zijn
-twee ambachtslieden, die gisteren toevallig verschil gekregen, en hier
-tijd en plaats bepaald hebben, om hetzelve te beslechten. Maar wacht!
-let op! let op! zij beginnen!&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;Tien guinies tegen zeven op <i>Tom</i>!&rdquo;
-schreeuwde een jong mensch, die eenige schreden van ons af stond, uit
-al zijne magt.</p>
-<p class="par"><i>Tom</i> was degene, die het voordeel der grootte
-had.</p>
-<p class="par">&bdquo;Ik houd de zeven guinies op
-<i>Dick!</i><span class="corr" id="xd21e4237" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> riep de Engelschman, die naast mij
-stond.<a id="xd21e4240" name="xd21e4240"></a></p>
-<p class="par">En op het oogenblik kwamen de twee kampvechters
-<span class="pagenum">[<a id="pb168" href="#pb168" name=
-"pb168">168</a>]</span>met geslotene vuisten op elkander af, en
-trachtten, wel vijf minuten lang, elkander duchtige vuistslagen toe te
-brengen, welke zij echter beide met veel vlug- en vaardigheid wisten af
-te keeren.</p>
-<p class="par">&bdquo;Het zijn kinderen der natuur, ongeleerde
-vechters!<span class="corr" id="xd21e4248" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> zeide mijn buurman; <span class="corr"
-id="xd21e4251" title="Niet in bron">&ldquo;</span>er heerscht noch
-kunst noch overleg in hunne wijze van boksen.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Heeft men het hier dan zoo ver gebragt,
-dat men de kunst van vuistvechten naar grondregelen
-uitoefent?<span class="corr" id="xd21e4256" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span></p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Zonder twijfel! Even als in de
-schermkunst, hebben wij hier leermeesters in deze wetenschap, en het is
-gemakkelijk te zien, dat deze twee menschen zich weinig geoefend, of
-ten minste slechte meesters gehad hebben.&rdquo;</p>
-<p class="par">Op dit oogenblik bragt <i>Dick</i>, met eenen
-uitgestrekten arm, zijner partij <i>Tom</i> eenen, zoo wel gerigten,
-vuistslag onder de laatste rib toe, dat die als een os ter neder
-stortte.</p>
-<p class="par">Middelerwijl de twee secondanten van <i>Tom</i> hem
-oprigtten, zeide ik tegen mijnen buurman: &bdquo;ziedaar uwe
-weddingschap gewonnen!&rdquo; In het denkbeeld verkeerende, dat door
-den val van den eenen der strijders het gevecht geheel geeindigd
-was.</p>
-<p class="par">&bdquo;Gewonnen! riep hij, och, mijn vriend!
-<span class="pagenum">[<a id="pb169" href="#pb169" name=
-"pb169">169</a>]</span>zoo ver zijn wij nog niet. <i>Tom</i> zal het
-zoo gemakkelijk niet opgeven: het gevecht eindigt niet, voor dat een
-van beiden bekent, overwonnen te zijn.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;En waarom heeft <i>Dick</i> zich dan niet
-van zijn voordeel bediend, en zijne partij gedwongen, zijne nederlaag
-te bekennen?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Dewijl deze soort van gevecht, even als
-iedere andere, naar regt en wetten behandeld wordt, en men zijnen
-neergevelden vijand geene slagen mag toebrengen.&rdquo;</p>
-<p class="par">Intusschen was <i>Tom</i> weder op de been gekomen, en
-had den aanval hernieuwd. Eenige oogenblikken daarna liet hij zijne
-vuist zoo onzacht op het kakebeen van <i>Dick</i> nederglijden, dat
-deze, op zijne beurt, insgelijks den grond kuste, terwijl een stroom
-van bloed, met eenige tanden, uit zijnen mond vloog.</p>
-<p class="par">Na eenen korten stilstand hernieuwde men het gevecht.
-<i>Dick</i>, zich houdende, als of hij nogmaals eenen aanval op de
-ribben van zijne partij wilde doen, drukte, door eene vaardige wending,
-onverwachts zijne volle vuist zoo onzacht op den regter kijker van
-zijnen vijand, dat deze, tegen wil en dank, het, door deze persing
-opgezwollene, venster gesloten moest houden.</p>
-<p class="par">&bdquo;Niet slecht!<span class="corr" id="xd21e4304"
-title="Niet in bron">&rdquo;</span> riep mijn buurman, <span class=
-"corr" id="xd21e4307" title="Niet in bron">&bdquo;</span>niet
-<span class="pagenum">[<a id="pb170" href="#pb170" name=
-"pb170">170</a>]</span>slecht!<span class="corr" id="xd21e4312" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> Doch naauwelijks was het tweede <i>niet
-slecht!</i> over zijne lippen gegleden, of <i>Tom</i> onthaalde den
-neus van <i>Dick</i> op eene zoo allergeweldigste stomp, dat uit beide
-neusgaten twee bloedfonteinen sprongen, terwijl <i>Dick</i> ruggelings
-op den grond nedertuimelde. Nu snelden zijne twee secondanten vaardig
-toe, reinigden zijn gezigt met sponsen van het bloed, en rigtten hem
-op, ter hervatting van dit moorddadig gevecht.</p>
-<p class="par">Thans scheen <i>Dick</i> al zijne pogingen aan te
-wenden, om het linker oog van zijne partij in denzelfden toestand als
-het regter te brengen. Het kwam mij dus voor, dat <i>Dick</i>, alhoewel
-niet sterk voor de <i>broederschap</i> ingenomen, echter des te
-krachtdadiger de <i>gelijkheid</i> betrachtte, tot welk einde hij
-telkens de <i>vrijheid</i> nam, om zijne vuist met het linker oog van
-<i>Tom</i> in aanraking te brengen, en hetzelve, op deze wijze,
-gelijkvormig aan het regter te maken. Daarbij scheen hij volstrekt
-ongevoelig voor de slagen, welke hij ontving, en niet eens te merken,
-dat stroomen bloeds uit zijnen mond en neus ontsprongen, toen het hem
-eindelijk gelukte, het voorgestelde doel te bereiken, en het andere oog
-van zijnen vijand insgelijks te treffen en te sluiten, zoo dat
-<span class="pagenum">[<a id="pb171" href="#pb171" name=
-"pb171">171</a>]</span>deze rampzalige nu te regt kon gezegd worden
-<i>blind geslagen</i> te zijn, welke kunstbewerking in <i>Engeland</i>
-bij het edele boksen den uitvoerder den grootsten roem verschaft. Dan
-daar, helaas! in het menschelijke leven het grootste geluk veelal door
-rampen is verzeld, ontving de oculist gelijktijdig van zijnen lijder,
-ter betaling voor de opgedrongene kuur, eenen zoo hevigen slag op den
-hartkuil, dat hij zelf ten derdemaal op den grond nederplofte.</p>
-<p class="par">Nu dacht ik ten minste zeker, dat de strijd
-ge&euml;indigd was. <i>Tom</i>, wiens luiken digt geslagen waren,
-scheen mij door dit kleine beletsel buiten staat, om zich te
-verdedigen, en dus veel minder in staat, om den aanval te kunnen doen;
-en den, op den grond uitgestrekten en naauwelijks adem kunnende halen,
-<i>Dick</i> was het, mijns oordeels, insgelijks onmogelijk, het gevecht
-te hervatten. Maar ik bedroog mij nogmaals.</p>
-<p class="par">De secondanten van <i>Dick</i> kwamen andermaals bij
-hem, wiesschen hem op nieuw het bloed met sponsen van het gezigt,
-drukten hem citroensap in zijnen mond, verkwikten den sterk
-beschadigden neus insgelijks met eenige droppelen van datzelfde vocht,
-en trachtten hem te overtuigen, dat hij met een weinigje <span class=
-"pagenum">[<a id="pb172" href="#pb172" name="pb172">172</a>]</span>moed
-en standvastigheid ongetwijfeld overwinnaar moest worden; wijl hij
-zijne tegenpartij geheelenal <span class="ex">blind</span> had geklopt;
-en zij bragten het inderdaad ook zoo ver, dat zij hem overeind kregen,
-en door hunne aanspraak weder met nieuwen moed bezielden.</p>
-<p class="par">Gedurende dezen tijd bleven de vrienden van <i>Tom</i>
-geenszins werkeloos. Een ligte lancetsteek onder beide de oogen, deed
-het daartusschen gedrongen bloed over de wangen loopen, en verminderde
-in zoo verre de ontsteking, dat de lijder een weinigje kon zien.</p>
-<p class="par">Nu vielen zij met vernieuwde woede, als twee tijgers, op
-elkander aan, en eene menigte van vuistslagen, wederzijds gegeven en
-ontvangen, bragt zulk eene hoeveelheid bloeds te voorschijn, dat de
-beide vechters er geheel mede bedekt waren.</p>
-<p class="par">En zelfs vrouwen konden op dit afgrijsselijk schouwspel
-hunne teedere oogen vestigen! oogen, welke zich nimmer moesten openen,
-dan, om tooneelen van vermaak en stille vreugde te beschouwen!
-&bdquo;Helaas!<span class="corr" id="xd21e4385" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> zeide ik bij mij zelven, <span class=
-"corr" id="xd21e4388" title="Niet in bron">&bdquo;</span>zijn deze,
-welke ik hier ontmoet, Engelsche&mdash;zijn deze wel Europesche
-vrouwen?&mdash;Zijn het niet veeleer vrouwen (vrouwen, zeg ik!) neen,
-vrouwelijke monsters uit de horden der Kannibalen, die met wellust
-<span class="pagenum">[<a id="pb173" href="#pb173" name=
-"pb173">173</a>]</span>rondom de vlammen dansen, in welker midden zij
-den ongelukkigen gevangene, langzaam bradende aan eenen paal, van een
-scheuren, en deszelfs geblakerde leden met de lillende ingewanden tot
-een smakelijk voedsel nuttigen!&rdquo;</p>
-<p class="par">Doch, terwijl ik mij in deze en dergelijke overdenkingen
-verdiepte, gaf de ongelukkige <i>Tom</i>, door eenen laatsten hartslag
-ter nedergeveld, groote gulpen bloeds over, en alle moeite, welke zijne
-secondanten, eenige minuten lang, aanwendden, om hem op de been te
-houden, vruchteloos bevonden zijnde, behield zijne tegenpartij het
-slagveld, en werd, met eenige tanden in den mond minder, een paar bont
-en blaauw geslagene oogen en eenen gebroken neus, door zijne vrienden
-juichende als overwinnaar weggeleid.</p>
-<p class="par">Twist of oneenigheid is echter niet altijd de
-aanleidende oorzaak van deze vuistgevechten, o neen! er is een aantal
-<span class="ex">boksers van beroep</span>, die om geld deze
-moorddadige kunst uitoefenen, en in dat geval is eene beurs met
-twintig, dertig of vijftig guinies tot eenen prijs voor den overwinnaar
-bestemd. De eene of andere rijke en aanzienlijke <i>Lord</i> laat in
-zijn park eenen ruimen omtrek met palen en touwen afsluiten, welke tot
-het slagveld voor de kampvechters verstrekt, en waar zij ongehinderd
-<span class="pagenum">[<a id="pb174" href="#pb174" name=
-"pb174">174</a>]</span>hunne vlugheid, kracht en bekwaamheden kunnen
-ten toon spreiden. Alsdan worden er belangrijke weddingschappen
-aangegaan, en welgelukzalig zij, welken het te beurt valt, de eer te
-genieten, om in het vermaak van dit bekoorlijk schouwspel te mogen
-deelen, even als in vroegere tijden vorsten en edelen de ridderspelen
-met hunne tegenwoordigheid vereerden.</p>
-<p class="par">En dan durft men de Romeinen nog van wreedheid
-beschuldigen; wijl hunne oogen zich in den strijd der zwaardvechters
-konden verlustigen! Dit oorlogzuchtige volk, onder de wapenen geboren
-en in den krijg opgevoed, zag immers in die gevechten slechts het
-afbeeldsel van den oorlog, en daarenboven was ieder burger soldaat. De
-vechters zelve waren bezield met de zucht tot roem. Als een hunner, na
-zich dapper gekweten te hebben, op het punt stond van den doodsteek te
-ontvangen, gaven de aanschouwers dikwijls hun verlangen te kennen, dat
-de ongelukkige mogt gespaard worden, ten welken einde zij hunne handen
-opstaken, met hunne doeken wuifden en somwijlen met een onstuimig
-geschreeuw de vrijheid van den verwonnenen eischten.</p>
-<p class="par">Maar welk een belang toch kan een laag en hatelijk
-vuistgevecht verwekken, gedurende hetwelk de aanschouwers zich met
-niets anders <span class="pagenum">[<a id="pb175" href="#pb175" name=
-"pb175">175</a>]</span>schijnen bezig te houden, dan met pogingen, om
-de verwoedheid der razende vechters aan te moedigen, tot eindelijk een
-hunner bijna levenloos nederstort? En dit is nogtans een der meest
-geliefkoosde vermaken van het volk, dat zich, bij uitzondering, het
-<i>denkende</i> noemt. <span class="pagenum">[<a id="pb176" href=
-"#pb176" name="pb176">176</a>]</span></p>
-</div>
-</div>
-<div id="ch20" class="div1 chapter"><span class="pagenum">[<a href=
-"#xd21e481">Inhoud</a>]</span>
-<div class="divHead">
-<h2 class="label">XX.</h2>
-<h2 class="main"><i>Engelsche zindelijkheid.</i></h2>
-</div>
-<div class="divBody">
-<p class="par first">Op eenen zaturdag wandelde ik met mijnen vriend
-<i>C...</i> door de stad.</p>
-<p class="par">&bdquo;En met welk voornemen?&rdquo; zal men mij
-mogelijk vragen.</p>
-<p class="par">Zie hier mijn antwoord.&mdash;Plaats u slechts, waarde
-lezer! op den eenen of anderen morgen, zonder u de moeite te geven van
-naar <i>Londen</i> te reizen, bij de <i>Pont-Neuf</i>, te
-<i>Parijs</i>, en doe dezelfde vraag aan alle voorbijgangers, namelijk,
-met welk voornemen zij zijn uit gegaan?</p>
-<p class="par">Een advokaat zal u zeggen:&mdash;&bdquo;Om voor eenen
-mijner kli&euml;nten te pleiten.&rdquo; En het is integendeel slechts,
-om de vijftig <i>Louis d&rsquo;or</i> te verdienen, welke hij zich
-vooruit heeft doen betalen.</p>
-<p class="par">Een arts zal u <span class="corr" id="xd21e4449" title=
-"Bron: antwoordden">antwoorden</span>: &bdquo;Om eenen mijner lijders
-te bezoeken.&rdquo; Maar geenszins zal hij er bijvoegen, dat dit bezoek
-hem rijkelijk zal betaald worden.</p>
-<p class="par">Een dagbladschrijver zal u vertellen: <span class="corr"
-id="xd21e4454" title="Niet in bron">&bdquo;</span>om eene <span class=
-"pagenum">[<a id="pb177" href="#pb177" name=
-"pb177">177</a>]</span>proef te corrigeren.&rdquo; En het is juist om
-de eerste letter van zijnen naam, waarachter hij zich verschuilt, te
-gaan uitkrabben onder het een of ander artikel, in hetwelk hij eenen
-zekeren schrijver al te hard is aangevallen, en voor wiens
-onverzoenlijke wraakzucht hij thans beducht is.</p>
-<p class="par">De koopman zal u diets pogen te maken, dat hij
-<span class="corr" id="xd21e4461" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>eenen zijner handelvrienden, wiens zaken
-wat schuinsch zitten, gaat ondersteunen.&rdquo; Maar hij verzwijgt u,
-dat zijn voornemens is, tegen gereed geld voor een derde der waarde den
-ongelukkigen de goederen, welke hem nog overig zijn, af te
-woekeren.</p>
-<p class="par">De krijgsman zwetst u voor: &bdquo;Mij roept eene zaak
-van eer!&rdquo; En het is eene danseres van de <i>Opera</i>, met welke
-deze zaak van eer moet beslist worden.</p>
-<p class="par">De schoone <i>Agnes</i>, die, u antwoordende, hare
-tintelende oogen zedig naar den grond slaat, zegt, met den grootsten
-schijn van waarheid: &bdquo;Ik ga de mis hooren in de naburige
-kerk.&rdquo; Maar het looze meisje weet, dat zij eenen jongen vriend
-zal vinden, welken zij daar eene bijeenkomst heeft
-toegestaan.&mdash;Dat oude grootje dweept u, met een uitgestreken
-gelaat, voor: &bdquo;Ik ga, in de vreeze des heere, een heimelijk
-liefdewerk verrigten.&rdquo; Maar <span class="pagenum">[<a id="pb178"
-href="#pb178" name="pb178">178</a>]</span>het is, om aan vijf of zes
-schijnheilige klappijen van hare kennis een schandelijk nieuws mede te
-deelen, hetwelk haar, ten nadeele van eene harer beste vriendinnen, den
-vorigen avond verhaald is geworden.</p>
-<p class="par">Indien ik nu zelf op uwe vraag antwoordde, waarde lezer!
-zoudet gij immers kunnen vermoeden, dat ik u insgelijks mijne ware
-beweegredenen wilde verbergen, of dat ik er u slechts een gedeelte van
-ontdekte. Heb derhalve de goedheid, om u te vergenoegen met datgene,
-hetwelk ik mij in gemoede verpligt acht ter uwer kennis te brengen, en
-u te bepalen bij de uitwerkselen, zonder al te diep in derzelver
-oorzaken te willen doordringen; want deze aangeborene zucht, hoe
-natuurlijk en verschoonbaar dezelve ook zij, is meermaals de bron van
-duizende dwalingen en misslagen voor het menschdom geweest. Ja men
-kende...... Doch ik bemerk, dat ik mij van mijnen weg verwijder, en dat
-ik, dus voortgaande, in plaats van hetgene ik te <i>Londen</i> gezien
-en gehoord heb, te verhalen, mij ongevoelig in wijsgeerige
-bespiegelingen zou verdiepen. Derhalve ter zake!</p>
-<p class="par">&bdquo;Welk eene verwonderlijke zindelijkheid heerscht
-er in dit land!<span class="corr" id="xd21e4484" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> zeide mijn vriend <i>C...</i>
-<span class="corr" id="xd21e4490" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>Ziet gij wel aan alle huizen de
-dienstmeisjes met hare emmers, bezems, luiwagens, dweilen, <span class=
-"pagenum">[<a id="pb179" href="#pb179" name=
-"pb179">179</a>]</span>sponsen en zandbakjes? Zij zijn bezig met de
-trappen, van den zolder tot aan den kelder, te schuren, en zij eindigen
-met den huisdrempel. En dit wordt alle zaturdagen op nieuw herhaald.
-Wel nu, wat zegt gij er van?&mdash;Doet men dit te <i>Parijs</i>
-ook?&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;Maar te <i>Parijs</i>,<span class="corr" id=
-"xd21e4503" title="Niet in bron">&rdquo;</span> antwoordde ik hem,
-<span class="corr" id="xd21e4506" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>worden bij zeer vele lieden de trappen
-niet alleen geschrobd en geboend, maar zelfs met wassen lappen
-gewreven; gij zult mij dus gaarne toestemmen, dat dit tegen het
-Engelsche wasschen, waarvan gij zoo veel ophefs maakt, wel kan opwegen.
-Wat der zindelijkheid betreft, mijn beste! dan moest gij eens in
-<i>Holland</i> zijn, daar zoudt gij andere staaltjes aantreffen: daar
-wascht men zelfs de muren der huizen van buiten. Ik moet u daarenboven
-ronduit verklaren, dat ik mij in het geheel niet met geestdrift voor de
-Engelsche zindelijkheid vooringenomen gevoel. Gij, mijn vriend!
-beschouwt slechts het vernis der schilderij, maar geenszins derzelver
-innerlijke waarde.</p>
-<p class="par">Onder dit gesprek wees ik hem eenen tappersjongen aan,
-die, huis aan huis, zijne pinten bier rondbragt, welke hij naast
-elkander op eene, tot dit gebruik geschikte, plank geplaatst, in zijne
-hand hield, Aan ieder huis, waar hij <span class="pagenum">[<a id=
-"pb180" href="#pb180" name="pb180">180</a>]</span>kwam, nam hij, voor
-het aankloppen, eene teug uit het pintje, hetwelk hij moest
-overhandigen, zoo dat hij, dus doende, middel vond, om zijnen dorst of
-snoeplust te bevredigen (indien het nemen van eenen slok bier
-<i>snoepen</i> mag genoemd worden) zonder dat de hoeveelheid van het
-vocht uit de pinten aanmerkelijk verminderde.</p>
-<p class="par">Op het zelfde oogenblik zag ik een kind van omtrent acht
-of negen jaren met een stuk boter in de hand, dat hij waarschijnlijk
-voor zijne ouders gehaald had, en waarvan hij, het papier opligtende,
-gedurende den weg, den omtrek met zijne tong belikte, dat het een lust
-was.</p>
-<p class="par">Eindelijk zagen wij vlak tegenover ons eene melkboerin
-op een&rsquo; harer emmers zitten, en die, bemerkende, dat haar rok
-gedeeltelijk in den anderen emmer hing, denzelven er zeer voorzigtig
-uitnam en in dien emmer uitwrong, om toch geenen droppel van het vocht,
-dat zij verkocht, te verliezen.</p>
-<p class="par">&bdquo;Ziedaar!<span class="corr" id="xd21e4525" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> zeide ik, <span class="corr" id=
-"xd21e4528" title="Niet in bron">&bdquo;</span>het toeval biedt ons,
-gelijktijdig en juist van pas, drie sprekende voorbeelden van de
-Engelsche zindelijkheid aan! Wel nu, wat zegt gij er van?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Dat dit niets bewijst! Men kan uit
-bijzonderheden geene gevolgtrekking tot het geheel maken.&rdquo;
-<span class="pagenum">[<a id="pb181" href="#pb181" name=
-"pb181">181</a>]</span></p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Ik heb u ook niet slechts eenen trek
-aangewezen, maar wel drie, in dezelfde straat, en op hetzelfde
-oogenblik, en mijn geheugen herinnert mij nog een aantal
-anderen.&mdash;Of kunt gij deze vrouw zindelijk noemen, die, den
-eersten morgen na mijn ontwaken, in mijn verblijf, dat ik thans nog
-bewoon, mij, nadat zij eerst mijn vuur aangemaakt, en de zwarte kolen
-met de handen aangevat had, het ontbijt bragt, zonder zich afgewasschen
-te hebben, en zich insgelijks gereed maakte, om mijn bed te schudden,
-hetwelk ik echter nog gelukkig voorkwam, door haar, bij wijze van een
-komplimentje, te zeggen, dat de heldere blankheid van haar gelaat een
-sterk kontrast met hare zwarte handen opleverde? Is het misschien ook
-een beginsel van zindelijkheid, dat de menschen, bij welke gij inwoont,
-toen ik u, op zekeren dag, terwijl zij zaten te eten, afwachtte, mij
-gul en hartelijk eene teug bier uit het pint aanboden, hetwelk gedurig
-de ronde om de tafel deed, zonder dat een der drinkenden er om dacht,
-den mond met een servet af te vegen, en zulks om de natuurlijke reden,
-wijl niemand een servet had?<span class="corr" id="xd21e4536" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span></p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Alles enkele voorbeelden! Gij beoordeelt
-de Engelschen, als zeker reiziger de Fransche vrouwen schetste. Deze,
-te <i>Calais</i> <span class="pagenum">[<a id="pb182" href="#pb182"
-name="pb182">182</a>]</span>ontschepende, teekende in zijn zakboekje
-aan, dat alle Fransche vrouwen zoo rood als vossen waren, dewijl de
-kasteleines der herberg, waar hij was afgestapt, rood haar
-had.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Gij bedriegt u. Ik zeg niet, dat alle
-Engelschen morsig zijn; maar ik betwist hun den roem van algemeene
-zindelijkheid, met welke men hun zeer ongepast in <i>Engeland</i>
-vereert, en ik durf beweren, dat de Franschen, wat dit artikel betreft,
-hun geenszins, uit den weg behoeven te gaan. Maar nog iets; indien de
-bijzondere bewijzen u niet kunnen overtuigen, indien gij mij
-tegenwerpt, dat alle voorbeelden, welke ik heb aangehaald, slechts het
-lage <span class="corr" id="xd21e4551" title=
-"Bron: gemeeen">gemeen</span> betreffen, dan zal ik u eenige algemeene
-trekken opnoemen, en wel onder lieden van den eersten rang in de
-maatschappij.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;Goed, hier wacht ik u, mijn vriend.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Zeer wel, let slechts op!&mdash;Gij weet,
-dat, als men, zelfs in de eerste huizen, thee gaat drinken, dezelve op
-een prachtig geschilderd, en met goud of zilver versierd blad, in het
-keurigste en kostbaarste porselein, wordt voorgediend. Maar hebt gij
-tevens nooit uw oog gevestigd op die spoelkom, welke half vol warm
-water op den hoek van het blad is geplaatst?&mdash;Hebt gij er nooit op
-gelet, dat ieder, na zijn kopje uitgedronken te hebben, hetzelve
-<span class="pagenum">[<a id="pb183" href="#pb183" name=
-"pb183">183</a>]</span>in die kom van het overschot en van eenige, daar
-in nog overgeblevene, theebladen gaat zuiveren? Is dit niet even eens,
-als of ieder beurtelings uit hetzelfde kopje dronk? Neen! zoo zeer ik
-met vermaak uit een kopje of schoteltje zou willen drinken, hetwelk met
-een paar lieve koralen lipjes in aanraking was geweest, met even zoo
-veel tegenzin en afkeer zou ik er mij van bedienen, indien het in
-hetzelfde water was afgespoeld geworden, hetwelk de restjes van eenen
-dronkaard, of van eene tandelooze bes ontvangen heeft; want eigenlijk
-is dit geen <i>reinigen</i>, maar wel degelijk
-<i>bemorsen</i>.&mdash;Ja, mijn vriend! doorzoek vrij, als gij kunt, de
-kleedkamer van de pronkzuchtigste vrouw, of van de rijkst onderhouden
-wordende <i>maitresse</i>; ga bij de voornaamste behangers en in de
-eerste modewinkels, en gij zult bevinden, dat eene Fransche vrouw, van
-welk eenen stand ook, er niet volledig alles zou aantreffen, wat zij
-noodig heeft, om zich geheel naar haren zin van meubelen te
-voorzien.</p>
-<p class="par">&mdash;Hebt gij reeds onze lieve en beminnelijke
-landgenoote, welke wij gisteren door ongesteldheid te bed vonden,
-vergeten, en die zich ongelukkig bezeerd had bij het vervaardigen van
-een <span class="pagenum">[<a id="pb184" href="#pb184" name=
-"pb184">184</a>]</span>stuk huisraad, dat zij in geheel <i>Londen</i>
-niet vinden kon? En op wat wijze zult gij de fraaije manier, om het
-neuzenmerg op te halen en in te slokken, verdedigen?&mdash;Eene
-gewoonte, welke onder alle klassen plaats heeft, en vandaar
-oorspronkelijk schijnt te zijn, dat de zindelijke heeren Engelschen
-nooit iets uitspuwen, uit vrees van hunne tapijten te bederven, en ook
-zeer zelden eenen zakdoek gebruiken, uit voorzorg van denzelven morsig
-te maken.</p>
-<p class="par">Ja zelfs schijnt de regering dezer stad het nuttige en
-noodzakelijke der zindelijkheid niet genoegzaam in het oog te houden;
-want gij zult mij toch wel willen toestemmen, dat de straten hier zeer
-slecht schoon gehouden worden, of laat ik liever zeggen, dat zij altijd
-zeer vuil en morsig zijn. Het is waar, men veegt, bij de eene of andere
-dwarsstraat, een klein plekje schoon, om van het eene voetpad op het
-andere te kunnen komen, en dit werk wordt gemeenlijk nog door eenen
-bedelaar verrigt, die, in de eene hand den bezem houdende, de andere
-geopend en uitgestrekt den voorbijgangers aanbiedt. Doch wilt gij de
-straten dwars oversteken, om aan de overzijde te komen, dan moet gij
-tot aan de waden door modder en slijk stappen, of weder terugkeeren,
-<span class="pagenum">[<a id="pb185" href="#pb185" name=
-"pb185">185</a>]</span>tot gij aan een dezer paadjes komt, waarvan ik
-gesproken heb, en welke veel overeenkomst hebben met eene plank over
-eene moddersloot.</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Genoeg! om &rsquo;s hemels wil,
-genoeg!<span class="corr" id="xd21e4583" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> zeide mijn vriend <i>C...</i>;
-<span class="corr" id="xd21e4589" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>gij zoudt eindigen met mij te betogen, dat
-<i>Londen</i> de tempel der morsigheid is!&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Dan zoudt gij in eene tweede dwaling
-vervallen. Mijn voornemen is geenszins, <i>Londen</i> in het
-overdrevene van morsigheid te beschuldigen, maar slechts te bewijzen,
-dat men ongelijk heeft met de Engelsche zindelijkheid zoo hemelhoog
-boven de onze te verheffen. Men moet, om gezond over de zaken te kunnen
-oordeelen, ze van zeer nabij zien, en met oplettendheid onderzoeken;
-want het gaat met de meeste dingen, welke wij in het eerst verbazend
-bewonderen, even als met menige vrouw, die in de verte met al de
-bekoorlijkheden en frischheid der jeugd schijnt uitgedost te zijn, maar
-die, bij iederen stap, met welken gij haar nadert, iets van hare
-bevalligheid verliest, en eindelijk zelfs leelijk zou kunnen genoemd
-worden. <span class="pagenum">[<a id="pb186" href="#pb186" name=
-"pb186">186</a>]</span></p>
-</div>
-</div>
-<div id="ch21" class="div1 chapter"><span class="pagenum">[<a href=
-"#xd21e490">Inhoud</a>]</span>
-<div class="divHead">
-<h2 class="label">XXI.</h2>
-<h2 class="main"><i>De wandeling.</i></h2>
-</div>
-<div class="divBody">
-<p class="par first">&bdquo;Helaas! nog al veroordeeld, om eenen
-<span class="ex">zondag</span> te <i>Londen</i> door te brengen! welk
-een verdriet! Geene andere publieke plaats staat open, dan de
-koffijhuizen, die juist niet in mijnen smaak vallen, en de herbergen,
-waar gerookt wordt, en welke ik verfoei! Geen bezoek kan men afleggen!
-Ha! ik kan echter eene predikatie gaan hooren! Eene predikatie... de
-hemel beware mij! ik vergenoeg mij gaarne met de eerste, welke ik
-gehoord heb.&mdash;Komaan, laat ons een hoofdstuk bijeen flansen, en
-het de <i>verveling</i> doopen. De verveling is immers eene ziekte,
-welke al de inwoners van <i>Londen</i> bekruipt, en die mogelijk
-eenigen mijner lezers, bij het doorbladeren van dit boekje, mijns
-ondanks, ook zal bevangen.&rdquo;</p>
-<p class="par">Ik nam derhalve een groot vel schrijfpapier, en schreef
-boven aan met groote letteren: <i>Een en twintigste Hoofdstuk.&mdash;De
-Verveling.</i> Reeds was ik bezig met eene inleiding te ontwerpen toen
-ik mij op den schouder voelde <span class="pagenum">[<a id="pb187"
-href="#pb187" name="pb187">187</a>]</span>tikken. Ik keerde mij om en
-zag mijne vriend <i>C...</i></p>
-<p class="par">&bdquo;Wel!<span class="corr" id="xd21e4633" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> zeide hij, <span class="corr" id=
-"xd21e4636" title="Niet in bron">&bdquo;</span>wat denkt gij van daag
-te doen?&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;Ach!<span class="corr" id="xd21e4641" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> antwoordde ik met eenen zucht,
-<span class="corr" id="xd21e4644" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>hetgene men te <i>Londen</i> op
-<span class="ex">zondag</span> kan doen. Ziedaar!<span class="corr" id=
-"xd21e4653" title="Niet in bron">&rdquo;</span> vervolgde ik, hem mijn
-vol papier onder de oogen houdende.</p>
-<p class="par">&bdquo;Smijt het in het vuur!<span class="corr" id=
-"xd21e4658" title="Niet in bron">&rdquo;</span> hernam hij:
-<span class="corr" id="xd21e4661" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>het is een heerlijke winterdag, niet te
-koud, geen wind; komaan, laat ons in <i>Hyde-Park</i> gaan wandelen;
-dit zal onzen eetlust opwekken, en wij zullen alsdan dezen middag der
-tafel eer kunnen aandoen.&rdquo;</p>
-<p class="par">Ik liet mij niet lang bidden; wij begaven ons terstond
-op weg en kwamen, na omtrent een uur wandelens, aan dat vermakelijke
-park, door de poort van de <i>Oxford-street</i>. Zonder medelijden liet
-mijn vriend mijne voeten de lengte van het geheele park meten, en toen
-vroeg hij mij: <span class="corr" id="xd21e4672" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>Welnu! hoe vindt gij deze
-wandeling?<span class="corr" id="xd21e4675" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span></p>
-<p class="par">&bdquo;Overheerlijk! Ik zou er mij geen denkbeeld van
-hebben kunnen vormen! Maar in ernst! Hoe toch kunt gij
-vooronderstellen, dat deze plaats mij zou kunnen behagen? Een wijd
-uitgestrekte grond, van eenen onregelmatigen omtrek, bedekt met een dun
-en dor groen, <span class="pagenum">[<a id="pb188" href="#pb188" name=
-"pb188">188</a>]</span>waartusschen het oog hier en daar eenige wijd en
-zijd verspreide boomen aantreft, even als men in de Lijbische
-zandwoestijnen, van tijd tot tijd, eenige <i>oasen</i> ontwaart, en in
-wiens midden, tot volmaking van dit fraaije tafereel, een magazijn van
-stof ligt!&mdash;Voorts is dit treffend geheel doorsneden met eene
-soort van lanen, vol modder en slijk, die tegenwoordig gelukkig stijf
-bevrozen is, en waar honderd wandelaars, even als wij, hunne verveling
-medebrengen, den tijd trachten te dooden, en van welke men te regt zou
-kunnen zeggen:</p>
-<div lang="la" class="lgouter">
-<p class="line">&bdquo;<i>Rari nantes in gurgite vasto!</i>&rdquo;</p>
-</div>
-<p class="par first">&mdash;&bdquo;Wat het dorre en weinige gras
-betreft, dat komt, wijl men der zeissens hier al te dikwijls bezigheid
-verschaft.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Wat raakt mij de oorzaak? ik beoordeel de
-uitwerkselen.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;En verdient deze schoone gracht, welke men
-het <i>Slangen-kanaal</i> noemt, ten minste uwe verwondering
-niet?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;De nabijheid van de <i>Theems</i>
-vermindert aanmerkelijk het schoone van dit kanaal.&mdash;Maar ik zie
-daar eenige jonge lieden schaatsen rijden: ik dacht niet, dat het ijs
-reeds sterk genoeg was.&rdquo; <span class="pagenum">[<a id="pb189"
-href="#pb189" name="pb189">189</a>]</span></p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Gisteren reed men hier al. Wel is waar, er
-kwam een gat in, waarin wel vijftien menschen gevallen zijn; doch er is
-slechts &eacute;&eacute;n verdronken.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;En waarom zet men niet een paar
-schildwachten uit, om te beletten, dat iemand op het ijs komt, voor dat
-het dik en sterk genoeg is?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Wat zou er dan van de Engelsche vrijheid
-worden?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Het is waar, ik dacht er niet
-om.&mdash;Welaan! laat ons dit betooverend verblijf
-verlaten.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Wij zullen eerst de tuinen van
-<i>Kensington</i> nog bezigtigen; want wij zijn er zeer digt
-bij.&rdquo;</p>
-<p class="par">Zoo gezegd, zoo gedaan; en nu moet ik mijnen waarden
-lezer ronduit bekennen, dat ik hier waande, mij in eene andere wereld
-getooverd te zien. Eene wijde uitgestrektheid van de schoonste boomen,
-welke het oog naauwelijks overzien kan, met fraaije lanen doorsneden,
-bood hier den liefhebbers eene bekoorlijke wandeling aan, welke in den
-zomer overheerlijk moet zijn, en alsdan ook de bijeenkomst is van
-alles, wat in <i>Londen</i> aanzienelijk en voortreffelijk mag genoemd
-worden. Maar gij vindt er niets, om u te verfrisschen of te
-<span class="pagenum">[<a id="pb190" href="#pb190" name=
-"pb190">190</a>]</span>verkoelen; noch ijs, noch <i>limonade</i>, noch
-zelfs een glas bier; niet eens eenen stoel, om uit te rusten: men treft
-er geene andere zitplaatsen aan, dan eenige, op eenen grooten afstand
-van elkander geplaatste, banken, even als men die heeft in ons
-<i>Luxembourg</i> of in de <i>Tuilleries</i>, waar de <i>Invaliden</i>
-en nieuwsgierige ledigloopers gewoonlijk hunne bijeenkomsten
-hebben.</p>
-<p class="par">Wij wandelden den tuin rond, en het was reeds half vier
-ure, toen wij denzelven verlieten. Nu moesten wij nogmaals
-<i>Hyde-Park</i> oversteken, om in de stad te komen. Maar hoe groot was
-mijne verwondering! Ik bevond mij als in eene andere wereld. Misschien
-wel vijf- of zesduizend personen, van onderscheiden rang en stand,
-wandelden te voet in het binnenste gedeelte van het park; terwijl het
-in de dwarslanen krielde van rijtuigen, koetsen en paardrijders, en dat
-bijna in zulk eene menigte, als in onze wandeldreven te
-<i>Long-Champ</i>.</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Spijt het u nu wel, gebleven te
-zijn?&rdquo; vroeg mijn vriend; &bdquo;wat zegt gij nu van
-<i>Hyde-Park</i>?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Dat de decorati&euml;n veranderd zijn,
-maar dat het tooneel altijd hetzelfde blijft. Ik verbeeld mij, eene
-groote kamer te zien, die wel <span class="pagenum">[<a id="pb191"
-href="#pb191" name="pb191">191</a>]</span>prachtig en rijk gemeubeld,
-doch welker vloer oud en morsig is, en welker zoldering en lambrizering
-sedert lang niet zijn opgeschilderd.&rdquo;</p>
-<p class="par">Nogtans moet ik der waarheid hulde doen, en bekennen,
-dat dit gezigt niet geheel onbelangrijk was, ook kan men er alle
-zondagen, van drie tot vijf ure, gebruik van maken. Met genoegen
-beschouwt men een aantal jonge lieden te paard, van beide seksen, die
-hunne moedige en dartele rossen met zwier en bevalligheid berijden;
-terwijl men, aan den anderen kant, wederom eene menigte van rijtuigen
-ziet, welke in smaak en pracht met elkander wedijveren. Niet minder
-verlustigt zich het oog in de wandelende en rijdende dames, van welke
-sommigen den bekoorlijksten luister van het natuurlijk, eenvoudig
-schoon ten toon spreiden, welks gemis anderen wederom door pracht van
-opschik en sieraden trachten te vergoeden. Wij hielden ons eenige
-oogenblikken op, om dit schouwspel naauwkeurig gade te slaan, hetwelk,
-hoe schoon ook, mij toch eindelijk zou verveeld hebben. Mijn vriend
-wist echter aan deze vervelende eentoonigheid, door het verhalen van
-sommige bijzonderheden en voorvallen, eenige afleiding te geven.</p>
-<p class="par">&bdquo;Ziet gij daar in die geel geschilderde
-<span class="pagenum">[<a id="pb192" href="#pb192" name=
-"pb192">192</a>]</span>koets, met die fraaije wapens en eene grafelijke
-kroon er boven, dat lieve vrouwtje wel? vroeg hij mij. Zij is eene
-bloedverwante van een&rsquo; der aanzienlijkste personaadjes van geheel
-<i>Engeland</i>. Zij was de echtgenoote van <i>Lord F...</i>; maar eene
-onwederstaanbare zucht tot galante minnarijen deed haar gehoor verlenen
-aan de vleijerijen van <i>Mijlord G...</i> Haar man bemerkte het: hij
-was niet minder ervaren in de Heidensche fabelleer, dan in de Engelsche
-rekenkunde: de historie van <i>Venus</i> en <i>Mars</i>, benevens de
-boertige wraak van <i>Vulkaan</i> waren hem geenszins onbekend; en daar
-hij het zonderlinge begrip koesterde, dat eene vrouw minder, en wat
-geld meer, een wezenlijke zegen des hemels was, hield hij zich, als of
-hij den beiden gelieven schoon spel wilde geven, en wist eindelijk het
-arglooze paar, door eenige zijner vrienden verzeld, die hem voor
-getuigen zouden dienen, in den beslissendsten toestand, even als de
-hierboven vermelde goden, te betrappen. Een Italiaan zou zeer zeker de
-schuldigen terstond geponjaardeerd hebben; een Franschman zou zijnen
-mededinger op de pistool of op den degen geeischt hebben; maar een
-Engelschman is wel wijzer! <i>Lord F...</i> vervolgde <i>Lord G...</i>
-in rechten, en verkreeg tegen hem een vonnis, <span class=
-"pagenum">[<a id="pb193" href="#pb193" name="pb193">193</a>]</span>waar
-bij deze, als onwettig bruiker van eens anders eigendom, in eene boete
-van 15,000 pond, dat is (360,000 <i>livres</i> Fransch) veroordeeld
-werd, tot schadevergoeding van kosten en intrest, en hetwelk hem tevens
-magtigde, om van zijne snoepachtige vrouw te scheiden. Toen trouwde de
-<i>Mylord G...</i> het onbestorvene weeuwtje. Doch daar de opvolger van
-<i>Lord F...</i> niet geldgierig is, zegt men, dat hij de uiterste
-voorzorgen gebruikt, om niet genoodzaakt te zijn, de uitgeschotene
-gelden, welke hij aan <i>Lord F...</i> betaald heeft, weder van eenen
-anderen zijner vrienden of bekenden te moeten invorderen.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;Die ruiter, op dat kastanjebruine paard, wiens
-sporen en stijgbeugels van zilver zijn, heet <i>Sir John H...</i> Deze
-heeft eens eene weddenschap aangegaan van tweeduizend guinies, dat een
-man in twintig dagen duizend uren te voet zou afleggen, hetgeen iederen
-dag vijftig uren maakt, of ten naastenbij zestien en eene halve
-Fransche mijlen. Het gelukte hem in de daad, iemand te vinden, die dit
-wandelingje wilde ondernemen, en dien hij vervolgens iederen morgen
-door zijnen arts liet bezoeken; terwijl hij zelf zich met de zorg
-belastte, om den looper met voedende en krachtige spijzen te
-onderhouden. <span class="pagenum">[<a id="pb194" href="#pb194" name=
-"pb194">194</a>]</span>In een woord, hij won de weddenschap. Thans is
-het hem gelukt, eene heldin op te schommelen, die zich wil verbinden,
-in twintig achtereenvolgende dagen daags dertig uren af te leggen. Hij
-houdt zich dus bezig met iemand op te zoeken, die hem nogmaals
-tweeduizend guinies wil houden; maar ik twijfel sterk, of hij eenen
-wedder zal vinden; want de spraak gaat, dat hij altijd gelukkig is in
-het winnen.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;Zie daar <i>mistress L...</i>, in dat eenvoudige
-grijs geschilderde rijtuig zonder eenig versiersel. Zij is met eenen
-Franschman getrouwd, dien zij, van den morgen tot den avond,
-onophoudelijk kwelt, vooral, wanneer hij het ongeluk heeft van in de
-eene of andere kleinigheid zich tegen de Engelsche gewoonten te
-bezondigen. Op zekeren avond thee bij haar drinkende, beknorde zij
-haren echtgenoot zeer hevig, in het volle gezelschap, dewijl hij de
-onoplettendheid gehad had, van het suikerpotje op de tafel, in plaats
-van op het theeblad, te zetten.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;Ziet gij daar links af, een paar schreden van
-ons, dien man wel, in zijnen bruinen rok, met dat levendige oog, en
-blootshoofds, die, even als wij, stilletjes voortwandelt?&mdash;Het is
-een schilder vol talenten en verdiensten; Hij heeft de minnares van
-eenen der voornaamste heeren van het rijk geportretteerd. <span class=
-"pagenum">[<a id="pb195" href="#pb195" name="pb195">195</a>]</span>Toen
-het werk af was, had zijne Edelheid de goedheid van hem te
-zeggen:&mdash;&bdquo;Zie daar een portret, mijnheer! dat u eer zal
-verschaffen! het is onmogelijk, van dien aard iets beters te zien! En
-dit is al de betaling, welke de verdienstvolle kunstenaar ooit heeft
-kunnen bekomen.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;Spoedig! Spoedig! Beschouw die blaauwe koets
-daar, met die hertoglijke wapens! Ziet gij daar niet, naast die oude
-dame, met dat stuursche drakengezigt, een lief, bekoorlijk, jong
-meisje, hetwelk men het verdriet uit de oogen kan lezen? het is eene
-wees. Hare bevalligheden, misschien ook wel hare vijftienduizend pond
-renten, trokken de liefde van een jong mensch tot zich, die wederkeerig
-het geluk had van haar te behagen. Noch zijn rang noch zijne fortuin
-veroorloofden hem, naar hare hand te staan. Derhalve besloten de twee
-gelieven, volgens het Engelsche gebruik, een <i>Schotsch reisje</i> te
-doen; doch voordat zij het doel hunner wenschen bereikt hadden, en door
-eenen zwartrok het heilvolle woordje <i lang="la">conjungo!</i> (<i>ik
-vereenig u!</i>) over hen was uitgesproken, werden zij door de
-bloedverwanten der jonge juffer achterhaald en vastgehouden. Haar
-stelde men in de bewaring en onder het opzigt van deze oude,
-<span class="pagenum">[<a id="pb196" href="#pb196" name=
-"pb196">196</a>]</span>welke haar even min verlaat, als de schaduw het
-ligchaam: de jongeling werd als schaker aan de kaak te pronk gezet. Men
-zegt evenwel, dat het beminnelijke meisje een vast karakter heeft, en
-zoodra zij meerderjarig geworden is, welk tijdstip met snelle schreden
-nadert, den ongelukkigen jongeling zal trouwen en met hem naar het
-vaste land oversteken.&rdquo;</p>
-<p class="par">De menigte van <i>origineelen</i>, welker portretten
-mijn vriend mij schetste, begon echter langzamerhand te verminderen en
-uit een te gaan. Het was nu bijna vijf ure. Wij vertrouwden, dat zij
-voornemens waren, de wandeling door eene meer kracht gevende en meer
-zelfstandige bezigheid te doen vervangen; en wij, ons aan den wil der
-maag onderwerpende, achtten het niet te onpas, hun voorbeeld te volgen.
-<span class="pagenum">[<a id="pb197" href="#pb197" name=
-"pb197">197</a>]</span></p>
-</div>
-</div>
-<div id="ch22" class="div1 chapter"><span class="pagenum">[<a href=
-"#xd21e500">Inhoud</a>]</span>
-<div class="divHead">
-<h2 class="label">XXII.</h2>
-<h2 class="main"><i>Korte beschrijving van</i> Londen <i>door eenen
-Italiaanschen Schilder</i>.</h2>
-</div>
-<div class="divBody">
-<p class="par first">&bdquo;<i lang="it">Che piacere di
-vedervi!</i>&rdquo; zeide tegen mij, op zekeren dag, een Italiaansche
-schilder, welken ik in <i>Parijs</i> had leeren kennen, en thans in
-<i>New-bond-street</i> ontmoette.</p>
-<p class="par">&bdquo;En sintse wanneer gij te
-<i>Londen</i>?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Sinds tien of twaalf dagen. Maar gij
-zelf&mdash;wat heeft u herwaarts gevoerd?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Ikke ben gekoom, om te doen zien de konst
-van mijne werk&rdquo;<a class="noteref" id="xd21e4869src" href=
-"#xd21e4869" name="xd21e4869src">1</a></p>
-<p class="par">&bdquo;Ha! Ha! Gij biedt den heeren Engelschen het
-gezigt van uwe kunststukken aan, tegen eene geringe erkentenis van
-iederen bezigtiger?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;<i lang="it">Si Signor!</i> maar ikke te
-vroeg hiere, <i lang="it">perche ciascheduno</i> isse na buite op de
-lande, dare isse ar geen levendige ziele in <i>Londen</i>.&rdquo;
-<span class="pagenum">[<a id="pb198" href="#pb198" name=
-"pb198">198</a>]</span></p>
-<p class="par">&bdquo;Slechts een weinig geduld: men zal spoedig
-terugkomen. De Engelschen zijn razende liefhebbers van
-tentoonstellingen. Onlangs heb ik zelfs de bekendmaking gezien van de
-tentoonstelling van een kleed, dat een zeker algemeen bekend en beroemd
-man gedragen had, en geheel <i>Londen</i> was in de weer, om er zijne
-offerhande te brengen.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;<i>E vero, Signor! ma</i> intus eet ik op
-mijne <i>Louis</i>, en ik krijge niet de <i>guinies</i>.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Bedien u van dezen tusschentijd, om het
-merkwaardige van <i>Londen</i> te bezigtigen. Hebt gij de kerken al
-eens opgenomen?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Ikke heb watte, niet vele gezien;
-<i>ma</i> datte isse miserable! de meest klein en slegte kerke in
-<i>Italie</i> of <i>Frankrijk</i> is nokke meer mooij. Geene
-schilderstuk, geene figuur! en de pitoijabelst orde van de
-bouw!&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Wat der bouworde betreft, zult gij toch,
-hoop ik, de <i>Sint-Paulus-Kerk</i>, en de <i>Abtdij van
-Westminster</i> uitzonderen. Deze twee kerken kunnen wedijveren met de
-schoonste gebouwen van geheel <i>Europa</i>.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;<i lang="it">Ah Signor!</i> voor jou
-niette heb gezien <i lang="it">le belle chiesse</i> van <i>Rome</i>,
-<i>Napels</i>, en van <i>Florence</i>! en ikke geloof, datte de
-<i>Notre-Dame</i> en <i>Sinte-Genevi&egrave;ve</i>, <i>Sint Roch</i> en
-<i>Sint Soulpice</i> te <i>Parijs</i> niet hoef de <span class=
-"pagenum">[<a id="pb199" href="#pb199" name=
-"pb199">199</a>]</span>schaamte te hebbe van te woon op zijde van haar
-al te male.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Maar nog eens, mijn heer! er zijn in de
-<i>Sint Paulus</i>- en <i>Westminster</i> kerken gedenkstukken,
-overwaardig, om bezigtigd te worden, voorwerpen, welke de
-nieuwsgierigheid en opmerking der kenners in den hoogsten graad
-verdienen.</p>
-<p class="par">&bdquo;&mdash;Zonder twijfele: daar isse in
-<i>Westminstre</i> de monumente van <i>Henrico Cinque</i>, de figuur
-isse zonder de koppe, wante hij was van zilvere, en daarom de dief de
-koppe gestool; ook de zadele van de paard, dare dat Prins boven oppe
-heb gezeet, in de bataille van <i>Aguincourt</i>, en dare nikse meer
-van te ziene is, alsse de hout en ijzere; dan nokke de steen voor de
-oude koninke van <i>Schotlande</i>, zij leg er in met de knie, als zij
-konink worde gekroond. In de <i>Sinte Paulus</i> kerke is eene groote
-dakke, niette goed gemaak, de meestre van die maak wasse een groot
-broddelaar; ook nokke watte figuuren, die stelt te voor Engelsman in de
-Roomsche kleed, de haar van voor gefriseerd in de toepet, en van agter
-gebond in de keu; eene klokke die weegt twaleve duizende pond, je trek
-an die kleep, en de klokke zekt bim, bam, bom! Eene galerij, je zet de
-monde op de eene kante <span class="pagenum">[<a id="pb200" href=
-"#pb200" name="pb200">200</a>]</span>van de mure, spreek zachte, en de
-ander kan alles hoor aan de andere kante ver weg. <i lang="it">Tutte
-cose miravigliose; ma</i>, om te kijk, de hande alletijd in de zakke:
-voor ieder duer, die worden op gedaan, uit jou borse zoo vele
-skillings, en heel vele, magtik vele duers aan de <i>Sint Paulus</i>-
-en <i>Westminster</i> kerke: overal net egaal; zonder de gelde, niks te
-kijk in <i>Londen</i>. Ja, de <i>Theemse</i> alleene voor niks te zien,
-zoo lange de Engelsman niet kom in de <i>occasion</i>, om de slot er op
-te smijt.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Ik hoop ten minste, dat gij tevreden zult
-zijn geweest, en u vermaakt hebben met het gezigt van deze rivier? De
-schepen, waarmede dezelve bedekt is, de kaaijen en timmerwerven in den
-omtrek, leveren inderdaad een heerlijk schouwspel op.</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;<i>Perfettamente!</i> de <i>Theemse</i>
-isse een aardig mooije beek, heel gemakkelijk voor die Engelsman, die
-lust heb, zich te verzuip; <i>ma</i> om te willen spreek van de haaf,
-van de timmerwerf, jou motte zien <i>Antwerp</i>, sinte de Fransche
-dare heb gemaak die nieuwe werk, en zwijge dood stille van de kanale,
-die door eene stad loop, zoo lange jij te <i>Venetie</i> niet hebbe
-geweest. In eene woorde, is het niet schand, datte oppe die fameuse
-riviere in geheel <span class="pagenum">[<a id="pb201" href="#pb201"
-name="pb201">201</a>]</span><i>Londen</i> niet meere dan drie brukken
-gevonden word.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Kom, kom! gij zijt wel ongemakkelijk! Maar
-hoe hebt gij de pleinen (<i lang="en">squares</i>) van <i>Londen</i>
-gevonden, deze fraaije vierkanten, welke meestal bij uitsluiting
-bewoond worden door lieden van de eerste klasse?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Er zijn magtig vele, <i>Signor</i>; want
-ikke geloof wel taggentik hebbe geteld; <i>ma</i> hette isse, of er
-maar eene is, zij zijne allemale op eene leeste geschoeid, even eense
-als de straat en de huis, watte meer groot, of watte meer een beetje
-klein, en dat isse de geheele onderscheid van de zake, nette als eene
-tuin, rondomme en overalle met traliewerke, en waar geene mensche kan
-koom inne, om dat de digte bij eigenaren alleene bewaren de sleutels:
-ziedaar in drie penseeltrek de portrette van alle de vierkante plein te
-<i>Londen</i>. Het is <i>assolutamente</i>, de <i>Place-Roijale</i> van
-<i>Paris</i>, met de onderscheide, dat ze niet zijn bedekte, en dat men
-zich kan wegkruip voor de reeg, om niet te worde nat.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Ik zie, dat gij voor zinspreuk hebt
-aangenomen het <i lang="la">nil admirari</i> van den ouden
-<i>Horatius</i>; maar ik zal u echter in eene zaak tot zwijgen brengen.
-Durft gij beweren, in eenige stad <span class="pagenum">[<a id="pb202"
-href="#pb202" name="pb202">202</a>]</span>der wereld, winkels aan te
-zullen treffen, zoo als men dezelve in <i>Oxford-Born-Cheapside</i>, en
-ik weet niet in hoe veel andere straten, aantreft?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Ikke ben geslaag <i>Signor</i>, dat isse
-waar! men zou zeg, dat geheel <i>Londen</i> eene winkele wasse, ofte
-ten minste alleene voor winkele gebouwd, in de plaatse, datte
-contrarie, in tegendeele, in andere land, de winkele voor de stadte
-worden gemaak. In de meest miserable pothuis en inne de kleinste
-winkele, is eene propreteit en schikking, datte curieus is, en offe men
-wil, offe niet, men motte zich verwonder over de rijkteheid en
-<i>elegance</i> van de groote <i lang="it">magasins; ma perche</i>, als
-het u bliefte, <i>ma</i> datte isse ook om de klante te trek, en om
-datte de gelde veel zal worde gewon: ik wil niette ontken, datte er
-hier vele meere winkele ben als te <i>Paris</i>, maar ikke hou staand,
-datte ze niet zijne zoo mooij, zoo praktik, en curieus, als dare zijne
-in de strate, <i>Sint-Honor&eacute;</i>, <i>Richellieu</i>,
-<i>Vivienne</i>, en nog vele meere, en dan de uithangbord! dat is om
-van te huil! de naam van de koopmanne, dat isse al! Gij ziet hiere niet
-voor de winkele, zoo als te <i>Paris</i>, heele mooij schilderij, daar
-mee kan gefigureerd word in de mooije <span class="pagenum">[<a id=
-"pb203" href="#pb203" name="pb203">203</a>]</span>zaal.&mdash;<i>Ma</i>
-zeg mij, het is vijf uur, waar ete gij?</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Ik heb met eenen vriend afgesproken, hem
-in een <i>Chop-house</i> te ontmoeten, waar men redelijk wel
-is.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;<i lang="it">Che gusto!</i> Ikke verlaat u
-niete. Ikke hebbe tot hiere toe in eene miserable gaarkeuk gegeet; de
-baas van de keuk zegt, hij eene Fransch kok isse, hij mogte de duivele!
-daar isse keene mensche in de heele huize, die eene woord Fransch kan
-spreek, en die vente late zijne medicamenten tegen goud opweeg. Maar ik
-hebbe ook gezwoor, er nooit weer te koom. Gister tracteerde hij mij
-oppe eene kalverribbetje mette de suringe. <i>Santa Virgine!</i> de
-suringe wasse als gedroogd en verdord grasse, ikke geloof, hij had weze
-snij in <i>Hyde-Park</i>; en de ribbetje klonk onder het snij als eene
-klokke, maar tusschen de tand wasse zoo hard en taaij, als de leeren
-lap.&rdquo;</p>
-<p class="par">De schilder ging derhalve met mij een stuk
-<i>roasted-beef</i> met een <i>rijstpudding</i> eten, en stemde mij
-eindelijk toe, dat men in <i>Londen</i> op het middagmaal ten minste
-eene hartversterking kon bekomen, welke met regt mogt genoemd worden
-<i>comfortable</i>. <span class="pagenum">[<a id="pb204" href="#pb204"
-name="pb204">204</a>]</span></p>
-</div>
-<div class="footnotes">
-<hr class="fnsep">
-<p class="par footnote"><span class="label"><a class="noteref" id=
-"xd21e4869" href="#xd21e4869src" name="xd21e4869">1</a></span> Op het
-voorbeeld van den Schrijver, heb ik dezen Italiaan ook zoo laten
-koeteren. Het Fransch heeft: <i lang="fr">J&rsquo;ij suis venou per
-faire oune etct</i>.&mdash;Vert.&nbsp;<a class="fnarrow" href=
-"#xd21e4869src">&uarr;</a></p>
-</div>
-</div>
-<div id="ch23" class="div1 chapter"><span class="pagenum">[<a href=
-"#xd21e513">Inhoud</a>]</span>
-<div class="divHead">
-<h2 class="label">XXIII.</h2>
-<h2 class="main"><i>Goddam!</i></h2>
-</div>
-<div class="divBody">
-<p class="par first">Op het gezag van den <i>Figaro</i> van
-<i>Beaumarchais</i>, geloofde ik, dat het woord <i>Goddam!</i> de grond
-van de Engelsche taal was, en dat alle andere woorden en spreekwijzen
-slechts aanhangsels en bijvoegsels van hetzelve waren. Doch ik kan u,
-op mijn woord van eer, verzekeren, waarde lezer! dat ik dit woord,
-gedurende mijn verblijf te <i>Londen</i>, niet eenmaal heb hooren
-uitspreken, en daarenboven heeft men mij verzekerd, dat het slechts
-alleen bij de laagste volksklasse in gebruik is, en dan nog maar zeer
-zeldzaam, wanneer namelijk de gemoederen door gramschap of sterke
-dranken verhit zijn.</p>
-<p class="par">Maar er zijn evenwel (<i>het is mooi weer! de lucht
-staat regenachtig!</i> waarmede alle gesprekken gewoonlijk beginnen,
-uitgezonderd) nog verscheidene andere spreekwijzen, waarvan men zich
-gedurig bedient, en welke bij alle gelegenheden gebruikt worden.</p>
-<p class="par">Met weinig moeite zou ik van deze waarheid <span class=
-"pagenum">[<a id="pb205" href="#pb205" name="pb205">205</a>]</span>een
-groot aantal voorbeelden kunnen bijbrengen; doch ik wil mij slechts tot
-het bijvoegelijk naamwoord bepalen, hetwelk mijne vorige afdeeling
-ge&euml;indigd heeft.</p>
-<p class="par">Reeds heeft de lezer gezien, dat een middagmaal,
-waarover men tevreden is, in een woord, een <span class=
-"ex">goed</span> middagmaal, dat dit, zeg ik, genoemd wordt
-<i>comfortable</i>.</p>
-<p class="par">Op zekeren dag bevond ik mij in een huis, waar ik eene
-jonge juffer, vol geest, bevalligheid, bekwaamheden en ten hoogste
-beminnelijk ontmoette. &bdquo;Zoudt gij wel gelooven,<span class="corr"
-id="xd21e5192" title="Niet in bron">&rdquo;</span> zeide een heer, die
-naast mij zat; <span class="corr" id="xd21e5195" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>dat dit bevallige schepseltje een lief
-klein vrouwtje zou kunnen worden, en wel zeer
-<i>comfortable</i>?&rdquo;</p>
-<p class="par">Een andermaal ondervroeg men mij, over al hetgene ik in
-<i>Londen</i> gezien had: men begeerde mijne gedachten over
-verscheidene onderwerpen te weten, en ik was voorzigtig genoeg met
-<i>Horatius</i> op alles te antwoorden, <i>pulchre! bene! recte! fraai!
-wel! goed!</i> want voor eenen echten Engelschman zijn de, uit de
-<i>Theems</i> opgerezene en opeengepakte, neveldampen aangenamer, dan
-de heldere blaauwe hemel in <i>Italie</i>, en de bewalmde en berookte
-muren te <i>Londen</i> verre verkieslijk boven de prachtige, op hun
-ronde en sierlijke zuilen rustende gebouwen van de <i>Louvre</i>.
-<span class="pagenum">[<a id="pb206" href="#pb206" name=
-"pb206">206</a>]</span></p>
-<p class="par">&bdquo;Het is wel jammer,<span class="corr" id=
-"xd21e5228" title="Niet in bron">&rdquo;</span> zeide eene dame tegen
-mij, <span class="corr" id="xd21e5231" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>dat de <i>vaux-hall</i> in dit jaargetijde
-niet geopend is, en gij dezelve dus niet hebt kunnen zien! Van alle
-publieke plaatsen, waar men altijd goed en fatsoenlijk gezelschap
-aantreft, is deze, buiten tegenspraak, de meest <i>comfortable</i>.</p>
-<p class="par">&bdquo;Bijaldien gij eenige dagen in <i>Derbijshire</i>
-kondet doorbrengen,<span class="corr" id="xd21e5245" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> zeide mij een zeker <i>Lord</i>,
-<span class="corr" id="xd21e5251" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>dan zoudt gij mijn park en mijn kasteel
-kunnen zien: ik zelf ben de schepper zoo wel van het eene, als van het
-andere: de eer der uitvinding en de schikking behoort mij alleen: er
-bestaat nergens een verblijf, zoo aangenaam, zoo
-<i>comfortable</i>.<span class="corr" id="xd21e5258" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span></p>
-<p class="par">Ik had eenen zijden, van binnen met watten gevoerden,
-overrok, hoedanigen men veel in <i>Frankrijk</i> draagt. &bdquo;Het is
-wel jammer,<span class="corr" id="xd21e5266" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> zeide een jong mensch van mijne kennis,
-<span class="corr" id="xd21e5269" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>dat deze zijden jassen hier te
-<i>Londen</i> niet in de mode zijn; want ze schijnen mij zeer
-<i>comfortable</i>.&rdquo;</p>
-<p class="par">Wilt gij te <i>Londen</i> een schoon huis doen bouwen,
-ten minste zoodanig een, dat <i>daar</i> voor schoon gehouden
-wordt&mdash;(het schoone toch is betrekkelijk; want de afzigtelijke
-gezellin van den Hottentot bezit in zijne oogen meer bekoorlijkheden,
-dan de bevalligste van onze Parijsche <span class="pagenum">[<a id=
-"pb207" href="#pb207" name=
-"pb207">207</a>]</span><i>Helena&rsquo;s</i>.) Wilt gij dus te
-<i>Londen</i> een huis doen bouwen, hetwelk het nuttige met het
-aangename vereenigt, hetwelk in vele bijzondere en volkomen evenredige
-<span class="corr" id="xd21e5294" title=
-"Bron: vertrekkken">vertrekken</span> is afgedeeld, waarvan de deuren
-en vensters goed sluiten, iets, dat al vrij zeldzaam te <i>Londen</i>
-is!&mdash;kortom, begeert gij een huis naar de beste Engelsche
-bouworde? welnu, laat dan den metselaar komen, en met een enkel woord,
-kunt gij hem verstaanbaar en begrijpelijk maken al, wat gij verlangt.
-Gij behoeft niet anders te zeggen, dan: &bdquo;ik wensch den bouw van
-mijn huis <i>comfortable</i>.&rdquo;</p>
-<p class="par">Niets is insgelijks ellendiger dan het Engelsche
-kolenvuur, de eenige bekende brand in de drie vereenigde rijken. De
-zwarte, dikke rook, welken de kolen veroorzaken, en die zich
-<span class="corr" id="xd21e5306" title="Bron: overaal an">overal
-aan</span> hecht, verpligt u, gezigt en handen wel tien-, ja
-twintigmaal op &eacute;&eacute;nen dag te wasschen, om niet binnen
-vierentwintig uren tijds voor eenen kolendrager gehouden te worden. Ook
-wordt er eene bijzondere bekwaamheid toe vereischt, om zulk een vuur
-aan te leggen en aan den gang te houden; want neemt men te veel kolen,
-dan dooft het al spoedig uit; neemt men te weinig, dan gaat het uit
-door gebrek aan voedende stof; roert men al te druk in de kolen, dan
-verdwijnt de vlam, <span class="pagenum">[<a id="pb208" href="#pb208"
-name="pb208">208</a>]</span>en men zit, eer men het weet, aan eenen
-kouden haard; gebruikt men den pook in het geheel niet, of geeft men
-hem te veel rust, dan goeden nacht vlam en gloed! dan vormt zich eene
-korst over de weleer brandende oppervlakte, en er volgt eene geheele
-verduistering, welk lot der zon ook eenmaal te beurt moet vallen, zoo
-men eenen zekeren sterrekijker mag gelooven!&mdash;Welnu, wanneer dit
-ellendige vuur voor eenige oogenblikken, (dat echter eene ware
-zeldzaamheid kan genoemd worden!) eens lustig in het haardje brandt, en
-eene heldere vlam van zich geeft, dan is het al wederom een
-<i>comfortable</i> vuurtje!</p>
-<p class="par">&bdquo;Indien het u gelegen...... Wat is er? wat wilt
-gij?&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;Ik zou gaarne weten, mijnheer!<span class="corr"
-id="xd21e5318" title="Niet in bron">&rdquo;</span> zeide mijne
-<i>hospita</i>, <span class="corr" id="xd21e5324" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>of gij dezen morgen uitgaat, want ik wilde
-in uwe afwezendheid den boel eens schoon maken.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Wat is er dan zoo al te doen?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Tapijten uit te kloppen, glazen te
-wasschen, de vloer te vegen, en de meubelen te wrijven, in een woord,
-mijnheer! uw verblijf in orde te brengen, opdat men zeggen kan, het is
-<i>comfortable</i>.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Niets liever dan dat, mejufvrouw!
-<span class="pagenum">[<a id="pb209" href="#pb209" name=
-"pb209">209</a>]</span>oogenblikkelijk zal ik u daartoe ruimte geven,
-want ik ga eene wandeling doen.</p>
-<p class="par">En hierdoor voorkwam ik de verdere herhaling van dit
-overheerlijke <i>comfortable</i>, hetwelk zij zeker nog op vele andere
-voorwerpen zou toegepast hebben. Ook kan ik, mijns oordeels, deze
-afdeeling niet beter eindigen, dan met den hartelijken wensch, dat
-mijne lezers zich er mede mogen vermaakt hebben, en ongeveinsd kunnen
-uitroepen: &bdquo;het was tamelijk <i>comfortable</i>.&rdquo;
-<span class="pagenum">[<a id="pb210" href="#pb210" name=
-"pb210">210</a>]</span></p>
-</div>
-</div>
-<div id="ch24" class="div1 chapter"><span class="pagenum">[<a href=
-"#xd21e522">Inhoud</a>]</span>
-<div class="divHead">
-<h2 class="label">XXIV.</h2>
-<h2 class="main"><i>De Dagbladen<span class="corr" id="xd21e5353"
-title="Niet in bron">.</span></i></h2>
-</div>
-<div class="divBody">
-<p class="par first">Geen land wordt er misschien van den Noord- tot
-den Zuidpool gevonden, waar de dagbladen, en gedrukte nieuwstijdingen
-in zulk eene menigte rondgebragt, verkocht en gelezen worden, als in
-<i>Engeland</i>. Men kan er meer dan vijftig optellen; sommigen worden,
-den Zondag alleen uitgezonderd, alle dagen uitgegeven; anderen
-daarentegen des zondags alleen: dezen ontvangt men driemaal in de week,
-genen slechts eens in de maand. Al deze dagbladen zijn intusschen zoo
-groot van formaat, dat de Parijsche <i>Moniteur</i> er slechts een
-<i>Lilliputiaan</i> bij is.</p>
-<p class="par">De staatkundige tinnegieterij..... Wat beteekent dit?
-Waarom verdikt zich mijne inkt in de pen? Waarom weigert mijne veder de
-verschuldigde gehoorzaamheid aan mijne schrijvende
-vingeren?&mdash;Nimmer zal ik vergeten, eens gezworen te hebben, nooit
-over staatkundige onderwerpen te zullen spreken of schrijven; en dezen
-duren eed wil ik houden, o ja! hij <span class="pagenum">[<a id="pb211"
-href="#pb211" name="pb211">211</a>]</span>zal mij altijd heilig, altijd
-onverbreekbaar zijn!</p>
-<p class="par">Ha! ik gevoel eene nieuwe kracht! Het gaat, de inkt
-wordt weder vloeibaar, en de pen onderwerpt zich geduldig aan haren
-voerder.&mdash;Ik zeg dan, dat de staatkunde het voornaamste onderhoud
-der Engelsche papieren is. Wijl zij hun echter te weinig stof
-verschaft, om dagelijks twintig of dertig ontzaggelijk groote
-<i>colonnes</i>, met zeer kleine letteren gedrukt, behoorlijk te kunnen
-aanvullen, maken de schrijvers, na al het nieuws uit andere landen, het
-zij dan waar of valsch, breedvoerig medegedeeld te hebben, een
-afzonderlijk artikel, waarin zij nogmaals het reeds vermelde herhalen,
-stukswijze ontleden, en met hunne bekookte of onbekookte aanmerkingen
-en oordeelkundige of geestelooze bijvoegselen doorspekken, en dus de
-schaal naar dien kant doen overslaan, welken de partij, waarvoor zij
-ijveren, is toegedaan. Op deze wijze ontbreekt het hun geenszins aan
-stof, om twee vierde gedeelten van hun blad te vullen. Een derde vierde
-gedeelte is toegewijd aan belangrijke onderwerpen, die uit de Parijsche
-<i>Petites-Affiches</i> zijn overgenomen; en, om het overige vol te
-krijgen, deelen zij een langdradig uittreksel en de kleinste
-bijzonderheden mede <span class="pagenum">[<a id="pb212" href="#pb212"
-name="pb212">212</a>]</span>van de gedingen, welke voor de Londensche
-regtbanken verhandeld en gevonnisd zijn. Voorts verhalen zij de
-gewigtige tijding, dat <i>Mylord die of die</i> in de hoofdstad is
-teruggekeerd, en dat zijn naaste buur daarentegen weder naar zijn
-landgoed is vertrokken; dat <i>Milady die of die</i> den vorigen dag
-een dozijn menschen te eten heeft gehad, en eindelijk, dat een rappe
-hazenwind, langs den weg snellende, den vollen emmer van eene aardige
-melkboerin omver heeft gesmeten, dat hij in dezelfde vaart eenen
-tappersjongen, met al zijne pinten bier, onder den voet heeft geloopen,
-en eindelijk eene oude matrone in den modder heeft doen nedertuimelen,
-zoodat zij van onder tot boven beslijkt was.</p>
-<p class="par">De eigenlijke dagbladen zijn in twee partijen verdeeld,
-van welke de eene de <i>ministeriele</i>, en de andere de
-<i>oppositie-partij</i> genoemd wordt. Ook heeft men dagbladen, die
-slechts over letterkundige onderwerpen handelen, zoo als de <i lang=
-"en">Monthly-Review</i> en de <i lang="en">Critical-Review</i>.
-Intusschen kan men, zonder een fijne kenner te zijn, uit den
-schrijftrant ligtelijk opmerken, dat de eerste gunstig is voor de
-<i>ministers</i>, en de andere de <i>oppositie-partij</i> aankleeft.
-Wanneer een dezer dagbladen zich eenmaal voor de eene of andere
-<span class="pagenum">[<a id="pb213" href="#pb213" name=
-"pb213">213</a>]</span>partij verklaard heeft, dan blijft het zijn
-aangenomen grondbeginsel ook onwrikbaar getrouw, en verraadt nimmer
-zijne partij. Zeldzaam treft men in <i>Londen</i> zulke schrijvers aan,
-welke heden den afgod met voeten treden, dien zij gisteren aanbaden, en
-dien zij morgen nogmaals zouden bewierooken, indien hij slechts weder
-op zijn altaar was geplaatst. Ook zijn zij geenszins verpligt, gelijk
-in vele andere landen, om valsche tijdingen te verspreiden, of ware te
-verzwijgen; noch genoodzaakt, een slecht werk aan te prijzen, omdat de
-schrijver invloed heeft, of eene goede lettervrucht van eenen
-achtenswaardigen geleerde onbarmhartig te havenen, omdat zijn vader een
-regterlijk vonnis heeft ondergaan. Letterkunde, staatkunde, alles ligt
-voor hen bloot, en hunne pen is zoo vrij, als hunne gedachten; terwijl
-het aan de regtbanken-alleen staat, de misbruiken te beteugelen, welke
-zij van de vrijheid der drukpers mogten maken.</p>
-<p class="par">&bdquo;Bravo!&rdquo; zeide mijn vriend <i>C...</i>, die,
-zonder dat ik het bemerkt had, was ingekomen, en over mijnen schouder
-de laatste regels, welke ik bezig was te schrijven, gelezen had:
-&bdquo;bravo! ziedaar eens eindelijk een hoofdstuk, hetwelk, rond uit
-de borst, voor de Engelschen de grootste lofrede bevat!&rdquo;
-<span class="pagenum">[<a id="pb214" href="#pb214" name=
-"pb214">214</a>]</span></p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Ik deel slechts daadzaken mede, en laat
-den bescheiden lezer de zorg over, om de gevolgtrekkingen te maken.
-Maar gij doet mij vreezen, dat ik niet wel begrepen zal worden, en dat
-men soms een eenvoudig verhaal voor eene lofrede zal houden. Meent gij
-dan, dat, indien ik een dagbladschrijver ware, ik niet liever zou
-verkiezen, dat een <i>censor</i> tegen mij zeide: &bdquo;<i>dit of dat
-artikel zult gij niet laten drukken!</i>&rdquo; dan dat ik den
-volgenden morgen voor de regtbank gedagvaard werd; wijl ik het in mijn
-blad had doen plaatsen? Gelooft gij, dat ik zulken achting toedrage,
-die zich verpligt rekenen, alleen, omdat zij tot de
-<i>oppositie-partij</i> behooren, de <span class="corr" id="xd21e5429"
-title="Bron: wijsste">wijste</span> en verstandigste besluiten van het
-<i>ministerie</i> te gispen en te gebruiken; of wederkeerig hem zou
-verdedigen, die de onbetamelijkste aanslagen tegen de Engelsche
-vrijheid trachtte te regtvaardigen, omdat hij een voorstander van de
-ministeriele gevoelens is? En ziedaar nogtans iets, dat men dagelijks
-in de Engelsche papieren aantreft. Een dagbladschrijver moet
-onpartijdig zijn, en over het staatkundige met de uiterste omzigtigheid
-en de strengste waarheidliefde spreken. Hij moet zijne overheid
-eerbiedigen, zonder echter dezelve laaghartig te vleijen. Dat hij mij
-een blad levere, zoo <span class="pagenum">[<a id="pb215" href="#pb215"
-name="pb215">215</a>]</span>groot hij wille, mids hetgene er in
-gevonden wordt, belangrijk is en mijnen leeslust kan voldoen; maar dat
-hij mij geenszins veroordeele, eenige honderd regels brabbeltaal en
-zoutelooze lafheden in te slikken, waarin niets opmerkenswaardig
-gevonden wordt; dat hij eindelijk...&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Gij schildert daar eenen man, die nimmer
-bestaan heeft, en het land, waar men zoodanigen schrijver zou kunnen
-vinden, ligt zeker in het onbekende zuiden, of in de maan.<span class=
-"corr" id="xd21e5440" title="Niet in bron">&rdquo;</span></p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Ik wilde ten minste niet gaarne uw
-schrijver zijn; want ik zou met reden vreezen, geene lezers te vinden,
-en dus van honger te moeten sterven.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;De geest der partijzucht en boosaardigheid
-alleen is de eigenlijke bron, waaruit die algemeene drift tot lezen
-ontspringt. Ook houdt ieder lezer te <i>Londen</i> er twee dagbladen op
-na, om dus hetzelfde tafereel, met verschillende kleuren geschetst, op
-tweederlei wijze te kunnen beschouwen; en het is vandaar, dat men door
-het licht der rede geleid, bij eene ernstige en bedaarde overweging,
-het beste kan....&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Het beste kan ontwaren, dat de twee
-schrijvers de kleuren van den hartstogt, in plaats van die der waarheid
-genomen hebben, <span class="pagenum">[<a id="pb216" href="#pb216"
-name="pb216">216</a>]</span>en dat zij, in plaats van eene volledige
-schilderij, niets meer dan eene flaauwe schets geleverd
-hebben.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Gij moogt zeggen, wat gij wilt, maar ik
-heb veel achting voor de Engelsche dagbladen. Misschien loopt er wel
-een weinigje dankbaarheid onder; want mijne eerste kennis, welke ik te
-<i>Londen</i> gemaakt heb, ben ik aan een nieuwspapier
-verschuldigd.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Hoe dat?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Ziehier de zaak: zij zal u wel wat
-romanesk voorkomen, maar zij behelst toch de zuivere waarheid.</p>
-<p class="par">&bdquo;Slechts weinige dagen was ik te <i>Londen</i>
-geweest, en had nog aan niemand kennis gekregen, dan aan eenen eenigen
-Franschman. Te <i>Parijs</i> had ik een weinig Engelsch geleerd, doch
-kon het niet, dan met zeer veel moeite spreken: het te verstaan, was
-mij nog lastiger. Op zekeren morgen met mijnen vriend aan het ontbijt
-zittende, las ik in de <i lang="en">Morning-Chronicle</i> het volgende
-berigt, hetwelk ik het vermaak zal hebben u voor te lezen:
-&bdquo;<i>Eene Engelsche Dame, der Fransche taal magtig, doch zich
-gaarne verder willende oefenen in het spreken van dezelve, wenschte
-eenen geboren Franschman te vinden, die, van zijne zijde, verlangde,
-zich de uitspraak van het <span class="pagenum">[<a id="pb217" href=
-"#pb217" name="pb217">217</a>]</span>Engelsch gemakkelijk te maken. Men
-zou alsdan gezamenlijk het uur of tijdstip kunnen bepalen, om bij
-elkander te komen, en het daaruit voortvloeijende nut en voordeel zal
-tot wederzijdsche betaling strekken. Het antwoord wordt verzocht in
-ditzelfde dagblad, onder het opschrift</i>: aan ladij A. B.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Waarachtig!<span class="corr" id=
-"xd21e5482" title="Niet in bron">&rdquo;</span> zeide ik tegen mijnen
-vriend, <span class="corr" id="xd21e5485" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>ik zal <i>ladij A. B.</i> antwoorden, en
-mijne onderteekening naar de volgorde van het <i>Ab&eacute;</i>
-rigten.&rdquo;&mdash;&bdquo;Ik zou het maar stilletjes laten
-blijven,<span class="corr" id="xd21e5494" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> hernam hij; <span class="corr" id=
-"xd21e5498" title="Niet in bron">&bdquo;</span>buiten twijfel is het
-eene avonturierster, die een wildbraadje denkt op te
-jagen.&rdquo;&mdash;&bdquo;Onverschillig! zij zal ondervinden, dat zij
-zich bedrogen heeft!&rdquo; en op het oogenblik maakte ik het volgende
-opstel: &bdquo;<i>De voorslag van</i> ladij A. B. <i>wordt met vermaak
-aangenomen door een&rsquo; Franschman, die onlangs te Londen aangekomen
-is. Het zal hem veel eer en genoegen zijn, naar den dag en het uur te
-mogen vernemen, waarin hij zijne opwachting mag komen maken. Hij
-verzoekt antwoord onder de letters C. D., n<sup>o</sup>. 7
-Wells-street.</i>&rdquo;</p>
-<p class="par">Dadelijk bragt ik mijn antwoord aan het kantoor. Er
-waren intusschen reeds eenige dagen verloopen, en ik dacht niet meer
-aan het geheele geval, toen ik, op zekeren avond <span class=
-"pagenum">[<a id="pb218" href="#pb218" name="pb218">218</a>]</span>te
-huis komende, het volgende <i>billet</i> op mijne tafel vond:
-&bdquo;<i>Indien de Franschman, die de uitnoodiging onder A. B. in
-de</i> <span lang="en">Morning-Chronicle</span> <i>beantwoord heeft,
-zich de moeite wil geven, om aanstaanden donderdag, des avonds te zes
-ure, in de</i> St. James-street <i>n<sup>o</sup>. 9 te komen, zal hij
-daar de bewuste dame met haren vader kunnen aantreffen. Alsdan zal men,
-na zich onderling gezien en gehoord te hebben, het beste kunnen
-bepalen, of men wederzijds genoegen in elkander vindt, en genegen is,
-om eene nadere verkeering met elkander te houden</i>.<span class="corr"
-id="xd21e5533" title="Niet in bron">&rdquo;</span></p>
-<p class="par">&bdquo;Deze stijl scheen mij geenszins die van eene
-fortuinzoekster; derhalve verzuimde ik de bijeenkomst niet. Daar
-komende, vond ik een lief jong meisje van twintig jaren, even
-beminnelijk als bevallig. De geheele familie bestond uit vader, moeder,
-broeder en zuster: de twee laatsten alleen verstonden een weinig
-Fransch. Ik werd intusschen zeer minzaam ontvangen. Een jaar lang bragt
-ik mijne avonden bij dit achtenswaardige gezin door, en werd in dat
-tijdverloop der Engelsche uitspraak tamelijk magtig, terwijl
-daarentegen de jonge <i>miss</i> aanmerkelijke vorderingen in het
-Fransch gemaakt had. Korten tijd daarna trouwde zij, en haar man bewees
-mij insgelijks <span class="pagenum">[<a id="pb219" href="#pb219" name=
-"pb219">219</a>]</span>veel vriendschap en welwillendheid. Thans is
-zij, op hare beurt, moeder des huisgezins, en zelden gaat er eene week
-voorbij, dat ik haar niet bezoek.&mdash;Welnu, mijn vriend! wat dunkt
-u? Ben ik deze kennismaking niet aan de <i lang=
-"en">Morning-Chronicle</i> verpligt?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Uwe geschiedenis deugt niets, mijn beste!
-Om het avontuur op eene behoorlijke wijze te eindigen, hadt gij zelf
-het meisje moeten trouwen.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Indien ik u eenen roman hadde opgedischt,
-zou zoodanig eene ontknooping onvermijdelijk geweest zijn; maar het is
-integendeel eene waarachtige gebeurtenis, welke ik u ter goeder trouw
-en onopgesmukt heb medegedeeld.&rdquo; <span class="pagenum">[<a id=
-"pb220" href="#pb220" name="pb220">220</a>]</span></p>
-</div>
-</div>
-<div id="ch25" class="div1 chapter"><span class="pagenum">[<a href=
-"#xd21e531">Inhoud</a>]</span>
-<div class="divHead">
-<h2 class="label">XXV.</h2>
-<h2 class="main"><i>De Spotprenten.</i></h2>
-</div>
-<div class="divBody">
-<p class="par first">&bdquo;De zucht, om u mijn zonderling avontuurtje
-te vertellen,&rdquo; vervolgde mijn vriend <i>C...</i>, &bdquo;heeft
-mij een ander onderwerp uit het oog doen verliezen, waarover ik u
-wensch te onderhouden, en waarmede wij terstond zullen beginnen. Ik
-bedoel het woord <i>Caricature</i>. Gij zult mij echter, hoop ik,
-toestaan, dat <i>Londen</i> ten minste hierin de eerste stad der wereld
-mag genoemd worden.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;Ik stem toe, dat er nergens zoo vele spotprenten
-gevonden worden, schoon, sedert eenigen tijd, <i>Parijs</i> hierin met
-<i>Londen</i> om den prijs schijnt te willen dingen. Maar wat is
-eigenlijk eene <i>caricature</i>? niets anders dan eene geschilderde
-<i>satire</i>. Eene <i>caricatuur</i> moet in tegenoverstelling van
-eene schilderij, datgene zijn, wat eene geestige <i>parodie</i> is in
-tegenoverstelling van een zang- of treurspel, gelijk wij dit dikwijls
-gezien hebben op ons <i>Theatre du Vaudeville</i>, bij voorbeeld in de
-zangstukjes <i>Nice</i> en <i>Arlequino Cruello</i>. Doch, van
-<span class="pagenum">[<a id="pb221" href="#pb221" name=
-"pb221">221</a>]</span>de honderd spotprenten, welke ik hier zie, zijn
-er zeker negentig volstrekt zout- en geesteloos: ook is er geen spoor
-van teekening in te vinden, alle regels der kunst zijn jammerlijk
-geschonden, en men bespeurt duidelijk, dat het geenszins aan den goeden
-wil van den broddelaar, (welken ik met een goed geweten nimmer
-<i>kunstenaar</i> zal kunnen noemen) gehaperd heeft, om iets beters
-voor den dag te brengen; maar dat zijne onbekwaamheid hem zoodanige
-gedrochten heeft doen scheppen. Betreffende de tien anderen, van dezen
-verdienen negen slechts eenige aanmerking door derzelver bijtende en
-boosaardige beteekenis, welke altijd het uitsluitende kenmerk is, en de
-tiende alleen zou misschien eenige verschooning kunnen vinden in de
-oogen van iemand, die een gezond oordeel bezit. In een woord, nooit zie
-ik eene spotprent, zonder aan <i>Scarron&rsquo;s</i> boertige vertaling
-van <i>Virgilius</i> te denken.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Gij zijt waarlijk al te streng! Laat ons
-een paar van deze prentwinkels bezigtigen, en gij zult er spotprenten
-zien, die u zullen doen lagchen.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Zonder twijfel, ik zal lagchen&mdash;even
-als ik lach over de verregaande zotheden, welke <i>Brunet</i> en
-<i>Portier</i> op het <i lang="fr">Theatre des <span class=
-"pagenum">[<a id="pb222" href="#pb222" name=
-"pb222">222</a>]</span>Vari&egrave;t&eacute;s</i> uitventen; maar denk
-echter niet, dat ik zeg:</p>
-<div class="lgouter">
-<p class="line"><i lang="fr">J&rsquo;ai ri, me voil&agrave;
-d&eacute;sarm&eacute;!</i></p>
-</div>
-<div class="lgouter">
-<p class="line"><i>Ik heb gelagchen, en ziedaar mij ontwapend!</i></p>
-</div>
-<p class="par first"><span class="corr" id="xd21e5634" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>Neen, mijn vriend! het is slechts een
-vlugtige glimlach, die volstrekt niets meer beteekent dan een
-voorbijgaande reuk, welke reeds zijne kracht verloren heeft, voordat
-men hem kan onderscheiden.</p>
-<p class="par"><span class="corr" id="xd21e5638" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>De ouden kenden de kunst van
-<i>caricaturen</i> te schetsen in den grond; en ofschoon ons weinige
-werken van deze soort zijn overgebleven, weten wij echter genoeg, om te
-kunnen beweren, dat zij in deze voortbrengselen van hun genie nooit de
-regelen der teeken- noch der schilderkunst verwaarloosden. Een Grieksch
-schilder eenmaal het Atheensche volk willende doen gevoelen, dat het
-beurtelings standvastig en wispelturig, grootmoedig en wreed, nederig
-en trotsch, billijk en onregtvaardig was, kwam op het denkbeeld, om den
-Athenienzers deze waarheid in eene schilderij onder het oog te brengen,
-waarin hij den schutsgeest hunner stad als eenen zaaijer voorstelde,
-die de zaden van alle deugden en ondeugden rondom dezelve
-strooide.&mdash;Een ander kunstenaar had <span class="pagenum">[<a id=
-"pb223" href="#pb223" name="pb223">223</a>]</span><i>Timotheus</i>,
-een&rsquo; der voornaamste veldheeren van dat gemeenebest, slapende
-geschilderd, middelerwijl de godin van het geluk de vijandelijke steden
-voor hem in netten ving.&mdash;<i>Timotheus</i> deze schilderij ziende,
-zeide, wat moet ik doen, als ik ontwaak?&mdash;Tot besluit eindelijk
-zal ik onder het getal der aanmerkenswaardige <i>caricaturen</i> uit de
-oudheid u nog het tafereel opnoemen, waarin een voornaam schilder
-zekere groote en schoone koningin, over welke hij ontevreden was, ten
-toon stelde in het oogenblik, waarin zij zich tot eenen geringen
-visscher verlaagde. Deze, zoo wegens haren wuften aard en hare
-losbandigheid van zeden, als wegens den luister harer bekoorlijkheden,
-algemeen befaamde vorstin, vond hare beeldtenis zoo schoon en wel
-getroffen, dat zij, in plaats van den kunstenaar te straffen, hem een
-aanmerkelijk geschenk deed. Ziedaar de ware modellen, welke de
-<i>caricatuur-fabrikeurs</i> ten voorbeeld moesten nemen, in plaats van
-op lange zoomen papier, uit den mond hunner personaadjes woorden en
-spreuken te voorschijn te doen komen, meestal strookende met de wijze,
-waarop zij hun onderwerp behandeld hebben. Gij zult mij toch niet
-willen betwisten, dat inzonderheid in de Engelsche <i>caricaturen</i>
-deze heerschende fouten worden <span class="pagenum">[<a id="pb224"
-href="#pb224" name="pb224">224</a>]</span>aangetroffen.&mdash;De
-Franschen en Italianen hebben zich daarvoor beter weten te wachten;
-maar hier heb ik er zelf vele gezien, waarin meer penne- dan
-penseeltrekken gevonden werden.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;De Engelschen hebben derhalve, volgens uwe
-meening, ongelijk, dat zij, met betrekking tot de <i>caricaturen</i>,
-op dezelfde meerderheid, als op die van den Oceaan aanspraak
-maken?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Ik zal u op deze vraag antwoorden, zoodra
-men mij eenen Engelschen <i>caricatuur-fabrikeur</i> opgenoemd heeft,
-die waardig is, om aan de zijde van onzen landgenoot <i>Gallot</i>
-geplaatst te worden.<span class="corr" id="xd21e5677" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> <span class="pagenum">[<a id="pb225"
-href="#pb225" name="pb225">225</a>]</span></p>
-</div>
-</div>
-<div id="ch26" class="div1 chapter"><span class="pagenum">[<a href=
-"#xd21e540">Inhoud</a>]</span>
-<div class="divHead">
-<h2 class="label">XXVI.</h2>
-<h2 class="main"><i>Roovers, Afzetters, Zakkerolders en
-Beurzensnijders.</i></h2>
-</div>
-<div class="divBody">
-<p class="par first">Op eenen zekeren avond, of liever morgen, want het
-was half een des nachts, uit den schouwburg van <i>Drurij-lane</i>
-komende, ontmoette ik eenen grooten, met eenen duchtigen stok
-gewapenden vent, die mij staande hield en den doorgang afsneed. Om
-eenen eerlijken aftogt te maken, wilde ik terugkeeren, doch ik stiet,
-helaas! op twee andere fielten, die geen gunstiger uitzigt hadden. De
-een, die voor mij stond, eischte mijne beurs, en dat wel zonder eenige
-wellevendheid, welke men anderzins veelal den Engelschen straatroovers
-toekent. Dit avontuur was intusschen zoo aangenaam niet, als dat van de
-drie Bevalligheden, welke mij, eenige dagen te voren, in
-<i>Cheapside</i> hadden aangerand. Juist had ik den vorigen dag in een
-der dagbladen de lofrede op eenen Engelschman gelezen, die, insgelijks
-door drie deugnieten aangevallen, den moed gehad had, om zijne beurs te
-verdedigen, <span class="pagenum">[<a id="pb226" href="#pb226" name=
-"pb226">226</a>]</span>en die, tot belooning voor zijne dapperheid,
-onder het gewigt van eene menigte wel aangebragte stokslagen bezweken,
-en beroofd was van al, wat hij bij zich had, waarna men hem bijna naakt
-en half dood tot zijnent had gebragt. Intusschen gevoelde ik mij niet
-zeer opgewekt, om dezen ongelukkigen tot een <i>pendant</i> te
-verstrekken; want de eer, om in de Londensche dagbladen te verschijnen,
-scheen mij tot dezen prijs wat al te duur gekocht. Ik maakte derhalve
-geene zwarigheid, om mijner beurs, die gelukkig niet zeer luisterrijk
-gestoffeerd was, vaarwel te zeggen; doch ik vreesde voor mijne
-horologie, hoewel het aldra bleek, dat ik met eerlijke gaauwdieven te
-doen had. Naauwelijks was mijne beurs uit mijne handen in de hunne
-overgegaan, of zij verdwenen als vogels in de lucht, en ik vervolgde
-mijnen weg naar mijn logement, waar ik, zonder eenige andere
-onaangename voorvallen, behouden aankwam.</p>
-<p class="par">Iederen avond, voor dat ik naar bed ging, had ik de
-gewoonte om een paar bladen op te slaan in een boek, dat ten opschrift
-voerde: <i>Beschrijving van Londen, of Wegwijzer voor vreemdelingen in
-deze stad</i>. Dit diende mij tot een rigtsnoer, om te overwegen, met
-welke bezigheden ik den volgenden dag zou <span class="pagenum">[<a id=
-"pb227" href="#pb227" name="pb227">227</a>]</span>doorbrengen. Mijne
-vorige ontmoeting belettede mij geenszins, aan deze gewoonte getrouw te
-blijven, en toevallig sloeg ik een hoofdstuk op, dat juist zeer veel
-betrekking had met hetgene mij bejegend was. Ik zal er den lezer eenige
-plaatsen uit mededeelen, en tevens zorgen, dat het overgenomene
-onderscheiden wordt van de aanmerkingen, welke ik mij hier en daar er
-over zal veroorloven.</p>
-<p class="par">&bdquo;Des nachts bestaat de wacht uit eenige
-ongewapende grijsaards, <i><span class="corr" id="xd21e5710" title=
-"Bron: wachmen">watchmen</span></i> genaamd; en slechte een gering
-getal gerechtsdienaren zijn belast met het nasporen en opbrengen der
-roovers en afzetters.&rdquo;</p>
-<p class="par">Het is dus geenszins te verwonderen, dat hier zoo velen
-van dit slag van volkje gevonden worden; ook gaat er zeldzaam een dag
-voorbij, dat de nieuwstijdingen geen verhaal mededelen van geweldige
-diefstallen of afzetterijen. Dit vooraf in aanmerking nemende, zou men
-welhaast in verzoeking geraken, om de volgende regels voor een fabeltje
-te houden.</p>
-<p class="par">&bdquo;Er bestaat nogtans geene stad, waar men veiliger
-en geruster kan gaan en komen, zonder vrees van eenig ongeval te
-ontmoeten, (onverschillig, welk uur van den dag of nacht) dan te
-<i>Londen</i><span class="corr" id="xd21e5719" title=
-"Niet in bron">.</span> Dit wonderbare <span class="pagenum">[<a id=
-"pb228" href="#pb228" name="pb228">228</a>]</span>verschijnsel is
-echter geenszins te zoeken in de orde, sterkte en geregeldheid van de
-gewone politie, maar veeleer toe te schrijven aan den gelukkigen
-zamenloop van zedelijke oorzaken, waarvan de voornaamste is de
-verjaarde vrijheid, welke alle klassen van het volk onbelemmerd in
-<i>Engeland</i> genieten, en die zelfs in de zielen der armen met diepe
-merken gegrift is; voorts in de algemeene neiging tot orde in de
-zamenleving, en in de zucht, om zijn bestaan te vinden door eene
-onafgebrokene vlijt en ijverige werkzaamheid.&rdquo;</p>
-<p class="par">Ik begrijp derhalve niet al te wel, aan welke dezer
-zedelijke, zoo gelukkig vereenigde oorzaken ik het verlies van mijne
-beurs moet toeschrijven.</p>
-<p class="par">Vervolgens maakt de schrijver melding van de
-onderscheidene soorten van fielterijen, waarvoor zich een vreemdeling
-in <i>Londen</i> te wachten heeft.</p>
-<p class="par">&bdquo;De reizigers moeten, onder anderen, zorg dragen,
-om niet in den nacht te <i>Londen</i> aan te komen, of zij loopen groot
-gevaar van, nog op het einde hunner reize, door struikroovers
-aangevallen te worden; ten minste is het genoegzaam zeker, dat zij, bij
-hunne aankomst, zich verrast zullen zien door <span class=
-"pagenum">[<a id="pb229" href="#pb229" name="pb229">229</a>]</span>de
-vriendelijkheid en de zorg, welke de heeren vrijbuiters gehad hebben,
-om de koffers en valiezen, die achter op de <span class="corr" id=
-"xd21e5741" title="Bron: ruituigen">rijtuigen</span> gebonden waren,
-bij voorraad eene goede bergplaats te bezorgen.<a id="xd21e5744" name=
-"xd21e5744"></a></p>
-<p class="par">&bdquo;Eene <i>legio</i> van dieven en roovers houdt
-altijd schildwacht aan de deuren der herbergen, waar de <span class=
-"corr" id="xd21e5751" title="Bron: potswagens">postwagens</span> en
-andere rijtuigen aankomen. Volijverig zijn zij in de weer, om de
-pakkaadje der reizigers aan te nemen en te bezorgen; maar naauwelijks
-hebben zij dezelve in handen, of zij maken zich zoek, en verdwijnen in
-een oogenblik, zonder aan het terugkomen te denken.</p>
-<p class="par">&bdquo;Een ander gedeelte dezer fielten verzamelt zich
-voor de vensters der kooplieden, waar kunstplaten, spotprenten en wat
-dies meer is, verkocht worden, of aan de deuren der huizen, waar de
-eene of andere publieke tentoonstelling is, even als in den omtrek der
-schouwburgen en van alle andere plaatsen, van openbare
-vermakelijkheden. Men moet derhalve wel zorg dragen, zoo haast men zich
-in het gedrang begeeft, niets van eenige waarde bij zich te hebben,
-maar de oogen altijd geopend en de handen in de sakken te houden.</p>
-<p class="par">&bdquo;Verwisselt gij toevallig eene banknoot, of
-<span class="pagenum">[<a id="pb230" href="#pb230" name=
-"pb230">230</a>]</span>een stuk zilver, beschouw dan, in &rsquo;s
-hemels naam! naauwkeurig het geld, dat men u teruggeeft; want
-verscheiden kooplieden zullen u valsche munten in de handen trachten te
-spelen, en bovenal hebben de huurkoetsiers zich deze hatelijke gewoonte
-eigen gemaakt.&rdquo;</p>
-<p class="par">Het is inderdaad bijna ongeloofelijk hoe vele valsche
-banknoten en hoe veel valsch geld men in <i>Engeland</i> allerwege
-aantreft. Ook zal een Engelschman zelden nalaten zelfs het kleinste
-stukje zilveren munt naauwkeurig van alle kanten te bezigtigen, en op
-den grond te laten vallen, om zich door den klank van deszelfs gehalte
-te overtuigen. Geeft gij hem eene banknoot in betaling, dan gebeurt het
-menigmaal, dat hij u verzoekt, uwen naam en uwe woning er op te zetten.
-Deze banknoten zijn meestal door geheel <i>Engeland</i> in omloop, en
-worden niet slechts in den handel, maar ook in de dagelijksche uitgaven
-meer, dan de geldspecien, gebruikt: men heeft ze van onderscheidene
-waarde, ja zelfs tot &eacute;&eacute;n pond, dat is vierentwintig
-<i>livres</i>.</p>
-<p class="par">&bdquo;In vele openbare verkoopingen worden somtijds
-opgelegde werken voor echt zilver verkocht.</p>
-<p class="par">&bdquo;De Joden, die op straat uitstallen, zullen,
-<span class="pagenum">[<a id="pb231" href="#pb231" name=
-"pb231">231</a>]</span>zoo zij kunnen, u de waarde van een ding
-tienvoudig doen betalen.</p>
-<p class="par">&bdquo;Alle wisselaars, bijna zonder uitzondering,
-zullen u trachten te bedriegen.</p>
-<p class="par">&bdquo;De dagbladschrijvers zullen u aanzienlijke sommen
-afpersen voor het stellen van een gunstig berigt nopens een
-pleitgeding, een nieuw werk, of een tooneelstuk.</p>
-<p class="par">&bdquo;Hebt gij, bij ongeluk, eene zaak voor het eene of
-andere geregtshof hangen, dan zult gij alle toegangen belegerd vinden
-door een heer van menschen, die u hunne diensten aanbieden, doch u
-tevens, op onderscheidene wijzen, op schatting weten te stellen.</p>
-<p class="par">&bdquo;De kwakzalvers zullen u vermoorden, onder de
-plegtigste verzekering, dat zij u zullen genezen.</p>
-<p class="par">&bdquo;De apothekers zullen u vervalschte artsenijen
-voor goede geven.&rdquo;</p>
-<p class="par">Doch ik wil mijn uittreksel niet verder vervolgen;
-alleen zal ik nog zeggen, dat de schrijver eindigt met het berigt, dat
-er twee zeer nuttige gezelschappen te <i>Londen</i> zijn opgerigt, die
-ten oogmerk hebben, om alle schelmsche streken en afzetterijen, van
-welk eenen aard ook, te ontdekken en te doen straffen; en mijns
-oordeels is dit nogmaals een bewijs, dat <span class="corr" id=
-"xd21e5793" title="Bron: dezefve">dezelve</span> in deze stad zeer
-menigvuldig zijn. <span class="pagenum">[<a id="pb232" href="#pb232"
-name="pb232">232</a>]</span></p>
-<p class="par">Bijaldien immer een Franschman al datgene, hetwelk ik
-uit dezen Engelschen schrijver heb overgenomen, op eigen gezag had
-geschreven, zou hij zeker, zelfs in <i>Frankrijk</i>, van vergrooting
-zijn beschuldigd geworden; en echter heb ik dit alles getrokken uit een
-Engelsch boek, opzettelijk geschreven, om al, wat in de hoofdstad der
-drie vereenigde rijken gevonden wordt, hemelhoog te verheffen, en
-waarin de geringste voorwerpen doorgaans met de belagchenswaardigste
-pralerij worden voorgedragen. Niets meer bij het geschetste tafereel
-kunnende voegen, laat ik dit onderwerp gaarne aan de verdere overweging
-van mijne lezers. <span class="pagenum">[<a id="pb233" href="#pb233"
-name="pb233">233</a>]</span></p>
-</div>
-</div>
-<div id="ch27" class="div1 chapter"><span class="pagenum">[<a href=
-"#xd21e549">Inhoud</a>]</span>
-<div class="divHead">
-<h2 class="label">XXVII.</h2>
-<h2 class="main"><i>De Tower.</i></h2>
-</div>
-<div class="divBody">
-<p class="par first">&bdquo;Hebt gij pleizier, om een reisje met mij te
-ondernemen, waartoe een lange adem vereischt wordt?&rdquo; vroeg mij
-mijn vriend <i>C...</i> op zekeren morgen.</p>
-<p class="par">&bdquo;&mdash;Juist ben ik willens, er een te
-ondernemen. De tijd, welke ik hier zou doorbrengen, is bijna
-verstreken, en ik verzeker u, dat ik er geenen enkelen dag zal
-aanknoopen.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;&mdash;Daarover wilde ik u niet spreken. Maar gij
-kunt toch onmogelijk deze stad verlaten, zonder de Engelsche
-<i>Bastille</i> gezien te hebben. Ik kwam hier, om u eene wandeling
-naar den <i>Tower</i> voor te slaan. Onderweg zal ik u een en ander
-aanwijzen, dat gij tot hiertoe nog niet gezien hebt.&rdquo;</p>
-<p class="par">Met deze woorden begaven wij ons op weg: het kon naar
-waarheid een reisje genoemd worden; want de straat, waarin ik woonde,
-was twee groote uren van den <i>Tower</i> gelegen.</p>
-<p class="par">Toen wij, na eenen marsch van een uur, de gevangenis van
-<i>Newgate</i> bereikt hadden, zagen wij eene groote menigte volks bij
-elkander, <span class="pagenum">[<a id="pb234" href="#pb234" name=
-"pb234">234</a>]</span>welke vol verlangen en met ongeduld op iets
-scheen te wachten, even als de liefhebbers het ophalen van de gordijn
-in den schouwburg reikhalzende te gemoet zien.</p>
-<p class="par">&bdquo;Weet gij ook de reden van deze <span class="corr"
-id="xd21e5839" title="Bron: drokke">drukke</span> bijeenkomst? vroeg ik
-mijnen vriend.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Er zal een misdadiger opgehangen worden.
-Ziedaar, hij is reeds op het schavot!&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Ei, ei! is dat eene der zeldzaamheden,
-welke gij beloofd hebt mij onder weg te laten zien?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;O neen, mijn vriend! dit is een louter
-toeval. Daarenboven behoort dit schouwspel onder het kleine getal van
-die dingen, welke men te <i>Londen gratis</i> kan zien.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Hartelijk dank! Ik zou er integendeel wel
-iets voor willen betalen, om het <span class="ex">niet</span> te zien.
-Ik bid u derhalve, mijn waarde! laat ons eenen anderen weg
-nemen.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Zoo als gij verkiest.&mdash;Voormaals
-plagt men de strafoefeningen in <i>Tijburn</i> te verrigten, maar
-tegenwoordig hebben zij altijd voor de gevangenis van <i>Newgate</i>
-plaats. Men zet tegen een venster van eene kamer der gevangenis een
-schavot op. De veroordeelde stapt uit het raam op het straftooneel, en
-is vergezeld door eenige geestelijken, welke hem trachten te
-bemoedigen. Terstond werpt de scherpregter <span class=
-"pagenum">[<a id="pb235" href="#pb235" name="pb235">235</a>]</span>hem
-de koord om den hals, maakt het eene einde aan de galg vast, en laat
-den misdadiger aldus eenige oogenblikken staan. Eensklaps wordt de
-plank, waarop de ongelukkige staat, gewipt, en ziedaar hem met de
-koorde gestraft, dat er de dood na volgt, waarvoor de Engelschen in
-hunne taal eene bijzondere uitdrukking hebben en het noemen: <i>Iemand
-in de eeuwigheid overslingeren</i>. Voor de strafoefening wordt den
-lijder een glas bier <span class="corr" id="xd21e5870" title=
-"Bron: angeboden">aangeboden</span>, en men gunt hem den tijd, om
-hetzelve op zijn gemak uit te drinken.</p>
-<p class="par">Een zeker misdadiger, zoo het scheen, niet begeerig, om
-de groote plegtigheid te vertragen, bedankte voor het aanbod van dezen
-<i>comfortable</i> drank; doch naauwelijks had hij den grooten sprong
-gedaan, of er werd <i>pardon</i> voor hem aangekondigd. Hiervandaan het
-Engelsche spreekwoord: <span class="corr" id="xd21e5881" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span><i>Had hij zijn glas bier uitgedronken,
-hij zou nog leven!</i>&rdquo;</p>
-<p class="par">Aldus zamen koutende, waren wij ongemerkt aan den
-kruisweg gekomen, waar de <i><span class="corr" id="xd21e5889" title=
-"Bron: Prince">Prince-</span>,</i> <i>Poultrij-</i>, <i>Cornhill-</i>
-en <i>Lombard-streets</i> op uitloopen.</p>
-<p class="par">In dezen omtrek zijn de bank, de beurs en het stadhuis
-gelegen. Mijn vriend <i>C...</i> liet mij deze drie gestichten
-bezigtigen. Het uitwendige dezer gebouwen is niet onbevallig en
-kenschetst zelfs zeer veel smaak; maar van <span class=
-"pagenum">[<a id="pb236" href="#pb236" name=
-"pb236">236</a>]</span>binnen is alles ten uiterste slecht gerangschikt
-en verdeeld. Men vindt er niets dan eenige ruime zalen, die allen zeer
-donker, treurig en somber zijn.</p>
-<p class="par">Eindelijk kwamen wij aan den <i>Tower</i>, of <i>den
-Toren</i>, die echter, in den eigenlijken zin van het woord, geen
-<i>toren</i> kan genoemd worden, maar die veeleer eene vesting gelijkt,
-met verscheidene torens voorzien, in welke men verschillende straten en
-gebouwen aantreft.</p>
-<p class="par">Hier zoude ik met weinig moeite een vrij lang hoofdstuk
-vol van beschrijvingen en geleerde onderzoekingen kunnen inlasschen,
-doch daar ik eenmaal bij al, wat heilig is, gezworen heb, mijnen lezers
-nimmer voorbedachtelijk een slaapdrankje in te geven, zal ik mij
-geenszins verdiepen in het nasporen, of <i>Julius Caesar</i> den
-<i>Tower</i> heeft laten bouwen, die zijnen naam voert, en of de
-zoogenaamde <i>Witte Toren</i>, die nogtans even zoo zwart en berookt
-is, als al de anderen, <i>Willem den Veroveraar</i> tot stichter gehad
-heeft: ook wil ik mij in geen geschil inlaten, in welk vertrek
-<i>Hendrik VI.</i>, op last van <i>Eduard <span class="corr" id=
-"xd21e5940" title="Bron: VI">IV</span>.</i>, den dood heeft ondergaan;
-of in welk eene andere kamer deze en gene in <i>Engeland</i> beroemde,
-schoon in andere landen geheel onbekende, personaadjes zijn opgesloten
-geweest; maar mij liever alleen bepalen tot de verschillende publieke
-stichtingen, welke in dit <span class="pagenum">[<a id="pb237" href=
-"#pb237" name="pb237">237</a>]</span>uitgestrekte gebouw vervat zijn,
-en welke allen wij gingen bezigtigen.</p>
-<p class="par">Lieden, die met een beestenspel van stad tot stad op de
-kermissen rond reizen, om het ge&euml;erde publiek, tegen billijke
-betaling, eenige vreemde en uit verre landen aangebragte dieren en
-vogels te laten zien, hebben altijd de gewoonte, om boven of naast den
-ingang van hunne vertoonplaats eene schilderij op te hangen, waarop
-eenige van die merkwaardige voorwerpen zijn afgebeeld. Evenzoo wijst
-ook hier een geschilderde leeuw den vreemdelingen den ingang van het
-<i>dierenpark</i> aan. De poort is van eene groote schel voorzien, en
-de deurwachter staat altijd gereed, om u, tegen betaling van eenen
-<i>shilling</i>, en nog iets, dat de Engelschen eene <i>erkentenis</i>
-noemen, en dat in eene vrijwillige extragift bestaat, binnen te laten.
-Wij behoefden echter niet aan te schellen; want zoo als wij aan de deur
-kwamen, werd zij juist geopend voor eenen man, die met den deurwachter
-in gesprek was.</p>
-<p class="par">&bdquo;<i lang="de">Jezus mein Gott!</i> riep hij uit,
-<i lang="de">Geld, Geld, und immer Geld!</i>&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;Deze heer is een Duitscher,&rdquo; zeide ik tegen
-mijnen vriend. Dit had hij gehoord, en zeide daarop terstond tegen mij
-&bdquo;<i lang="de">Ach, mein Herr, ich kann wohl Englisch und
-Franz&ouml;sich sprechen; es ist aber abscheulich, dass <span class=
-"pagenum">[<a id="pb238" href="#pb238" name="pb238">238</a>]</span>man
-in diesem fatalen Lande gar nichts sehen und haben kann, ohne
-Geld!</i>&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Ja, dat is hier zoo het gebruik, mijnheer!
-en daarnaar dient men zich te schikken.&rdquo;</p>
-<p class="par">Intusschen hadden wij de taks betaald, en de deurwachter
-wees ons al de daar logerende gasten, den eenen na den anderen, aan.
-Het getal der beesten is niet zeer groot: even als te <i>Parijs</i>,
-zijn zij in naauwe hokken opgesloten, waarin zij, van lucht en beweging
-verstoken, een plantenleven leiden, en den aanschouwers niets anders
-aanbieden dan de schaduwe van hetgene zij in waarheid moesten zijn.
-Laat ons echter hopen, dat wij in de laatstgenoemde stad eenmaal de
-leeuwen, tijgers en al de andere vreemde dieren met dezelfde
-onderscheiding zullen zien behandelen, welke men, sedert eenige jaren,
-voor de beeren gehad heeft, en dan eerst zal <i>Parijs</i> zich kunnen
-beroemen, een <i>dierenpark</i> te bezitten, hetwelk der hoofdstad van
-<i>Europa</i> eer aandoet.</p>
-<p class="par">Nu verlieten wij het verblijf, waar deze verwoestende
-schepsels waren opgesloten, om eene plaats te bezigtigen, die diende
-ter bewaring der stoffe en werktuigen, om voedsel te verschaffen aan de
-woede en wraakzucht van een schepsel, nog duizendmaal wreeder en
-bloeddorstiger dan de verschrikkelijkste woudbewoners. <span class=
-"pagenum">[<a id="pb239" href="#pb239" name="pb239">239</a>]</span>De
-lezer begrijpt ligtelijk, dat ik hier het arsenaal bedoel.</p>
-<p class="par">&bdquo;<i lang="de">Wie viel?</i>&rdquo; vroeg mij de
-Duitscher, ziende, dat wij de handen in den zak staken.</p>
-<p class="par">&bdquo;Maar drie <i>shillings!</i><span class="corr" id=
-"xd21e6005" title="Niet in bron">&rdquo;</span> antwoordde ik hem,
-<span class="corr" id="xd21e6008" title="Niet in bron">&bdquo;</span>en
-dan de <i>erkentenis!</i>&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;<i lang="de">Der Teufel!</i>&rdquo; riep hij uit,
-terwijl hij inmiddels zijne schellingen ten offer bragt.</p>
-<p class="par">Het arsenaal bestaat uit zes groote afdeelingen. In vier
-derzelve vindt men eene ongemeen talrijke verzameling van allerlei
-wapenen en geschut, zoo wel voor voet- en paardenvolk, als voor den
-zeedienst. In de twee andere afdeelingen wordt een groot aantal
-zeldzaamheden bewaard, als oude wapenrustingen, schilden, standaarden
-en andere veroverde eereteekenen, door de Engelschen, ter herinnering
-van hunne voormalige overwinningen, alhier ten toon gesteld. Ook wordt
-hier den bezigtiger de bijl vertoond, waarmede de ongelukkige
-<i>Anna</i> is onthoofd geworden, alsmede een afbeeldsel van de
-koningin <i>Elizabeth</i>, enz. Van hier kwamen wij in een vertrek,
-waar de meubelen der Kroon bewaard werden. Intusschen vermaakten mijn
-vriend en ik ons niet weinig met de grappige houding van onzen
-Duitscher; want bij iedere andere deur, welke ons geopend werd, trok
-hij zulke benaauwde gezigten, als of hij op naalden en spelden
-<span class="pagenum">[<a id="pb240" href="#pb240" name=
-"pb240">240</a>]</span>zat, telkens eene uitroeping doende, welke, hoe
-langer hoe meer, in den kruistoon eindigde.</p>
-<p class="par">&bdquo;<i>Sacrement!</i>&rdquo; zeide hij, terwijl hij,
-met een gespannen en strak gelaat, zijnen <i>shilling</i> aan deze deur
-paste; &bdquo;<i lang="de">So etwas braucht man zu Wien nicht zu
-bezahlen. Ich bin zu Neapel, Paris und Madrid gewesen, habe da
-<span class="corr" id="xd21e6039" title="Bron: jedere">jede</span>
-Merkw&uuml;rdigkeit gesehen, aber immer gratis!</i><span class="corr"
-id="xd21e6042" title="Niet in bron">&rdquo;</span></p>
-<p class="par">Men moet echter toestemmen, dat het beschouwen der
-kostbare en zeldzame voorwerpen, die aldaar bewaard worden, en die op
-twee millioenen sterling (48,000,000 <i>liv.</i>) geschat zijn, wel
-eenige <i>shillings</i> waardig is.</p>
-<p class="par">Nu bleef de kapel nog ter bezigtiging over, maar
-mijnheer de Duitscher hield volmondig staande, dat het gezigt van eene
-Engelsche kapel geenen schelling waardig was, en nam hier afscheid van
-ons. Wij beiden, mijn vriend en ik, bleven echter bij ons voornemen,
-doch zagen welhaast, dat hij geen ongelijk had gehad, want wij vonden
-volstrekt niets, dat eenige aanmerking verdiende.</p>
-<p class="par">Hiermede eindigde mijn bezoek aan den <i>Tower</i>,
-hetwelk mij nu tien <i>shillings</i> (12 <i>fr.</i>) kostte, de
-verschillende <i>erkentenissen</i> hieronder begrepen. <span class=
-"pagenum">[<a id="pb241" href="#pb241" name="pb241">241</a>]</span></p>
-</div>
-</div>
-<div id="ch28" class="div1 chapter"><span class="pagenum">[<a href=
-"#xd21e560">Inhoud</a>]</span>
-<div class="divHead">
-<h2 class="label">XXVIII.</h2>
-<h2 class="main"><i>Eene onverwachte ontmoeting.</i></h2>
-</div>
-<div class="divBody">
-<p class="par first">Twee dagen voor mijn vertrek was ik den geheelen
-morgen op de been, om afscheid te nemen van mijne vrienden en
-kennissen, welke ik te <i>Londen</i> gemaakt had. Ook had ik een en
-ander gekocht, en gevoelde mij zeer vermoeid: ik besloot derhalve, in
-den omtrek, waar ik mij bevond, het middagmaal te houden.
-Ongelukkiglijk was het in eene der voorsteden, die te <i>Londen</i>
-niet anders dan door de laagste volksklasse bewoond worden. Ik kon dus
-geenszins verwachten, veel bijzonders op tafel te vinden; doch daar de
-<i>gourmandise</i> geene mijner hoofdgebreken is, voor welke ik in het
-grootboek, waarin al onze ondeugden en zwakheden aangeteekend staan,
-zal ingeschreven worden, en ik buitendien een zeker prikkelend gevoel
-in mijne maag ontwaarde, hetwelk mij scheen te beloven, dat de eetlust
-de spijzen kruiden zou, indien er al iets aan mogt ontbreken, bleef ik
-bij mijn genomen besluit volharden. <span class="pagenum">[<a id=
-"pb242" href="#pb242" name="pb242">242</a>]</span></p>
-<p class="par">Ik stapte dus een huis binnen, waar eenige stukken
-gebraden en gekookt vleesch, achter een venster geplaatst, schenen aan
-te kondigen, dat men er iets te eten kon krijgen, en waar tevens achter
-eene ruit, op een stuk papier, met groote letters geschreven stond, dat
-er opene tafel, in eene fraaije zaal, op de eerste verdieping, werd
-gehouden. Boven gekomen zijnde, vond ik echter, in plaats van eene
-fraaije zaal, een morsig, donker kot: de tafels stonden tegen de muren,
-welker kleur mogelijk eenmaal wit was geweest, doch thans een vuil
-grijs opleverde: niet helderder waren de tafellakens, die, zonder
-vergrooting gesproken, gerust met de vier wanden konden wedijveren. De
-gasten, welke het gezelschap uitmaakten, schenen tot het laagste gemeen
-te behooren, een &eacute;&eacute;nige, van wien ik aanstonds zal
-spreken, uitgezonderd.</p>
-<p class="par">Naauwelijks had ik mijnen eersten stap in dit verblijf
-gezet, of ik bemerkte reeds, dat mijn honger zeer verminderd was:
-intusschen was ik te ver gevorderd, om weer terug te treden. Ik
-plaatste mij derhalve aan eene tafel, en verzocht den knecht om een
-pint <i>ale</i> en een <i>beef-steaks</i>; doch dat verzoek moest ik
-meermaals herhalen, en dit deed mij denken, dat hij niet gewoon was,
-dikwijls een <span class="pagenum">[<a id="pb243" href="#pb243" name=
-"pb243">243</a>]</span>middagmaal van zoo veel gewigt te hooren
-bestellen. En inderdaad, toen ik mijne oogen over al de tafels liet
-gaan, welke mij omringden, ontwaarde ik niets op dezelve, dan een stuk
-kaas, en hier en daar een stuk koud vleesch; hetwelk er juist niet zeer
-smakelijk uitzag, benevens eenige pinten bier van twee <i>pences</i>
-(hetgeen gemakkelijk te onderscheiden is, want de vorm van het pintje
-zelve wijst de soort en hoedanigheid van den drank aan, welke het
-bevat.)</p>
-<p class="par">Middelerwijl men zich in de keuken bezig hield met de
-buitengewone toebereidselen, welke de door mij bestelde geregten
-vorderden, riep een der gasten, die aan eene andere tafel, digt bij
-mij, zat, den knecht, om het gelag te betalen. De rekening was niet
-zeer omslagtig. Twee <i>pences</i> brood, twee <i>pences</i> bier, en
-eene <i>pence</i> kaas maakten zijne geheele vertering uit. Nu nam hij
-uit een klein beursje, dat niet al te breed voorzien scheen, eenen
-halven <i>shilling</i>, die de waarde heeft van zes <i>pences</i>, of
-twaalf Fransche stuivers, gaf denzelfven aan den knecht, en ontving
-eene halve <i>pence</i> terug, terwijl hij het overige edelmoedig tot
-een fooitje schonk, waarna hij diep zuchtende van tafel oprees.</p>
-<p class="par">Het was een man van ongeveer vijf voeten en vijf duimen
-hoogte. Zijne beenen waren, in <span class="pagenum">[<a id="pb244"
-href="#pb244" name="pb244">244</a>]</span>de volste beteekenis van het
-woord, volkomene oijevaarsbeenen met een paar zwarte slopkousen
-bekleed, door welker knoopsgaten men met een weinigje oplettendheid het
-bloote vel kon zien doorschijnen, en waaruit men derhalve gerustelijk
-het <i>facit</i> kon opmaken, dat onze vriend de kousen niet onder de
-noodzakelijke kleedingstukken rekende. Zijne broek, die van dezelfde
-kleur, doch zoodanig kaal en afgesleten was; dat men niet kon
-onderscheiden, van welke stof zij gemaakt was, bedekte een paar dijen,
-niet zwaarder dan een paar lamsbilletjes; terwijl een half blaauw en
-half geel vest over het gedeelte van zijn ligchaam heen fladderde, waar
-men zelfs met een vergrootglas geene schaduwe van eenen buik zou hebben
-kunnen vinden: de geheele romp was behangen met eenen zwarten rok,
-waarvan beide de ellebogen met wit garen waren toegenaaid, hetgeen men
-naderhand met inkt besmeerd had, om het in zwart te doen veranderen.
-Zijne ingevallene wangen schenen zich in zijnen mond te willen
-verbergen, zijn voorhoofd was vol met diepe rimpels, welke mij echter
-voorkwamen, meer door rampen en tegenspoed, dan wel door ouderdom,
-veroorzaakt te zijn. Niettegenstaande dit alles, had hij een moedig
-voorkomen, <span class="pagenum">[<a id="pb245" href="#pb245" name=
-"pb245">245</a>]</span>en zijn levendig en doordringend oog spreidde
-eene zekere fierheid ten toon.</p>
-<p class="par">Daar zijne trekken mij niet onbekend waren, en ik mij
-verbeeldde, hem meermaals gezien te hebben, beschouwde ik hem met zeer
-veel oplettendheid. Bij geval kreeg hij mij insgelijks in het oog, en
-kwam terstond naar mij toe.&mdash;<span class="corr" id="xd21e6135"
-title="Niet in bron">&bdquo;</span>Hoe!<span class="corr" id=
-"xd21e6138" title="Niet in bron">&rdquo;</span> zeide hij, <span class=
-"corr" id="xd21e6141" title="Niet in bron">&bdquo;</span>tref ik u te
-<i>Londen</i>, en wel in zulk een prachtig verblijf, aan?<span class=
-"corr" id="xd21e6147" title="Niet in bron">&rdquo;</span></p>
-<p class="par">&bdquo;Ja, hernam ik, maar ik moet ronduit bekennen, dat
-ik vergeefs tracht, mij uwen naam te....&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Herinneren, niet waar? Ik wil dit gaarne
-gelooven: sinds de drie jaren, dat wij elkander niet gezien hebben,
-zult gij mij wel zeer veranderd vinden.&mdash;Ik ben
-<i>Croquis</i>.&rdquo;</p>
-<p class="par">Nu herkende ik hem dadelijk, niettegenstaande de
-ongeloofelijke gedaanteverwisseling van zijnen geheelen persoon.
-Mijnheer <i>Croquis</i> was een Fransche schilder, die, zonder zich tot
-den eersten rang dier kunstenaars te hebben kunnen verheffen, op welke
-de Fransche school tegenwoordig met regt mag bogen, zich echter van de
-broddelaars had weten te doen onderscheiden, en dien ten gevolge
-eenigen opgang gemaakt had. Zijn gedrag was steeds zeer fatsoenlijk en
-geregeld geweest; ook was <span class="pagenum">[<a id="pb246" href=
-"#pb246" name="pb246">246</a>]</span>mij nooit iets slechts van hem ter
-ooren gekomen; ik kon dus niet begrijpen, hoe hij in dezen ellendigen
-toestand geraakt was, in welken ik hem, tot mijne groote verwondering,
-hier aantrof. Ik verzocht hem derhalve, mij gezelschap te houden, en
-vriendschappelijk met mij te deelen, hetgene voor mij op tafel
-stond.</p>
-<p class="par">&bdquo;Ik heb reeds gegeten,<span class="corr" id=
-"xd21e6167" title="Niet in bron">&rdquo;</span> zeide hij, met eenen
-bitteren glimlach, <span class="corr" id="xd21e6170" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>en ik heb niets noodig.&rdquo;</p>
-<p class="par">Het gelukte mij echter, zijne beschroomdheid te doen
-verdwijnen, en hem gadeslaande, zag ik aldra, dat hij geenszins zooveel
-gegeten had, om zich te verzadigen, maar slechts, om den snerpendsten
-honger een weinig te stillen.</p>
-<p class="par">Ons middagmaal geeindigd hebbende, gaf ik hem, bij het
-weggaan, mijn verlangen te kennen, om de redenen te weten, welke hem in
-dezen ellendigen toestand gebragt hadden; en daar hem wel bekend was,
-dat mijn verzoek geenszins uit nieuwsgierigheid, maar enkel uit een
-waar belang, hetwelk ik in zijn lot stelde, voortsproot, deelde hij mij
-zijne droevige historie mede, welke de lezer in de volgende afdeeling
-zal vinden. <span class="pagenum">[<a id="pb247" href="#pb247" name=
-"pb247">247</a>]</span></p>
-</div>
-</div>
-<div id="ch29" class="div1 chapter"><span class="pagenum">[<a href=
-"#xd21e569">Inhoud</a>]</span>
-<div class="divHead">
-<h2 class="label">XXIX.</h2>
-<h2 class="main"><i>Geschiedenis van eenen Franschen
-kunstenaar.</i></h2>
-</div>
-<div class="divBody">
-<p class="par first">&bdquo;Gij weet, mijnheer!<span class="corr" id=
-"xd21e6186" title="Niet in bron">&rdquo;</span> zeide hij, <span class=
-"corr" id="xd21e6189" title="Niet in bron">&bdquo;</span>dat mijn
-penseel mij in <i>Frankrijk</i> het noodige onderhoud verschafte.
-Eenigen mijner vrienden trachtten mij over te halen, om mij naar
-<i>Engeland</i> te begeven; daar zou ik, volgens hunne verzekering,
-geld winnen, zoo veel ik wilde, en binnen weinig tijds een aanzienelijk
-fortuin kunnen maken. Ik liet mij door deze bekoorlijke uitzigten
-misleiden, maakte alles, wat ik bezat, tot gereed geld, stelde mijner
-vrouw en dochter zoo veel ter hand, dat zij in geene twee jaren gebrek
-behoefden te vreezen, en begaf mij op reis naar <i>Londen</i>, met
-ongeveer tienduizend <i>livres</i> baar geld.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;Zoodra ik hier was aangekomen, nam ik een goed
-verblijf in het voornaamste gedeelte van de stad&mdash;dat de woningen
-niet goedkoop zijn, weet gij. Gaarne zou ik mij op eenen minderen voet
-gezet hebben; doch men had mij onderrigt, dat men in <i>Londen</i>
-geenen <span class="pagenum">[<a id="pb248" href="#pb248" name=
-"pb248">248</a>]</span>opgang kan maken, wanneer men, onder eene
-bekrompene levenswijze, te voorschijn treedt. Ik had eenige van mijne
-werken medegebragt, en mij in alle nieuwspapieren doen aankondigen. In
-het eerst kwamen mij vele nieuwsgierigen bezoeken, en ik werd overladen
-met beleefdheden en loftuitingen; maar welhaast vernam ik, dat de
-kunstenaars van de stad zich tegen mij eene heimelijke zamenzwering
-hadden veroorloofd, en de logenachtigste geruchten verspreidden, om,
-dusdoende, de geringe bekwaamheden, welke ik bezat, nog te verkleinen
-en te belasteren. De stukken, welke ik in mijne zaal ter bezigtiging
-had opgehangen, ten einde men over mijne behandeling en mijn
-kunstvermogen zou kunnen oordeelen, werden op het hevigste en
-onbarmhartigste gegispt en bedild.&mdash;Het heette, mijne teekening
-was niet juist:&mdash;het koloriet te schitterend, om zich te kunnen
-volhouden:&mdash;ik verstond niets van de perspectief:&mdash;ik wist
-volstrekt mijn licht en mijne schaduw niet te plaatsen:&mdash;de
-standen mijner beelden waren slecht gekozen:&mdash;de kleeding geheel
-en al smakeloos.&mdash;En eindelijk kenden de laster, haat en afgunst
-mij zelfs niet de geringste dier eigenschappen toe, welke ook de
-middelmatigste schilder niet mag ontberen. <span class=
-"pagenum">[<a id="pb249" href="#pb249" name="pb249">249</a>]</span></p>
-<p class="par">&bdquo;Aldus verliepen drie maanden, zonder dat ik iets
-te doen had. Eindelijk verzocht mij een rijke koopman uit de
-<i>Citij</i>, zijn portret en die van zijne drie kinderen te maken, te
-weten, een meisje en twee jongens; doch hij was op het grillige
-denkbeeld gekomen, om deze vier portretten in een historisch tafereel
-bij een te willen zien, en daartoe had hij de offerande van
-<i>Iphigenia</i> verkozen. Hij zelf wilde als <i>Agamemnon</i>
-geschilderd worden, zijne dochter moest <i>Iphigenia</i> voorstellen,
-en zijne beide zonen de karakters van <i>Calchas</i> en <i>Achilles</i>
-verbeelden. Vergeefs stelde ik hem voor, dat dit onderwerp veel bijwerk
-zou vereischen, vooral een groot aantal beelden, als priesters,
-soldaten enz.; oogenblikkelijk sloot hij mij den mond, met te zeggen,
-dat het hem volstrekt op geen geld aankwam. Wij kwamen derhalve
-overeen, dat hij mij voor deze schilderij vierhonderd guinies zou
-betalen.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;Ik begaf mij aan het werk, en, om hetzelve des te
-meer te bespoedigen, wees ik verscheidene leerlingen af, die mij mijne
-lessen zeer ruim zouden betaald hebben. Ik verzuimde geen oogenblik, en
-na verloop van acht maanden was mijn stuk ten naastenbij af, toen op
-zekeren morgen mijn koopman met iemand van zijne kennis in mijne
-werkplaats kwam, <span class="pagenum">[<a id="pb250" href="#pb250"
-name="pb250">250</a>]</span>om te zien, hoe ver ik gevorderd was. Deze
-laatste vond, dat het portret van zijnen vriend niet veel geleek, en ik
-was ongelukkig genoeg, om dezen bediller te antwoorden, dat de
-voorgewende fout in de gelijkenis zeker veroorzaakt werd, wijl hij niet
-gewoon was, zijnen vriend met eenen helm op het hoofd te zien. Van dat
-tijdstip af had ik geen oogenblik rust, voordat ik mijnen
-<i>Agamemnon</i> den helm had afgenomen; en mijns ondanks, moest ik het
-hoofd van den Griekschen vorst met eene ronde Engelsche pruik
-ontsieren.</p>
-<p class="par">&bdquo;Ook de jonge juffer vond, dat de kleeding van
-<i>Iphigenia</i> hare gestalte in geen voordeelig licht plaatste, en ik
-zag mij derhalve genoodzaakt, de Grieksche prinses in een nieuw
-Engelsch keurslijf te prangen. Om aan den oudsten zoon te behagen,
-moest de baard van den opperpriester insgelijks worden afgeschoren, en
-de jongste verkoos, als <i>Achilles</i> in de montering van eenen
-Engelschen kolonel gestoken te worden.</p>
-<p class="par">&bdquo;Meer dan honderdmaal was ik voornemens, uit
-verdriet en ergernis al het geschilderde door te halen; doch de
-vierhonderd guinies hielden mij terug. Dan helaas! toen de dag
-verschenen was, waarop ik mijn werk moest leveren, vernam ik, tot mijn
-uiterste hartzeer, <span class="pagenum">[<a id="pb251" href="#pb251"
-name="pb251">251</a>]</span>dat mijn <i>Agamemnon</i> de belegering had
-opgebroken, of, om mij verstaanbaar uit te drukken, dat hij bankroet
-had gemaakt.</p>
-<p class="par">&bdquo;Men ried mij, eener voorname vrouw van smaak, die
-in de groote wereld verkeerde, verlof te vragen, haar voor niet te
-mogen portretteren. Dit afbeeldsel, in een harer vertrekken opgehangen,
-zou de algemeene aandacht tot zich trekken, mijne bekwaamheden bekend
-doen worden, en mij rijkelijk werk bezorgen. Ik verkreeg ook wezenlijk
-hare toestemming als een bewijs harer bescherming, en besteedde al
-mijne zorg en vlijt aan haar portret, waarover men ook zeer voldaan
-was; doch in het vervolg hoorde ik nimmer weder van deze dame, noch van
-hare vrienden spreken.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;De vermindering mijner beurs drong mij, naar een
-goedkooper verblijf om te zien, en van toen af verdwenen
-oogenblikkelijk al de nieuwsgierigen, die tot dusverre mijne werkplaats
-bezocht hadden. Intusschen had ik nog steeds eenige portretten te
-schilderen, waarvoor men mij echter weinig genoeg betaalde, en nu
-naderde ten tweeden male het jaargetijde, waarin geheel <i>Londen</i>
-zich op het land begeeft; ik bleef dus eenige maanden volstrekt zonder
-werk. <span class="pagenum">[<a id="pb252" href="#pb252" name=
-"pb252">252</a>]</span></p>
-<p class="par">&bdquo;Nu moest ik nogmaals eene mindere woning
-betrekken, want ik bevond mij zonder eenen duit, en had nog eenige
-kleine schulden te betalen. Hierdoor zag ik mij dus in de
-noodzakelijkheid gebragt, om mijne schilderijen te verkoopen voor den
-prijs, welken men er mij voor wilde geven. Ik had thans mijnen intrek
-op een zoldertje, mijne geheele bezitting bestond in drie guinies, en
-al mijne meubelen in mijn palet en mijne penseelen.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;Nu zocht ik lessen en leerlingen te bekomen,
-doch, helaas! veel te laat. De onder het dak gehuisveste schilder kon
-voor zijne lessen geenszins den prijs vragen, welken zijn medebroeder,
-die op de eerste verdieping in eene der voornaamste wijken van
-<i>Londen</i> woonde, mogt vorderen; want men betaalt hier niet de
-innerlijke waarde der dingen, maar wel den uitwendigen
-schijn.&rdquo;</p>
-<p class="par">Sinds bijna een jaar heb ik niet meer dan drie
-leerlingen gehad; het geringe, dat zij mij betalen, is naauwelijks
-toereikende tot het noodige levensonderhoud&mdash;en bij toeval zijt
-gij getuige geworden, <span class="ex">hoe</span> ik leve. Mijn
-eenigste verlangen is, naar <i>Frankrijk</i> terug te keeren, hetwelk
-ik eigenlijk nimmer had moeten verlaten. <span class="pagenum">[<a id=
-"pb253" href="#pb253" name="pb253">253</a>]</span></p>
-<p class="par">&bdquo;En wat zult gij doen,<span class="corr" id=
-"xd21e6283" title="Niet in bron">&rdquo;</span> vroeg ik hem,
-<span class="corr" id="xd21e6286" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>als gij in ons vaderland terug zult
-gekomen zijn?&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;Mijne vrouw is overleden,<span class="corr" id=
-"xd21e6291" title="Niet in bron">&rdquo;</span> antwoordde hij,
-<span class="corr" id="xd21e6294" title="Niet in bron">&bdquo;</span>en
-het is onnoodig, u te zeggen, hoe zeer haar verlies mij smart: het is u
-bekend, dat ik haar teeder beminde; doch, om naar waarheid te spreken,
-de dood is voor haar geen ongeluk, maar heeft integendeel een einde aan
-haar verdriet en hare smarten gemaakt.</p>
-<p class="par"><span class="corr" id="xd21e6298" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>Ik heb eenen schoonbroeder&mdash;wat zeg
-ik! neen, hij is een weldadige engel in de gedaante van eenen
-schoonbroeder! Zonder rijk te zijn, is hij echter in staat, om, op eene
-redelijke wijze, met zijn gezin de genoegens van het leven te kunnen
-smaken, en schoon zelf met zes kinderen belast, heeft hij echter mijne
-dochter tot zich genomen, en behandelt haar als zijn eigen kind. Het
-schijnt, dat hij mijnen jammerlijken toestand, waarover ik hem echter
-nimmer onderhouden heb, vernomen heeft; want hij heeft mij verzocht,
-bij hem te komen inwonen, en om mijne kieschheid niet te kwetsen, wendt
-hij voor, dat hij gaarne zag, dat ik zijne kinderen in het teekenen
-onderrigtte. Maar hoe zal ik de gelden bij elkander krijgen, om de reis
-van <i>Londen</i> naar <i>Amiens</i>, waar mijns broeders woonplaats
-is, te ondernemen? Gisteren nog ontving ik <span class=
-"pagenum">[<a id="pb254" href="#pb254" name="pb254">254</a>]</span>met
-den post eenen brief van hem, en ik bevond mij in de droevige
-noodzakelijkheid van dien te moeten afwijzen; wijl het port twee
-<i>shillings</i> en vier <i>pences</i> bedroeg, welke ik, helaas! niet
-bezat. Doch morgen moet ik geld voor eene maand onderwijs van
-een&rsquo; mijner leerlingen ontvangen, en dan zal ik geen oogenblik
-toeven, om den brief te halen.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Wel ziedaar ons juist voor het
-postkantoor! laat ons er ingaan, en veroorloof mij, u dit kleine
-voorschot te doen.&rdquo;</p>
-<p class="par">Zonder zijn antwoord af te wachten, trok ik hem met mij
-binnen. Men gaf hem den brief over, hij opende denzelven met drift,
-las, en een traan glinsterde in zijne oogen.</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Ach! welk een man! riep hij uit, de beste
-der menschen! zie, o zie!&rdquo;</p>
-<p class="par">Het was een wissel op zigt van vierhonderd franken op
-eenen Londenschen bankier, en dit was de reden, dat het briefport
-verdubbeld was; want zelfs het nietsbeduidendste papier in eenen brief
-veroorzaakt deze verdubbeling, en de Engelschen hebben eene bijzondere
-manier, om dit te ontdekken. Bijna zou ik gelooven, dat zij de brieven
-openen, om zich daarvan te verzekeren; indien men zulk een misbruik van
-vertrouwen in een land, als <i>Engeland</i>, konde vooronderstellen.
-<span class="pagenum">[<a id="pb255" href="#pb255" name=
-"pb255">255</a>]</span></p>
-<p class="par">&bdquo;Nu ga ik,<span class="corr" id="xd21e6329" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> zeide hij! <span class="corr" id=
-"xd21e6332" title="Niet in bron">&bdquo;</span>Vaarwel bekoorlijke
-<i>Theems</i>; ik denk er niet meer aan, om mij in uwen boezem te
-begraven, hetgene, helaas! meer dan eens mijn voornemen is geweest;
-want deze wijze van sterven kost het minste; men behoeft noch touwen,
-noch pistolen te koopen.&rdquo;</p>
-<p class="par">Vanhier gingen wij terstond naar het kantoor, waar de
-postwagens afrijden, en bestelden twee plaatsen, om overmorgen
-gezamenlijk te vertrekken. <span class="pagenum">[<a id="pb256" href=
-"#pb256" name="pb256">256</a>]</span></p>
-</div>
-</div>
-<div id="ch30" class="div1 chapter"><span class="pagenum">[<a href=
-"#xd21e578">Inhoud</a>]</span>
-<div class="divHead">
-<h2 class="label">XXX.</h2>
-<h2 class="main"><i>Eene tooneelvertooning in de Latijnsche
-taal.</i></h2>
-</div>
-<div class="divBody">
-<p class="par first">Daags voor mijn vertrek, ging ik naar het
-<i>alien-office</i>, om mijnen Franschen pas, die daar in bewaring was
-gebleven, terug te halen, en, in wisseling, dien terug te geven, welke
-mij was ter hand gesteld. Om den lezer niet te vervelen, zal ik hem het
-verhaal besparen van eenige langwijlige plegtigheden, welke nog hierbij
-in acht moesten genomen worden. Zij zouden mij nogmaals een hoofdstuk
-opleveren van denzelfden inhoud, alsdat, waarmede dit werk begonnen is,
-en ik ben geen vriend van herhalingen, even min als van het
-eentoonige.</p>
-<p class="par">Nu ging ik mijnen vriend <i>C...</i> opzoeken, wien ik
-bijzonderen dank verschuldigd was voor de verpligtende wijze, waarop
-hij mij, gedurende mijn verblijf te <i>Londen</i>, behandeld had; en
-daar de postwagen niet voor den volgenden morgen te twaalf ure afreed,
-verzocht ik <span class="pagenum">[<a id="pb257" href="#pb257" name=
-"pb257">257</a>]</span>hem, met mij en den heer <i>Croquis</i> te
-ontbijten; want laatstgenoemde had ik reeds te voren dezelfde
-uitnoodiging gedaan.</p>
-<p class="par">&bdquo;Van harte gaarne!<span class="corr" id=
-"xd21e6367" title="Niet in bron">&rdquo;</span> zeide hij, <span class=
-"corr" id="xd21e6370" title="Niet in bron">&bdquo;</span>maar gij; komt
-thans, als of gij geroepen waart; want juist was ik voornemens, om u af
-te halen. Ik denk u heden eens een schoteltje naar uwen smaak op te
-disschen; en op den laatsten dag, welken gij te <i>Londen</i>
-doorbrengt, zult gij u waarschijnelijk geenszins het minst
-vermaken.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Gij weet, beste vriend! dat ik altijd
-bereid ben, om u te volgen. Doch mag men ook weten, welk nieuw en
-zonderling geregt het is, waarop gij mij heden denkt te
-onthalen?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Kom slechts, kom slechts! het is hoog
-tijd!&rdquo;</p>
-<p class="par">En ziedaar ons in eene straat, welke ons naar de
-<i>Abtdij van Westmunster</i> moest geleiden.</p>
-<p class="par">&bdquo;Gij zijt een liefhebber van
-verrassingen!<span class="corr" id="xd21e6387" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> zeide ik lagchende tegen mijnen vriend;
-<span class="corr" id="xd21e6390" title="Niet in bron">&bdquo;</span>ik
-hoop echter niet, dat gij plan hebt, om mij een dergelijk schouwspel te
-doen zien, als toen gij mij onlangs op een hangpartijtje wildet
-onthalen?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Neen, waarachtig niet! het is geheel iets
-anders. Ik zal u verplaatsen in de schoonste eeuw der Romeinen, onder
-de tijdgenooten van <i>Scipio</i>.&rdquo; <span class="pagenum">[<a id=
-"pb258" href="#pb258" name="pb258">258</a>]</span></p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Waarschijnlijk zult gij mij in een
-kunstkabinet van wassen beelden brengen? Doch ik moet u waarschouwen,
-dat ik <i>Curtius</i> en zijne opvolgers reeds gezien heb.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Gij bedriegt u, mijn vriend! Integendeel
-zult gij iets zien, dat gij nog nooit gezien hebt. Evenwel wil ik u
-gaarne toestemmen, dat hetgeene gij zult hooren, niet geheel en al
-vreemd voor u zal zijn; en het is niet zonder moeite, dat ik twee
-toegangskaartjes bekomen heb.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;Hoe veel kosten zij?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Niets.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Niets? ik bewonder de Engelsche
-edelmoedigheid! Maar juist deze zelfde edelmoedigheid geeft mij eene
-geringe verwachting van hetgene wij zullen zien.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Schort ten minste uw oordeel op, tot gij
-gezien en gehoord hebt.&rdquo;</p>
-<p class="par">Nu maakte ik geene verdere tegenwerpingen, en aldra
-kwamen wij pratende voor een groot gebouw, hetwelk ik terstond als de
-<i>School van Westmunster</i> herkende. Men deed ons in eene genoegzaam
-ruime zaal binnentreden, waarin een tooneel was opgerigt, hetwelk zich
-vrij goed liet aanzien. Niet zonder veel moeite gelukte het ons, plaats
-te krijgen; want het gezelschap was reeds te naastenbij voltallig.
-<span class="pagenum">[<a id="pb259" href="#pb259" name=
-"pb259">259</a>]</span>Eindelijk gezeten zijnde, zeide ik tegen mijnen
-vriend: <span class="corr" id="xd21e6422" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>ziedaar ons dan geplaatst; nu ontbreekt er
-niets meer aan, dan dat men spoedig begint.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Zoo ver is het nog niet!<span class="corr"
-id="xd21e6427" title="Niet in bron">&rdquo;</span> hernam mijn vriend;
-<span class="corr" id="xd21e6430" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>wij zullen nog een oogenblik geduld moeten
-hebben; wacht slechts!&rdquo;</p>
-<p class="par">Gelukkig echter behoefden wij niet lang te wachten; want
-de gordijn werd spoedig opgehaald.</p>
-<p class="par">Het tooneel stelde een marktplein voor. Er trad een
-slaaf op, in Grieksche kleeding, en sprak, gedurende twee of drie
-minuten, zonder dat het mij mogelijk was, een enkel woord van hetgene
-hij zeide, te verstaan. Vervolgens kwam er een tweede slaaf te
-voorschijn, en mijne oplettendheid verdubbelende, meende ik eenige
-Latijnsche woorden te onderscheiden.&mdash;<span class="corr" id=
-"xd21e6437" title="Niet in bron">&bdquo;</span>Ik geloof
-waarachtig,<span class="corr" id="xd21e6440" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> zeide ik tegen mijnen vriend,
-<span class="corr" id="xd21e6443" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>dat het een Latijnsch stuk is, hetwelk
-hier gespeeld wordt.<span class="corr" id="xd21e6446" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span></p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Zonder twijfel, het is de <i>Phormio</i>
-van <i>Terentius</i>.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Hadt gij mij dit vooraf gezegd, dan zoude
-ik mij van eenen <i>Terentius</i> voorzien hebben, ten einde de spelers
-te kunnen nagaan.&rdquo; <span class="pagenum">[<a id="pb260" href=
-"#pb260" name="pb260">260</a>]</span></p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Ik heb op alles gedacht. Ziedaar een
-<i>Terentius</i>.&rdquo;</p>
-<p class="par">Dadelijk sloeg ik het stuk op, dat gespeeld werd, en
-ging de tooneelisten na, die echter het Latijn even als het Engelsch
-uitsprekende, aan de zoetvloeiende taal van <i>Virgilius</i> eenen
-wanklank gaven, welke mij alles onverstaanbaar maakte, en mij tevens
-het ongelukkige tijdstip herinnerde, waarin de Barbaren van alle zijden
-op het Romeinsche gebied losstormende, hetzelve verwoestten, en
-onderling de overblijfselen deelden. Wat, voor het overige, het spel
-der handelende personen betrof, dit was niet geheel te verwerpen: hunne
-gebaren en standen waren zeer natuurlijk en wel overeenkomstig met de
-karakters, welke zij moesten voorstellen: ook speelden zij hunne rollen
-met warmte, en vermijdden tevens zorgvuldig het eentoonige van stem. De
-vrouwenrollen werden insgelijks door jonge scholieren vervuld; en de
-kleeding en verdere toestel konden niet beter gewenscht worden.</p>
-<p class="par">&bdquo;Gij hebt mij niet bedrogen,<span class="corr" id=
-"xd21e6476" title="Niet in bron">&rdquo;</span> zeide ik, in het
-uitgaan, tegen mijnen vriend; <span class="corr" id="xd21e6479" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>ik heb deze vertooning niet zonder
-deelneming en genoegen bijgewoond. Nogtans geloof ik, dat, bijaldien
-<i>Terentius</i> dezelve met zijne tegenwoordigheid <span class=
-"pagenum">[<a id="pb261" href="#pb261" name=
-"pb261">261</a>]</span>vereerd had, hij slechts matig zou zijn voldaan
-geweest over de wijze, waarop zijne verzen werden opgezegd, en dat hij
-de spelers echte Barbaren zou genoemd hebben. Daarenboven heeft in deze
-tijden iedere beschaafde natie aan het Latijn de uitspraak van hare
-eigene taal geleend, en waarschijnlijk heeft niemand hunner den regten
-tongval. Maar wordt hier dikwijls gespeeld?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Alle jaren &eacute;&eacute;ns, en wel
-omtrent dezen tijd. Het is reeds sedert onheugelijke jaren een
-vastgesteld gebruik in de school van <i>Westmunster</i>, om door de
-kweekelingen, omstreeks den vijftienden <i>December</i>, een Latijnsch
-tooneelstuk te doen geven.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Het doet mij leed, dat ik het zeggen moet,
-maar dit is al weder een gebruik, hetwelk ik geenszins kan goedkeuren.
-Immers kan het, mijns oordeels, nergens toe dienen, dan om bij jonge
-lieden de gevaarlijke zucht voor het tooneel op te wekken, en
-gevolgelijk der maatschappij, in stede van ijverige, werkzame burgers,
-ledigloopers en laffe grappenmakers te leveren.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Maar dit gebruik heeft ook in
-<i>Frankrijk</i> plaats gehad.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Daarom is het niet prijzenswaardiger.
-<span class="pagenum">[<a id="pb262" href="#pb262" name=
-"pb262">262</a>]</span>Integendeel was het in <i>Frankrijk</i> nog
-minder te vergeven dan hier. De scholieren van <i>Westmunster</i>
-prenten ten minste nog <span class="ex">goed</span> Latijn in hun
-geheugen, daar integendeel in de Fransche kollegien de jonge lieden
-niets anders leerden, dan eenige barbaarsche verzen van vader
-<i>Caussin</i>, welke niet meer gelezen worden, en van eenige anderen,
-welkers namen ter naauwer nood bekend zijn. Dit misbruik is echter
-afgeschaft door de voormalige hoogeschool te <i>Parijs</i>, dat
-achtingswaardige ligchaam, hetwelk, tot onberekenbaar nadeel voor de
-maatschappij, nog niet weder hersteld is. Wel is waar, er kwam geen
-heer van schei- en wiskundigen uit te voorschijn, en in deze
-tegenwoordige eeuw, waar alles zoo gewikt en gewogen wordt, is men
-bijna verpligt, om aan deze twee wetenschappen de voorkeur te
-geven.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;De voorstanders der tooneelvertooningen in
-de scholen beweren echter, dat de jonge lieden daardoor eene zekere
-losheid en bevalligen zwier verkrijgen.&rdquo;&mdash;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Ongetwijfeld, ten naastenbij als men door
-het lezen der almanakken vorderingen in de sterrekunde kan maken, of in
-de bouwkunde door het zetten van kaartenhuisjes, of eindelijk,
-<span class="pagenum">[<a id="pb263" href="#pb263" name=
-"pb263">263</a>]</span>zoo als men zich in de berekening der wetten van
-zwaarte en het evenwigt bekwaam zou kunnen maken door het spelen met
-eenen duikelaar, waarmede zich de kinderen vervrolijken.&rdquo;
-<span class="pagenum">[<a id="pb264" href="#pb264" name=
-"pb264">264</a>]</span></p>
-</div>
-</div>
-<div id="ch31" class="div1 chapter"><span class="pagenum">[<a href=
-"#xd21e587">Inhoud</a>]</span>
-<div class="divHead">
-<h2 class="label">XXXI.</h2>
-<h2 class="main"><i>De Zelfmoord.</i></h2>
-</div>
-<div class="divBody">
-<p class="par first">Eene geheel nieuwe vertooning moest den laatsten
-dag van mijn verblijf te <i>Londen</i> kenmerken.</p>
-<p class="par">De derde verdieping van het huis, waar ik op de eerste
-mijn verblijf hield, werd bewoond door eenen handwerksman, die in eene
-fabriek het toezigt hield over de gereedschappen en werktuigen, en
-wiens inkomen voldoende was, om zich het noodige te kunnen bezorgen.
-Altijd was hij gewoon, des morgens te acht ure naar zijn werk te gaan,
-en nu was het reeds tien ure geslagen, en nog had men hem niet te
-voorschijn zien komen. Onze huisvrouw duchtende, dat hij misschien ziek
-was, of dat hem het een of ander mogt zijn overgekomen, klopte bij hem
-aan. Dit eenige malen herhaald hebbende, zonder antwoord te bekomen,
-werd zij met reden ongerust en ging er derhalve terstond kennis van
-geven aan het geregt: de kamer werd geopend, men vond hem <span class=
-"pagenum">[<a id="pb265" href="#pb265" name=
-"pb265">265</a>]</span>uitgestrekt op den grond, badende in zijn bloed,
-en geheel koud en stijf, zoodat hij reeds verscheidene uren moet dood
-geweest zijn: het scheermes, hetwelk hij gebruikt had, om zich den hals
-af te snijden, lag naast hem, en op eene tafel lag een beschreven
-papier, met de volgende woorden: &bdquo;<i>Niemand is oorzaak van
-mijnen dood. Het leven behaagt mij niet meer. Wat is het leven? Eten,
-drinken, slapen, werken, rusten, en den anderen dag al weder van voren
-af aan. Deze eentoonigheid verveelt mij, en daarom wil ik iets nieuws
-beginnen.</i>&rdquo;</p>
-<p class="par">Telkens, wanneer iemand door eenen geweldigen of
-schielijken dood zijne dagen eindigt, het zij vrijwillig of bij toeval,
-roept de regter twaalf personen zamen uit de bloedverwanten, vrienden
-en buren van den overledenen, en dit twaalftal vormt eene soort van
-regtbank, welke uitspraak doet over de oorzaak van den dood.</p>
-<p class="par">Juist ging men zich met dit onderwerp bezig houden, toen
-ik ten mijnent kwam: ik verzocht dus, dat men mij wilde vergunnen, er
-bij tegenwoordig te zijn, hetgeen mij ook niet geweigerd werd. Daar de
-zitting nog niet geopend was, nam ik de vrijheid, om den regter aan te
-spreken. <span class="pagenum">[<a id="pb266" href="#pb266" name=
-"pb266">266</a>]</span></p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Gij moet wel veel drukte en bezigheden
-hebben, mijnheer! want de zelfmoorden zijn, volgens het algemeene
-zeggen, niet zeldzaam in <i>Londen</i>.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Vooroordeelen, mijnheer! loutere praatjes!
-In het geheele jaar achttienhonderd en veertien, hebben er slechts
-vijfendertig zelfmoorden in <i>Londen</i> plaats gehad, en andere jaren
-somtijds nog veel minder.&rdquo;</p>
-<p class="par">Nu waren al de getuigen tegenwoordig, en de regter begon
-hen op de volgende wijze te ondervragen.</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Heeft armoede of gebrek den overledenen
-tot deze wanhopige daad kunnen vervoeren?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Neen, mijnheer! men heeft dertig ponden
-(730 <i>livres</i>), de vrucht zijner bezuinigingen, bij hem
-gevonden.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Was hij dan niet bij zijn
-verstand?&mdash;Had hij verdriet, kwelling?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Niets van dit alles; hij verdiende genoeg,
-om behoorlijk te kunnen bestaan, was bij ieder wel gezien, en heeft
-nimmer met eenige menschen verschil gehad.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Openbare, ontegensprekelijke
-krankzinnigheid!&mdash;Leefde hij in goede verstandhouding met zijne
-bloedverwanten?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Hij had slechts eene zuster, en daar
-<span class="pagenum">[<a id="pb267" href="#pb267" name=
-"pb267">267</a>]</span>zij in behoeftige omstandigheden verkeerde,
-heeft hij haar meer dan eens ondersteund en uit den nood
-geholpen.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Ware zinneloosheid! Heeft hij ook
-somwijlen het voornemen doen blijken, om zich van kant te
-maken?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Nooit.<span class="corr" id="xd21e6586"
-title="Niet in bron">&rdquo;</span>&mdash;Dikwijls echter zeide hij,
-dat het leven hem tot eenen last was, dat hij nergens vermaak in vond,
-en dat hij geenszins kon begrijpen, hoe men nog zoo lang in deze wereld
-kon voortsukkelen. Eindelijk heeft men hem, sinds een jaar, niet meer
-dan eens beschonken gezien.<a id="xd21e6589" name="xd21e6589"></a></p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Een volmaakt bewijs van verbijsterde
-zinnen! Was hij, bij geval, ook onderhevig aan eenige
-kwalen?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Hij is nooit ziek geweest, en wist zelfs
-niet eens, wat ziekte was; doch dikwijls klaagde hij over
-hoofdpijn.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Daar hebben wij het!
-ijlhoofdigheid!&mdash;Scheerde hij zich zelf?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Ja, mijnheer! antwoordde hierop een der
-buren, die een messenmaker was; nog voor twee dagen heb ik het
-scheermes, dat hij gebruikt heeft, voor hem aangezet.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Gij ziet dus, mijne vrienden! dat hier
-geen bepaald voornemen tot zelfmoord heeft plaats gehad; want met
-voordacht heeft hij geen <span class="pagenum">[<a id="pb268" href=
-"#pb268" name="pb268">268</a>]</span>werktuig gekocht, om zich het
-leven te benemen; o neen, hij heeft zich slechts bediend van dat,
-hetwelk het toeval, in eene vlaag van zinneloosheid, hem in de handen
-voerde.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Derhalve, mijne heeren! hier bestaat geen
-zelfmoord. Zijt gij allen van dit gevoelen?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Ja,
-mijnheer!&mdash;Ja!&mdash;Ja!&mdash;Ja!&mdash;En het besluit van het
-regterlijk onderzoek was het volgende: <i>Een geweldige dood,
-veroorzaakt door eenen aanval van ijlhoofdigheid.</i>&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Hoe!<span class="corr" id="xd21e6613"
-title="Niet in bron">&rdquo;</span> zeide ik tegen mijne
-<i>hospita</i>, zoodra ik met haar alleen was; <span class="corr" id=
-"xd21e6619" title="Niet in bron">&bdquo;</span>is dat geen zelfmoord?
-Het geschrift, dat deze ongelukkige heeft achtergelaten, de voorzorg,
-welke hij genomen heeft, om zijn mes te doen aanzetten, ten einde zeker
-van zijne zaak te zijn, zijn dit geene openbare en ontegenzeggelijke
-bewijzen, dat hij wel degelijk het voornemen gehad heeft, om zich
-voorbedachtelijk van het leven te berooven, en dat het geenszins een
-aanval van krankzinnigheid is geweest?&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;Mijnheer!<span class="corr" id="xd21e6624" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> gaf zij mij ten antwoord, <span class=
-"corr" id="xd21e6627" title="Niet in bron">&bdquo;</span>de Engelsche
-wetten tegen deze misdaad zijn zoo gestreng, dat men, zoo veel
-mogelijk, vermijdt, ook zelfs den onbetwistbaarsten zelfmoord als
-zoodanig te erkennen. Van dertig <span class="pagenum">[<a id="pb269"
-href="#pb269" name="pb269">269</a>]</span>of veertig rampzaligen, die
-aldus hun leven eindigen, wordt naauwelijks &eacute;&eacute;n voor
-eenen zelfmoorder verklaard. Eenigen tijd geleden, had zich een zeker
-aanzienlijk man, even als deze ongelukkige, den hals afgesneden, en er
-was bijna geene mogelijkheid, om hem niet voor eenen zelfmoordenaar te
-doen verklaren; doch, wat vindt men uit? In de tegenwoordigheid van
-eenige heelmeesters en artsen doet men het hoofd ontleden, en deze
-heeren vonden klare bewijzen van krankzinnigheid in het zamenstel der
-hersenen.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;Nu, dacht ik bij mij zelven, verwonder ik mij
-niet langer over het kleine getal van zelfmoorden, welke te
-<i>Londen</i> plaats vinden!&rdquo;&mdash;&bdquo;Maar, hernam ik, welke
-zijn dan toch de gestrenge wetten, die hier tegen den zelfmoord
-bestaan?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;De lijken der zelfmoorders worden op
-horden weggesleept, en mogen niet bij andere eerlijke Christenen
-begraven worden; ook worden al hunne goederen verbeurd
-verklaard.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Wel dat is overheerlijk! Aldus worden de
-kinderen of nabestaanden gestraft voor de misdaad hunner ouderen of
-bloedverwanten! Waarlijk, eene verstandige wet, waartegen niets is in
-te brengen?&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Maar, mijnheer! de natuurlijke liefde
-<span class="pagenum">[<a id="pb270" href="#pb270" name=
-"pb270">270</a>]</span>van de ouders voor hunne kinderen moet hem juist
-daarom alleen van den zelfmoord terughouden, en ziedaar de eigenlijke
-geest en strekking van deze heilzame wet.&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Maar indien deze overweging de ouderen nu
-eens niet terughoudt, zijn dan de ongelukkige kinderen niet evenwel de
-beklagenswaardige slagtoffers? Neen, foei! foei! Het is eene
-onmenschelijke wet!.<span class="corr" id="xd21e6647" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span></p>
-<p class="par">Beter zonder twijfel had men het uitwerksel eener wet op
-den menschelijken geest berekend in eene zekere stad van het aloude
-<i>Griekenland</i>, waar eensklaps onder de jonge meisjes, van vijftien
-tot twintig jaren, eene aanstekende ziekte of soort van dolheid
-ontstond, welke haar aanzettede, om zich van het leven te
-berooven.&mdash;Bij deze wet bepaalde de regering, dat alle meisjes,
-welke de handen aan zich zelve sloegen, en aldus haar leven eindigden,
-na haren dood geheel naakt aan hare deuren zouden ten toon gesteld
-worden. De vrees voor zulk eene schande bewerkte hare genezing, niemand
-wilde zich hieraan bloot stellen, en de moordlust der jeugdige schoonen
-was verdwenen. <span class="pagenum">[<a id="pb271" href="#pb271" name=
-"pb271">271</a>]</span></p>
-</div>
-</div>
-<div id="ch32" class="div1 chapter"><span class="pagenum">[<a href=
-"#xd21e596">Inhoud</a>]</span>
-<div class="divHead">
-<h2 class="label">XXXII.</h2>
-<h2 class="main"><i>Het afscheid.</i></h2>
-</div>
-<div class="divBody">
-<p class="par first">Reeds des morgens te negen ure had ik het
-genoegen, den heer <i>Croquis</i> bij mij te zien. Zijne oogen
-fonkelden van blijdschap; de tevredenheid, welke hij slechts sinds
-vierentwintig uren had mogen smaken, scheen reeds eenige rimpels van
-zijn voorhoofd gevaagd en zijne verslapte wangen eene nieuwe veerkracht
-gegeven te hebben. Zijne kleeding was nog dezelfde, met dit
-onderscheid, dat hij over zijn oud kleed eenen nog bijna nieuwen
-overrok had aangetrokken: ook meende ik aan de dikte van zijne beenen
-te kunnen bemerken, dat onder zijne slopkousen een paar goede wollen
-kousen huisvestten. Zeker had hij den vorigen dag deze koopjes gedaan
-voor een klein gedeelte der vierhonderd <i>franken</i>, welke hij zoo
-juist van pas van zijnen broeder ontvangen had.</p>
-<p class="par">&bdquo;En waar is uw goed?&rdquo; vroeg ik hem.</p>
-<p class="par">&bdquo;Och!<span class="corr" id="xd21e6674" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> antwoordde hij glimlachende, <span class=
-"corr" id="xd21e6677" title="Niet in bron">&bdquo;</span>ik ben in
-hetzelfde geval als de Grieksche wijsgeer: <span class=
-"pagenum">[<a id="pb272" href="#pb272" name=
-"pb272">272</a>]</span><i lang="la">omnia mea porto mecum</i>; en ik
-kan gerust met <i>Don Japhet van Armenie</i> zeggen:</p>
-<div class="lgouter xd21e2361">
-<p class="line">&bdquo;Mijn have en al mijn goed, gebonden in een
-pak,</p>
-<p class="line">Berg ik in eene kous, en steek die in mijn&rsquo;
-zak.&rdquo;</p>
-</div>
-<p class="par first">Nu kwam mijn vriend <i>C...</i> insgelijks; en wij
-begonnen te ontbijten.</p>
-<p class="par">&bdquo;Komaan!<span class="corr" id="xd21e6699" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> zeide ik schertsende tegen
-<i>Croquis</i>, en bood hem een kop thee aan, <span class="corr" id=
-"xd21e6705" title="Niet in bron">&bdquo;</span>laat ons den
-afscheidswijn niet sparen!&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;Een lekker wijntje!<span class="corr" id=
-"xd21e6710" title="Niet in bron">&rdquo;</span> hernam hij:
-<span class="corr" id="xd21e6713" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>ach, was ik slechts te <i>Calais</i>, om
-uit grond van mijn hart te kunnen zingen:</p>
-<div lang="fr" class="lgouter xd21e2361">
-<p class="line">Triste boisson, j&rsquo;abjure ton empire!</p>
-</div>
-<p class="par first">Neen, zoo lang ik leef, wil ik geen thee, noch
-bier meer aanzien, en veel minder gebruiken.</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Wat spijt het mij,<span class="corr" id=
-"xd21e6727" title="Niet in bron">&rdquo;</span> zeide mijn vriend
-<i>C...</i>, <span class="corr" id="xd21e6733" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>u in deze oogenblikken te zien vertrekken;
-gij verlaat <i>Londen</i> juist op het tijdstip, waarin het al zijnen
-luister ten toon gaat spreiden. Binnen veertien dagen zal alles van
-buiten weder in de stad zijn.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;In <i>Parijs</i> is men reeds terug!<span class=
-"corr" id="xd21e6744" title="Niet in bron">&rdquo;</span> zeide
-<i>Croquis</i>.<a id="xd21e6750" name="xd21e6750"></a> <span class=
-"pagenum">[<a id="pb273" href="#pb273" name="pb273">273</a>]</span></p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;De wandeling in <i>Hijde-Park</i> en
-<i>Kensingtons-Tuinen</i> zal veel aangenamer zijn, en gij zult er
-oneindig meer gezelschap aantreffen, dan den laatsten
-zondag.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;De <i>Tuileries</i> zullen u schadeloos
-stellen!<span class="corr" id="xd21e6766" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> zeide <i>Croquis</i>.<a id="xd21e6772"
-name="xd21e6772"></a></p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Gij zoudt de tentoonstellingen der werken
-en schilderstukken van de voornaamste nog levende Engelsche meesters
-hebben kunnen bijwonen, welke jaarlijks in <i>Februarij</i> plaats
-heeft.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;In <i>Parijs</i> zult gij,<span class="corr" id=
-"xd21e6784" title="Niet in bron">&rdquo;</span> zeide <i>Croquis</i>,
-<span class="corr" id="xd21e6790" title="Niet in bron">&bdquo;</span>de
-meesterstukken van eenen <i>David</i>, <i>Regnault</i>, <i>Guerin</i>
-en <i>Girodet</i> zien; deze toch kunnen tegen de Engelsche wel
-opwegen. Dat <i>Londen</i> ons eens dergelijke namen
-oplevere!&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Gij hadt onze <i>Opera</i> kunnen
-bijwonen, die spoedig zal beginnen, en gij zoudt onze danseressen
-bewonderd.....<span class="corr" id="xd21e6814" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span></p>
-<p class="par">&bdquo;Maar niet aangetroffen hebben,<span class="corr"
-id="xd21e6819" title="Niet in bron">&rdquo;</span> zeide
-<i>Croquis</i>, <span class="corr" id="xd21e6825" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>eene <i>Gardel</i>, eene <i>Bigottini</i>,
-eene <i>Clotilde</i>, eene <i>Gosselin</i>.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;Gij hadt onze <i>Concerten</i>, onze gemaskerde
-bals kunnen bezoeken.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;Dat is ook waar,<span class="corr" id="xd21e6848"
-title="Niet in bron">&rdquo;</span> zeide <i>Croquis</i>, <span class=
-"corr" id="xd21e6854" title="Niet in bron">&bdquo;</span>even als of
-het u te <i>Parijs</i> daaraan zal ontbreken! Lieve hemel! dit is bij
-ons immers dagelijksch brood.&rdquo; <span class="pagenum">[<a id=
-"pb274" href="#pb274" name="pb274">274</a>]</span></p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Op Drie-Koningen zoudt gij onze
-banketbakkerswinkels verlicht en met eene ontelbare menigte en
-verscheidenheid van allerlei gebak en lekkernijen van onderscheidene
-kleuren en gedaanten gestoffeerd gevonden hebben.&rdquo;</p>
-<p class="par"><span class="corr" id="xd21e6865" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>De <i>Lombardstraat</i> te
-<i>Parijs</i>,<span class="corr" id="xd21e6874" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> zeide <i>Croquis</i>, <span class="corr"
-id="xd21e6880" title="Niet in bron">&bdquo;</span>en het
-<i>Palais-Roijal</i> zullen u dit gemis vergoeden.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;Den drie en twintigsten <i>Januarij</i> zoudt gij
-den optogt der regters gezien hebben, die, na alvorens bij den
-<i>Lord-Kanselier</i> het ontbijt genomen te hebben, hunne zittingen in
-<i>Westmunster</i> gaan openen.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;Gij hebt de <i>Roode-Mis</i> te <i>Parijs</i>
-gezien,<span class="corr" id="xd21e6906" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> zeide <i>Croquis</i>, <span class="corr"
-id="xd21e6912" title="Niet in bron">&bdquo;</span>dat is wat anders te
-zeggen!&rdquo;</p>
-<p class="par">&mdash;&bdquo;Hoe veel opmerkenswaardigs is er niet nog
-te <i>Londen</i>, dat gij niet eens den tijd hebt gehad om te kunnen
-beschouwen! Gij zijt in geene van onze kleine schouwburgen
-geweest!&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;Gij zult,<span class="corr" id="xd21e6922" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> zeide <i>Croquis</i>, <span class="corr"
-id="xd21e6928" title="Niet in bron">&bdquo;</span>onze
-<i>melodrames</i> op de <i>Boulevard</i> zien vertoonen, alvorens zij
-den verbazendsten toevloed in de groote schouwburgen te <i>Londen</i>
-tot zich trekken.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;Gij hebt het beroemde hospitaal voor oude en
-zieke zeelieden, te <i>Greenwich</i> gesticht, nog niet
-gezien.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;Gij zult u gaarne met dat van de <i>Invalides</i>
-te <i>Parijs</i> vergenoegen!<span class="corr" id="xd21e6954" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> zeide <i>Croquis</i>.<a id="xd21e6960"
-name="xd21e6960"></a> <span class="pagenum">[<a id="pb275" href=
-"#pb275" name="pb275">275</a>]</span></p>
-<p class="par">&bdquo;Het voortreffelijke <i>Observatorium</i>, dat
-daar is aangelegd, en waar gij de uitmuntendste <i>camera obscura</i>
-vindt, welke in eenig land aanwezig is.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;Maar die dermate <i>obscur</i> of verdonkerd
-is,<span class="corr" id="xd21e6977" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> zeide <i>Croquis</i>, <span class="corr"
-id="xd21e6983" title="Niet in bron">&bdquo;</span>dat men dezelve niet
-kan genaken zonder een bijzonder verlof van den eersten sterrekundigen,
-die met het oppertoevoorzigt is belast, en tot welks verkrijging men
-schier hemel en aarde moet bewegen. Daarover kunt gij u derhalve
-troosten met het <i>Observatorium</i> te <i>Parijs</i>, en de <i>camera
-obscura</i> op de <i>Pont-Neuf</i>.</p>
-<p class="par">&bdquo;Gij hebt onze harddraverijen, hanengevechten en
-vossenjagten nog met bijgewoond; gij zijt nog niet op eene van onze
-fraaije buitenplaatsen geweest; in een woord, een vierde gedeelte der
-merkwaardigheden, welke deze schoone stad bevat, is u nog
-onbekend.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;Gij hebt dertig jaren te <i>Parijs</i>
-doorgebragt,<span class="corr" id="xd21e7006" title=
-"Niet in bron">&rdquo;</span> zeide <i>Croquis</i>; <span class="corr"
-id="xd21e7012" title="Niet in bron">&bdquo;</span>neem nu slechts de
-moeite, om alles, wat gij hier nog niet gezien hebt, daar te
-bezigtigen, en ik verzeker u, dat gij er vrij meer voorwerpen zult
-vinden uwer opmerking dubbel waardig, dan geheel <i>Londen</i> u zou
-kunnen opleveren.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;Hoe vele bijzondere gewoonten, hoe vele gebruiken
-van de onze verschillende, hoe vele <span class="pagenum">[<a id=
-"pb276" href="#pb276" name="pb276">276</a>]</span>geestige trekken,
-waarin het Engelsche karakter doorstraalt, blijven u nog ter opmerking
-over!&rdquo;</p>
-<p class="par"><span class="corr" id="xd21e7024" title=
-"Niet in bron">&bdquo;</span>Ik zal terugkomen,<span class="corr" id=
-"xd21e7027" title="Niet in bron">&rdquo;</span> zeide ik, <span class=
-"corr" id="xd21e7030" title="Niet in bron">&bdquo;</span>ik zal zeker
-terugkomen; dit laatste artikel wekt mijne nieuwsgierigheid op; en wel
-veel meer, dan al het overige.&rdquo;</p>
-<p class="par">&bdquo;Zie toch eens, hoe laat het is!<span class="corr"
-id="xd21e7035" title="Niet in bron">&rdquo;</span> zeide <i>Croquis</i>
-met eene soort van angstige bekommernis; <span class="corr" id=
-"xd21e7041" title="Niet in bron">&bdquo;</span>ik ben in duizend
-vreezen, dat de wagen zonder ons vertrekt. Hoe onaangenaam, zou het
-niet zijn, het geld te verliezen, dat wij reeds vooruit betaald hebben,
-en verpligt te zijn, om ons hier nog een of twee dagen op te
-houden!&rdquo;</p>
-<p class="par">Ik zag, dat het inderdaad tijd was, om op te breken; ik
-deed derhalve eene huurkoets komen; wij plaatsten ons in dezelve, en
-lieten ons aan den postwagen brengen, die juist gereed stond, om af te
-rijden.</p>
-<p class="par"><i>Croquis</i> vloog met dezelfde drift in den wagen,
-als ik eens een jong mensch in de <i>Tuileries</i> in het schuitje van
-den luchtbol zag stappen, waarmede hij voor de eerste maal die
-gevaarlijke reis zou ondernemen.</p>
-<p class="par">Ik zeide mijnen vriend <i>C...</i> hartelijk vaarwel, en
-herhaalde hem mijne welgemeende dankbetuiging voor al de aan mij
-bewezene beleefdheden. De voerman van onzen wagen <span class=
-"pagenum">[<a id="pb277" href="#pb277" name=
-"pb277">277</a>]</span>blies lustig op zijnen posthoren, met welk
-aangenaam geluid hij onze ooren streelde, zoo lang wij door de stad
-reden. Deze horen zou tot een goed tegenstuk kunnen dienen voor den
-zweep, waarmede onze voerlieden gewoon zijn den ganschen weg langs te
-klappen.</p>
-<p class="par">Eindelijk, lieve lezer! de wagen rolt voort; wij zijn op
-weg, en hiermede eindigen mijne <i>eerste Vijftien Dagen te
-Londen</i>.&mdash;De hemel spare u en mij, dat er nog een tweede reisje
-door mij kan beschreven, en door u gelezen worden!</p>
-<p class="trailer xd21e7065"><span class="ex">EINDE.</span></p>
-</div>
-</div>
-</div>
-<div class="back">
-<div class="transcribernote">
-<h2 class="main">Colofon</h2>
-<h3 class="main">Beschikbaarheid</h3>
-<p class="par first">Dit eBoek is voor kosteloos gebruik door iedereen
-overal, met vrijwel geen beperkingen van welke soort dan ook. U mag het
-kopi&euml;ren, weggeven of hergebruiken onder de voorwaarden van de
-<a class="exlink xd21e41" title="Externe link" href=
-"http://www.gutenberg.org/license" rel="license">Project Gutenberg
-Licentie</a> bij dit eBoek of on-line op <a class="exlink xd21e41"
-title="Externe link" href=
-"http://www.gutenberg.org/">www.gutenberg.org</a>.</p>
-<p class="par">Dit eBoek is geproduceerd door het on-line
-gedistribueerd correctieteam op <a class="exlink xd21e41" title=
-"Externe link" href="http://www.pgdp.net/">www.pgdp.net</a>.</p>
-<p class="par">Scans voor dit werk zijn online beschikbaar bij het
-<a id="xd21e54" class="seclink xd21e41" title="Externe link" href=
-"https://books.google.nl/books?id=l9xNAAAAcAAJ" name="xd21e54">Google
-Books</a>; scans van het Fransche origineel, onder de titel <i lang=
-"fr"><a id="xd21e58" class="seclink xd21e41" title="Externe link" href=
-"https://books.google.nl/books?id=EbwUAAAAQAAJ" name="xd21e58">Quinze
-jours a Londres a la fin de 1815</a></i> zijn daar ook beschikbaar.</p>
-<h3 class="main">Codering</h3>
-<p class="par first">Dit boek is weergegeven in oorspronkelijke
-schrijfwijze. Afgebroken woorden aan het einde van de regel zijn
-stilzwijgend hersteld. Kennelijke zetfouten in het origineel zijn
-verbeterd. Deze verbeteringen zijn aangegeven in de colofon aan het
-einde van dit boek.</p>
-<h3 class="main">Documentgeschiedenis</h3>
-<ul>
-<li>2015-10-30 Begonnen.</li>
-</ul>
-<h3 class="main">Externe Referenties</h3>
-<p>Dit Project Gutenberg eBoek bevat externe referenties. Het kan zijn
-dat deze links voor u niet werken.</p>
-<h3 class="main">Verbeteringen</h3>
-<p>De volgende verbeteringen zijn aangebracht in de tekst:</p>
-<table class="correctiontable" summary=
-"Overzicht van verbeteringen aangebracht in de tekst.">
-<tr>
-<th>Bladzijde</th>
-<th>Bron</th>
-<th>Verbetering</th>
-</tr>
-<tr>
-<td class="width20"><a class="pageref" href="#xd21e729">5</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e899">15</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e916">16</a>, <a class="pageref" href="#xd21e966">18</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e1091">23</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e1098">23</a>, <a class="pageref" href="#xd21e1378">36</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e1384">36</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e1426">37</a>, <a class="pageref" href="#xd21e1672">48</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e1705">50</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e1712">50</a>, <a class="pageref" href="#xd21e1756">53</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e2258">77</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e2273">77</a>, <a class="pageref" href="#xd21e2280">78</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e2308">82</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e2319">82</a>, <a class="pageref" href="#xd21e2337">83</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e2381">86</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e2386">86</a>, <a class="pageref" href="#xd21e2449">88</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e2462">89</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e2470">89</a>, <a class="pageref" href="#xd21e2505">90</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e2518">91</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e2607">96</a>, <a class="pageref" href="#xd21e2628">97</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e2633">97</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e2672">98</a>, <a class="pageref" href="#xd21e2679">99</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e2684">99</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e2719">100</a>, <a class="pageref" href="#xd21e2724">100</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e2785">103</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e2895">107</a>, <a class="pageref" href="#xd21e2903">107</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e3178">120</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e3195">121</a>, <a class="pageref" href="#xd21e3281">126</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e3292">126</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e3369">129</a>, <a class="pageref" href="#xd21e3384">129</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e3452">132</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e3464">132</a>, <a class="pageref" href="#xd21e3509">134</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e3568">139</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e3585">139</a>, <a class="pageref" href="#xd21e3611">141</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e3657">142</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e3687">143</a>, <a class="pageref" href="#xd21e3838">150</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e3844">150</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e3873">153</a>, <a class="pageref" href="#xd21e4215">167</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e4237">167</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e4248">168</a>, <a class="pageref" href="#xd21e4256">168</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e4304">169</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e4312">170</a>, <a class="pageref" href="#xd21e4385">172</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e4484">178</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e4503">179</a>, <a class="pageref" href="#xd21e4525">180</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e4536">181</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e4583">185</a>, <a class="pageref" href="#xd21e4633">187</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e4641">187</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e4653">187</a>, <a class="pageref" href="#xd21e4658">187</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e4675">187</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e5192">205</a>, <a class="pageref" href="#xd21e5228">206</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e5245">206</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e5258">206</a>, <a class="pageref" href="#xd21e5266">206</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e5318">208</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e5440">215</a>, <a class="pageref" href="#xd21e5482">217</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e5494">217</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e5533">218</a>, <a class="pageref" href="#xd21e5677">224</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e6005">239</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e6042">240</a>, <a class="pageref" href="#xd21e6138">245</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e6147">245</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e6167">246</a>, <a class="pageref" href="#xd21e6186">247</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e6283">253</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e6291">253</a>, <a class="pageref" href="#xd21e6329">255</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e6367">257</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e6387">257</a>, <a class="pageref" href="#xd21e6427">259</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e6440">259</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e6446">259</a>, <a class="pageref" href="#xd21e6476">260</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e6586">267</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e6613">268</a>, <a class="pageref" href="#xd21e6624">268</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e6647">270</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e6674">271</a>, <a class="pageref" href="#xd21e6699">272</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e6710">272</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e6727">272</a>, <a class="pageref" href="#xd21e6744">272</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e6766">273</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e6784">273</a>, <a class="pageref" href="#xd21e6814">273</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e6819">273</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e6848">273</a>, <a class="pageref" href="#xd21e6874">274</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e6906">274</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e6922">274</a>, <a class="pageref" href="#xd21e6954">274</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e6977">275</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e7006">275</a>, <a class="pageref" href="#xd21e7027">276</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e7035">276</a></td>
-<td class="width40 bottom">[<i>Niet in bron</i>]</td>
-<td class="width40 bottom">&rdquo;</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="width20"><a class="pageref" href="#xd21e732">5</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e902">15</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e919">16</a>, <a class="pageref" href="#xd21e969">18</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e1095">23</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e1375">36</a>, <a class="pageref" href="#xd21e1381">36</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e1429">37</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e1675">48</a>, <a class="pageref" href="#xd21e1759">53</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e1764">53</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e2311">82</a>, <a class="pageref" href="#xd21e2374">86</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e2389">86</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e2452">88</a>, <a class="pageref" href="#xd21e2465">89</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e2473">89</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e2508">90</a>, <a class="pageref" href="#xd21e2687">99</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e2788">103</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e2898">107</a>, <a class="pageref" href="#xd21e3284">126</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e3295">126</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e3375">129</a>, <a class="pageref" href="#xd21e3387">129</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e3455">132</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e3512">134</a>, <a class="pageref" href="#xd21e3565">139</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e3577">139</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e3588">139</a>, <a class="pageref" href="#xd21e3608">141</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e3614">141</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e3675">142</a>, <a class="pageref" href="#xd21e3690">143</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e3841">150</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e3876">153</a>, <a class="pageref" href="#xd21e4218">167</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e4307">169</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e4388">172</a>, <a class="pageref" href="#xd21e4454">176</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e4461">177</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e4490">178</a>, <a class="pageref" href="#xd21e4506">179</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e4528">180</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e4589">185</a>, <a class="pageref" href="#xd21e4636">187</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e4644">187</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e4661">187</a>, <a class="pageref" href="#xd21e4672">187</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e5195">205</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e5231">206</a>, <a class="pageref" href="#xd21e5251">206</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e5269">206</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e5324">208</a>, <a class="pageref" href="#xd21e5485">217</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e5498">217</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e5634">222</a>, <a class="pageref" href="#xd21e5638">222</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e5881">235</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e6008">239</a>, <a class="pageref" href="#xd21e6135">245</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e6141">245</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e6170">246</a>, <a class="pageref" href="#xd21e6189">247</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e6286">253</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e6294">253</a>, <a class="pageref" href="#xd21e6298">253</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e6332">255</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e6370">257</a>, <a class="pageref" href="#xd21e6390">257</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e6422">259</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e6430">259</a>, <a class="pageref" href="#xd21e6437">259</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e6443">259</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e6479">260</a>, <a class="pageref" href="#xd21e6619">268</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e6627">268</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e6677">271</a>, <a class="pageref" href="#xd21e6705">272</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e6713">272</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e6733">272</a>, <a class="pageref" href="#xd21e6790">273</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e6825">273</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e6854">273</a>, <a class="pageref" href="#xd21e6865">274</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e6880">274</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e6912">274</a>, <a class="pageref" href="#xd21e6928">274</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e6983">275</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e7012">275</a>, <a class="pageref" href="#xd21e7024">276</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e7030">276</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e7041">276</a></td>
-<td class="width40 bottom">[<i>Niet in bron</i>]</td>
-<td class="width40 bottom">&bdquo;</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="width20"><a class="pageref" href="#xd21e768">6</a></td>
-<td class="width40 bottom">allien-office</td>
-<td class="width40 bottom">alien-office</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="width20"><a class="pageref" href="#xd21e848">12</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e3069">114</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e3678">142</a></td>
-<td class="width40 bottom">&bdquo;</td>
-<td class="width40 bottom">[<i>Verwijderd</i>]</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="width20"><a class="pageref" href="#xd21e850">12</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e1038">20</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e4240">167</a>, <a class="pageref" href="#xd21e5744">229</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e6589">267</a>, <a class="pageref" href=
-"#xd21e6750">272</a>, <a class="pageref" href="#xd21e6772">273</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e6960">274</a></td>
-<td class="width40 bottom">&rdquo;</td>
-<td class="width40 bottom">[<i>Verwijderd</i>]</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="width20"><a class="pageref" href="#xd21e880">15</a></td>
-<td class="width40 bottom">[<i>Niet in bron</i>]</td>
-<td class="width40 bottom">,&rdquo;</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="width20"><a class="pageref" href="#xd21e1028">20</a></td>
-<td class="width40 bottom">Parijk</td>
-<td class="width40 bottom">Parijs</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="width20"><a class="pageref" href="#xd21e1865">58</a></td>
-<td class="width40 bottom">ondekken</td>
-<td class="width40 bottom">ontdekken</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="width20"><a class="pageref" href="#xd21e2604">96</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e2694">99</a></td>
-<td class="width40 bottom">[<i>Niet in bron</i>]</td>
-<td class="width40 bottom">&mdash;</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="width20"><a class="pageref" href="#xd21e2804">103</a></td>
-<td class="width40 bottom">ge-gezien</td>
-<td class="width40 bottom">gezien</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="width20"><a class="pageref" href="#xd21e2812">104</a></td>
-<td class="width40 bottom">karel</td>
-<td class="width40 bottom">kerel</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="width20"><a class="pageref" href="#xd21e3198">121</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e4251">168</a></td>
-<td class="width40 bottom">[<i>Niet in bron</i>]</td>
-<td class="width40 bottom">&ldquo;</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="width20"><a class="pageref" href="#xd21e3340">128</a></td>
-<td class="width40 bottom">den</td>
-<td class="width40 bottom">der</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="width20"><a class="pageref" href="#xd21e3378">129</a></td>
-<td class="width40 bottom">niettegenstaaande</td>
-<td class="width40 bottom">niettegenstaande</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="width20"><a class="pageref" href="#xd21e3461">132</a></td>
-<td class="width40 bottom">handschift</td>
-<td class="width40 bottom">handschrift</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="width20"><a class="pageref" href="#xd21e3966">158</a></td>
-<td class="width40 bottom">paruiken</td>
-<td class="width40 bottom">pruiken</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="width20"><a class="pageref" href="#xd21e4018">159</a></td>
-<td class="width40 bottom">benoemd</td>
-<td class="width40 bottom">benoemt</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="width20"><a class="pageref" href="#xd21e4449">176</a></td>
-<td class="width40 bottom">antwoordden</td>
-<td class="width40 bottom">antwoorden</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="width20"><a class="pageref" href="#xd21e4551">182</a></td>
-<td class="width40 bottom">gemeeen</td>
-<td class="width40 bottom">gemeen</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="width20"><a class="pageref" href="#xd21e5294">207</a></td>
-<td class="width40 bottom">vertrekkken</td>
-<td class="width40 bottom">vertrekken</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="width20"><a class="pageref" href="#xd21e5306">207</a></td>
-<td class="width40 bottom">overaal an</td>
-<td class="width40 bottom">overal aan</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="width20"><a class="pageref" href="#xd21e5353">210</a>,
-<a class="pageref" href="#xd21e5719">227</a></td>
-<td class="width40 bottom">[<i>Niet in bron</i>]</td>
-<td class="width40 bottom">.</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="width20"><a class="pageref" href="#xd21e5429">214</a></td>
-<td class="width40 bottom">wijsste</td>
-<td class="width40 bottom">wijste</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="width20"><a class="pageref" href="#xd21e5710">227</a></td>
-<td class="width40 bottom">wachmen</td>
-<td class="width40 bottom">watchmen</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="width20"><a class="pageref" href="#xd21e5741">229</a></td>
-<td class="width40 bottom">ruituigen</td>
-<td class="width40 bottom">rijtuigen</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="width20"><a class="pageref" href="#xd21e5751">229</a></td>
-<td class="width40 bottom">potswagens</td>
-<td class="width40 bottom">postwagens</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="width20"><a class="pageref" href="#xd21e5793">231</a></td>
-<td class="width40 bottom">dezefve</td>
-<td class="width40 bottom">dezelve</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="width20"><a class="pageref" href="#xd21e5839">234</a></td>
-<td class="width40 bottom">drokke</td>
-<td class="width40 bottom">drukke</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="width20"><a class="pageref" href="#xd21e5870">235</a></td>
-<td class="width40 bottom">angeboden</td>
-<td class="width40 bottom">aangeboden</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="width20"><a class="pageref" href="#xd21e5889">235</a></td>
-<td class="width40 bottom">Prince</td>
-<td class="width40 bottom">Prince-</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="width20"><a class="pageref" href="#xd21e5940">236</a></td>
-<td class="width40 bottom">VI</td>
-<td class="width40 bottom">IV</td>
-</tr>
-<tr>
-<td class="width20"><a class="pageref" href="#xd21e6039">240</a></td>
-<td class="width40 bottom">jedere</td>
-<td class="width40 bottom">jede</td>
-</tr>
-</table>
-</div>
-</div>
-
-
-
-
-
-
-
-<pre>
-
-
-
-
-
-End of the Project Gutenberg EBook of Vijftien dagen te Londen, op het einde
-van 1815., by Defauconpret Auguste-Jean-Baptiste
-
-*** END OF THIS PROJECT GUTENBERG EBOOK VIJFTIEN DAGEN TE LONDEN ***
-
-***** This file should be named 50363-h.htm or 50363-h.zip *****
-This and all associated files of various formats will be found in:
- http://www.gutenberg.org/5/0/3/6/50363/
-
-Produced by Jeroen Hellingman and the Online Distributed
-Proofreading Team at http://www.pgdp.net/ for Project
-Gutenberg in celebration of Distributed Proofreaders' 15th
-Anniversary. (This book was produced from scanned images
-of public domain material from the Google Books project.)
-
-
-Updated editions will replace the previous one--the old editions will
-be renamed.
-
-Creating the works from print editions not protected by U.S. copyright
-law means that no one owns a United States copyright in these works,
-so the Foundation (and you!) can copy and distribute it in the United
-States without permission and without paying copyright
-royalties. Special rules, set forth in the General Terms of Use part
-of this license, apply to copying and distributing Project
-Gutenberg-tm electronic works to protect the PROJECT GUTENBERG-tm
-concept and trademark. Project Gutenberg is a registered trademark,
-and may not be used if you charge for the eBooks, unless you receive
-specific permission. If you do not charge anything for copies of this
-eBook, complying with the rules is very easy. You may use this eBook
-for nearly any purpose such as creation of derivative works, reports,
-performances and research. They may be modified and printed and given
-away--you may do practically ANYTHING in the United States with eBooks
-not protected by U.S. copyright law. Redistribution is subject to the
-trademark license, especially commercial redistribution.
-
-START: FULL LICENSE
-
-THE FULL PROJECT GUTENBERG LICENSE
-PLEASE READ THIS BEFORE YOU DISTRIBUTE OR USE THIS WORK
-
-To protect the Project Gutenberg-tm mission of promoting the free
-distribution of electronic works, by using or distributing this work
-(or any other work associated in any way with the phrase "Project
-Gutenberg"), you agree to comply with all the terms of the Full
-Project Gutenberg-tm License available with this file or online at
-www.gutenberg.org/license.
-
-Section 1. General Terms of Use and Redistributing Project
-Gutenberg-tm electronic works
-
-1.A. By reading or using any part of this Project Gutenberg-tm
-electronic work, you indicate that you have read, understand, agree to
-and accept all the terms of this license and intellectual property
-(trademark/copyright) agreement. If you do not agree to abide by all
-the terms of this agreement, you must cease using and return or
-destroy all copies of Project Gutenberg-tm electronic works in your
-possession. If you paid a fee for obtaining a copy of or access to a
-Project Gutenberg-tm electronic work and you do not agree to be bound
-by the terms of this agreement, you may obtain a refund from the
-person or entity to whom you paid the fee as set forth in paragraph
-1.E.8.
-
-1.B. "Project Gutenberg" is a registered trademark. It may only be
-used on or associated in any way with an electronic work by people who
-agree to be bound by the terms of this agreement. There are a few
-things that you can do with most Project Gutenberg-tm electronic works
-even without complying with the full terms of this agreement. See
-paragraph 1.C below. There are a lot of things you can do with Project
-Gutenberg-tm electronic works if you follow the terms of this
-agreement and help preserve free future access to Project Gutenberg-tm
-electronic works. See paragraph 1.E below.
-
-1.C. The Project Gutenberg Literary Archive Foundation ("the
-Foundation" or PGLAF), owns a compilation copyright in the collection
-of Project Gutenberg-tm electronic works. Nearly all the individual
-works in the collection are in the public domain in the United
-States. If an individual work is unprotected by copyright law in the
-United States and you are located in the United States, we do not
-claim a right to prevent you from copying, distributing, performing,
-displaying or creating derivative works based on the work as long as
-all references to Project Gutenberg are removed. Of course, we hope
-that you will support the Project Gutenberg-tm mission of promoting
-free access to electronic works by freely sharing Project Gutenberg-tm
-works in compliance with the terms of this agreement for keeping the
-Project Gutenberg-tm name associated with the work. You can easily
-comply with the terms of this agreement by keeping this work in the
-same format with its attached full Project Gutenberg-tm License when
-you share it without charge with others.
-
-1.D. The copyright laws of the place where you are located also govern
-what you can do with this work. Copyright laws in most countries are
-in a constant state of change. If you are outside the United States,
-check the laws of your country in addition to the terms of this
-agreement before downloading, copying, displaying, performing,
-distributing or creating derivative works based on this work or any
-other Project Gutenberg-tm work. The Foundation makes no
-representations concerning the copyright status of any work in any
-country outside the United States.
-
-1.E. Unless you have removed all references to Project Gutenberg:
-
-1.E.1. The following sentence, with active links to, or other
-immediate access to, the full Project Gutenberg-tm License must appear
-prominently whenever any copy of a Project Gutenberg-tm work (any work
-on which the phrase "Project Gutenberg" appears, or with which the
-phrase "Project Gutenberg" is associated) is accessed, displayed,
-performed, viewed, copied or distributed:
-
- This eBook is for the use of anyone anywhere in the United States and
- most other parts of the world at no cost and with almost no
- restrictions whatsoever. You may copy it, give it away or re-use it
- under the terms of the Project Gutenberg License included with this
- eBook or online at www.gutenberg.org. If you are not located in the
- United States, you'll have to check the laws of the country where you
- are located before using this ebook.
-
-1.E.2. If an individual Project Gutenberg-tm electronic work is
-derived from texts not protected by U.S. copyright law (does not
-contain a notice indicating that it is posted with permission of the
-copyright holder), the work can be copied and distributed to anyone in
-the United States without paying any fees or charges. If you are
-redistributing or providing access to a work with the phrase "Project
-Gutenberg" associated with or appearing on the work, you must comply
-either with the requirements of paragraphs 1.E.1 through 1.E.7 or
-obtain permission for the use of the work and the Project Gutenberg-tm
-trademark as set forth in paragraphs 1.E.8 or 1.E.9.
-
-1.E.3. If an individual Project Gutenberg-tm electronic work is posted
-with the permission of the copyright holder, your use and distribution
-must comply with both paragraphs 1.E.1 through 1.E.7 and any
-additional terms imposed by the copyright holder. Additional terms
-will be linked to the Project Gutenberg-tm License for all works
-posted with the permission of the copyright holder found at the
-beginning of this work.
-
-1.E.4. Do not unlink or detach or remove the full Project Gutenberg-tm
-License terms from this work, or any files containing a part of this
-work or any other work associated with Project Gutenberg-tm.
-
-1.E.5. Do not copy, display, perform, distribute or redistribute this
-electronic work, or any part of this electronic work, without
-prominently displaying the sentence set forth in paragraph 1.E.1 with
-active links or immediate access to the full terms of the Project
-Gutenberg-tm License.
-
-1.E.6. You may convert to and distribute this work in any binary,
-compressed, marked up, nonproprietary or proprietary form, including
-any word processing or hypertext form. However, if you provide access
-to or distribute copies of a Project Gutenberg-tm work in a format
-other than "Plain Vanilla ASCII" or other format used in the official
-version posted on the official Project Gutenberg-tm web site
-(www.gutenberg.org), you must, at no additional cost, fee or expense
-to the user, provide a copy, a means of exporting a copy, or a means
-of obtaining a copy upon request, of the work in its original "Plain
-Vanilla ASCII" or other form. Any alternate format must include the
-full Project Gutenberg-tm License as specified in paragraph 1.E.1.
-
-1.E.7. Do not charge a fee for access to, viewing, displaying,
-performing, copying or distributing any Project Gutenberg-tm works
-unless you comply with paragraph 1.E.8 or 1.E.9.
-
-1.E.8. You may charge a reasonable fee for copies of or providing
-access to or distributing Project Gutenberg-tm electronic works
-provided that
-
-* You pay a royalty fee of 20% of the gross profits you derive from
- the use of Project Gutenberg-tm works calculated using the method
- you already use to calculate your applicable taxes. The fee is owed
- to the owner of the Project Gutenberg-tm trademark, but he has
- agreed to donate royalties under this paragraph to the Project
- Gutenberg Literary Archive Foundation. Royalty payments must be paid
- within 60 days following each date on which you prepare (or are
- legally required to prepare) your periodic tax returns. Royalty
- payments should be clearly marked as such and sent to the Project
- Gutenberg Literary Archive Foundation at the address specified in
- Section 4, "Information about donations to the Project Gutenberg
- Literary Archive Foundation."
-
-* You provide a full refund of any money paid by a user who notifies
- you in writing (or by e-mail) within 30 days of receipt that s/he
- does not agree to the terms of the full Project Gutenberg-tm
- License. You must require such a user to return or destroy all
- copies of the works possessed in a physical medium and discontinue
- all use of and all access to other copies of Project Gutenberg-tm
- works.
-
-* You provide, in accordance with paragraph 1.F.3, a full refund of
- any money paid for a work or a replacement copy, if a defect in the
- electronic work is discovered and reported to you within 90 days of
- receipt of the work.
-
-* You comply with all other terms of this agreement for free
- distribution of Project Gutenberg-tm works.
-
-1.E.9. If you wish to charge a fee or distribute a Project
-Gutenberg-tm electronic work or group of works on different terms than
-are set forth in this agreement, you must obtain permission in writing
-from both the Project Gutenberg Literary Archive Foundation and The
-Project Gutenberg Trademark LLC, the owner of the Project Gutenberg-tm
-trademark. Contact the Foundation as set forth in Section 3 below.
-
-1.F.
-
-1.F.1. Project Gutenberg volunteers and employees expend considerable
-effort to identify, do copyright research on, transcribe and proofread
-works not protected by U.S. copyright law in creating the Project
-Gutenberg-tm collection. Despite these efforts, Project Gutenberg-tm
-electronic works, and the medium on which they may be stored, may
-contain "Defects," such as, but not limited to, incomplete, inaccurate
-or corrupt data, transcription errors, a copyright or other
-intellectual property infringement, a defective or damaged disk or
-other medium, a computer virus, or computer codes that damage or
-cannot be read by your equipment.
-
-1.F.2. LIMITED WARRANTY, DISCLAIMER OF DAMAGES - Except for the "Right
-of Replacement or Refund" described in paragraph 1.F.3, the Project
-Gutenberg Literary Archive Foundation, the owner of the Project
-Gutenberg-tm trademark, and any other party distributing a Project
-Gutenberg-tm electronic work under this agreement, disclaim all
-liability to you for damages, costs and expenses, including legal
-fees. YOU AGREE THAT YOU HAVE NO REMEDIES FOR NEGLIGENCE, STRICT
-LIABILITY, BREACH OF WARRANTY OR BREACH OF CONTRACT EXCEPT THOSE
-PROVIDED IN PARAGRAPH 1.F.3. YOU AGREE THAT THE FOUNDATION, THE
-TRADEMARK OWNER, AND ANY DISTRIBUTOR UNDER THIS AGREEMENT WILL NOT BE
-LIABLE TO YOU FOR ACTUAL, DIRECT, INDIRECT, CONSEQUENTIAL, PUNITIVE OR
-INCIDENTAL DAMAGES EVEN IF YOU GIVE NOTICE OF THE POSSIBILITY OF SUCH
-DAMAGE.
-
-1.F.3. LIMITED RIGHT OF REPLACEMENT OR REFUND - If you discover a
-defect in this electronic work within 90 days of receiving it, you can
-receive a refund of the money (if any) you paid for it by sending a
-written explanation to the person you received the work from. If you
-received the work on a physical medium, you must return the medium
-with your written explanation. The person or entity that provided you
-with the defective work may elect to provide a replacement copy in
-lieu of a refund. If you received the work electronically, the person
-or entity providing it to you may choose to give you a second
-opportunity to receive the work electronically in lieu of a refund. If
-the second copy is also defective, you may demand a refund in writing
-without further opportunities to fix the problem.
-
-1.F.4. Except for the limited right of replacement or refund set forth
-in paragraph 1.F.3, this work is provided to you 'AS-IS', WITH NO
-OTHER WARRANTIES OF ANY KIND, EXPRESS OR IMPLIED, INCLUDING BUT NOT
-LIMITED TO WARRANTIES OF MERCHANTABILITY OR FITNESS FOR ANY PURPOSE.
-
-1.F.5. Some states do not allow disclaimers of certain implied
-warranties or the exclusion or limitation of certain types of
-damages. If any disclaimer or limitation set forth in this agreement
-violates the law of the state applicable to this agreement, the
-agreement shall be interpreted to make the maximum disclaimer or
-limitation permitted by the applicable state law. The invalidity or
-unenforceability of any provision of this agreement shall not void the
-remaining provisions.
-
-1.F.6. INDEMNITY - You agree to indemnify and hold the Foundation, the
-trademark owner, any agent or employee of the Foundation, anyone
-providing copies of Project Gutenberg-tm electronic works in
-accordance with this agreement, and any volunteers associated with the
-production, promotion and distribution of Project Gutenberg-tm
-electronic works, harmless from all liability, costs and expenses,
-including legal fees, that arise directly or indirectly from any of
-the following which you do or cause to occur: (a) distribution of this
-or any Project Gutenberg-tm work, (b) alteration, modification, or
-additions or deletions to any Project Gutenberg-tm work, and (c) any
-Defect you cause.
-
-Section 2. Information about the Mission of Project Gutenberg-tm
-
-Project Gutenberg-tm is synonymous with the free distribution of
-electronic works in formats readable by the widest variety of
-computers including obsolete, old, middle-aged and new computers. It
-exists because of the efforts of hundreds of volunteers and donations
-from people in all walks of life.
-
-Volunteers and financial support to provide volunteers with the
-assistance they need are critical to reaching Project Gutenberg-tm's
-goals and ensuring that the Project Gutenberg-tm collection will
-remain freely available for generations to come. In 2001, the Project
-Gutenberg Literary Archive Foundation was created to provide a secure
-and permanent future for Project Gutenberg-tm and future
-generations. To learn more about the Project Gutenberg Literary
-Archive Foundation and how your efforts and donations can help, see
-Sections 3 and 4 and the Foundation information page at
-www.gutenberg.org Section 3. Information about the Project Gutenberg
-Literary Archive Foundation
-
-The Project Gutenberg Literary Archive Foundation is a non profit
-501(c)(3) educational corporation organized under the laws of the
-state of Mississippi and granted tax exempt status by the Internal
-Revenue Service. The Foundation's EIN or federal tax identification
-number is 64-6221541. Contributions to the Project Gutenberg Literary
-Archive Foundation are tax deductible to the full extent permitted by
-U.S. federal laws and your state's laws.
-
-The Foundation's principal office is in Fairbanks, Alaska, with the
-mailing address: PO Box 750175, Fairbanks, AK 99775, but its
-volunteers and employees are scattered throughout numerous
-locations. Its business office is located at 809 North 1500 West, Salt
-Lake City, UT 84116, (801) 596-1887. Email contact links and up to
-date contact information can be found at the Foundation's web site and
-official page at www.gutenberg.org/contact
-
-For additional contact information:
-
- Dr. Gregory B. Newby
- Chief Executive and Director
- gbnewby@pglaf.org
-
-Section 4. Information about Donations to the Project Gutenberg
-Literary Archive Foundation
-
-Project Gutenberg-tm depends upon and cannot survive without wide
-spread public support and donations to carry out its mission of
-increasing the number of public domain and licensed works that can be
-freely distributed in machine readable form accessible by the widest
-array of equipment including outdated equipment. Many small donations
-($1 to $5,000) are particularly important to maintaining tax exempt
-status with the IRS.
-
-The Foundation is committed to complying with the laws regulating
-charities and charitable donations in all 50 states of the United
-States. Compliance requirements are not uniform and it takes a
-considerable effort, much paperwork and many fees to meet and keep up
-with these requirements. We do not solicit donations in locations
-where we have not received written confirmation of compliance. To SEND
-DONATIONS or determine the status of compliance for any particular
-state visit www.gutenberg.org/donate
-
-While we cannot and do not solicit contributions from states where we
-have not met the solicitation requirements, we know of no prohibition
-against accepting unsolicited donations from donors in such states who
-approach us with offers to donate.
-
-International donations are gratefully accepted, but we cannot make
-any statements concerning tax treatment of donations received from
-outside the United States. U.S. laws alone swamp our small staff.
-
-Please check the Project Gutenberg Web pages for current donation
-methods and addresses. Donations are accepted in a number of other
-ways including checks, online payments and credit card donations. To
-donate, please visit: www.gutenberg.org/donate
-
-Section 5. General Information About Project Gutenberg-tm electronic works.
-
-Professor Michael S. Hart was the originator of the Project
-Gutenberg-tm concept of a library of electronic works that could be
-freely shared with anyone. For forty years, he produced and
-distributed Project Gutenberg-tm eBooks with only a loose network of
-volunteer support.
-
-Project Gutenberg-tm eBooks are often created from several printed
-editions, all of which are confirmed as not protected by copyright in
-the U.S. unless a copyright notice is included. Thus, we do not
-necessarily keep eBooks in compliance with any particular paper
-edition.
-
-Most people start at our Web site which has the main PG search
-facility: www.gutenberg.org
-
-This Web site includes information about Project Gutenberg-tm,
-including how to make donations to the Project Gutenberg Literary
-Archive Foundation, how to help produce our new eBooks, and how to
-subscribe to our email newsletter to hear about new eBooks.
-
-
-
-</pre>
-
-</body>
-</html>
diff --git a/old/50363-h/images/book.png b/old/50363-h/images/book.png
deleted file mode 100644
index 963d165..0000000
--- a/old/50363-h/images/book.png
+++ /dev/null
Binary files differ
diff --git a/old/50363-h/images/card.png b/old/50363-h/images/card.png
deleted file mode 100644
index 1ffbe1a..0000000
--- a/old/50363-h/images/card.png
+++ /dev/null
Binary files differ
diff --git a/old/50363-h/images/external.png b/old/50363-h/images/external.png
deleted file mode 100644
index ba4f205..0000000
--- a/old/50363-h/images/external.png
+++ /dev/null
Binary files differ
diff --git a/old/50363-h/images/new-cover-tn.jpg b/old/50363-h/images/new-cover-tn.jpg
deleted file mode 100644
index d7dc47c..0000000
--- a/old/50363-h/images/new-cover-tn.jpg
+++ /dev/null
Binary files differ
diff --git a/old/50363-h/images/new-cover.jpg b/old/50363-h/images/new-cover.jpg
deleted file mode 100644
index 0c0b109..0000000
--- a/old/50363-h/images/new-cover.jpg
+++ /dev/null
Binary files differ
diff --git a/old/50363-h/images/titlepage.png b/old/50363-h/images/titlepage.png
deleted file mode 100644
index 7a08358..0000000
--- a/old/50363-h/images/titlepage.png
+++ /dev/null
Binary files differ