summaryrefslogtreecommitdiff
diff options
context:
space:
mode:
-rw-r--r--.gitattributes3
-rw-r--r--8097-8.txt7073
-rw-r--r--8097-8.zipbin0 -> 156935 bytes
-rw-r--r--LICENSE.txt11
-rw-r--r--README.md2
-rw-r--r--old/7rns210.txt7041
-rw-r--r--old/7rns210.zipbin0 -> 160520 bytes
-rw-r--r--old/8rns210.txt7041
-rw-r--r--old/8rns210.zipbin0 -> 160820 bytes
9 files changed, 21171 insertions, 0 deletions
diff --git a/.gitattributes b/.gitattributes
new file mode 100644
index 0000000..6833f05
--- /dev/null
+++ b/.gitattributes
@@ -0,0 +1,3 @@
+* text=auto
+*.txt text
+*.md text
diff --git a/8097-8.txt b/8097-8.txt
new file mode 100644
index 0000000..bb0cafe
--- /dev/null
+++ b/8097-8.txt
@@ -0,0 +1,7073 @@
+The Project Gutenberg EBook of Reize naar Surinamen, en door de binnenste
+gedeelten van Guiana, by John Gabriel Stedman
+
+This eBook is for the use of anyone anywhere in the United States and most
+other parts of the world at no cost and with almost no restrictions
+whatsoever. You may copy it, give it away or re-use it under the terms of
+the Project Gutenberg License included with this eBook or online at
+www.gutenberg.org. If you are not located in the United States, you'll have
+to check the laws of the country where you are located before using this ebook.
+
+Title: Reize naar Surinamen, en door de binnenste gedeelten van Guiana
+ (deel 2)
+
+Author: John Gabriel Stedman
+
+Posting Date: September 26, 2014 [EBook #8097]
+Release Date: May, 2005
+First Posted: July 12, 2003
+
+Language: Dutch
+
+Character set encoding: ISO-8859-1
+
+*** START OF THIS PROJECT GUTENBERG EBOOK REIZE NAAR SURINAMEN, DEEL 2 ***
+
+
+
+
+Produced by Jeroen Hellingman with help of the distributed
+proofreaders team.
+
+
+
+
+
+
+
+
+
+
+
+REIZE NAAR SURINAMEN, EN DOOR DE BINNENSTE GEDEELTEN VAN GUIANA;
+
+DOOR DEN CAPITAIN JOHN GABRIËL STEDMAN.
+
+MET PLAATEN EN KAARTEN.
+
+NAAR HET ENGELSCH.
+
+TWEEDE DEEL.
+
+
+
+
+INHOUD DER HOOFTSTUKKEN.
+
+XI. HOOFTSTUK.
+
+Het Krygsvolk keert naar de Wana-Kreek te rug.--De Pipa.--Gevecht
+tusschen een soldaat en een slang.--De Fesant-vogel van Guiana.--De
+Agamie of Trompetter.--De Muitelingen trekken de legerplaats voorby;
+men vervolgt hen te vergeefs.--Groot gebrek aan water.--Schranderheid
+der Negers.--De Zyde-plant.--Kevers en Insecten.--Bergwerken.--Fraaije
+Kapel.--Het krygsvolk koomt op den post van la Rochelle aan de
+Patamaca.
+
+XII. HOOFTSTUK.
+
+Beschryving van Paramaribo, en van het Fort Zelandia.--De Grow Mouneck
+of graauwe Munnik.--De West-Indische Abricoos-boom.--Verschillende
+zoorten van Oranjeboomen.--De Colonel FOURGEOUD trekt naar de Rivier
+Maroni.--Een Capitain word gewond, en eenige soldaaten gedood.--Vreemde
+straf-öeffening in de hoofdstad.--Het Fort Sommelsdyk.--De wachtpost
+van de Hoop.--Duiven en Tortelduiven.--Groenten en vruchten.--Jacht
+en wildt.--Steenbakkery.--Insecten.
+
+
+XIII. HOOFTSTUK.
+
+Beschryving van eene Suiker-Plantagie.--Huisselyk geluk in
+zekere hut.--Krygs-verrigtingen van den Generaal FOURGEOUD.--De
+Duncane, Igname en Soubacou.--Wreedheden van zommige Opzigters der
+Plantagiën.--Onderscheidene zoorten van visschen.--Misnoegen van
+eenen Capitain der muitelingen.
+
+XIV. HOOFTSTUK.
+
+De Colonel FOURGEOUD keert naar Paramaribo te rug.--Het gevleugeld
+en gewapend Water-hoen van EDWARDS.--Bewys van onkunde in
+een Heelmeester;--van deugd in een slaaf;--van wreedheid
+in eenen Bevelhebber.--De roode Wulp.--De Wesp, Marobonso
+genaamd.--Orange-appelen en Limoenen.--De insecten, Chiques
+genaamd.--Het krygsvolk begeeft zig weder naar de bosschen.--De
+Kibry-Fowlo.--Verscheidene zoorten van wilde varkens.--Mieren.--De
+dans van Loango.--De Toreman.--De Poelsnip van Guiana.--Plantains en
+Bananes.--Manier om te visschen.--Visschen.--Vogelen.
+
+
+XV. HOOFTSTUK.
+
+Indianen, inboorlingen van
+Guiana.--Voedzel,--Wapenen,--Cieradiën,--Optooisels,--Bezigheden,--
+Vermaken,--Driften,--Godsdienst,--Huwelyken,--Begravenissen,
+enz. van deeze Volken.--De Caraïbische Indianen in 't byzonder,
+en hunne koophandel met de Europeanen.--Boomen, Heesters en Planten.
+
+XVI. HOOFTSTUK.
+
+Versterking van krygsvolk, uit Holland aangekomen.--De Goijava-boom,
+en deszelfs vrucht.--Legerplaats by Maagdenberg aan de Tempaty
+Kreek.--Verschillende zoorten van Aapen.--Een zeer maanzieke
+Neger.--Eekhoorntje van Guiana.--Verscheidene zoorten van
+boomen.--Hagedissen.--Bergen van mynstoffen voorzien.--Treffelyke
+gezichten.--De Roucouboom.--Fraaije Kapel.--Palmloom--worm.
+
+XVII. HOOFTSTUK.
+
+Nieuwe wreedheden, nog onmenschelyker, dan alle de
+voorige,--Verschillende zoorten van planten.--Papegaaijen en
+Parkieten.--Surinaamsche Patrys.--Buitengewoone Insecten.--Geiten van
+Guiana.--De Taïbo.--Verscheidene zoorten van visschen.--Groote sterfte
+onder het krygsvolk, het welk zig op de posten aan de Tempaty-Kreek,
+en de Commewyne bevond.
+
+
+XVIII. HOOFTSTUK.
+
+Een Tyger, op de legerplaats gevangen.--De Jaguar.--De Couguar.--De
+Tyger-kat.--De Jaquarette.--Gevecht tusschen eenige afgezondene
+manschappen der Sociëteit en de muitelingen.--Levens-manier van eenen
+Surinaamschen Planter.--Verscheiden zoorten van visschen.--Besmettelyke
+ziekten.--Zelfsmoord.
+
+XIX. HOOFTSTUK.
+
+Optocht van het Krygsvolk naar Barbacoeba, aan de Rivier Cottica.--De
+Palmboom-kool en de Mauricy.--Heete koorts.--Trek van dankbaarheid in
+eenen Engelschen Matroos.--Verscheiden zoorten van Peper.--Citroen-
+en Limoen-boomen.--De Mammy-appel.--Pimpernooten.--Regeering in
+Surinamen.--Honden van Guiana.--Ongemeene trek van edelmoedigheid.
+
+
+
+
+
+
+ELFDE HOOFTSTUK.
+
+Het krygsvolk keert naar de Wana-Kreek te rug.--De Pipa.--Gevecht
+tusschen een Soldaat en een Slang.--De Fesant-vogel van Guiana.--De
+Agamie of Trompetter.--De muitelingen trekken de legerplaats voorby;
+men vervolgt hen te vergeefs.--Groot gebrek aan water.--Schranderheid
+der Negers.--De zyde-plant.--Kevers en insecten.--Bergwerken.--Fraaije
+Kapel.--Het krygsvolk koomt op den post van la Rochelle aan de
+Patamaca.
+
+Den 30sten November 1773, verliet al het krygsvolk den post van
+Jerusalem, en men keerde naar de Wana-Kreek te rug, maar zonder juist
+den weg te volgen, langs welken men gekomen was. De Colonel FOURGEOUD
+herriep intusschen de eerst gegevene bevelen, en stond ons toe hutten
+te maken, om onze hangmatten in dezelve te plaatsen. Wy hadden ons
+dus weinig op dit stuk te beklagen; met de levensmiddelen was het
+geheel anders gelegen.
+
+Wy vervolgden onzen tocht, geduurende drie agter één volgende dagen,
+met vry goed weder; maar alle morgen liet de Colonel my onbarmhartiglyk
+wekken door eene schildwacht, die last had my niet te verlaaten,
+eer dat ik hem antwoord had gegeven.
+
+Den 3den, kwamen wy op nieuw by de Wana-Kreek aan: ik vleide my,
+na eenen moeielyken tocht, met het doorbrengen van eenen gerusten
+nacht myne krachten aldaar te zullen herkrygen; maar ik wierd als
+naar gewoonte wakker gemaakt, en was in zulk een diepen slaap, dat
+men my by den arm moest schudden, om my te doen ontwaaken. De Colonel
+was in zijne hangmat gezeten, met een donderende stem zweerende, dat
+hy allen, die zyne beveelen niet gehoorzaamden, zou doen ophangen,
+of vierendeelen; en het bosch weêrgalmde eenigen tyd van zyn
+geschreeuw. Daar op volgde eene diepe stilte, die ik wel dra door een
+schaterenden lach afbrak: ik was de eenige niet; anderen voegden zig
+by my, en de Colonel begon weder te brullen, zonder de stem van iemand
+te kunnen onderscheiden. Hij wierd wonderbaarlyk geholpen door eene
+groote padde, die men hier Pipa noemt. Dit dier huisvestte in de hut
+van den Commandant, en kwaakte alle nachten op eene vervaarlyke manier.
+
+De Pipa of Pipal gelykt, zoo men zegt, gedeeltelyk naar de kikvorsch,
+gedeeltelyk naar de padden: hy is de grootste onder allen van dit
+laatste zoort, die men in Zuid-America, en misschien in de weereld
+vindt; hy is leelyk, met eene pokächtige huid van een donker bruine
+kleur bedekt, en met onregelmatige en zwarte vlekken geteekend;
+zijne agterpooten zyn plat, van een vlies voorzien, en de klauwen
+zyn langer, dan die van de voorpooten; uit dien hoofde kan hy te
+gelyk zwemmen en springen als een kikvorsch, een voordeel, waar door
+hy van andere padden verschilt. Hij is een weinig grooter, dan een
+gewoone eendvogel, wanneer die geplukt is. Zyn gekwaak, het welk hy
+doorgaans niet dan des nachts laat hooren, is ongemeen sterk. Maar
+het merkwaardigste in dit zoort van gedrocht is de manier, waar op hy
+voortteelt: de jongen zyn besloten in een zoort van zak vol water, die
+op den rug der moeder geplaatst is; aldaar word zy door het mannetjen
+vruchtbaar gemaakt, en aldaar begint ook het aanzyn van de vrucht,
+blyvende daar in tot het oogenblik, dat dezelve genoegzaam gevormd is,
+om 'er te kunnen uitkomen. [1]
+
+De padden zyn niet vergiftig, zoo als men doorgaans gelooft; men kan
+'er zelfs huisdieren van maken. De heer ARSSCOTT heeft 'er jaaren
+lang een opgevoed; [2] de Colonel FOURGEOUD bewaarde de zyne in zyn
+hut, even als een huisdier, geduurende al den tyd, dat wy aan de
+Wana-Kreek gelegerd waaren; en ik zelf heb langen tyd een kikvorsch,
+als een huisdier gehouden.
+
+Maar laaten wy tot myne hangmat, en myn dagverhaal te rug keeren. Het
+gekwaak van deezen Pipal, dat van eene andere padde, die van het
+ondergaan tot het opkomen der zon, aanhoudend riep touck, touck, touck;
+het gebrul der tygers, dat der aapen, de schuiffeling der slangen,
+en een aanhoudende regen, maakten deezen nacht zoo onaangenaam,
+als somber: de opkomende dageraad echter deed my denzelven wel dra
+vergeeten, en ik bevond my zoo wel en zoo te vreden, als men in de
+bosschen van Guiana met mogelykheid zyn konde.
+
+Den 4den, des morgens, ontdekte ik twee fraaije Powesas, op de takken
+van eenen hoogen boom, die naby de legerplaats stond. Aan den Colonel
+verlof gevraagd hebbende, om 'er een te schieten, weigerde hy my
+zulks op eene ruwe wyze, onder voorwendzel, dat de vyand de schoot
+van myn snaphaan zoude kunnen hooren; als of dezelve niet wist waar wy
+waaren. Kort daar na echter, wanneer zig op den top van eenen anderen
+boom een groote slang vertoonde, gaf de Bevelhebber, het zy uit vreeze,
+het zy uit weerzin, last om op hem te schieten. Het dier, den schoot
+ontfangen hebbende, viel op den grond, schoon nog volkomen levendig
+zynde, en kroop dadelyk naar eene dikke doornhage by het magazyn. Ik
+had hier gelegenheid, om de ongemeene onverschrokkenheid van eenen
+soldaat op te merken, die de voetstappen van deezen slang zoetjens
+agter na volgde, en hem van onder de struiken weg trok, beweerende,
+door een zoort van bygeloovigheid, dat de beet hem geen kwaad konde
+veroorzaaken: wat daar ook van zy, de slang, die meer dan zes voeten
+lang was, verhief verscheiden malen den kop en het halve lyf, om hem
+aan te pakken, maar de soldaat deed hem door vuistslagen nederbukken,
+en eindelyk kloofde hy hem met zyn sabel in tweën; het welk een einde
+aan het gevecht maakte.
+
+Vreezende dat ik beschuldigd mogt worden, zoo aanstonds een nieuw
+woord gebruikt te hebben, het geen voor myne lezers waarschynlyk
+onverstaanbaar is, zal ik hun zeggen, dat de Powesas is de Fesant
+van Guiana: het is een zeer fraaije vogel, byna de grootte hebbende
+van een gewoone jonge kalkoen, waar mede hy door zyne pluimaadje,
+en door den smaak van zyn vleesch veel gelykheid heeft. Zyne vederen
+zyn van een schitterende zwarte kleur, uitgenomen onder den buik;
+zyne pooten zyn geel, zyn bek insgelyks, uitgenomen aan de punt,
+alwaar dezelve blaauw en boogsgewyze gekromd is. Hy heeft levendige
+en schitterende oogen, en draagt een kuif van gekrulde vederen van
+een glinsterend zwarte kleur, het geen hem eene onëindige fraaiheid
+geeft. Deeze vogel kan niet ver vliegen; men maakt hem gemakkelyk tam;
+men maakt 'er zelfs een huisdier van, en te Paramaribo verkoopt men ze
+dikwils voor meer dan een guinie het stuk. Ik zal deeze gelegenheid
+waarnemen tot het beschryven van eenen anderen vogel, die aan Guiana
+byzonder eigen is, en Agamie door de Franschen, en Camy-camy in
+Surinamen genoemd word. Hy is, even als de Fesant, ten naasten by van
+de grootte van een jonge kalkoen, maar hy verschilt van dezelve in
+gestalte en in pluimaadje. Zyn lyf, dat geen staart heeft, heeft de
+gedaante van een ey; zyne vederen zyn zwart, uitgenomen op den rug,
+alwaar hy grysächtig is, en onder de borst, alwaar zyne vederen, van
+eene blaauwe kleur, lang zyn en nederhangen, als van den Reiger; zyne
+oogen zyn schitterend, zyn bek is puntig, en van een zee-groene kleur,
+zoo als ook zyne pooten, die hoog zyn, en eindigen met een klauw, waar
+aan vier nagels zyn, drie van vooren, en één van agteren. Deeze vogel
+draagt in dit Land gewoonlyk den naam van de Trompetter, uit hoofde
+van een gezang, het welk hy dikwils doet hooren, en aan het geluid van
+dit speeltuig gelykvormig is. Ik kan met geene zekerheid bepaalen,
+van waar dit geluid koomt, maar zommige Schryvers beweeren, dat het
+van de vorming van zyn bek voortkoomt. Onder al het pluimgedierte,
+is de Trompetter het dier, het welk men gemakkelykst kan tam maken:
+hy is de vriend der menschen, volgt hen, liefkoost hen, en schynt hun
+dezelfde getrouwheid te bewyzen, als de hond: ik heb op verscheidene
+Plantagiën 'er veelen gezien, welken men, even als de Powesas, tot
+huisselyke diensten gebruikte, en met de kalkoenen en ander gevogelte
+te zamen liet eeten. [3]
+
+Den 6den, ontfing ik van Paramaribo zes kruiken rhum, waar van ik
+'er vier aan den Colonel gaf.
+
+Om zes uuren des morgens, gaven twee van onze slaven, die
+Lacanus-boomen waaren gaan hakken, ons bericht, dat een hoop
+muitelingen op den afstand van omtrent een myl van de legerplaats
+was voorby getrokken; dat zy onder het bevel stonden van één hunner
+Capitains, genaamd ARICO, met wien onze beide Negers aan den oever van
+de Cermoetibo-Kreek gesproken hadden, maar dat zy niet konden zeggen,
+welken kant de vyand genomen had, zoodanig waren zy verschrikt. Na
+het bekomen van dit bericht kreegen wy bevel, om hen by het aanbreken
+van den dag te vervolgen. Des anderen daags was mitsdien al het volk
+ten vyf uuren gereed, en na een gedeelte van het zelve te hebben
+agtergelaten, om de krygs- en mond behoeften te bewaaren, rigtten
+wy onzen tocht naar de plaats, alwaar de muitelingen zig vertoond
+hadden. Wy zagen hier een grooten palmboom, die op het water dreef,
+en aan den anderen oever met koorden van heestergewassen was vast
+gemaakt; het geen duidelyk te kennen gaf, dat ARICO en zyn volk de
+Kreek waren overgekomen. Zie hier, hoe de Negers in zoodanig geval
+eene Rivier overgaan: zy plaatsen zig, de één agter den ander,
+op den dryvenden stam van den boom; zomtyds zelfs zetten zy hunne
+kinderen en vrouwen daar op; en de beste zwemmers vergezellen hun,
+en zyn hunne leidslieden.
+
+Schoon de bewyzen van den overtocht der muitelingen duidelyk waaren,
+trok de Colonel dezelve echter in twyffel, of liever hy beweerde,
+dat het van hunnen kant slechts eene krygslist was: zy hadden eenige
+manschappen, zeide hy, afgezonden, om den boom aan den oever vast te
+maken, en ons te bedriegen.
+
+Niemand was van dit gevoelen, maar alle redeneeringen der weereld
+werkten daar tegen niets uit. Wy namen dus een weg, die recht het
+tegengestelde was van den weg der muitelingen; namelyk wy trokken
+oostwaarts, daar men hen naar den westkant had moeten vervolgen,
+het geen de Jagers zekerlyk gedaan zouden hebben. In deeze eerste
+richting gingen wy voort tot de aannadering van den nacht, schoon
+men het brood vergeten had, en dat wy den geheelen dag geen enkelen
+drop water hadden kunnen hebben, want wy trokken door zwaar zand
+of Savanen. Na dat wy den weg een weinig rechts af genomen hadden,
+riep een Neger uit, dat wy aan de Wana-Kreek naderden. Ik hoorde dit
+met genoegen; en hem een kalabas en myn fles rhum gegeven hebbende,
+verzogt ik hem derwaarts te gaan, om de kalabas met een mengzel van
+rhum en water te vullen; maar hy maakte het te sterk, zig buiten
+twyffel verbeeldende, dat het daarom beter zyn zoude. Ik had zulk
+een zwaaren dorst, dat ik den drank in eens doorzwolg, zonder dien
+te proeven; dit werkte zeer gezwind, want op het zelfde oogenblik
+was ik naauwlyks in staat my overëind te houden.
+
+Den 9den, na eenen vrugteloozen tocht, kwamen wy weder in onze
+oude legerplaats te rug. De Neger SEPTEMBER, die ons volgde, gelyk
+een herders hond de kudde volgt, wierd aldaar door den Colonel in
+vryheid gesteld. In de daad hy was onvermoeid. Hy zelf doorwaadde
+de Kreek, om 'er den westelyken oever van te bespieden. Des anderen
+daags morgens, liet hy ons wederom onzen knapzak vullen, en geleidde
+ons langs den zelfden weg, beweerende, dat hy den vyand eindelyk
+agterhalen zoude. Vervolgens tot des avonds voortgetrokken zynde,
+bragten wy den nacht in eene oude legerplaats der muitelingen door,
+na den geheelen dag gebrek aan water gehad te hebben.
+
+Den volgenden dag, trokken wy steeds voorwaarts, maar wy vonden nog
+vyanden, nog water. De Officiers en soldaaten begonden te verzwakken,
+en men droeg 'er reeds eenigen in hunne hangmatten. Het was in de daad
+ondraaglyk heet; want wy waaren in het saisoen der droogte. In dit
+uiterste deeden wy een gat graven van zes voeten diep, op welks grond
+men een snaphaan afschoot; oogenblikkelyk kwam 'er een weinig water
+te voorschyn; maar zoo modderig, dat het tot geen gebruik dienen konde.
+
+Wy vervolgden onzen tocht, en sloegen ons neder op eene plaats, alwaar
+de muitelingen voor deezen eenige Plantagiën bebouwd hadden. Het viel
+hard, om geduurende den nacht de ongelukkige soldaaten over dorst te
+hooren klagen. De Colonel echter bleef, tot den derden dag, 'er by,
+om verder voort te trekken, in de hoop van eenige kreek of beek te
+ontmoeten, en den algemeenen dorst te lesschen. Maar hy wierd in
+zyne verwagting bedrogen; want den 12den, tot op den middag door de
+brandende zand-woestynen heen getrokken hebbende, bezweek hy zelf met
+veele anderen, die door een aanhoudenden en verteerenden dorst waaren
+ter neder geslagen. Het was nog een geluk voor ons, dat de muitelingen
+ons in deeze gesteldheid niet aantastten. Het was ons ondoenlyk geweest
+den minsten tegenstand te bieden: de grond was bezaait met elendigen,
+die door eene brandende koorts gefolterd wierden. De Colonel zelf
+was hopeloos; zyne tong verdroogde in zyn mond, en zyne lippen waaren
+geheel zwart; zulk een bitter lyden verduurde hy. In deezen staat konde
+ik, hoe weinig hy het ook verdienen mogt, myn mededogen niet weigeren.
+
+Intusschen aten eenige soldaaten by aanhoudenheid van hun gezouten
+varkens-vleesch; anderen trokken elkander vier aan vier voort, en
+zogten eenige droppelen daauw, op bladeren van boomen verspreid. Wat
+my betreft, ik ondervond tans, voor welken yver een Neger, die door
+zynen meester wel behandeld word, vatbaar is. In deeze algemeene
+behoefte, bood de myne my een kalebas vol water aan, zoo goed als
+ik het in myn leven gedronken heb. Het was niet dan met de grootste
+moeite, dat het hem gelukte dit water van de bladen van eenige wilde
+pynboomen te haalen: zie hier, hoe deeze bewerking geschied.
+
+Men houdt de plant in de eene hand, en in de andere een sabel of mes,
+waar mede men de plant beneden de bladen afsnydt. Vervolgens plaatst
+men onder de opening een kalebas of een glas, en het water loopt
+'er zuiver, fris, en zomtyds in eene groote hoeveelheid in. De bladen
+van de plant, dit water in het regen-saisoen opvangende, brengen het
+door derzelver canaalen als in een vergaarbak. Zommige Negers vonden
+ook gelegenheid om door middel van water-willigen hunnen dorst te
+lesschen; maar dit was voor eene door dorst versmagte krygsbende
+niet voldoende. De water-willige is een zeer sterk heester-gewas,
+zynde een zoort van wynstok, en alleenlyk in zandige landstreeken
+groeiende: men snyd dezelve met den sabel in langwerpige stukken,
+en dadelyk neemt men 'er een in den mond. Deeze plant verschaft op
+die manier een frisschen, aangenaamen en gezonden drank, die in de
+brandende bosschen van Guiana van groote nuttigheid is.
+
+De Voorzienigheid my dit hulpmiddel gelukkiglyk hebbende toegezonden,
+konde ik myne eerste gemoeds-beweging niet wederstaan, en ik deelde
+'er den Colonel van meede, wiens ouderdom en zwakheden ten zynen
+voordeele spraken. Hy wierd 'er door verkwikt, en vervolgens besloot
+hy, om langs zynen ouden weg te rug te keeren, zonder eenige hoop om
+den vyand te agterhaalen: het volk was zoo afgemat, dat men verscheiden
+soldaaten dragen moest. Als een laatste hulpmiddel, zond de Bevelhebber
+toen eenen Neger uit de Volkplanting de Berbices, genaamd GAUSARIE,
+af, om geduurende onzen te rug tocht moeite tot eenige ontdekking te
+doen. Den zelfden weg hernomen hebbende, kwamen wy op eenen korten
+afstand van de put, welke wy des avonds te vooren gegraven hadden. In
+de gedachten zynde, dat dezelve tans helder water in zig bevatten
+moest, zond ik mynen Neger QUACO derwaarts, om eene van myne flesschen
+te vullen, eer dit water troebel gemaakt wierd; en dit deed hy. Maar,
+toen hy daar mede naar my te rug kwam, ontmoette hy den Colonel, die
+met zyn snaphaan de fles in stukken sloeg, en aan twee mannen bevel
+gaf, om zig als schildwachten by de put te plaatsen, willende het
+water voor zig zelven, en voor zyne vrienden bewaren. Dewyl echter
+in zulk eene omstandigheden de onderwerping ophield, bukten de beide
+schildwachten in de put, met het hoofd naar beneden. Hun voorbeeld
+wierd oogenblikkelyk door verscheidene andere soldaaten gevolgd, en
+dit water veranderde wel dra in eene modderpoel, die tot niets meer
+dienstig was. Na dat wy onze hangmatten aan boomen hadden opgehangen,
+verdeelde men onder ons allen, zonder onderscheid, een weinig van
+zekeren sterken drank, genaamd kill-devel; maar ik dronk nimmer daar
+van, en liet myn aandeel voor mynen getrouwen QUACO. De Colonel dit
+vernomen hebbende, liet hem het glas uit de handen rukken, om het geen
+er in was, weder in de kruik te gieten, my toevoegende: "dat vermits
+ik van dien drank niet dronk, ik 'er niet van hebben moest." Ik was
+verontwaardigd over zyne ondankbaarheid; en den zelfden avond een
+volle fles van dit zoort van drank gevonden hebbende, gaf ik die aan
+mynen Neger.
+
+Omtrent middernacht ontdekten wy, by toeval water. Onuitspreeklyk
+verkwikkend was dit voor ons! het verdiende den voorrang boven den
+besten wyn: ik zal nooit vergeeten, met welk genoegen ik 'er van
+dronk. Ieder leschte zynen dorst naar wensch; en de Colonel liet
+toen een groot vuur aanleggen, om zyne avond-maaltyd gereed te maken;
+maar hy verbood, aan wien 't ook wezen mogt, dit insgelyks te doen. Hy
+stond zelfs niet toe om een stok te snyden, en men was dus genoodzaakt
+het gezouten ossen en varkensvleesch rauw te eeten. Myn aandeel aan
+een zoort van wandelstokjen geregen hebbende, kroop ik zachtkens
+naar het vuur van den Bevelhebber, om aldaar dit vleesch te braden;
+intusschen maakte de Neger, die hem tot kok diende, my zeer spoedig
+willende helpen, eenig gerucht, en deed hem ontwaaken; maar ik, om
+te beletten, dat hy my niet zag, pakte my weg, na myn stuk vleesch
+in zyne ketel geworpen te hebben.
+
+Na verloop van eenige minuuten, wende hy voor, dat men in weêrwil
+zyner beveelen hout gesneden had. Ik vernam dit, en vreezende dat
+hy eenig geweld mogt aanrechten, begaf ik my zachtkens naar zyne
+hangmat, en verzekerde hem, dat al het volk in diepen slaap was. Hy
+veinsde my niet te herkennen, en my by de hairen nemende, gaf hy
+een verschrikkelyken gil. Het gelukte my hem te ontsnappen, en my in
+veiligheid te stellen; echter riep hy uit: "schiet op hem! schiet op
+hem!" het welk onze geheele legerbende vermaakte. Mynen Neger gevonden
+hebbende, liet ik hem dadelyk myn eeten haalen; hy ging in alleryl
+derwaarts, en bragt my een stuk ossen-vleesch weêrom, het welk tien
+maalen grooter was, dan het geen ik gegeven had; ik bewaarde het,
+en had het genoegen, om 'er de ongelukkige slaven op te onthaalen:
+dus eindigde deeze elendige dag.
+
+Den 13den, kwamen wy weder aan de Wana-Kreek. Wy waren, door zoo veel
+nutteloos lyden, onuitspreekelyk vermoeit.
+
+Alhier onthaalde de Colonel zyne vrienden op myn rhum, en in myne
+tegenwoordigheid, maar zonder my een enkelen droppel 'er van aan te
+bieden. Ik vond op deeze zelfde plaats een brief, gedagteekend uit
+Ceylon, in de Oost-Indiën: deeze was aan my gezonden, door één myner
+naastbestaanden, den heer ARNOLDUS DE LY, Gouverneur van Punta de
+Galo en Matury, die my nodigde om by hem te komen, en my verzekerde,
+dat myn fortuin dan gemaakt zoude zyn. Myn kwaade planeet gedoogde
+dit niet; ik oordeelde my zelven onëer aan te doen, met in zoodanig
+tyds-gewricht den dienst te verlaten.
+
+De Neger GAUSARIE kwam den 14den te rug, en verklaarde niets gezien
+te hebben.
+
+Den 15den, werd eenig krygsvolk, bestaande uit twee Capitains, twee
+Lieutenants, en vyftig soldaaten, naar de Rivier Maroni afgezonden,
+om aldaar den Capitain FREDERIK op te zoeken, die, aan het hoofd van
+vyftig andere manschappen, den 20sten der laatst voorgaande maand
+vertrokken was, en van wien men niet meer had hooren spreken, het
+geen groote bekommering veröorzaakte.
+
+De wachtpost van Vrydenburg, aan de Maroni, bestaat in een vierkant
+stuk grond, bedekt met huizen van Latanus-boomen hout gebouwd,
+waar van de bosschen van Guiana overvloeijen, en met goed paalwerk
+omringd. 'Er is een wacht aan de buiten-kant, en aan de vier hoeken
+vier schilderhuizen voor de schildwagten. Deeze post, door verscheide
+stukken geschut verdedigd, is in het midden van een ledig plein gelegen
+aan de oevers der Rivier, alwaar men ook een vlag ziet. Dezelve heeft
+gemeenschap met de Fransche wachtpost aan de overzyde, en beide leggen
+op een korten afstand van den mond der Maroni. Om daar van een juister
+denkbeeld aan den lezer te geven, heb ik dezelve afgeteekend, gelyk
+mede die van de Wana-Kreek, welke, schoon aangenaam voor het gezicht,
+nier minder doodelyk was voor een groot aantal van ons volk.
+
+In de afteekening der Wana Kreek worden de drie legerplaatsen
+onderscheidentlyk vertoond. Aan beide zyden, ziet men die van den
+Colonel FOURGEOUD, en van wylen den Major RUGHCOP; in het midden, en
+lynrecht in 't gezicht van den mond deezer Kreek, is de legerplaats
+der Neger-Jagers.
+
+Den gemelden 15den, liet men vaartuigen vertrekken, om de zieken weg
+te brengen, en krygsbehoeften aan te voeren. De geheele legerbende
+wierd toen door eene zwaare ziekte, een roode loop, aangetast, die
+een groot getal menschen in 't graf sleepte. Al wat wy doen konden,
+bestond daar in, dat wy, op hoop van goeden uitslag, braak- en andere
+geneesmiddelen aan de zieken toedienden: wy hadden geene Chirurgyns; zy
+waaren allen in de hospitaalen aan de Commewyne of op Paramaribo bezet.
+
+De arme slaaven vooral verwekten deernis. Zy waaren, zoo als ik gezegd
+heb, op eene halve portie eeten gezet, en zedert omtrent twee maanden,
+leefden zy van kool van palmboomen, graanen, en wilde wortelen:
+hier aan moet men de besmetting toeschryven, die de legerbende
+verwoestte. Deeze ongelukkige Negers waren zoo uitgehongerd, dat zy
+koorden of banden van heestergewassen om hunne lendenen bonden, volgens
+de gewoonte der Indianen, die zig op deeze wyze den buik toebinden,
+wanneer hen de honger kwelt, en welke vermeenen of zig inbeelden,
+dat het lyden door de drukking minder word. Ik ontsnapte echter,
+met eenige anderen, aan de besmetting; maar ik was buiten staat om
+te gaan, uit hoofde van eene zwaare zwelling aan één myner voeten,
+een ongemak, het geen men hier consaca noemt, en zeer gelykvormig is
+aan het geen wy in Europa onder den naam van bevriezing kennen, en
+het welk eene groote jeukte veröorzaakt, vooral tusschen de vingers,
+waar uit water zypert.
+
+De Negers zyn aan dit ongemak zeer onderworpen; zy geneezen het zelve,
+door een citroen- of limoen-schil, zoo heet, als zy die veelen kunnen,
+op de huid te leggen.
+
+Ik heb dikwils reden gehad, om van onze mondbehoeften te spreken,
+welke bestonden in gezouten ossen- en varkens-vleesch, en in bischuit,
+waar van men ons alle vyf of zes dagen onze portie toedeelde. De twee
+eersten hadden, na hun vertrek uit Ierland, misschien reeds de weereld
+rond gereisd. Zy waren toen zoo groen, zoo slymerig, zoo stinkend,
+en zomtyds zoo vol wormen, dat ik ze op andere tyden niet in myn maag
+zoude hebben kunnen verdragen.
+
+Ik gaa tans over tot ons reistuig. Deszelfs beschryving zal my niet
+veel tyd kosten; want het bestond, voor elken Officier, slechts in
+een koffer, of vierkante kist, waar in hy zyn linnen, zyn verschen
+voorraad, en zyn sterken drank, wanneer hy die had, wegsloot. Deeze
+kisten dienden ons tevens tot stoelen en tafels in het veld: op de
+tochten, droegen de Negers dezelve op hun hoofd. Ik moet bovendien
+aanmerken, dat wy na zes uuren des avonds nooit vuur hadden; wy kenden
+dan alleenlyk het maanlicht, het welk voor ons eene zeer treurige
+vertooning maakte.
+
+Ik had noch bord, noch schotel, noch lepel, noch vork: de kalebas van
+eenen Neger vervulde my de plaats van de twee eerstgemelde. Zelden
+had ik een vork van nooden, en nog minder een lepel. In plaats van
+dezelve, bediende ik my van een breed omgebogen blad, zoo als de
+Slaven doen. Elk droeg een mes in zyn zak. Ik trachte eindelyk my
+een lamp te maken van een gebroken fles; ik deed daar in een weinig
+varkens-vet in plaats van oly, en ik scheurde een stuk van myn hembd,
+om 'er een lemmet van te maken. De nood, zegt men, maakt vernuftig,
+en in zulk een staat als de onze valt men niet kiesch. In de daad,
+indien ik op dit oogenblik gehad had, het geen ik in voorige tyden
+wegsmeet, zoude ik God gedankt hebben.
+
+Van vernuft sprekende, moet ik niet vergeten het fraay mandwerk,
+het welk de Negers in groote meenigte in het veld maakten. Ik maakte
+dit zelf ook, volgens hunne onderrigtingen, en ik zond 'er een aantal
+van ten geschenke aan myne vrienden op Paramaribo. Het word gemaakt
+van een zoort van houtachtig en sterk koord, het welk men in den
+bast van den kool-boom vindt. Die men tot het quadrille-spel maakt,
+zyn zeer fraay. Andere zyn geschikt om 'er vrugten en groenten in te
+bewaaren; men vlegt dezelve met een zoort van biezen, warimbo genaamt,
+welke men splyt, en 'er de merg uit haalt. Men maakt ze ook vry goed,
+met dunne koorden van heestergewas. De Negers maken ook fraaye netten
+van een zoort van zyde plant.
+
+Het is een zoort van Aloë, die in de bosschen groeit. De bladen 'er
+van zyn getand, stekelachtig, en bevatten, over derzelver geheele
+lengte, kleine witte vezelen, welke men even als de hennip slaat, en
+laat rotten. Deeze vezelen dienden ons om touw te maken, veel sterker
+dan eenig touw in Europa. Het zoude zeer geschikt zyn voor de schepen,
+maar het is aan eene zeer schielyke verrotting onderhevig. Dit zoort
+van hennip gelykt zoo sterk naar de witte zyde, dat de invoer daar
+van in verscheiden Landen verboden is, uit vreeze dat men 'er by
+verkoop bedrog mede plegen zoude. De Indianen noemen deeze plant
+curetta, en in Surinamen noemt men ze doorgaans Indiaansche zeep;
+zy schynt dezelfde te zyn, als de zeepboom, om dat ze eene zachte
+zelfstandigheid voortbrengt, welke even als de gewoone zeep tot
+wassching dient, en door de Negers en verscheiden inwooners tot dit
+einde gebruikt word. Men vind ook in de bosschen een andere zoort van
+plant van dezelfde gedaante als deeze, welke de Negers baboun knify
+(apen mes) noemen, en die het vleesch tot op het been doorklieft. Ik
+heb 'er zelf de proef van genomen, maar zonder nadeelig gevolg.
+
+In het tydstip, waar van ik tans spreek, hadden alle de soldaaten
+gebrek aan koussen, schoenen en hoeden. De Colonel, om een voorbeeld
+van lydzaamheid te geven, en morringen voor te komen, liep een geheelen
+dag blootsvoets voor het volk uit. Ik had hier in een voorrecht boven
+alle anderen. Myne gewoonte, om zonder koussen of schoenen te gaan,
+had my de huid verhard. 'Er was toen onder ons volk geen enkele,
+die een lid aan zyn lichaam had, dat volmaakt gezond was: het gebrek
+van zindelykheid was 'er voornamelyk oorzaak van; zulks verwekte zeer
+dikwils zweeren, welke aan hun, wien men in tyds de afzetting niet
+doen konde, den dood veroorzaakten. Deeze waaren de kwaalen, waar
+mede wy te worstelen hadden, maar hoe groot die ook waren, zy waren
+slechts de voorloopers van de geene, die ons nog te wagten stonden.
+
+Ik ontfing toen een beste ham en een douzyn flessen Porto-wyn, welke
+de Capitain VAN COEVERDEN my zond. Ik hield 'er vier van, welke ik
+met de andere Officiers uitdronk, en gaf de overige aan den Colonel,
+die door vermoeing uitgeput was. Des anderen daags, den 29sten, had ik
+de eer het bevel te ontfangen over eene wacht, benevens den Capitain
+BORGNES, en veertig mannen, om pogingen te doen tot het vangen der
+Negers, welke drie weken te vooren de Kreek waren overgetrokken.
+
+Na de Rivier in een vaartuig afgezakt te zyn, en in het zelve vaartuig
+den nacht te hebben doorgebragt, stapten wy des anderen daags morgens
+aan land, en trokken noordwest-waarts voort; maar geen kompas hebbende,
+verdwaalden wy wel dra van onzen weg. Eene groote Savane doorgetrokken
+zynde, hingen wy onze hangmatten aan den kant van een dik en eenzaam
+bosch op. Den 31sten, vervolgden wy den zelfden weg, in de hoop van
+aan de boomen de kenbaare teekens van den doortocht van eenigen van ons
+krygsvolk te zullen ontdekken. In een moeras gegaan zynde, waadden wy
+daar in tot op den middag, hebbende zomtyds het water tot aan de kin,
+en zynde in gevaar van te verdrinken: eindelyk geheel doorweekt, en
+onze kleederen aan flarden zynde, waren wy genoodzaakt langs onzen
+ouden weg te rug te keeren. Na een gedwongen marsch, hielden wy op
+nieuw halte aan de oevers van de Cormoetibo-Kreek. 'Er viel zulk een
+zwaare regen, dat ik my niet herïnnere immer een zwaarer gezien te
+hebben: dezelve duurde den geheelen nacht, en veröorzaakte zoo veel
+verwarring en wanörde door de overyling, waar mede zig elk van eene
+schuilplaats voorzag, dat ik eene kneuzing aan het hoofd kreeg. Ik
+ging niettemin voort, met my spoedig eene verblyfplaats te bezorgen,
+en ik was de eerste in myne hangmat, waar boven ik een overdek van
+bladeren maakte; omtrent onder dezelve, leide ik een goed vuur aan,
+en viel in diepen slaap te midden van den rook, die my voor het
+steeken der muggen bewaarde.
+
+Van insecten sprekende, moet ik niet vergeten, dat deezen avond een
+Neger, die droog hout was gaan zoeken, my tot myne groote verwondering,
+een Kever aanbood, die niet minder dan drie of vier duimen lang,
+en meer dan twee duimen breed was. Men noemt hem in Surinamen den
+Rinoceros, uit hoofde van zyn Olyfants snuit, die omgebogen en
+gespleeten is, en de dikte heeft van een groote ganzen veder. Dit
+dier heeft op den kop verscheide harde en gladde verhevenheden; hy
+heeft zes ledematen; zyne vleugels zyn breed, en zyn geheele lyf is
+volmaakt zwart: hy is de grootste van alle de Amerikaansche Kevers.
+
+'Er is ook in Guiana een ander insect van dit zoort, genaamd het
+vliegend Hart, uit hoofde van zyne hoorns, die naar de hoornen van
+een hart gelyken: beiden vliegen met een ongemeen gebrom, en zyn zoo
+sterk, dat weinige vogelen hen durven aanpakken. Een der grootste
+ongemakken, die wy in het bosch ondervonden, wierd veroorzaakt door
+een vlieg, zoo groot als een bye, en wier steek byna even geducht
+is. Ik kan dezelve niet beter vergelyken, dan by het diertjen, dat
+wy in Engeland de Vlieg-Spinnekop noemen.
+
+Na zes of zeven uuren lang, in weerwil van den regen, de rook, de
+muggen, en myne bekomene kneusing, vast geslapen te hebben, ontwaakte
+ik zeer verfrischt ten vyf uuren des morgens, en ten zes uuren traden
+wy het jaar 1774 in, vaarende langs den oever der Cormoetibo-Kreek
+tot op den middag, wanneer wy in de algemeene legerplaats aankwamen,
+aan den mond van de Wana-Kreek, na een zeer nutteloozen tocht, als
+naar gewoonte.
+
+Den 3den, zagen wy, tot ons groot genoegen, den Capitain FREDERIK
+wederom, met zyne krygsbende, die eenen Neger, CUPIDO genaamd,
+gevangen met zig bragt. De Capitain verhaalde ons, dat een arme
+soldaat van 's Compagnies krygsvolk, ter dood veroordeeld zynde,
+vergiffenis van hem ontfing, op het oogenblik, dat hy op de kniën
+lag om doodgeschoten te worden, en dat de ontsteltenis, die hem zulks
+veroorzaakte, hem het verstand deed verliezen.
+
+De Colonel FOURGEOUD, toen besloten hebbende deezen veldtocht te
+eindigen, zond eene krygsbende van zestig mannen vooraf, om naar de
+Patamaca-Kreek op kondschap uit te gaan.
+
+Ik waschte nu myn hembd in de Wana-Kreek: dit was het laatste dat ik
+had, en ik was verpligt my te baden, tot dat het droog was. Ik had
+naar Paramaribo om ander linnen geschreven; maar myn brief kwam niet
+te recht, en alles, wat ik had medegebragt, was aan flarden.
+
+Den 4den January, des morgens ten tien uuren, waaren wy gereed om op te
+breken. De zieken in vaartuigen naar Devil's Harwar gezonden hebbende,
+staken wy eindelyk de Cormoetibo-Kreek over, en wy trokken regelrecht
+zuidwaarts aan, om de Patamaca te bereiken. Op onzen tocht trokken
+wy voor by steile bergen, met steenen bedekt, en met myn stoffelyke
+zelfstandigheden bezwangerd. De ligging deezer bergen, die niet
+meer dan twintig mylen van den Oceaan gelegen zyn, wederspreekt de
+waarneemingen van Dr. BANCROFT, die beweert, dat men dezelve in dit
+Land niet ziet, dan op den afstand van meer dan vyftig mylen van de
+Zee. Des avonds sloegen wy ons neder aan den voet van eenen anderen
+zeer hoogen berg, alwaar wy een kleine beek van goed water en Latanus
+boomen vonden, het geen voor ons twee gewichtige punten uitmaakte. Het
+was in de daad merkwaardig, en zelfs zeer fraay, een soort van stad van
+boomloof te zien, die zig in een uur verhief op een grond, alwaar te
+vooren niets was. Een oogenblik daar na waaren de vuuren aangestoken:
+de een kookte 'er zyn eeten op, de ander droogde 'er zyne kleederen by.
+
+Deezen nacht echter wierd het geheele leger aangetast door een loop,
+veroorzaakt door het water, het welk wy hier dronken. Dit water,
+schoon zeer helder, bevatte zoo veele myn-stoffelyke zelfstandigheden,
+dat het den smaak van Bath- of Spa-water had. Deeze omstandigheid
+alleen is genoeg ter aanwyzing, dat men in deeze bergen metaalen
+vinden zoude, indien de Hollanders de noodige kosten doen wilden, om
+'er in te delven.
+
+Den 5den, vervolgden wy onzen tocht steeds over de bergen, waar van
+zommigen zoo steil waren, dat verscheide Slaven met hunne pakken niet
+kunnende opklauteren, dezelve tegen den grond wierpen en wegliepen,
+niet naar den vyand, maar naar hunne meesters, die hun dit ligtelyk
+vergaven: anderen rolden met pak en zak van boven neder.
+
+Des avonds van dien zelfden dag, vonden wy onze huisvesting gereed,
+en wy besloegen de hutten, die men had laten staan, na BONNY en zyn
+volk op de vlucht gedreven te hebben. In de myne vond ik nog een
+zoort van kaars, die vry aartig gemaakt was van wasch van wilde byën,
+en het gedroogd merg van biezen.
+
+De wooning van BONNY had zeer veel gemak; zy was met paalwerk omringd,
+en bestond uit vier zeer nette vertrekken. De Colonel nam aldaar
+zyn intrek.
+
+Den 6den, scheen al het volk uittermaten vermoeit te zyn. De Colonel
+gelastte dienvolgende een dag halte te houden; alleenlyk zond hy den
+Capitain FREDERIK, wien het Land 't best bekend was, met zes mannen
+af, om de oevers van de Claas-Kreek op te zoeken, zynde een zoort
+van vlietend water, het geen zynen oorsprong neemt op de plaats,
+alwaar wy ons bevonden, en in de Cottica uitloopt. Naauwlyks waren
+zy vertrokken, of de oogen van den Colonel by toeval op my gevallen
+zynde, gelastte hy my om hen alleen te volgen, en hem bericht te komen
+brengen, van het geen ik aan de overzyde van den oever ontdekken
+mogt. Ik haalde weldra de afgezondene manschappen in, en na eenige
+oogenblikken te zyn voortgetrokken, slonden wy tot onder de armen
+toe in 't water. FREDERIK gaf toen bevel om te rug te trekken, maar
+ik verzogt hem, om naar my te wagten; waarna ik, mijne kleederen
+uitgetrokken, en myn sabel tusschen de tanden genomen hebbende, de
+Kreek al zwemmende overstak; aan de overzijde gekomen zynde, ging ik
+daar een wyl langs; niets vindende, kwam ik te rug op dezelfde manier,
+en wy kwamen wederom op de legerplaats.
+
+Op den middag, deed ik bericht aan den Colonel, die my voorkwam
+over deeze hoopelooze daad, welke hy niet verwagt had, verwonderd
+te zyn. En ik was het niet minder, wanneer hy my by de hand vatte,
+en aan zynen kamerdienaar gelastte, om my een fles wyn en een stuk
+ham te brengen. Men zal het misschien naauwlyks kunnen gelooven;
+maar het een was zuur, en het ander bedorven: het geschenk egter van
+gelyken aart, het welk ik hem gegeven had, was gezond en gaaf. Zulk
+eene laagheid veröntwaardigde my dermaten, dat ik boos opstond,
+en hem verliet, hem, zyn knecht, zyn wyn, zyn vleesch, en stinkende
+wormen. Ik stilde mynen honger met een stuk bischuit en drooge visch,
+die ik van een Neger kogt.
+
+Den 7den January, trokken wy weder voort. Den zelfden dag vong ik
+één van die fraaije kapellen, waar van ik, by het verhaal van mynen
+tocht naar de Cottica, gesproken heb. Ik zal tans voortgaan met
+hem te beschryven, schoon ik zyn naam niet weet. Van het eene einde
+zyner vlerken tot aan het andere, was hy by de zeven duimen breed;
+alle waaren zy van eene zoo levendige en schitterende blaauwe kleur,
+dat dezelve gelyk stond met het hemelsblaauw op eenen schoonen dag;
+deeze vlerken pronkten met een rand van eene bruine kleur met witte
+vlakken. Ik kan niet nalaaten hier te herhaalen, dat deeze kapel, op
+het groene loof der boomen huppelende, door zijne schitterende kleur
+en grootte eene treffende uitwerking deed. Zoo ik my niet bedrieg,
+behoort hy tot het zoort der Danaï van LINNAEUS. Ik heb zyn popjen
+niet gezien; maar zyne rups, die van eene geelachtig gryze kleur is,
+is zoo dik als de vinger van een mensch, en meer dan vier duimen
+lang. Het is onbegrypelyk, van hoe veele verschillende zoorten
+van kapellen de bosschen van Guiana overvloeijen. Zommige lieden,
+die 'er een kostwinning van maken, met dezelve te vangen, winnen
+'er veel geld mede. Na ze in kleine papiere doosjes met spelden te
+hebben vast gemaakt, zend men ze naar verscheidene kabinetten van
+Europa. Doctor BANCROFT zegt, dat om ze gaaf te houden, men ze met
+terpentyn moet aanraken; maar het is genoeg, dat men in de doos,
+waar in deeze insecten leggen, een stuk campher vast maakt.
+
+Deezen avond lagen wy op eenen kleinen afstand van de Patamaca-Kreek
+gelegerd. Wy vonden aldaar eene arme Negerin, die bitterlyk schreide,
+en als eene offerhande, aan den voet van eenen boom, waar onder
+het lyk van haaren man begraven was, eenige eetwaaren nederleide,
+en water plengde. Deeze man had in eenen slag tegen de Europeanen
+het leven verloren.
+
+De Capitain FREDERIK en ik, in eene zandwoestyn, in den omtrek der
+legerplaats, wandelende, ontdekten hier de pas gezette voetstappen
+van eene groote tygerin, met haar jong, in welk oogenblik dit dier
+zeer verslindend is. Wy begrepen dus, dat het voorzichtig was te rug
+te keeren. Ik nam de maat van den voet der moeder: dezelve was byna
+zoo groot als een gewoone tinne schotel.
+
+Na een tocht van eenige uuren, kwamen wy des anderen daags morgens
+eindelyk op den post van la Rochelle, aan de Patamaca. Wy waren mager,
+uitgehongerd, zwart geworden, verbrand, ongekleed, de meesten zonder
+schoenen en hoeden, en in een staat, zoo als men nimmer iets dergelyks
+gezien heeft. Ik had zelf niet meer dan de helft van myn lange broek,
+en myn eenigste hembd hing gescheurd aan malkander. Wy vonden op
+deezen post eene kleine bende van elendelingen, gereed om het bosch,
+het welk wy verlieten, in te gaan, en die bestemd waren, om, even
+als wy, alle de elenden, die menschelyke schepfels verduuren kunnen,
+door te staan. Ik heb reeds van verscheidene ziekten gesproken, als
+van verschillende zoorten van rooden uitslag, van, rotkoortsen, van
+galkoortsen, van verharde gezwellen, van rooden loop, waar aan men
+in deeze luchtstreek is bloot gesteld. Ik heb gezegd, hoe zeer men
+aldaar geplaagd word door muggen, pattat en scrapat-luizen, mieren,
+wilde byen, heestergewassen en doornen in de bosschen; hoe zeer men
+aldaar te vreezen had voor de kaymans en de pery in de Rivieren;
+hoedanig het gesuiffel der slangen, het gebrul der tygers was;
+welke zandwoestynen, welke diepe moerassen wy doortrokken; welke
+heete dagen, welke vochtige en koude nachten, welke vreesselyke
+slagregens wy doorstonden; welk slecht en slap voedzel men ons gaf;
+en de lezer staat buiten twyffel verstomd, dat iemand zulke wreede
+beproevingen heeft kunnen, overleven. Hoe lang die lyst ook zy,
+verklaar ik egter, dat ik, uit vreeze van langwylig te worden,
+een gebrek, waar aan ik misschien reeds schuldig ben, veele andere
+onheilen, die ons drukten, heb overgeslagen. Ik zoude nog hebben
+kunnen spreken van een onëindig getal kleine slangen, hagedissen,
+scorpioenen, sprinkhaanen, spinnekoppen, wormen, duizendpooten,
+en zelfs vliegende luizen, waar van de reiziger gevaar loopt om elk
+oogenblik van één gereten of gestoken te worden; maar ik bewaar die
+beschryving tot eene andere gelegenheid.
+
+Men zal zig een denkbeeld kunnen vormen van, den honger, die ons
+by onze komst alhier verslond, wanneer ik verhaald zal hebben, dat
+ik eene Negerin gezien hebbende, die van zekere groove spys haare
+maaltyd hield, haar een halve kroon toewierp, de schotel uit haar hand
+rukte, en het geen 'er op was met meer smaak opslokte, dan ik immer
+de lekkerste spys bereiding genuttigd heb. Ik deed tans den Colonel
+FOURGEOUD opmerken, hoe aangenaam het zyn zoude, wanneer hy zyne overig
+zynde soldaten op groenten, versch ossen- en schapen-vleesch onthaalde,
+zoo wel als dat hy hun van koussen, schoenen en hoeden voorzag; maar
+hy antwoordde my, dat de lekkernyen van Capua het leger van HANNIBAL
+bedorven hadden; hy scheen my toe in het begrip te staan, dat zy,
+die als hoopeloozen vechten, menschen zyn, die 't leven moede zyn.
+
+Den 11den, kwam het krygsvolk aan, het welk de Wana-Kreek een dag voor
+ons verlaten had; en, als naar gewoonte, hadden zy niemand gevangen
+genomen, noch zelfs gezien.
+
+Den 12den, kwam één der muitelingen met zyn wyf, aan den post
+van la Rochelle, en zy gaven zig aan den Bevelhebber vrywillig
+over. Den zelfden dag kreeg ik verlof, om, wanneer ik het verkoos,
+naar Paramaribo te gaan, om my te herstellen. Ik was over dit
+verlof verblyd, en maakte my met eenige andere Officiers gereed om
+te vertrekken. Wy lieten den Colonel agter ons aan het hoofd van
+eene krygsbende, waar van de beste uit den hoop een Pagters kar in
+Engeland ontcierd zoude hebben. Eindelyk kwam het verlangde uur, en
+ik was de vyfde, die in een overdekt vaartuig trad, het welk door zes
+roeiers wierd voortgeroeit, om my naar de hoofdstad der Volkplanting
+te begeven. Ik was steeds welvarende, wel gemoed en vol vreugde.
+
+Ik vond op Devil's Harwar eene kleine bezending van thee, koffy,
+beschuit, boter, suiker, limoenen, rhum, en twintig flessen goeden
+wyn, die myne vrienden van Paramaribo my naar den post van la Rochelle
+toezonden. Ik zond dezelve niet te rug, en in weerwil der onwaardige
+behandelingen van den Colonel, maakte ik 'er hem een geschenk van,
+uitgenomen echter twaalf flessen, die wy, op de gezondheid onzer
+vrouwen of minnaressen, in het vaartuig uitdronken. Ik konde my niet
+wederhouden den Bevelhebber te beklagen, wiens ouderdom (hy was een
+man van by de zestig jaaren,) en werkzaamheid, in allen gevalle zeer
+veel achting verdienden. Schoon hy op deezen, tocht zeer weinige
+muitelingen had gevangen genomen, had hy echter het bosch van de
+Commewyne tot den mond der Wana-Kreek gezuiverd; hy had de vyanden
+uit één gedreven, hunne wooningen vernield, hunne velden verwoest,
+en alle hereeniging van de verschillende partyen der muitelingen belet.
+
+Wy kwamen den 13den des avonds op de Plantagie myn Genoegen, alwaar
+wy de avond maaltyd hielden. Van daar zetteden wy onze reize dag
+en nacht voort, onzen tyd met zingen en lachen doorbrengende,
+tot den 15den op den middag, wanneer wy, onder begunstiging van
+het vallend water, aan het Fort Amsterdam aankwamen. Vervolgens de
+Rivier oversteekende, stapten wy aan land voor het huis van den heer
+DELAMARE, te Paramaribo. Ik bleef in 't eerst aan den oever staan,
+alwaar een groot getal myner vrienden my omärmden, en my met myne te
+rug komst in de stad geluk wenschten.
+
+Myne eerste zorge was, om myne geliefde JOANNA te laten haalen, die,
+toen ze my zag, in traanen weg smolt: dit was zoo wel uit vreugde dat
+ik nog leefde, (men had gezegd, dat ik dood was,) als uit aandoening
+over den deerniswaardigen staat, waar in ik my bevond. Dus eindigde
+myne tweede veldtocht, waar van het verhaal dit Hooftstuk besluiten
+zal.
+
+
+
+TWAALFDE HOOFTSTUK.
+
+Beschryving van Paramaribo, en van het Fort Zelandia.--De Grow-Mouneck,
+of graauwe Munnik.--De West-Indische Abricoos-boom.--Verschillende
+zoorten van Oranje-boomen.--De Colonel FOURGEOUD trekt naar de Rivier
+Maroni.--Een Capitain word gewond, en eenige soldaaten gedood.--Vreemde
+straf-oeffening in de hoofdstad.--Het Fort Sommelsdyk.--De wachtpost
+van de Hoop. Duiven en Tortelduiven.--Groenten en vruchten.--Jacht
+en wildt.--Steenbakkery.--Insecten.
+
+My thans andermaal te Paramaribo bevindende, zal ik, ter dezer
+gelegenheid, de beschryving deezer aangenaame Stad mededeelen. Ik heb
+reeds gezegd, dat zy aan de fraaije Rivier Surinamen, zestien of agtien
+mylen van derzelver mond, gelegen is. Zy is gebouwd op een zoort van
+steenachtigen zandgrond, met de landen rondsomme waterpas liggende,
+en maakt een langwerpig vierkant van anderhalve myl lang, en ten
+hoogsten een halve myl breed. Alle de straaten zyn volmaakt afgemeeten,
+en beplant met oranjeboomen, palmboomen, tamarinde en limoenboomen,
+die in alle Jaargetyden bloeien, en zig onder het gewicht van geheele
+trossen der geurigste en uitgelezendste vruchten krommen. Men heeft
+hier noch gehouwen, noch gebakken steenen voor de straaten noodig;
+de steenachtige zandgrond is voldoende; dezelve is niet minder,
+dan die der fraaiste tuinen in Europa, en men maakt denzelven nog
+aangenaamer, door dien met zeeschelpen te bestrooijen. De huizen,
+die meerendeels twee, en zomtyds vier verdiepingen hebben, zyn,
+eenigen uitgezonderd, van zeer fraay hout gebouwd. De grondvesten
+der gebouwen zyn byna allen van gebakken steen; en kleine gekloofde
+planken bedekken de daken in plaats van pannen. Men ziet zeer zeldzaam
+glaaze raamen in dit Land; het glas verwekt 'er te veel warmte,
+en men gebruikt in plaats van dien, raamen van gaas. Eenige huizen
+hebben windluiken of blinden, die men van zes uuren des morgens tot
+zes uuren des avonds open houdt. Wat schoorsteenen betreft, ik heb
+'er geen enkele in de geheele Volkplanting gezien; men legt geen
+vuur aan, dan in de keuken, die altoos van het woonhuis afgelegen is;
+men legt het daar aan op den grond, en de rook vliegt door een gat,
+in het midden van het dak gemaakt. Deeze houte huizen zyn echter in
+Surinamen zeer duur; het huis, het welk de Gouverneur onlangs had
+laten bouwen, kostte hem meer dan vyftien duizend ponden sterling. In
+de geheele Stad Paramaribo is geen bronwater: elk huis heeft een put,
+in den rotsachtigen grond gegraven, die brak water geeft, alleenlyk
+dienende voor Negers, het vee, enz. Europeaanen hebben regenbakken,
+waar in zy het regenwater tot hun gebruik bewaren: het beste zygt
+door een steen, en valt in groote tonnen, of aarde vaten, door de
+Indianen gemaakt, die dezelve tegen koopwaren verruilen. De inwooners
+van dit Land slapen allen in hangmatten, uitgenomen de Negers, die
+meestal op den grond slapen. De hangmatten van lieden van aanzien,
+zyn van catoene lynwaat, met zeer ryke franjen omzet. De Indianen
+maken die ook, en verkoopen ze zomtyds tot voor dertig guinies. Men
+heeft geene dekens noodig: men behoeft alleenlyk gordynen, om zig
+tegen de muggen te beveiligen. Zommige lieden hebben bedden, met
+gaaze gordynen omringd, welke de lucht vryelyk laaten doorspelen,
+en tegen het kleinste insect veilig stellen. De huizen zyn in 't
+algemeen te Paramaribo luisterryk verciert met schilderyen, glaswerk,
+verguldzels, kristalle kroonen en porceleine potten; de muuren der
+kamers zyn nooit bepleisterd, noch met papieren behangzels overdekt,
+maar overheerlyk beschoten met kostbaar hout.
+
+Men berekent het getal der huizen te Paramaribo op veertien
+honderd. Het voornaamste is het Paleis van den Gouverneur, het welk,
+langs een weg in den tuin, met het Fort Zelandia gemeenschap heeft. Dit
+Paleis, en het huis van den Bevelhebber van het Fort, waaren de eenige
+steene gebouwen in de geheele Volkplanting. Het Stadhuis is een cierlyk
+en nieuw gebouw, met pannen belegt. Aldaar houden de verschillende
+Hoven van Justitie hunne zitting, en daar boven zyn de gevangenissen,
+voor Europeesche misdadigers geschikt, uitgenomen voor krygslieden,
+welken men in het Fort Zelandia gevangen zet. De Protestantsche Kerk,
+alwaar men den dienst in het Hollandsch en Fransch doet, heeft een
+kleine spitse tooren met een uurwerk; de Lutherschen hebben ook
+hunne Kerk; en de Joden bezitten twee Synagogen, eene Portugeesche
+en eene Hoogduitsche. 'Er is in de Stad een groot Hospitaal voor de
+bezetting, en ongelukkig is het nooit ledig. In de Vesting bewaart men
+de oorlogs- en mondbehoeften; de soldaten van 's Compagnies krygsvolk
+zyn aldaar in barakken gehuisvest, en eenige Officiers hebben 'er vry
+goede wooningen. De Stad Paramaribo heeft eene voortreffelyke reede,
+alwaar dikwils, op den afstand van een pistoolschoot van den oever,
+meer dan honderd koopvaardyschepen geankerd liggen. Zelden zyn
+'er minder dan tachtig, geladen met koffy, suiker, cacao, catoen
+en indigo voor Holland; verscheide andere hebben slaven van de kust
+van Africa aangebragt; en zommige eindelyk zyn uit het noorden van
+America, of van de Antillische Eilanden gekomen, om meel, ossen-
+en varkens-vleesch, sterke dranken, gezouten haring en makreel,
+spermaceti-kaarssen, paarden en grof huisraad tegen verschillende
+koopwaaren te verruilen, vooral tegen syroop van suiker (melasse),
+waar van de Americanen rhum maken.
+
+De stad Paramaribo heeft geene vestingwerken; zy paalt ten zuid-oosten
+aan de Rivier Surinamen, die meer dan een myl breed is; ten westen
+aan eene groote zand-woestyn; ten noord-westen aan een ondoordringbaar
+bosch; en het Fort Zelandia verdedigt dezelve ten oosten. Het Fort is
+van de Stad alleenlyk afgescheiden door eene groote vlakte, alwaar het
+krygsvolk de parade doet. Het heeft de gedaante van eene regelmatige
+vyfhoek, en heeft maar ééne poort, die aan den kant van de Stad gelegen
+is: twee van deszelfs bolwerken dekken de Rivier. Het is zeer klein,
+maar sterk tot verdediging, zynde gebouwd van gehouwen of rots-steen,
+en omringd door eene breede gracht, die vol water is, en voor welke
+nog eenige vestingwerken leggen. Ten oosten, en aan de Rivier, is eene
+battery van twintig stukken geschut. Op één der bolwerken is een klok,
+waar op de wachthebbende soldaat met een hamer het uur slaat, het
+welk hem door een zandlooper word aangewezen: op een ander bolwerk,
+steekt men een vlag op, by het naderen van een oorlogschip, of by
+openbaare vreugdebedryven. De muuren zyn zes voeten dik, en hebben
+openingen voor het geschut, maar geene borstweeringen. Ik heb van
+den tyd, dat dit Fort gebouwd is, reeds gesproken.
+
+Paramaribo is eene zeer volkryke stad. Men ziet op byna alle haare
+straaten eene meenigte van Planters, Matroosen, Soldaten, Joden,
+Indianen en Negers. De Rivier is aanhoudend bedekt met kano's en
+vaartuigen, die heen en weder vaaren, even als onze schepen op de
+Theems, en dikwils eene meenigte Musikanten met zig voeren. De schepen
+op de reede, met hunne wimpels verciert, verfraaijen het toneel, het
+welk nog gevoeliger word door de meenigte van jongelingen en jonge
+meisjes, die in het water speelen. De vrolykheid en verscheidenheid van
+deeze voorwerpen weegt eenigermaten tegen de ongemakken der luchtstreek
+op. De kleederen en rytuigen der voornaamste inwoonders zyn waarlyk
+prachtig: de geborduurde zyde stoffen, de Genueesche fluweelen,
+de goude en zilvere boordzels, de diämanten schitteren dagelyks; en
+zelfs de schippers der koopvaardyschepen komen met gespen en knoopen
+van massief goud voor den dag. De tafels zyn niet minder kostbaar;
+men discht op dezelve de duurste en uitgezogtste spyzen op in platte
+schotels, of porceleine vaten, in den eersten smaak, en allerfynst
+gewerkt. Maar niets duidt meer de pracht der Surinaamsche Colonisten
+aan, dan het getal der Slaven, welke men aldaar in dienst houd, en die,
+in zommige huizen, een getal van twintig of dertig bedragen. Zelden
+ontmoet men in deeze Volkplanting blanke dienstboden.
+
+Men vind, te Paramaribo, in overvloed, geslacht vleesch, gevogelte
+van allerlei zoort, wildt en visch. De groenten zyn 'er ook zeer
+overvloedig. Behalven de lekkerste voortbrengzels, die aan deeze
+luchtstreek eigen zyn, voert men aldaar aan het beste, dat Europa,
+Asia, en Africa opleveren. De eetwaaren echter zyn 'er over 't algemeen
+zeer duur, vooral die uit vreemde Landen komen, en door de Joden of
+Schippers verkogt worden. De eersten genieten in deeze Volkplanting
+byzondere voorrechten; de laatsten rigten voor een korten stond
+magazynen op, om 'er de lading hunner schepen in te bergen, terwyl zy
+die wederom met voortbrengzels van het Land beladen. Het tarwe-meel
+word verkocht voor vier stuivers tot een schelling het pond; de boter,
+twee schellingen; het geslacht vleesch, nooit onder een schelling,
+en dikwils anderhalve schelling. Ik heb voor een enkele kalkoen
+anderhalve guinie betaald. De eieren gelden vyf stuivers het stuk;
+de aardäppelen zes stuivers het dozyn; de wyn kost drie schellingen
+de fles; de Jamaicasche rhum een kroon de kruik. De visch en groenten
+zyn goedkoop, en de vruchten byna voor niet. Myn kleine Neger QUACO
+heeft my dikwils veertig oranje-appelen voor zes stuivers t'huis
+gebragt, en een half dozyn pyn-appelen voor denzelfden prys. Wat de
+limoenen en tamarinden betreft, men behoeft slechts de moeite te doen,
+om ze op te raapen. De huuren zyn uittermaten duur. Voor een kleine
+kamer zonder huisraad betaalt men drie of vier guinies in de maand;
+en voor een huis met twee kamers op elke verdieping, honderd guinies
+'s jaars. De schoenen kosten een halve guinie het paar; en een rok
+met zyn toebehooren is my komen te staan op twintig guinies.
+
+De twee zoorten van hout, waar van de huizen getimmert zyn, namelyk
+het wana en couppy hout, verdienen, dat men 'er van spreekt. Het eerste
+is zeer hard, en van een grof erf; het is niet vatbaar voor de minste
+glans, en heeft eene ligt roode kleur, gelykende naar die van nieuw
+brasilie-hout; men bedient 'er zig van voor de deuren en kassen,
+voor schepen en vaartuigen.
+
+Het couppy hout gelykt naar dat van den wilden kastanje-boom; het
+is hard, kwastig en vast. Men maakt 'er planken van, waar mede men,
+in plaats van steene muuren, de huizen bekleed. Dit hout is van een
+bruine kleur: het laat zig zeer goed polysten.
+
+Op dat de lezer zig een juister denkbeeld van deeze Stad vorme, zal
+ik hem verwyzen naar het ontwerp, het welk ik daar van geschetst heb:
+ik zal tans overgaan, om eenige byzonderheden, betrekkelyk tot deszelfs
+inwooners, op te geven.
+
+De Europeanen of blanken, in de geheele Volkplanting, beloopen
+op een getal van vyf duizend, zonder de bezetting daar onder te
+rekenen, en zy houden voornamelyk hun verblyf in de hoofdstad; maar
+de Neger-slaven bedragen ten naasten by een getal, van vyfënzeventig
+duizend. Alle morgen ten agt uuren gaat het krygsvolk naar de wacht
+in de Vesting. De wacht in de Stad word door de burgers of soldaten
+waargenomen, en duurt den geheelen nacht. Twee maalen daags, en ten
+zes uuren lost het bevelvoerend schip deszelfs geschut in de haven. By
+het avond-sein, stryken alle de vlaggen der onderscheidene schepen,
+de klokken luiden, en de trommelslagers en pypers loopen door de
+Stad. Geen slaaf, van welke kunne ook, mag als dan op de straaten,
+of in de haven verschynen, zonder verlof van zynen meester. Die
+deezen regel overtreedt, word in arrest genomen, en buiten twyffel
+des anderen daags morgens gegeesseld. Des avonds ten tien uuren,
+slaan andere tambours den trom op alle de straaten van Paramaribo.
+
+Op dit oogenblik vertoonen zig de vrouwen, vooral die veel van een
+geheim gesprek in het maanlicht houden. Op haare byëenkomsten laaten
+zy zig sorbet en sangary toedienen, zynde een mengzel van water,
+Madera-wyn, Muscaat-wyn en suiker; zy houden aldaar gesprekken, die
+geenzints dubbelzinnig zyn, zoo omtrent haare mans, als omtrent haar
+zelven; dikwils vertoonen zy aldaar haare jonge slavinnen, welke
+zy aan de manspersoonen voor een zekeren prys ter week aanbieden:
+en zoo haare omgang al een weinig ingetogener is, zy zyn ten minsten
+wydlustig in het roemen van de geenen, die in haare gezelschappen
+tegenwoordig zyn, en wier voorkomen of persoon haare aandacht verdient.
+
+Elk Land heeft zyne gewoonten, en in allen kan men uitzonderingen
+maken; want ik heb vrouwen in Surinamen gekend, wier kiesche en
+beschaafde opvoeding de beminnelykste gezelschappen van Europa
+veraangenaamd zouden hebben. De inwoonders van Paramaribo, behalven
+de vermaken van de tafel, het dansen, het uit ryden gaan, en de
+speel-partyen, hebben een klein toneel, waar op zy, tot vermaak van
+hun en hunne vrienden, blyspelen vertoonen. Indien zy keurig op hunne
+kleederen zyn, zy zyn het niet minder op de netheid hunner huizen. Hun
+linnen is allerfynst; zy laaten het wasschen met Castiliaansche
+zeep, en deszelfs witheid is by niets, dan by de sneeuw der bergen,
+te vergelyken. De vloer der vertrekken, waar in gezelschappen by
+één komen, word altoos met zuure oranje-appelen, in tweën gesneden,
+schoon gemaakt, het geen een aangenaame geur verschaft: de Negerinnen
+houden in elke hand een halve appel, en zingen, wanneer zy dit
+werk doen. Dusdanig is de hoofdstad, dusdanig zyn de inwooners der
+Surinaamsche Volkplanting, en hun caracter is gelyk aan dat van alle
+de Hollanders in de West-Indische bezittingen. Maar laaten wy tot
+myn verhaal te rug keeren.
+
+De gewoonte, die ik had om bloots-voets te gaan, belette my eenigen
+tyd, om schoenen en koussen te kunnen verdragen. Wanneer ik nieuwe
+wilde aantrekken, zwollen myne voeten zoodanig op, dat ik by mynen
+vriend KENNEDY ten eeten zynde, genoodzaakt was myne schoenen uit
+te trekken, en hy had de goedheid om my in zyne koets naar huis
+te laten brengen. Zoo dra ik myne schoenen konde blyven aanhouden,
+ging ik een bezoek geven aan den Colonel WESTERLOO, aan boord van een
+West-Indisch Compagnie's Schip, het welk naar Holland onder zeil ging,
+Deeze Officier, die my te Devil's Harwar, op het oogenblik, dat ik
+aldaar in zulk een deerniswaardigen staat was, was opgevolgd, bevond
+zig tans van het gebruik van alle zyne ledematen beroofd. In zulk eenen
+beklaaglyken toestand, hoopte hy slechts op de vaderlandsche lucht,
+om zyne gezondheid te herstellen. Verscheide Officiers zagen zig, op
+dit zelfde oogenblik, genoodzaakt hunne goederen te verkoopen om te
+leven, vermits zy van den Colonel geene betaaling konden erlangen. Ik
+leed door dit onheil minder dan anderen; myne talryke vrienden lieten
+my aan niets gebrek lyden.
+
+Den 28sten January, des morgens aan den oever wandelende, zag ik
+aldaar een visch uit het water ophalen, die van wegen zyn goed
+vleesch en grootte (hy woog by de twee honderd ponden) verdient
+gemeld te worden. Men noemt hem grow-mouneck, of de graauwe Monnik;
+men zegt dat hy tot het geslacht der kabeljauwen behoort, waar mede
+hy, zoo in gedaante als kleur, veel overeenkoomt, zynde zyn rug van
+een zeer donker bruine olyf kleur, en den buik wit. Men sneed hem
+dadelyk in groote stukken; ik kocht 'er verscheiden van, en zond
+dezelve aan myne vrienden. Van smaak scheen hy my zelfs den tarbot
+te overtreffen. Zomtyds vind men hem in de Rivieren; maar gemeenlyk
+leeft hy in 't zee-water. In dit Land zyn geene visschers, dan de
+Negers. Hunne meesters laaten hun dit ambagt leeren, en vorderen daar
+voor eene zekere somme ter week. Indien zy yverig zyn, verzamelen zy
+spoedig geld voor eigen rekening; en zommigen zelfs worden ryk. Maar
+indien zy integendeel agteloos zyn, en hunne verbintenissen niet
+volbrengen, kunnen zy wel staat maken van strengelyk gestraft te
+worden.
+
+Dezelfde gewoonte heeft plaats ten aanzien van verscheide andere
+kostwinningen; en met onvermoeide vlyt en zuinigheid kunnen
+de Negers dan gelukkig leven. Overeenkomstig dit gebruik heb ik
+slaven, in Surinamen gekend, die andere slaven voor eigen rekening
+kogten. Verscheiden koopen hunne vryheid van hunne meesters; zommigen
+verkiezen liever hun geld te bewaaren, wanneer die meesters billyke
+menschen zyn, vermits zoo lang zy slaven blyven, zy van belastingen
+zyn vry gesteld, waar aan de vrygemaakte slaven onderworpen zyn. Ik
+heb een Neger gekend, zynde een smit, en genaamd JOSEPH, wien men,
+in aanmerking van zyne lange en getrouwe diensten, de vryheid had
+aangeboden, maar die dezelve zeer stellig weigerde, en liever verkoos
+slaaf by een goed meester te blyven. Deeze man bezat verscheiden
+slaven in eigendom; hy bewoonde een gemakkelyk en wel gemeubileerd
+huis, en zelfs bezat hy eenige stukken zilverwerk. Wanneer zyn meester
+en meesteresse hem kwamen zien, liet hy hun kostelyken wyn en sorbet
+toedienen. Men moet echter toestemmen, dat zulk een voorbeeld zeldzaam
+is: want zoo al eenige slaven te Paramaribo wel behandeld worden,
+het grootste getal is elendig: maar de ergste van allen zyn, die
+onder de beveelen staan van vrouwen, meer nayverig om rykdommen ten
+toon te spreiden, dan om menschlievenheid te doen blyken.
+
+Het meest geachte zoort der slaven is dat der Cabougles, of
+Quarteronnés. Hunne verwandschap met de Europeanen is 'er de oorzaak
+van. Men weet, dat zy van een blanken en eene mulatte vrouw geboren
+worden: derzelver getal is in deeze Volkplanting zeer aanmerkelyk. Men
+plaatst de jongens van deeze kleur doorgaans by ebbenhoutwerkers,
+zilversmits, of handelaars in kostbaarheden, wier handwerk zy
+leeren. De meisjes zyn kameniers. Men leert haar naaijen, breijen
+en borduuren, het geen zy in de volkomenheid doen. Zy zyn over
+'t algemeen zeer schoon, en scheppen groot vermaak in zig op eene
+cierlyke en nette wyze te kleeden. De meeste, van eene hooge, rechte
+en wel gemaakte gestalte zynde, zyn zwieriger dan de mulatte meisjes,
+en gaan nooit met het bovenlyf naakt, gelyk de laatst-gemelde. Haare
+kleeding bestaat doorgaans in een klein overtrek van satyn, verciert
+met een belegzel van gebloemd gaas. Zy dragen een korte borstrok
+van Indisch catoen of zyde, van vooren geregen, welke boven het
+overtrek een hembd van zeer fyn mousseline doet te voorschyn komen:
+schoenen en koussen dragen de slaven in dit Land nooit. Het hoofd van
+deeze meisjes is met fraay zwart hair verciert, het welk natuurlyke
+en korte krullen heeft. Wanneer zy uitgaan, dragen zy een hoed van
+zwart of wit vilt, met een knoop en gouden lis daar aan. Om den hals,
+aan de armen en enklauwen dragen zy halsbanden, kettingen, armringen,
+goude penningen, en vercierselen van verschillende koraalen. Alle
+deeze lievelingen leven met Europeanen, het geen voor de Creoolsche
+vrouwen een groot hartzeer is. Indien men echter wist, dat eene
+Europeaansche vrouw met een slaaf iets uitstaande had, zoude zy by
+de blanken in verachting zyn, en de minnaar zoude zonder genade ter
+dood verwezen worden.--Dusdanig zyn, in Hollandsen Guiana, de wreede
+wetten der mannen tegen de schoone kunne.
+
+Maar laaten wy van onderwerp veranderen.--De dwinglandye van onzen
+Bevelhebber, den Colonel FOURGEOUD, vermeerderde van dag tot dag. De
+Lieutenant Graaf van RANDWYK, die ziek was, en zig gereed maakte,
+om met den Colonel WESTERLOO te scheep naar Holland te vertrekken,
+ontfing bevel, om in de Volkplanting van Surinamen te verblyven,
+alleenlyk vermits hy gezegd had niet wel behandeld te zyn geworden. Om
+van des Colonel's rechtvaardigheid een denkbeeld te geven, zal ik
+eenvoudig opmerken, dat de Officiers moesten leven van eene gelyke
+portie gezouten vleesch, als de soldaaten kregen; alleenlyk geduurende
+het verblyf van eenige weeken te Paramaribo, wierd deeze levens-regel
+niet gevolgd. Deeze schikking kostte my dertig ponden sterling; maar ik
+heb reeds gezegd, dat de Colonel ons onze betaaling onthield; waarom
+zou hy ons ook ons eeten niet onthouden hebben? Dit zyn beuzelingen,
+waar over een soldaat zig niet ontrusten moet.
+
+Den eersten February egter wierd ons bericht, dat wy geene kosten
+zouden behoeven te maken, zoo wy ons, met het geen men ons gaf, wilden
+te vreden houden; en dat, zoo wy daar over niet voldaan waren, men ons
+tien ponden sterling s'jaars voor de kosten van ons gezouten ossen-
+en varkens-vleesch in rekening zoude brengen.
+
+Den 2den, vernam ik, dat de Lieutenant Colonel BECKER schielyk
+gestorven was. Zyne compagnie kwam my, van wegen den rang, dien ik
+bekleedde, toe; het zoude een zoort van vergelding geweest zyn voor
+zoo veele moeiten en afmattingen. Om echter een evenwicht tegen dit
+voordeel te maken, deed eene getrouwde vrouw, wier man my de grootste
+vriendschap betoonde, toen een aanbod, het welk de eerbaarheid my
+verbood aan te nemen. Zy hield aan, en ik bleef haare gunsten en
+geschenken weigeren; maar wel dra ondervond ik de gevolgen van den haat
+en wraakzucht van eene vrouw. Haar man wierd eensklaps myn doodelykste
+vyand. Verzekerd van myne onschuld, en grootsch, dat ik geene misdaad
+begaan had, waar op verscheide anderen roem gedragen zouden hebben,
+verdroeg ik dit ongeluk met geduld. Kort daar na egter, toen de man
+zag, dat hy misleid was, schonk hy my zyne vriendschap weder, en
+wy waren betere vrienden dan ooit. Ik breng dit geval alleenlyk by,
+om te doen zien, welke over 't algemeen de zeden in dit Land zyn.
+
+Den 6den, bragt een arme trommelslager van het krygsvolk der Societeit
+my een geschenk van orange-appelen, en West-Indische Abricoosen, om dat
+ik hem, zoo hy zeide, in Holland tegen myn knecht, die zig veroorloofd
+had hem te slaan, de hand had boven 't hoofd gehouden. Deeze daad van
+erkentelykheid deed my meer genoegen, dan de verkoeling van mynen
+vriend my moeite gedaan had. De West-Indische Abricoos is groot,
+en naar myn smaak de uitgelezenste van alle vruchten, welke men in
+deeze Volkplanting, en misschien in de weereld vindt. Van binnen is
+dezelve geel, en de pit is omwonden in een zoort van huid, even als
+de kastanje. Het vleesch van deeze vrucht is zoo voedzaam en gezond,
+dat men het zomtyds het merg der Planten noemt; en men eet het dikwils
+met peper en zout. Ik kan dezelve niet anders vergelyken dan by een
+persik; zy smelt ook als zoodanig in den mond; zy is minder zoet,
+maar onvergelykelyk lekkerder. De boom, waar aan deeze vrucht groeit,
+is meer dan veertig voeten hoog, en gelykt veel naar den nooteboom.
+
+In Surinamen zyn drieërleije zoorten van oranje-boomen; met zuure,
+met bittere en met zoete vruchten: de jonge boomen zyn uit Spanjen
+of Portugal aangebragt. De zuure oranje-appelen zyn een uitstekend
+hulpmiddel tegen de zweeren, die in dit Land zoo gemeen zyn; maar
+het is zeer pynlyk; men gebruikt het daarom niet, dan voor de Negers,
+welken men meent dat alles verdragen moeten. De bittere oranje-appelen
+worden alleenlyk gebruikt, om met suiker in te maken. De smaak van de
+zoete is uitgelezen, en men kan er zonder schroom van eeten; dit kan
+men niet zeggen van de China's-appelen, welken ik hier na beschryven
+zal. Alle deeze verschillende oranje-boomen zyn zeer fraay, en brengen,
+in alle jaar-getyden, bloemen en vruchten voort.
+
+Den 16den, vernamen wy, dat de Colonel FOURGEOUD, met het overschot
+van zyne manschappen, den post van la Rochelle verlaten had, en door
+de muitelingen aangetast was geworden. Hy had verscheiden gekwetsten,
+en in 't byzonder den Capitain FREDERIK, die voor uit trok, en aan
+beide de dyen gewond wierd. Deeze dappere Officier, uit vreeze dat zyn
+volk den moed verliezen mogt, hield de beide handen op zyne wonden,
+en zat tot de borst toe in het water, op dat men het loopen van zyn
+bloed niet bemerken zoude. Hy bleef in die gesteldheid tot op het
+oogenblik, dat de Heelmeester hem verbonden had; en toen droegen hem
+twee Negers in zyne hangmat.
+
+Het is onmogelyk meerder yver te betoonen, dan gemelde Capitain
+FREDERIK, en de Capitain VAN GUERIKE, adjudant van den Colonel,
+geduurende deezen geheelen tocht betoonden. Zy waren altyd op de been,
+of hunne gezondheid het toeliet, of niet. De eer was byna de eenige
+vrucht, die zy van eenen buitengewoonen en aanhoudenden dienst van
+vyf jaaren, trokken; de Colonel FOURGEOUD, naar myn inzien, beloonde
+hen nimmer naar verdiensten; en hy behandelde de hoogere zoo wel als
+de laage Officieren, zoo als ik myne Corporaals niet zoude willen
+behandeld hebben.
+
+Ik deed hem op dit oogenblik het aanbod, om my by hem in de bosschen
+te vervoegen; maar in plaats van myn verzoek toe te staan, zond hy
+my bevel, om my naar de Plantagie, de Hoop genaamd, en gelegen aan
+de Commewyne, te begeven, om aldaar, geduurende zyne afwezigheid,
+over al het krygsvolk, het welk by deeze Rivier gelegerd lag, het
+bevel te voeren. Zulk een last was nieuw voor my, en ik maakte my
+gereed om denzelven met blydschap te volvoeren.
+
+Na mondbehoeften gekocht, en my van eene volkomene uitrusting tot
+een veldtocht voorzien te hebben, maakte ik aanstalte, om my naar
+de plaats myner bestemming te begeven. Maar alvoorens Paramaribo
+te verlaten, moet ik opmerken, dat men, geduurende myn verblyf in
+deeze Stad, aan een getal van negen Negers elk een been afzette,
+om dat zy van de Plantagie hunner meesters waaren weggeloopen. Het
+Hof van Justitie in Surinamen gelastte, op verzoek van den eigenaar,
+deeze strafoeffening, en de Heelmeester van het Hospitaal, GREUBER,
+voerde het vonnis uit. Geduurende deeze onmenschelyke daad, rookten
+de lyders gerust hun pyp tabak. De Heelmeester ontfing zes ponden
+sterling voor het afzetten van elk been: maar niettegenstaande zyne
+groote bekwaamheid, stierven vier van deeze ellendigen oogenblikkelyk
+daar na. Een vyfde hielp zig zelven van kant, door zyn verband af te
+rukken, en des nachts zyn bloed te laten uitloopen. Zulke verminkte
+Negers zyn in deeze Volkplanting gemeen, en hunne meesters gebruiken
+hen tot het roeijen van hunne schuiten en vaartuigen. Men ziet 'er
+ook, die eenen arm missen: dit is de straf, als men een Europeaan
+heeft durven slaan.
+
+Den 17den February, scheepte ik in naar de Plantagie de Hoop, in een
+open en zeer net vaartuig, door zes Negers voortgeroeit wordende. Des
+avonds kwam ik voorby de Plantagie Sporksgift aan de Matapaca
+Kreek. Des anderen daags kwam ik aan de Plantagie Arentrust, aan de
+Commewyne, na de Orelana-Kreek te zyn voorby gevaaren, als mede het
+Fort Sommelsdyk, gelegen zestien mylen boven het Fort Amsterdam, ter
+plaatse, alwaar de Cottica zig met de eerstgemelde Rivier vereenigt,
+en van waar de batteryen den oever der beide Rivieren bestryken. Dit
+Fort wierd, in het jaar 1684, door den Gouverneur SOMMELSDYK gebouwd,
+wiens naam het ook draagt: het heeft de gedaante van een vyfhoek,
+en deszelfs vyf bolwerken zyn van geschut voorzien; het word door een
+gracht omringd, en bevat krygs-magazynen: schoon het van geene groote
+uitgestrektheid is, is het niettemin van goede verdediging, voornamelyk
+uit hoofde van deszelfs laage en moerassige ligging. Op eenigen
+afstand van dit Fort is eene fraaije Kreek, genaamd Comite-Wana.
+
+Den 19den, op den middag, kwam ik op de Plantagie de Hoop: ik vond de
+oevers van de Commewyne veel aangenamer, dan die van de Cottica; zy
+zyn bedekt met fraaije Suiker- en Koffy-Plantagiën, maar vooral met de
+eerste, in 't byzonder aan den mond van deeze Rivier. Een halve myl van
+die Rivier en van de Cottica, is eene Protestantsche Kerk, alwaar de
+Colonisten den dienst gaan hooren: dezelve onderhouden den Predikant.
+
+De Plantagie de Hoop, alwaar ik tans het bevel over het krygsvolk op
+my nam, is eene uitmuntende Suiker-Plantagie, gelegen aan den linker
+oever van de Commewyne, aan den mond van eene kleine beek, genaamd
+Bottle-Kreek, en byna tegen over eene andere, Cassivinica genaamd. De
+Bottle-Kreek heeft gemeenschap met de Commewyne en de Peréca, zoo
+als de Wana-Kreek heeft met de Cormoetibo-Kreek en de Rivier Maroni.
+
+Het krygsvolk was alhier gehuisvest in barakken, van Latanus-boomen
+hout gemaakt; maar men had dezelve op eenen zoo moerassigen en laagen
+grond geplaatst, dat zy by den vloed geheel onder water stonden. De
+Officiers waren allen in een gebouw van denzelfden aart opgesloten;
+en ondertusschen wierd het fraaije huis van den Planter, het welk
+voor hun zeer gemakkelyk en gezond geweest zoude zyn, door niemand
+dan door den Opzigter der Plantagie bewoond.
+
+Een kanon-schoot verder, als men de Rivier opvaart, ligt de Plantagie
+Klarenbeek alwaar ik, den 22sten, naar toe ging, om den staat van
+het Hospitaal te onderzoeken. Het volk had het op deezen post veel
+aangenamer, dan op de Hoop, uit hoofde van eene onbegrypelyke meenigte
+rotten, waar door dezelve geplaagd wierd: zy doorknaagden de kleederen
+der soldaaten, en hunne levensmiddelen, en des nachts liepen zy met
+dozynen over het aangezicht. Het eenig middel om dit verschrikkelyk
+ongemak te keer te gaan, bestond in het booren van gaaten in den
+bodem van flessen, en de koorden der hangmatten, zoo aan de voeten
+als aan het hoofd-einde, daar door te steken. Wanneer dit werk wel
+verrigt wierd, belette de gladheid van de fles deeze dieren, om by
+het doek te komen.
+
+De meenigte van zieken, die in het Hospitaal van Klarenbeek op één
+gestapeld waren, maakte eene elendige vertooning. De menschelykheid
+word op het gezicht van zulke treurtoneelen dermaten getroffen, dat
+ik my zeer gelukkig rekende, toen ik op de Plantagie de Hoop was te
+rug gekeerd. Myn last was hier dezelfde, als aan de Cottica, namelyk,
+dat ik de Plantagiën tegen den aanval des vyands moest beschermen;
+en het order-woord wierd my regelmatig door den Colonel FOURGEOUD
+toegezonden. Een der Neger-Capitains uit de Volkplanting de Berbices,
+genaamd ACKERAW, ontdekte op deeze Plantagie eenen ouden afgeleefden
+slaaf, dien hy voor zynen vader herkende; hy omhelsde hem met de
+levendigste teederheid, en dit toneel van dankbaare erkentenis was
+één der belangrykste. In myne wandelingen rondom deezen post, had
+ik gelegenheid, om verscheiden merkwaardige vogelen te ontdekken,
+welken ik tans beschryven zal.
+
+De quise-quidi, dus genoemd, uit hoofde van zynen zang, heeft ten
+naasten by de grootte van een leeuwrik. Zyne pluimaadje is bruin,
+uitgenomen aan de borst en den buik, alwaar hy eene fraaije geele kleur
+heeft. Deeze vogel doet veel schade aan de Plantagiën. De wilde duiven
+zyn hier zeer gemeen; ik doodde eene zeer groote, veel gelykende naar
+die, welke men de Jamaicasche duif met een gekrulde staart noemt. De
+rug en de zyden waaren aschkleurig, de staart loodkleurig, de buik
+wit, en het voorste van den hals van een purper-kleur met een groene
+weerschyn, de oogbal en de pooten rood. Ik zag op deeze plaats ook
+andere duiven van een klein zoort, die by paaren loopen. Zy hebben ten
+naasten by de grootte van een Engelsche musch, en een helderder kleur;
+ik nam ze voor de Picui-nima van Markgraaf; zy hebben schitterende
+oogen, met een geele oogbol, en over 't geheel zyn deeze diertjes
+zeer aartig. De Hollanders noemen dezelve Steenduifje, om dat men ze
+dikwils op rotzige en zandige plaatsen vindt. Men ziet ook tortelduiven
+in Guiana, maar zeldzaam by Plantagiën. Zy leven met vermaak in het
+binnenste der somberste bosschen; zy maken hunne nesten op de boomen,
+in het midden van het dikste lommer; ik heb 'er met de hand aangevat,
+zonder dat zy pogingen deeden om weg te vliegen; in kleur verschillen
+zy weinig van de Europeesche; maar hunne grootte is minder, en hunne
+vlerken hebben eene grootere uitgebreidheid, dan die van alle andere
+tortelduiven of duiven.
+
+Ik was over mynen staat steeds zeer te vreden. Ik koude vryelyk adem
+haalen, en had het vooruitzigt, om myne geledene vermoeienissen en
+hartzeeren vergoed te zien. Men eerbiedigde my, als den Oppervorst
+der Rivier: de nabuurige Planters beweezen my alle vriendelykheid,
+zonden my wildt, visch, groenten en vruchten ten geschenke; ik kende
+my naauwlyks voor het zelfde mensch, en byna alle myne wenschen
+waren voldaan.
+
+Op zekeren dag, den 5den Maart, geduurende myn verblyf alhier, wierd
+ik verrast, door op een schuit, die de Rivier opvoer, met een witte
+neusdoek te zien waaijen; het was myne geliefde JOANNA, door haare
+moeije vergezeld, die deeze beweging maakte. In plaats van in de Stad
+te blyven, verkoos zy tans liever naar Fauconberg te gaan, slechts
+vier mylen van de Plantagie de Hoop af liggende: ik vergezelde haar
+dadelyk tot aan deeze Plantagie.
+
+Ik vond aldaar een ouden slaaf, dien JOANNA my zeide haar grootvader
+te zyn, en die my zes stuks gevogelte ten geschenke gaf. Deeze oude
+man had gryze hairen, en konde niet meer zien; maar zyne talryke
+afkomelingen onderhielden hem ordentelyk: hy verhaalde my, dat hy
+in Africa geboren was, alwaar hy in meerder aanzien was geweest,
+dan zyne meesters immer in Suriname waren.
+
+Misschien zal de lezer het vreemd vinden, dat ik zoo dikwils spreeke
+van eene Slavin, en dat ik voor haar zoo veel achting betoone;
+maar ik kan met geene onverschilligheid spreken van eene vrouw,
+die de teedere liefde van elk gevoelig mensch waardig is, en wier
+genegenheid my tot een tegenwicht in alle myne onheilen verstrekte:
+haare deugd, haare jonkheid, haare schoonheid deeden haar meer en
+meer myne achting winnen: het ongeluk van haare geboorte en staat,
+wel verre van myne genegenheid te verminderen, dienden, integendeel,
+om dezelve te doen aanwassen.
+
+Den 6den Maart, kwam ik op de Hoop te rug, beladen met geschenken van
+gevogelte, aubergines, koolspruiten, agoma, en eenige Surinaamsche
+kerssen. De aubergine is een soort van vrucht, hebbende de gedaante
+van een komkommer, eene purper-kleur van buiten, en wit van binnen;
+men snydt dezelve in schyven, en eet ze als salade; zomtyds laat
+men ze koken; zy is zeer goed en zeer gezond. De bladen van den
+boom, die deeze vrucht voortbrengt, zyn breed, groen, en met een
+purperverwig dons bedekt. De agoma is een kruid, dat eenigzints bitter
+is. De koolspruiten zyn dezelfde als in Europa, maar vry zeldzaam. De
+kerssen zyn zeer zuur; ten minsten, indien ze niet volkomen ryp zyn,
+deugen ze niet, dan om in suiker in te leggen.
+
+Den 8sten, den geboorte-dag van den Prins van Oranje, noodigde ik
+verscheiden lieden, om dien dag met my te vieren. De Colonel FOURGEOUD
+hield zig al dien tyd bezig met de bosschen te doorkruissen: maar zyne
+krygsverrigtingen hadden geen ander gevolg, dan den dood van eenigen
+zyner soldaten, die door de Negers vermoord wierden; het verlies
+van eenige anderen, die in de bosschen verdwaalden; en de vlucht
+van CUPIDO, die in weerwil van alle zyne ketenen ontsnapte. Van twee
+mannen, welken de Colonel my in 't Hospitaal te Klarenbeek zond, was
+de één door de muitelingen op eene afgryzelyke wyze verminkt geworden.
+
+Den 17den, ontfing ik van zekeren heer ONIS een reebok ten geschenke;
+en denzelfden dag bragt één der slaven my een hagedis, genaamd
+Sapagala, zynde van een minder groot zoort, en minder aangenaam van
+smaak, dan de Iguan, welken de Indianen den naam van waya-maca geven:
+ik at 'er niet van, en gaf dit dier aan den Opzichter der Plantagie. Op
+'t wildt onthaalde ik myne Officiers.
+
+'Er zyn in Surinamen twee zoorten van harten. Het hart, dat men aldaar
+bajew noemt, heeft ten naasten by de gedaante van een Engelschen
+reebok. Hy heeft de hoornen niet zeer lang en gebogen, de oogen
+levendig en vol vuur, en een korte staart; zyn hair is van een
+bruinachtig roode kleur, uitgenomen onder den buik, die wit is. Dit
+dier, wanneer men het vervolgt, loopt met een verwonderlyke kragt en
+vaardigheid: men vindt hem dikwils in de nabyheid der Plantagiën,
+alwaar hy aan het suiker-riet groote schade toebrengt; de Planters
+hebben zelfs Neger-Jagers of Indianen, om hem te vervolgen en te
+dooden. De jacht kan in dit Land, uit hoofde van de dikte der bosschen,
+voor een Europeaan geen vermaak opleveren. Zomtyds vangt men het
+hart levend, wanneer hy een Rivier overzwemt; het geen hy dikwils
+doet, het zy om zynen dorst te lesschen, het zy om zynen vyand te
+ontvluchten. Zyn vleesch is noch sappig, noch vet, noch malsch, en
+is van weinig waarde, in vergelyking van het vleesch der Europeesche
+harten, hoe zeer het by de inwooners van Surinamen in groote achting
+is. Het ander zoort van harten word bouzi-cabritta door de Negers,
+en wirre-bocerra door de Indianen genoemd. Hy is kleinder en ligter in
+'t loopen dan die van het eerste zoort; zyne huid heeft een geel-achtig
+bruine kleur, en kleine witte vlakken; zyne oogen zyn levendig, en zyn
+gezicht doordringend; hy heeft naauwe en korte ooren; hy heeft geene
+takken aan de hoornen; zyne ledematen zyn klein, maar sterk gespierd;
+zyn vleesch is lekkerder dan van eenig ander wildt, het welk ik in
+dit Land geproefd heb.
+
+Den 21sten, aan den heer en mevrouw LOLKENS, op Fauconberg, een bezoek
+hebbende gaan geven, gingen wy in de nabuurschap eene steenbakkery
+zien, genaamd Appe-cappe, en aan den Gouverneur NEPVEU toebehoorende:
+men werkte aldaar zoo schielyk en zoo wel als in Europa. Zulk een
+trafiek brengt groote voordeelen op, want van dit zoort zyn ze in
+deeze Volkplanting zeldzaam. Ik spreek hier van egter alleenlyk,
+om in 't algemeen de groote voordeelen van dit Land te bewyzen,
+alwaar men het hout voor niet heeft: 'er is in dit geval niets dan
+vlyt noodig. De Plantagie Fauconberg was zoo besmet met insecten, die
+men monpeiras noemt, dat ik zeer te vreden was met afscheid van myne
+vrienden te nemen, en naar de Hoop te rug te keeren. De monpeiras zyn
+muggen van het kleinste zoort, maar in het steken zoo kwaadaartig,
+als de grootste muggen. Zy vliegen in zulk een groot aantal, en in
+zulke dikke zwermen, dat wanneer ze in diervoegen by elkander zyn,
+men dezelve voor een wolk van zwarten rook zoude aanzien. Zy zyn zoo
+klein, dat ze verscheiden te gelyk in de oogen vliegen, van waar men
+ze niet zonder pyn en gevaar kan doen verhuizen.
+
+Ik leide alle myne bezoeken te water af; want ik had een fraay
+vaartuig tot myne beschikking, met zes Negers tot roeiers, die ook
+voor my jaagden en vischten: om kort te gaan, ik was zoo gelukkig en
+zoo wel gezien op deezen post, dat ik my byna verbonden zoude hebben,
+om van staat niet te veranderen.
+
+
+
+DERTIENDE HOOFTSTUK.
+
+Beschryving van eene Suiker-Plantagie.--Huisselyk geluk in
+zekere hut.--Krygs-verrigtingen van den Generaal FOURGEOUD.--De
+Duncane, Igname en Soubacou.--Wreedheden van zommige Opzigters der
+Plantagiën.--Onderscheidene zoorten van visschen.--Misnoegen van
+eenen Capitain der muitelingen.
+
+Ik heb gezegd, dat ik op de Hoop het gelukkigst leven leidde. Myn
+geluk duurde nog, toen de heer en mevrouw LOLKENS, my een bezoek
+hebbende komen geven, my in de gelegenheid stelden, om my te kunnen
+vervoegen aan de heeren PASSELAIGE, vader en zoon, te Amsterdam, die
+de nieuwe eigenaars van myne JOANNA waaren. Zy noodigden my bovendien,
+om haar op de Hoop te laten komen, alwaar het verblyf haar aangenaamer
+zoude zyn, dan op Fauconberg, of te Paramaribo: men kan denken, of ik
+ook gaarne daar in toestemde; en aanstonds gaf ik aan de slaven last,
+om eene wooning van Latanusboomen-hout te maken, ten einde haar daar
+in te ontfangen.
+
+Te gelyker tyd schreef ik den volgenden brief aan de heeren PASSELAIGE,
+vader en zoon:
+
+"MYNE HEEREN!
+
+Ik heb van den heer LOLKENS, Bestuurder der Plantagie Fauconberg,
+vernomen, dat gylieden daar van tans eigenaars zyt. Groote
+verpligtingen hebbende aan eene uwer Mulatte Slavinnen, de dogter van
+wylen den heer KRUYTHOFF, genaamd JOANNA, die my in myne ziekte heeft
+opgepast, wilde ik haar myne dankbaarheid betuigen, door van ulieden,
+myne Heeren! haare vryheid onverwyld te koopen. Verwaardig u my den
+prys op te geven; dezelve zal u op het oogenblik betaald worden;
+en gy zult verpligten,
+
+MYNE HEEREN!
+
+UEd. onderdanigsten en gehoorzaamsten Dienaar,
+
+JOHN GABRIËL STEDMAN,
+
+Capitain in de Zee-krygsbende van den Colonel FOURGEOUD."
+
+
+Deeze brief ging vergezeld van eene andere van den heer LOLKENS;
+en deeze waarde vriend vleide my met den goeden uitslag.
+
+Deeze beide brieven naar Holland hebbende afgezonden, had ik tyd en
+gelegenheid, om eene Suiker-Plantagie in alle derzelver byzonderheden
+te onderzoeken; ik zal trachten daar van eene naauwkeurige beschryving
+te geven.
+
+De gebouwen bestaan doorgaans in een fraay huis voor den eigenaar,
+in twee andere voor den opzigter en boekhouder, in eene wooning voor
+den timmerman, in keukens, in bergplaatsen, en in stallingen, indien
+de Suikermolen door paarden of muilëzels gedraait word, want op de
+Plantagie de Hoop bedient men 'er zig niet van; het water brengt
+aldaar de raden in beweging; de vloed stort het water in de huizen,
+door middel van sluizen, welke men by laag water open zet; en dit
+water, als eene beek nederstortende, brengt het geheele werktuig in
+beweging. Het bouwen van een Suikermolen kost gewoonlyk vier duizend,
+en dikwils zeven of agt duizend ponden sterling.
+
+Het zoude misschien verveelend zyn, zulk een werktuig stuk voor stuk
+te beschryven; ik zal alleen opmerken, dat het groote rad zig lynrecht
+beweegt, en met een ander mede zeer breed rad, het welk horizontaal
+geplaatst is, gemeenschap heeft; het laatstgemelde slaat op drie yzere
+stampers, die van onderen door een zwaren balk ondersteund worden, en
+zoo zeer op elkander sluiten, dat zy alles, wat 'er tusschen beiden
+koomt, zoo dun maken, als een blad papier. Op die wyze word het
+suikerriet gebroken, om het sap of vocht van den bast af te scheiden,
+
+De andere molens zyn volgens de zelfde grondbeginzels gebouwd; en
+om het horizontaal rad in werking te brengen, doet men een grooten
+hefboom door paarden of muilezels draaijen. Zoo al de watermolen
+sterker werkt, en minder kostbaar is, moet men ook den vloed afwagten,
+en hy kan niet meer dan een gedeelte van den dag gaan. De molen,
+die door paarden bewogen word, kan integendeel ten allen tyde maalen,
+naar het goedvinden van den eigenaar.--By den molen is een werkplaats,
+van steen gebouwd, alwaar groote kopere ketels zyn, waar in men de
+natte suiker laat koken; gewoonlyk zyn 'er vyf. Daar tegen over zyn
+koelbakken: deeze zyn groote vierkante houte kuipen met een platten
+bodem, waar in men de suiker giet, wanneer ze uit de ketel koomt, om
+daar in te koelen, eer men ze in de vaten stort: deeze vaten staan,
+by de koelbakken, op zwaare uitgeholde balken, die de syroop, wanneer
+ze van de suiker afloopt, opvangen, en door buizen in een vierkante
+van onderen gegraven bak brengen. De werkplaats tot de overhaaling
+{destillatie) is 'er dicht by; men trekt aldaar van de schuim van het
+vocht een zoort van rhum, waar van ik hierboven onder den naam van
+kill-devil gesproken heb. Elke Planter, in Surinamen, heeft altyd ter
+zyner beschikking een open vaartuig, en verscheide andere schuiten,
+om zyne waaren daar mede te vervoeren: hy heeft ook een bergplaats,
+om dezelve te laren droogen.
+
+De uitgestrektheid der Suiker-Plantagiën, in deeze Volkplanting, is
+gewoonlyk van vyf of zes honderd akkers. De gedeelten, tot bebouwing
+geschikt, zyn in vierkante vakken verdeeld, alwaar men de stekken of
+uitspruitzels van het riet, aan welke men omtrent een voet lengte laat,
+in rechte en gelyke reijen, schuins in den grond steekt: men plant
+dezelve gewoonlyk in het regensaisoen, wanneer de grond vochtig en
+week is. Het duurt omtrent twaalf of zestien maanden, eer de spruiten,
+die uit de stekken uitbotten, tot haare volkomene rypheid geraken;
+wanneer zy daar toe gekomen zyn, worden ze geel, en haare grootte is
+ten naasten by die van een Duitsche fluit. Het Suikerriet groeit zes
+of tien voeten hoog: uit deszelfs afzetzels spruiten bladeren van een
+ligt groene kleur, hebbende de gedaante van die van een pry, maar veel
+langer en getand, en vallende op den grond af, wanneer de plant goed
+is om gesneden te worden. De voornaame zorg der slaven, geduurende
+dat het riet groeit, bestaat in het uitwieden van het onkruid, het
+welk anderzints de plant van haare kragt berooven zoude. Men telt op
+zommige Suiker-Plantagiën meer dan vier honderd slaven. De geldsommen,
+die 'er noodig zyn om dezelve te koopen, en de gebouwen te stichten,
+beloopen twintig à vier-en-twintig duizend ponden sterling, zonder
+de waarde van den grond 'er eens by te rekenen.
+
+Laaten wy tans zien, wat 'er van het riet geduurende de werking van
+den molen word: het word aldaar tusschen de drie stampers, door welke
+het twee malen doorgaat, gebroken. Vervolgens loopt het vocht door
+eene groeve, die in een balk gemaakt is, tot in de werkplaats, alwaar
+men het zelve laat koken, en in een zoort van houten bak ontfangt.
+
+De arbeid der Negers, die aan de stampers werken, is zoo gevaarlyk,
+dat wanneer één van hunne vingers tusschen twee rollen geraakt,
+het geen meenigwerf en door onöplettenheid gebeurdt, de geheele arm
+oogenblikkelyk word weg getrokken en aan stukken geslagen, zoo al
+zelfs niet een gedeelte van het lichaam. Doorgaans houdt men een
+byl gereed, om het lid af te houwen, want de man zou gevaar loopen
+van om te komen, eer het werktuig konde worden stil gehouden. Een
+ander gevaar, waar aan deeze ongelukkige slaven zyn bloot gesteld,
+bestaat in het proeven alleenlyk van het vocht, het welk zy in het
+zweet van hun aangezicht 'er uit halen; zoo men dit bemerkt, worden
+zy veroordeeld, om eenige honderde geesselslagen te ontfangen, of
+zelfs de tong te worden uitgerukt, op last van den Opzichter.
+
+Wanneer het vocht uit den gemelden houten bak koomt, word het in de
+eerste kopere ketel gestort, alwaar het door een zeef gekleinst word,
+om al het stroo, het welk 'er by het stampen mogt zyn in gebleven,
+weg te nemen. Dit vocht, na eenigen tyd gekookt te hebben, en
+afgeschuimd te zyn, word andermaal overgegoten in de tweede ketel,
+en zoo vervolgens tot in de vyfde en laatste, alwaar het eindelyk den
+bekwaamen graad van dikte of vastheid verkrygt, om in de koelbakken
+overgestort te worden: men werpt in de ketels eenige ponden aarde
+en aluin, onder elkander gemengd, om het vocht te doen korrelen: op
+die wyze dan laat men het al langs hoe meer koken, tot in de vyfde
+ketel. Wanneer men de suiker in de koelbakken overgiet, draagt men
+zorg, om ze wel te roeren en gelykelyk uit te spreiden: wanneer ze
+koud is, heeft ze het voorkomen van bevrozen te zyn; ze is vast, als
+kandy, bruin en doorschynend; men zoude byna zeggen, dat het stukken
+noteboomen hout waaren, die zeer glad gepolyst zyn. Als de suiker
+uit de koelbakken koomt, stort men ze in vaten, die een gewicht van
+duizend ponden suiker bevatten, in welker bodem openingen of kleine
+gaten zyn, dienende om het vocht, het welk nog mogt zyn overgebleven,
+en melasse genoemd word, te doen uitloopen, en word het zelve, zoo als
+ik reeds gezegd heb, in een van onderen gegraven bak gevangen. Na deeze
+laatste bewerking, is de suiker geschikt om naar Europa overgevoerd,
+aldaar geraffineerd en tot brooden gemaakt te worden. Ik moet opmerken,
+dat hoe grooter de korrels zyn, hoe beter de suiker is, en dat geen
+Land tot derzelver voortplanting meer geschikt kan zyn, dan Guiana. De
+rykdom van eenen onuitputtelyken grond brengt te weeg, dat 'er drie
+of vier vaten suiker van een akker komen. In 't jaar 1771, voerde
+men niet minder dan vier-en-twintig duizend vaten uit naar Rotterdam
+en Amsterdam alleen, het welk tegen zes ponden sterling het vat, (en
+zomtyds maakt men 'er het dubbeld van,) eene somme van by de honderd
+vyftig duizend ponden sterling uitmaakt, zonder van eene groote
+meenigte kill-devil en suiker-syroop te spreken. De laatstgemelde,
+die men op zeven duizend vaten voor dit zelfde jaar kan rekenen,
+wierd voor vyf-en-twintig duizend ponden sterling aan de Engelschen
+in America verkogt. De kill-devil word in Surinamen; ten gebruike der
+Negers gestookt; men kan haar bedragen op dezelfde somme rekenen:
+het geen, alle drie by elkander gerekend, omtrent tweemaal honderd
+duizend ponden sterling 's jaars uitmaakt.
+
+De kill-devil is ook een drank, welke zommige Planters gebruiken;
+maar zy is vooral voor soldaten en matroozen. Wanneer ze nieuw is,
+is zy een langzaam vergift voor elken Europeaan. De Negers hebben
+'er nooit hinder van; integendeel, ze is hun zeer noodzakelyk en zeer
+goed, vooral in het regen-saisoen. Geen gedeelte van het suikerriet
+is nutteloos. Het gemalen riet en de bladeren dienen tot mest, om
+het land vet te maken.
+
+Alle de Plantagiën worden door bosschen omringd. Eene meenigte wilde
+beesten rechten aldaar groote verwoestingen aan: men laat door honden
+jacht op hen maken, en de Negers dooden ze dikwils. Na het geen ik
+omtrent dit stuk alleen gezegd heb, kan men zig van den natuurlyken
+rykdom van dit Land een denkbeeld vormen, maar ik twyffel echter
+of de Volkplanting van Surinamen, zoo zy immer in andere handen,
+dan die der Hollanders, overging, van zulk een aanzienlyk gewicht
+blyven zoude. 'Er zyn 'er geenen, die geduld, vlyt, en onvermoeidheid
+in zulk een hoogen trap bezitten.
+
+Ik keer tans tot myn verhaal te rug. Ik heb gezegd, dat de slaven,
+die ter myner beschikking stonden, bezig waaren met eene wooning
+te maaken, om JOANNA daar in te ontfangen: zy voltooiden het in
+vyf of zes dagen. Het bestond uit een kamer tot gezelschappen,
+ook tot een eetkamer dienende; een slaapkamer, waar in ik alle
+myne goederen bergde; en een zoort van gang, om buitenwaards lucht
+te scheppen. Eene kleine keuken, en een groot hoenderhok waaren
+'er van afgescheiden. Rondom stonden heiningen, en de ligging was
+verrukkelyk. De tafels, de stoelen, en de banken, die myn huisraad
+uitmaakten, waaren ook van Latanus-boomen hout. De deuren en vensters
+waaren gesloten, door middel van konstig gemaakte houte sloten
+en sleutels, welke een Neger my gegeven had, en door hem gewerkt
+waaren. Alles in dier voegen gereed zynde, was myne eerste zorg, om in
+deeze wooning den voorraad te doen plaatsen, dien ik van Paramaribo
+had medegebragt. Dezelve bestond in een vaatje meel; een ander met
+ingezouten makreel, die in dit Land lekker is, en welke men aldaar uit
+Noord-America aanbrengt; in hammen; ingelegd vleesch, en Bostonsche
+bifchuit. Ik had ook wyn, Jamaicasche rhum, thee, suiker, en een kistje
+met spermacetie-kaarssen. De heer KENNEDY had my van zyne Plantagie
+Vriedyk twee fraaije vreemde schapen en een varken gezonden. De moeije
+van JOANNA gaf my twee douzyn verschillende zoorten van gevogelte; de
+groenten en vruchten, het wildt en de visch ontfing ik van alle kanten.
+
+Den eersten April, voer JOANNA de Rivier af, en kwam op de Hoop met
+het vaartuig van Fauconberg, door agt Negers geroeid wordende. Ik
+gaf haar dadelyk bericht van den inhoud van den brief, dien ik naar
+Holland had geschreven. Zy bedankte my met veel zedigheid, maar haare
+oogwenken waaren levendiger, dan haare gesprekken. Ik bragt haar in
+haare nieuwe wooning, alwaar de Slaven der Plantagie, ten teeken van
+achting, haar dadelyk geschenken deeden van cassaves, ignames, bananes,
+en plantains. Nimmer waren twee gelieven gelukkiger. Zoo vry zynde,
+als de heesters van het woud, ademden wy de zuiverste lucht in. Het
+vergenoegen en de gezondheid waren myn deel; en myne gezellinne, van
+jeugd en schoonheid schitterende, verwekte de afgunst en verwondering
+der geheele Volkplanting.
+
+De Colonel FOURGEOUD, toen besloten hebbende de bosschen te verlaten,
+en te Maagdenberg, een post aan den mond van de Commewyne gelegen,
+zyn leger neer te slaan, zond ik hem een groote schuit, geladen met
+mondbehoeften, en met twintig soldaten onder bevel van een Officier
+bemand. Ik deed vervolgens de monstering myner zee-soldaaten;
+ik had 'er niet meer dan twintig overig, zonder echter een klein
+detachement, het welk te Calis, aan den mond der Cassivinica-Kreek,
+geplaatst was, daar onder te rekenen: iets hooger aan dezelve kreek,
+en op eene Plantagie, Coupy genaamd, waren ook een Officier en eenige
+soldaten geplaatst.
+
+Den 4den, des morgens, was ik getuige van een zonderling gevecht
+tusschen twee slangen, de eene van omtrent drie voeten lang, de
+andere alleenlyk van veertien duimen. Het duurde byna anderhalf uur,
+geduurende welken tyd de draaien en kronkelingen deezer dieren zeer
+merkwaardig waren; en het eindigde met den nederlaag van de kleinste,
+welken de grootste by den kop nam, en geheel en al levendig inslokte.
+
+Myn Neger, den zelfden dag, eenige kleine gloeijende kolen hebbende
+weggeworpen, zag ik met zeer veel verwondering een kikvorsch dezelve
+gretig inslokken, zonder dat zy 'er eenig kwaad van scheen te gevoelen;
+ongetwyffeld zag zy die voor vuur-muggen aan. Ik zag ook, in een
+suiker-molen, een kikvorsch, die zig op mieren vergastte, welker
+getal ter deezer plaatse zeer groot was. Zy lekte dezelve met haare
+tong op, naar maate zy voor haar henen liepen. Een andere kikvorsch
+sliep dagelyks op één der balken van myne wooning, en verliet dezelve
+doorgaans des nachts. De Negers noemden haar yombo-yombo, uit hoofde
+van de kracht, waar mede zy sprong. De kikvorsch van dit zoort is
+zeer klein; een weinig plat; derzelver huid heeft eene fraaije geele
+kleur, met zwarte en scharlaken vlakken. Men vindt ze dikwils in
+de bovenkamers der huizen. Het evengemelde beestjen ons zeer fraay
+voorgekomen zynde, verboden wy het zelve aan te raken.
+
+Den 8sten tusschen zes en zeven uuren des morgens, terwyl wy één van
+onze Sergeanten begroeven, hoorden wy verscheiden schoten met klein
+geschut, naar den kant van de Peréca, en ik zond dadelyk een Officier
+en twaalf soldaten af, om van dien kant te hulp te komen. Zy kwamen des
+anderen daags te rug, en zeiden my, dat de muitelingen de Plantagie
+Kortenduur hadden aangevallen, alwaar zy met plonderen bezig waaren;
+maar dat de bewooner alle zyne Slaven gewapend hebbende, deezen de
+eerstgemelden hadden genoodzaakt de vlucht te neemen, zonder dat men
+eenige andere hulp noodig gehad hadde.
+
+De Colonel FOURGEOUD zond my van de Wana-Kreek, eene kleine
+bezending van krygsvolk, die den 11den op de Hoop aankwam, met den
+Neger SEPTEMBER, die steeds gevangen bleef. De soldaten verhaalden,
+dat de muitelingen, met den Bevelhebber gesproken hadden, en hem
+in 't aangezicht hadden uitgelachen, toen zy hem een bevel hoorden
+uitbrengen, om geen vuur op hen te geven, maar hen levendig gevangen
+te nemen. Ik vernam ook, dat onder de geenen, die in de bosschen
+verdoold geraakt waren, zig ook bevond de ongelukkige SCHMIDT, die
+onlangs zoo zwaar gekwetst was geworden, dat hy zig naderhand niet
+volkomen had kunnen herstellen.
+
+Den 15den, de sluisen door het hooge water overgeloopen zynde, geraakte
+onze geheele post onder water, uitgenomen het vak, waar op ik myne
+hut geplaatst had, het welk droog bleef. Door dit toeval, waren de
+Officiers en soldaten tot de kniën toe in 't water. Den zelfden dag,
+kwam myn waarde vriend HENEMAN, die als vrywilliger diende, uit het
+leger van den Colonel FOURGEOUD, aan de Wana-Kreek, in een vaartuig vol
+krygsbehoeften en soldaaten. Hij was tot Lieutenant in myne Compagnie
+benoemd. Ik vernam van hem, dat de overige krygsbende Maagdenberg
+verliet, om zig naar het bovenste gedeelte van de Commewyne te begeven,
+en zig aldaar neder te slaan. Deeze arme jongeling was door elende
+en vermoeienissen uitgeput; ik beval hem aan de zorge van JOANNA,
+die hem als een broeder behandelde.
+
+Den 14den, den Colonel FOURGEOUD met zyn krygsvolk te Maagdenberg
+aangekomen zynde, kwamen de Officiers en soldaten der Compagnie, en
+de Jagers, ten getale van by de twee honderd mannen, in vaartuigen de
+Rivier afzakken, om in verschillende posten aan de Peréca verdeeld
+te worden. Zommigen van hun kwamen op de Hoop aan land, om zig te
+ververschen, en gedroegen zig zoo slecht, dat myne Officiers en ik
+genoodzaakt waaren, een half dozyn 'er van te straffen; zy vertrokken
+den zelfden dag. Ik zond vervolgens een open vaartuig van agt riemen
+af, om den Opper Bevelhebber, met eenigen van zyne Officiers, naar
+Paramaribo te brengen, van waar hy eindelyk aan den Graaf van RANDWYK
+toestond, om naar Holland scheep te gaan.
+
+Den 16den, wierd het grootste gedeelte der schapen, tot deeze Plantagie
+behoorende, ongelukkiglyk vergeven, door van eene plant te eeten, welke
+de Negers duncane noemen; maar de myne ontsnapten dit ongeluk. Het
+spyt my zeer, dat ik deeze plant niet met meerder aandacht onderzogt
+heb. Zie hier alles wat ik 'er van weet. Het is een struik met breede
+groene bladen, byna van de grootte van het Engelsch klissekruid. Het
+groeit van zelf op laage en moerassige plaatsen, en veröorzaakt aan
+elk dier, het welk 'er van eet, oogenblikkelyk den dood. De slaven
+zyn dienvolgende verpligt in de Savane en velden, alwaar men beesten
+weidt, dit onkruid uit te trekken; want men beweert, dat de ossen
+en schapen 'er heet op zyn, hoe schadelyk het ook voor hun is, en
+schoon anders de ingeschapen neiging der dieren hen, zoo men zegt,
+de nuttige van de schadelyke planten doet onderscheiden. Een Neger had
+door onöplettenheid deeze plant in zyn tuin laten groeien, alwaar de
+ongelukkige schapen, na het om ver werpen der heiningen, binnen kwamen.
+
+Er waaren ook, in deezen zelfden tuin, verscheide andere wortels
+en planten, die der aandacht waardig zyn. Ik vond aldaar de igname,
+een wortel, in de West-Indiën zeer bekend, en die in een vetten grond
+welig groeit. Die van Surinamen weegt zomtyds drie of vier ponden, en
+één akker kan wel tien of twintig duizend ponden opbrengen: dezelve is
+zeer aangenaam van smaak, het zy gekookt, het zy gebraden, en bovendien
+zeer gezond, en gemakkelyk te verteeren. Van binnen is zy wit, en van
+buiten heeft ze eene hooge purper kleur, naar het zwart hellende. Haare
+gedaante is zeer onregelmatig. De ignames komen voort van spruiten,
+welke men op eenen korten afstand van elkander plant; en na verloop
+van zes maanden geraken zy tot haare volkomene rypheid. De bladen
+beginnen dan bleek te worden. Tot dien tyd toe hebben zy eene zeer
+donkere groene kleur. Deeze wortels kruipen langs den grond, even
+als het eiloof. Zy maaken het voornaamste voedzel der slaven in de
+West-Indiën uit, en dienen hun zelfs tot brood. Men kan ze geduurende
+een jaar, of daaromtrent bewaaren; zy zyn dienstig op lange reizen,
+en men voert ze dikwils naar Engeland over. Ik zag ook nog eene andere
+zeer kleine wortel, waar aan men in Surinamen den naam van naapjes
+geeft. Men eet ze op dezelfde wyze, als de igname, maar zy is veel
+beter. Beiden vervullen hier de plaats van aardäppelen, wortelen en
+raapen, die ons in Engeland van zulk eene groote nuttigheid zyn.
+
+Dezelve tuin bevatte ook Turksch graan, of maïs, gelykende naar
+dat van Europa. Men teelt dit zeer veel in Surinamen: men geeft het
+niet alleen aan het gevogelte, en allerleije zoort van vee te eeten;
+maar men maakt 'er ook meel van, en de Creölen bakken 'er ook lekkere
+koeken van, die daarënboven zeer voedzaam zyn. Men eet ze zomtyds met
+wortels van althea. Deeze is een zeer kleine stronk, met langwerpige
+bladeren; dezelve wortels, wel gekookt, geeven een zeer goede saus,
+wanneer men ze met peper van Caijenne aanzet; maar derzelver slymige
+aart maakt ze niet zeer smakelyk.
+
+Den avond van den dag, die voor de schapen zoo doodelyk was, met myn
+snaphaan op den schouder wandelende, schoot ik een vogel, alhier
+Soubacou genaamd. Het was een zoort van grauwe ryger. Zyn bek en
+pooten waaren zeer lang, en van een zeer donker groene kleur. De
+laatstgemelde scheenen met breede schubben bedekt te zyn, van eene
+harde en hoornachtige zelfstandigheid; en de nagels van elken klaauw in
+het midden der poot waaren getand. Deeze vogel, schoon van de grootte
+van een gewoon hoen, was zoo ligt als een duif. Toen hy gereed gemaakt
+was, vonden wy in hem een visch-smaak.
+
+Ik heb zedert eenigen tyd geen trek van wreedheid aangehaald, en
+ik heb my deswegens zeer gelukkig geacht. Het is derhalven niet
+dan met weerzin, dat ik my gedwongen zie 'er eenige te verhaalen,
+welke ik zeker ben, dat de verontwaardiging en het mededogen van
+den lezer verwekken zullen. De eerste daad van onmenschelykheid,
+die myn mededogen gaande maakte, was eene strafoeffening, welke ik
+op eene nabuurige Plantagie aanschouwde. Een fraay Samboes meisje,
+omtrent agtien jaaren oud, en geheel en al naakt, was met de armen
+aan een boom vast gemaakt. In deezen staat wierd zy door zweepslagen,
+die twee Negers haar toebragten, zoo verschrikkelyk van één gereeten,
+dat het bloed uit haar lichaam van het hoofd tot de voeten gonsde. Dit
+ongelukkig schepzel had reeds twee honderd slagen ontfangen, toen
+ik haar vernam, hebbende het hoofd op haaren boezem hangende, en
+het akeligst schouwspel opleverende. Ik liep naar den Opzichter,
+en bad hem, dat hy haar oogenblikkelyk zoude doen losmaken,
+vermits zy haare straf geheel had ondergaan. Maar hy antwoordde
+my zeer eenvoudig, dat hy, om de vreemdelingen te beletten van zig
+met zyn bestuur te bemoeijen, zig tot eenen onveranderlyken regel
+had voorgeschreven, om de straf te verdubbelen, ingevalle iemand
+hunner voor den schuldigen spreeken wilde; en de wreedäart liet de
+straföeffening oogenblikkelyk op nieuw beginnen. Ik wilde hem, maar
+vrugteloos, tegen houden; hy verklaarde my, dat het minste uitstel,
+wel verre om hem van besluit te doen veranderen, zyne wraak slechts
+onverzoenbaarer en verschrikkelyker maakte. My stond niets anders
+te doen, dan dit afschuwelyk wangedrocht te ontwyken, en zig, even
+als een wild beest, met bloed te laten verzadigen. Van dien dag af,
+besloot ik alle gemeenschap met de Opzichters af te breken, en ik
+konde my niet wederhouden, om hen allen te vervloeken. Naar de reden
+van deeze onmenschelyke daad onderzoek gedaan hebbende, vernam ik met
+zekerheid, dat de eenige misdaad van dit ongelukkig meisjen daar in
+bestond, dat zy de omhelzingen van haaren vervloekten beul standvastig
+geweigerd had. De schelm, door jaloersheid en wraakzucht aangedreven,
+deed, onder voorwendzel van ongehoorzaamheid, haar zoo levendig van
+één ryten. Ik heb dit arm meisjen in den staat, waar in ik haar vond,
+afgeteekend, en ik ben overtuigd, dat dit gezicht het medelyden van
+elk gevoelig mensch verwekken zal.
+
+Tot hier toe geene gelegenheid gehad hebbende, om van de Samboes te
+spreken, zal ik tans zeggen, dat het een zoort is tusschen mulatten
+en negers in. Zy zyn van eene donkere koper-kleur; zy hebben zwarte
+en ligt gekrulde hairen. Deeze slaven, zoo mans als vrouwen, zyn over
+'t algemeen zeer fraay, en de Planters gebruiken ze voornamelyk tot
+den dienst binnen hunne huizen.
+
+By myne te rug komst op de Hoop, sprak de Opzigter der Plantagie,
+EBBER, my aan, en zeide my met traanen in de oogen, dat hy veroordeeld
+was in eene boete van twaalf honderd guldens, ter zaake dat hy dezelfde
+straf aan een mans slaaf had doen uitvoeren, maar met dit onderscheid,
+dat het ongelukkig slachtöffer staande de straföeffening stierf. Wel
+verre van hem te troosten, antwoordde ik hem, dat zyn hartzeer my
+een onuitspreekelyk genoegen deed.
+
+Zie hier de byzonderheden van deezen moord. Terwyl de Capitain TULLING
+op de Hoop het bevel voerde, en kort voor myne aankomst op deeze
+Plantagie, was een Neger op eene nabuurige Plantagie overgeloopen,
+van waar men hem te rug bragt, door twee gewapende slaven geleid
+wordende. De Neger, terwyl de Opzichter den brief van zynen medebroeder
+van de nabuurige Plantagie, hem over deeze zaak geschreven, las,
+vond middel om te ontsnappen, en verschool zig in het bosch. EBBER,
+woedend zynde, wreekte zig op de twee slaven, die den gevangen hadden
+laten ontkomen, en deed hen op de werkplaats van den timmerman vast
+binden. Op zyn bevel geesselde men hen zoo onbarmhartig, dat de
+Capitain TULLING geraden vond genade voor hun te verzoeken; maar hy
+ondervond het zelfde lot als ik, zyne tusschenkomst bragt eene geheel
+tegenstrydige uitwerking voort naar 't geen hy verwagtte. Het geruisch
+der slagen, en het grievend geschreeuw deezer ongelukkigen, lieten
+zig meer dan anderhalf uur hooren, en deeze wreede strafoeffening
+eindigde niet, dan met den dood van één van beiden. Men dagvaardde
+EBBER dadelyk wegens begaane moord. Hy wierd overtuigt, en alleenlyk in
+de zoo even gemelde boete verwezen. De bloedprys word altoos tusschen
+den Fiscaal en den eigenaar van den vermoorden slaaf verdeeld. 'Er is
+een wet in Surinamen, dat elke Planter, mits eene somme van vyfhonderd
+guldens betaalende, één van zyne Negers mag ter dood brengen; zoo
+hy 'er een van iemand zyner gebuuren doodt, moet hy hem schadeloos
+stellen, na van de misdaad overtuigd te zyn, een zaak, die in dit
+Land zeer moeielyk is, alwaar men geen getuigenis van een slaaf
+toelaat. Dusdanig is de wetgeving in Hollandsch Guiana, met opzigt
+tot de Negers. Gemelde EBBER was een verschrikkelyke wreedaart: een
+geheel jaar lang folterde hy een jongman van veertien jaaren, genaamd
+CADETTI; men geesselde hem alle dagen, geduurende de eerste maand; men
+liet hem op den grond en op den rug met yzers aan de voeten slapen,
+geduurende de geheele tweede maand; men deed hem een driehoek [4]
+om den hals, geduurende de derde maand, om hem te beletten van in de
+bosschen te loopen; geduurende de vierde maand ketende men hem nacht
+en dag in een honden-hok, aan den waterkant, met last om te roepen,
+zoo dikwils 'er een vaartuig of kano voor by voer; de Opzichter
+veranderde eindelyk de straf van maand tot maand, en altyd op eene
+nieuwe manier; het gevolg daar van was, dat deeze jongeling geheel krom
+wierd; hy scheen geheel van gevoel beroofd te zyn, en had geen ander
+voorkomen, dan van een beest. De schelm van een Opzigter was echter
+grootsch op de schoonheid der slaven, en zomtyds zelfs, uit vreeze
+van hunne huid te bederven, strafte hy verscheiden van hun, die door
+hunne rooveryen en misdaden de galeijen verdiend hadden, alleenlyk
+met een twintig-tal geesselslagen. Zie daar, welke de openbaare en
+huisselyke rechtsöeffening in de Volkplanting van Surinamen is. Deeze
+EBBER geraakte echter om deeze reden van de Plantagie de Hoop af, en
+zyn opvolger, (ten blyke dat hy meer menschelykheid bezat!) begon zyn
+bestuur, met alle de Negers der Plantagie, mans en vrouwen, te laten
+geesselen, om dat ze des morgens een quartier te lang geslapen hadden.
+
+De lezer verbeeld zig ongetwyffeld, dat dit de wreedheid in den
+hoogsten top is! hy bedriegt zig. Het geval, dat ik nog zal bybrengen,
+is in dit opzigt veel sterker, dan allen, die ik verhaald heb; en
+het was een vrouw, die 'er zig aan schuldig maakte.
+
+Mevrouw S.... in een open vaartuig, naar haare Plantagie gaande,
+wierd vergezeld van eene Negerin, die haar kind zoog. Deeze vrouw
+zat voor aan in het vaartuig, het kind schreeuwde, en zy kon het
+niet tot bedaaren krygen. Mevrouw S...., wien het geschrei van dit
+onnoozel wicht verveelde, gelastte aan haare slavin, om het by haar
+te brengen. Zy nam het kind toen by een arm, hield het onder water,
+tot dat het verdronken was, en vervolgens wierp zy het in den stroom
+weg. De moeder sprong uit wanhoop oogenblikkelyk in de Rivier, in het
+vast besluit, om aldaar haar leven te eindigen; maar dit lukte haar
+niet: een gedeelte der roeijers zwommen haar na, en bragten haar weder
+aan boord. Haare meesteresse deed, by haare komst op de Plantagie, haar
+drie of vier roede-slagen geven, om haar te straffen wegens de schade,
+welke zy, door zig van kant te helpen, aan haar had willen toebrengen.
+
+Den 20sten, verliet de Colonel FOURGEOUD met zyn krygsvolk, het
+welk in den deerniswaardigsten staat was, Maagdenberg; dienvolgende
+sloeg hy zyn leger neder op eene Plantagie, genaamd Nieuw Rozenback,
+gelegen tusschen mynen post van de Hoop en het Hospitaal. Ik ging
+dadelyk myne opwagting by mynen Colonel maken, en vernam aldaar den
+volgenden uitslag zyner krygsverrigtingen. Ik heb reeds gezegd, dat
+de Capitain FREDERIK was gewond geworden; een soldaat was verdwaald
+geraakt: een ander was door de muitelingen gehouwen; de gevangenen
+hadden met hunne ketenen de vlucht genomen; en de vyand spotte met
+deezen krygstocht.--Men had een zee-soldaat, die ziek was, aan zyn
+lot overgelaten; één der Slaven had den arm gebroken, ten gevolge
+van mishandelingen. Dusdanig waren de byzonderheden van deezen
+veldtocht. Ik moet egter niet vergeeten de edelmoedigheid van eenen
+armen Neger, die wegliep, om den elendigen soldaat te hulp te komen,
+en die, na hem den laatsten plicht bewezen te hebben, te rug kwam,
+om zyne straf te ontfangen; maar, tot zyne groote verwondering,
+genade kreeg.
+
+Ik moet den Colonel FOURGEOUD het recht doen wedervaaren, dat
+verscheiden deezer toevallen het onvermydelyk gevolg waren van
+zoortgelyke tochten in zulk eene luchtstreek. Zoo hy al, door een
+allerslegtsten levensregel, zyn krygsvolk deed omkomen, zonder
+muitelingen gevangen te nemen, deed hy ten minsten een gewichtigen
+dienst aan de Volkplanting, door den vyand te ontrusten, af te matten,
+en te vervolgen, derzelver legerplaatsen te verwoesten, en hunne
+schuilplaatsen te vernielen. De Colonel FOURGEOUD deelde in alle deeze
+vermoeienissen en gevaaren, en dat op zyne jaaren, het geen tegen
+de gebreken van zyn caracter in aanmerking moet genomen worden, en
+dienen kan, om hem den naam van geduldig en moedig toe te kennen. Ik
+zoude veel meer genoegen hebben, met tot zynen lof te schryven;
+maar de waarheid, en het algemeen voordeel, het welk het menschdom
+daar uit trekken moet, vorderen, dat ik, de goede hoedanigheden van
+den Colonel schetsende, ook opgeeve welke zyne gebreken waren, op
+dat anderen zig door zyn voorbeeld kunnen verbeteren. Was het niet
+belachelyk, om te Paramaribo, alwaar het papier volkomen goed was,
+zyn krygsvolk in geld te betaalen, en hun op de tochten niets anders
+te geven, dan die ingebeelde munt, waar mede het onmogelyk was eene
+enkele igname, of de minste vrucht van een plantain-boom te betaalen,
+Intusschen had hy geld tot zyne beschikking; maar hy wilde tien ten
+honderd winnen met de soldy van het geheele Regiment, en dit gedrag
+bragt hem by al het volk in eene algemeene verachting.
+
+Den 21sten kwamen verscheiden Officiers my verzoeken, om op de Hoop
+het middagmaal te houden, en ik deed hun veelerhande visch opdisschen,
+waar onder waren de Kawiry, de Lamper, en de Makrely-fisy. De Kawiry
+is een kleine visch zonder schubben, met een breede kop, en twee
+lange baarden, die uit het bovenste gedeelte van den bek uitsteeken:
+men vindt hem in alle deeze Rivieren in overvloed. De Lamper is een
+zoort van lamprey, zoo als men die in de Theems vangt: de Surinaamsche
+is van eene ronde gedaante, en niet zeer dik, maar slymig en zeer vet;
+hy heeft een zee-groene kleur, met geele vlakken, uitgenomen onder den
+buik, die wit is. Deeze visch word, even als de zalm, en in de zee en
+in de rivieren gevonden. De Makrely-fisy gelykt naar de makreel, die
+aan dezelve den naam geeft; de kleur is echter minder blaauwachtig,
+en minder schitterend.
+
+Deeze maaltyd deedt groot genoegen aan myne gasten, en wy waren zeer
+vrolyk; maar, des morgens van den 22sten, wierd myne arme JOANNA,
+die onze keukemeid geweest was, door eene geweldige koorts aangetast:
+zy betuigde my haar verlangen, om naar Fauconberg te rug te keeren,
+alwaar zy door eene van haare nabestaanden konde worden opgepast, en ik
+stemde daar in toe. Den 25sten, was zy zoo ziek, dat ik besloot haar
+zoo, veel mogelyk in stilte te gaan zien; want de Colonel moest des
+anderen daags op de Hoop komen, en ik had geen lust om zyn kortswyl
+af te wagten. Ik wist, dat de loffelykste beweegreden niemand voor
+beschimping veilig stelde.
+
+Het was in deeze onderneming moeielyk voor by den post van den
+Colonel te komen, zonder gezien te worden. Aan mynen vriend HENEMAN
+myn ontwerp hebbende mede gedeeld, stapte ik des avonds ten elf
+uuren in myn vaartuig; maar toen ik tegen over Nieuw-Rozenback was,
+hoorde ik zeer onderscheidentlyk de stem van den Bevelhebber, die
+met eenige Officieren door het zand wandelde; en oogenblikkelyk riep
+een schildwacht, om met het vaartuig aan wal te komen. Ik dacht,
+dat alles zoude zyn ontdekt geworden: egter dagt ik best, aan de
+Negers te zeggen, dat zy zouden antwoorden: Killestein Nova, het welk
+de naam was van eene naby gelegene Plantagie, en men liet ons voor
+by vaaren. Kort daar na, kwam ik gezond en behouden te Fauconberg,
+alwaar ik JOANNA veel beter vond.
+
+Maar, des morgens van den 26sten, nam ik den opkomenden dageraad
+voor het maanlicht, en versliep my. Ik wist niet, op welke wyze ik
+naar de Hoop te rug zoude komen; want myn vaartuig en myne Negers
+konden niet meer voor by komen, zonder door den Colonel herkend
+te worden. Alle uitstel was nutteloos. Ik ging dus weder scheep,
+my volstrektelyk verlatende op de behendigheid der slaven, die my,
+een oogenblik voor dat wy in 't gezicht van 't hoofd-kwartier waren,
+aan land zetteden. Een van hun, my door de bosschen geleid hebbende,
+kwam ik behouden weder op de Hoop aan. Myn vaartuig kwam schielyk
+aldaar aan, maar voorzien van eene goede wacht; en de Colonel zond my
+bevel, om hen allen te doen afkloppen, om dat zy zonder verlof waren
+uitgegaan; want zy hadden tot hunne verschooning gezegd, dat zy voor
+hunnen meester waren gaan visschen.
+
+Hunne getrouwheid jegens my, ter deezer gelegenheid, was waarlyk
+verwonderlyk: zy verklaarden allen, dat zy zig liever in stukken
+hadden laten houwen, dan de geheimen van eenen zoo goeden meester te
+verraden. Echter hield alle gevaar voor hun op. Ik bekragtigde het
+geen zy gezegd hadden, en voegde 'er by, dat de visch geschikt was,
+om 'er den Colonel op te onthalen. Ik deelde vervolgens twee kruiken
+rhum onder deeze brave lieden uit. Deeze trek kan een denkbeeld
+geven van de zwakheid van een Europeaan, zoo wel als van den moed en
+standvastigheid van een Africaan.
+
+Onäangezien alle myne toebereidzels, ontfing ik het bezoek van den
+Bevelhebber eerst op den 28sten; maar des morgens van den 26sten,
+kwam JOANNA te rug, vergezeld door eenen grooten Neger, die haar
+oom was, en op één der armen een zilvere plaat droeg, waar op deeze
+woorden stonden: Getrouw aan de Europeanen. Deeze man, genaamd COJO,
+die vrywillig en de eerste tegen de muitelingen gevochten had, had
+zig naderhand genoodzaakt gezien, om zig weder by hen te voegen,
+uit hoofde der mishandelingen van M. D. B. en van den Opzichter. Hy
+verhaalde my het volgende geval: "Gy ziet dit kind, zeide hy,
+my een klein meisje, TAMERA genaamd, het welk hy by de hand hield,
+aanbiedende: haar vader is genaamd JOLI-COEUR; hy is de eerste Capitain
+onder BARON, en de onverschrokkenste van allen de muitelingen van het
+bosch; het geen hy nog laatstelyk heeft doen zien op eene Plantagie,
+gelegen naby Nieuw-Rosenback, alwaar uw Colonel tegenwoordig het bevel
+voert. De Opzichter deezer Plantagie was een Jood, genaamd SCHOULTS,
+die het bevoorens op Fauconberg geweest was. De muitelingen verscheenen
+aldaar eensklaps, en maakten 'er zig meester van, zy bonden SCHOULTS,
+plonderden het huis, en begaven zig tot dansen, en het maken van goeden
+cier, alvoorens zy dagten om over hunnen gevangen te beschikken. In
+deeze akelige gesteldheid, verwagtte deeze niets anders dan het teeken
+tot zynen dood, wanneer zyn oog by toeval op den Capitain JOLI-COEUR
+viel, wien hy deeze woorden te gemoet voerde: "Myn lieve JOLI-COEUR,
+gedenk aan SCHOULTS, die alleenlyk de gemachtigde van uwen meester
+was; herinner u alle de vriendelykheden, die ik u geduurende uwe
+kindsheid bewezen heb; gy waart myn gunsteling; herinner u dit, en
+breng door uwen vermogenden invloed te weeg, dat men my het leven
+gunne".--Het antwoord van JOLI-COEUR is merkwaardig.--Ik herinner
+my dat alles volkomen; maar, geweldenaar, herinner u, dat gy myne
+arme moeder hebt geschaakt, en mynen vader, die haar ter hulpe kwam,
+door geesselslagen doen van één ryten; herinner u, dat gy haar in
+myne tegenwoordigheid hebt geschonden, toen ik nog maar een kind
+was. Herinner u deeze schenddaad, en sterf door myne hand!--Op deeze
+woorden hieuw hy hem met eenen byl het hoofd af". Na dit verhaal,
+vertrok COJO met de kleine TAMERA, en ik reikhalsde met ongeduld
+naar het nieuws, het geen ik dagelyks van Amsterdam te gemoet zag,
+en, zoo ik hoopte my zelf in staat zoude stellen, om de beminnelyke
+JOANNA van het juk van zulke gedrochten te verlossen.
+
+De Colonel FOURGEOUD kwam, den 28sten, met één van zyne Officiers
+aan. Zyne houding was uittermaten ernstig; het geen my zeer leed
+deed. Ik liet hem dadelyk in myne hut komen; en zoo dra hy myne
+gezellinne gezien had, verdweenen alle de rimpels van zyn voorhoofd,
+als een damp voor de stralen der zon. Nooit heb ik gezien, dat hy
+zig met zoo veel wellevenheid gedroeg.
+
+Ik behandelde hem zoo goed my mogelyk was, en waagde het, om hem
+een verhaal van myne reize naar Fauconberg te doen: hy lachte 'er
+hartelyk om; en ons beiden de hand gedrukt hebbende, keerde hy,
+in eenen goeden luim, en volkomen voldaan, naar Nieuw-Rosenback te
+rug.--Volgens alle de omstandigheden, in dit hooftstuk vervat, kan
+ik zeggen, dat het tydperk, waar over het zelve loopt, de gulde eeuw
+was van mynen tocht naar de West-Indiën.
+
+
+
+VEERTIENDE HOOFTSTUK.
+
+De Colonel FOURGEOUD keert naar Paramaribo te rug.--Het gevleugeld
+en gewapend Water-hoen van EDWARDS.--Bewys van onkunde in
+een Heelmeester;--van deugd in een slaaf;--van wreedheid
+in eenen Bevelhebber.--De roode Wulp.--De Wesp, Marobonso
+genaamd.--Orange-appelen en Limoenen.--De insecten, Chiques
+genaamd.--Het krygsvolk begeeft zig weder naar de bosschen.--De
+Kibry-Fowlo.--Verscheidene zoorten van wilde varkens.--Mieren.--De
+dans van Loango.--De Toreman.--De Poelsnip van Guiana.--Plantains en
+Bananes.--Manier om te visschen.--Visschen.--Vogelen.
+
+De Colonel, zyn vertrek tot den 29sten April hebbende uitgesteld,
+begaf zig eindelyk naar Paramaribo. Hy was door eenige Officiers
+vergezeld, die, zoo wel als hy, allernoodigst hadden zig aldaar te
+ververschen. Zyn krygsvolk, tot een zeer klein getal versmolten
+zynde, was niet meer in staat, om eenige krygsoeffening uit te
+houden, en verlangde naar rust. Geduurende zyne afwezigheid, vond
+ik my Bevelhebber der Rivier te zyn. Korten tyd voor zyn vertrek,
+zond hy my zeer merkwaardige Instructiën, onder anderen inhoudende:
+"Om aan de Planters te vragen, of de muitelingen op hunne Plantagiën
+kwamen, en zoo ja, hen aan te tasten, en op de vlucht te dryven;
+maar hen niet te vervolgen, zonder zeker te zyn, van hen geheel en al
+t'onder te brengen; en ik moest voor de uitvoering van deeze beveelen
+verantwoordelyk zyn". Dit wilde zeer eenvoudig zeggen: "Dat, indien
+ik den vyand zonder goed gevolg aantastte, ik gestraft zoude worden;
+en dat, zoo ik hem in 't geheel niet aantastte, ik rekenschap van
+myne achteloosheid zoude hebben te geven". Hoe oordeelkundig andere
+artikelen ook waren, konde ik my niet wederhouden van dit zeer ongerymd
+te vinden. Ik zond het dadelyk door een Officier te rug; en, op myn
+verzoek, verbeterde men het zoodanig, dat het een verstaanbaaren
+zin had.
+
+Hoe gelukkig was ik op dit oogenblik! My ontbrak niets, en ik had myne
+bevallige gezellin steeds by my. Haar beminnelyk gezelschap verrukte
+my; haare zoete stem streelde myn oor; haare tegenwoordigheid verbande
+alle hartzeer, alle akelige herdenking uit mynen geest.
+
+Op zekeren dag in de verdronken Savanen wandelende, schoot ik een
+vogel, dien ik voor het gevleugeld en gewapend Waterhoen van EDWARDS
+herkende. Deeze fraaije vogel behoort, zoo men zegt, tot het zoort
+der Pluviers; hy heeft de gedaante van een duif; zyne pluimaadje
+heeft eene donkere kaneel-kleur of zeer donker roodachtig oranje;
+de buik en hals zyn volmaakt zwart; de vouw van elke vlerk, waar
+van de vederen een schitterend geele kleur hebben, is gewapend met
+een spoor van eene zelfstandigheid, gelyk aan hoorn, en dienende
+tot verdediging van deezen vogel: hy heeft geen staart; zyn bek is
+byna twee duimen lang; zyne pooten zyn ook zeer lang, en, even gelyk
+de bek, van een geelachtig groene kleur; zyne klauwen, vooral de
+achterste, zyn uittermaten lang; zy schynen berekend, om de zwaarte
+van den vogel in het slyk te dragen, alwaar men hem dikwils ontmoet,
+mogelyk om aldaar zyn voedzel in het water te zoeken. Dit hoen, even
+als andere zoorten van Pluviers, zwemt nooit; zyn kop is verciert met
+een scharlaken hanekam, en kleine peerlen scheiden hem den bek van de
+oogen af, even als de Moscovische eendvogel. Men vindt de gewapende
+Pluviers altoos by koppelen; en wanneer zy vliegen, fluiten zy vry
+aangenaam. Hunne ongemeene schoonheid herinnert my een anderen vogel,
+welken ik op nabuurige Plantagiën gezien heb, ik bedoel de roode
+Wulp van Guiana, alhier Flamingo genoemd, [5] uit hoofde van de
+groote gelykvormigheid, die tusschen hem en den beroemden vogel van
+dien naam gevonden word. Men treft deezen Flamingo in Canada aan,
+en in verscheide noordelyke en zuidelyke gedeelten van America,
+en vooronderstelt, dat hy tot het geslacht der kraanvogels behoort,
+en zoo groot is, als een zwaan in Europa. De roode Wulp heeft echter
+alleenlyk de gedaante van een kleine Reiger; hy heeft geen staart;
+maar zyn hals, zyn gekromde en ronde bek, en zyne pooten zyn zeer
+lang; de laatstgemelde hebben vier klauwen, drie van vooren en één
+van agteren. De kop van deezen Wulp is zeer klein. Het wyfje legt
+altoos twee eieren, uit ieder van welke, na het uitbroeien, een jong
+voortkomt, eerst van een zwarte, vervolgens van een gryze, en dan
+van een witte kleur, naar mate hy in grootte toeneemt, en eindelyk
+word de geheele vogel scharlaken of karmozyn, of naar bloedkleur
+hellende. De roode Wulpen leven in gezelschap, even als de Oijevaars,
+en bewoonen voornamelyk de oevers der Rivieren, of de stranden der
+zee; en men vind ze aldaar in zulk een ongemeen groot getal, dat men
+meenen zoude, dat het zand rood geverwd was. Men houdt deeze vogelen,
+voor zeer uitgelezen, wanneer ze jong zyn; en zy zyn zoo gemeenzaam,
+dat men ze dikwils ziet lopen en eeten met het tam gevogelte, schoon
+zy echter aan het vleesch der vogelen en visschen den voorrang geven.
+
+Ik vond dus altyd eenig nieuw voorwerp om te beschryven, en ik sleet
+de gelukkigste dagen met myne geliefde JOANNA, op deeze aangenaame
+Plantagie. Maar, helaas! eensklaps was myn geluk vervallen, en ik
+verviel in de diepste moedeloosheid. De heer PASSELAIGE, te Amsterdam,
+wien ik geschreven had, om van hem de vryheid myner gezellinne te
+koopen, kwam te sterven; en het geen myne smart ten top deed ryzen,
+was de tegenwoordige staat van JOANNA, die my beloofde, dat ik binnen
+eenige maanden vader zyn zoude. Niet alleen moest myne gezellinne
+slavin blyven, maar myn eigen bloed was ook tot een gelyk lot, en
+onder zulk een bestuur bestemd!--De heer PASSELAIGE, op wien myne
+hoop gevestigd was, overleden zynde, ging de Plantagie aan eenen
+nieuwen eigenaar over. Ik konde alle deeze akelige denkbeelden niet
+verduwen, en wierd als door zinneloosheid bevangen. Myne overmaat
+van neerslagtigheid zoude my in het graf gestort hebben, zonder de
+teedere vertroostingen van JOANNA, die my overreedde, dat de heer
+LOLKENS onze hulp nog zoude kunnen zyn. In deeze droevige gesteldheid
+hoorde ik des avonds van den 4den verscheide alarm-schoten met geschut,
+van den noord-oost kant. Des anderen daags morgens, by het opkomen
+van den dageraad, zond ik eenige manschappen naar de Peréca. Dezelve
+kwamen op den middag te rug, met de tyding, dat de muitelingen de
+Plantagie Marseille aan de Cottica hadden aangevallen; maar dat
+de slaven der Plantagie hen genoodzaakt hadden de wyk te neemen,
+zoo als laatstelyk die van Kortenduur gedaan hadden. De muitelingen
+hadden ook een gedeelte der Indianen mishandeld, welken zy verdacht
+hielden van aan de Planters hulp verschaft te hebben. Ik vernam nog
+te gelykertyd, dat men eene zamenzweering van Negers te Paramaribo
+ontdekt had. Zy hadden het ontwerp gevormd, om zig by de muitelingen
+te voegen, na alle de inwooners vermoord te hebben. De hoofden der
+zamenzweerders wierden ter dood gebragt.
+
+Des morgens van den 26sten, hoorden wy nog verscheiden schoten in
+het bosch. Vreezende, dat dit Europeesche manschappen zyn mogten,
+die van den weg afgedwaald waren, gelastte ik myne schildwagt, om
+deeze noodschoten, één voor één, met zyn snaphaan te beantwoorden,
+en ik voegde daar by twee tambours, die twee uuren agter den anderen
+trommelen zouden. Eindelyk verscheenen een Sergeant en zes soldaaten
+van 's Compagnies krygsvolk, tot den post van Reidwyck aan de Peréca
+behoorende, welke geduurende drie dagen in het bosch waaren verdwaald
+geraakt. Zy hadden noch hangmatten, noch levensmiddelen, noch drank,
+en zy waren byna dood van vermoeienis, honger en dorst. Ik onthaalde
+hen zoo goed ik konde, en, tot myn groot genoegen, kregen zy wel dra
+hunne kragten weerom. Een van hun echter wierd eenige uuren lang van
+zyn gezicht beroofd, door het steeken van een zoort van Wespen, in dit
+Land bekend onder den naam van Marobonso, die uittermaten groot zyn,
+zig in de holen der boomen ophouden, de sterksten van het zoort der
+beijen zyn, en zoo hevig steeken, dat de pyn daar van allergeweldigst
+is, en de koorts veroorzaakt.
+
+Den 12den, na de Cottica twee maalen te hebben overgezwommen, kwam ik
+verkleumd t'huis, en des anderen daags had ik de koorts. Ik ontrustte
+er my weinig over, en dacht, dat ik door een gematigden levens-regel,
+en de hulp van limonade en tamarinden, die op de Hoop in overvloed
+groeien, spoedig zoude genezen zyn.
+
+Den 16den, bevond ik my, op de zwakheid na, volmaakt hersteld. Maar
+denzelfden dag, des morgens ten tien uuren, met JOANNA voor myne
+wooning zittende, ontving ik een onverwagt bezoek van den heer STEEGER,
+één van onze Heelmeesters. Na myn pols gevoeld, en myne tong bekeken
+te hebben, verklaarde hy my, zonder omwegen, dat ik des anderen daags
+een lyk zoude zyn, indien ik zyn voorschrift niet volgde. Dit gezegde
+deed op my zulk eene uitwerking, dat ik, schoon op alle andere tyden
+geene geneesmiddelen inneemende, niet aarzelde, om het geen hy my
+aanbood, en door hem in een glas was gereed gemaakt, in te zwelgen;
+maar ik viel byna oogenblikkelyk gevoelloos op den grond.
+
+Ik bleef in dien staat tot den 20sten. Het gebruik van myne zinnen
+wederom krygende, bevond ik my op een matras leggende, en myne arme
+JOANNA, die in traanen wegsmolt, naast my zittende. Uit vreeze, dat
+ik my ontrusten mogt, verzogt zy my, om haar geene vragen te doen;
+maar des anderen daags verhaalde zy my al wat my was wedervaren. Op
+het oogenblik, dat ik viel, deed zy my door vier Negers opneemen, die
+my nederleiden ter plaatse, alwaar ik my nog bevond. De Heelmeester,
+my op verscheidene plaatsen Spaansche vliegen gelegd hebbende,
+dog zonder eenige werking, zeide, dat ik dood was, en verliet de
+Plantagie. Toen liet men myne doodkist maken, om my den 17den te
+begraven, het geen JOANNA voorkwam, door tot het verkrygen van eenig
+uitstel op de kniën te vallen. Dadelyk zond zy iemand af naar haare
+moeije, ten einde haar goede azyn, en een fles zeer oude Champagne wyn
+te zenden. Zy bediende zig van den eersten, om my by aanhoudenheid de
+slapen van het hoofd te wryven; zy doopte 'er verscheide neusdoeken
+in, waar mede zy my de gewrichten van de handen, en de voeten omwond;
+eindelyk gelukte het haar, om my eenige droppels zeer warmen wyn in
+een theelepel binnen te krygen. Dit arme meisje, had my, met myn
+kleine QUACO en een ouden Neger, al dien tyd bewaakt, in de hoop,
+dat ik 'er nog van zoude mogen opkomen, een geluk, waar voor zy tans
+God dankte. Ik konde haar niet antwoorden en dank zeggen, dan door
+eenige traanen, en met haar teederlyk de hand te drukken.
+
+Intusschen ontsnapte ik den dood; maar in weerwil van de zorgen van
+dit uitmuntend meisjen, aan wien alleen ik het leven verschuldigd was,
+was ik tot den 15den Juny buiten staat, om alleen te kunnen gaan. Ik
+was zoo zwak, dat men my als een kind moest te eeten geven, en twee
+Negers droegen my in een zoort van leuning-stoel. De arme JOANNA,
+die zoo veel voor my geleden had, was toen zelve zeer ziek.
+
+Deeze staat was zeer verschillende van dien, waar in ik my nog zoo
+kort geleden bevond. Ik genoot vergenoegen en gezondheid, en op dit
+oogenblik was ik van beiden beroofd. De heer HENEMAN, myn vriend,
+die my dagelyks kwam zien, zeide my, dat hy hebbende willen weten,
+waar in het geneesmiddel, het geen ik had ingenomen, en my noodwendig
+zoude hebben van kant geholpen, bestond, hy ontdekt had, dat het zelve
+niet minder was, dan vier greinen braak-wynsteen, onder veertig greinen
+ipecacuanha gemengd: de Heelmeester had over myn gestel geoordeeld,
+naar mate van myne grootte, die by de zes voeten is. Ik was over deeze
+trek van onkunde verontwaardigd. Den 4den Juny, een glas vol Madéra
+wyn op de gezondheid van zyne Britsche Majesteit gedronken hebbende,
+zag ik deezen knaap verschynen, om my een tweede bezoek te geven. Ik
+nam dadelyk één der stokken, dienende om myne leuningstoel te dragen,
+en liet dien op het hoofd van den weetniet vallen; want ik had nog
+geen kragt genoeg, om hem een slag toe te brengen. Hy vroeg naar
+niets meer, en begaf zig zeer schielyk weder in zyn vaartuig. Myne
+Negers groetten hem, by zyn vertrek, met drie vreugde-galmen.
+
+Twee der kloekmoedigste lieden, die in de Volkplanting waren, de
+Capitain FREDERIK, en de Capitain STOELEMAN, welke laatstgemelde
+tot het krygsvolk der Compagnie behoorde, begaven zig toen met de
+Neger-Jagers in de bosschen. Zy doodden drie of vier muitelingen,
+en namen een gelyk getal gevangen, die van honger stierven, waar
+aan zy blootgesteld waaren, na dat de Colonel FOURGEOUD de bosschen
+doorkruist, en hunnen oogst vernield had. Twee andere muitelingen,
+op de Plantagie van den heer WINEY, aan de Patamaca-Kreek, hebbende
+willen stelen, wierden door de slaven gedood, die vervolgens aan elk
+van hun de rechte hand afkapten. Zy lieten dezelve droogen, en zonden
+ze naar Paramaribo.
+
+Den staat van zwakte, waar in ik was, my tot allen dienst onbekwaam
+makende, stelde ik het bevel op de Hoop, in handen van den Officier,
+die in rang op my volgde. Denkende, dat de verandering van lucht
+my goed zoude doen, ging ik, na daar van aan den Colonel bericht
+gegeven te hebben, naar eene nabuurige Plantagie, Egmond genaamd,
+en aan den heer DE CACHELIEU, een Fransch Edelman, toebehoorende. Ik
+wierd vergezeld door JOANNA, eenen blanken bedienden, en mynen kleinen
+Neger. De heer DE CACHELIEU had my verscheidene maalen genoodigd, om
+hem te komen zien, en niets was tot myn herstel geschikter, dan zyn
+vrolyk gezelschap, en zyne gastvryheid. Hoe zeer waaren echter deeze
+hoedanigheden het tegen overgestelde van zyne onrechtvaardigheid en
+wreedheid omtrent zyne slaven! Zie hier een voorbeeld van de manier,
+waar op hy dezelven behandelde. Twee Negers hadden eene geesseling
+verdiend, om dat zy in zyn magazyn met geweld waren ingedrongen, en
+gestolen hadden, en zy wierden met eenige zweepslagen vry gelaten,
+om dat ze nog jong waren, terwyl twee anderen, die ongelukkiglyk ouder
+waren; verwezen wierden, om voor een geringe twist drie honderd slagen
+te ontfangen.
+
+Aan den heer DE CACHELIEU naar de reden deezer partydigheid gevraagd
+hebbende, antwoordde hy my, dat die twee jonge lieden eene zeer
+fraaije huid hadden, en werken konden; maar dat de anderen oud
+en zedert lang verminkt zynde, tot niets meer goed waren, en dat,
+wanneer zy omkwamen, de Plantagie het onderhoud, het geen men hun
+zonder nut verschafte, zoude uitwinnen.--Eenige dagen te vooren,
+deed op Arentsrust, eene andere Plantagie beneden de evengemelde,
+de Opzichter aan eenen ongelukkigen Neger, die hem uit naam van den
+eigenaar een brief bragt, over welks inhoud deeze Opzichter niet
+voldaan was, vier honderd geesselslagen geven, en zeide hem, dat hy
+dit antwoord konde brengen aan den geen, die hem gezonden had.
+
+Maar laten wy tot mynen gastheer te rug keeren. In weêrwil van zyne
+wreedheid omtrent zyne Negers, was hy jegens alle anderen beschaafd,
+vriendelyk, gastvry, en zeer wellevend. Ik zag op zyne Plantagie een
+groot getal Chineesche oranjeboomen. Derzelver vruchten verschillen van
+de andere oranje-boomen daarin, dat ze van binnen veel doorschynender
+zyn, en een veel geuriger smaak hebben. De schil is ook veel gladder,
+dunner en bleeker. Maar schoon men zonder hinder eene groote meenigte
+gewoone oranje-appelen eeten kan, kan men dit niet zeggen van,
+de Chineesche, wier onmatig gebruik in deeze Volkplanting steeds
+gevaarlyke gevolgen gehad heeft. Deeze vrucht is van het zelfde zoort,
+als die van Lissabon aankoomt, en waarschynlyk zyn het de Portugeezen
+of Spanjaarden, die deeze oranje appelen in Guiana gebragt hebben. Men
+kan gemakkelyk naargaan, dat de oranje-appelen van dit zoort, als
+gouden trossen in volkomene rypheid van de boomen afvallende, van
+veel lekkerder smaak zyn; dan die wy in Engeland eeten, werwaarts
+men ze zend, wanneer ze nog groen zyn; het is waar, dat zy aldaar
+vervolgens van kleur veranderen; maar zy komen aldaar nimmer tot
+hunne waare rypheid. Men kan zig ligtelyk een denkbeeld maken van
+de geur, die de bloemen van alle deeze oranje-boomen, waar van men
+hier de fraaiste ruikers maakt, verspreiden. Op de Plantagie Egmond
+vond ik ook eenige schoone limoenboomen; de vruchten waren groot, en
+hadden een zeer dikke schil. 'Er waren ook nog zeer zoete limoenen,
+maar die zeer klein, en naar myn oordeel zeer smakeloos zyn.
+
+Na van de lekkere vruchten van den heer DE CACHELIEU gesproken
+te hebben, moet ik zyne uitstekende Fransche wynen, en vooral zyn
+Muscaat-wyn, niet vergeten. In weêrwil van soo veele uitgelezene
+zaaken, bleef ik steeds zeer zwak, en zonder eetlust. Hoopende, dat
+het te paard ryden my dienst zoude doen, besloot ik, om de gastvrye
+wooning van deezen beminnelyken Franschman te verlaten, en verlof te
+vragen, om eenigen tyd te Paramaribo te gaan doorbrengen.
+
+Den Colonel FOURGEOUD den 9den op Cravassibo aangekomen zynde, om
+aldaar zyne krygsverrigtingen te hervatten, schreef ik hem een brief,
+om dit verlof te verkrygen, en zes maanden soldy, die my verschuldigd
+waren, te vorderen. Hy antwoordde my den 12den en sloeg my het een
+en ander verzoek af, maar in Zulk een onbeleefden styl, als ik van
+hem niet verwagtte. Hy scheen aan mynen yver te twyffelen, en schoon
+hy wel wist, dat ik ziek was, weigerde hy my myn geld, en de noodige
+geneesmiddelen, om myne gezondheid te herstellen. Ik was daar over
+zoo veröntwaardigd, dat ik hem een tweeden brief zond, waar in ik hem
+verklaarde buiten staat te zyn, om iets te doen of te verzoeken, dat
+met myne eer strydig was, waar van ik hem alle bewyzen geven zoude,
+die hy eenigzints konde vorderen. Door zwakte geen dienst kunnende
+doen, volgde ik mynen brief na verloop van twee dagen, en ik vertrok
+met den heer DE CACHELIEU, in een overdekt vaartuig van agt riemen.
+
+Ik stelde my voor, dat de Colonel by myne komst woedend tegen my zoude
+zyn; dat hy my in arrest zoude doen gaan, en my eenige uitlegging
+op myne brieven zoude afvorderen; maar hoe buitenspoorig hy zig ook
+mogt aanstellen, ik vreesde hem niet, want na alle zyne pogingen om
+my ongelukkig te maken, verlangde ik den dood boven andere wreedheden.
+
+De heer DE CACHELIEU, ook vermoedende, dat de Bevelhebber tegen my
+een groot geweld zoude maken, vergezelde my, toen ik by hem ging, doch
+beiden waren wy bedrogen. De Colonel gaf ons zeer beleefdelyk de hand,
+en vroeg ons beiden ten eeten, als of 'er tusschen hem en my niets
+was voorgevallen, maar ik zag die gemaakte houding met verachting,
+en weigerde zyne uitnoodiging, zoo als ook de Planter deed. Toen
+ik hem verzogt had my de reden te verklaaren, die hem bewogen had,
+om my myn verzoek af te wyzen, en my zulk een vreemden brief te
+zenden, antwoordde hy my: ---- Dat dertig of Veertig Oucas-Negers,
+die onze bondgenooten waren, hem bedrogen hadden, door niets te doen
+van het geen zy beloofd hadden, terwyl zy in de bosschen waren, en
+hy zelf zig op Paramaribo bevond; dat hy dienvolgende besloten had,
+zyne krygsverrigtingen met dubbelen yver voort te zetten. Dit was de
+reden, die hem bewogen had, niet alleen om my het verzogte verlof te
+weigeren, maar om zelfs aan alle de zieke Officiers te gelasten, zig
+oogenblikkelyk by hem te vervoegen, zonder 'er zelfs een enkele van uit
+te zonderen tot bewaaring van de vaandels en de krygskas, welke hy aan
+een Quartiermeester had toevertrouwd. De Colonel sprak de waarheid wel,
+en hy had dezelve niet te kort gedaan, met 'er by te voegen, dat zyne
+ingekankerde haat tegen eenige andere Officiers en my, hem aanzette,
+om alles tot ons verderf aan te spannen. Ik moet niet vergeten te
+verhaalen, dat hy omtrent deezen tyd de orde regelde, welke in het
+doen der tochten moest gevolgd worden. Te vooren geschiedde alles
+met verwarring, het geen by vervolg nog maar al te dikwils voorviel.
+
+Byna twee maanden te Egmond hebbende doorgebragt, zonder my aldaar te
+kunnen herstellen, en zonder verlof te verkrygen, om naar Paramaribo
+te gaan, verkoos ik liever het bevel op de Hoop te hernemen. De heer
+DE CACHELIEU vergezelde my derwaarts, en ik onthaalde hem aldaar zoo
+goed my mogelyk was.
+
+Ik vond op de Hoop mynen vriend HENEMAN, die toen Capitain was. Zoo wel
+als verscheiden anderen van het krygsvolk, was hy aldaar ziek geworden,
+en men had hem gelaten zonder geld, zonder Heelmeester, zonder
+geneesmiddelen. Echter had de Stad Amsterdam verscheide vaten wyn,
+ingelegde groenten, en andere versche voorraad gezonden; maar alles was
+voor onze kwynende krygsbenden onzichtbaar, schoon dit zekerlyk het
+oogmerk van deeze Stad niet was. Ik deed alhier vergeefsche moeite,
+om ons aandeel in alle deeze mondbehoeften te verkrygen; noch geld,
+noch geneesmiddelen, noch wyn, noch eenig zoort van ververschingen
+wierden ons toegezonden. Dus hield onze kwyning aan, en wy verloren
+onze kragten, in plaats van die wederom te krygen. Ik had echter de
+minste reden van klagen, want ik wierd door JOANNA en myne dienstboden,
+die, daags na myne aankomst op de Hoop, de Plantagie van den heer DE
+CACHELIEU verlieten, bediend; en voorts ontfing ik, als naar gewoonte,
+geschenken van alle kanten. De grootste onaangenaamheid, welke ik
+toen ondervond, bestond daar in, dat ik de voeten vol insecten had,
+chiques genaamd, het geen ik gedeeltelyk toeschreef aan het dragen
+van schoenen en koussen, geduurende myn verblyf op Egmond. Ik heb
+reeds gezegd, dat deeze insecten op Devil's-Harwar uittermaten talryk
+waren, en ik zal deeze gelegenheid waarnemen, om dezelve op een meer
+opzettelyke wyze te beschryven.
+
+De chiques zyn kleine zandluizen, die tusschen vel en vleesch
+doordringen, maar in 't algemeen onder de nagels van de voeten,
+zonder dat men ze gevoelt. Zy zuigen aldaar het bloed, en worden
+als een groote luis, en de jeukte, die zy dan veroorzaaken, is
+allerönaangenaamst. Vervolgens komen zy te voorschyn, onder de
+gedaante van een blaasje, het welk vol eiëren of neeten is, en indien
+men het breekt, zoo veele jongen voortbrengt. Dezelve verspreiden
+zig in het zieke deel, en veröorzaaken aldaar zweeren, die dikwils
+zoo gevaarlyk zyn, dat ik een soldaat gekend heb, wien men met een
+scheermes de voetzool moest afsnyden, om hem te geneezen. Men heeft
+in dergelyke gevallen tot de afzetting dikwils toevlucht genomen;
+en verscheiden lieden hebben zelfs het leven verloren, om dat zy
+verzuimd hadden deezen vervloekten worm in tyds te doen verhuizen. Op
+het oogenblik derhalven, dat men een zoort van brandende pyn gevoelt,
+en eene ongewoone roodheid aan den voet bespeurt, is het tyd, om de
+chique, die 'er de oorzaak van is, 'er uit te haalen. Dit doet men
+met een naald, en de Negerinnen zyn 'er zeer bekwaam toe. Zy dragen
+zorg, om geene onnoodige pyn te veröorzaaken, en om het insect,
+noch deszelfs nest in de wonde niet te breeken. Op derzelver opening
+leggen zy vervolgens asch van tabaks-bladen, en in korten tyd is men
+geneezen. Op het oogenblik, dat ik 'er door besmet was, nam JOANNA eene
+naald, en haalde uit myn linke voet, tot drie-en-twintig van deeze
+insecten. Zy huisvesten allen onder de nagels, en men kan naargaan,
+welk eene verschrikkelyke pyn ik uitstond. Deeze zelfde insecten
+dragen by de Spanjaarden te Carthagena den naam van Niguas.
+
+Den 21sten, ontfing ik een brief van den Bevelhebber, niet in antwoord
+op dien, welken ik hem laatst gezonden had, maar, vermits hy zig in de
+bosschen ging begeven, eenen last vervattende, om hem te Cravassibo,
+alwaar toen het hoofd-quartier was, alle de mond- en krygsbehoeften,
+alle de bylen, alle de kook-ketels toe te zenden, welke men op de Hoop
+niet volstrekt noodig had. Ik deed ze hem des anderen daags toekomen:
+maar de levensmiddelen waaren 'er in eene kleine hoeveelheid; want
+een schuit, geladen vol met ossen- en varkens-vleesch, voor den post,
+alwaar ik my bevond, had in de Rivier schipbreuk geleden.
+
+Den 25sten, wierd de heer STEGER, die Heelmeester, welke my byna had
+doen omkomen, zoo dat ik de gevolgen van zyne onkunde nog gevoelde,
+van het Regiment weggezonden, als onbekwaam tot de uitoeffening van
+zyn beroep. Schoon myne gezondheid op dit tydstip nog niet hersteld
+was, doch ziende, dat verscheiden Officiers zig gereed maakten
+om den Colonel te volgen, verzogt ik hem, om my zulks mede toe te
+staan. Maar toen, den 26sten, zyn Adjudant, met een Heelmeester,
+het krygsvolk, aan de Commewyne gelegerd leggende, onderzogt, vonden
+zy beiden my buiten staat, om de vermoeienis van zulk eenen tocht
+door te staan. Dit was waar; en den 29sten, weder ingestort zynde,
+had ik het genoegen, om my als Bevelhebber aan de Rivier afgelost te
+zien door den Majoor MEDLAR, die deezen zelfden dag tot dit einde op
+de Hoop kwam. My was echter bevolen, om deezen post niet te verlaten,
+schoon het verblyf van een maand te Paramaribo my een volkomen herstel
+zoude hebben kunnen bezorgen, ik had dus niets meer te doen, dan myne
+teekeningen voort te zetten, waar voor de evengemelde Officier my
+eene vry aanzienlyke somme aanbood; maar ik wilde, zoo 't mogelyk was,
+myne verzameling volledig maken. Wanneer ik 'er de krachten toe had,
+wandelde ik rondom de Plantagie, met myn snaphaan op den schouder;
+en den 3den September schoot ik, onder verscheide andere vogelen,
+een zeer kleinen vogel, alhier Kibry-fowlo genaamd, om dat hy zig
+altyd verscholen houdt. Deeze vogel, hebbende de grootte van een
+lyster, is ten aanzien van deszelfs pluimaadje en gedaante gelyk aan
+een quartel; maar zyne pooten zyn een weinig langer, en zyn bek is
+uittermaten puntig. Zeldzaam ziet men hem vliegen; maar hy loopt zeer
+schielyk in de weiden en Zand-woestynen, alwaar hy zig verschuilt,
+zoo dra hy bemerkt, dat men op hem loert. De vogel, dien ik doodde,
+was zeer vet, en toen hy gereed gemaakt was, vond ik hem zoo lekker,
+als een leeuwrik in Europa.
+
+Den 11den September verliet de Colonel FOURGEOUD Cravassibo, en
+ging den vyand in de bosschen vervolgen; hy voerde met zig alle de
+manschappen, in staat zynde om hem te volgen, welke hy by één kon
+krygen, maar geen hooger getal beliepen, dan van honderd mannen. Vooraf
+had hy het krygsvolk van den post van de Savane der Joden doen te
+rug trekken, om dezelve op de verlaatene Plantagie Ornamibo, aan
+het bovenste gedeelte van de Commewyne, te plaatsen, laatende dus de
+Planters van de Rivier Surinamen aan hunne eigene verdediging over.
+
+Den 19den van deeze maand, in den morgenstond, kwam een hoop van meer
+dan twee honderd wilde varkens, alhier Pingos genoemd, in het bosch
+verdwaald geraakt zynde, op de Hoop, en liep over de Plantagie. De
+Negers vervolgden hen, en doodden 'er meer dan twintig van, door houwen
+met snoeimessen en bylen. 'Er zyn drie zoorten van wilde varkens in
+Guiana: de Pingos of Wary, waar van ik tans spreeke; de Cras-Pingos;
+en de Mexicaansche varkens, genaamd Peccaris. De Pingos hebben ten
+naasten by de grootte van onze kleine Engelsche varkens. Zy zyn zwart,
+en hebben het lyf met zeer harde, maar niet zeer digt tegen elkander
+staande borstels bedekt: zy verzamelen zig tot kudden, ten getaale
+zomtyds van meer dan drie honderd, en bewoonen de dikste gedeelten
+der bosschen. Zy loopen altyd op eene lyn, volgende de een den
+ander van zeer naby. Wanneer de geen, die voorloopt, of de geleider,
+gedood word, is de linie dadelyk gebroken, en de geheele kudde is
+in wanörde; hierom beginnen de Indianen, zoo het hun mogelyk is,
+altyd met den voorsten het eerst te treffen. Zoo dra hy is afgemaakt,
+houden de anderen zig stil, elkander op eene domme wyze aankykende,
+en laaten zig één voor één dood slaan, waar van ik getuige geweest
+ben. Zy tasten geene menschen aan, en bieden hun geen wederstand,
+zelfs wanneer ze gewond zyn, zoo als de wilde zwynen in Europa
+doen, hoe zeer verscheiden Schryvers dit tegen de waarheid verhaald
+hebben. Ik kan niet zeggen, of zy de honden aanpakken, want ik had
+'er geen, toen ik hen ontmoette.--De Cras-Pingos zyn dik, en zyn tot
+sterke verdediging gewapend. Hunne borstels zyn nog veel ruwer, dan
+die van de eerstgemelde. De varkens van dit zoort zyn zeer gevaarlyk,
+zoo door hunne kracht, als door hunne woestheid. Zy tasten menschen
+en beesten aan, die hunnen, weg belemmeren willen, vooral wanneer ze
+gewond zyn. Hunne manier van reizen is dezelfde, als die der andere
+Pingos, en zy verzamelen zig ook tot talryke kudden; maar zy houden
+zig voornamelyk in de binnenste gedeelten des Lands op. De varkens
+van deeze beiderleije zoorten, wanneer zy in het bosch het minste
+gerucht hooren, het welk hun de aannadering van eenig gevaar te kennen
+geeft, staan eensklaps stil, vormen zig tot een naauw ingesloten hoop,
+knarssen met de tanden, en maken zig dus tot hunne verdediging tegen
+den vyand gereed. Ik geloof niet, dat ze oorsprongelyke bewooners van
+Guiana zyn, maar uit Africa en Europa afkomstig. De Indianen eeten
+hun vleesch met graagte; de blanken houden 'er veel van, en ik vond
+het hard, droog en smakeloos.--De Peccaris, of Mexicaansche varkens,
+worden gehouden voor de eenigen, die uit Guiana oorsprongelyk zyn,
+en zy mengen zig niet onder de andere tamme of wilde varkens. Het dier
+van dit laatste zoort is byzonder merkwaardig door een beurs of zak op
+den rug, die men gewoonlyk voor zyn navel neemt, en die byna een duim
+diep zynde, een stinkend vocht in zig vervat, waar van echter zommige
+lieden de reuk by die van muscus vergelyken, maar die zoo onaangenaam
+is, dat de Indianen, op het oogenblik, dat het dier gedood is, zorge
+dragen, om 'er het vleesch rondsom uit te snyden, ten einde voor te
+komen, dat het verdere 'er niet door bedorven worde; het geen anders
+schielyk plaats zoude hebben, en wel zoo sterk, dat het onëetbaar
+worden zoude. De Peccaris is by de drie voeten lang: hy heeft geen
+staart zyne leden zyn wel gemaakt; hy kan zig weinig verdedigen. Zyne
+borstels, van eene geelachtig gryze kleur, gelyken zeer veel naar de
+stekels van den Engelschen egel. Zy zyn zeer lang op den rug, maar
+zeer kort en zeer zeldzaam aan den buik en in de zyden. Dit dier heeft
+op elken schouder een vlak van een helderer kleur, dan het overige
+van zyn lichaam, loopende onder den hals in één, en veel gelykheid
+hebbende met den halsband van een paard. De varkens van dit zoort zyn
+op de lange en moerassige landen minder bekend, dan binnen in het Land,
+alwaar zy in de Savanen en op de bergen leven. Zy worden gemakkelyk tam
+gemaakt, en dan zyn zy mak en stil, maar zoo dom niet, als de Graaf DE
+BUFFON voorwendt. Deeze natuurkenner zegt, dat zy niemand herkennen,
+en geene verkleefdheid hebben aan de geenen, die hun voedzel geven;
+echter had de Majoor MEDLAR 'er een op de Hoop, die hem als een hond
+volgde, en zigtbaar genoegen schepte, door zynen meester gestreeld
+te worden. Ik moest ook opmerken, dat wanneer men ze tergt, zy zeer
+gevaarlyk en kwaadaartig zyn. De Peccaris loopen met groote troepen,
+even als de andere zoorten; hunne wyfjes werpen verscheiden jongen
+te gelyk; en hun geknor is zeer onäangenaam en sterk.
+
+Des morgens van den 29sten, hoorden wy op nieuw het geluid van
+verscheiden snaphaan-schoten naar den kant van de Cottica. Het kwam
+van de Plantagie Marseille alwaar de slaven, vol dapperheid en trouw,
+de muitelingen voor de tweede maal verjaagd hadden.
+
+Den 8sten der volgende maand, ontfingen wy de tyding, dat de Colonel
+FOURGEOUD, na de velden van den vyand, met welken hy van verre
+gesproken had, ontdekt en verwoest te hebben; na het overschot
+van den ongelukkigen SCHMIDT, die, zoo als ik gezegd heb, door de
+muitelingen gedood was, gevonden te hebben, met zyn krygsvolk te
+Maagdenberg was te rug gekomen, en dat hy aldaar tot den 11den dier
+maand verblyven zoude. Hy ging vervolgens wederom in de bosschen, maar
+vooraf droeg hy zorg, om zyne zieken naar de Hoop te doen brengen:
+hy zond ook derwaarts, om arrest te houden, en vervolgens gevonnisd
+te worden, een jong Officier, die aan niets anders schuldig stond,
+dan dat hy, zoo goed niet als hy zelve, de vermoeienis had kunnen
+doorsstaan. Deeze jongeling had last gehad, om twee dagen en twee
+nachten lang te waken; eindelyk niet in staat zynde om wakker te
+blyven, viel hy onder de wapenen in slaap, des te ligter, om dat hy
+op den grond zat. De luchtstreek van Guiana is in de daad zoodanig,
+dat zy in staat is de natuur gedwee te maken.
+
+De Colonel schreef de voortduuring zyner gezondheid grootendeels toe
+aan zeker alleronäangenaamst geneesmiddel, het welk hy zyn drank
+noemde, en zeer heet en met koppen vol inzwolg: het bestond uit
+kina en room van wynsteen, by elkander gekookt; zyn gestel was 'er
+zoodanig aan gewend, dat hy het zelve niet ontbeeren konde. Echter
+had hy geene navolgers, elk was beducht, dat, wanneer de werking van
+dit geneesmiddel ophield, het geen eindelyk gebeuren moest, alle
+andere geneesmiddelen, op het oogenblik, dat men ze meest noodig
+had, werkeloos zyn zouden. Wat my betrof, ik bleef uitermaten zwak,
+en wanhoopte zelfs aan myn herstel. De neerslagtigheid, waar toe de
+kommerlyke staat van JOANNA my deed vervallen, veroorzaakte zulks
+niet weinig. Myne ongerustheid verminderde ten deezen opzigte niet,
+toen by een bezoek, het welk de heer en mevrouw LOLKENS my op de Hoop
+gaven, de eerstgemelde my zeide, dat de Plantagie Fauconberg andermaal
+stond verkogt te worden, en dat de nieuwe eigenaar was de heer LUDEN,
+te Amsterdam, tot wien hy geene de minste betrekking had; hy voegde
+'er tevens by, dat het gerucht liep, dat JOANNA en ik beiden vergeven
+waren. Het verdriet, het welk zyne eerste tyding in my verwekte,
+wierd echter verzacht door het verlangen, het geen mevrouw LOLKENS my
+deed blyken, om myne gezellin dadelyk naar Paramaribo mede te nemen,
+ten einde haar aldaar in haar eigen huis te doen oppassen, tot dat
+zy volkomen hersteld zoude zyn. Ik betuigde haar alle mogelyke
+dankbaarheid, en de arme JOANNA stortte traanen van vreugde. Zy
+vertrokken alle drie den zelfden dag, en ik bragt hen tot Killestein
+Nova, alwaar wy het middagmaal hielden; waar na ik, na het nemen van
+een teder afscheid, hen verliet.
+
+By myne te rug komst op de Hoop, had ik moeite om myne verontwaardiging
+binnen de paalen van omzigtigheid te houden, wanneer ik my de zorg,
+die ik voor myn eigen bloed droeg, door myne medgezellen hoorde
+verwyten. "Doet als wy, STEDMAN, zeiden zy, en vreest niets. Indien
+onze kinderen slaven zyn, men draagt ten minsten zorge voor hun; en
+sterven zy, dan is 't over. Laat alle uwe zuchten in uwen boezem, en
+uw geld in uw zak te rug keeren, gy zult 'er u beter by bevinden". Ik
+geef hunne eigene uitdrukkingen op, om te doen gevoelen, hoe zeer
+het my moet hebben aangedaan, zulke troostredenen te ontfangen.
+
+Des anderen daags, met het aankomen van den dag ontwakende, was het
+eerste voorwerp, het welk my voor het oog kwam, een slang van zes
+voeten lang, die lynrecht boven myn hoofd hing, op den afstand van
+minder dan een voet, en met zyn bek naar beneden; hy had zyn staart om
+een balk van het dak geslingerd. Zyne oogen glinsterden als starren,
+en hy weemelde met zyn gespleeten tong in den bek. Ik was zoodanig
+verschrikt, dat ik moeite had, om hem te ontwyken, het geen ik egter
+deed, door my uit myn hangmat te werpen. Ik hoorde hem vervolgens
+gerucht maken in het drooge stroo, waar mede myn dak gedekt was; de
+Negers vervolgden hem aldaar, om hem te dooden, maar hy ontsnapte hun;
+dus kan ik niet zeggen, tot welk zoort hy behoorde. My toen alleen
+bevindende, en voor zulke bezoeken in het vervolg beducht zynde,
+sloot ik myn huis toe, en ging met myne vrienden, den Majoor HENEMAN
+en den heer MACDONALD, te zamen woonen.
+
+Myne koffers naarziende, bevond ik, dat de mieren daar aan veel schade
+gedaan hadden. Zy zyn in Guiana van verschillende zoorten, en zoo
+talryk, dat ze my in één nacht een paar catoene koussen, die geheel
+nieuw waren, vernielden. De mieren, die veel op de Plantagiën gevonden
+worden, zyn zeer klein, maar zeer onaangenaam. Om de suikerbrooden
+te beveiligen, moet men die met een spyker tegen het beschot hangen,
+en zorge dragen, dat men rondom veel kryt smeert, om dat dit afvalt,
+en hen op het oogenblik, dat zy 'er over willen gaan, mede neemt. Ik
+verbeeldde my, dat, wanneer ik myne suikerbrooden op een steen zette,
+die in eene tobbe rondom in 't water stond, ik dezelve tegen deeze
+geduchte vyanden zoude veilig stellen; maar ik bedroog my; de voorhoede
+trok, tot myne groote verwondering, over 't water; en zeer weinigen
+verdronken. Het waare middel om zig van deeze insecten te ontlasten,
+bestaat daar in, dat men hen aan eene brandende zon bloot stelt; zy
+kunnen die niet verdragen, en vluchten na verloop van eenige minuuten
+weg. Het geen verscheiden Schryvers, waar onder zig Dr. BANCROFT,
+en zelfs Koning SALOMON bevinden, van den zoogenaamden voorraad,
+dien de mieren voor den winter vergaderen, hebben opgegeven, word
+door nieuwe waarneemingen wedersproken. Het is wel waar, dat 'er in
+Surinamen geen winter is; maar overal, waar dit jaargetyde bekend
+is, worden de mieren door eenen gevoel benemenden slaap verdoofd,
+geduurende welken zy niets noodig hebben.
+
+Myn vriend, de Capitain VAN COEVERDEN, die toen in de bosschen was,
+ondervond eene onaangenaamheid van eenen anderen aart. Neger slaven
+openden zyne koffers te Paramaribo; zy ontstalen hem zyne beste
+goederen, en twintig guinies.
+
+Den 6den, verdronk een zee-soldaat zig zelf in den aanval van een
+heete koorts, eene ziekte, die in Guiana zeer gemeen is. Byna te
+gelyker tyd wierd een soldaat van 's Compagnies krygsvolk op last
+van eenen hoogen krygsraad dood geschoten.
+
+Aan den heer SEIFKE geschreven hebbende, om te weten, of het niet in de
+magt van Gouverneur en Raaden stond, om het kind van een vry man vry
+te maken, mits aan den eigenaar de somme betaalende, die zy in hunne
+wysheid gepast zouden oordeelen; hy antwoordde my, dat geene somme
+hoe genaamd een slaaf konde vry koopen, wie ook zyn vader wezen mogt,
+zonder de toestemming van den meester, naardien, volgens de wetten,
+die uit eene moeder in slavernye zynde geboren word, even zeer slaaf
+is, als of hy in Africa geboren, en van de kusten van Guinée herwaarts
+overgebracht was. Deeze uitlegging maakte myne ellende volkomen. Korten
+tyd na het ontfangen van dit antwoord, wierd ik op zekere Plantagie,
+Knoppemonbo genaamd, aan de Cassivinica-Kreek, en welks eigenaar,
+de heer DE GRAAF, alles deed, wat hy konde, om my te verzetten,
+ter maaltyd genoodigd. Eindelyk my ter zyden af, op een kleine brug,
+die naar een oranjen-bosch leide, ziende zitten, in eene houding, die
+myne bittere droefheid aanduidde, kwam hy by my, vatte my by de hand,
+en zeide my het volgende, het welk ik met de grootste verwondering
+aanhoorde.
+
+"De heer LOLKENS heeft my bericht, myn heer, van de oorzaak uwer
+billyke smarte, maar de Hemel laat nimmer eene goede daad onbeloond. Ik
+heb het genoegen u tans kennis te geven,dat de heer LUDEN my tot
+Bestuurder zyner Plantagie verkozen heeft, en dat ik van dien dag af
+aan alle myne pogingen zal aanwenden, om u by hem van nut te zyn,
+als mede aan de achtenswaardige JOANNA, die, door haar beminnelyk
+caracter, zig de achting van allen, die haar kennen, verworven heeft,
+terwyl uw loffelyk gedrag ten haaren opzigte u de achting der geheele
+Volkplanting heeft doen verdienen."
+
+Een Engel, uit den hemel nederdaalende, konde my geen blyder boodschap
+brengen: een misdadiger, die ter dood verwezen is, ontfangt de aan
+hem geschonkene genade met geen meerder vreugde! Ik gevoelde mynen
+boezem van een zwaaren last ontheven; en na den heer DE GRAAF zyne
+belofte hebben doen herhaalen, vond ik, dat ik my in den kelk van 't
+geluk nog konde dronken drinken. Kon na dit gesprek, wierd ik door
+alle de lieden van het gezelschap omringd, aan wien deeze waardige
+man zyne edelmoedige oogmerken mededeelde. Zy wenschten my met myne
+lofwaardige gevoelens, en met de beminnelyke gezellinne, waar aan
+ik my verbonden had, geluk: zy scheenen in het genoegen, het welk
+ik ondervond, deel te nemen; en de geheele dag wierd in festynen
+en vermaken doorgebragt. Des avonds keerde ik naar de Hoop te rug,
+veel beter te vreden, dan toen ik deezen post verlaten had. Des
+anderen daags wierd het zelfde gezelschap aldaar door den Majoor
+MEDLAR ontfangen; en wy hielden met onze bezoeken aan tot den 13den,
+wanneer wy andermaal gezamentlyk naar Knoppemonbo gingen.
+
+De heer DE GRAAF, nieuwe slaven gekogt hebbende, gaf aan alle de
+Negers van zyne Plantagie een festyn, en ik had dus gelegenheid,
+om de hun eigenäartige vermakelykheden te zien; maar ik bewaare
+derzelver mededeling tot een ander tydstip. Tans zal ik alleenlyk
+eene beschryving geven van den dans van Loango, zoo als die door
+de Negers van dit gedeelte van Africa, en door geene anderen word
+uitgeöeffend. Dezelve bestaat in zulke aangevuurde en wulpsche
+houdingen en gebaarden, dat men de meest verhitte verbeelding en
+de bestendige gewoonte noodig heeft, om dien uittevoeren. Deeze
+dans, die met trommelslagen vergezeld gaat, en geduurende welken
+de dansers met hunne handen de maat slaan, kan als een zoort van
+pantomime beschouwd worden, die in verscheiden bedryven verdeeld is,
+en eenige uuren aanhoudt. Maar het merkwaardigst is, dat, zoo lang
+dit zoort van vertooning duurt, de dansers en danseressen, verre van
+vermoeid te schynen, zig meer en meer aanvuuren en verhitten, tot dat
+zy eindelyk door en door bezweet, en hunne aangezette bewegingen tot
+die hoogte gestegen zyn, dat, de natuur bezwykende, zy op het punt zyn,
+om in stuiptrekkingen te vervallen.
+
+Hoe onbetamelyk deeze oeffening ook is, de Europeesche en Creoolsche
+vrouwen zyn by het gezicht daar van, even als van alle andere vermaaken
+tegenwoordig. Zy verzamelen zig onbeschroomd benevens de manspersoonen,
+rondom de dansers, om, zoo zy zeggen, eens hartig te lagchen. Zulke
+vertooningen zouden het gezicht van eene Engelsche vrouw geheel
+doen bloozen.
+
+Deeze waarneeming, dat de gewoonte in zekere Landen zaaken voor
+geoorloofd houd, die men elders verwerpen zoude, word meer of
+min bewaarheid, naar maate men verschillende luchtstreeken bezogt
+heeft. Een Officier, in dienst der Indische Compagnie, heeft onlangs
+eene beschryving uitgegeven van de verschillende houdingen, gebaarden,
+gezichten, zuchtingen, uitdrukkingen van vermaak, vrees, hoop, en
+elke trap van hartstocht, die de danseressen in de Oost-Indiën doen
+blyken; maar wat deeze jonge dogters ook doen mogen, om de verbeelding
+der toekykers aan te vuuren, men weet, dat de heidensche vrouwen de
+kuischte in de geheele weereld zyn.
+
+Den 14den keerde ik naar de Hoop te rug, alwaar ik vernam, dat
+het dak van myn huis door een stormwind was weggenomen. Dewyl ik
+niet meer voorneemens was het zelve te bewoonen, liet ik het om ver
+vallen. Intusschen had ik aldaar de gelukkigste dagen van myn leven
+gesleeten.
+
+Den 26sten, trok de Colonel FOURGEOUD op nieuw naar de Wana-Kreek;
+maar dewyl hy van den post van de Savane der Jooden het krygsvolk
+had weggenomen, maakten de muitelingen daar van gebruik, niet alleen
+door eene Plantagie aan de Rivier Surinamen te plonderen, maar zelfs
+verscheide Plantagiën, aan de Cassivinica-Kreek, te verbranden. Eene
+bezending van 's Compagnies krygsvolk, die by toeval zig aan deeze
+Rivier bevond, vervolgde hen, maar zonder eenig voordeel. Twee
+soldaaten wierden gedood, en verscheide anderen, waar onder hun
+Bevelhebber NEYLE was, wierden gekwetst. De Majoor zond het krygsvolk
+af, het welk onlangs op Ornamibo geplaatst was, ten einde den vyand te
+vervolgen: het zelve doorkruistte het bosch eene geheele week lang,
+en kwam te rug, zonder iemand ontmoet te hebben. Deeze meenigvuldige
+gebeurtenissen doen zien, hoe moeielyk het voor Europeesche krygsbenden
+is, om in de bosschen van Noord-America te gaan oorlogen.
+
+Den 30sten van deeze maand, zynde St. ANDREAS dag, liet ik een geheel
+schaap braden, waar op ik alle de Officiers, die zig op de Hoop
+bevonden, onthaalde. Ik gaf daar by twee kruiken goede Jamaicasche
+Rhum, waar van wy Punch maakten, welke wy op de gezondheid van onze
+vrienden van het oude vaste Land uitdronken. Ik herhaalde dit festyn
+den 4den December, na het ontfangen der tyding, dat myne JOANNA van
+een frisschen en schoonen zoon bevallen was. Den zelfden dag schreef
+ik aan den heer LUDEN te Amsterdam, om de vryheid voor moeder en
+kind te bekomen, en ik deed dit in dezelfde uitdrukkingen, als aan
+zynen voorzaat den heer PASSELAIGE; alleenlyk verzogt ik hem met
+meerder aandrang, om zyn antwoord te verhaasten, om dat ik niet wist,
+hoe lang onze tocht nog duuren zoude. Myn nieuwe vriend, de heer
+DE GRAAF, ondersteunde my, zoo als de heer LOLKENS gedaan had. Dit
+alles afgeloopen zynde, gaf ik aan de zieken een douzyn flessen goeden
+Champagne-wyn, die de eerstgemelde van deeze twee heeren my gezonden
+had, en die zedert het jaar 1726. in zyne kelder geweest waren.
+
+Des morgens van den 10den, met myn snaphaan op den schouder rondom
+de Plantagie wandelende, zag ik, dat alle de slaven, uit hoofde der
+mishandelingen van den Opzichter, aan 't muiten waaren. Het krygsvolk,
+by geluk van het verschil kennis genomen hebbende, deed het zelve
+tot algemeen genoegen eindigen. Deeze veelvuldige onlusten, waar van
+ik verscheiden malen melding gemaakt heb, gaven klaarlyk het oogmerk
+der Negers te kennen, om tot eenen openbaaren opstand over te slaan;
+en zy zouden zulks voorzeker te meermalen beproefd hebben, zoo zy niet
+wederhouden waren geworden door de vrees, welke de tegenwoordigheid
+van het krygsvolk hun inboezemde. Dien zelfden morgen bragt ik een
+paar vogels van twee verschillende zoorten mede. De eerste word
+genoemd Toreman; de andere is een zoort van poelsnip. De Toreman is
+een vogel van eene zeer heldere zwarte kleur, hebbende gryze pooten,
+en een zeer krommen bek: hy heeft de grootte van een hoen; en is zeer
+goed om te eeten. Hy gaat op de hoogste takken der boomen zitten,
+en men ontdekt hem gemakkelyk door een zoort van zang, het welk hy by
+de aankomst van elk mensch in het bosch duidelyk herhaalt. Van daar
+heeft hy den naam van Toreman, het welk in de taal der Surinaamsche
+Negers een snapper of spion beteekent: de muitelingen dragen hem om
+die reden eenen verschrikkelyken haat toe.
+
+De poelsnip in de Savanen is een weinig minder groot dan een korhaan:
+deszelfs pluimaadje is van eene fraaie gryze zilver-kleur, en zyne
+gedaante ten naasten hy van de Europeesche poelsnippen. Men vindt
+deezen vogel voornamelyk in de verdronkene Savanen; hy is vet, en
+van een uitmuntenden smaak.
+
+Den 11den, wierd de Plantagie Reetwyk, aan de Peréca, door de
+muitelingen aangetast; maar het krygsvolk noodzaakte hen de wyk
+te nemen.
+
+Den Colonel FOURGEOUD toen te Maagdenberg te rug gekomen zynde, en
+my, na eene ziekte van zeven maanden, volmaakt hersteld bevindende,
+waagde ik het, om hem op nieuw schriftelyk voor te stellen, om met
+hem in de bosschen te trekken, of my toetestaan van eenigen tyd te
+Paramaribo door te brengen; maar hy weigerde my het een en ander
+verzoek. Ziende, dat het my niet mogelyk was mynen post te verlaten,
+deed ik derhalven aan myne geliefde JOANNA by een brief verstaan,
+dat ik my beter bevond. Ik kwam vervolgens met myn brief aan den
+oever der Rivier, om aldaar een vaartuig te vinden; en tegen den
+middag bespeurde ik het open vaartuig van Fauconberg, het welk den
+Opzichter naar Paramaribo bragt: by ongeluk bekleedde hy dien post
+slechts zedert kort, en my niet kennende, wilde hy niet naar den
+oever komen, om myn brief aan te nemen. Echter ziende, dat de Negers
+met hunne riemen stil lagen, stak ik den brief tusschen myne tanden,
+en sprong in 't water, om naar het vaartuig toe te zwemmen, niet
+twyffelende, of men zoude my wel weder aan land brengen. Ik volgde dus
+den stroom, geheel gekleed, en naderde eindelyk tot op den afstand
+van twee riemen van het vaartuig: toen nam ik myn brief in de hand,
+en denzelven in de hoogte houdende, riep ik: "Wie zyt gy, die een
+stuk papier weigerdt aan te nemen?" Men antwoordde my in 't Fransch:
+"Ik ben JEAN BEARNY, een boer uit Gasconje, om u te dienen". Het
+vaartuig ging, na deeze weinige woorden, oogenblikkelyk voort, en ik
+zag my buiten staat, om het zelve in te haalen, of weder aan land te
+komen. In zulk eene benaauwdheid stond my niets anders, dan den dood
+te wagten; want het was onmogelyk, om tegen den stroom op te zwemmen,
+vooral, daar myne kleederen my in den weg waren: ik beproefde het
+egter, maar ging twee keeren naar den grond. Ik zoude aldaar buiten
+twyffel hebben moeten blyven, indien ik eindelyk niet eenig paalwerk
+gevat had, het welk in de Rivier gestoken was om visch te vangen,
+en my daar aan stevig had vast gehouden. In deeze gesteldheid riep
+een Hollandsch Timmerman, die my boven van een Suikermolen zag,
+uit al zyn kragt, dat de Engelsche Capitain zig wilde verdrinken. Op
+deeze woorden sprong een dozyn sterke Negers in de Rivier, en wel dra,
+onder het oog van mynen vriend, den Major MEDLAR, die vry genegen was,
+om het bericht van den Hollander te gelooven, grepen zy my, en namen
+my op hunne schouders, om my aan wal te brengen. De woede over de
+onbetamelyke bejegening, die my wedervaren was, de pyn, het gevaar,
+en de schande zelfs, vervoerden my dermaten, en maakten zulk eenen
+sterken indruk op mynen geest, dat ik oogenblikkelyk het gebruik der
+reden verloor, en de misdaad, waar van ik beschuldigd wierd, byna
+ter uitvoer bragt; want door de slaven over eene kleine brug gedragen
+wordende, nam ik een sprong, en wierp my van boven neder in de Rivier;
+ik wierd dadelyk door de Negers weder opgevischt; en de verdenking, dat
+ik een zelfsmoord in den zin had, wierd bevestigd. Dienvolgende bragt
+men my in myne hangmat, waar by den geheelen nacht twee schildwachten
+geplaatst wierden. Myne vrienden omringden my, en stortten traanen;
+maar een weinig warmen wyn genomen hebbende, viel ik in eenen diepen
+slaap tot des anderen daags morgens. By myn ontwaken een zeer bedaard
+voorkomen hebbende, vonden myne redenen, tot myn groot genoegen,
+eindelyk ingang, en myne medgezellen lieten alle vrees ten mynen
+opzigte vaaren. Aan zulk een gevaar stelde my het onbeschaamd gedrag
+van deezen onmenschelyken Franschman bloot, die zig zelfs naderhand
+door trekken van eene voorbeeldelooze wreedheid befaamd maakte.
+
+Daags na dit voorval, zond ik myn brief met één van myne Negers,
+die zig in een kleine kano naar Paramaribo begaf. Tegen den middag
+een vaartuig met syroop van suiker, waar op zig in de brandende zon
+een Engelsch matroos en twee Negers bevonden, voor de Hoop ten anker
+ziende liggen, deed ik den eerstgemelden aan land komen, al waar
+ik hem op een schotel spek met eieren, en een bool punch onthaalde;
+het geen hem zeer verwonderde, want hy maakte geene rekening op zulk
+een goeden maaltyd, en nog minder, om één zyner landgenooten op deeze
+plaats te vinden: zyn naam was MACDONALD, en men zal by vervolg zien,
+welke zyne dankbaarheid was.
+
+Het evengemelde vaartuig was een groote schuit met twee riemen,
+welke de syroop van suiker (melasse) op de Plantagiën gaat haalen,
+en aan boord der Americaansche schepen brengt; en deeze voeren ze
+naar de Eilanden, om 'er rhum van te maken. Men betaalt ze aan de
+Hollanders tegen drie guinies het vat.
+
+Den 16den, kwam 'er een ander Officier aan, die door den Colonel was in
+arrest gezet. De naam van den eersten was GYLGUIN, en van den tweeden
+NEYS: de misdaad van den laatsten was een twist, die hy met een vryen
+Neger, GOASARY genaamd, over het schikken van plantains had. Deeze twee
+jongelingen wierden vervolgens naar Europa gezonden op last van den
+Colonel, die vast stelde, dat zy door een hoogen krygsraad veroordeeld
+zouden worden: maar, na een kort rechtsgeding, wierden zy met eere
+vry gesproken, tot algemeen genoegen der geheele krygsbende. In de
+daad, zoo verregaande was de gestrengheid van den Colonel, dat hy de
+minste toegevenheid niet had voor de zwakheden der jeugd.--Dewyl ik
+zoo even van Plantains sprak, zal ik deeze gelegenheid waarnemen,
+om deeze vrucht, en den boom, die ze voortbrengt, te beschryven;
+het geen ik misschien reeds had behooren gedaan te hebben.
+
+De Plantain-boom is veel eer een plant, dan een boom, want hy heeft
+noch schors noch hout, dezelve bestaat in een stamen, of helmstyl,
+rondom door bolachtige, vezelachtige groene vliezen omgeven, die even
+als de uijen op elkander zitten, tot tien en meer duimen middellyns:
+deeze omwindzels of schelpswyze schorssen klimmen beurtelings tot op
+omtrent veertien voeten afstand van den grond, en vormen zig niet tot
+takken, maar tot bladeren, ten getale van dertien of veertien, die zig
+als een zonnescherm uitspreiden, en waar van elk in staat is iemand van
+de grootste gestalte te overdekken: zy zyn van een helder zeegroene
+kleur, tot dat zy verwelken en afvallen, om voor nieuwe plaats te
+maken. Uit het midden van deeze verëenigde bladeren, spruit een zwaare
+stam van by de drie voeten lang, welken de zwaarte eener bloem-kelk
+van eene purper kleur naar den grond doet overhellen. Boven aan deezen
+stam groeien de vruchten, Plantains genaamd, welke de gedaante van een
+komkommer hebben; zy bedragen een getal van meer dan honderd, en deeze
+geheele tros noemt men doorgaans een rey of reeks. Elke boom of plant
+draagt slechts één van deeze reijen te gelyk: wanneer die afgesneden
+is, komen 'er zeer schielyk jonge uitspruitzels in de plaats, die uit
+hunne bolachtige wortels voortkomen, en in den tyd van tien maanden
+dezelfde bewerking kunnen ondergaan. De Plantain-boom vordert een
+voedenden grond, zonder welken de vrucht niet goed voortkweekt,
+en nooit haare waare hoogte van rypheid bereikt. Deeze vrucht,
+ontdaan van derzelver bekleedzelen, wanneer ze nog groen is, bevat
+eene meelachtige zelfstandigheid van eene ligt geele kleur, die,
+het zy gekookt, het zy gebakken, in plaats van brood dient, gelyk
+ik reeds gezegd heb: zy is zeer gezond, en van een zeer aangenaamen
+smaak. Wanneer de schil geel word, is de binnenste zelfstandigheid
+zoet, en men kan ze raauw eeten, want zy heeft ten naasten by de smaak
+van een rype peer; maar tot die hoogte gekomen zynde, bedient men zig
+'er alleenlyk van op het nagerecht.
+
+De Bananen-boom is een zoort van plant van dien aart; hy verschilt
+alleenlyk van den Plantain-boom daar in, dat zyne vrucht meer eirond,
+en minder groot is, en dat men dezelve nooit eet, dan wanneer ze geel
+en volkomen ryp is. De eerste is van meerder nut; maar de tweede,
+die een reuk van muscus heeft, is lekkerder: de eene is in Surinamen
+bekend onder den naam van banana, de andere onder dien van bacouba. [6]
+
+Den 18den, van mynen vriend, den Majoor MEDLAR, verlof verkregen
+hebbende, om een keer naar Paramaribo te doen, begaf ik my derwaarts
+in een vaartuig; ik kwam aldaar aan op het tydstip, dat men myn zoon
+met Madéra wyn en water waschte, volgens de gewoonte des Lands. JOANNA
+was volmaakt hersteld, en ik bood haar een gouden gedenkpenning aan,
+welken myn vader op myn geboorte-dag aan myne moeder geschonken had. Ik
+bedankte ook mevrouw LOLKENS voor alle haare goedheden, en ik vertrok
+weder dadelyk naar de Hoop, alwaar ik den 22sten te rug kwam.
+
+De arme Neger, dien ik met de bezorging van mynen brief belast had,
+was minder gelukkig geweest, dan ik: de kragt van den stroom had
+zyne kano in het midden der Rivier Surinamen doen omslaan: hy konde
+niet zwemmen, maar had de kragt en behendigheid, om zig op de kano,
+die onöphoudelyk weder trachte om te keeren, recht op te houden,
+en door dit middel gelukte het hem om altyd het hoofd boven water
+te houden, terwyl de zwaarte van zyn lichaam dit vaartuig eindelyk
+belette te wankelen. Eene sloep van een oorlogschip verlostte hem
+gelukkig uit deeze gevaarlyke en lastige gesteldheid; maar zy, die op
+het schip waren, namen de kano voor hunne moeite, en zetten den man te
+Paramaribo aan land. Geduurende al den tyd, dat hy in 't water geweest
+was, had hy den brief tusschen zyne tanden gehouden, en denzelven met
+allen spoed willende bezorgen, deed hy dadelyk zyn best, om zulks te
+verrigten, maar vergistte zig in het huis: men zag hem in 't huis,
+alwaar hy binnen trad, voor een dief aan, want hy weigerde aanhoudend
+den medegebragten brief over te geven, en men stond gereed, om hem
+vier honderd geesselslagen te doen toetellen,wanneer gelukkiglyk
+een Engelsch Koopman, één van myne vrienden, GORDON genaamd, en
+die den Neger kende, hem uit deeze ongelegenheid redde. Dus wilde
+deeze arme jongen, die byna in de Rivier verdronken was, liever
+onder de geesselslagen sterven, dan de geheimen van zynen meester
+ontdekken.--Waar zyn de Europeanen, met zulk een moed en trouw begaafd!
+
+Hier boven van eene manier van visschen door middel van paalwerk
+melding gemaakt hebbende, zal men misschien verlangen deeze manier,
+die my dikwils eene zeer goede maaltyd verschafte, te kennen. Men
+omzet eenvoudig een vierkant vak in de Rivier, met goed paalwerk van
+Latanusboomen hout, die met koorden van heestergewassen vast zyn aan
+één gebonden. In het midden is eene breede opening of deur, welke men
+by den vloed open, en by de ebbe gesloten houdt, om voor te komen, dat
+de visch niet ontsnappe. Door dit middel vangen de Negers en Indianen
+dikwils eene groote meenigte visch. Onder die geenen, welken men de
+laatste keer vong, waren de logolago, en de matouary. De eerste is
+een zoort van zeer dikke paling, en twee voeten lang: zyne huid heeft
+eene bleekblauwe kleur op zyde en op den rug, maar witachtig onder den
+buik. Deeze paling is zeer vet, en van een goeden smaak. De matouary
+is klein en zonder schubben. Het is in Surinamen zeer merkwaardig,
+dat, zoo dra zy buiten 't water zyn, de meeste visschen een geknor
+maken, naar dat van een bigge gelykende.
+
+Den 23sten, op de Plantagie Knoppemonbo ten eeten zynde, zag ik twee
+vogelen, die al myn aandacht tot zig trokken. Een derzelve verdiende
+dit vooral, door het zonderling maakzel van zyn nest. Men noemt hem
+in dit Land Lipybanana, om dat hy zig voornamelyk, zoo men zegt, met
+rype bananen voedt. Ik weet niet of hy de spotvogel van Dr. BANCROFT
+is, maar hy koomt zeer naby aan deszelfs beschryving.
+
+Eenige vogels van dit zoort hadden zig op een grooten boom aan
+den waterkant genesteld: de Negers verzekerden my, dat zy zig op
+die plaats zedert verscheiden jaaren rustig by één verzamelden. Zy
+maakten eindelyk aldaar een getal van meer dan twee honderd uit. De
+gedaante deezer vogelen is ten naasten by die van een Engelsche
+lyster. De mannetjes hebben vederen op het lyf van eene zeer heldere
+zwarte kleur, zynde hun staart en een gedeelte der vlerken van
+eene karmozyn kleur; de wyfjes hebben ook het lyf zwart, maar het
+overige van eene zeer fraaije geele kleur. Hun zang was in de daad
+uit eene groote verscheidenheid van zangnooten zaamgesteld; maar hy
+had geene zoetluidenheid, en bootste geenen anderen wildzang naar,
+zoo als men gemeenlyk voorwendt, dat de spotvogel doet, dien ik voor
+'t overige in Surinamen niet heb hooren noemen. Deeze vogels hadden,
+ten getale van meer dan zestig, hunne nesten op het einde van de
+takken der boomen geplaatst, alwaar zy door den wind heen en weder
+slingerden. Deeze nesten, ten aanzien van derzelver gedaante naar
+een zoort van beursen gelykende, zyn in de laagte zeer rond; maar
+eindigen in de hoogte puntsgewyze. Zy zyn van een weinig hooy gemaakt;
+en in 't midden ziet men een gaatje, waar door de vogels uit en in
+vliegen. Hunne eieren leggen zy op den grond, die zeer breed is,
+en het boven-einde, spitswyze gemaakt, beveiligt deeze vogelnesten
+tegen roof en slegt weder: maar van nog meerder gewicht is het, dat,
+uit hoofde van hunne ligging, de aapen, die in dit Land zoo talryk
+zyn, hun geen nadeel kunnen toebrengen, om dat deeze takken, waar aan
+hunne nesten vast zyn, schoon sterk genoeg om dezelve, en het geen
+'er in is, te dragen, te zwak zyn voor vyanden van eene vry meerdere
+zwaarte; en tot meerder zekerheid waaren die geene, welke ik gezien
+heb, boven het water geplaatst.
+
+De andere vogel, dien ik in myn te rug komen doodde, was
+de Surinaamsche valk, die, ten aanzien van grootte en gedaante,
+naar dien in Engeland gelykt. Deszelfs pluimaadje is van een helder
+bruine kleur, en aan de borst en staart met verschillende roode,
+zwarte, en geele vlakken geteekend. Hy had een gespleeten tong,
+de oogen uittermaaten schitterend, de pooten van een citroen-kleur,
+en de klauwen met zeer lange en zeer puntige nagels gewapend. Deeze
+vogel doet veel schade op de Plantagiën, en vooral onder het gevogelte.
+
+Het word tyd, dat ik tot de krygs-verrigtingen van onzen Bevelhebber te
+rug keere, die eenige dagen op Maagdenberg gebleven zynde, op Kersdag
+met het zwak overschot van zyne krygsbenden optrok, en zig naar de
+Savane der Jooden begaf, van waar hy naar Maagdenberg te rug keerde,
+zonder iets gezien te hebben, maar ten minsten met den titel van den
+zwervenden Jood. Deeze weinige vorderingen wederhielden den Majoor
+MEDLAR en my niet, om hem ons verzoek te hernieuwen, ten einde hy ons
+zoude toestaan om hem op zyne tochten te vergezellen: onze verzoeken
+waren te vergeefs, want hy begaf zig toen naar Paramaribo, alwaar men
+dagelyks nieuwe versterkingen uit Europa verwagtte. Eindelyk echter
+stond hy ons toe hem naar deeze Hoofdstad der Volkplanting te volgen;
+ik zegge ons, om dat die zelfde gunst ook aan eenige andere Officiers
+wierd toegestaan, die in dit oogenblik aan alles gebrek hadden, terwyl
+'er vyftien vaten besten wyn, en vyftien duizend guldens aan geld,
+ter beschikking van den Colonel waren.
+
+
+
+VYFTIENDE HOOFTSTUK.
+
+Indianen, inboorlingen van
+Guiana.--Voedzel,--Wapenen,--Cieradiën,--Optooisels,--Bezigheden,
+--Vermaken,--Driften,--Godsdienst,--Huwelyken,--Begravenissen,
+enz, van deeze Volken.--De Caraïbische Indianen in 't byzonder,
+en hunne koophandel met de Europeanen.--Boomen, Heesters en Planten.
+
+Den 18den January 1774, verliet ik eindelyk den wachtpost van de
+Hoop, welke den lezer misschien reeds zoodanig verveeld zal hebben,
+als dezelve my te dier tyd gedaan had. Van daar zakte ik de Rivier
+af naar de Plantagie Arentslust; en des anderen daags hield ik op de
+Plantagie Katwyk, die zeer fraay is, het middagmaal. Ik dagt hier een
+einde aan alle myne reizen te maken; want de heer GOETZER, eigenaar
+van deeze Plantagie, my één van zyne paarden geleend hebbende, om
+zyne bezittingen eens te doorkruissen, verdweenen wy, het dier en ik,
+eensklaps; een houte brug, waar over ik heen reed, verrot zynde, brak
+oogenblikkelyk aan stukken; ik viel in 't water, en had veel moeite
+om de wal te bereiken; vervolgens eenige Negers geroepen hebbende,
+trokken zy het paard, het welk in de modder gezonken was, 'er uit;
+maar dit geschiedde egter niet zonder groote moeite.
+
+Des avonds vertrok ik nog naar Paramaribo, alwaar ik met laag water
+aankwam, het geen my gelegenheid gaf tot het beschouwen der boomen, die
+aan den oever der Rivier Surinamen groeien, en met oesters, even als
+vruchten, aan de takken vast zittende, bedekt zyn. Deeze byzonderheid
+heeft gelegenheid gegeven tot de algemeene misvatting, dat zy aan die
+boomen groeiende, 'er een gedeelte van zouden uitmaken; maar 'er is
+niets byzonders in gelegen, dat zy zig zoo wel aan de eene als andere
+zelfstandigheid vast hechten; want men vindt gemeenlyk verscheiden
+zoorten van schelpvisschen, die zig aan de kiel der schepen, als aan
+rotzen, vast houden. Deeze oesters, die de gedaante van paddenstoelen
+hebben, zyn zeer klein en vry middelmatig; honderd van dezelve zyn
+zoo veel niet waardig, als een dozyn Glocester oesters. Men vindt
+ook mosselen in Surinamen, maar zy zyn zoo klein en smakeloos, dat
+zy naauwlyks verdienen gemeld te worden.
+
+Des anderen daags na myne aankomst, gaf ik een bezoek aan den
+Gouverneur en aan den heer KENNEDY, als mede aan Mevrouwen LOLKENS en
+DEMELLY: allen ontfingen zy my met zeer veel eerbewyzing, en wenschten
+my geluk met myne kennis aan den heer DE GRAAF; zy keurden ook goed
+het geen ik voor JOANNA en voor myn zoon gedaan had.
+
+Den 22sten, het overschot van ons krygsvolk zig grootendeels op
+Paramaribo bevindende, gaf de heer VAN EYS eene maaltyd aan de
+geheele krygsbende.
+
+Den 29sten, kwam een aanzienlyk getal Indianen in deeze hoofdstad
+der Volkplanting aan. Deeze volken,die uit Guiana oorsprongelyk zyn,
+schynen de gelukkigste schepzels, die onder den hemel leven, en zyn
+in stammen (castes) verdeeld, als daar zyn,
+
+ De Caraïben. De Arrowouks.
+ De Accawaus. De Tajiras.
+ De Worrows. De Piannacotaus.
+
+'Er zyn bovendien nog veele anderen, wier gebruiken en gewoonten
+onbekend zyn. De Indianen van alle deeze stammen hebben in 't algemeen
+een koper-kleur; terwyl de Africaansche Negers, die onder den zelfden
+graad van breedte woonen, volmaakt zwart zyn. Men kan gemakkelyk van
+dit onderscheid reden geven: de Indianen van Guiana worden door de
+zeewinden, of de ooste winden, die tusschen de keerkringen waaien,
+aanhoudend verfrischt. De inwooners van Terra Firma en Peru aan de
+westkust van America, genieten ook denzelfden oosten wind, welke
+dien grooten keten van bergen, in de binnen-landen gelegen, wier
+kruin steeds met sneeuw bedekt is, en waar over die wind heen waait,
+altyd frisch houdt. De inwooners van Africa, zuidwaarts van de Rivier
+Senegal levende, hebben dien wind ook wel, maar na dat dezelve door
+de verschrikkelyke meenigte woestynen, welke zy overwaait, brandend
+geworden is.
+
+Deeze zyn de waarschynlykste oorzaaken, waarom de Americanen alleenlyk
+een koper- of roode kleur hebben, en dat de inwooners van Africa, welke
+Negers genoemd worden, geheel zwart zyn; namelyk, om dat de straalen
+der zon by de laatstgemelden meer brandende zyn, dan by de eersten, en
+niet om dat zy twee geheele onderscheidene stammen of geslachten zouden
+uitmaken: want ieder, die wel onderzoekt en opmerkt, ziet klaarlyk,
+dat 'er maar eene zoodanige stam van het menschdom op de aarde is, en
+dat het onderscheid tusschen de menschen alleenlyk voortkoomt uit het
+verschil van luchtstreek en grond. Ik ben daarënboven van gedachten,
+dat deeze Indianen altyd des te minder aangemerkt moeten worden als
+eene stam, van die van het oude vaste Land verschillende, wanneer men
+de nabyheid van Rusland aan Noord-America in aanschouw neemt. Uit het
+eerstgemelde Land zullen de eerste Americaanen verhuist zyn, maar zy
+hebben tot hier toe het nieuwe vaste Land slechts weinig bevolkt,
+uitgenomen egter Mexico, en eenige andere gedeelten van America,
+die door de gierigheid en het bygeloof der Spanjaarden ontvolkt zyn.
+
+Ik kan deeze Indianen van Guiana gelukkig noemen, daar hunne zeden en
+gerustheid door de gebreken der Europeanen niet zyn gestoord geworden,
+daar zy geene misslagen dan die der onkunde hebben, welke geenzints
+uit het bederf van eenen zoogenaamden staat van beschaafdheid, en
+van eenen Godsdienst, van deszelfs grondbeginzel zoo zeer afwykende,
+hunnen oorsprong nemen.
+
+Deeze aanmerkingen herïnneren my natuurlyk het antwoord van eenen
+Indiaan, met opzigt tot eene redenvoering van een Zweedsch Prediker,
+ter gelegenheid van een Vredes-verdrag, te Covestogo gesloten. Zie
+hier hetzelve in 't kort:
+
+"Wel! gelooft gy in de daad, dat onze voorvaderen en wy allen,
+zoo als gy zegt, veroordeeld zyn, om in eene andere weereld
+eeuwig-duurende folteringen te ondergaan, om dat wy van uwe
+geheimzinnige nieuwigheden niet zyn onderrigt geworden? Zyn wy niet het
+maakzel van God? En kan deeze God zonder de hulp van een boek zynen
+wil niet openbaaren? Indien dit waar is, en God is rechtvaardig, is
+het dan met zyne rechtvaardigheid eenigermaten over één te brengen,
+dat hy ons zonder onze toestemming in deeze weereld plaatsen zoude,
+en ons vervolgens tot eene eeuwige verdoemenis verwyzen, om dat wy
+met u niet eenstemmig denken. Neen, neen! wy zyn overtuigd, dat de
+Europeanen een meer bedorven zedenleer, dan de Indianen, hebben,
+indien wy hunne leer naar hun gedrag afmeten".
+
+'Er is zekerlyk geen loffelyker onderneming, dan om de waarheden, door
+God zelven aangekondigd, aan menschen, wier verstand zoo zuiver is,
+en zoo zeer verdient opgehelderd te worden, mede te deelen: maar ik
+vrees, en niet zonder reden, dat de pogingen van eenen achtenswaardigen
+Prediker zeer weinige vorderingen maken zullen, zoo lang het gedrag van
+het grootste gedeelte van andere zendelingen der Moravische Broederen,
+zig onder de Indianen aan de oevers der Saraméca nedergezet hebbende,
+alwaar zy zig met de bekeering der Indianen en Negers bezig houden,
+niet hunne leeringen lynrecht strydig wezen zal.
+
+Alle de Indianen van Guiana gelooven in eenen God, als de opper-oorzaak
+van alles goeds, en die hun nooit het minste kwaad wil doen; maar zy
+bidden den duivel aan, om de onheilen, waar mede hy hen kwellen kan,
+af te weeren: zy noemen hem Yawahou; zy schryven aan hem de smart,
+de ziekten, de wonden, en den dood toe, en overal, waar een Indiaan
+sterft, verlaat zyn geheele huisgezin dadelyk dit verblyf, om voor
+het vervolg den doodelyken invloed van het noodlot te ontwyken.
+
+De Indianen van Guiana zyn volken, die volmaakt vry zyn; dat is,
+zy kennen geene verdeeling van landen, en hebben geen ander bestuur,
+dan dat der oudsten, die elk in hun huisgezin den post van Capitain,
+Priester, en Geneesheer waarnemen; men bewyst hun eene eerbiedigende
+gehoorzaamheid, en noemt hen Peji, of Pagaijers, en even als by
+veele beschaafde volkeren, genieten zy meerder voorrechten, dan hunne
+overige landgenooten.
+
+De veelwyverye is onder deeze volken geoorloofd, en het staat aan
+ieder man vry zoo veele vrouwen te nemen, als hy onderhouden kan,
+schoon hy 'er doorgaans niet meer dan ééne heeft, op welke hy
+uittermaten jaloers is, en die hy oogenblikkelyk om hals brengt,
+zoo dra zy hem een sterk en zeker bewys van trouwloosheid geeft. De
+Indianen slaan hunne kinderen nooit, om welke reden het ook zy; en
+hun geheel onderwys bestaat in hen te leeren jagen, visschen, loopen
+en zwemmen. Nimmer beledigen zy elkander met scheldwoorden, en begaan
+geen diefstal; de leugen is onder hen eene onbekende zaak. By deeze
+gelukkige hoedanigheden kan men voegen, dat geen volk dankbaarer is,
+wanneer men hen met ordentelykheid behandelt; ik zal zelf, by vervolg,
+daar van een merkwaardig bewys opgeven; maar aan den anderen kant
+moet ik ook zeggen, dat deeze Indianen uittermaten wraakzuchtig zyn,
+vooral wanneer zy vermeenen, dat men hen onrechtvaardig beledigd heeft.
+
+De eenige gebreken, die ik in hun ken, indien men ze by hen als
+zoodanig beschouwt, zyn de onmatige drift om zig dronken te drinken,
+wanneer de gelegenheid zig daar toe aanbiedt, en hunne onbegrypelyke
+agteloosheid. De eenige bezigheid van eenen Indiaan, wanneer hy niet
+vischt, nog jaagt, bestaat om in zyn hangmat te gaan leggen, zig te
+vermaken met het schoonmaken zyner tanden, met de hairen van zynen
+baard tusschen zyne vingers te wryven, of zig zelf in een stuk van
+een gebroken spiegel te bekyken.
+
+De Indianen zyn in 't algemeen zeer zindelyk; zy baden zig twee of
+drie maalen daags in de Rivier of in de Zee. Allen, van welke kunne zy
+ook zyn, trekken zig al het hair uit, uitgenomen op het hoofd. Hun
+hoofdhair is dik, en van een schitterend zwarte kleur; het word
+niet grys, en nooit worden zy kaal; de mannen dragen het hair kort,
+maar by de vrouwen hangt het tot op de helft van den rug. Het schynt
+dat zy de Bybelleer volgen, waar in gezegd word, dat lange hairen de
+cieraad van een vrouw, en de schande van een man zyn.
+
+De Indianen van Guiana zyn noch groot, noch sterk, noch zwaar gespierd,
+en over 't algemeen zeer gezond. Hun gelaat geeft niets dan vergenoegen
+en goedäartigheid te kennen. Zy hebben regelmatige en schoone trekken,
+dunne lippen, witte tanden, en zwarte, maar kleine oogen. Echter
+mismaken zy zig allen meer of min door het gebruik van de Arnotta,
+of Roucou, waar aan zy den naam van Cosowy, en de Hollanders dien
+van Orlean geven. Het zaad van de Arnotta, in limoensap wel geweekt,
+en gemengd met water, en de gom, die van den boom, Mawna genaamd,
+afvloeit, of met oly van bevergeil, maakt eene scharlaken verwe,
+waar mede alle de Indianen zig het lichaam, en de mannen zelfs hun
+hoofdhair besmeeren, het geen aan de huid de kleur geeft van een
+gekookte zee-kreeft. Zy hebben bovendien de gewoonte, om zig met
+caraba, of krabben-oly, te wryven, en men moet erkennen, dat zulks
+voor menschen, die byna naakt zyn, in eene brandende luchtstreek zeer
+dienstig is. Op zekeren tyd aan 't lagchen geraakt zynde, op het
+zien van een jongen Indiaan, die van onder tot boven besmeerd was,
+en uit den omtrek van Caijenne kwam, antwoordde hy my in 't Fransch:
+"Dusdanig gebruik verzagt myne huid; het belet eene al te overvloedige
+uitwaasseming, en bewaart my gedeeltelyk voor het steken der insecten,
+die u kwellen; zie daar, myn heer, waar toe, behalven het fraaije,
+my die roode verwe dient. Zeg my nu eens, (wyzende op de poeder,
+waar van myn hair vol was,) om welke reden zyt gy wit geverwd? Ik
+vind geene reden, waarom gy op die wyze uw meel verdoet, uwe kleederen
+vuil maakt, en grys gelykt, eer gy oud zyt".
+
+De Indianen gebruiken ook tot het zelfde einde een zeer ligt gevlakt
+blauw, het welk zy tapowripa noemen; maar dit heeft alleenlyk plaats,
+wanneer zy zig willen opschikken, en het blyft negen dagen op de
+huid. Zy maken dit van het sap van eene kleine vrucht, gelykende
+naar een kleinen appel, en groeiende aan den boom, tawna genoemd, en
+welke zy in water laten weeken; zy bedienen 'er zig van, om over hun
+geheele lichaam en aangezicht een zooit van beeldspraken te teekenen,
+waar van de grond altyd vierkant is. Dit smeersel zit zoodanig aan
+de huid vast, dat één van onze Officiers, die zulks niet gelooven
+wilde, uit aartigheid goedvond zig twee zeer groote knevels te laten
+schilderen, welke hy tot ons groot vermaak verpligt was een geheele
+week op Paramaribo te dragen; en hy moest den gewoonen tyd afwagten,
+op welken deeze kleur weggaat, om daar van geheel en al ontheven
+te worden.
+
+De eenige kleeding, welke de Indianen hebben, bestaat in een
+zwart of blauw windzel van catoene lywaat, het welk de mans om hun
+midden dragen, en vry veel gelykheid heeft met het geen de Negers
+hun camisa noemen. Zy binden het om hunne lenden, en laaten het
+tusschen hunne beenen doorgaan; en dewyl het zeer lang is, hangen zy
+het einde over hunne schouders, of laten het agteloos over den grond
+sleepen. De vrouwen, hebben, in plaats van dit windzel, een zoort van
+voorschoot van catoene lywaat, met koraalen verciert, en by hun queiou
+genaamd. Dit voorschoot heeft maar een voet breedte tegen agt duimen
+hoogte; het is met franjen omboord, en met koorden van catoene draaden
+vast geknoopt. Schoon het zwaar is, maakt deeze kleinte het zelve niet
+zeer geschikt tot het oogmerk, waar toe het dienen moet. Verscheide
+vrouwen dragen ook een gordel van hair, waar aan zy van vooren en
+van agteren, een groote vierkante lap zwart catoene lywaat hegten,
+maar veel ligter en zonder sleep, zoo als de mannen aan hunne camisa
+hebben. Beiden dragen zy dit zoort van kleeding zeer laag; het geen
+hun het voorkomen van eene uittermaten lange gestalte geeft.
+
+In de binnen landen gaan verscheiden Indianen van beiderleije kunne
+geheel naakt. De opschik der vrouwen bestaat, om in kleine gaten,
+welke zy zig in de onderlip maken, spelden te steken, en zelfs alle
+de spelden, welke zy zig kunnen aanschaffen, en waar van de punten
+haar, als een zoort van baard, op de kin hangen. Door dat zelfde
+middel hangen zy ook brokjes kurk-, of ander ligt hout aan hunne
+ooren. Zommige van haar steeken ook gaten in de huid van hunne wangen
+of neus, om 'er vederen in te plaatsen; maar dit is zeer zeldzaam. Het
+ongeschiktst cieraad in myn smaak is dat der jonge dogters van tien of
+twaalf jaaren oud, en bestaande in een zoort van catoene koussebanden,
+die om de enklauwen en beneden de kniën naauw zyn toegebonden, en altyd
+zoo blyvende, de kuit van het been ongemeen dik maaken, wanneer zy
+in haar groeijen zyn, en haar een lomp voorkomen geeven. Alle dragen
+zy ook gordels, windzels, armringen van koraalen van verschillende
+kleuren, of van schelpen, en van tanden van visschen: zy dragen die
+om den hals, de schouders en de armen; maar de laatstgemelde meestal
+boven den elleboog. De Indiaansche vrouwen hebben in 't geheel zeer
+weinig bevalligheid in haare gestalte; zy zetten de voeten binnewaarts,
+en haare opschik heeft slechts eene middelmatige aantrekkelykheid. Ik
+moet egter hier van uitzonderen de vrouwen van zekeren byzonderen stam,
+waar van ik in 'tvervolg spreken zal.
+
+De cieraden der mannen bestaan in kroonen van vederen van verschillende
+kleuren, of in een zoort van draagband, gemaakt van tanden van tygers
+of wilde zwynen, welken zy als een teeken van hunne dapperheid en
+werkzaamheid dragen. De hoofden des huisgezins bedekken zig zomtyds met
+de huid van de eerstgemelde deezer dieren, met een zilvere plaat in de
+gedaante van een kruis vastgemaakt, het welk ze caracoly noemen. Zy
+steeken ook dikwils kleine brokken van dit zelfde metaal door het
+kraakbeen in het midden van den neus, of zomtyds een steen van eene
+groene of geele kleur. Alle deeze volken leven in de bosschen, by de
+Rivieren, langs de Zeekusten, en bewoonen kleine gehuchten. Hunne
+huizen of hutten, welke zy carbets noemen, zyn gebouwd, zoo als ik
+van die der Negers reeds heb opgegeven; maar in plaats van met bladen
+van Latanus-boomen bedekt te zyn, zyn zy bedekt met biezen, welke men
+hier tas noemt, en die by bossen op moerassige plaatsen groeien. Meer
+algemeen gebruiken zy hier toe troulies, een zoort van blaaden, aan den
+wortel der plant wassende, niet minder dan twintig of vier-en-twintig
+voeten lang, en twee of drie voeten breed zynde, welke geheele jaaren
+eene kragtdadige beschutting tegen het guur weder verschaffen.
+
+De huisraad en gereedschappen der Indianen zyn zeer eenvoudig, maar
+tot hun gebruik voldoende: het zyn eenige potten van zwarte aarde,
+die zy zelve maaken; eenige calebassen of kauwoerden; eenige korven,
+welke zy pagala noemen; een steen om te malen, matta genaamd, en een
+anderen om hun cassaven-brood te bakken; een zoort van waijer, om
+het vuur aan te blazen; een houte stoel, mouly genaamd; een zeeft,
+mounary genaamd; een pers, matoppy genaamd, dienende om het vocht
+van de cassave uit te perssen; en eindelyk een catoene hangmat,
+waar in zy slapen.
+
+Door hunne betrekkingen met de Europeanen, hebben zy bylen of messen,
+welken deeze aan hun bezorgen; en zy dragen de eerstgemelden altyd
+om hun midden even als dolken. Elk huisgezin der Indianen is ook van
+een groot vaartuig of kano voorzien, om alles, wat hy bezit, over te
+voeren, wanneer zy te water reizen, het geen zeer dikwils voorvalt.
+
+De eenige plantgewassen, door deeze volken aangekweekt wordende, zyn
+de ignames, de plantain-boomen, welken ik reeds beschreven heb, en in
+'t byzonder de Maniok, waar van zy de cassave maken. De laatstgemelde
+plant is een zacht en grysachtig heestergewas, het welk omtrent
+drie voeten hoog opgroeit. Deszelfs bladeren zyn gevingerd, breed,
+en hangende aan steelen van eene kaneel-kleur. Deeze heesters
+zyn van tweërley zoort, door de benaaming van zoete en bittere
+onderscheiden. De wortels alleen zyn goed; zy zyn van een meelachtigen
+aart, en van een zeer zoeten smaak; en ten aanzien van kleur, grootte
+en gedaante, gelyken zy veel naar Europeesche witte wortelen. De zoete
+maniok, even als de groene plantains, onder heeten asch gebraden,
+en met boter gegeten, is een aangenaam en gezond voedzel, en heeft
+den smaak van kastanjes. Maar de bittere maniok, wanneer hy raauw
+is, is het doodelykst vergift, zoo voor menschen als beesten; en
+ondertusschen hoe vreemd dit ook schynen moge, wanneer hy door het
+vuur is gaar geworden, word hy een zeer heilzaam voedzel, en dient aan
+de Indianen van dit Land, zoo wel als aan de Europeanen en Negers,
+tot brood. Zie hier de manier, waar op de eerstgemelden de cassave
+gereed maken: eerst malen of raspen zy de wortels op de matta, of
+ruwe steen. Dit geraspte zetten zy vervolgens in een pers, om het
+sap van de meelachtige zelfstandigheid af te scheiden. Deeze pers is
+een zoort van zeer lange buis, van warimsbo, of gevlochten biezen,
+gemaakt; na dezelve met geraspte cassave gevult te hebben, hangt men
+die aan een boom, en maakt 'er van onderen een, stuk hout aan vast,
+welks zwaarte deeze buis uitrekt; terwyl de langzaam voortgaande
+drukking het vocht door derzelver openingen doet uitloopen. Deeze
+bewerking geëindigd zynde, geeft men aan het meelachtig gedeelte de
+ronde gedaante van een koek, welke men op een heeten steen laat bakken,
+tot dat dezelve bruin en geroost is; als dan is het een zeer gezond
+voedzel, het welk zes maanden lang bewaard kan worden. Men moet egter
+toestemmen, dat door deeze behandeling de smaak van dit zoort van brood
+zoetachtig en smakeloos word. Indien de slaven op de Plantagiën geene
+zorge droegen, om het aldus uitgeperst vocht van deezen wortel weg
+te werpen, zoude het vee en gevogelte 'er van drinken, het geen hen
+oogenblikkelyk zoude doen opzwellen, en in doodelyke stuiptrekkingen
+vervallen; en echter dient dit zelfde vocht, met geslacht vleesch en
+peper gekookt, om 'er soep van te maken. Men moet geen maniok-wortel
+tot voedzel nemen, zonder denzelven wel te kennen: verscheiden lieden
+zyn, zoo als ik zeker weet, vergeven geworden, door het een voor het
+ander te nemen. Het onderscheid tusschen de twee zoorten bestaat daar
+in, dat een houtachtig en ruw vezel, of een zoort van koord, dwars
+door den wortel van den zoeten of eetbaaren maniok loopt, terwyl de
+bittere of vergiftige maniok zulks niet heeft. De Indianen eeten
+ook acajou-nooten, en zy brengen ze dikwils te Paramaribo, alwaar
+men ze inginotto noemt. De pitten van deeze nooten, die, ten aanzien
+van de kleur en gedaante, naar lams-nieren gelyken, zyn uittermaten
+lekker. De acajou-nooten groeien aan boomen, welke men niet dan zeer
+diep binnen in 't land vindt, maar dewyl ik 'er geene gezien heb,
+kan ik 'er geene beschryving van geven.
+
+De Indianen voeden zig ook met land- en zeeschildpadden en met krabben,
+welke zy syryca noemen, en welke men by laag water in meenigte langs
+de kusten van Guiana in het slyk vindt. Zy zyn 'er zeer heet op, gelyk
+ook op rivier-kreeften, welke zy sarosara noemen, en die in dit Land
+zeer overvloedig zyn; maar geen zoort van voedzel behaagt hun meer,
+dan de iguana, of de hagedis waijamaca, waar van ik reeds gesproken
+heb. Al wat zy eeten, is zoodanig met peper van Caijenne aangezet,
+dat een Europeaan het proevende den mond branden zoude. Zy gebruiken
+weinig of geen zout, en laaten hun wildt in den rook droogen, het
+geen het voor 't bederf bewaart. Indien een Indiaan verzuimt heeft,
+om door jagen of visschen levens-middelen te vergaderen, stilt hy
+zyn honger met het een of ander voortbrengzel der bosschen.
+
+Deeze volken hebben verscheiden zoorten van drank, en onder anderen
+het sap van zekere vrucht, by hen coumou genaamd. De boom, die deeze
+vrucht voortbrengt, is een palmboom van het kleinste zoort. Deszelfs
+zaad is besloten in bessen van een blauw gevlakte kleur, die naar
+trossen gelyken, en wier vleesch aan een harde en ronde pit, als een
+pistool-kogel, lugtig aanhangt. Men laat deeze bessen in kokend water
+weeken en ontbinden: de inwooners van goeden smaak doen vervolgens
+suiker en kaneel in dit vocht, het welk hun dan tot drank dient,
+en zeer sterk de smaak van chocolaad heeft. Een andere drank, waar
+aan de Indianen den naam van Pivorry geven, is een mengzel van
+cassavebrood, door de vrouwen gekauwd, en in water uitgegist; het
+heeft de smaak van zoet bier (aile), en kan iemand dronken maken. Men
+vindt het dadelyk vreemd, dat menschen, van welken landäart ook,
+een drank kunnen drinken, welken een ander in den mond gehad heeft:
+maar zy, die de reizen van Capitain COOCK geleezen hebben, zullen
+zig herinneren, dat deeze gewoonte op de door hem ontdekte Eilanden
+mede plaats heeft, en dat, zoo hy zig daar niet naar geschikt had,
+hy derzelver inwooners zeer te onvreden zoude gemaakt hebben. Zyne
+Officiers echter vonden niet goed, om zig naar dit gebruik te voegen,
+en weigerden, om van deezen walgelyken drank mede te drinken. Het
+brood, van Turksch graan gemaakt, dient ook aan de inboorlingen van
+Guiana, om 'er een ander zoort van drank van te maken; zy kruimelen
+het, en laten het in water weeken, tot dat dit mengzel, even als
+het voorgaande, is uitgegist, en zy noemen het zelve chiacoar. Deeze
+volken hebben bovendien nog een vierde zoort, cassiry genaamd, waar
+van zy veel gebruik maken. Het is zaamgesteld uit ignames, cassave,
+zuure orange-appelen, en suiker of teriaak, in water wel geweekt en
+uitgegist zynde. Ik moet 'er byvoegen, dat alle deeze dranken, als men
+'er te veel van gebruikt, dronken maken, het geen aan de Indianen, mans
+en vrouwen, dikwils gebeurd. Dan alleenlyk begaan zy ongeregeldheden,
+en ontstaan 'er twisten onder hen.
+
+De taal der Indianen in 't algemeen gelykt veel, ten aanzien van de
+uitspraak, naar de Italiaansche. Hunne woorden zyn welluidend, en
+eindigen met een klinkletter, zoo als men uit de door my bygebragte
+zien kan. Tot hun Almanach hebben zy niets anders, dan een koord met
+knoopen. Hun speeltuig bestaat voor eerst in een zoort van fluit,
+toutou genaamd, van een zeer dik bies gemaakt, waar op zy geluiden
+doen hooren, die niet veel aangenaamer zyn dan het gebulk van een os,
+en zonder welluidenheid of maat. Eene andere fluit, door deeze volken
+quarta genoemd, (veel overëenkomst hebbende met het geen OVIDIUS noemt
+Syrinx, en eenige dichters het rietfluitje van PAN:) is gemaakt van
+eene verzameling van rieten, aan het eene einde van ongelyke grootte,
+en als de pypen van een orgel te zamen gevoegd. Om op deeze fluit te
+spelen, neemt men ze met beide handen, en brengt ze aan de lippen,
+alwaar men ze heen en weder draaiende, 'er een zoort van mateloos
+en helder geluid mede maakt, het welk voor niemand aangenaam is,
+dan voor deeze Indianen. Wanneer ik zoodanig één moedernaakt, in
+het midden van een boschjen, op zyn rieten fluitje hoor speelen,
+verbeeld ik my den God PAN te zien. Ik bezit tans ook nog eene fluit,
+welke zy van een been van hunne vyanden maken. Hunne dans, indien men
+'er dien naam aan geven kan, bepaalt zig tot sprongen, tot slingeren
+op één been, en tot rond draaien in verschillende houdingen, tot dat
+hun hoofd duizelig word.
+
+De Indianen zyn zeer gemeenzaam onder elkander, en komen dikwils in
+eene groote hut of carbet, die daar toe in ieder gehucht is opgericht,
+by elkander. Zy danssen, zy speelen daar, of vermaken zig met het
+hooren of doen van vertellingen van spooken, toovenaars, of het
+verhaalen van hunne droomen, terwyl zy tusschen beiden dikwils in een
+onmatig gelach uitbarsten. Zy scheppen groot vermaak in zig te baden,
+het geen zy twee of drie maalen daags doen, mans, vrouwen, jongens,
+meisjens, allen onder malkander; en by deeze partyen maken zy zig zelfs
+niet aan de geringste onvoeglykheid schuldig, het zy met woorden, het
+zy met daden. Zy zyn, allen zonder onderscheid, uitmuntende zwemmers.
+
+De bezigheden der mannen zyn, zoo als ik reeds gezegd heb, weinig in
+getal: men kan ze in twee woorden uitdrukken, jagen en visschen; en
+zekerlyk zyn de Indianen op deeze beide oeffeningen meerder afgericht,
+dan eenig ander mensch, tot welk volk hy ook behoore. Tot de jagt
+bedienen zy zig van boogen en pylen, welken zy zelve maken; en van de
+laatstgemelde hebben zy verschillende zoorten, naar den verschillenden
+aart van het wildt, waar op zy ter jagt willen gaan. Hunne bogen
+zyn van het stevigste en hardste hout gemaakt; zy geven aan dezelve
+zes voeten, en polysten ze op het fraaist door middel van een steen:
+deeze bogen zyn gespannen met koorden van zyde-planten, en de greep is
+met catoen omwonden. Hunne pylen hebben doorgaans by de vier voeten
+lengte. Zy zyn van een zoort van zeer sterk en recht riet gemaakt,
+aan welks einde eene ligte roede van een voet lengte is vast gemaakt,
+om ze in evenwigt te houden, en zy zyn met een staale punt, of een
+vischgraat gewapend, welke altyd een weerhaak heeft. Zommige van de
+pylen deezer volken hebben een punt als die van een lans; andere zyn
+met dubbele en driedubbele weerhaken, en zoodanig in één gewerkt,
+dat zy in de wond blyven hangen, wanneer zelfs het hout weggenomen
+is; deeze zyn de pylen, waar van men zig voornamelyk voor het jagen
+en visschen bedient; want, schoon zy niet doodelyk zyn, zyn zy voor
+het wildt ongemeen hinderlyk, en door middel van een boey, welke men
+'er aan vast maakt, dienen zy om de visch naar de oppervlakte van
+het water te trekken, en mitsdien om zoo wel de een als de ander te
+vangen. Deeze pylen zyn alle van vederen van zes of zeven duimen lang
+voorzien. Verscheide hebben in plaats van punten rond gemaakte knoppen,
+van de grootte van een kastanje; de Indianen bedienen 'er zig van om
+de papegaijen en kleine apen te bedwelmen en te doen nedervallen,
+waar na zy ze met de hand grypen; deeze dieren komen weder spoedig
+by, en men zend ze levendig naar Paramaribo. Zommige van deeze pylen,
+geschikt om de visschen te dooden, hebben de gedaante van een drietand,
+hebbende tot drie en zelfs tot vyf punten. De Indianen doopen 'er
+ook eenige, maar in een klein getal, in het vergift, wourara [7]
+genaamd, het welk eene verschrikkelyke en schielyke werking doet;
+maar wanneer zy vreezen, dat hun schot zoude mogen missen, bedienen zy
+zig van een ander zoort van pylen, die niet meer dan tien of twaalf
+duimen lang, uitermaten dun, en van de schors van zeer hard palmhout
+gemaakt zyn. In plaats van vederen, is dezelve met catoen omwonden,
+zoo veel als voldoende is tot het vullen van een holle buis, van
+een riet gemaakt, en by de zes voeten lang, waar in deeze Indianen
+met hun adem blaazen. Zy werpen deeze doodelyke werktuigen, op den
+afstand van veertig schreden, en op zulk eene zekere manier, dat
+het dier, het welk zy mikken, hun niet ontsnappen kan. De punt van
+deeze laatstgemelde pylen word ook in het vergift wourara gedoopt,
+het welk zulk een krachtig vermogen heeft, dat by den laatsten
+opstand, in de Volkplanting de Berbices voorgevallen, eene vrouw,
+die door eene deezer vergiftigde pylen ligt gewond was, niet alleen
+byna oogenblikkelyk stierf, maar dat zelfs een kind, het welk zy aan
+de borst had, schoon het door dit wreed wapentuig niet geraakt was,
+insgelyks overleed, vermits het slechts een oogenblik aan de borst
+zyner moeder, na dat deeze was gekwetst geworden, gezogen had.
+
+De manier van visschen is by de Indianen byna dezelfde, als die, welke
+ik reeds ter gelegenheid van den post de Hoop beschreven heb. Zy maken
+een fuik van paalwerk, by den ingang van kleine kreeken en in laage
+gronden; zy dooden aldaar de visch met hunne drietandige pylen, of
+vergiftigen het water, door 'er wortels van hiary, in Surinamen den
+naam van tringy-youco of konamy dragende, in te werpen. Deeze wortel
+verdooft den visch; en in dien staat kan men hem met de hand grypen,
+terwyl hy op de oppervlakte van het water dryft. De Indianen dryven in
+deeze wortelen handel, en verzenden ze in meenigte naar de Plantagiën,
+en naar Paramaribo. Zie daar, welke, behalven het maken van hunne
+huisraad, cieradiën, en wapentuigen, by deeze volken de bezigheden
+der mannen zyn.
+
+Ik moet ook niet vergeten, dat elke Indiaan ter zyner verdediging
+een knods draagt, welke men apoutou noemt, van het zwaarste hout uit
+het bosch gemaakt: dezelve is agttien duimen lang, aan de twee einden
+plat en vierkant; maar aan het eene einde veel zwaarer, dan aan het
+andere: in het midden is dezelve het dunst; hy is omwonden met zeer
+sterke draden catoen, dienende om hem met des te meerder vastheid aan
+te vatten, en door een zoort van stootplaat gedekt, om de voorhand te
+bewaaren. Door een slag met deezen knods, waar aan dikwils een puntige
+steen word vast gemaakt, slaat men iemand de herssens in. De Indianen
+van Guiana snyden dikwils op hun apoutou beeldspraakige vertooningen,
+en het getal der vyanden, welken zy gedood hebben. Om den steen aan
+deezen knods vast te maken, steekt men dien in den boom zelven, die
+het hout levert, terwyl die in zyn groei is; dezelve hecht zig daar
+aan als dan zoo vast, dat het niet mogelyk is 'er dien uit te trekken;
+vervolgens hakt men dit hout, om 'er het fatsoen aan te geven.
+
+De vrouwen houden zig bezig, om de maniok, de bananen, de ignames,
+en andere wortelen te planten; zy maken de levens-middelen gereed,
+maken aarde potten, catoene hangmatten, armbanden, en manden of
+korven. De beste derzelve worden pagala genoemd; zy zyn van een
+dubbele rieten mat gemaakt, die den naam van warimbo draagt, en eene
+witte of bruine kleur heeft; en deeze dubbele mat is tusschen beiden
+met bladeren van tas of trouly gevuld, om ze voor de vochtigheid te
+beveiligen. Het dekzel is gewoonlyk veel hooger en breeder, dan de
+mand zelve; het gaat over de geheele mand heen, en maakt dezelve op
+die wyze nog sterker: de bodem rust op twee stukken hout, kruislings
+gelegd. De hangmatten zyn geweven; het geen veel moeite en tyd vordert;
+want men moet elke draad, één voor één, in de scheering steeken, byna
+op dezelfde manier, waar op men koussen weeft. Men legt vervolgens
+deeze hangmatten in eene verwe, van schorssen van boomen gemaakt,
+volgens de kleur, die men 'er aan geven wil.
+
+De Indiaansche meisjes bereiken de huwbaarheid voor den ouderdom van
+twaalf jaaren, en zomtyds zelfs veel eerder. Men huwd ze op die jaaren
+uit. De geheele plechtigheid bestaat, ten aanzien van den jongman,
+daar in, dat hy aan de jonge dogter eene zekere hoeveelheid wildt
+en visch, door hem gevangen, aanbied; en, wanneer zy dit aanneemt,
+doet hy haar deeze vraag: "Wilt gy myne vrouw zyn"? Indien zy dit met
+ja beantwoordt, is de zaak klaar; en wanneer het huis en de huisraad
+gereed zyn, viert men de bruiloft door een feest, waar op men zig
+dronken drinkt. De zwangere vrouwen kramen zonder hulp, en met zoo
+weinig moeite en pyn, dat men haar schier ontheven zoude oordeelen
+van het vonnis, tegen de eerste moeder van het menschelyk geslacht
+uitgesproken. Zy verrigten alle de bezigheden van het huishouden
+en bedienen haare mannen op den dag van haare verlossing zelven. Hoe
+belachelyk en ongeloofbaar deeze gewoonte ook schynen moge, is het niet
+minder waar, dat de man in dat geval, geduurende meer dan een maand,
+in zyne hangmat leggen blyft, alwaar hy steent en zucht, als of hy
+zelf van een kind stond te verlossen; en geduurende al dien tyd,
+moet zyne vrouw hem zorgvuldig oppassen, en hem het beste voedzel
+geven. Dit zyn de Indianen gewoon te noemen genot van zig zelven
+te hebben, en van hunne vermoeidheid uit te rusten. Verscheiden van
+deeze volken beschouwen een plat voorhoofd als eene groote schoonheid,
+en zoo dra hunne kinderen geboren zyn, drukken zy derzelver voorhoofd
+plat, zoo als eenige wilden in het Noorden van America doen.
+
+De Indiaansche vrouwen eeten niet met hunne mannen, en zy bedienen
+hun als slavinnen, het geen haar belet, om alle mogelyke zorge voor
+haare kinderen te dragen; deezen zyn echter steeds wel gesteld en
+sterk. Wanneer zy reizen, dragen zy dezelve in kleine hangmatten,
+die op één der schouderen hangen; het kind zit in dezelve, met de
+beenen, het één voor, het ander agter de moeder geplaatst.
+
+Deze Indianen neemen sap van tabak, in plaats van een
+braakmiddel. Wanneer één van hun op sterven ligt, het zy van ziekte,
+het zy van ouderdom, (en dit laatste overkoomt hun meer dan het
+andere) bezweert de Peji, of Priester, den Yawahou, of duivel, te
+middernacht, door het roeren van een calebas, gevuld met steentjes,
+erweten, en koraalen, geduurende welke verrigting hy eene lange
+redenvoering doet. Het ampt van Priester is by deeze volken erffelyk;
+en, zoo als ik reeds gezegd heb, hy, welke dien post vervult, heeft
+de eerstelingen van alle zoorten van spyzen of dranken, en zelfs een
+gemakkelyker leven. Wanneer een Indiaan gestorven is, wascht men hem,
+wryvt hem met olie, en steekt hem in een zak van nieuw catoen; hy zit
+daar in, met de elleboogen op de kniën, het gezicht met de palm van
+beide handen bedekt, en al zyn krygs- of jagt-gereedschap word by
+hem gelegd. Geduurende deeze plechtigheid, doen zyne nabestaanden,
+zyne vrienden, zyne gebuuren, de lucht van een jammerlyk geschreeuw
+weergalmen, maar kort daar na drinken zy zig aan sterke dranken
+dronken, en spoelen dus hun hartzeer af, het welk niet voor het
+volgende jaar weder te voorschyn koomt. Deeze gewoonte heeft daar door
+eenige overëenkomst met die der Berg-Schotten, by het begraven hunner
+dooden. Op het einde van het jaar haalt men het lyk uit den grond;
+het vleesch is 'er dan van afgescheiden, en men verdeelt de beenderen
+onder de nabestaanden en vrienden; men volgt dezelfde plechtigheden,
+als de eerste keer; waar na de geheele buurt naar eene andere geschikte
+verblyfplaats zoekt. Eenige byzondere stammen van Indianen volgen nu
+en dan een verschillend gebruik. Na het lichaam van hunne overledene
+nabestaanden of vrienden in de zoo even beschrevene houding geplaatst
+te hebben, leggen zy het zelve in 't water, en laten het verscheiden
+dagen daar in. De visschen eeten 'er wel dra het vleesch af, en wanneer
+'er niet meer aan is, haalt men het geraamte uit 't water, laat het
+in de zon droogen, en hangt het vervolgens van binnen aan het dak
+der hutten of carbets. Dit is het grootste bewys van teedere liefde
+en achting, welke men, by deeze volken, aan de dooden bewyzen kan.
+
+Wanneer deeze Indianen te land reizen, neemen zy altoos hunne kano met
+zig, welke gemaakt is van den stam van een grooten boom, door middel
+van het vuur uitgehold. Dezelve dient hun dan tot het overbrengen van
+hun reistuig, wanneer zy moerassen doorwaden, of kreeken of rivieren
+over moeten; en is, even als zy zelven, geheel rood geverwd. Indien
+zy te water reizen, gaan zy doorgaans tegen den stroom, om het wildt,
+het welk zy op de boomen, of aan den oever zien, des te gemakkelykcr
+te kunnen dooden; indien zy met den stroom mede roeiden, zou de
+kragt van 't water hen noodzaaken om gezwind voort te gaan. Wanneer
+zy de zeekusten volgen, gebeurd het dikwils, dat eene golve hunne
+cano met water vult; maar in weerwil van dit ongeluk, lyden zy nooit
+schipbreuk. In zoodanig geval werpen zy allen, mans en vrouwen, zig
+oogenblikkelyk in het water; met de eene hand houden zy zig aan de
+kano vast, en met de andere maken zy dezelve met calebassen ledig.
+
+Schoon de Indianen van Guiana zeer vreedzaame volken zyn, voeren
+zy echter zomtyds oorlog, eenvoudiglyk om gevangenen te hebben: de
+Europeanen zetten hen maar al te dikwils daar toe aan, om dezelven
+van hun te koopen, en 'er slaven van te maken; maar zy dienen niet
+meer dan tot eene uiterlyke vertooning, dewyl zy volstrekt weigeren te
+arbeiden: indien men hen mishandelt, en vooral indien men hen slaat,
+kwynen zy, teeren uit, en weigeren alle voedzel, tot dat zy eindelyk
+van verzwakking en smarte sterven.
+
+De Indianen doen altyd hunne aanvallen midden in den nacht; hunne
+krygsverrigtingen gelyken meer naar die van een beleg, dan naar
+die van eenen veldslag; zy bestaan in het omcingelen der vyandelyke
+gehuchten, terwyl derzelver bewooners in diepen slaap liggen; in het
+gevangen nemen der vrouwen en kinderen van beiderleije kunne; in het
+dooden der mannen met hunne vergiftigde pylen, of in dezelven met
+hunne apoutous, of knodsen, de herssenen in te slaan. Zy ontnemen
+ook aan de laatstgemelden het hoofdhair, en brengen het als een
+zegenteeken t'huis, om het aan hunne kinderen en vrouwen te toonen,
+of zy verkoopen het aan de Europeanen op Paramaribo. In de vechteryen
+van twee partyen, maar die zeer zeldzaam onder hun voorvallen, zyn de
+boog, en met weerhaaken voorziene pylen, hunne voornaame aanvallende
+wapentuigen. Deeze raaken den vyand, en doen denzelven omkomen,
+op den afstand van meer dan zestig schreden. De ligtste vogel zelf
+in zyne vlugt, indien hy slechts de grootte van eene kraay heeft,
+kan hun niet ontsnappen.--De behendigheid van deeze volken, in
+alle hunne krygsoeffeningen, is zoo groot, dat de beste schutters,
+in de veldslagen van Crecy, van Poitiers en van Agincourt, voor
+hun zouden hebben moeten onderdoen.--Ik moet 'er nog byvoegen, dat
+wanneer deeze Indianen gaan oorlogen, zy eenen Generaal verkiezen,
+wien zy den titel van Outil geven.
+
+De koophandel, welken de Indianen van Guiana met de Hollanders dryven,
+bestaat in ruilingen. Zy leveren slaven, waterkruiken, kano's en
+hangmatten, Brasilie-hout, hiary wortelen, kapellen, papegaijen, apen,
+copaiva-balsem, arracocerra-gom, oly van acajou-noten, en arnotta;
+waar voor zy wederkeerig ontfangen gecouleurde stoffen, snaphaanen,
+kruid, bylen, messen, scharen, glaswerk, spiegels, visch-haaken,
+kannen, naalden, spelden, enz. De copaïva-balsem druipt van de
+schors van eenen dikken boom, die zeer verre binnen in het Land
+groeit, welks bladeren breed en puntig zyn, en die eene vrucht
+draagt, als een komkommer. Deeze gom is geel, hard, doorschynend,
+en naar amber gelykende. Wanneer men ze ontbindt, geeft ze een
+aangenaame geur van zig, en dient tot een water-afdryvend middel,
+en tot een vernis. De gom, aracocerra genoemd, loopt uit een boom,
+die men insgelyks in het binnenste des lands vindt. Zy is geel, gelyk
+de eerstgemelde, maar zwaar, en zacht in het aanraken: derzelver
+reuk is ook veel geuriger. De Europeanen en Indianen waardeeren
+dezelve zeer, uit hoofde van haar krachtig vermogen tot geneezing
+van wonden en andere kwaalen. De caraba, of oly van acajou-noten,
+word op deeze wyze gemaakt: men klopt, stampt en kookt de pitten,
+welke men uit de hoekachtige en bruine vrucht haalt, groeiende
+aan een boom van denzelfden naam, die de gedaante van een goeden
+kastanje-boom heeft. Deeze oly is bitter. De Indianen bedienen 'er
+zig van, om 'er het lyf mede te besmeeren, en de Europeanen gebruiken
+ze tot verschillende einden. De boom, wiens bladeren naar die van
+den laurierboom gelyken, groeit tot de hoogte van meer dan vyftig
+voeten; maar dewyl ik denzelven, noch ook de twee eerstgemelden,
+niet gezien heb, kan ik 'er niet meer van zeggen. De Mawna-boom is
+hoog, recht, en van een helder bruine kleur; deszelfs bladeren zyn
+eirond, en de noten gelyken naar muscaat noten; maar zy hebben 'er de
+geur niet van. De gom loopt uit den stam door insnydingen, welke men
+'er in maakt; de Indianen laaten dezelve in water ontbinden, en, zoo
+als ik reeds gezegd heb, zy mengen die onder de arnotta, om zig te
+beschilderen. De Palma-Christi by de kruidkundigen onder den naam van
+Ricinus, of den Wonderboom, bekend, is een heester van omtrent vier
+voeten hoog. Hy is recht op geschoten, en met breede gevingerde bladen
+bedekt, hangende aan lange steelen, en zulks zoo wel de stam, als de
+takken. Deeze heesters zyn van tweederley zoort, roode en witte. Zy
+brengen driehoekige nooten voort, zittende in groene schillen, die
+bruin worden, en afvallen, wanneer de vrucht ryp is. Men perst uit
+deeze noten de oly, aan welke men in Surinamen den naam geeft van
+carapat. Derzelver smaak gelykt veel naar die van olyf-olie.
+
+Onder alle de Indiaansche volken, onderscheiden zig de Caraïben door
+hun getal, werkzaamheid, en dapperheid. Zy woonen grootendeels naar
+den kant der Spaansche bezittingen, die zy dikwils ontrusten door
+een geest van wraakzucht over de wreedheden, omtrent de volken van
+Mexico en Peru, welken de Caraïben als hunne voorvaderen beschouwen,
+door deeze Europeanen zynde gepleegd geweest; zy hebben een Capitain
+aan hun hoofd, en verzamelen zig by elkander op het geluid van een
+zeeschelp; dikwils leveren zy ook slag aan de Indianen uit hunne
+nabuurschap; maar eene byzonderheid, die schier ongelooflyk schynt,
+en sterk is tegengesproken geworden, steldt hen beneden alle de andere
+volken van het vaste Land; zy zyn Cannibalen, of menschen-eeters. Dit
+is ten minsten zeker, dat zy hunne vyanden eeten, wier vleesch zy
+met de gretigheid van een gier inslokken, schoon men in algemeen
+vooronderstelt, dat zy daar toe meer door wraakzucht, dan door een
+bedorven smaak, gedreven worden.
+
+De Accawaus-Indianen zyn weinig in getal, en van de zee-kusten meer
+af gelegen, dan de eerstgemelden. Zy leven in goede verstandhouding
+met de Hollanders; maar zy zyn valsch, en weeten een langzaam vergift
+te bereiden, het welk zy onder hunne nagels verbergen. Hunne hutten
+zyn omringd met staketzels, van palen gemaakt, waar van de punten
+ook vergiftigd zyn.
+
+De Worrows-Indianen, zoo zy niet de wreedsten zyn, mogen ten minsten
+voor de verachtelyksten van alle de Indianen in Guiana gehouden
+worden. Zy woonen langs de Orenoco, tot aan de Volkplanting van
+Surinamen. Hunne kleur is onaangenaam en bleek. Zy zyn wel sterk,
+maar kleinmoedig. Hunne natuurlyke vadzigheid en hunne elende, een
+gevolg van hunne gevoelloosheid, is zoo groot, dat zy naauwlyks zoo
+veel hebben om die deelen te bedekken, welke de schaamte gebiedt
+te verbergen, en dat zy zig daar toe dikwils van den schors van een
+palmboom in plaats van linnen bedienen. Zomtyds gaan zy geheel naakt,
+en geven een ondraaglyken stank van zig. Hunne luiheid noodzaakt hen
+den meesten tyd, om alleen van wilde vrugten te leven, en niets dan
+water te drinken. Het moge vreemd dunken, wanneer men zegt, dat dit
+volk wel te vreden is; maar men moet begrypen, dat deszelfs verlangen
+zig tot deeze genietingen bepaalt, en dat men nooit een Indiaan hoort
+klagen, dat hy ongelukkig is.
+
+De Tajiras bewoonen ook de zeekust, tusschen de Volkplanting
+van Surinamen, en de Rivier der Amazonen; hun getal is het meest
+aanzienlyk; men berekent ze op byna twintig duizend zielen in deeze
+bezitting alleen. Deeze Indianen zyn vreedzaam; maar zeer ongevoelig,
+en in veele opzigten gelyken zy naar de Worrows.
+
+De Piannacotaus leven zeer verre in de binnen landen, en zyn
+vyanden van de Europeanen, met wien zy weigeren te handelen, of in
+de minste betrekking te staan. Dit kan ik 'er bovendien van zeggen,
+dat zy alle de Christenen in Guiana vermoorden zouden, indien zy
+'er de magt toe hadden.
+
+De eenige Indiaansche natie in dit Land, die my nog staat op te noemen,
+is die der Arrowouks: ik verkies dezelve boven alle anderen;--maar
+dewyl dit hooftstuk reeds vry lang geworden is, zal ik 'er by eene
+andere gelegenheid van spreken. Ik stap derhalven voor een oogenblik
+af van dit gelukkig volk, het welk noch van onderscheidingen van rang,
+noch van verdeelingen van landen, de bronnen van wanorde en twist
+by de verlichtste volken, eenige kennis heeft. Dit zelfde volk weet,
+in deszelfs gelukkig Land, alwaar groente en bloemen zig onophoudelyk
+vertoonen, in 't geheel niet wat behoefte en moeite is. De wenschen van
+hun, die deeze volken uitmaken, zyn bepaald, maar altyd voldaan. Deeze
+gelukkige Indianen hebben, met het denkbeeld van een toekomend leven,
+geene de minste ongerustheid over deeze toekomste, en sterven in
+vrede. Men kan van hun, naar de letter, zeggen, dat zy dikwils niet
+op den dag van morgen denken; maar met hun dit zoort van ontkennend
+geluk toe te staan, beweere ik egter niet, dat het zelve voor een
+Europeaan benydens-waardig is.
+
+Om een naauwkeuriger denkbeeld van de wapenen, huisraad, werktuigen,
+en onderscheidene cieradiën der Indianen van Guiana te geven, verwyze
+ik den lezer naar de daar van gemaakte afteekening. Zie hier de lyst
+der dingen, die daar op vertoond worden. [8]
+
+
+
+ 1. Eene Coriola, of Indiaansche kano, doorgaans van den stam van een
+ boom gemaakt.
+ 2. Een Pagaije, of roei-riem.
+ 3. Een zeeft, manary genaamd.
+ 4. Een Indiaansche blaasbalg, of way-way.
+ 5. Een stoel, of zitbank, mouly genaamd.
+ 6. Een korf, of pagala.
+ 7. Een pers voor de cassave, matapy genaamd.
+ 8. Een Indiaansche boog.
+ 9. Een pyl om de visch te dooden.
+10. Een pyl met een ronde knop voor de vogelen.
+11. Een gewoone pyl met weerhaken.
+12. Een kleine vergiftigde pyl.
+13. Een pyp of fluitje, waar door men blaast, om de pylen te doen
+ afgaan.
+14. Een kroon van verschillende vederen.
+15. Een voorschoot, queiou genaamd.
+16. Een Indiaansche aarde pot.
+17. Een Indiaansche knods, of apoutou.
+18. Een catoene hangmat.
+19. Cieradiën, van tanden van tygers, of wilde zwynen gemaakt.
+20. Een toover-schelp, of calebas.
+21. Een Indiaansche fluit, tou-tou genaamd.
+22. Een fluit, van het been van een vyand gemaakt.
+23. Een Indiaansche fluit, quarta genaamd.
+24. Een steen, om de maniok te malen, genaamd matta.
+
+
+
+ZESTIENDE HOOFTSTUK.
+
+Versterking van krygsvolk, uit Holland aangekomen.--De
+Goijava-boom, en deszelfs vrucht.--Legerplaats by Maagdenberg
+aan de Tempaty-Kreek.--Verschillende zoorten van Aapen.--Een zeer
+maanzieke Neger.--Eekhoorntje van Guiana.--Verscheidene zoorten van
+boomen.--Hagedissen.--Bergen van mynstoffen voorzien.--Treffelyke
+gezichten.--De Roucou-boom.--Fraaije Kapel.--Palmboom-worm.
+
+Ik keere tans tot de krygs-verrigtingen van den Colonel FOURGEOUD te
+rug. Ik heb reeds gezegd, dat men nieuw krygsvolk wagte, om ons zwak en
+elendig leger te versterken; en den 30sten. January 1775, ontfing men
+te Paramaribo de tyding, dat het transport-schip Maasstroom, Capitain
+LEG, in de Rivier Surinamen was binnen geloopen, en voor het Fort
+Amsterdam het anker geworpen had; twee divisiën van honderd twintig
+mannen, onder bevel van den Colonel SEYBOURG, aan boord hebbende:
+en men verwagtte nog twee andere.
+
+Des anderen daags zakte ik de Rivier met eene kleine roeischuit
+af, om deeze nieuw aangekomenen te gaan verwelkomen. Ik hield het
+middagmaal aan boord met de Officiers, waar na men het anker ligte,
+en ik voer met hun schip mede tot het Fort Zelandia, alwaar het aan
+den wal ging leggen en door eenige kanon-schoten begroet wierd. Ik
+had het genoegen, om onder de Officiers mynen ouden Hoog-Bootsman,
+den Vaandrig HESSELING, te vinden, dien wy aan de Helder hadden
+agtergelaten, aan de kinderziekte gevaarlyk ziek leggende, wanneer wy
+uit Texel zeilden. Deeze jongman, die tans met den rang van tweeden
+Lieutenant by ons was, was zedert zyne herstelling aller ongelukkigst
+geweest. Zyne reize naar Surinamen hebbende willen voortzetten,
+ging hy aan boord van een schip, het welk in de baay van Biscaije
+eenen storm beliep, en na kaap Finisterre te zyn voorby gezeild, zyne
+gangen en roer verloor: dit zelfde schip verloor vervolgens ook nog zyn
+fokke-mast en steng. In deezen kommerlyken staat, en geen wind genoeg
+hebbende, om Lissabon te bereiken, was hy verpligt het op Plymouth
+aan te zetten. Van daar begaf zig de heer HESSELING aan boord van
+eene kleine sloep, met kolen geladen, en waar op hy niet gelukkiger
+was; want door onachtzaamheid van den schipper, stootte dit schip op
+rotzen, waar door de kiel los geraakte, en het schip dadelyk zonk. De
+heer HESSELING had echter, eer de sloep verging, den tyd om zyn maal
+te openen, en 'er zyn linnen, en eenige der noodzakelykste goederen
+uit te nemen, vervolgens ging hy in een slecht vaartuig over, en kwam
+eindelyk te Brest aan. Hy ging aldaar spoedig scheep naar Amsterdam
+op een Hollandsch schip, waar van de schipper niet veel bekwaamer dan
+de voorgaande was, en zyn schip op het drooge liet loopen, alwaar het
+byna aan stukken stootte. De heer HESSELING kwam nochtans gezond en
+behouden te Texel aan, alwaar hy tweemaalen te vergeefs moeite deed,
+om zig naar Zuid-America in te schepen. Hy slaagde eindelyk daar in,
+en op zynen tocht had hy zulk een zwaaren storm, dat alle de sloepen,
+schapen, varkens en gevogelte door de zee verzwolgen wierden.
+
+By het aankomen van dit nieuw krygsvolk, noodigde de Colonel FOURGEOUD
+de Officiers op het middagmaal, en deed hun niets anders dan gezouten
+ossen- en varkens-vleesch, en oude erweten, voorzetten. Ik had de eer,
+om mede aan deezen disch te zitten, en het vermaakte my zeer te zien,
+met hoe veel verwondering de Colonel en zyne tafel door de gasten
+wierd aangekeken. Des avonds geleidden wy hen naar den Schouwburg,
+alwaar men den dood van CESAR, en CRISPYN den Doctor, vertoonde: het
+eerste van deeze stukken wierd gespeeld op eene manier, die zoo wel
+als het tweede deed lagchen. Des anderen daags hield de Gouverneur ons
+des middags en des avonds ten eeten. Zyne tafel schitterde van rykdom
+en pracht. Onze nieuwe medgezellen waren over deeze kostbaarheid zoo
+zeer verwonderd, als zy het des avonds te vooren over de karigheid
+van den Colonel geweest waren.
+
+Op deeze maaltyd eenige ingelegde vruchten, waar onder de guava was,
+ontmoet hebbende, zal ik deeze gelegenheid waarnemen, om 'er iets
+van te zeggen. De Guava-boom, die deeze vrucht voortbrengt, groeit
+tot de hoogte van vier-en-twintig voeten. Deszelfs schors is van een
+heldere kleur, en het hout tusschen beiden; maar de vrucht, die geel
+en eyrond is, en ten naasten by de grootte van een renet-appel heeft,
+bevat een roodachtig vleesch, vol kleine zaden of korrels. Dit vleesch
+is van een zeer zoeten smaak, en men kan het rauw eeten; men maakt
+'er ingelegde geley van, die ongemeen lekker is. 'Er zyn tweërleije
+zoorten van guavas: de zoetsten bevatten het minste zaad.
+
+Den 3den February wierd het krygsvolk, het welk ontscheept was, naar
+het bovenste gedeelte van de Commewyne gezonden, om zig aldaar neder
+te slaan. Ik spreek egter alleenlyk van de soldaten, want de meeste
+Officiers bleven, om een festyn aan het huis van den heer MARCELLUS
+by te woonen. Deeze Colonist, om aan de maaltyd luister by te zetten,
+deed door een half douzyn Negers op trompetten en jagthoorns blazen,
+tot dat eindelyk het geheele gezelschap door dit geraas verdoofd was.
+
+Den 6den, ontfing de geheele krygsbende, zonder onderscheid,
+bevel om Paramaribo te verlaten, en op den Maagdenberg, aan de
+Tempaty-Kreek gelegen, dicht by dat gedeelte van de Commewyne,
+werwaarts men, den 3den, de nieuw aangekomene manschappen gezonden
+had, te gaan legeren. Dienvolgende alles tot een vierden veldtocht
+hebbende gereed gemaakt, nam ik afscheid van myne kleine familie,
+en van myne vrienden, en ik ging naar den oever, alwaar ik my in
+het zelfde vaartuig, als de Colonel SEYBOURG, moest inschepen: maar
+deeze, te onrecht vooronderstellende, dat het krygsvolk, met hem
+uit Holland gekomen, eene bende uitmaakte, van die van den Colonel
+FOURGEOUD afgescheiden, gaf last aan de Negers om voort te roeijen,
+op het oogenblik, dat ik niet verder dan een pistoolschoot van hem
+afwas, en liet my, ten uitersten daar over verwonderd, aan den wal
+staan. Ik wist, dat de Colonel FOURGEOUD gezworen had, dat hy deezen
+Officier tot gehoorzaamheid zoude noodzaken, zoo wel als den jongsten
+Vaandrig van het Regiment, en daar in had hy volmaakt gelyk. Een
+ander vaartuig genomen hebbende, haalde ik den Colonel SEYBOURG in,
+die over deeze myne daad zeer verwonderd scheen, en wy kwamen te
+gelyker tyd op de Plantagie Vossenburg, aan de Commewyne. Des anderen
+daags bereikten wy de Plantagie Arentslust, na de zwaare vaartuigen,
+die den 3den Paramaribo verlaten hadden, te hebben agtergelaten. Den
+10den, kwamen wy aan de Hoop, alwaar ik bevorens verscheiden maanden
+had doorgebragt. Ik voege hier by eene afteekening van het gezicht
+deezer Plantagie, en van den post Klarenbeek, alwaar ons Hospitaal
+steeds bleef. De Colonel FOURGEOUD vertrok ook den zelfden dag als wy,
+en sliep op Wajampibo.
+
+Den 11den, kwamen wy op de Plantagie Crawassibo, alwaar wy den
+nacht doorbragten. De Opzigter van deeze Plantagie dreef aldaar
+zyne onbeschoftheid tot die hoogte, dat ik, die reeds tegen al dit
+zoort van lieden was vooringenomen, hem een frisschen vuistslag in
+'t aangezicht gaf. Hy rekende zig daar door zoo beledigd, dat, schoon
+hy vry wat bloedde, hy zig met een enkelen Neger in een kano begaf, en
+in dien staat te middernacht op 't alleronverwagtst voor den Colonel
+FOURGEOUD verscheen, die in plaats van zyne klagten te beantwoorden,
+hem al vloekende wegjoeg.
+
+Den 12den kwamen wy op Maagdenberg, te weten, de Colonel FOURGEOUD,
+de Officiers en de vaartuigen met zee-soldaten beladen. Zedert dat wy
+de Hoop verlaten hadden, wierden de Plantagiën zeldzaamer, en na dat
+wy die van Goed-Accord, welke tien of twaalf mylen verder ligt, voor
+by waren, zagen wy geene bebouwde landen meer. De muitelingen hadden,
+zoo als ik reeds gezegd heb, alle de Plantagiën, die hooger op lagen,
+verwoest, uitgenomen eene kleine bezitting, zoo ik meen, Jacob genoemd,
+alwaar men Negers hield, om hout te hakken. De Rivier word boven
+Goed-Accord zeer naauw, en is van wederzyden door ondoordringbaare
+heesterstruiken bezet, even als de Cottica, tusschen Devil's Harwar
+en de Patamaca-Kreek. De Tempaty-Kreek, welke men als den oorsprong
+van de Commewyne kan aanmerken, vernaauwde zig op gelyke wyze zeer
+sterk. Maagdenberg, liggende honderd mylen van Paramaribo, was voor
+deezen eene Plantagie; maar 'er zyn aldaar geene andere overblyfzels
+van bebouwing, dan een oude oranje-boom: deeze plaats geeft thans
+niets meerder dan een dor en woest gezicht.
+
+Wy zagen hier en daar kleine schelpen verspreid, die het voorkomen
+hadden van die geene, welke men de moeder der peerlen noemt, en ten
+naasten by zoo groot waren als een Engelsche, schelling. Men vindt
+in verscheiden gedeelten der Volkplanting van Surinamen, voetstappen
+van bergwerken en mineraalen. De yzer-mynen zyn 'er gemeen; en ik
+twyffel niet of men zoude 'er ook goud en zilver ontdekken, indien
+de Hollanders 'er de noodige kosten toe wilden doen, en daar toe
+onvermoeid lieten arbeiden. Ik heb reeds gesproken van den diamant
+van Maroni, en van de roode en witte agaat, in het bovenste gedeelte
+der Rivier van Surinamen.
+
+De lucht was zuiverder en frisscher, en gevolgelyk veel gezonder op
+Maagdenberg, dan in eenig ander gedeelte deezer Volkplanting.
+
+Den 17den, vernamen wy, dat het transportschip de Maria Helena,
+hebbende twee andere divisiën van honderd twintig mannen aan boord,
+onder bevel van den Capitain HAMEL, den 14den deezer maand in de
+Rivier Surinamen mede was binnen geloopen: dus bestond de geheele
+versterking in twee honderd en veertig man, die den 3den Maart in
+vaartuigen op Maagdenberg aankwamen, alwaar de geheele krygsmagt van
+den Colonel FOURGEOUD zig toen by den anderen bevond. Den zelfden dag
+kwamen 'er ook honderd Negerslaven aan, die bestemd waren om op onzen
+tocht de pakken te dragen. Een van deeze Negers aan boord van één der
+vaartuigen vermist wordende, wierd de bevelhebbende Officier, genaamd
+CHATEAUVIEUX, en een schildwacht, welken men met bloed besmet vond,
+in arrest genomen, om als beschuldigden van eene moord gevonnisd
+te worden. Deezen zelfden dag hadden twee van onze Capitains een
+tweegevecht, en één van hun wierd aan het voorhoofd gewond.
+
+Den 13den, vond een vaartuig, met mondbehoeften geladen, van Paramaribo
+komende, den Neger, die den 5den vermist was; hy lag aan den waterkant
+in de heesterstruiken, zynde in de strot gestoken, maar nog levend,
+vermits de steek de lugt-ader niet geraakt had. Het vaartuig nam
+deezen ongelukkigen op, en bragt hem te Maagdenberg, alwaar door een
+bekwaam Heelmeester, den heer KNOLLAERT, de wond wierd toegenaait,
+en deeze man op eene wonderbaarlyke wyze herstelde, schoon hy negen
+dagen zonder voedzel en zonder hulp gebleven was, in zyn bloed badende.
+
+In de daar aan volgende week verloor ik byna door een toeval het
+leven. Zie hier de zaak. De Colonel FOURGEOUD gebruikte twee Negers
+van de Plantagie Goed-Accord, om voor hem te jagen en te visschen. Een
+van hun, PHILANDER genaamd, stelde my voor, om hen in de bosschen
+te vergezellen, alwaar wy eenige pingos, of eenige powesas zouden
+kunnen ontmoeten; maar wy hadden nog geen twee mylen afgelegd, of wy
+wierden door eenen geweldigen slagregen overvallen, die ons noodzaakte
+om dit ontwerp te laten varen, en op den hoek lands, Jacob genaamd,
+de wyk te nemen. Om daar te komen, moesten wy een moeras doorwaden,
+zoo diep dat wy het water tot onder de armen hadden. PHILANDER
+(de schoonste manspersoon, dien ik immer gezien heb,) begaf zig tot
+zwemmen, en zyn medgezel van gelyken. Zy kliefden het water alleenlyk
+met de eene hand; met de andere hielden zy hunne jagt-geweeren in
+de hoogte. Zy noodigden my om hen daar te volgen, zoo als ik ook
+deed, niets anders dan myn borstrok en broek aan hebbende; maar
+na het maken van eenige bewegingen, zonk ik met myn snaphaan naar
+den grond. Ik liet hem daar, en weder boven water komende, verzogt
+ik PHILANDER te duikelen, en den snaphaan van den grond te haalen;
+toen lag hy de zyne op een Palmiet boom, en haalde vervolgens de myne
+zonder moeite. Op dit oogenblik hoorden wy een donderende stem uit
+het midden der doornstruiken roepen:--"qui somma datty? en door een
+ander, Souto, Souto da BONNY kiry da dago? Wie is daar? geef vuur! 't
+is BONNY! slaat den schelm dood!" Ons oprichtende, zagen wy vyf of
+zes snaphaanen, op eenen korten afstand op ons aangelegd. Ik duikte
+dadelyk onder water; maar PHILANDER geantwoord hebbende, dat wy tot
+den post van Maagdenberg behoorden, veroorloofde men ons, om één
+voor één naar de Plantagie Jacob te gaan. Zy, die ons gezien hadden,
+waren Neger-slaven, die in 't water hoorende roeren, naar den kant,
+van waar dit gerucht kwam, keeken, en drie gewapende mannen in het
+moeras ontdekten. Zy geloofden, dat het de muitelingen waren, die
+voorwaarts trokken, onder geleide van BONNY zelven, voor wien zy my
+aanzagen, om dat ik byna naakt, en myn lichaam door de zon verbrand
+was; myne hairen, die kort en gekruld waren, deeden my naar eenen
+Mulat gelyken. Na een weinig rhum gedronken, en onze kleederen voor
+een goed vuur gedroogd te hebben, keerde men naar Maagdenberg te rug,
+alwaar men my geluk wenschte met aan dit gevaar ontsnapt te zyn.
+
+De Colonel FOURGEOUD toen van eene versterking van versche manschappen
+voorzien zynde, deed, den 9den, alle zyne verminkten naar Holland
+inschepen. Myn vriend HENEMAN vertrok ook, den 6den February, naar
+dit zelfde Land, in eenen aller elendigsten staat.
+
+Op den zelfden bodem, als deeze jongman, bevonden zig verscheide
+andere Officiers, die gedwongen waren te vertrekken, niet door
+ziekte, maar door afkeer en mismoedigheid, welke de onrechtmatige
+behandeling van den Colonel, die, zoo als ik op het einde van het
+tiende hooftstuk gezegd heb, hunne bevordering had tegengehouden,
+aan hun veroorzaakte. Zy hadden gezien, dat jongelingen, die nog
+ter school gingen, wanneer zy zelven in 't jaar 1772 reeds in dienst
+der Volkplanting waren, aan hun wierden voorgetrokken. Die geenen,
+welken de Colonel, den 6den December 1774, in arrest had doen zetten,
+om in Holland gevonnisd te worden, wierden op het zelfde schip
+gebragt. Dit schip was niets anders dan een hospitaal, maar zeer
+slecht van ververschingen voorzien.
+
+Den 21sten, deed de Colonel met genoegen de monstering van zyn
+klein leger, en het smertte my zeer de Neger-Jagers daar niet by te
+zien. De eerste zorge van den Bevelhebber was vervolgens, om eene wacht
+aftezenden, tot het bespieden der omleggende streeken van zyne nieuwe
+legerplaats, en ik had de eer daar toe te behooren. Geduurende deezen
+kleinen tocht viel 'er niets merkwaardigs voor, dan het ontmoeten van
+eene groote meenigte Coïatas (quoata in Guiana, quatto in Surinamen,
+chameck in Peru genaamd) zynde een zoort van aapen, die zeer veel
+opmerking verdienen, uit hoofde van hunne overëenkomst met den mensch,
+eene hoedanigheid, welke ik niet met stilzwygen mag voorby gaan. Op
+zekeren avond met mynen kleinen QUACO buiten de legerplaats wandelende,
+naderden deeze aapen van zeer naby, om ons te bekyken, en zy wierpen
+kleine stukjens hout, en hunne vuiligheid naar ons toe. Wy bleven
+staan, en ik konde hen gemakkelyk waarnemen. De Coïata is zeer groot,
+en zyne staart ongemeen lang. Zyne armen en beenen zyn met lange zwarte
+hairen bedekt, het welk een zeer onaangenaam gezicht maakt. De huid
+van zyn aangezicht is rood, en zonder hair, de oogen zyn ingedoken,
+en ten dien opzigte gelykt hy niet kwalyk naar een oud Indiaansch
+wyf. Zyne ooren zyn kort; zyne handen of voorpooten hebben vier
+vingeren en geene duimen; maar de agterpooten hebben vyf toonen, allen
+met zwarte nagels. Het uiteinde van zyne staart is krulswyze gedraait;
+zy is zonder hair en eeltachtig, vermits hy 'er dikwils gebruik van
+maakt, om aan de takken der boomen te blyven hangen, en dan dient zy
+hem tot een vyfde lid. De gezwindheid, waar mede de Coïata van de
+eene boom op de andere overgaat, is wonderbaarlyk; maar ik heb hem
+niet zien springen. Het schynt, dat deeze eigenzinnigheid, om kleine
+stukjens hout, en vuiligheid te werpen, slechts eene naarbootzing van
+de bewegingen der menschen is; want hy doet het altyd in 't wild, en
+heeft de behendigheid noch kragt niet, die 'er noodig zyn, om het door
+hem gemikte voorwerp te raken; en zoo dat al gebeurt, het is by louter
+toeval. Maar in de Coïata is dit zeer merkwaardig, dat zoo dra hy door
+een snaphaanschoot of pyl gewond is, hy aanstonds zyn poot op de wonde
+legt, zyn bloed ziet vloeijen, en met behulp van zyne medemakkers,
+boven op den boom klimt, een droevig geschreeuw makende. Hy maakt
+zig aldaar met de staart aan een tak vast; en gaat voort zyn lot
+te betreuren, tot dat hy, door het verlies van zyn bloed verzwakt,
+voor de voeten van zynen vyand dood nedervalt. [9]
+
+Het is niet verwonderlyk, dat deeze aap, wanneer hy gewond is, door
+de dieren van zyn zoort geholpen word, om op den top van eenen boom
+te klimmen; maar dat zy kennis genoeg van de kruidkunde hebben zouden,
+om de wond-planten uit te zoeken, te kaauwen, en op den wond te leggen,
+dit is iets het geen ik niet gelooven kan, schoon zeker reiziger het
+nog onlangs verzekerd heeft. Betreffende de hulp, welke zy elkander
+toebrengen, om over een Rivier te komen, en die daar in bestaat,
+dat zy de staart van den één aan den ander vastbinden, tot dat de
+laatste van de reije zig van boven van een tak van een boom geworpen
+heeft, hoe groote achting ik ook heb voor ULLOA, die dit verhaalt,
+en die zulks in eene plaat vertoond heeft, durve ik echter, dewyl hy
+'er geen ooggetuige van geweest is, hier aan twyffelen, en zelfs aan
+hem, die beweert het zelve gezien te hebben. [10]
+
+Ik moet ook nog spreken van een anderen aap, dien ik by den Colonel
+FOURGEOUD zag, en wien men in Surinamen den naam van Wanacoe
+geeft. Hy is met lange zwarte hairen bedekt, even als de Coïata,
+maar zyne ledematen zyn veel korter, hairachtiger, en zyn aangezicht
+is van eene vuile witte kleur: deeze aap is de eenige van zyn zoort,
+die voor geen maatschappelyk leven is; men vindt hem altoos alleen. Dit
+eenzaam dier word door de aapen van andere zoorten zoo veracht, dat zy
+hem by aanhoudenheid slaan, en hem zyn voedzel ontsteelen; hy is al te
+langzaam om hun te ontsnappen, en al te lafhartig, om hen te bevechten.
+
+De Saki-winki is de kleinste van de aapen met lange hairen, en
+misschien van die van Guiana, zoo niet van de geheele weereld; want
+hy is niet veel grooter dan een Noorweegsche rot.
+
+Deeze aap is een allerliefst diertje, hebbende gekruld en zwart grys
+hair, een aangezicht van eene witte kleur, en zeer schitterende
+oogen. Zyne ooren zyn breed en kaal, maar weinig zichtbaar, zynde
+bedekt door een baard, die hem rondom het aangezicht groeit; zyne
+pooten gelyken naar die van een eekhoorntje; zyne staart is dik en
+met ringen. Hy is zoo vatbaar voor de koude, dat men hem naauwlyks
+levendig in Europa brengen kan, en dat hy, aldaar aankomende, gaat
+kwynen en sterft. De Hollanders noemen hem chagryntje, om dat hy
+zig ligtelyk aan treurigheid overgeeft. Ik heb de groote Coaïta,
+en de kleine Saki-winki op de nevensstaande plaat afgeteekend, ten
+einde myn penceel de onvolmaaktheid van myne pen mogt aanvullen.
+
+By myne te rug komst op Maagdenberg, wierd ik door eenen zwaaren boom,
+die van ouderdom voor myne voeten nederviel, byna verpletterd. Dit
+toeval gebeurt in de bosschen van Guiana meenigmaal, en zelfs wierden
+twee of drie zeesoldaten op die wyze, maar ligtelyk, gewond. Geduurende
+al den tyd, dat onze ronde duurde, hadden wy veel regen, en doorwaadden
+eene kleine Kreek. Wy hakten een palmboom om, die aan den waterkant
+stond; hy viel aan de andere zyde over, en diende ons alzoo tot
+een brug.
+
+Te rug gekomen zynde, ging ik den ongelukkigen Neger bezoeken, dien
+men met een steek in de strot gevonden had, en die op dit oogenblik vry
+wel hersteld, en in staat was, om te kunnen spreken. Hy verklaarde my,
+dat hy zig zelf zoodanig verminkt had. Ingevolge deeze verklaaring,
+wierden de Officier en de schildwacht, welken men verdacht gehouden
+had, oogenblikkelyk weder in vryheid gesteld. Ik vroeg deezen man,
+welke reden hem had kunnen bewegen, om zig zelven te willen van kant
+maken? Hy antwoordde my:--Geene hoe genaamd.
+
+"Ik heb, zeide hy my, ik heb den besten meester, en de beste
+meesteresse van de weereld; ik heb eene familie, welke ik bemin, en
+die my bemint. Ik had den geheelen nacht, tot vier uuren des morgens,
+sterk geslapen, toen ik, ontwakende, het mes nam, om met de punt myne
+tanden schoon te maken, en op 't oogenblik stak ik my in den strot,
+zonder te weten waarom. Een oogenblik daar na had ik berouw over 't
+geen ik gedaan had. Ik stond toen uit myne hangmat op, en ging in de
+kano, om my te wasschen, en de wond, zoo mogelyk, toe te maken. Gebukt
+hebbende, om water te scheppen, en by aanhoudenheid veel bloed kwyt
+raakende, stortte ik in eene flaauwte, en viel in de Rivier. Toen
+had ik geen kracht meer, om my op te richten, noch zelfs om hulp te
+roepen. Echter gelukte het my, na veele pogingen, den oever der Rivier
+te bereiken, alwaar ik op nieuw flaauw viel, en alleen bleef leggen,
+tot op het oogenblik, dat het vaartuig, het welk naat Maagdenberg
+ging, my aan boord nam. In al dien tusschentyd, die negen dagen duurde,
+bleef ik volkomen by myne kennis, en zag een Ouarini, (mier-eeter,) die
+aan het bedorven bloed, het welk ik rondom den hals had, kwam ruiken;
+maar ik maakte eenige beweging, en hy keerde naar het bosch te rug".
+
+Ik gaf aan deezen ongelukkigen eenige beschuit, welke men my van
+Paramaribo gezonden had; ik voegde 'er een groote calebas vol garst
+by, om soup voor hem te maken, en een fles wyn. Deeze Neger scheen
+my toe omtrent zestig jaaren oud te zyn.
+
+Ik ontfing op dit tydstip, en met moeite, eenen brief van den heer
+KENNEDY, die zig gereed maakte, om naar Holland in te schepen,
+en my verzocht, om mynen kleinen QUACO naar zyne Plantagie te rug
+te zenden; het geen ik oogenblikkelyk deed, aan deezen jongen slaaf
+eenen brief medegevende, waar by ik aan zynen meester een aanbod deed,
+om denzelven van hem te koopen, zoo dra het in myne macht zoude zyn,
+om 'er hem den koopprys voor te betaalen.
+
+Den 2den April gaf de Colonel FOURGEOUD aan alle de zieken, die in de
+Volkplanting gebleven waren, bevel, om zig naar Maagdenberg te begeven,
+alwaar hy een hospitaal en een groot Magazyn voor de mondbehoeften
+liet oprichten. Dus kwamen alle de verminkten van Klarenbeek alhier
+aan, vergezeld van heelmeesters, apothecars, derzelver knechts,
+enz. De lucht was in de daad, zoo als ik hier boven heb aangemerkt,
+op deeze hoogte beter, dan ergens elders. De Colonel was op dit
+oogenblik in een zeer kwaden luim, en mishandelde vriend en vyand,
+zonder onderscheid. Hy zwoer, dat geen krygsman, onder zyn bevel
+staande, van den dienst ontheven zoude worden, indien hy slechts op
+zyne beenen staan konde. Byna te gelyker tyd zond men eene aanzienlyke
+krygsbende naar de Plantagie Brouyingsbourg, aan de Commewyne, alwaar
+men voor eenen opstand beducht was, om dat de Negers geweigerd hadden
+des Sondags te werken: men dwong 'er hen echter door zweepslagen toe.
+
+Wy waren in het midden van het regen-saisoen, het welk den Bevelhebber
+niet wederhield, om ons zyn oogmerk tot het doorkruissen der bosschen
+te verklaaren; en dienvolgende gaf hy last, ten einde twee sterke
+kolommen des anderen daags zouden optrekken.
+
+De reden, die hem bewoog, om zulk een gevaarlyk jaargetyde te
+verkiezen, bestond hier in, dat indien het hem nu gelukte de
+muitelingen te doen verhuizen, hy hen tot hongersnood zoude doen
+vervallen, het geen in het saisoen van droogte, wanneer de bosschen
+van allerleije zoort van vruchten en wortelen rykelyk voorzien zyn,
+niet geschieden konde. Dit was echter, naar myn inzien, eene verkeerde
+rekening; want men moest ook in 't oog houden, welke verwoestingen zulk
+een ongezond jaargetyde, het welk twintig van onze soldaten tegen éénen
+muiteling zoude doen omkomen, onder ons krygsvolk stond aan te rechten.
+
+De Colonel was van een zeer sterk gestel, en hy had byna zyn geheele
+leven in de oeffeningen der jagt doorgebragt. By deeze gave der
+natuur voegde hy eene andere, de gematigdheid, en voorts gebruikte
+hy dagelyks zynen geneesdrank.
+
+Zyne geheele kleeding bestond in een overrok, waar in zyn degen door
+een knoopsgat doorging. Op zyn hoofd droeg hy een catoene muts,
+met een witte hoed 'er op. In zyn hand hield hy een rotting, maar
+zelden droeg hy zyn snaphaan of pistolen. Ik heb hem wel gezien,
+zeer slecht gekleed en blootsvoets, als de gemeenste soldaat.
+
+Den 3den April, des morgens ten zes uuren, trokken de twee colommen op
+weg, de eene onder bevel van den Colonel FOURGEOUD, de andere van den
+Colonel SEYBOURG; ik had de eer tot de eerste te behooren. Onze arme
+soldaten waren verschrikkelyk beladen; zy hadden bevel ontfangen, om
+hunne snaphanen in hun knapzak te steeken, den mond derzelve alleen
+uitgezonderd: dit geschiedde, om hun geweer voor de stortregens
+te beveiligen. Wy trokken zuidoost-waarts langs de oevers van de
+Tempaty-Kreek, en wel dra ontmoetten wy moerassen, waar in wy tot
+over de kniën door 't water gingen.
+
+Geduurende den tocht van den eersten dag, ontmoetten wy eenige fraaije
+eekhoorntjes, van welke dieren in dit Land verscheide zoorten zyn. Die
+wy zagen, waren bruin, den buik wit, en de staart een weinig dik;
+zy waaren zoo groot niet, als die in Europa. Men vindt 'er in Guiana,
+die wit zyn, met roode oogen; 'er zyn 'er ook die vliegen. Men weet,
+dat de laatstgemelde geene vlerken hebben, maar dat een vlies, een
+gedeelte van hunne huid uitmakende, van wederzyden tusschen de voor-
+en agter-pooten geplaatst, hun daar voor dient. Deeze huid, wanneer
+zy springen, spreidt zig uit als de vlerk van een vledermuis; door
+dit middel vliegen deeze dieren door de lucht tot eenen zeer verren
+afstand.
+
+Des anderen daags, den 4den April, vervolgden wy onzen tocht
+zuidoost-waarts, tot twee uuren toe; maar vervolgens namen wy onzen
+weg ten zuid-zuidwesten.
+
+Deezen dag trokken wy voorby eenige hoopen fraay werkhout, het
+welk op den grond lag te verrotten zedert het jaar 1757, wanneer de
+Plantagiën door de Neger-slaven, die toen in opstand geraakt waren,
+waren vernield geworden. Onder dit hout ontdekte ik, dat van den rood-
+of purper-hout boom, van den yzer-hout boom, en van de bourracourra.
+
+De purper-hout boom groeit zomtyds tot de hoogte van veertig voeten,
+en heeft een stam van eene geëvenredigde dikte. Zyn schors is bruin en
+glad; zyn hout is van eene fraaije purper kleur, en van eene aangenaame
+reuk. Men waardeert hem zeer, uit hoofde van deszelfs vastheid.
+
+De yzer-hout boom, aldus van wegen deszelfs hardheid genoemd, verheft
+zig byna tot de hoogte van zestig voeten. Zyn schors heeft eene heldere
+kleur. De Indianen en Europeanen maken veel werk van deszelfs hout,
+om dat het zoo hard en in één gedrongen is, dat het zelfs de byl
+wederstaat, en voor eene zeer schitterende gladheid vatbaar is:
+in het water gaat het te niet.
+
+De bourracourra verheft zig tot de hoogte van dertig of veertig
+voeten; maar hy is niet zeer dik, en zyn schors is rood. Het hart
+alleen van dit hout is goed; maar wanneer men 'er het spint afneemt,
+is deszelfs middellyn merkelyk verkleind. Intusschen is het zoo
+wel fraay als nuttig, zynde van een zeer fyne karmosyn-kleur, met
+onregelmatige en zwarte moesjes gevlakt, waarom de Franschen 'er
+den naam van letterhout aan gegeven hebben. Het is in één gedrongen,
+vast, en hard, schoon een weinig tot breken geneigd, en het neemt ook
+den schitterendsten glans aan. Het letterhout is zeldzaam in Guiana;
+maar de twee eerstgemelde zoorten zyn 'er in meerder overvloed, en
+groeien op de hooge gronden. Men vindt in dit Land ook ebbenhout. De
+boomen van hard hout, tot planken voor de suiker-molens gezaagd, worden
+voornamelyk verzonden naar de Engelsche Eilanden in de West-Indiën;
+men verkoopt dezelve zeer duur.
+
+Het bevel tot den tocht op den 5den gegeven zynde, vouwden wy onze
+hangmatten op, en wy trokken ten zuid-zuid-oosten, vervolgens ten
+zuid-oosten, door gevaarlyke en diepe moerassen, alwaar wy tot aan de
+borst toe door het water gingen, en de regen viel als met bakken van
+den hemel. In deeze elendige gesteldheid, hadden wy eene onaangenaame
+ontmoeting, niet door de muitelingen veroorzaakt, maar door een hoop
+groote aapen, die wy vervolgens boven in de boomen vernamen, Zy sloegen
+een zoort van noten tegen de takken, om 'er de pit uit te haalen; het
+geen zy met eene groote regelmatigheid deeden, laatende tusschen elken
+slag eene tusschenpoozing van tyd verloopen. Sommigen van hun wierpen
+van die noten naar ons toe; en zelfs bekwam één van onze soldaaten
+daar door een gat in 't hoofd. Het geraas, het welk deeze aapen by
+het breken van die noten maakten, had ons in de gedachten gebragt, dat
+het de muitelingen waren, die in het bosch, met een byl hout hakten.
+
+Des avonds sloegen wy ons neder by de Tempaty-Kreek. Wy ontstaken op
+deeze plaats groote vuuren, en bouwden aldaar vry goede hutten: dus
+bragten wy deezen nacht door, beveiligd voor de vochtigheid. Wy vonden
+hier het beste water, het welk ik immer gedronken heb; en ik zag op
+de legerplaats twee merkwaardige hagedissen, dragende in dit Land den
+naam, de één van bosduivel, en de andere agama. De eerste is klein en
+leelyk, en van eene zeer hoog bruine, of zelfs zwartachtige kleur. Hy
+klimt op de boomen, en koomt met eene ongelooflyke schielykheid weder
+naar beneden; hy heeft geene schubben; zyn kop is breed, en men zegt,
+dat hy byt, het geen de hagedissen anders niet gewoon zyn. De tweede
+heeft ook den naam van de Mexicaansche Kameleon. Hy is ongemeen schoon,
+en even als alle anderen van dit zoort, bezit hy het vermogen om
+van kleur te veranderen; maar geen tyd gehad hebbende, om hem met
+aandacht te onderzoeken, kan ik van zynen aart en hoedanigheden
+niets meer zeggen. In Surinamen is ook nog een zoort van Hagedis,
+bekend onder den naam van Salamander; maar ik heb hem nooit gezien.
+
+Den 6den, vervolgden wy onzen tocht, nemende den weg westwaarts tot
+den middag toe. De regen viel steeds geweldig, en wy liepen door het
+water. Op het gemelde uur, veranderden wy onzen weg, om noordwaarts
+te gaan, en wy trokken langs zeer hooge bergen, die, zoo als ten
+minsten veelen vooronderstellen, in hunnen boezem schatten bevatten:
+
+"Rotsen met kostbaare gesteenten verrykt; bergen, waar op de
+glinsterende aderen van schitterende mynstoffen blinken; die ketenen
+vormt, boven den middaglyn in hoogte verheven; waar uit talryke beken
+ontspringen, om over het gouden zand heen te rollen; ontzag verwekkende
+bosschen, wier bladeren allerleije levendige kleuren vertoonen, die uwe
+golfswyze toppen op een onmeetlyk toneel in evenwicht houdt. (THOMSON)"
+
+De twee hoogste bergen in het zuiden van America, zyn het Andische
+gebergte, door de bewooners des Lands Chimborazo genoemd, het welk
+zig twintig duizend vierhonderd zestig geometrische voeten boven de
+oppervlakte der Zuid-zee verheft, en, schoon onder, den middellyn
+gelegen, aanhoudend met sneeuw bedekt is, tot op den afstand van
+vier duizend voeten beneden deszelfs kruin. De andere berg is die,
+op het vallen van welken de Stad Quito gebouwd is; deszelfs hoogte is
+negen duizend driehonderd zeventig voeten, en men rekent denzelven
+voor het hoogste van alle bewoonde Landen in Zuid-America, zoo niet
+in de geheele weereld.
+
+Den 7den, trokken wy al verder noordwaarts, over gebergten, van
+welker kruin wy de verrukkelykste gezichten zagen. Wy ontdekten aldaar
+een onmeetlyk en woest Land, geheel en al bedekt door een treffelyk
+bosch, welks geboomte door eene verscheidenheid van schaduwen, en het
+schitterendst groen veraangenaamde. Ik zag hier een houtsnip, die my
+dezelfde kleur, als de Europeesche, scheen te hebben, maar langzaamer
+vliegt; men verhaalde my egter, dat zy met eene ongelooflyke ligtheid
+kan voortloopen. De Arnotta-boomen, welken ik vond, schoon in een
+klein getal, trokken vooral myne aandacht naar zig, en ik heb 'er
+een tak met de grootste naauwkeurigheid van afgeteekend. De Arnotta,
+dien men ook den Roucou-boom noemt, en door de Indianen genoemd word
+Cossowy, is veel eer een heestergewas, dan een boom, want hy groeit
+slechts tot de hoogte van twaalf voeten. Deszelfs lange, smalle,
+puntige, en beurtelings geschaarde bladeren, zyn aan de eene zyde
+hooger groen, dan aan de andere, en door vezelen van eene roodachtig
+bruine kleur verdeeld; de steel heeft ook de zelfde kleur. De bast
+van de vrucht, naar een klein hoender-ei gelykende, is vol puntige
+stekels, als de schel van een kastanjen: in 't begin heeft zy eene
+fraaije roozen-kleur; en naar maate dat zy ryp word, verandert zy,
+en krygt eene donker bruine kleur; als dan gaat zy van zelve open,
+en vertoont een vleesch van eene fraaie karmozyn kleur, waar in zwart
+zaad zit, even als druiven korrelen. Toen ik van de inboorlingen, of
+Indianen van Guiana sprak, heb ik het gebruik, beschreven, waar toe
+hun de Arnotta dient. In de afbeelding, welke ik den lezer aanbiede,
+beteekent de letter A, het blad van boven; de letter B, het blad
+naar beneden; de letter C, de bast der vrucht, eer dezelve ryp is;
+de letter D, de rype schel, het vleesch vertoonende; de letter E,
+het zwart zaad, door een gedeelte van het vleesch overdekt. Ik moet
+hier aanmerken, dat de tak van den Roucou, door de beroemde Juffrouw
+DE MERIAN afgeteekend, met alle die geene, welke ik gezien heb, weinig
+overëenkoomt; en, het geen my zeer verwonderd heeft, zy verklaart, dat
+dezelve door eenen boom van aanmerkelyke grootte word voortgebracht.
+
+Na, des avonds, eenen arm van de Mapany-Kreek doorwaad te hebben,
+kwamen wy in onze legerplaats te Maagdenberg te rug. Veelen van
+onze Officiers waren zoo kwalyk gesteld, dat zy door Negers in hunne
+hangmatten gedragen moesten worden; anderen bevonden zig zoo zwak,
+dat zy met moeite staan konden; maar het klagen was loutere dwaasheid;
+men moest bezwyken en sterven. Ik was geduurende deezen tocht zeer
+gelukkig; want ik vermoeide my niet, en ondervond geene kwaade
+behandeling van den Bevelhebber. De tweede kolom kwam des anderen
+daags aan; zy had, zoo min als wy, eenigen vyand ontmoet.
+
+Myn kleine QUACO kwam, den 29sten, van Paramaribo te rug. De heer
+KENNEDY verkogt hem my, voor eene somme van 500 Hollandsche guldens,
+die, met eenige kosten, ten naasten by 50 ponden sterling bedraagen,
+tot welker betaaling de Colonel FOURGEOUD de beleefdheid had my een
+order briefje op den waarneemer zyner zaaken te geven. Ik was verrukt
+van eenen zoo getrouwen dienaar in eigendom verkregen te hebben; en
+deeze gebeurtenis verdubbelde myn ongeduld, om het verlangd oogenblik
+te zien, dat ik myne geliefde JOANNA, en mynen zoon, van wier eigenaar
+ik nog geen antwoord ontfangen had, zoude kunnen vry koopen.
+
+Terwyl wy op Maagdenberg waren, bood een Neger my eene fraaie Kapel
+aan, welke ik met alle mogelyke naauwkeurigheid afteekende. In de
+verzameling van Mejuffrouw DE MERIAN heb ik dezelfde gezien, alwaar
+die zeer slecht gekleurd is. De myne was van een zeer dof blaauwe
+kleur, hellende naar het groen, en geheel bedekt met moesjes, even
+als een paauwen-veder; op elke vlerk had dezelve een vlak van eene
+bleek geele, en van onderen eene purper karmozyn kleur. De rups van
+deeze kapel is geel en bruin, met agt hoornen op den kop en twee op
+de staart.--Byna te gelyker tyd kwam de Capitain FREDERIK van eenen
+tocht in de bosschen te rug. Een van zyne Corporaals was by het
+oversteeken van een Kreek verdronken. Het is niet zeldzaam, dat in
+dusdanig geval iemand in het water valt, maar doorgaans haalt men hem,
+wien zulk een ongeluk wedervaart, in tyds 'er uit. Dit was het lot
+niet van deezen ongelukkigen, die met al zyn reistuig oogenblikkelyk
+naar den grond zonk.
+
+Een ander Neger bragt my ook een kookzel van groegroe, zoo als men
+het in Surinamen noemt, en zynde van Palmboom-wormen toebereid. Het
+zyn groote zwarte koorn-wormen, die hunne eieren in het merg van
+afgekapte of afgebrokene Palmboomen nederleggende, dezelven alzoo doen
+geboren worden. Deeze wormen hebben de gedaante en grootte van een
+menschenduim. Welk walgelyk voorkomen zy ook hebben mogen, eeten 'er
+verscheiden lieden met smaak van, en men verkoopt ze ten allen tyde
+te Paramaribo: men bakt ze in de pan met boter en een weinig zout;
+of men braad ze, en rygt ze aan kleine houte pinnen. Zy hebben een
+smaak, uit dien van alle Indiaansche speceryen, als de muscaat-nooten,
+kruid-nagelen, kaneel, enz. zaamgesteld. De Palmboomen, die beginnen
+te verrotten, leveren dit zoort van wormen op; maar allen hebben zy
+dezelfde grootte niet. De eene en andere hebben eene bleeke geele
+kleur, meteen zwarte kop; de Indianen en Negers noemen dezelven
+toecoema.
+
+Den 16den, deed men een hoop krygsvolk naar la Rochelle, aan de
+Patamaca, vertrekken. Des anderen daags zond men een Capitain met
+eenige soldaaten naar den post van de Hoop aan de Commewyne, om aldaar
+alle de Plantagiën, aan de oevers deezer Rivier gelegen, te beschermen.
+
+Den zelfden dag zag men den ongelukkigen Neger, die den 5den Maart zig
+in den strot gestoken had, en die tans van zyne wonden genezen was,
+het bosch ingaan. Hy hield een mes in de hand, en deeze keer mislukte
+hem zyn slag niet. Men liep hem na, maar vond hem dood. Zyn meester
+berigtte ons, dat hy zedert eenigen tyd van maand tot maand pogingen
+deed, om zig van kant te helpen.
+
+Den 17den, kwamen de manschappen, die naar den post van la Rochelle
+afgezonden waren, van daar te rug; al het krygsvolk der Sociëteit
+was daar ziek.
+
+De Colonel FOURGEOUD behandelde my in dit oogenblik met de grootste
+beleefdheid. Op zyn verzoek zond ik hem, den 20sten verscheide
+afteekeningen, die hem zelven en zyn krygsvolk verbeeldden, worstelende
+tegen alle de moeielykheden, die zig elk oogenblik in onzen dienst
+opdeeden; hy zeide my, dat zyn oogmerk was dezelve aan den Prins van
+Oranje en aan de Staaten Generaal aan te bieden, om hun te doen zien,
+wat zyn volk al in de bosschen van Guiana geleden had.
+
+Hy gaf my toen een verlof van veertien dagen, om naar de Stad te
+gaan, en den heer KENNEDY goede reize te wenschen. Zynen goeden
+luim niet willende laten verkoelen, verliet ik Maagdenberg binnen
+'t uur, en maakte zoo veel haast, dat ik den 22sten te Paramaribo
+aankwam. Ik vond myne kleine familie aldaar zeer welvarende. Op 't
+oogenblik van myne aankomst, zond men my dezelve by den heer DELAMARRE;
+maar geduurende myne afwezigheid, had dezelve het huis van den heer
+LOLKENS niet verlaten, en was aldaar steeds met veel oplettenheid en
+achting behandeld.
+
+
+
+ZEVENTIENDE HOOFTSTUK.
+
+Nieuwe wreedheden, nog onmenschelyker, dan alle de
+voorige.--Verschillende zoorten van planten.--Papegaaijen en
+Parkieten.--Surinaamsche Patrys.--Buitengewoone Insecten.--Geiten van
+Guiana.--De Taïbo.--Verscheidene zoorten van visschen.--Groote sterfte
+onder het krygsvolk, het welk zig op de posten aan de Tempaty-Kreek,
+en de Commewyne bevond.
+
+Myn eerste bezoek leide ik by den heer KENNEDY af, en betaalde hem de
+vyf honderd gulden, voor den koopprys van QUACO, die toen mynen vryen
+eigendom was. By myn verblyf op Paramaribo wierd ik door eene koorts
+aangetast, die echter slechts weinige dagen duurde. Den eersten Mey,
+aan den oever der Rivier wandelende, vernam ik, dat 'er eene groote
+meenigte volks voor het huis van Mevrouw S.... vergaderd was, alwaar ik
+eene verschrikkelyke vertooning zag. Een ongelukkig Mulatten meisje was
+'er het voorwerp van. Zy baadde in haar bloed. Men had haar op eene
+wreedaartige wyze in den strot gestoken, en negen of tien steeken in
+de borst op verschillende plaatsen gegeven. Men beweerde, dat dit het
+gevolg was van de jaloersheid van dit helsche beest, Mevrouw S...., die
+haaren man verdacht hield, dat hy op dit ongelukkig meisjen verliefd
+was. Dit wangedrocht van een wyf heb ik reeds bevoorens aangehaald,
+toen zy een onnoozel kind, welks geschrei haar hinderde, verdronken
+had. Men beschuldigde haar zelfs van eene nog grootere wreedheid,
+indien 'er grooter zyn konde! Op zekeren dag op haare Plantagie
+komende, om aldaar eenige slaven, die in 't kort gekocht waren, te
+bezigtigen, viel haar oog op eene Negerin van omtrent vyftien jaaren,
+die de taal niet verstond. Bemerkende, dat deeze jonge dogter zeer
+schoon was, dreef haare verfoeijelyke jaloersheid haar op 't oogenblik,
+om dit meisjen met een gloeiend yzer, aan de wangen, den mond, en het
+voorhoofd te mismaken; zy sneed haar ook de pees van Achilles aan één
+haarer beenen af, en maakte haar alzoo tot een gedrocht van leelykheid.
+
+Eenige Negers deeden haar, by deeze gelegenheid, vertogen omtrent de
+wreede straffen, welke zy dagelyks uitoeffende, en verzogten haar, om
+haare slaven met meerder menschelykheid te behandelen. Men verhaalt,
+dat Mevrouw S...., woedend kwaadaartig wordende, dadelyk aan een
+ongelukkig slaven kind, zig aldaar bevindende, de herssens insloeg,
+en vervolgens aan twee jonge Negers, die dit kind in den bloede
+bestonden, en deeze schenddaad hadden willen beletten, het hoofd deed
+afslaan. Toen zy de Plantagie verlaten had, wierden de beide hoofden
+in een zyden doek gewonden, en door derzelver vrienden naar Paramaribo
+gebragt, alwaar zy ze voor de voeten van den Gouverneur nederleiden,
+en hem de volgende aanspraak deeden.
+
+"Zie hier, uwe Excellentie, het hoofd van mynen zoon, en zie hier dat
+van zynen broeder, (op zynen makker wyzende,) welke onze meesteresse
+heeft doen afhouwen, om dat zy één der moorden, die zy dagelyks begaat,
+hadden willen voorkomen. Wy weten wel, dat, vermits wy slaven zyn,
+men ons getuigenis niet aanneemt; maar indien deeze bloedende hoofden
+voor een genoegzaam bewys verstrekken van het geen wy zeggen, smeeken
+wy, dat de vernieuwing van dergelyke wreedheden moge belet worden:
+wy zullen daar voor eeuwig dankbaar zyn, en met genoegen ons bloed
+plengen voor het behoud van onzen meester, onze meesteresse, en van
+de geheele Volkplanting."
+
+Men gaf deeze ongelukkigen ten antwoord, dat zy leugenaars waren,
+en dat men hen veroordeelde, om op alle de straaten van Paramaribo
+gegeesseld te worden. Dit onrechtvaardig vonnis wierd met de grootste
+wreedheid ter uitvoer gebragt.
+
+De wetten deezer Volkplanting brengen mede, dat men aldaar nooit het
+getuigenis van eenen Neger aanneemt. Indien by den moord, door my
+verhaald, een blanke was tegenwoordig geweest, zoude zyn getuigenis
+bestaanbaar geweest zyn; maar dan zou deeze afschuwelyke boosdoenster
+vry geweest zyn met de betaaling eener boete van vyftig ponden sterling
+voor elken doodslag.--Maar laat ons eindigen.--Myne ziel heeft een
+weerzin, om nopens zulke onderwerpen breeder uit te wyden.
+
+Den 22sten Mey, volkomen hersteld zynde, verliet ik JOANNA, en mynen
+zoon JOHNNY, aan wien ik dien naam by verkorting van den mynen gaf,
+schoon echter de plechtigheid van den doop nog niet verrigt was. Zy
+bleven beiden by mynen vriend, den heer DELAMARRE, en ik vertrok naar
+Maagdenberg, in een overdekt vaartuig met zes roey-riemen.
+
+Den 3den, kwam ik op de Plantagie Egmondt, by den heer DE CACHELIEU;
+en des anderen daags hield ik stil op de Plantagie Ornamibo,
+alwaar ik mynen ouden vyand, den Capitain MEYLAND, met wien ik aan
+de Wana-Kreek gevochten had, goedhartig onthaalde. Hy verklaarde my,
+dat hy tegenwoordig van niemand in de geheele Volkplanting meer hield,
+dan van my: hy kwam juist van eenen tocht van twaalf dagen uit de
+bosschen te rug.
+
+Ik vond onder zyne soldaten zekeren CORDUS, den zoon van een ordentelyk
+man te Hamburg, in welke betrekking ik hem voor deezen gekend had,
+en die tot den dienst van de West-Indische Compagnie was opgeligt. Ik
+heb reeds gezegd, dat dit zoort van krygsvolk bestaat uit menschen
+van allerleije natiën, en godsdiensten, Christenen, Heidenen, en
+zelfs Joden.
+
+Op deeze plaats, die wel eer bebouwd was geweest, maar die toen
+met distelen en doornen bedekt was, zag ik eenige kruiden, welke ik
+niet met stilzwygen kan voorbygaan, schoon ik dezelve niet kenne,
+dan met den naam, dien 'er de slaven aan geven, uitgenomen egter één,
+zynde de siliqua hirsuta, of stekende peul, door de Negers genoemd
+crussy-wiry-wiry. Ik kan dezelve niet beschryven, dan als een zoort
+van erwt, of liever een kleine platte boon, van eene purper kleur, en
+zig in een bast of schel vormende, die aan een losse kruipende plant
+groeit. Deeze schellen zyn met een zoort van elastieke punten bedekt,
+die, wanneer men ze aanraakt, eene ondraaglyke jeukte veroorzaaken,
+en die 'er afgenomen, en in een theelepel met geley gemengd zynde,
+als een uitmuntend worm-afdryvend middel worden aangeprezen. De
+slaven toonden my ook op deeze zelfde plaats, een zoort van hout,
+het welk zy crassy-wood noemden. Het stak insgelyks, maar verdere
+hoedanigheden weet ik 'er niet van. Ik vond bovendien heestergewassen,
+consaca-wiry-wiry genoemd. Zy hebben breede groene bladen, waar
+van de Negers zig bedienen om het ongemak aan de voeten, al mede
+consaca genoemd, waar van ik gesproken heb, te geneezen, maar dit
+is alleen by gebrek van citroenen of limoenen. Deeze plant levert
+ook eene uitstekende salade op. De dea-wiry-wiry is een zeer fraay
+en zeer gezond kruid, het welk om deeze reden zeer geacht is;
+maar de coutty-wiry-wiry is eene der grootste pesten van deeze
+Volkplanting. Het is een sterk en puntig kruid, het welk op zommige
+plaatsen in overvloed groeit. Wanneer iemand al gaande met zyn been
+'er dicht by koomt, snydt hy 'er zig aan, als aan een scheermes. Alle
+de kruiden in dit Land worden door de Negers aangeduid onder den naam
+van wiry-wiry.
+
+Den 5den kwam ik te Maagdenberg aan. Hier scheenen de Colonel SEYBOURG,
+en die geenen, welken hy zyne Officiers noemde, eene krygsbende te
+willen uitmaken, afgescheiden van die van den Colonel FOURGEOUD. Zy
+waren uittermaten onbeschaafd, en behandelden elkander met een zoort
+van ruwheid. Hun Colonel was by onzen Bevelhebber zeer in den haat;
+en deeze staat van zaken bragt veel toe, om onze gesteldheid steeds
+onaangenaamer te maken. Ik had voor my zelf toen geene reden om my
+te beklagen, want ik was zeer wel gezien by den Colonel, doch raakte
+om een beuzeling byna uit zyne gunst. Hy had van eenige Indianen een
+paar fraaije Kakatoes gekocht, welke hy in een kooy hield opgesloten,
+en in 't kort naar Europa stond te verzenden, om aan haare Koninglyke
+Hoogheid, de Princes van Oranje, ten geschenke te worden aangeboden. Ik
+verzogt LAURENS my toe te staan, om 'er één van in de hand te nemen,
+ten einde hem met meerder aandacht te beschouwen: maar de deur van de
+kooy was zoo dra niet geopend, of de vogel ging aan 't schreeuwen, en
+verdween in een oogenblik, met een snelle vlucht boven de Tempaty-Kreek
+heen vliegende. De arme kamerdienaar stond verstomd, en konde niets
+meer uitbrengen, dan deeze enkele woorden: Ziet gy wel? Ik nam de
+vlucht, om het aannaderend onweder te ontwyken; maar ik verbergde my
+in de struiken, door welke ik de bewegingen van den Colonel bespeuren
+konde. Zoo dra hy deeze verschrikkelyke gebeurtenis vernomen had,
+begon hy te vloeken, te brullen, en zig in alle bogten te wringen, als
+een mensch die van zinnen beroofd is. In de hevigheid van zyne woede,
+gaf hy een trap aan een arme eendvogel, die aan één van onze Officiers
+toebehoorde, en trapte hem in ééns dood. Eindelyk nam hy zyne paruik
+van 't hoofd, en smeet die tegen den grond. Ik stond te beven, en de
+overige toekykers schaterden het uit van lagchen. Na verloop echter
+van een halfuur, begon de gramschap van den Colonel te bedaaren, en
+hy gebruikte toen een list, waar door de weggevlogen vogel weder in
+zyne macht kwam. Na een kort eind touw boven aan de kooy gebonden te
+hebben, haalde hy 'er het andere dier uit, en bond het met de poot
+aan het tegenëinde van het zelfde touw vast. Hy plaatste deeze kooy
+in de open lucht, leide eene rype banane binnen in, en liet de deur
+open, zoo dat alle vogels, uitgenomen de geen, die vastgebonden was,
+'er konden inkomen. Deeze, aan wien men niets te eeten gaf, door den
+honger gedrongen, maakte zulk een schel geschreeuw, dat hy door zyn
+makker gehoord wierd, die te rug kwam, en ziende de banane in de kooy,
+daar binnen ging, en op nieuw van zyne vryheid beroofd wierd. De zaak
+aldus afgeloopen zynde, kwam ik weder te voorschyn, en geraakte met
+eene vriendelyke bestraffing vry; maar, zoo als men wel denken kan,
+LAURENS kreeg een goede les.
+
+De Kakatoes zyn minder groot, dan de Papegaijen. Derzelver pluimaadje
+is groen, uitgenomen aan den kop, en eenige vederen van de staart,
+die een bleeke roode kleur hebben. Deeze vogelen zyn gekroond met
+een bos van vederen, die gewoonlyk agter over leggen, maar welke zy
+in de hoogte steken, wanneer zy door het een of ander vertoornd of
+verschrikt worden.
+
+Ik heb in Surinamen ook een Papegaay gezien van eene hoog blaauwe
+kleur, hoe zeer verschillende van die geene, welke men van de Kust van
+Guinée aanbrengt, die veel eer eene gryze loodkleur hebben. Dit dier is
+zeer zeldzaam, en bewoont de diepste schuilhoeken der bosschen, alwaar
+de Indianen hem vangen, en vervolgens naar Paramaribo brengen. Hy
+heeft de gestalte van de gewoone Papegaay; maar schynt zeer levendig
+en zeer sterk. De gemeenste Papegaaijen in Guiana zyn die geene,
+aan welke MARKGRAAF den naam van ajuruoura geeft. Deeze vogelen zyn
+zoo groot niet, als die uit Africa komen. Zy zyn groen, en de borst
+en buik zyn van eene bleek geele kleur. Boven op den kop hebben
+zy een blaauwe vlak; hunne pooten zyn grys, en met vier klaauwen,
+twee van vooren, en twee van agteren, gelyk alle anderen van dit
+zoort. Op hunne vlerken ziet men eenige vederen van eene schitterend
+blaauwe, en andere van eene hoog karmosyne kleur. Zy zyn in Surinamen
+zeer talryk, maar meer schadelyk, dan aangenaam, want zy werpen zig
+troepsgewyze op de Plantagiën van koffy, graanen en ryst, alwaar zy
+groote verwoestingen aanregten; en het geen hun vooral ondraaglyk
+maakt, is hun schel geschreeuw. Zy vliegen altyd aan paaren, en zeer
+ligt. Ik heb waargenomen, dat zy, om de zon te ontmoeten, des morgens
+oostwaarts, en des avonds westwaarts vliegen. In 't algemeen leven
+zy op afgelegene plaatsen, en hunne wyfjes leggen niet meer dan twee
+eieren. Toen ik my op de Plantagie Sporksgift bevond, schoot ik twee
+van deeze Papegaaijen. Deeze dieren nog niet dood zynde, toen ik hen
+opraapte, haalden zy my met hunne puntige klaauwen deerlyk de huid
+open. Wy lieten ze koken, en zy gaven eene vry goede soep; men kan 'er
+ook een pasty van maken; maar op eenige andere manier toebereid zynde,
+zyn zy zeer slecht en taay. Men kan deeze Papegaaijen leeren spreken,
+lagchen, schreeuwen, baffen, maauwen, fluiten, maar veel minder, dan
+die in Africa geboren zyn. Men zegt, dat het zaad van catoen-schellen
+hen dronken maakt. Zy zyn aan ziekten onderworpen, misschien uit hoofde
+hunner geneigdheid tot gramschap; de Indianen egter schryven hun een
+lang leven toe: zy hebben een sterken en gekromden bek, en bedienen 'er
+zig van, om op de boomen te klauteren, om zeer harde noten te kraken,
+en om pynlyke beeten te geven. Hun vermaak is, om zig op de takken der
+boomen in evenwicht te houden, of daar aan te blyven hangen, en het zy,
+dat zy zig in vryheid bevinden, het zy dat zy in de slavernye leven,
+zy nemen hun voedzel met één van hunne klaauwen, als met de hand.
+
+'Er zyn in Surinamen ook andere fraaije Papegaaijen, zynde een
+zoort van Parkieten, en mede zeer gemeen. De aangenaamste hebben
+de gedaante van eene zeer kleine duif. Derzelver pluimaadje is van
+een zeer levendig groene kleur op den rug en de staart, maar de kop
+is donker bruin; de hals van gelyken, met dit onderscheid, dat elk
+der vederen een rand van eene fraaije goud-kleur heeft. De borst
+is van eene lood-kleur, de buik violet, en de vlerken bestaan uit
+verschillende vederen van eene oranje en hemels blaauwe kleur. Zyne
+oogen hebben eene kleur als vuur, en de pooten byna wit. Het ander
+zoort van Parkieten is volmaakt groen, met een witten bek, en eene
+karmozyne vlak op den kop. Zy brengen een aangenaam gepraat voort;
+maar men maakt ze zoo gemakkelyk niet tam, als de eerstgemelden.
+
+Den zelfden avond, (op den 5den namelyk,) bood een soldaat my een
+vogel aan van een geheel verschillend zoort, dien hy met de hand
+gevangen had. Deeze was de Anamoe, of Surinaamsche Patrys, het
+schoonste dier, dat ik immer gezien heb. Hy was zeer vet, en had
+de grootte van een eendvogel. Zyne vederen, van eene donker bruine
+kleur op den rug, de vlerken, en het bovenste gedeelte van den
+kop, hadden aan het benedenste van den kop, en het geheele overige
+gedeelte van het lichaam, eene fraaie witte room-kleur, doorsneden
+met vederen van eene orange-kleur, en zeer kleine dwarsloopende zwarte
+streepen. Deeze Patrys, die zonder staart is, had een lichaam van eene
+eironde gedaante; een langen hals, een korten bek, die zeer puntig
+en een weinig krom gebogen was. Zyne oogen, zoo zwart als een git,
+vertoonden eenen zeer schitterenden glans, Hy had korte pooten, van
+eene fraaie roode kleur, met drie sterke klauwtjes aan elke poot. Men
+zegt, dat hy met eene verwonderlyke ligtheid loopt, dat hy zig tusschen
+de kruiden en planten verschuilt, maar dat zyne dikte hem bezwaarlyk
+doet vliegen; en deeze bezwaarde vlucht gaf gelegenheid, dat gemelde
+soldaat deezen vogel met de hand gevangen had. Wy deeden hem braden,
+en ik heb nooit iets lekkerder gegeten.
+
+Den 9den, gebeurde 'er byna een toeval, het welk my een zeer gevoelig
+en smartelyk hartzeer veroorzaakt zoude hebben. Myn Neger QUACO, myne
+hangmat in de Tempaty-Kreek uitwasschende, wierd door den schielyken
+stroom eensklaps naar den grond getrokken. Hoe zeer in de koorden van
+dit zoort van bed, het welk met hem in 't water gezonken was, verward
+zynde, gelukte het hem, schoon met veel moeite, om zig los te maken,
+en tot myn onuitspreeklyk genoegen, kwam hy weder boven water, en wel
+dra op 't land. Hy had toen de bedaardheid van geest, om een haak,
+aan een sterke visschers lyn vast gemaakt, in 't water te doen zinken,
+en door dit middel de hangmat wederom te krygen. Des anderen daags,
+wanneer de Captain HAMER zig met visschen vermaakte, bleef zyne lyn
+aan den grond der Kreek haken: ik was 'er by tegenwoordig, en sprong
+oogenblikkelyk in 't water, om dezelve los te maken; maar ik stootte
+den enklauw met zulk een geweld tegen een rots, dat het verscheiden
+maanden aanliep, eer ik volkomen hersteld was.
+
+Alle deeze toevallen scheenen den Colonel SEYBOURG zeer te vermaken,
+terwyl ik van myn kant over zyn onheusch gedrag zeer verontwaardigd
+was. Deeze tegenstrydigheid tusschen hem en my, deed my de gunst van
+den Colonel FOURGEOUD verwerven, als of ik de helft van de muitelingen
+der Volkplanting vernield had.--Echter kruisten 'er sterke wachten
+tusschen de posten van Maagdenberg, van la Rochelle, en van de Savane
+der Joden. Den 17den, trok de Opperbevelhebber met de helft van zyn
+krygsvolk naar de Patamaca, en dewyl myne kwetsuur aan den enklauw my
+niet toeliet hem te volgen, liet hy my het bevel over de manschappen,
+die agterbleven.
+
+Als toen het vooruitzigt hebbende, om eenigen tyd op Maagdenberg te
+blyven, zond ik QUACO naar Paramaribo, om levens-middelen van daar
+te halen, en my eene levende geyt mede te brengen.
+
+Schoon de Colonel FOURGEOUD de muitelingen nog niet genoodzaakt
+had, om tot een geregeld gevecht te komen, oeffende hy daarom niet
+minder zyn krygsvolk en zig zelven. Dikwerf het bovenste gedeelte
+der Rivieren overstekende, en de grenspalen der Volkplanting schoon
+houdende, voorkwam hy het plunderen en verbranden der Plantagiën; en
+op die wyze deed hy eenen zeer wezentlyken dienst aan de inwooners,
+hoe zeer zulks veel menschen en geld kostte.
+
+Daar ik derhalven tans Opperbevelhebber van den post was, hield
+ik de twee Negers, waar van ik reeds gesproken heb, bezig, met
+voor my te jagen en te visschen. Zy bragten my byna dagelyks één
+of twee wilde varkens, of pingos, en een visch, newmara genoemd,
+die zomtyds zoo groot is als een kabbeljauw, en welken ik by vervolg
+beschryven zal. Ik onthaalde alle de Officiers zonder onderscheid op
+deezen verschen voorraad, en ik gaf aan de zieken de plantains, de
+bananen, de oranje-appelen, de limoenen, welke men van de Plantagiën,
+aan het bovenste gedeelte van de Commewyne gelegen, aan my toezond:
+nooit wierd een afgezonden Bevelhebber zoo wel behandeld. Ik vergat
+echter de hoofdzaak niet, en zond regelmatig ronden uit in den omtrek
+van Maagdenberg, die zoo oplettend waren, dat'er geen aanval der
+muitelingen te duchten was. Deeze voorzorgen waren zeer noodzakelyk,
+want zy hadden verscheide posten overweldigd, om zig van de wapenen en
+het kruid meester te maken, het geen voor hun van een groot gewicht,en
+voor de Volkplanting allernadeeligst is. Niet alleen hadden zy op
+zommige van deeze posten die dingen geroofd, maar zelfs alle de
+soldaaten vermoord.
+
+Te dier tyd geen werkend deel aan de krygsverrigtingen kunnende
+hebben, maakte ik van dit oogenblik van rust gebruik, om een groot
+getal afteekeningen te maken; en toen kwam my het eerst het denkbeeld
+in de gedachten, om dezelve in 't licht te geven, indien het lot over
+my beschoren was, om in Europa te rug te komen.
+
+Een van myne Negers bragt my, den 24sten van deeze maand, twee zeer
+merkwaardige insecten, die ik tans beschryven zal. Een van de twee,
+die naar een sprinkhaan scheen te gelyken, was die geene, welke
+men doorgaans alhier Spaansche Juffer noemt; nimmer heb ik iets
+meer buitengewoons in deeze Volkplanting gezien. Het lichaam van dit
+wonderbaarlyk insect, schoon het niet veel dikker was, dan de schacht
+van een gewoone veder, was zeven en een halve duim lang, de staart
+daar by gerekend, welke, even als die van veele andere insecten, uit
+verschillende gewrichten bestaat.--Hy liep, even als een spinnekop,
+op zes pooten van by de zes duimen lang, en hy had geene vlerken. Vier
+hoorens, waar van twee de lengte hadden van vyf duimen, en de andere
+veel korter waren, staken hem uit den kop. Deeze kop was klein, maar
+met groote zwarte en uitpuilende oogen. Het lichaam van dit insect had
+eene bruinachtig groene kleur, en over 't geheel had hy het voorkomen
+van een gedrocht in zyn zoort. Men vindt hem op moerassige plaatsen,
+alwaar zyne lange pooten hem ongetwyffeld dienen om te gaan, en niet
+om te zwemmen, als daar toe ongeschikt zynde, want zy eindigen met
+twee kleine nagels, als die der kevers. Het andere insect is door
+Mejuffrouw DE MERIAN afgeteekend, die het de waaker genoemd heeft;
+maar de Hollanders geven hem een naam, die betrekkelyk is tot het
+geraas, het welk hy tegen den avond doet hooren, en vry veel gelykt
+naar het geluid van een cymbaal, of naar dat van het slypen van
+een scheermes. Dit merkwaardig insect, welks gebrom altyd met het
+ondergaan der zon, of des avonds ten zes uuren begint, word ook
+lantaarn-drager genoemd, uit hoofde van het licht, het welk hy des
+nachts verspreidt, een licht, veel sterker, dan dat van een vuur-mug,
+van welk zoort hy ook zyn moge, en met behulp van 't welk men alles
+doen kan. De lantaarn-drager is meer dan drie voeten lang. Hy heeft
+een dik en groenkleurig lichaam, met vier doorschynende vlerken,
+die, onaangezien deeze hoedanigheid, eene groote verscheidenheid
+van kleuren laten schitteren, vooral van onderen, alwaar men twee
+ronde moesjes opmerkt, veel gelykheid hebbende met die van een
+paauwen-staart. Onder den kop van dit insect ziet men een lynregte
+snuit, als eene naald, waar mede men zegt, dat hy het sap uit de
+bloemen zuigt. Met dit werktuig vooronderstelt men ook, dat hy het
+zoo even gemelde onaangenaam en sterk geraas maakt. Ik voor my zoude
+het veel eer aan de beweging zyner doorschynende vlerken toeschryven,
+zoo als men dit van zommige muggen in Engeland beweert. Eene sterke
+snuit, met roode en geele streepen, en hebbende de gedaante van het
+eerste gewricht van een's menschen vinger, steekt hem uit het voorste
+gedeelte van den kop, en maakt een derde der lengte van het geheele
+dier. Deeze uitwas word gemeenlyk de lantaarn van dit insect genoemd,
+en doet het licht voortkomen, waar van hy zynen naam draagt. Ik zal
+zyne beschryving eindigen met te zeggen, dat hy zeer langzaam loopt,
+maar met eene verbaazende gezwindheid vliegt.
+
+Den 26sten, kwam myn kleine QUACO van Paramaribo te rug, met zig
+brengende al het geen ik hem gelast had: men had de geit niet vergeten,
+en men zond 'er my een met haar jong, waar voor ik twintig guldens,
+of by de twee ponden sterling betaalde.
+
+De geiten zyn echter in geheel Guiana zeer gemeen; zy zyn aldaar niet
+groot, maar fraay; haare hoornen zyn zeer klein; haar hair is kort,
+zacht, en van eene donker bruine kleur; haare gezwindheid is niet te
+vergelyken, dan by die der harten. Men kweekt ze op de Plantagiën aan,
+alwaar zy vermeenigvuldigen, en veel melk geven. Wanneer men ze jong
+doodt, is haar vleesch goed om te eeten.
+
+Ik ontfing toen de onaangenaame tyding, dat het Schip, waar mede
+myne brieven naar Europa vertrokken waren, in de nabyheid van Texel
+vergaan was. Ik vernam te gelyker tyd met aandoening, dat myn vriend,
+de heer KENNEDY, zyne vrouw en huisgenooten, aan de Volkplanting hadden
+vaarwel gezegd, en naar Holland waren ingescheept. De gemelde heer
+KENNEDY, de heer GORDON, en de heer GOURLUY, waren Schotten; de heer
+BUCKLAND, de heer TOWNSEND, en de heer HALFHIDE, waren Engelschen de
+heer MACNEYL was uit Ierland: 'er waren geene anderen van hunne natie,
+die deeze Volkplanting bewoonden.
+
+Den 28sten, kwam de Colonel FOURGEOUD van zynen tocht naar de Patamaca
+te rug. Zyn krygsvolk was van vermoeienis afgemat, en hy zelf had veel
+geleden. Hy had een groot getal zyner soldaten in het Hospitaal van la
+Rochelle agtergelaten; maar hy vernam zelfs de muitelingen niet, schoon
+hy bestendig zynen weg veranderd had. Het scheen derhalven, dat zy in
+wanorde waren, zoo zy al in 't kort eenig vast verblyf gehad hadden;
+maar waar konde men hen in dit eindeloos bosch ontdekken? Daar kwam
+het op aan. De Colonel wanhoopte echter niet, dit te zullen doen. In
+de daad, hy stelde den zelfden yver te werk om hen te vervolgen,
+als voorheen, om de schuilhoeken van het wildt te ontdekken.
+
+Den 29sten, bood de heer MATHIEU, één van onze Officiers, die ter
+jagt gegaan was, my den Taïbo aan, een dier, alhier onder den naam
+van Boschrot bekend. Hy had de grootte van een jonge haas, maar was
+aan het einde van zyn lyf uittermaten dun; hy had eene huid van eene
+rosachtig bruine kleur, lange pooten, een ronde kop, en zyne staart
+geleek naar die van een speenvarken; zyne klauwen hadden juist de
+gedaante van die van een gewoone rot, maar in evenredigheid veel
+grooter; zoo als ook de kop, de bek, de knevels, en de tanden; hy had
+korte en kaale ooren; de oogbal zyner zwarte en uitpuilende oogen was
+wit. Men beweert, dat deeze boschrot zeer schielyk loopt. Wy lieten
+hem gereed maken: men had ons gezegd, dat hy goed om te eeten was,
+en wy vonden dit ook bewaarheid; hy had een uitmuntenden smaak, en
+was malsch en vet, hoe zeer hy mager scheen. Dit dier herinnert my,
+uit hoofde van deszelfs gedaante, een ander, in dit Land bekend onder
+den naam van crabbo-dago, of den koppigen hond, welken men hem geeft
+van wegens zyne voorbeeldelooze woestheid; want alle viervoetige,
+vliegende of kruipende gedierten, welken hy ontmoet, doodt en verslindt
+hy; hy schynt nooit van bloed verzadigd te zyn. Zonder door den honger
+gedreven te worden, doodt hy alle dieren, welken hy overwonnen heeft;
+zyn moed, zyne kragten, zyne werkzaamheid hebben weinig huns gelyken,
+schoon hy niet veel grooter, dan een gewoone kat is. Volgens het geen
+ik hier opgeeve, verdenke ik sterk, dat hy naar den Ichneumon gelykt;
+maar nog meer naar het dier, in de Natuurlyke Historie van BUFFON
+gemeld, die, volgens de verzekering van den heer ALLEMAND, het zelve
+den Grifon noemt: die geen, waar van ik spreek, is echter een weinig
+grooter. Deeze Schryver zegt, dat schoon het oorsprongelyk een dier
+uit Surinamen is, niemand van hun, die van daar komen, 'er bericht
+van kunnen geven. Indien hy het zelfde dier is, en ik twyffel 'er niet
+aan, strekt het my tot genoegen, om 'er aan den lezer de beschryving
+van op te geven. Ik zal dus de plaats uit het werk van den Graaf DE
+BUFFON, die zulks van den heer ALLEMAND zelf ontleend heeft, letterlyk
+aanhaalen. Indien ik deeze opgaave by het leven van deezen beroemden
+Natuur-kenner gelezen had, zoude ik de vryheid gebruikt hebben, om
+hem de waarneemingen te schryven, welke ik aan het Publiek onderwerpe.
+
+"Ik heb uit Surinamen het diertjen ontfangen, het welk op Plaat
+VIII. verbeeld is, en op de lyst van het geen in de kist, waar in
+hy ingepakt was, gevonden wierd, den naam droeg van de gryze wezel,
+waar van ik den naam van Grifon gemaakt heb, om dat ik den naam niet
+weet, dien men hem in zyn land geeft, en om dat zyne kleur denzelven
+genoegzaam aanwyst. Het geheele bovenste gedeelte van zyn lichaam
+is met hairen van eene donker bruine kleur bedekt, met witte punten,
+het geen eene gryze kleur maakt, waar in het bruin doorsteekt; maar
+boven op den kop en hals heeft hy eene helderer gryze kleur, om dat de
+hairen aldaar zeer kort zyn, en om dat het witte gedeelte in lengte met
+het bruine gelyk staat. De snoet, het geheele onderlyf, en de pooten,
+zyn van eene zwarte kleur, die eene zonderlinge tegenstrydigheid maakt
+met de gryze kleur, waar van de zelve aan den kop is afgescheiden door
+eene witte streep, beginnende aan den eenen schouder, en doorgaande
+onder de ooren, boven de oogen en den neus, en zig tot den anderen
+schouder uitstrekkende.
+
+De kop van dit dier is zeer groot in evenredigheid van zyn lichaam;
+zyne ooren, die byna een halve cirkel maken, zyn meer breed dan hoog;
+zyne oogen zyn groot: zyn bek is gewapend met maaltanden, en sterke
+en puntige honds-tanden. 'Er zyn zes sny-tanden in elk kakebeen;
+maar die van de beide reijen zyn alleen zichtbaar; de vier tusschen
+beiden staande komen naauwlyks uit derzelver holligheden. De pooten,
+zoo wel die van vooren, als van agteren, zyn verdeeld in vyf klauwen,
+die met sterke geelachtige nagels gewapend zyn. Zyn staart, die vry
+lang is, eindigt puntsgewyze.
+
+De wezel is onder alle dieren van ons vaste Land die geene, waar
+mede deeze Grifon de meeste overëenkomst heeft; dus ben ik niet
+verwonderd, dat hy my onder dien naam uit Surinamen is gezonden
+geworden. Nogtans is het geen wezel; schoon hy wegens het getal en de
+gedaante zyner tanden 'er veel overëenkomst mede heeft, is zyn lyf
+zoo langwerpig niet, en zyne pooten zyn veel hooger. Ik ken geen
+schryver nog reiziger, die 'er van gesproken heeft, en de geen,
+die my gezonden is, is de eenige, welken ik immer gezien heb. Ik
+heb hem aan verscheiden lieden getoond, die langen tyd hun verblyf
+in Surinamen gehouden hadden; maar hy was hun onbekend; derhalven
+moet hy op de plaatsen, van waar hy herkomstig is, zeldzaam zyn, of
+oorden bewoonen, die weinig bezogt worden. De zender van dit dier
+had geene byzonderheid opgemerkt, geschikt om deszelfs natuurlyke
+geschiedenis op te helderen; dienvolgende heb ik niets anders kunnen
+doen, dan eene afteekening van hem te maken". (Hist. Nat. de BUFFON;
+Edit. de Hollande, Tom. XIV. pag. 65.)
+
+Het is waar, dat dit dier in Surinamen zeer zeldzaam is; maar dat hy
+door de natuur-kenners niet beter beschreven is, moet men ongetwyffeld
+toeschryven aan zyne ongemeene woestheid, die byna altyd belet,
+om hem levend te vangen.
+
+De Bevelhebber en ik waren toen boezemvrienden, en dagelyks noodigde hy
+my aan zyne tafel. Hy verzogt my, om hem zyn pourtrait levensgrootte
+te maken, en hem in zyne veld-kleeding te vertoonen. Zyn oogmerk
+was, om dit naar Europa mede te neemen: hy hoopte, dat de Stad van
+Amsterdam het zelve op haare kosten zoude doen in 't koper brengen;
+hy oordeelde zig iemand te zyn van zoo veel gewicht voor Holland, als
+de Hertog van Cumberland, na den slag van Culloden, voor Engeland was.
+
+My van een blad groot papier, en Chineesche inkt voorzien hebbende,
+ging ik aan 't werk. Terwyl ik bezig was, om de trekken van myn
+oorsprongelyk stuk naauwkeurig naar te gaan, wierd de berg door
+eenen vervaarlyken donderslag ylings geschokt, zoo dat alle de
+eieren van een hen, die in een hoek van onze hut te broeien zat,
+aan stukken braken. De straal van den blixem ontstelde de trekken
+van den Colonel voor een oogenblik; maar hy herstelde zig schielyk,
+en ik ging voort. Het werk was korten tyd daar na tot zyn groot
+genoegen afgemaakt.
+
+De Neger SEPTEMBER, die in 't jaar 1774. gevangen genomen was,
+stierf, byna op deezen tyd, aan de waterzucht. De Colonel had hem
+gedwongen hem te volgen op alle zyne tochten, even als een geketende
+hond. Hy verbeeldde zig, dat deeze Neger, vroeg of laat, hem in de
+onderscheidene bezittingen der muitelingen brengen zoude, maar hy
+bedroog zig, De andere slaven, hem verdacht houdende van reeds eenigen
+raad aan den Bevelhebber gegeven te hebben, schreven zynen dood aan de
+Goddelyke rechtvaardigheid toe, die hem strafte wegens het verraden
+van de trouw, welke hy buiten twyffel aan zyne landgenooten gezworen
+had. De lezer herinnert zig waarschynlyk, het geen ik in het derde
+hooftstuk gezegd heb, dat de Africaansche Negers gelooven, dat hy,
+die zynen eed schendt, elendig moet omkomen, en eene eeuwige straffe
+in de andere weereld ondergaan.
+
+De post van de Hoop aan de Commewyne was, wegens gebrek aan
+zindelykheid, tans zeer ongezond geworden: het krygsvolk, het
+welk aldaar na myn vertrek de wacht gehouden had, was uittermaten
+onachtzaam, om deezen post in goeden staat te houden. De dood had
+reeds verscheiden soldaaten weggerukt, en de ziekte belette den
+bevelhebbenden Officier en een gedeelte van zyn volk, om dienst te
+doen. De Colonel FOURGEOUD zond den Capitain BRANT en eenige soldaaten
+derwaarts, met last, om alle de zieken, welken men op deezen post
+vinden zoude, niet naar de Stad Paramaribo, maar naar Maagdenberg te
+doen vertrekken. De Colonel, deezen Capitain met dien tocht belastende,
+behandelde hem met eene groote hardheid, en vergunde hem zelfs den tyd
+niet, om zyne goederen mede te neemen. Van een anderen kant, ontnam de
+Colonel SEYBOURG hem den eenigen slaaf, dien hy tot zynen dienst had,
+en hield dien voor zig zelven. Deeze behandeling deed den armen BRANT
+zoo geweldig aan, dat hy begon te schreijen, en verklaarde, dat hy
+wenschte zulke mishandelingen niet te overleven. Hy vertrok vervolgens
+naar den post van de Hoop; met een hart van droefheid overstelpt.
+
+By zyne aankomst vernam hy, dat de Capitain BROUGH, de laatste
+Bevelhebber op deezen post, zoo even overleden was. Deeze
+Officier, zeer zwaarlyvig zynde, had groote vermoeïngen in de
+bosschen ondergaan. De hette was voor hem ook doodelyk: hy had eene
+versmelting van vochten, die op een rotkoorts uitliep, en hem uit
+'t leven wegnam. De Colonel SEYBOURG volgde den Capitain BRANT wel
+dra naar de Hoop, om aldaar de zieken te bezoeken. Geduurende al
+dien tyd had ik niets te doen. Ik zal my dus bezig houden met twee
+visschen te beschryven, die eenen byzonderen aandacht verdienen.
+
+De eerste heeft de gedaante van een groote bokking; ik had ze van dit
+zoort nog niet gezien, en zekerlyk, behalven den zee-braassem, kende ik
+'er geene, die fraaijer gekleurd was. Zyn rug en zyden hebben streepen
+van eene fraaije geele en van eene ryke en donkere blaauwe kleur, zyn
+buik heeft eene witte zilver-kleur. Hy heeft zwarte en goudkleurige
+oogen, doorschynende vinnen van eene zeer levendig roode kleur. Zyne
+gedaante gelykt vry veel naar die van eene forelle, en hy is met kleine
+schubben bedekt; hy heeft eene vinne op den rug, en het teeken van eene
+andere by den staart, die gespleten is; onder den buik ziet men aan hem
+vyf andere vinnen, waar van twee tot de borst behooren, en de laatste
+achter den navel. Zyn benedenste kakebeen steekt meer voorwaarts dan
+het bovenste, en zyn bek schynt eene omgekeerde gedaante te hebben:
+eindelyk heeft hy zeer kleine kieuwen of ooren. Ik deed onderzoek naar
+deezen visch; maar alles wat een oude Neger 'er my van berigten kon,
+was, dat men hem dago-faisy noemde.
+
+De andere was die groote en fraaie visch, die by de Engelschen den
+naam van rock-cod draagt, by de Indianen dien van baroketta, en by de
+Negers dien van new-mara. Ik heb 'er reeds verscheiden malen melding
+van gemaakt; maar ik heb hem nog niet beschreven. Men vindt deezen
+visch zeer dikwils in het bovenste gedeelte der Rivieren. Hy heeft de
+gedaante van eene groote kabeljauw, maar met schubben bedekt. Zyn
+rug heeft eene donkere olyf-kleur, zyn buik is wit, zyn kop is
+groot met kleine oogen, waar van de appel zwart en de oogbol grys
+is. Zyn breed kakebeen is van boven en onder van eene reije puntige
+tanden voorzien, even als die van een snoek. Hy is, gelyk dit dier,
+uittermaten vraatächtig. Hy heeft een stompen staart, en, zoo als ook
+de vinnen, van dezelfde kleur als het lichaam: deeze vinnen zyn zes in
+getal, één op den rug, twee aan de borst, twee onder aan het lyf, en
+de laatste aan den onderbuik. Zommige lieden vergelyken den smaak van
+deezen lekkeren visch by dien van Zalm. Hy is by de blanken in deeze
+Volkplanting zeer geacht; maar zeldzaam te Paramaribo, schoon hy, gelyk
+ik gezegd heb, boven in de Rivieren overvloedig gevonden word. Ik heb
+ze beiden zeer naauwkeurig afgeteekend, zoo wel de dago-faisy, als de
+new-mara. Men vond 'er ook in Surinamen naauwkeurige afteekeningen van.
+
+Verscheiden Officiers, die gevogelte en varkens aankweekten, verloren
+dezelven tans allen in den tyd van twee dagen: zy waren waarschynlyk
+vergeven door het eeten van duncane, of van eenige andere vergiftige
+plant, die ons onbekend was. Echter heeft men in 't algemeen opgemerkt,
+dat de aangeboren neiging der dieren hun de heilzaame kruiden van de
+schadelyke doet onderscheiden.
+
+De heer SEYBOURG kwam toen al zegevierende van de Hoop te rug: hy
+bragt den Lieutenant DEDERLEIN, één der Officiers van den Colonel
+FOURGEOUD met zig, doende denzelven door een Sergeant en zes soldaten,
+met de bajonnet op de snaphaan, bewaren, om dat hy, zoo hy zeide,
+hem de verschuldigde achting niet betoond had.
+
+Den 7den, kwamen de zieke Officiers, en soldaten van denzelfden post,
+in vaartuigen aan. Verscheiden van hun, welken men inscheepte, vonden
+zig buiten staat om vervoerd te worden, en geraakten, zonder eenige
+hulp, op de reize om 't leven. Een van onze Heelmeesters stierf
+ook, den zelfden dag, op de legerplaats, en aanhoudend begroef
+men soldaaten. Deeze waren de gevolgen van eenen tocht, in een zoo
+vochtig jaargetyde ondernomen; maar onze Colonel oordeelde het zelve
+meer geschikt dan eenig ander, om eindelyk eens de muitelingen uit
+de bosschen van Guiana te verdryven.
+
+
+
+AGTTIENDE HOOFTSTUK.
+
+Een Tyger, op de legerplaats gevangen.--De Jaguar.--De Couguar.--De
+Tyger-kat.--De Jaquarette.--Gevecht tusschen eenige afgezondene
+manschappen der Sociëteit en de muitelingen.--Levens-manier van eenen
+Surinaamschen Planter.--Verscheiden zoorten van visschen.--Besmettelyke
+ziekten.--Zelfsmoord.
+
+Ik heb zoo straks gezegd, dat verscheiden Officiers gevogelte
+aankweekten; maar alle nachten ontnam een onbekende strooper 'er hun
+verscheiden van. De Capitain BOLTS, den coati-mondi of crabbo-dago
+van deezen diefstal verdacht houdende, zette een val, door middel van
+eene ledige kist, welke hy in den grond deed plaatsen, en waar van
+het dekzel wierd opgehouden door een hout, waar aan men een lang touw
+had vast gemaakt. Vervolgens sloot hy al zyn gevogelte naauwkeurig
+op, uitgenomen twee hoenderen, welke hy onder deeze val plaatste,
+doende dezelve door twee Negers op eenigen afstand bewaken. Deezen
+hadden naauwlyks een uur of twee op hunnen post doorgebracht, of zy
+hoorden de hoenderen schreeuwen; één van hun trok toen aan het touw,
+en de ander schoot toe, om zig van den dief te verzekeren, gaande
+op het dekzel zitten: het was een jonge Tyger, die 'er in besloten
+zat; hy deed wel dra alle pogingen, om zig in vryheid te stellen;
+maar men bond de kist met zwaare touwen toe, en men wierp die alzoo
+in de Rivier, dezelve onder water houdende, om het dier, het welk
+de sterkste pogingen deed om te ontsnappen, te doen verdrinken. De
+Capitain BOLTS nam zyne huid, en bewaarde die tot eene gedachtenis
+van dit zonderling voorval.
+
+De Graaf DE BUFFON beweert, dat 'er in America geene Tygers zyn; maar
+dat men 'er dieren vindt, die hun gelyken, en waar aan men denzelfden
+naam geeft. Ik zal dezelve beschryven zoodanig als ik ze gezien heb,
+en de lezer zal beöordeelen, wat zy zyn.
+
+De eerste en grootste word Jaguar van Guiana genoemd. Dit dier, het
+welk verscheiden Schryvers als zwak, verachtelyk, en van de grootte van
+een haazen-windhond hebben afgebeeld, is integendeel zeer sterk, zeer
+gevaarlyk, zeer woest. Zyne lengte, van den bek tot het begin van den
+staart, heeft zomtyds zes voeten: men vergeete niet den verbaazenden
+voetstap van een tyger, welken ik aan de Patamaca in het zand zag,
+schoon men zoude kunnen tegenwerpen, dat deeze in 't byzonder van eene
+buitengewoone grootte had, en het zand los was. De Jaguar heeft eene
+donkere oranje kleur en een witten buik. Zyn rug heeft langwerpige
+en zwarte streepen. Op zyde van den buik zyn onregelmatige ringen,
+in den omtrek zwart, en in het midden helder. Het overige gedeelte
+van zyn lichaam en zyn staart hebben kleine vlakken, die volmaakt
+zwart zyn. Zyne gedaante gelykt in alle opzichten naar die van den
+Africaanschen Tyger; en dewyl hy ook onder het geslacht der katten
+behoort, is het niet noodig 'er eene omstandiger beschryving van te
+geven. Maar dewyl zyne grootte en krachten die van dit klein huisdier
+overtreffen, verscheurt hy een schaap of een geit even gemakkelyk,
+als de kat een muis of een rot doodt. De koeijen zelfs en de paarden
+zyn in weerwil van hunne grootte, voor zyne woede niet beveiligd,
+want dikwils tast hy hen op de Plantagiën aan; en schoon hy dezelve,
+uit hoofde van hunne zwaarte, niet naar de bosschen kan sleepen,
+scheurt hy hen wreedelyk aan stukken, alleenlyk om hun bloed te
+drinken, waar naar dit woest dier altyd dorstig is. Het is bovendien
+wel gebeurd, dat de Jaguar jonge Negerinnen, die op het land werkten,
+heeft mede gesleept, en dit zelfde ongeluk gebeurt hunne kinderen maar
+al te veel. Dit boosäartig dier werpt (volgens de uitdrukking van
+deeze zelfde Schryvers) door een enkelen slag met de poot, een wild
+varken om ver, en het sterkste paard, dat men in Guiana beryden kan,
+grypt hy by de keel. Zyn woeste aart en bloeddorstigheid zyn oorzaak,
+dat men hem nooit heeft kunnen tam maken. Hy zou de hand van zynen
+oppasser verscheuren; en dikwils zelfs verslindt hy zyne jongen. Hoe
+sterk echter en woedend hy ook zy, hy is niet in staat wederstand
+te bieden aan den slang Aboma, die, wanneer hy hem bereiken kan,
+hem in korte oogenblikken aan stukken slaat.
+
+Het tweede dier van het zelfde zoort is de Couguar, de roode Tyger in
+Surinamen genaamd. Men zoude hem voegzamer kunnen vergelyken by een
+haazen-windhond, ten aanzien van deszelfs gedaante, maar niet van
+zyne grootte, en by gevolg ook ligter dan den Jaguar, maar grooter
+dan een windhond. De huid van dit dier is van eene bruin roode kleur;
+de borst en buik zyn van eene vuile witte kleur; hy heeft lange en
+ongevlakte hairen; de staart van eene aard-kleur, en aan het einde
+zwart. Zyn kop is klein, met twee glinsterende oogen, waar uit het
+vuur als uitspringt; en zyne tanden zyn zeer breed. Zyn dun lyf word
+gedragen door lange pooten, die met geduchte en witachtige klaauwen
+gewapend zyn. Hy is even verslindend als de Jaguar.
+
+Een derde dier van dit zoort, en het welk zeer fraay is, al mede in
+Guiana gevonden wordende, is de Tyger-kat. Deszelfs grootte gaat die
+van veele katten, welke ik in Engeland gezien heb, niet te boven. Zyne
+huid is van eene fraaie geele kleur, en gevlakt met kleine witte
+moesjes met zwarte randen. Hy heeft den buik van een helderen kleur,
+zwarte ooren met een witte vlak, en zeer zacht hair. Men waardeert
+zyne huid zeer hoog; en hy heeft dezelfde gedaante als de Jaguar. De
+Tyger-kat is een zeer levendig dier, wiens oogen schitteren als
+blixem-straalen; maar hy is even woest, even verslindend, even wild
+als de voorgaande.
+
+'Er is nog in dit Land een vierde dier van het zelfde zoort; het is
+de Jaguarette, wiens huid van eene zwartachtige kleur is, met vlakken
+die nog zwarter zyn. Zie daar alles wat ik 'er van weet; want ik heb
+'er geen enkele gezien, om dat men hem zelden verneemt. Die ik te
+vooren beschreeven heb, zyn niet veel gemeener. Ik zal by het geen
+ik van alle deeze dieren gezegd heb, nog byvoegen, dat zy, even als
+de gewoone katten, lange knevels hebben; dat zy zomtyds op de boomen
+klimmen; maar dat zy zig doorgaans onder de bladen in eene hinderlaag
+plaatsen, van waar zy met eene ongelooffelyke gezwindheid op hunnen
+ongelukkigen buit uitschieten; dat zy, den zelven hebbende van één
+gereten, zyn bloed al warm drinken, en met verscheuren en inslokken
+niet ophouden, voor dat zy verzadigd zyn; maar dat, indien zy door den
+honger niet gedrongen worden, zy lafhartig zyn, en dat een enkele hond
+genoegzaam is, om hen op de vlucht te dryven. Het vuur doet hen ook
+uittermaten verschrikken: dit is het beste middel om hen te verdryven,
+waar van ook de Indianen in Guiana gebruik maken. Verscheiden Tygers
+kwamen, by gebreke van deeze voorzorgen, in onze legerplaats; maar
+gelukkiglyk, regtten zy geene verwoesting aan.
+
+Dewyl ik op dit oogenblik met den Colonel FOURGEOUD op den voet van
+de vertrouwelykste vriendschap stond, bood ik hem eene teekening
+aan, verbeeldende de geheele legerplaats van Maagdenberg, die hem
+dermaten behaagde, dat hy dezelve aan den Prins van Oranje en aan
+den Hertog van Brunswyk zond, om hen over zyne krygs-verrigtingen te
+doen oordeelen. Deeze beleefdheid van myn kant bragt al de uitwerking
+op hem te weeg, die ik verlangen konde; niet alleen wierd ik zyn
+begunstigde, en hy beloofde my aan het Hof te zullen aanbeveelen,
+maar zelfs betoonde hy achting voor de Engelschen en Schotten. Ik was
+over deeze veranderde behandeling van zyne zyde zoo te vreden, dat
+ik de vyandschap, die in het begin tusschen ons had plaats gehad,
+aan my zelven meende te moeten wyten. Echter wierd de betoonde
+achting van den Colonel wel dra afgewisseld door voorwerpen, die
+al zyn aandacht verdienden; want hy vernam den 14den Juny, dat men
+eenige hutten van muitelingen aan de zee-kusten ontdekt had; dat de
+Capitain MEYLAND, met honderd en veertig mannen van het krygsvolk
+der Sociëteit, den vyand gaande opzoeken, hen eindelyk ontmoet had;
+maar dat hy gedwongen zynde een diep moeras te doorwaden, deeze
+Negers hem het eerst hadden aangetast; dat zy verscheiden van zyn
+volk gedood hadden, waar onder gevonden wierd een jong vrywilliger,
+die zyn neef was; dat zy 'er een groot aantal van gewond hadden,
+en de overigen deezer afgezondene krygsbende tot wyken genoodzaakt,
+schoon hy reeds het moeras was overgetrokken, en deszelfs oever bereikt
+had, om het dorp stormenderhand in te nemen. Volgens deeze tyding
+was het klaar, dat de vyand niet was klein te achten; en dewyl men
+nu eindelyk wist, waar hy te vinden was, ontfing al het krygsvolk,
+namelyk de zee-soldaten van den Colonel FOURGEOUD, het Regiment
+van de Compagnie, en de Neger-jagers, die van verlangen brandden,
+om blyken van dapperheid te geven, bevel om zig onmiddelyk tot den
+optocht gereed te maken. Men bepaalde hun allen een punt van algemeene
+vereeniging, en men zond te gelyker tyd een hoop krygsvolk naar den
+post van la Rochelle, om hier van bericht te geven. Ingevolge van deeze
+beveelen, maakte zig het geheele leger marschvaardig, en onze soldaten
+betoonden eenen grooten yver, in de hoop, dat een beslissende slag aan
+den oorlog, en alzoo tevens aan hunne elende een einde maken zoude:
+het was dus het oogenblik, om hen tot den aanval aan te voeren; maar
+onze Opper-Bevelhebber stelde zynen tocht meer dan twee maanden uit,
+om redenen, hem alleen bekend.
+
+Wy vernamen toen, dat de Capitain BRANT, Bevelhebber op den post
+van de Hoop, op het punt was, om aldaar van eene zwaare ziekte te
+sterven. Deeze zelfde post, alwaar zig een groot aantal krygsvolk
+bevond, was één der ongezondsten uit hoofde der overstroomingen;
+en vermits ik in dit tydstip één der gunstelingen van den Colonel
+was, bestemde hy my, om het bevel 'er van op my te nemen, eene eer,
+die ik, zoo als hy my zeide, aan myn sterk lichaamsgestel moest
+toeschryven. Uit deeze handelwyze bemerkte ik, dat zyne vriendschap op
+eigenbelang steunde; en ik gevoelde mynen haat allengskens herleven
+tegen iemand, die my alzoo veroordeelde om zonder roem te sterven,
+daar hy my tot eenigen dadelyken dienst met eere gebruiken konde.
+
+By myne komst op de Hoop, moest ik den Capitain BRANT naar Maagdenberg
+zenden; maar deeze ongelukkige jongeling eenige achterdocht op dien
+wreeden last hebbende, ging in een besloten vaartuig, eenige uuren
+voor dat ik aankwam, en begaf zig naar Paramaribo. Echter kwam hy
+aldaar niet aan, of hy gaf den geest, zoo door de gevolgen van eene
+heete koorts, als door hartzeer. Niemand verdiende meerder betreurd te
+worden, dan hy. De Colonel FOURGEOUD verloor een uitmuntend Officier,
+en ik een oprecht vriend.
+
+Dewyl hy de tweede Bevelhebber was, die in zeer korten tyd op deezen
+post het leven liet, nam ik gerustelyk tot myne zinspreuk: Hodie mihi,
+cras tibi: (van daag my, morgen u:) maar by geluk bedroog ik my,
+en ik was altyd zoo welvaarende, als ik ooit in myn leven geweest
+ben. Volgens den raad van den ouden CARAMACA, baadde ik my twee malen
+daags in de Rivier; ik maakte insgelyks gebruik van myne oude gewoonte,
+om geene schoenen noch koussen te dragen.
+
+Den 20sten Juny, korte dagen na myne aankomst, had ik de eer een
+bezoek te ontfangen van den Gouverneur, den heer NEPVEU, die van zyne
+Plantagie Appecappe te rug kwam, en weder naar Paramaribo keerde. Ik
+beklaagde hem den rouw wegens het afsterven van zyne huisvrouw, welke
+hy in't kort verloren had. Ik ontfing ook bezoeken van verscheiden
+Planters, die my allerleije zoorten van ververschingen van hunne
+Plantagiën medebragten. In dit oogenblik had ik gelegenheid, om de
+gebruiken en levens-wyze van deeze West-lndische Nababs te leeren
+kennen.
+
+Een Planter in de Volkplanting van Surinamen, wanneer hy op zyne
+Plantagie woont, het geen zeldzaam voorvalt, want doorgaans verkiest
+hy het verblyf te Paramaribo, staat by het opkomen der zon, dat is,
+des morgens omtrent ten zes uuren, uit zyne hangmat op. Alsdan begeeft
+hy zig, onder zyn piazza, of dat zoort van overdekte gaanderye, voor
+het huis geplaatst, alwaar hy zyne koffy en pyp gereed vindt. Een
+half dozyn slaven, zoo wel mans als vrouwen, en wel de schoonste,
+wagten hem aldaar, om hem te bedienen. In dit heiligdom ontmoet hem
+de Opzigter, na hem van verre verscheide diepe buigingen gemaakt
+te hebben, en doet hem zeer eerbiedig rekenschap van het werk, het
+welk des avonds te vooren verrigt is, van het getal der Negers, die
+weggeloopen, die ziek geworden, die gestorven, die hersteld zyn, van
+de geenen die men gekocht heeft, of van de kinderen, die geboren zyn;
+maar vooral van den naam der slaven, die hun werk verzuimd, die eene
+ongesteldheid voorgewend, die zig dronken gedronken hebben, of agter
+gebleven zyn. De gevangenen zyn doorgaans by dit bericht tegenwoordig,
+onder de bewaaring van Neger-beulen, die op het minste teeken hen
+vast binden, het zy aan de pylaaren of balken der gaanderye, het zy
+aan boomen, zonder dat de eigenaar zig dikwils verwaardigd heeft
+de beschuldigden in hunne verdediging te hooren. De veroordeelden
+eenmaal vast gebonden zynde, vallen de zweepslagen op hen, zonder
+onderscheid van mans, vrouwen of kinderen. De werktuigen, waarmede
+deeze straf word uitgeoeffend, zyn koorden van hennip van eene zeer
+groote lengte, die by elken slag tot in het vleesch indringen, en een
+geklater maken, gelykende naar het afschieten van een pistool. Zoo lang
+deeze straf-oeffening duurt, roepen de ongelukkigen by herhaaling:
+"danky masera": (ik bedank u meester:) en de Planter wandelt met
+zynen Opzichter rond, zonder op het geschreeuw, het welk hy hoort,
+eenige acht te geven. Men maakt deeze elendelingen niet los, voor dat
+zy wel zyn van één gereten; en dan gelast men hun, om oogenblikkelyk
+weder aan hun werk te gaan: ter naauwer nood verwaardigt men zig,
+om hen te laten verbinden.
+
+Het straf-uur verloopen zynde, koomt de Heelmeester, die een Neger
+is, insgelyks om bericht te doen; en men zendt hem weg al vloekende,
+en zig beklagende, dat hy aan de slaven toestaat ziek te zyn. Na deeze
+bedienden, koomt 'er eene zeer oude vrouw, die alle de Neger-kinderen
+van de Plantagie vertoont, waar over zy het bestuur heeft. Deeze
+kinderen, die reeds in de Rivier gewasschen zyn, klappen in de handen
+op het zien van hunnen meester; zy groeten hem, staande in de rondte;
+vervolgens zendt men hen weg, om hun ontbyt van plantainboom-vruchten,
+of ryst te gebruiken; en even gelyk by het begin, eindigt dit alles
+met eene diepe buiging van den Opzichter.
+
+Myn Heer doet dan eene wandeling in zyn morgen-gewaad, bestaande in
+een onderbroek van het fynst Hollandsch linnen, witte zyde koussen,
+en muilen van geel of rood Turksch leder; het halsboord van zyn hembd
+blyft open, en over het hembd draagt hy alleenlyk eene loshangende
+japon van fraaie Indische stof. Zyn hoofd is met een uittermaten fyne
+catoene muts bedekt, en met een verbaazend groote hoed, die zyn mager
+en somber aangezicht voor de hette der zon beveiligt: om den lezer
+in staat te stellen zig een juist denkbeeld van een persoon van dit
+zoort te vormen, biede ik hem tans de afteekening aan, die ik 'er van
+gemaakt hebbe. Ik heb het tydstip genomen, dat de Planter, met zyne
+pyp in den mond, want die legt hy niet neder, uit de hand van eene
+schoone slavin een glas Madéra-wyn ontfangt, het welk hy uitdrinkt,
+om daar door geduurende zyne wandeling kragt te bekomen.
+
+Wanneer hy nu langzaam rondom zyne wooning heeft rond gekuierd, of
+misschien te paard gestegen is, om zyne velden te bezichtigen, en de
+vermeerdering zyner rykdommen te begrooten, koomt hy tegen agt uuren te
+rug, om zig te kleeden, indien hy voornemens is eenige bezoeken af te
+leggen, zoo niet, blyft hy gekleed zoo als hy is. In het eerste geval
+verwisselt hy alleen zyn onderbroek tegen een broek van dun linnen
+of zyde. Vervolgens gaat hy zitten, en reikt zyne beide beenen toe
+aan eenen jongen Neger, die hem de schoenen aantrekt; te gelyker tyd
+word hy door eenen anderen gekapt of geschoren; en een derde is bezig,
+om de muggen van hem weg te jagen. Wanneer dit alles is afgeloopen,
+trekt hy een ander hembd aan, een kamisool, en een rok, die altoos van
+eene witte stof is. Alsdan brengt men hem onder een groot zonne-scherm,
+door eenen jongen Neger gedragen wordende, naar zyn vaartuig met zes
+of agt roeijers, het welk hem wagt, en waar in zyn Opzichter zorg
+gedragen heeft vruchten, wyn, water en tabak te laten brengen; maar
+dezelve heeft hem zoo dra niet zien vertrekken, of hy herneemt zynen
+toon van gezag, en zyne gewoone onbeschoftheid. Indien de Planter,
+op deezen dag, zyne Plantagie niet verlaat, ontbyt hy ten tien uuren;
+en om deeze maaltyd te nemen, zit hy aan eene tafel, in eene groote
+zaal geplaatst, en waar op hammen, gerookte tongen, gevogelte,
+of gekookte duiven, plantains, zoete cassave, brood, boter, kaas,
+enz. gevonden worden. Zyn drank is in dit oogenblik of zwaar bier, of
+Madéra-, Champagne- of Moesel-wyn. Zyn Opzichter houdt hem gezelschap,
+zig echter op eenen bekwamen afstand plaatsende, en beiden worden
+zy bediend door de schoonste en wel gemaaktste slaven.--Zie daar,
+het geen deeze heeren ontbyten noemen.
+
+Wanneer deeze maaltyd geëindigd is, neemt de Planter een boek; hy
+speelt op het schaakspel, of op de billard, of op eenig speeltuig;
+tot dat de hette van den dag hem noodzaakt, om in zyne hangmat te gaan
+leggen, om daar in zyn middagslaap te nemen, welken hy even min kan
+nalaten, als een Spanjaard zyne siesta of uur van rust. Hy wendt en
+keert zig in dit zoort van bed, tot dat hy in een diepen slaap gevallen
+is, en geduurende zynen slaap, houden zig twee van zyne Negers bezig,
+om tot zyne verkoeling met een waaijer te waaijen.
+
+Tegen drie uuren word hy van zelf wakker: na zig gewasschen en
+geparfumeerd te hebben, gaat hy wederom aan tafel zitten, om met
+zynen Opzichter het middagmaal te houden; en zy worden, even als
+by het ontbyt, door dezelfde slaven bediend. Niets van al het geen
+het jaargetyde kan opleveren van gewoon vleesch, gevogelte, wildt,
+visschen, groenten en vruchten, ontbreekt op deeze maaltyd: de
+uitgelezendste wynen worden 'er in overvloed geschonken; en dezelve
+eindigt met eene groote kop zeer sterke koffy, en eenige glazen
+liqueur. Ten zes uuren koomt de Opzichter wederom als des morgens,
+door beulen en gevangenen gevolgd wordende. De strafoeffeningen
+beginnen wederom geduurende eenigen tyd, en na dat de eigenaar zyne
+beveelen voor het werk van den volgenden dag gegeven heeft, zendt
+hy de vergadering weg, en brengt zynen avond door met ligte punch,
+of fangary te drinken, op de kaart te spelen, of te rooken.--Myn heer
+begint gewoonlyk de aannadering van den slaap tegen tien of elf uuren
+te gevoelen; dan doet hy zig door zyne kamerdienaars ontkleeden; hy
+gaat vervolgens in zyne hangmat leggen, alwaar hy met de eene of andere
+van zyne beminden, want hy heeft altyd zyne stoet van vrouwlieden,
+den nacht doorbrengt. Den volgenden dag, verschynt hy op nieuw onder
+zyne overdekte gaandery, op het zelfde uur als daags te vooren; hy
+vindt aldaar wederom zyne pyp en koffy, en met het opkomen van de zon
+hervat hy zyne genietingen en uitspanningen. Hy is een Vorst in 't
+klein, zoo verachtelyk, zoo eigenzinnig, zoo willekeurig heerschende,
+als 'er een is.
+
+Een zoo onbepaald gezag moet in de daad noodwendig ten hoogsten behagen
+aan iemand, die zeer waarschynlyk in zyn vaderland, in Europa, een
+niets beduidend wezen was.
+
+Zulke lieden maaken dus fortuin, naardien zeer dikwils in deeze
+Volkplanting de Plantagiën op tyd verkocht worden door afwezige
+eigenaars, die zig op de gedaane begrootingen verlaten; en deeze
+begrooters, het te verkoopen perceel zeer laag waardeerende, zyn het
+doorgaans met den kooper eens.
+
+Dit zoort van Planters is een pest voor de Volkplanting. Zy maken
+eene onmatige verteering, en betaalen niemand, onder voorwendzel van
+slechten oogst, sterfte onder de slaven, enz. Zy mishandelen dezelven
+door overmaat van arbeid en slagen; zy bederven de Plantagie, waar van
+zy de voortbrengzels voor gereed geld, en ten laagen pryze verkoopen;
+en wanneer zy op die wyze hunne beurs gemaakt hebben, verdwynen zy. Men
+moet echter toestemmen, dat 'er in alles uitzonderingen zyn: ik heb
+in Surinamen Planters gekend, die door hunne braafheid achtenswaardig
+waren, en ik heb dezelven reeds genoemd.
+
+Wat de vrouwen betreft, zy geven zig doorgaans aan alle haare
+driften, en in 't byzonder aan de ontembaarste wreedheid over. Maar
+te gelyker tyd, dat ik getuigenis moet geven van de verhevene deugden
+van Mevrouwen ELIZABETH DANFORTH en GODEFROY, en van eenige andere
+van een onbevlekt caracter, behoor ik ook het gordyn te laten
+vallen voor alle de onvolmaaktheden der teedere kunne in deeze
+luchtstreek. Alvoorens van dit stuk af te stappen, moet ik echter
+opmerken, dat de herbergzaamheid nergens edelmoediger, nog aangenamer
+word uitgeoeffend, dan hier. Een vreemdeling bevindt zig hier overal,
+of hy t'huis was: men verschaft hem, met de meest mogelyke gulheid,
+tafel en huisvesting, op elke Plantagie, het geen van des te meer
+aanbelang is, om dat men in de nabyheid van alle de Rivieren der
+Volkplanting Surinamen niet weet, wat eene herberg is.
+
+Om aan myn verhaal eenige afwisseling te geven, zullen wy tans drie
+zoorten van visschen beschryven, waar op ik myne vrienden onthaalde,
+zynde de zon-visch, de slang-visch, en de gevlakte kat. De eerste
+word, even als de zalm, in zoute en zoete wateren gevonden. Hy heeft
+agttien of twintig duimen lengte, en hy is geheel en al met goude
+schubben bedekt, die, wanneer hy in helder water zwemt, straalen van
+zig schynen af te schieten, en die hem zynen naam gegeven hebben. De
+slang-visch ontleent zynen naam van de gelykheid, die 'er tusschen
+hem en dit kruipend gedierte is. Het is een zoort van aal, niet
+zeer groot, maar zwart, hebbende een witten buik, en zynde in alle
+de Rivieren van dit Land zeer gemeen. De gevlakte kat word alzoo
+genoemd uit hoofde van de vlakken, waar mede hy bedekt is, en zyne
+lange knevels. Deeze visch gelykt ten aanzien van deszelfs gedaante
+vry veel naar een snoek. Hy heeft zeer puntige tanden, maar geene
+schubben. Hy is zeer vet, en weegt zomtyds tot zeventig ponden toe;
+zyn vleesch is geelachtig, en men maakt 'er weinig werk van.
+
+De Hoop was tans eene der onaangenaamste verblyfplaatsen. Ik
+betreurde aldaar zeer het gemis, zoo van myne eerste hut, als van
+myne lieve gezellinne: de eene viel geheel om ver, en de andere was
+te Paramaribo. Wy hadden geen enkel mensch, die niet door de koorts,
+of eenige andere ziekte, was aangetast. De roode loop begon ook
+verwoestingen aan te rechten. Om onze elende te vergrooten, hadden wy
+noch Heelmeesters, noch geneesmiddelen, noch iets, waar door wy ons
+licht bezorgen konden; en ons bleef niets overig, dan zeer weinig
+brood. Ik was met deeze gesteldheid van ons ongelukkig krygsvolk
+bewogen, en ik deed onder hen eene uitdeeling van bischuit, citroenen,
+oranje-appelen, suiker, wyn, gevogelte, en eenige spermaceti-kaarssen,
+die my in eigendom toebehoorden.
+
+Den 23sten, zond ik twee zieke Officiers, ORLEIGH en FRANSSEN, gelyk
+mede alle de soldaaten, die vervoerbaar waren, naar het hospitaal te
+Maagdenberg; te gelyker tyd vernieuwde ik myn ootmoedig verzoek, om
+van zulk een elendigen post, die bovendien van geen nut ter weereld
+was, verlost te worden, en ik verzogt, maar te vergëefs, om één van
+hun te zyn, die tegen de muitelingen optrokken. Ik vernam omtrent in
+dit tydstip, dat men, beneden mynen post, eene nieuwe verblyfplaats
+der Negers, niet ver van Paramaribo af gelegen, ontdekt had; en
+dat hooger op een groot getal manschappen van ons krygsvolk stierf,
+waar onder men telde den Capitain SEYBOURG, broeder van den Colonel
+van denzelfden naam, die den 22sten overleed. Deeze was de derde van
+dien rang, die zedert een maand het leven liet.
+
+Den 26sten, kwamen twee jonge Officiers, die zeer schoone manspersoonen
+waren, aan; maar die niet meer dienen konden, zynde beiden gekweld
+met eene breuk, veroorzaakt door het uitglyden, het geen in dit
+regen-saisoen, wanneer de grond zeer glibberig is, moeielyk vak
+te ontwyken.
+
+Des avonds van den zelfden dag, was 'er één van onze zee-soldaaten,
+genaamd SPANKNEVEL, die niet meer te voorschyn kwam, en men
+ontdekte hem eerst den 29sten, wanneer men hem met een koord van een
+heestergewas aan een boom hangende vondt. Geen van zyne medemakkers
+wilde hem afsnyden, om dat hy zig zelf had van kant geholpen. Zy
+beweerden, volgens hunne vooroordeelen, want zy waaren allen
+Duitschers, dat zy, met hem aan te raken, zig even eerloos zouden
+maken, als hy zelf was. Ik was dus genoodzaakt hem door de Negers te
+laten afnemen en begraven.
+
+Eindelyk ontfing ik bevel tot myn vertrek, en ik begaf my
+oogenblikkelyk met den Capitain BOLTS naar Goed-Accord, waar van
+de eigenaar en eigenaresse, de heer en mevrouw DE LANGE, ons zeer
+beleefdelyk ontfingen. Deeze Suiker-Plantagie is de laatste aan
+de Rivier Commewyne, en uit dien hoofde is zy in de nabyheid der
+muitelingen gelegen, die dikwils moeite doen om de slaven te verleiden;
+maar men behandelt dezelven aldaar met veel toegevenheid en goedheid,
+om alle muitzucht van hunnen kant voor te komen, en hen aan te zetten
+om de Plantagie niet te verlaten.
+
+Ik zag aldaar eene groote nieuwigheid: namelyk eene jonge Negerin,
+die in den zuiveren natuurstaat de tafel bediende. Ik betoonde
+my uittermaten verwonderd, toen ik haar zag te voorschyn treden;
+en dadelyk vernam ik naar de reden van deeze vreemde gewoonte. De
+vrouw van den huize antwoordde my zediglyk, dat zulks plaats
+had, overeenkomstig de schikking der moeders en opzigteressen,
+als een middel ter voorkoming van eenen al te vroegtydigen omgang
+met manspersoonen, waar door haare kragten verminderd, haare groei
+belet, en haare gestalte bedolven zouden worden. De slaven op deeze
+Plantagie, zoo mans als vrouwen, waaren de schoonsten, welken ik
+immer gezien heb. Hunne schoone gedaante, hunne levendigheid, hunne
+sterkte en yver konden met die der Europeanen gelyk gesteld worden. De
+Neger PHILANDER, dien ik reeds als een voorbeeld van schoonheid heb
+aangehaald, behoorde tot dezelven.
+
+Des anderen daags, vertrokken wy naar Maagdenberg, een uur voor
+het ondergaan der zon, en in een klein vaartuig, alleenlyk met
+een zonnescherm overdekt. Wy deeden zulks tegen den raad van den
+heer en mevrouw DE LANGE, en wy hadden reden om 'er ons over te
+beklagen; want naauwlyks hadden wy twee mylen afgelegd, of de nacht
+overviel ons, gepaard met zulk een geweldigen regen, dat wy byna in
+het water verzonken, zynde de gang van het vaartuig slechts twee
+duimen boven water. Het gelukte ons echter, door middel van onze
+calebassen en hoeden, om het zoo ledig te scheppen, dat het vlot
+bleef. Te gelyker tyd zat 'er een Neger voor op, houdende een haak
+lynrecht voor uit, om te beletten dat ons vaartuig niet omsloeg,
+wanneer het door onbedachtzaamheid, in het midden der duisternis,
+waar in wy ons bevonden, tegen de wortels der Palmietboomen stootte,
+die langs de oevers van het bovenste gedeelte van de Commewyne in
+grooten getaale groeijen.
+
+Wy kwamen op deeze wyze, des avonds ten tien uuren, op de Plantagie
+Jacob aan. Het vaartuig was met het water gelyk, en ook niets meer;
+want de Capitain BOLTS, en ik, waren zoo dra niet op het land
+gesprongen, of het vaartuig zonk met alle de Negers, die 'er op
+waren: dadelyk echter bereikten zy al zwemmende den oever. Maar,
+helaas! een koffer, waar in myn dagregister en myne teekeningen
+lagen, die my meer dan twee jaaren arbeids en moeite gekost hadden,
+bevond zig toen onder in het water. Ik was over dit verlies met
+smarte aangedaan. Een knaphandige Neger echter, verscheiden malen,
+al duikelende, in het vaartuig gegaan zynde, bragt my mynen kleinen
+schat te rug, en ik achtte my zeer gelukkig denzelven weder in myne
+handen te zien, schoon door en door nat geworden zynde. Dus nam
+onze schipbreuk een einde. Na iets warms gebruikt te hebben, hingen
+wy onze hangmatten op, en sliepen in dezelve rondom een goed vuur,
+waar voor ik myne papieren liet droogen.
+
+Des anderen daags morgens vervolgden wy onze reize, maar toen wy half
+weg gekomen waren, wierden wy tegengehouden door eenen zwaaren boom,
+die; om ver gevallen zynde, een dam in de kreek maakte, zoo dat het
+vaartuig nooit op of neder komen konde. Wy keerden naar de Plantagie
+Jacob te rug, en waren genoodzaakt, ons van daar naar de plaats van
+onze bestemming te voet te begeven, dwars door allerleije zoorten van
+struiken, distelen, doornen en heestergewassen, alwaar wy door nat,
+en geheel met bloed bedekt, aankwamen. Myne enklauw, die begon te
+geneezen, wierd andermaal tot op het been open gereeten: de veelvuldige
+doornen, die wy by elken tred ontmoetten, maakten dezelve weder byna
+geheel ontbloot.
+
+Wy vernamen hier, dat ORLEIGH, één van de twee Officieren, welken ik,
+geduurende myn laatste verblyf op de Hoop, naar Maagdenberg ziek
+verzonden had, niet meer in leven was. Op die wyze vergingen byna
+allen de geenen, die de laatste maand op deezen eersten post hadden
+doorgebracht, van waar geen enkel soldaat gezond te rug kwam. Ik ben
+vastelyk overtuigt, dat hun onheil veröorzaakt wierd door de sterke
+hette van de drooge en brandende maand Juny, welke zy ondervonden, na
+in het midden van een moerassigen streek gegaan en geslapen te hebben,
+en na, geduurende het laatste regen-saisoen, aanhoudende stortregens
+op hun lichaam ontvangen te hebben. De sterkte van myn gestel deed my
+echter aan zoo veele gevaaren ontsnappen, en ik besloot, zoo mogelyk,
+myne gezondheid te bewaaren, al lachende en zingende, (God vergeeve my
+dit!) terwyl een groot aantal menschen rondom my zuchtten, steenden,
+en den geest gaven.
+
+
+
+NEGENTIENDE HOOFTSTUK.
+
+Optocht van het Krygsvolk naar Barbacoeba, aan de Rivier Cottica.--De
+Palmboom-kool, en de Mauricy.--Heete koorts.--Trek van dankbaarheid in
+eenen Engelschen Matroos.--Verscheiden soorten van Peper.--Citroen-
+en Limoen-boomen.--De Mammy-appel.--Pimpernooten.--Regeering in
+Surinamen.--Honden van Guiana.--Ongemeene trek van edelmoedigheid.
+
+Het regen-saisoen op nieuws naderende, trok de Colonel FOURGEOUD,
+na uit zyne soldaten die geenen te hebben uitgekozen, die de
+gezondsten waren, en in 't geheel niet meer dan een getal van één
+honderd en tachtig bedroegen, in aantocht, op den 3den July 1779,
+naar Barbacoeba, aan de Rivier Cottica, eene plaats, welke hy
+tot eene algemeene verzamelplaats, alvoorens de muitelingen aan
+te tasten, bepaald had. Ik had de eer onder het getal der geenen,
+die vertrekken moesten, te behooren; maar den Heelmeester verklaard
+hebbende, dat ik gevaar liep myn voet kwyt te raaken, indien ik door
+de bosschen ging, ontfing ik bevel, om op Maagdenberg te blyven, met
+vermogen echter, om, indien ik binnen kort hersteld was, my by den
+Colonel te vervoegen, en, zoo goed ik konde, my naar Barbacoeba te
+begeven. Myn been was op dit oogenblik zoo ontstoken, en zoo zwart,
+uit hoofde van het dood vleesch, dat de Heelmeester van den Colonel
+KNOLLAERT, beducht was tot de afzetting te zullen moeten besluiten,
+en dat ik zonder zeer zwaare pyn niet recht op staan konde.--Ik zal
+'er het lidteeken van dragen, zoo lang ik leeve.
+
+Geduurende dit myn agterblyven, ontfing ik dagelyks van PHILANDER en
+andere Negers, welken ik altyd met zachtheid behandeld had, geschenken,
+waar onder een kookzel van kool van Berg-Palmboom gevonden werd. Onder
+alle zoorten van Palmboomen-kool is deeze de meest geachte. De boom,
+die dezelve voortbrengt, verheft zig zomtyds tot de hoogte van vyftig
+voeten. Zyn harde houtachtige stam, in zeer dicht op elkander volgende
+gelederen verdeeld, en van binnen vol merg, even als de vlierboom,
+heeft eene helder bruine kleur: deeze stam, die in evenredigheid van
+zyne hoogte dik is, loopt zeer recht, en eindigt puntsgewyze, even
+als de mast van een schip. In de hoogte word hy van eene donker groene
+kleur, veröorzaakt door de bekleedzelen, waar uit zig de takken vormen,
+die horizontaal uitloopen, even als de kroon van een ananas of van een
+pynappel. Deeze takken zyn van wederzyden bedekt met zwaare blaaden
+van drie voeten lang, van eene donker groene kleur, zeer puntig, maar
+gevouwen, verwardelyk geplaatst, en niet bevallig nederhangende, zoo
+als die van den Latanus- of Kokos-boom. Het zaad is besloten in eene
+zoort van bruine kelk of scheede, die uit het middenpunt der takken
+voortspruit, naar den grond nederhangt, en in kleine ronde nooten
+bestaat, die by elkander zittende, het voorkomen hebben van trossen
+rozynen, maar naar maate van haaren omvang zoo lang niet. Indien
+men de kool begeert, moet men den boom afhouwen. Dit geschied zynde,
+berooft men hem van zyne takken, en van het groen bekleedzel, het welk
+dezelve voortbrengt. Vervolgens neemt men het hart of de kool, die
+wit is, en twee of drie voeten lang, dik als de arm van een mensch,
+en rond als een cylinder van gepolyst yvoor. Zy bestaat uit ligte,
+langwerpige en witte bladeren, naar zyde linten gelykende, en gereed
+om het daar op volgend bekleedzel op te leveren, maar zoodanig in
+malkander gesloten, dat zy een vast en breekbaar lichaam vormen. Deeze
+vrucht, wanneer men ze raauw eet, heeft den smaak van een amandel,
+schoon nog teederer en lekkerder: wanneer zy gekookt is, heeft zy
+den smaak van bloemkool. Men plukt ook deeze lange en dunne bladen
+één voor één af, en maakt 'er eene uitmuntende salade van. Maar de
+kool der Palmboomen, het zy raauw, het zy gekookt, verwekt buikloop,
+wanneer men 'er te veel van eet. In derzelver holligheid, na dat alle
+de bladeren zyn weg genomen, legt een zwarte koren-worm zyne eieren,
+waar uit de palmboom-wormen voortkomen. De zachte zelfstandigheid,
+die nog in het hart van de kool overig is, dient, wanneer zy begint te
+verrotten, aan deezen worm tot voedzel. De kool van den Latanus-boom
+en andere zoorten van Palmboomen, word zoo groot niet, is minder zoet,
+en van eene verschillende gedaante van die, waar van ik zoo even sprak.
+
+De Mauricy [11]is zekerlyk de grootste van alle Palmboomen, ja van
+alle andere boomen, die in de bosschen van Guiana groeien. Ik kan
+verzekeren, dat ik eenige boomen van dien naam gezien heb, wier
+toppen meer dan honderd voeten boven den grond scheenen verheven te
+zyn. Derzelver omvang was van tien of twaalf voeten aan het dikste
+van den stam, dat is, op een vierde van den boom van den wortel
+af gerekend; want van daar af vermindert hy, zoo wel naar beneden
+als naar om hoog, eene byzonderheid, die misschien aan alle andere
+Reizigers of Schryvers ontsnapt is. Hy heeft ook eene helder bruine
+of gryze kleur, en is tot de plaats, alwaar de takken beginnen, in
+gelederen verdeeld. Deeze takken neemen hunnen aanvang by den top
+des booms, en zyn lang, groen en boogswyze gekromd, bloot tot aan
+derzelver einde, waar uit lange en breede bladeren voortspruiten,
+zynde gevingerd, en van eene bleek groene kleur, zeer regelmatig op
+eene bolronde manier geschaard, en maakende een zoort van straalen,
+zoo als een ronde waijer van zig afgeeft. Naar maate dat de jonge
+takken zig uit het middenpunt naar den top verheffen, verwelken de
+oude, hangen naar den grond, en worden de speelbal der winden. Uit
+het midden der groene bladeren, trekken de Indianen lange vezelen
+of witte draaden, zoo als zy van de zyde-plant doen. Deeze vezelen
+zeer sterk zynde, maaken zy daar van netten om te visschen, koorden
+om hunne bogen te spannen, of zy laten ze zoodanig als zy zyn, om 'er
+zig tot andere gebruiken van te bedienen. Uit het middenpunt der takken
+koomt het zaad voort, het welk ook in de gedaante van lange risten uyen
+nedervalt. Ik heb verscheide afbeeldingen van deeze Palmboomen gezien;
+ik durf verzekeren, dat ze niet getrouw zyn, en volgens verbeelding
+of valsche beschryvingen uitgevoerd; maar ik staa 'er by het publiek
+voor in, dat de tans aan hun aangebodene afteekening naar de natuur
+en op de plaats zelve gemaakt is. Dezelve bevat den Berg-Palmboom, en
+den Mauricy, boomen, die door hunne takken en bladeren van elkander
+verschillen. Op de plaat, die ik den lezer aanbiede, beteekent de
+letter A den stam van den Berg-Palmboom; de letter B deszelfs takken,
+van den boom afgescheiden; en de letter C het zaad, of de kelk,
+die het zelve in zig bevat; de D geeft den stam van den Mauricy te
+kennen; de E één van deszelfs nederhangende takken; de F beteekent den
+Korenworm, die den Palmboom-worm voortbrengt; de G dien worm zelven,
+die zoo lekker, nog zoo vet niet is, dan die van de kool van den
+Berg-Palmboom. Geene andere gelegenheid hebbende om te vertoonen,
+op welke wyze de Indianen en de Negers op de boomen klimmen, heb ik
+op deeze Plaat, onder de letter H, één der laatstgemelden vertoond,
+die op een jongen Mauricy klautert. Geen van beiden doen dit door
+den stam van den boom met de armen en beenen te omvatten, maar door
+denzelven met de hand vast te houden, en 'er beurtelings den voet
+op te zetten. Zy gaan alzoo voort op eene wonderbaarlyke manier;
+en door dit middel scheurt hen de schors niet op; maar 'er is zeker
+veel behendigheid, oeffening en kragt noodig, om daar in wel te slagen.
+
+Ik heb, zoo ik meen, breedvoerig genoeg gehandeld over deeze
+onderscheidene zoorten van Palmboomen, en ik gaa tans over, om het
+dagverhaal van onze krygs-verrigtingen te vervolgen.
+
+Ik heb gezegd, dat alle de Officiers, en de meeste soldaten, die den
+post van de Hoop bezet hadden, gestorven of gevaarlyk ziek waren,
+en dat ik aan de besmetting ontsnapt was. Maar, helaas! het was tans
+myn beurt! ik had slechts een uitstel, en niets meer, want den 9den
+wierd ik door die zelfde heete koorts aangetast, die alle de anderen
+had in het graf gesleept, en waar aan myn Neger QUACO op dit oogenblik
+zeer ziek lag.
+
+Den 14den, was ik genoodzaakt het bevel aan een ander Officier af te
+staan, en Maagdenberg te verlaten, om my naar Paramaribo te begeven,
+maar ik kon niet verder komen, dan Goet-Accord, alwaar men den
+15den niets anders dan het oogenblik van mynen dood verwagtte. Tot
+dit uiterste gekomen zynde, vond eene oude Negerin middel, om my
+een weinig gekarnde melk, met garst en syroop van suiker gekookt,
+te doen gebruiken; dit was het eerste voedzel, het welk ik, na dat
+ik ziek geworden was, genuttigd had. Het deed my zekerlyk een zeer
+grooten dienst; en des anderen daags was ik in staat om vervoerd te
+kunnen worden. Myn kleine QUACO was ook veel beter.
+
+Des avonds van den 16den, kwam ik te Fauconberg aan, alwaar ik
+een pakje met zeven of agt brieven van myne vrienden vond, gepaard
+met een geschenk van gezouten ossen-vleesch, en gedroogde tongen,
+Madéra-wyn, Engelsch bier, rhum, en twee kruiken heerlyk citroen-sap
+met suiker gemengd,en daarënboven een beste ham, en een fraaije
+jagthond, die beide my gezonden waren door CHARLES MACDONALD, den
+zelfden Engelschen matroos, met wien ik op de Hoop in vriendschap
+geraakt was; beide zyne geschenken kwamen uit Virginie. Dit blyk van
+erkentenis en edelmoedigheid van deezen braven jongen, beantwoordt
+volkomen aan het waar caracter van den Engelschen zeeman, en deed
+my groot vermaak. Onder het getal van myne brieven waren 'er twee,
+voor my van het grootst gewicht, de één was van den heer LUDEN van
+Amsterdam, en de ander van den heer DE GRAAF, zynen Bestuurder op
+Paramaribo. Zy verwittigden my, dat myne beminnelyke JOANNA en myn zoon
+ter myner beschikking waren, voor de somme van twee duizend gulden,
+die, met de bykomende onkosten, byna twee honderd ponden sterling
+zouden uitmaken, dog welke ik buiten staat was op dit oogenblik te
+kunnen betaalen. Ik was reeds eene andere somme van vyftig ponden
+sterling schuldig, welke ik geleend had, om den koopprys van mynen
+Neger QUACO te voldoen; myne JOANNA, wel is waar, was my van eene
+oneindig grootere waarde; en schoon men haar had gewaardeerd op het
+twintigste gedeelte van de geheele Plantagie, die voor niet meer dan
+veertig duizend guldens verkogt was, konde ik eene jeugdige vrouw,
+met zoo veele volmaaktheden begaafd, niet te duur koopen; maar men
+moest met dit al in staat zyn, om het te kunnen betaalen.
+
+SALOMON heeft met reden gezegd, dat goede tydingen, uit ver afgelegene
+landen komende, voor de ziel dat geen zyn, het welk frisch water
+voor een zeer dorstig mensch is. De berichten, die ik in dit
+tydstip ontfing, deeden my in 't eerst herleven; maar eene nadere
+overweging overtuigde my wel dra, dat het my onmogelyk was, om my
+eene zoo groote somme aan te schaffen, en ik was ruim zoo ongelukkig
+als te vooren. Intusschen deelde ik alle de ontfangene geschenken
+onder de nabestaanden van JOANNA uit, uitgenomen echter den hond
+en de ham. Deeze goede lieden baden my aan; en geduurende alle de
+betuigingen van hunne liefde, riep ik uit: "Dat ik niet ryk genoeg
+ben, om hen allen vry te koopen!" Ik bevond my toen uittermaten zwak,
+niettemin oordeelde ik my in staat, om des anderen daags de Rivier af
+te zakken, tot aan de Plantagie Bergshoven, waar van de Bestuurder,
+de heer GOURLAY, de beleefdheid had, om my, in een gemakkelyk vaartuig
+met zes roei-riemen, naar Paramaribo te laten brengen; maar ik stortte
+wederom in, en ik kwam, des avonds van den 19den, in deeze Stad aan,
+zynde naauwlyks meer in leven. Ik had den voorigen nacht op eene
+Plantagie, Jalosy genaamd, doorgebragt, alwaar ik byna den geest gaf.
+
+Ik kan de Rivier Commewyne niet verlaten, zonder den lezer eene
+afbeelding aan te bieden van een gezicht van Maagdenberg aan de
+Tempaty Kreek, en nog een van den post van Calais, by de Hoop, aan
+den mond van de Consavina-Kreek.
+
+Te dier tyd eene goede huisvesting by den heer DELAMARE hebbende, en
+door de teederlievende JOANNA opgepast wordende, had ik ten minsten
+rust; en den 25sten, bevond ik my in staat, om voor de eerste keer
+uit te gaan, en by Mevrouw GODEFROY het middagmaal te gaan nemen. De
+tafel was by deeze vrouw van de gezondste spyzen, en de verfrissendste
+vruchten overvloediglyk voorzien. Onder de laatstgemelde, en de
+planten, die tot herstelling der gezondheid geschikt zyn, en welke
+dit Land voortbrengt, moet men verschillende zoorten van pepers en
+de limoenen rekenen. De eerste zyn de cica-peper, de lattaca, en de
+dago-pipy, zoo als de Negers dezelve noemen; want zy geven aan elke
+zaak eene benaming naar de overëenkomst, die tusschen dezelve en
+eenige andere zaak gevonden word. Deeze verschillende zoorten van
+peper zyn in Europa bekend onder den naam van peper van Caijenne,
+van piment, en van capsicum, of peper van Guinée. De naam van cica,
+of chiga, welken men in Surinamen aan de eerste geeft, koomt daar van
+daan, dat derzelver korrel gelykt naar het insect, chiga of chigoe
+genaamd, het welk ik beschreven heb. De andere heeft de gedaante van
+rotten-stronten. Deeze drie zoorten, gelyk ook alle andere, groeien
+aan heesters, die groen zyn, en niet zeer hoog opschieten. De peper,
+welke zy allen voortbrengen, is van de allerheetste, en trekt den
+mond by één; wanneer zy ryp is, heeft zy een scharlaken, of liever
+bloedkleur. De Europeanen eeten byna geene spyzen, welken zy niet
+met peper aanzetten: de Negers, en vooral de Indianen slokken ze met
+geheele greepen in, niet alleen om dat zy 'er ongemeen veel van houden,
+maar ook om dat zy dezelve als een uitmuntend geneesmiddel tegen een
+groot aantal kwalen beschouwen.
+
+De limoenen groeijen aan een zeer schoonen boom, genaamd Limoen-boom,
+waar van de bladen en vruchten veel kleiner zyn, dan die van den
+citroen-boom, en de laatstgemelden van een veel schitterender geele
+kleur, dan de citroenen. Zy hebben ook een veel fyner schil, en zyn
+vol van een zuur sap, het lekkerste, dat ik ken, en waar van de geur
+alleraangenaamst is. Deeze vruchten zyn zeer nuttig voor de soldaten
+en matroozen, die ze in dit Land voor het opraapen kunnen krygen,
+zoo dat men hen niet zeldzaam hunnen ledigen tyd ziet doorbrengen,
+met dezelve in groote meenigte te verzamelen, om ze met manden vol
+naar het schip te voeren. Men ontmoet, door de geheele Volkplanting
+van Surinamen, heggen van Limoen-boomen; en by de Stad Paramaribo
+groeijen zy aan den weg. Het is zeer te bejammeren, dat men deeze
+limoenen niet naar Europa kan overvoeren; maar men voert vaatjes,
+met derzelver sap gevuld, derwaarts. De inwooners deezer Volkplanting
+leggen ze in suiker, en bewaaren ze in groote aarde kruiken.
+
+Op het na-gerecht van deeze zelfde maaltyd, merkte ik, onder
+verscheide uitmuntende vruchten, een zoort van appel op, welken men
+alhier mammy noemt. Deeze groeit aan een boom van de gedaante van
+een oranje-boom, waar van de schors grys is, het hout witachtig en
+ruw, en het blad zeer dik, glad, driehoekig en zonder vezelen. Deeze
+vrucht, die byna rond is, en eenen omtrek van vyf of zes duimen maakt,
+is met eene harde en roest-kleurige schil bedekt; derzelver vleesch
+heeft de kleur van wortelen, en ook dezelfde vastheid. Het bevat twee
+groote nooten, waar van de amandelen bitter zyn; maar de vrucht heeft
+een uitmuntenden smaak: het is een mengzel van zuur en geurigheid,
+het welk alle andere in deeze Volkplanting overtreft. Men vindt in
+Surinamen ook tweederlei zoort van amandelen, gewoonlyk door de Negers
+pistaches en pinda genoemd. De eerste gelyken naar kleine kastanjes,
+en groeien als trossen aan den boom; de tweede worden voortgebracht
+door een heestergewas, en vormen zig onder den grond. [12] Beide
+zoorten van deeze amandelen zyn olyachtig en zoet; de laatstgemelde
+bevat 'er twee in eene schel; alle zyn zy aangenaam om raauw te eeten,
+maar nog beter, wanneer zy onder heeten asch gebraden worden.
+
+Dewyl ik van vruchten spreek, is het hier, zoo ik meen, de plaats,
+om eene misslag van Mejuffrouw DE MERIAN aan te roeren, die verklaart,
+dat de druiven in Guiana gemeen zyn. Deeze misslag is des te sterker,
+dewyl men weet, dat de vruchten, die alleen in eene kleine dunne
+schel besloten zyn, als de druiven, [13] de kerssen, de aalbessen,
+de aardbeziën, de pruimen, de abrikosen, de persiken, en zelfs de
+appelen en peeren, de brandende hette van den zonne-keerkring niet
+verdragen kunnen.
+
+My tans op nieuw te Paramaribo bevindende, is het, zoo ik meen,
+voegzaam, om het dieren- en planten-ryk voor eenigen tyd te verlaten,
+en den aandacht van den lezer op het regerings-bestuur van deeze
+schoone Bezitting te vestigen; een onderwerp, het welk hy misschien
+zedert lang verwagtte.
+
+Ik heb reeds gezegd, dat twee derde der Surinaamsche Volkplanting
+tegenwoordig aan de Stad Amsterdam behooren, en dat de West-Indische
+Maatschappye eigenaar is van het laatste een derde gedeelte. Ik heb
+ook te kennen gegeven, dat de rechterlyke macht door onderscheidene
+Raaden van rechts-oeffening word uitgeoeffend. Ik zal dezelve dus tans
+in hunne orde aanwyzen, zoo als my dit door den Gouverneur, den heer
+NEPVEU, is mede gedeeld. De eerste is de Raad van Crimineele Justitie,
+en van Politie. Dezelve bestaat in het geheel uit dertien leden, wier
+ampten voor hun leven zyn. De Gouverneur, die 'er de Voorzitter van
+is, verkiest dezelven uit eene dubbele lyst, die hem door de inwooners
+word aangeboden. De Commandant, of de afgezonden Gouverneur, is eerste
+Raad. De bedienende Leden van dit Hof zyn derhalven;
+
+
+De Gouverneur,
+De Commandant,
+Een Procureur-Fiscaal,
+Een Secretaris,
+Negen Raden.
+
+
+De kennis van alle lyfstraffelyke zaaken behoort aan deezen Raad;
+maar de Gouverneur heeft het recht van schorssing der vonnissen,
+en zelfs om genade te bewyzen.
+
+De Raad van Civiele Justitie bestaat ook uit dertien Leden, die door
+den eerstgemelden Raad verkooren, en alle vier jaaren vernieuwd
+worden. De Gouverneur is aldaar ook Voorzitter, en de bedienende
+Leden zyn:
+
+
+De Gouverneur,
+Een Procureur-Fiscaal,
+Een Secretaris,
+Tien Raden.
+
+
+Deeze Raad neemt kennis van alle burgerlyke rechts-zaken, en zelfs
+van geringe beledigingen.
+
+Na deezen koomt het Subalterne Collegie, of Kamer van kleine zaken,
+bestaande uit elf Leden, die al mede door den Gouverneur en het
+eerstgemelde Hof verkozen worden, en behalven den Secretaris, wiens
+ampt voor zyn leven is, insgelyks alle vier jaaren vernieuwd, en
+uit de laatst afgegaane Justitie-Raden genomen worden. De bedienende
+Leden van dit Collegie zyn derhalven:
+
+
+Een Vice-President,
+Een Secretaris,
+Negen Raden.
+
+
+Het zelve heeft het opper-toezicht over de openbaare gebouwen, over
+de straaten, over de laanen van oranje-boomen, over de grachten,
+enz. Het beoordeelt ook de twistgedingen beneden de twee honderd en
+vyftig guldens; alle geschillen over grootere sommen moeten voor het
+Hof van Civiele Justitie gebragt worden.
+
+'Er is ook nog een ander Collegie, namelyk de Wees- en onbeheerde
+Boedel-kamer. Het bestaat uit
+
+
+Verscheiden Commissarissen,
+Een Secretaris,
+Een Boekhouder,
+Een Thesaurier,
+En eenen anderen gezworen Secretaris.
+De bedienden der Finantie zyn:
+De Ontfanger der in- en uitgaande rechten,
+De Ontfanger der groote en kleine imposten,
+De Ontfanger van het hoofd-geld.
+De Ontfanger der renten.
+
+
+Ik zal van de bedieningen deezer Amptenaaren meer opzettelyk
+spreken, wanneer ik de algemeene inkomsten deezer Volkplanting
+zal behandelen. Ik bepaale my tans tot het geen derzelver
+Regeerings-bestuur betreft. Ik heb reeds gezegd, dat de Gouverneur aan
+het hoofd der burgerlyke en der krygszaaken is; de andere openbaare
+amptenaaren zyn voornamelyk:
+
+
+De Secretaris van zyne Excellentie, den Gouverneur,
+Een Provoost, met het doen vervolgen der Negers belast,
+De Commissarissen van de Magazynen der levensmiddelen,
+Vier Opzichters over den uitvoer van de suiker,
+Een Opzichter over de vaten melasse, of syroop van suiker,
+Een Opzichter over alle de Noord--Americaansche schepen.
+Twee Omroepers,
+Twee Sergeanten of Boden van den Raad,
+Twee Landmeeters,
+Drie Meters van timmerhout,
+Een Opzichter over het vee, enz.
+Een Opzichter over de maaten en gewichten,
+Drie Hollandsche Predikanten,
+Een Fransch Priester,
+
+Een Lutersch Predikant,
+Drie Meesters van openbaare Schoolen, enz.
+
+
+De krygsmacht bestaat uit elf Compagniën. Elk van dezelve heeft
+tot Officiers, een Capitain, een Lieutenant, een Ouder-Lieutenant,
+een Vaandrig, een Secretaris, en een Kassier. De Capitains zyn
+doorgaans gezworen Priseerders by het verkoopen der Plantagiën,
+aan de verschillende Rivieren in hunne wyk gelegen.
+
+Zie daar, welke de voornaamste amptenaaren van het bestuur in de
+Volkplanting van Surinamen zyn. Dit bestuur zoude niet kwaad zyn,
+indien het niet door eene snoode gierigheid besmet wierd, tot groot
+nadeel van deeze schoone Bezitting in 't algemeen, en van derzelver
+inwooners in 't byzonder. Deeze Volkplanting, wel bestuurd wordende,
+zoude een hof van Eden zyn, niet alleen voor de Europeaanen, maar zelfs
+voor de slaven. Het zoude niet moeielyk zyn verbeteringen op te geven,
+noch ook dezelve uit te voeren. Ik zal by eene andere gelegenheid de
+aanmerkingen mededeelen, welken ik ten deezen opzigte gemaakt heb;
+en ik twyfele geenzints, of een weinig oplettenheid op een enkel
+punt, zal de gelukkigste uitwerkingen voortbrengen. En kan ik dan
+al, even gelyk de Samaritaan, geen balsem op alle wonden gieten,
+ik zal ten minsten het geneesmiddel kunnen aanwyzen, het welk, op
+eene gepaste wyze gebezigd wordende, de kwaaien van een groot getal
+lieden geneezen zoude.
+
+Ik heb de onaangenaame taak ondernomen, om te bewyzen, hoe deeze
+Volkplanting, door bloeddorstige en gewelddadige middelen, zig zoo
+dikwils op den oever van haaren ondergang gezien heeft. Hoe roemryker
+zoude het zyn voor hun, die 'er de magt toe in handen hebben, om niet
+alleen haar te redden, maar ook met haar, veele fraaie Volkplantingen
+in de West-Indiën! zy zouden dit doen door middel der beöeffening
+van eene uitdeelende en algemeene gerechtigheid, en door het geven
+van een loffelyk voorbeeld van goedwilligheid en menschelykheid.
+
+Ik kan van de verhandeling van het staatkundig bestuur in Surinamen
+niet afstappen, zonder het afschryven van deszelfs zinspreuk, die
+met de daaden zoo weinig overëenkomstig is. Zy is deeze: "Justitia,
+pietas, fides." De wapens zyn in drie deden verdeeld, bevattende,
+zoo ik meen die van 't Huis van Sommelsdyk, van de West-Indische
+Maatschappye, en van de Stad Amsterdam: zy worden gedragen door
+twee klimmende leeuwen, en dienen om het papieren geld te zegelen,
+enz.--Maar laat ik myn verhaal vervolgen.
+
+Den 30sten, ontmoette ik dien goeden matroos, CHARLES MACDONALD,
+en dewyl ik dertig kruiken Jamaicasche rhum gekocht had, gaf ik 'er
+hem eenige van, om hem het geschenk van een ham en van een hond te
+vergelden; ik voegde 'er een schulp van paerel d'amour by, met zilver
+beslagen, welke ik hem verzogt tot eene gedachtenis te bewaren. Deeze
+brave jongen ging des anderen daags weder naar Virginie scheep, aan
+boord van de Peggy, waar van Capitain was LOUIS, die my beloofde hem
+tot zynen Stuurman te zullen bevorderen.
+
+De hond, waar van ik zoo even sprak, herïnnert my twee aanmerkingen,
+welke ik in Guiana omtrent dit zoort van dieren gemaakt heb. De
+eerste is, dat zy aldaar het vermogen of de hebbelykheid van blaffen
+verliezen: het is zelfs eene zeer bekende zaak, dat de honden, die
+aldaar geboren zyn, nooit geblaft hebben. De tweede is, dat zy aldaar
+nooit door de watervrees worden aangetast, ik herïnner my ten minsten
+niet een enkelen dollen hond in deeze Volkplanting gezien te hebben,
+noch 'er van te hebben hooren spreken; deeze laatste byzonderheid is
+des te opmerkelyker, om dat deeze verschrikkelyke ziekte, in andere
+Landstreeken, doorgaans word toegeschreven aan de drukkende hette van
+de honds-dagen, het geen die benaming genoegzaam aanduidt. De Indianen,
+of inboorlingen van Guiana, hebben allen honden, waar van zy zig tot
+de jagt bedienen. Deeze dieren zyn mager en klein, zy hebben kort
+hair van eene vuile witte kleur, een langwerpigen snoet, en recht
+op staande ooren; zy zyn zeer bekwaam om het wildt op te spooren;
+maar zy hebben alle de gebreken van de kleine jagthondjens. Ik moet
+niet vergeten op te merken, dat, schoon de Americaansche honden niet
+blaffen, zy niettemin een zeer sterk geknor doen hooren. De myne,
+die, zoo als ik gezegd heb, uit Virginie kwam, was in dit stuk zoo
+lastig, dat één van myne buuren hem, na verloop van veertien dagen,
+dat hy by my was, met een snaphaan dood schoot.
+
+Byna op deezen zelfden tyd, kwamen verscheide huisgezinnen van
+Americaansche vluchtelingen te Paramaribo aan, die verjaagd waren door
+den oorlog, welke tusschen myn geboorteland en deszelfs Volkplantingen
+ontstaan was; ik was in de daad over hun lot aangedaan, en ik moet
+verklaaren, dat niemand ooit meer vriendschap aan een Engelschman
+betoonde, dan zy my by een groot aantal gelegenheden bewezen.
+
+Den 3den Augustus, wanneer de heer DE GRAAF, die alles met den heer
+LOLKENS op de Plantagie Fauconberg regelde, in de stad te rug kwam,
+dacht ik, dat het voegzaam was, om zelf met hem eene schikking te
+maken, en hem voor te stellen van my een handschrift aan te nemen,
+tot dat ik de somme dadelyk betaald zoude hebben, waar voor men
+toestond JOANNA, en mynen zoon aan my te verkoopen, eene somme,
+die ik bereid was op myne verteeringen uit te spaaren, door, indien
+het mogelyk was, alleen van brood, zout en water te leven; en zelfs,
+in weerwil van deeze ongemeene soberheid, had ik twee of drie jaaren
+noodig, om dezelve by één te halen. De Voorzienigheid liet my niet
+in deeze verlegenheid; zy zond ter myner hulp die uitmuntende vrouw,
+Mevrouw GODEFROY, die zoo dra niet onderricht was van de smartelyke
+gesteldheid, waar in ik my bevond, of zy noodigde my by haar ten eeten,
+en na den maaltyd, sprak zy my in deezer voegen aan:
+
+"Ik weet, myn lieve STEDMAN, welke uwe gevoelens zyn, en dat het
+voor een Officier volmaakt onmogelyk is, zoodanig ontwerp, als
+het uwe, met zyne inkomsten uit te voeren; maar begryp, dat men,
+zelfs in Surinamen, in zyne vrienden eenige deugd kan ontmoeten: uwe
+blakende liefde voor deeze jonge vrouw, die dezelve zoo waardig is,
+en voor uwen zoon, moet, ten spyt van dwaasheid en onverstand, u de
+achting van alle weldenkende lieden doen verwerven. Ik ben over uwe
+handelwyze in deeze zaak dermaten getroffen, dat ik my zelve zoude te
+beschuldigen hebben, indien ik u in de volvoering van zulke loffelyke
+oogmerken niet behulpzaam was; staa my derhalven toe, om in uw geluk,
+en in dat van de deugdzaame JOANNA, en haaren zoon, deel te nemen,
+door u te verzoeken, eene somme van twee duizend guldens, of zelfs eene
+grootere somme, zoo gy die benoodigd hebt, aan te neemen. Zie daar dit
+geld, STEDMAN; ontruk daarmede de onschuld, de deugd, de schoonheid,
+aan de dwinglandye, aan de onderdrukking, en aan de verguizing".
+
+Deeze achtenswaardige vrouw, ziende dat ik haar aankeek, in een staat
+van volmaakte verstomming, en als of ik het vermogen van spreken
+verloren had, vervolgde haar gesprek, met eene aanbiddelyke goedheid:
+
+"Laat uwe kieschheid, myn lieve vriend, zig niet ontrusten, noch
+over deeze zaak bekommeren. Soldaten en zeelieden moeten geene groote
+plichtplegingen maken. Alles wat ik van u vorder, bestaat hier in, dat
+gy van dat alles geen enkel woord spreekt".--Zoo dra ik weder in staat
+was om te spreeken, antwoordde ik haar: "Dat myne geheele verlegenheid
+daar in bestond, op welke gepaste wyze ik aan haar betuigen zoude,
+hoe zeer ik van haare edelmoedige goedheid doordrongen was." Ik
+voegde 'er by: "Dat JOANNA, die my zoo dikwerf het leven had doen
+behouden, zekerlyk myne onöphoudelyke liefde verdiende, maar dat myne
+dankbaarheid niet minder duurzaam zyn zoude omtrent iemand, die my in
+de mogelykheid stelde, om eene jonge vrouw van zulke groote verdiensten
+van de slavernye vry te koopen;" en ik eindigde, met aan deeze Mevrouw
+te kennen te geven; "Dat ik voor het tegenwoordige niet het minste
+gedeelte van die somme zoude aanraken, maar dat ik des anderen daags de
+eer zoude hebben haar wederom te zien;" en oogenblikkelyk vertrok ik.
+
+Ik was zoo dra niet t'huis gekomen, of ik verhaalde JOANNA, het geen
+'er was voorgevallen. Zy smolt dadelyk in traanen weg, en riep uit:
+"Gado sa bresse da woma! God zegene deeze vrouw." Zy hield aan, dat
+ik haar aan Mevrouw GODEFROY verpanden zoude, tot dat de geheele
+somme aan dezelve zoude zyn te rug gegeven. JOANNA verlangde wel
+vuuriglyk, om haaren zoon vry te zien; maar zonder de voorwaarde, door
+haar opgegeven, weigerde zy volstrektelyk de vryheid voor haar zelve
+aan te neemen. Ik zal geen tafereel pogen te schetsen van den stryd,
+dien ik tusschen liefde en plicht moest doorstaan; ik zal my bepaalen
+met te zeggen, dat ik het verlangen van dit beminnelyk schepzel,
+wier gevoelens my meer en meer bekoorden, inwilligde. Ik verklaarde
+derhalven by geschrift, en overëenkomstig haare toestemming, dat
+JOANNA, van dien dag af aan, aan Mevrouw GODEFROY toebehoorde, tot
+dat ik haar de geheele somme, welke zy my geleend had, betaald zoude
+hebben; en des anderen daags bragt ik haar, met toestemming haarer
+nabestaanden [14] by deeze Mevrouw, alwaar zy zig voor haare voeten
+werpende, haar het geschrift ter hand stelde. Maar de onvergelykelyke
+Mevrouw GODEFROY had het zelve zoo dra niet doorloopen, of zy riep uit:
+"Laat dit alzoo geschieden! koom, myne JOANNA, ik neem u, niet voor
+myne slavin, maar tot myn gezelschap. Ik zal voor u eene wooning
+in myne orangerie doen bouwen; myne slaven zullen u aldaar dienen,
+tot dat de Voorzienigheid over my beschikt; dan zult gy u volmaakt
+vry zien, zoo als gy in de daad zyn zult op het oogenblik, dat gy
+uwe vryheid begeert, als welke gy, zoo door uw goed gedrag, als van
+wegen uwe afkomst, [15] ontwyffelbaar verdient." Op deeze voorwaarden
+ontfing ik den 9den het geld, en ik bragt het den zelfden dag in
+myn hoed aan den heer DE GRAAF. Het zelve op zyne tafel hebbende
+nedergelegd, verzogt ik hem eene behoorlyke quitantie; en JOANNA
+was niet meer afhangelyk van de elendige Plantagie Fauconberg,
+maar alleen van de bescherming der eerbiedwaardigste vrouw, die
+in de Hollandsche bezittingen, ja misschien in de geheele weereld,
+gevonden word. Zy bedankte my met eenen oogwenk, welke geen Engel
+zelfs met een bekoorlyker indruk konde toevoegen.
+
+De heer DE GRAAF, het geld hebbende nageteld, zeide my: "Myn lieve
+STEDMAN, van deeze somme komen my, als bestuurder der Plantagie,
+twee honderd guldens. Gedoog, dat ik dezelve niet aanneeme, en alzoo
+in deeze gelukkige gebeurtenis deele. Ik zal my volkomen betaald
+oordeelen door het genoegen, van tot het geluk van twee lieden,
+die zoo veel achting verdienen, te hebben mogen medewerken."
+
+Na deezen belangloozen vriend bedankt, en hem vriendschappelyk de hand
+gedrukt te hebben, bragt ik oogenblikkelyk de twee honderd guldens
+aan Mevrouw GODEFROY te rug, en wy waren allen gelukkig.
+
+De menschlievenheid van deeze vrouw bepaalde zig toen niet tot den
+dienst, dien zy ons deed, want, de deerniswaardige gesteldheid der
+zieken op Maagdenberg vernomen hebbende, zond zy hun ten geschenke
+een vaartuig, beladen met vruchten, groenten, en allerleie zoorten
+van ververschingen.
+
+Den 7den Augustus, schreef ik aan den heer LUDEN, om hem van deeze
+schikking kennis te geven, en hem te bedanken, dat hy van het
+gewichtigste gedeelte van zynen eigendom wel hadde willen afstand
+doen. Myne enklauw op dit oogenblik byna genezen zynde, schreef ik
+ook aan den Colonel, dat ik de eer zoude hebben, my binnen eenige
+dagen by hem te vervoegen. Ik zond deezen brief naar Barbacoeba,
+want hy bevond zig aldaar; steeds, terwyl de onverschrokken Capitain
+STOELEMAN, met eenige Neger-Jagers de bosschen van eenen anderen kant
+doorkruistte: dien zelfden dag had hy vier der oproerige Negers naar
+Paramaribo gezonden. [16]
+
+Den 10den, volmaakt hersteld zynde, en my gereed bevindende om in de
+bosschen te trekken, nam ik afscheid van myne vrienden, en van myn
+klein huisgezin, het welk ik by den heer DELAMARE liet, die 'er my om
+verzogt. Ik vertrok dus wel gemoed in een overdekt vaartuig, om mynen
+vyfden veldtocht te beginnen, en in de hoop van den Colonel FOURGEOUD
+te vergezellen. Hy verëenigde alle zyne kragten, en maakte de noodige
+toebereidzels, om binnen eenige dagen den vyand te gemoet te trekken.
+
+Den 14den, kwam ik te Barbacoeba, aan het bovenste gedeelte van de
+Cottica; de zelfde plaats, waar ik my bevond, toen ik den slang Aboma
+doodde. Ik vond aldaar den Bevelhebber, die my zeer vriendelyk ontfing,
+en gereed stond om des anderen daags te vertrekken. Nooit zag ik de
+soldaten zoo bemoedigd, noch zoo stipt den dienst waarnemende. Zy
+wierden door verschillende beweegredenen aangezet: de één, door het
+vermaak om te vechten; de ander door een geest van wraakzucht tegen
+de muitelingen; zommigen, die de bedaardsten waren, door de hoop van
+deezen oorlog te zien eindigen; anderen eindelyk hadden verdriet in een
+leven, dat door een gestrengen dienst en door ziekten beurtelings wierd
+afgewisseld, en verlangden, om een roemryk einde aan hunne elende te
+maken; want 'er is geen ongelukkiger leven, dan dat van een soldaat
+of matroos, die aan vochtigheid, of aan de hette van eene brandende
+zon, in het midden van eindelooze bosschen, onder den zonne-keerkring
+gelegen, by aanhoudenheid is blootgesteld.
+
+EINDE VAN HET TWEEDE DEEL.
+
+
+
+
+
+BERICHT VOOR DEN BINDER.
+
+XVII. Wachtpost van Vrydenburg, aan de Rivier Maroni.--Mitsgaders
+gezicht van drie Legerplaatsen, aan de Wana-Kreek: te plaatsen tegen
+over [20]
+
+XVIII. Gezicht van de Reede en Stad Paramaribo [40]
+
+XIX. Platte grond der Stad Paramaribo [44]
+
+XX. Eene Slavin, behoorende tot het geslacht der Quarteronnés Slaven
+[54]
+
+XXI. Eene Samboe Slavin, wier lichaam door zweepslagen is van één
+gereeten [88]
+
+XXII. Eene Indiaansche Familie, tot het geslacht der Caraïben
+behoorende [158]
+
+XXIII. Wapenen, Huisraad en Cieradiën der Indianen [206]
+
+XXIV. Gezicht van den Wachtpost de Hoop, en van de Plantagie
+Klarenbeek, beiden aan de Commewyne [212]
+
+XXV. De Aapen, genaamd Coiata, en Saki-Winki [224]
+
+XXVI. Tak van den Roucou- of Arnotta-Boom.--Riviervisch, genaamd
+Dago-Faisy.--En de New-Mara [236]
+
+XXVII. Een Surinaamsch Planter, in zyn morgen-gewaad [282]
+
+XXVIII. De Koolboom; en Palmboom, Mauricy genaamd [302]
+
+XXIX. Post van Maagdenberg, aan de Tempaty-Kreek.--En Post van Calais,
+aan de Cassivica-Kreek [306]
+
+
+
+
+
+
+NOTES
+
+[1] Volgens Mejuffrouw MERIAN en LINNAEUS is STEDMAN in dit verkeerd
+begrip gevallen. De eijeren van de Pipal, uit het lichaam van het
+wyfjen uitkomende, worden door het mannetjen vruchtbaar gemaakt; op
+de zelfde wyze, als die van alle andere kikvorschen of padden. Het
+mannetje duwt ze te gelyker tyd onder zyn buik, en spreidt ze uit
+op den rug van het wyfjen: de eijeren kleeven aan de huid vast,
+en het vruchtbaarmakend vocht van het mannetje, het geen dezelve
+besproeit, doet de bekleedzelen van den rug opzwellen. De eijeren
+intusschen worden dik, de jongen broeien uit, komen uit hunnen dop,
+en een waarnemer, die hen op dit oogenblik ontmoet, zou gelooven,
+dat zy op den rug zelven van hunne moeder zyn voortgebracht.
+
+Aantekening v. d. Franschen Vert.
+
+[2] Men leest in de Beschryving der Dieren van den heer PENNANT,
+dat deeze zelfde ARSCOTT, een Engelschman, zoo verre gekomen is, dat
+hy eene gemeene padde eenigermaten heeft tam gemaakt. Dezelve was van
+eene ongemeene grootte; het was omtrent zes-en-dertig jaaren geleden,
+dat deeze padde zig voor de eerste maal aan den vader van ARSSCOTT
+vertoond had; hy had langen tyd onder een trap gehuisvest. De zorg,
+die men voor zyn onderhoud droeg, maakte hem tot een huisdier,
+zoodanig dat hy alle avonden, wanneer hy licht in huis bemerkte,
+voor den dag kwam, en de oogen opsloeg, als of hy verwagtte, dat men
+hem zoude opvatten, om op de tafel zetten. Aldaar vond hy zyn eeten
+klaar gemaakt; dit bestond uit wormen, van het zoort, zoo als men op
+bedorven vleesch ziet te voorschyn komen: men bewaarde dezelve voor
+hem in zemelen. De pad ging dezelve met aandacht na; en wanneer zig
+één van deeze wormen onder zyn bereik bevond, bespiedde hy dien met
+het oog, en bleef eenige oogenblikken onbeweeglyk; vervolgens wierp hy
+eensklaps zyne tong van verre op den worm, die 'er aan bleef hangen,
+door middel van een lymig vocht, waar mede dezelve aan het einde
+bestreeken was; deeze beweeging van de tong was zoo gezwind, dat
+'er de toekyker geen oog op houden konde.
+
+Het is waarschynlyk, dat deeze padde zeer lang geleefd zoude hebben,
+zoo niet een huis-raaf hem op zekeren tyd by den ingang van zyn hol
+had aangepakt. De pogingen, welke ARSSCOTT deed, om de padde aan
+zynen vyand te ontrukken, konden niet beletten dat deeze hem een
+oog uitpikte; schoon hy naderhand nog een jaar geleefd heeft, wierd
+hy treurig en kwynende. Hy had veel moeite, om zynen buit meester
+te worden, dewyl het verlies van zyn oog hem het vermogen benam,
+om denzelven juist te mikken.
+
+Aanteeken. v. d. Franschen Vert.
+
+[3] Indien men zommige reizigers gelooven mag, maakt de Trompetter
+zig meester van de voorplaats. Des morgens jaagt hy alle de kalkoenen,
+eendvogelen en andere huisdieren naar buiten; en des avonds noodzaakt
+hy dezelve om te rug te komen: hy zelf sluit zig niet op; hy slaapt
+of op het dak van de voorplaats, of op een naby staande boom.
+
+Aant. v. d. Fransschen Vert.
+
+[4] Deeze driehoeken hebben drie punten, zynde lang en met weerhaken,
+gelykende naar kleine dreggen, en die uit een yzeren halsband uitkomen.
+
+Aanteek. v. d. Schryver.
+
+[5] De Lepelaar, of Bécharu, is de Flamant van BRISSON, of de
+Flamant van BELON, en de Phoenicopterus der ouden. Men zegt, dat de
+laatstgemelde naam, afgeleid van den naam, dien de Grieken aan deezen
+vogel gegeven hebben, volgens deszelfs oorsprong beteekend, een vogel
+met vuur-kleurige vlerken, en schildert zeer wel den Phoenicopterus,
+wiens vlerken in de daad van een zeer levendig roode kleur zyn. De
+naam van Bécharu is hem gegeven uit hoofde van de byzondere gedaante
+van zyn bek, die gekromd is als het kromhout van een ploeg.
+
+Deeze vogel is eenig in zyn zoort, en maakt een geslacht op zig
+zelf uit. Men vind die op 't oude vaste Land; en in Europa, op de
+kusten van Spanjen, Italiën, Provence, en Languedoc. De Americaansche
+Indianen maken, van zyne fraaije vederen, halsbanden, mutsen, gordels,
+waar mede zy zig vercieren. Het vleesch van den jongen Phoenicopterus
+wierd door de ouden als eene uitgezochte spyze beschouwd.
+
+[6] Het schynt, dat dezelve de pacobe of bacove van Cayenne is. Men
+noemt de vrucht van den Bananen- en Plantain-boom doorgaans bananen;
+maar wy hebben dezelven, met den Schryver van dit werk, onderscheiden,
+door aan de vrucht van den laatstgemelden, den naam van plantain
+te geven. Dit was noodzakeiyk, want hy verwart ze niet, en spreekt
+dikwils van beiden te gelyk.
+
+Aanteek. v. d. Franschen Vert.
+
+[7] De Schryver van deeze reize verwyst hier den lezer tot de meer
+uitgebreide opgaven, door Dr. BANCROFT aangaande dit vergift gegeven
+in zyne natuurlyke Geschiedenis van Guiana, een werk, weinig of in
+'t geheel niet in Frankryk bekend.
+
+BANCROFT begint met te verhaalen, het geen DE LA CONDAMINE voor hem
+nopens dit vergift gezegd heeft; zie het zelve hier: "De Yamcos zyn
+zeer afgericht op het maken van lange pylkokers, die het gewoonste
+jagt-wapen der Indianen zyn. Zy doen daar in kleine pylen van palmhout
+passen, welke zy, in plaats van met vederen, met een kleine kloen
+catoen voorzien, die de buis naauwkeurig vult. Zy werpen dezelve
+door blaazen dertig of veertig schreden ver, en missen byna nooit te
+raken. Een zoo eenvoudig werktuig vervult by alle deeze volken met zeer
+veel voordeel het gebrek van schietgeweer. Zy doopen de punt van deeze
+kleine pylen, als mede die van hunne bogen, in zulk een scherp vergift,
+dat het zelve, wanneer het versch is, in minder dan één minuut het dier
+doodt, het welk door den pyl gewond is. Schoon wy snaphaanen hadden,
+hebben wy, aan de Rivier, nooit wildt gegeten, het welk op eene andere
+wyze gedood was, en dikwils hebben wy de punt van den pyl onder den
+tand gevonden; daar by is geen gevaar hoe genaamd; dit vergif werkt
+niet, dan wanneer het onder het bloed koomt. Dan is het voor den
+mensch niet minder doodelyk, dan voor andere dieren. Het tegengift
+is het zout, en nog zekerder de suiker"--Op een andere plaats:
+
+"Dit vergift is een uittrekzel, door middel van het vuur gemaakt, uit
+de sappen van onderscheidene planten, en in 't byzonder van zekere
+heestergewassen. Men verzekert, dat het vergift, ticunas genaamd,
+zynde het zelfde, waar mede ik de proef genomen heb, het welk onder
+de verschillende zoorten, die langs de Rivier der Amazonen bekend
+zyn, het meest geacht is, uit meer dan dertig zoorten van kruiden is
+zaamgesteld". (Verkort verhaal van eene reize door de binnen-lánden
+van Zuid-America gedaan.)
+
+"De ticunas (dus vervolgt Dr. BANCROFT) wordt waarschynlyk gemaakt
+van de zelfde kruiden, als de wourara, een vergift, het welk zynen
+naam ontleent van het heestergewas, het welk 'er de grondslag van
+uitmaakt. Het vergift der Accawaus-Indianen, het welk voor het
+geweldigste gehouden wordt, bestaat slechts uit vyfderley kruiden,
+wel verre, dat het uit dertig zoude bestaan, zoo als de heer DE
+LA CONDAMINE van de ticunas opgeeft. Andere volken echter, en in 't
+byzonder de Arrawks, voegen 'er naar goedvinden de tanden en lever van
+een vergiftige slang, als mede roode peper, by; het laatste, om 'er de
+werking van te vermeerderen. De Worrows mengen 'er een grooter getal
+kruiden onder, misschien uit bygeloovigheid, of om dat zy zig door
+onkunde verbeelden, dat zy, meerder dingen onder elkander mengende,
+de verlangde uitwerking des te zekerder bekomen zullen.
+
+"Zie hier het voorschrift van het vergift der Accawaus, het welk
+verscheiden van hunne Peji of Geneeskundigen my op verschillende tyden
+gegeven hebben: allen stemden zy over één met opzigt tot het zoort en
+getal der planten; zy verschilden alleenlyk in de hoeveelheid of gifte.
+
+Men neemt van alle de kruiden, waar uit dit mengzel bestaat, even veel.
+
+Men neemt zes deelen van de schil van den wortel van wourara, twee
+van de schors van warra cobba courra; één van de schil van den wortel
+van concassapi, één van balleti, en eindelyk één van hatchybaly.
+
+Men schraapt alles fyn, doet het in een kruik, en giet 'er water
+op. Men zet deeze kruik op een matig vuur, zoo dat het na verloop
+van een vierde van een uur begint te koken. Dit gedaan zynde, moet
+men het sap met de hand uitdrukken, zorg dragende, dat de huid niet
+ontvelle. Men werpt de bast weg, en doet vervolgens het sap op een
+matig vuur uitdampen, tot op de dikte van pik en teer. Dan neemt men
+het af, en men doopt daar in kleine platte stukken cokarito hout, (een
+zoort van palmhout,) waar aan het vergift, wanneer het koud is, blyft
+hangen, en dan de gedaante heeft van een roodachtig bruine gom. Deeze
+stukken hout dus bestreken zynde, steekt men dezelve in groote holle
+rottingen, aan beide einden met een huid toegemaakt. Wanneer men een
+pyl wil vergiftigen, werpt men één van deeze stukken hout in 't water,
+of men houdt het zelve boven den rook van 't vuur, om door dien damp
+week te worden; in het eerste geval doopt men de pyl in 't water, en in
+'t tweede wryft men die tegen dit stuk hout. De kleinste hoeveelheid
+van dit vergift, door eene wonde in de bloedvaten van een dier gebragt
+zynde, doet het zelve in minder dan één minuut sterven, zonder eene
+blykbaare waare pyn, schoon men zomtyds ligte stuiptrekkingen op het
+oogenblik van den dood bemerkt.
+
+De heer DE LA CONDAMINE zegt, dat de Indianen misdadige vrouwlieden
+tot het bereiden van dit vergift gebruiken, en dat, wanneer zy den
+geest geven, zulks een bewys is, dat het genoeg gekookt heeft: dit
+gelykt zeer naar een verdichtsel. De Indianen, die in den omtrek
+der Volkplanting van Demerary woonen, doen, hun vergift in de vrye
+lucht uitdampen, tot dat het zyne volkomene dikte verkregen heeft,
+en zulks zonder het minste gevaar.
+
+"De kruiden, die tot het zamenstellen van dit vergift der Accawaus
+gebruikt worden, zyn heestergewassen van onderscheiden zoort.
+
+"Ik heb 'er de proef mede genomen op dieren die ziek waren, en weinig
+bloed hadden; ik bevond, dat het een langzaamer uitwerking deed,
+dan op sterke en gezonde dieren.
+
+Men weet geen zeker tegengift tegen dit vergift. Ik twyffel, of
+eenig geneesmiddel, langs den weg, tot de spysverteering geschikt,
+ingenomen, schielyk genoeg kan werken, om deszelfs verschrikkelyke
+gevolgen voor te komen. Om de uitwerking van de ticunas tegen te gaan,
+geeft DE LA CONDAMINE het zout, en als een zekerder middel de suiker
+op. De blanke inwooners van Demerary schryven dezelfde kragt aan het
+sap van het suikerriet toe, maar de Indianen zyn het daar mede niet
+eens, en ik heb geene enkele keer het bewys van deszelfs kragtdadige
+werking kunnen ontdekken. De zelfde reiziger spreekt van eene proeve,
+te Caijenne in tegenwoordigheid van den Bevelhebber genomen, aan
+een hoen, door eene vergiftigde pyl gewond, het welk men suiker deed
+inneemen, zonder eenig blyk van ongesteldheid te geven. Maar deeze
+proef te Leiden, in tegenwoordigheid van verscheiden Hoogleeraars
+in de Geneeskunde aldaar, hernieuwd zynde, was zonder het verlangd
+gevolg, schoon de koude van den winter ontwyffelbaar de werking van
+het vergift verzwakt had.
+
+Wanneer één der watervaten door één van deeze vergiftigde pylen
+gekwetst is, volgt 'er eene koortsachtige ontsteeking op. Ik heb
+'er een voorbeeld van gezien in een Indiaan, tot zekere Plantagie
+behoorende, die zig den voorsten vinger van de linke hand met
+één van deeze pylen ligtelyk ontveld had. Dewyl 'er geen bloed
+uit liep, vreesde hy niets; maar wel dra wierd zyne wonde pynlyk,
+zyne hand zwelde verbaazend op, en dienvolgende kwam deeze man my
+raadplegen. De uitwerking van dit vergift toen niet kennende, deed
+ik een Peji uit den stam der Arrawks roepen, die in de nabyheid was,
+en vroeg hem door een tolk, of hy eenig geneesmiddel tegen dit toeval
+had. Hy antwoordde my van neen; maar hy verzekerde my, dat de Indiaan
+'er niet van sterven zoude, dewyl 'er geen bloed uit de ontvelling,
+die naauwlyks zigtbaar was, geloopen had. De uitwerkzels van het
+vergift wierden intusschen steeds geweldiger; en niet alleen zyne
+hand, maar zelfs de geheele arm was ontstoken. De pols was hard,
+schielyk, afgebroken; de ademhaling moeielyk, met eene koortsige
+hette, een brandende dorst, en de oxel-klieren waren gezwollen. De
+zieke wierd in tyds adergelaten. Men wond hem den arm in linnen,
+het welk in oly en azyn was nat gemaakt. Verscheide middelen, de
+ontsteeking tegengaande, wierden inwendig toegediend; maar ik zal
+ze niet opnoemen, want ik weet niet, of zy van eenig nut waren. In
+twaalf uuren verminderde het geweld der toevallen zichtbaar; en des
+anderen daags morgens was 'er geen blyk meer van overig.
+
+"Ik zal 'er byvoegen, als eene andere uitwerking van dit vergift,
+dat wanneer een aap door eene vergiftigde pyl gewond is, hy op den
+grond valt; wanneer hy door eene gewoone pyl geraakt is, klimt hy op
+den top van den boom, en blyft aldaar; zelfs na dat hy reeds dood is".
+
+De proeven van Dr. BANCROFT omtrent het door hem vermelde vergift,
+dezelfde zynde, als die van FONTANA aangaande de ticunas, zullen wy
+het besluit van deezen Natuur-kenner des aangaande opgeven.
+
+Van de ticunas, of het Americaansch vergift.
+
+"De reuk van dit vergift, wanneer het droog is, is geheel onschadelyk;
+en zoodanig zyn ook deszelfs deeltjens, die door de lucht in den mond
+of in de neus, en vervolgens in de long komen.
+
+"De uitwaassemende dampen van het Americaansch vergift, (het zy men
+het op gloeiende kooien geworpen heeft, het zy men het in een pot
+heeft laten koken,) zyn onschadelyk, het zy men ze ruikt, het zy men
+ze inademt.
+
+"Schoon het vergift, waar van ik my bediende, door ouderdom veel
+verloren had, had het egter zyne wezentlyke eigenschap behouden, om
+in zeer korten tyd, en in zeer kleine giften, zeer sterke dieren te
+dooden; en het was altyd zonder gunstig gevolg, wanneer ik deszelfs
+werking tragte te beletten door suiker en zout, welke ondertusschen
+de twee eigenäartige geneesmiddelen zyn van den heer DE LA CONDAMINE,
+die daar in het begrip der lieden van dit Land gevolgd heeft.
+
+"Dit vergift ontbindt zig gemakkelyk en zeer goed in water, zelfs
+in koud water, als mede in zuuren uit het ryk der mineraalen en
+planten. Echter ontbindt het zig veel langzaamer in vitriool-oly,
+dan in andere zuuren, en het wordt 'er zoo zwart in als inkt: het
+welk met geene der andere zuuren gebeurt.
+
+"Het maakt geene opbruisching, nog met zuuren, nog met loogzouten,
+en doet de melk niet schiften, geevende daar aan alleenlyk deszelfs
+natuurlyke kleur.
+
+"Het verandert het radys-sap niet, nog in eene roode, nog in in eene
+groene kleur; en wanneer men het door het vergrootglas onderzoekt,
+ziet men 'er niets regelmatigs en zoutachtigs in; maar het schynt
+grootendeels uit zeer kleine onregelmatige rondachtige lichaampjes
+zaamgesteld, even als sappen van planten. Het droogt zonder barsten,
+verschillende daar in van het slangen-vergift: en op de tong gelegd
+zynde heeft het eene zeer bittere smaak.
+
+"Uit allen deezen besluit ik, dat het noch zuur, noch loogzoutig is,
+en dat het niet bestaat uit zouten, die zigtbaar zyn, zelfs door
+middel van het vergrootglas.
+
+"Het Americaansch vergift is geen vergift, wanneer men het op de
+oogen legt, zelfs na dat het in water ontbonden is; en het doet op
+deeze deelen geene werking.
+
+"De heer DE LA CONDAMINE, en alle Americaanen gelooven, dat dit
+vergift, inwendig genomen, geheel onschadelyk is.
+
+"Volgens verscheide waarneemingen, genomen aan dieren, die 'er van
+gestorven zyn, besluit ik als eene waarheid, dat het Americaansch
+vergift, inwendig genomen, een vergift is, maar dat 'er eene wezentlyke
+hoeveelheid verëischt word, om zelfs een klein dier te dooden.
+
+"Andere, naderhand genomene proeven, zoo aan vogelen, als aan
+viervoetige dieren, hebben my doen befluiten, dat het Americaansch
+vergift, op de huid gelegd zynde, schoon dezelve naauwlyks door eene
+krabbing ontveld is, den dood kan veroorzaaken, hoe wel niet altyd,
+en in alle omstandigheden. De grootste dieren wederstaan de werking
+van dit vergift het gemakkelykst, en wanneer zelfs de zwakste dieren
+'er niet van sterven, bevinden zy zig in korten tyd zoo gezond als
+te vooren.
+
+"Men behoeft omtrent een honderdste gedeelte van een grein van dit
+vergift, om een klein dier te dooden, en het is noodig, dat dit vergift
+ontbonden zy, om den dood te veroorzaken, of tot eenige verwarring
+van aanbelang in de dierlyke huishouding gelegenheid te geven.
+
+"Wanneer 'er weinig bloedvaten in het aangetast deel zyn, word het
+kwaad niet medegedeeld, of is ten minsten niet doodelyk.
+
+"De pylen zyn veel gevaarlyker en doodelyker, dan het vergift, het welk
+in water ontbonden is, en eenvoudiglyk op het gewonde deel gelegd word.
+
+"Het vergift der pylen is krachtiger, indien men ze vooraf
+in warm water doopt; en dan werken zy met meer zekerheid en
+gezwindheid. Deszelfs werkzaamheid is nog veel grooter, indien men
+de pylen doopt in het vergift, het welk in water tot de dikte van
+een drank gekookt is.
+
+"Het Americaansch vergift verliest zyne doodelyke hoedanigheden,
+wanneer het in de drie zuuren uit het mineraalen-ryk ontbonden word;
+maar in rhum en azyn ontbonden zynde, behoudt het dezelve.
+
+"Het schynt derhalven, dat de zuuren uit het mineralen-ryk aan het
+Americaansch vergift deszelfs schadelyke hoedanigheden ontnemen: ik
+zeg eenvoudig, dat dit zoo schynt, om dat men nog zoude kunnen denken,
+dat 'er een weinig zuur met het vergift vereenigd blyft, schoon men
+het heeft uitgedampt, en dat dit zuur op de vaten van de huid zyne
+werking doet. Het verschroeit dezelve, en byt ze eenigermaten weg.
+
+"Schoon de zuuren de werking van het vergift beletten, schynt het,
+dat zy een nutteloos en gevaarlyk middel zyn, indien men ze op de
+vergiftigde spieren van het dier legt.
+
+"'Er is een bepaalde tyd noodig, op dat het Americaansch vergift
+aan het dier worde medegedeeld. Deeze tyd is veel aanmerkelyker,
+dan die 'er tot de mededeeling van het vergift der slangen verëischt
+word. Deszelfs uitwerkingen op de dieren zyn veel onbepaalder en
+meer verschillende. Beiden kan men geneezen door het afzetten der
+deelen, wanneer zulks zonder doods-gevaar geschieden kan, en mits
+deeze afzetting in tyds geschiede.
+
+"Het vergift, in het bloed gekomen zynde, doodt oogenblikkelyk: waar
+uit ontwyffelbaar blykt, dat, wanneer het uitwendig op een gewond
+deel van een levend dier gelegd word, het zelve groote wanorden in
+de dierlyke huishouding kan en moet veroorzaken, of zelfs den dood
+aanbrengen.
+
+"Het vergiftigt de zenuwen niet; en is een onschadelyk sap, op welke
+wyze het dezelve ook aanraakt. Maar het is doodelyk, zelfs in de
+kleinste gift, indien men het door den strot-ader in het bloed brengt,
+even als het vergift der slangen doet. De geheele werking van dit
+vergift is dus op het bloed.
+
+"De dood, die onmiddelyk volgt, zoo dra het vergift in 't bloed gekomen
+is, zoude kunnen doen denken, dat 'er in het bloed een werkzaamer,
+fyner, vlugger beginzel is, het welk aan het beste gezicht, en
+zelfs aan het vergrootglas ontsnapt. Dit beginzel zoude, in die
+veronderstelling, voor het leven noodzakelyk schynen; en op dit
+beginzel zelfs schynt het vergift onmiddelyk deszelfs werking te doen.
+
+"Voor het nemen myner proeven, zoude niemand getwyffeld hebben, of het
+Americaansch vergift deedt zyne werking onmiddelyk op de zenuwen. Alle
+uiterlyke teekenen kondigden dit mede aan. Deeze teekenen gaan dus
+niet zeker; en de Geneeskundigen beschouwen dezelve ten onrecht als
+een bewys, dat de ziekte eene zuivere zenuw-ziekte is" (FONTANA,
+Memoire sur le poison Americain, appellé ticunas. Tom. II. pag. 83.)
+
+Aanteek. v. d. Franschen Vert.
+
+[8] Men vindt in het Kabinet van oudheden, in de Nationale Boekereije,
+eene merkwaardige reeks van kleederen en huisraad, door Asiätische,
+Africaansche, en Americaansche volken gebruikt wordende. Deeze
+dingen zyn, by gebrek aan plaats, onder de Grieksche en Romeinsche
+gedenkstukken ongelukkiglyk verward geraakt; maar men moet de
+Opzichters van dit Kabinet deswegens niet beschuldigen, daar zy liever
+verkozen hebben de voorwerpen op één te stapelen, dan ze verborgen
+te houden. Hun oogmerk, met die dingen in hun Kabinet te verzamelen,
+is, om na de gedenkstukken, die tot de geschiedenis der oude volken
+betrekking hebben, als daar zyn de Egyptenaaren, de Grieken, en de
+Romeinen, tevens aan de nieuwsgierigheid aan te bieden die geene,
+welke tot de geschiedenis der volken in afgelegene Gewesten behoord
+hebben, als de Chineezen, de Japoneezen, de bewooners van de Kust
+van Guinee, van de Landen in de Zuid-zee, van Peru, van Mexico,
+enz. Het was te wenschen, dat men de zaal afmaakte, die voor deeze
+gedenkstukken in de Nationaale Boekereije bestemd is, en dat men,
+overëenkomstig het verlangen der Opzichters, de even vermelde zaaken
+op ééne plaats by elkander voegde. Alles wat op deeze plaat vertoond
+word, is in het Kabinet der Boekereije te zien. Men ziet 'er bovendien
+een hut der wilden, waar in alle deeze werktuigen in 't klein met
+eene groote juistheid zyn nagemaakt, even als het verkleind model van
+onderscheidene gewerkte stoffen, het welk de gewezen Hertog van Orleans
+had laten maken, om in de bewaarplaats der konsten gezet te worden.
+
+Aanteek. v. d. Franschen Vert.
+
+[9] Zie hier het geen Dr. BANCROFT van deezen aap zegt: "De quato
+(of coïata) is groot, en geheel met lange zwarte hairen bedekt,
+uitgenomen het aangezicht, het welk kaal en gerimpeld is. Zyne ooren
+zyn breed, en hebben de gedaante van menschen-ooren, Zyne oogen zyn
+zeer ingedoken, en zyn neus gelykt naar die van een Neger; maar is
+veel kleiner. Zyn lichaam heeft by de twee voeten lengte, en agttien
+duimen in den omtrek, aan de borst gerekend. Deeze Aap heeft geen
+baard, en ook geen staart. De dieren van dit zoort worden gemakkelyk
+zeer gemeenzaam. Zy betoonen in alle hunne daden veel behendigheid,
+en een zoort van list, waardoor zy opmerkelyk worden. Wanneer men
+hun de voorpooten of handen agter op den rug bindt, loopen zy met
+het lichaam over einde, en op hunne agterpooten, geheele dagen lang,
+en met zoo veel gemakkelykheid, als of zy in hunnen natuurlyken
+stand waren. Indien men een quato slaat, klautert hy dadelyk op een
+limoen-, of orange-boom. Indien men hem aldaar wil vervolgen, werpt
+hy de limoenen of oranje-appelen op het hoofd van den aanvaller;
+hy tracht hem zelfs af te weeren, door hem zyne vuiligheid toe te
+werpen; en hy trekt te gelyker tyd allerleije wonderbaarlyke gezichten;
+hy maakt duizend kromme sprongen, die aan de toekykers een oneindig
+vermaak verschaffen. De mannetjes zyn zeer wellustig, en men betrapt
+hen meenigmaal op zaad-verspillingen". (Natural History of Guiana,
+pag. 131.)
+
+Aanteek. v.d. Franschen Vert.
+
+[10] Het is zeer waarschynlyk, dat ULLOA dit heeft overgenomen uit
+de Geschiedenis der West-Indiën van ACOSTA. Deezen doet men zeggen
+in eene vertaaling, in 't jaar 1604 gedrukt.
+
+"Deeze aapen springen, waar zy willen; en om den sprong te doen,
+draaien zy de staart rondom een tak. Wanneer zy lust hebben, om verder
+te springen, dan zy in eens doen kunnen, gebruiken zy een vernuftig
+middel, daar in bestaande, dat zy zig met de staart aan malkander
+vast binden. Op die wyze maken zy een zoort van keten, en springen
+op een grooten afstand."
+
+ACOSTA zegt, dat hy zelf geen getuige van dit gebeurde geweest is,
+maar hy staat in voor de waarheid van het volgende. Zie hier zyne
+woorden: "Ik heb aan 't huis van den Gouverneur van Carthagena
+een aap gezien, die zoo wel geleerd was, dat hy dingen deed, die
+ongelooflyk schynen. Men zond hem om wyn te haalen naar de herberg,
+doende hem de pot in de eene, en het geld in de andere poot nemen;
+en het was onmogelyk het geld van hem te krygen, eer men hem aan
+den wyn geholpen had. Indien hem op straat kinderen ontmoetten,
+en steenen naar hem wierpen, zette hy zyn pot op den grond neder,
+gooide de kinderen de steenen weder toe, tot dat zy den weg vry hadden
+gelaten; en dan keerde hy met zyn pot naar huis. Maar het sterkst van
+allen is, dat schoon hy veel van wyn hield, hy nooit den wyn aanraakte,
+dien hy t'huis bragt, zoo lang men 'er hem geen verlof toe gaf."
+
+Aanteek. v.d. Schryver.
+
+[11] Onze Reiziger zegt, dat de Franschen deezen boom Latanus-boom
+noemen: men weet, dat 'er twee van dien naam zyn. Hy heeft den
+eersten, die tot het geslacht der Palmboomen behoort, in het
+I. Deel, X. Hooftst. bladz. 308. beschreven. De beschryving van
+zynen Mauricy past op den tweeden niet. Verscheiden Natuurkenners,
+welken ik geraadpleegd heb, hebben hem geenen naam, die aan zyn zoort
+byzonder eigen was, kunnen geven; ik heb dus gemeend, zoo hier als op
+de Plaat, die hem vertoont, den naam te moeten behouden, welken hy in
+het oorsprongelyke heeft. Dr. BANCROFT spreekt, in zyne Natuurlyke
+Geschiedenis van Guiana, van den Mauricy niet; misschien is hy niet
+in de gelegenheid geweest denzelven te zien.
+
+Aanteek. v. d. Franschen Vert.
+
+[12] 'Er wordt hier waarschynlyk gedoeld op de amandel, welke
+men aard-pistache of aard-appel noemt, waar van de bloemen, uit
+welken zy voortkomen, naar den grond buigen, tot dat zy denzelven
+raaken. Wanneer de bloem heeft uitgebloeit, gaat de noot in den grond,
+werkt zig aldaar hoe langer hoe dieper in, en wordt een bultachtige,
+asch-kleurige, ronde en bogtige bol, van de grootte van een vinger,
+doorweven met draden, uit den wortel voortkomende. Deeze bol, die
+onder den grond ryp wordt, bevat twee of drie ronde roodachtige pitten,
+van de grootte van onze hazelnoten, en van denzelfden smaak.
+
+Aanteek. v. d. Franschen Vert.
+
+[13] Zie hier, het geen Mejuffrouw DE MERIAN ten deezen opzigte zegt:
+
+"De roode, blaauwe en witte druif groeit weelig in het Surinaamsch
+Gewest; een wynstok, gesneden en in den grond gestoken zynde,
+brengt zes maanden daar na rype druiven voort; zoo dat men alle
+maanden plantende, het geheele jaar door druiven hebben kan. Het
+is te betreuren, dat 'er in dit Land geene lieden gevonden worden,
+die zig op het aankweeken van deeze plant toeleggen; want wel verre,
+dat het noodig zoude zyn, om wyn naar Surinamen te voeren, zoude
+deeze Volkplanting dien zelfs aan Holland kunnen leveren, dewyl men
+verscheiden malen 's jaars zoude kunnen oogsten". Men vindt, in de
+verzameling der afbeeldingen van deeze Juffrouw, een Surinaamschen
+druiven-tros. Iets verder spreekt zy ook van kerssen; maar zy zegt,
+dat ze niet goed zyn: misschien had men in haaren tyd pogingen gedaan,
+om verscheiden van deeze vruchten in de Volkplanting van Surinamen
+aan te kweeken, en het welk niet gelukt zynde, STEDMAN dezelve niet
+zal hebben kunnen vinden.
+
+Aanteek. v. d. Franschen Vert.
+
+[14] Men kan een slaaf van goed gedrag, in Surinamen, niet afzonderlyk
+verkoopen, zonder de toestemming van zynen vader, moeder, broeders
+en zusters.
+
+Aantek. v. d. Schryver.
+
+[15] Ik heb gezegd, dat JOANNA de dogter was van een fatsoenlyken
+Hollander, en dat het geslacht van haare moeder onder de aanzienlyksten
+op de Africaansche kust was.
+
+Aantek. v. d. Schrijver.
+
+[16] De Neger-Jagers hadden de gewoonte, om elken muiteling,
+dien zy doodden, de rechte hand af te kappen, en dan ontfingen zy
+vyf-en-twintig gulden. Men gaf hun vyftig gulden, wanneer zy 'er één
+levendig vongen, en duizend gulden voor het ontdekken van een gehucht
+of bezitting.
+
+Aanteek. v. d. Schryver.
+
+
+
+
+
+
+
+
+
+End of the Project Gutenberg EBook of Reize naar Surinamen, en door de
+binnenste gedeelten van Guiana, by John Gabriel Stedman
+
+*** END OF THIS PROJECT GUTENBERG EBOOK REIZE NAAR SURINAMEN, DEEL 2 ***
+
+***** This file should be named 8097-8.txt or 8097-8.zip *****
+This and all associated files of various formats will be found in:
+ http://www.gutenberg.org/8/0/9/8097/
+
+Produced by Jeroen Hellingman with help of the distributed
+proofreaders team.
+
+Updated editions will replace the previous one--the old editions will
+be renamed.
+
+Creating the works from print editions not protected by U.S. copyright
+law means that no one owns a United States copyright in these works,
+so the Foundation (and you!) can copy and distribute it in the United
+States without permission and without paying copyright
+royalties. Special rules, set forth in the General Terms of Use part
+of this license, apply to copying and distributing Project
+Gutenberg-tm electronic works to protect the PROJECT GUTENBERG-tm
+concept and trademark. Project Gutenberg is a registered trademark,
+and may not be used if you charge for the eBooks, unless you receive
+specific permission. If you do not charge anything for copies of this
+eBook, complying with the rules is very easy. You may use this eBook
+for nearly any purpose such as creation of derivative works, reports,
+performances and research. They may be modified and printed and given
+away--you may do practically ANYTHING in the United States with eBooks
+not protected by U.S. copyright law. Redistribution is subject to the
+trademark license, especially commercial redistribution.
+
+START: FULL LICENSE
+
+THE FULL PROJECT GUTENBERG LICENSE
+PLEASE READ THIS BEFORE YOU DISTRIBUTE OR USE THIS WORK
+
+To protect the Project Gutenberg-tm mission of promoting the free
+distribution of electronic works, by using or distributing this work
+(or any other work associated in any way with the phrase "Project
+Gutenberg"), you agree to comply with all the terms of the Full
+Project Gutenberg-tm License available with this file or online at
+www.gutenberg.org/license.
+
+Section 1. General Terms of Use and Redistributing Project
+Gutenberg-tm electronic works
+
+1.A. By reading or using any part of this Project Gutenberg-tm
+electronic work, you indicate that you have read, understand, agree to
+and accept all the terms of this license and intellectual property
+(trademark/copyright) agreement. If you do not agree to abide by all
+the terms of this agreement, you must cease using and return or
+destroy all copies of Project Gutenberg-tm electronic works in your
+possession. If you paid a fee for obtaining a copy of or access to a
+Project Gutenberg-tm electronic work and you do not agree to be bound
+by the terms of this agreement, you may obtain a refund from the
+person or entity to whom you paid the fee as set forth in paragraph
+1.E.8.
+
+1.B. "Project Gutenberg" is a registered trademark. It may only be
+used on or associated in any way with an electronic work by people who
+agree to be bound by the terms of this agreement. There are a few
+things that you can do with most Project Gutenberg-tm electronic works
+even without complying with the full terms of this agreement. See
+paragraph 1.C below. There are a lot of things you can do with Project
+Gutenberg-tm electronic works if you follow the terms of this
+agreement and help preserve free future access to Project Gutenberg-tm
+electronic works. See paragraph 1.E below.
+
+1.C. The Project Gutenberg Literary Archive Foundation ("the
+Foundation" or PGLAF), owns a compilation copyright in the collection
+of Project Gutenberg-tm electronic works. Nearly all the individual
+works in the collection are in the public domain in the United
+States. If an individual work is unprotected by copyright law in the
+United States and you are located in the United States, we do not
+claim a right to prevent you from copying, distributing, performing,
+displaying or creating derivative works based on the work as long as
+all references to Project Gutenberg are removed. Of course, we hope
+that you will support the Project Gutenberg-tm mission of promoting
+free access to electronic works by freely sharing Project Gutenberg-tm
+works in compliance with the terms of this agreement for keeping the
+Project Gutenberg-tm name associated with the work. You can easily
+comply with the terms of this agreement by keeping this work in the
+same format with its attached full Project Gutenberg-tm License when
+you share it without charge with others.
+
+1.D. The copyright laws of the place where you are located also govern
+what you can do with this work. Copyright laws in most countries are
+in a constant state of change. If you are outside the United States,
+check the laws of your country in addition to the terms of this
+agreement before downloading, copying, displaying, performing,
+distributing or creating derivative works based on this work or any
+other Project Gutenberg-tm work. The Foundation makes no
+representations concerning the copyright status of any work in any
+country outside the United States.
+
+1.E. Unless you have removed all references to Project Gutenberg:
+
+1.E.1. The following sentence, with active links to, or other
+immediate access to, the full Project Gutenberg-tm License must appear
+prominently whenever any copy of a Project Gutenberg-tm work (any work
+on which the phrase "Project Gutenberg" appears, or with which the
+phrase "Project Gutenberg" is associated) is accessed, displayed,
+performed, viewed, copied or distributed:
+
+ This eBook is for the use of anyone anywhere in the United States and
+ most other parts of the world at no cost and with almost no
+ restrictions whatsoever. You may copy it, give it away or re-use it
+ under the terms of the Project Gutenberg License included with this
+ eBook or online at www.gutenberg.org. If you are not located in the
+ United States, you'll have to check the laws of the country where you
+ are located before using this ebook.
+
+1.E.2. If an individual Project Gutenberg-tm electronic work is
+derived from texts not protected by U.S. copyright law (does not
+contain a notice indicating that it is posted with permission of the
+copyright holder), the work can be copied and distributed to anyone in
+the United States without paying any fees or charges. If you are
+redistributing or providing access to a work with the phrase "Project
+Gutenberg" associated with or appearing on the work, you must comply
+either with the requirements of paragraphs 1.E.1 through 1.E.7 or
+obtain permission for the use of the work and the Project Gutenberg-tm
+trademark as set forth in paragraphs 1.E.8 or 1.E.9.
+
+1.E.3. If an individual Project Gutenberg-tm electronic work is posted
+with the permission of the copyright holder, your use and distribution
+must comply with both paragraphs 1.E.1 through 1.E.7 and any
+additional terms imposed by the copyright holder. Additional terms
+will be linked to the Project Gutenberg-tm License for all works
+posted with the permission of the copyright holder found at the
+beginning of this work.
+
+1.E.4. Do not unlink or detach or remove the full Project Gutenberg-tm
+License terms from this work, or any files containing a part of this
+work or any other work associated with Project Gutenberg-tm.
+
+1.E.5. Do not copy, display, perform, distribute or redistribute this
+electronic work, or any part of this electronic work, without
+prominently displaying the sentence set forth in paragraph 1.E.1 with
+active links or immediate access to the full terms of the Project
+Gutenberg-tm License.
+
+1.E.6. You may convert to and distribute this work in any binary,
+compressed, marked up, nonproprietary or proprietary form, including
+any word processing or hypertext form. However, if you provide access
+to or distribute copies of a Project Gutenberg-tm work in a format
+other than "Plain Vanilla ASCII" or other format used in the official
+version posted on the official Project Gutenberg-tm web site
+(www.gutenberg.org), you must, at no additional cost, fee or expense
+to the user, provide a copy, a means of exporting a copy, or a means
+of obtaining a copy upon request, of the work in its original "Plain
+Vanilla ASCII" or other form. Any alternate format must include the
+full Project Gutenberg-tm License as specified in paragraph 1.E.1.
+
+1.E.7. Do not charge a fee for access to, viewing, displaying,
+performing, copying or distributing any Project Gutenberg-tm works
+unless you comply with paragraph 1.E.8 or 1.E.9.
+
+1.E.8. You may charge a reasonable fee for copies of or providing
+access to or distributing Project Gutenberg-tm electronic works
+provided that
+
+* You pay a royalty fee of 20% of the gross profits you derive from
+ the use of Project Gutenberg-tm works calculated using the method
+ you already use to calculate your applicable taxes. The fee is owed
+ to the owner of the Project Gutenberg-tm trademark, but he has
+ agreed to donate royalties under this paragraph to the Project
+ Gutenberg Literary Archive Foundation. Royalty payments must be paid
+ within 60 days following each date on which you prepare (or are
+ legally required to prepare) your periodic tax returns. Royalty
+ payments should be clearly marked as such and sent to the Project
+ Gutenberg Literary Archive Foundation at the address specified in
+ Section 4, "Information about donations to the Project Gutenberg
+ Literary Archive Foundation."
+
+* You provide a full refund of any money paid by a user who notifies
+ you in writing (or by e-mail) within 30 days of receipt that s/he
+ does not agree to the terms of the full Project Gutenberg-tm
+ License. You must require such a user to return or destroy all
+ copies of the works possessed in a physical medium and discontinue
+ all use of and all access to other copies of Project Gutenberg-tm
+ works.
+
+* You provide, in accordance with paragraph 1.F.3, a full refund of
+ any money paid for a work or a replacement copy, if a defect in the
+ electronic work is discovered and reported to you within 90 days of
+ receipt of the work.
+
+* You comply with all other terms of this agreement for free
+ distribution of Project Gutenberg-tm works.
+
+1.E.9. If you wish to charge a fee or distribute a Project
+Gutenberg-tm electronic work or group of works on different terms than
+are set forth in this agreement, you must obtain permission in writing
+from both the Project Gutenberg Literary Archive Foundation and The
+Project Gutenberg Trademark LLC, the owner of the Project Gutenberg-tm
+trademark. Contact the Foundation as set forth in Section 3 below.
+
+1.F.
+
+1.F.1. Project Gutenberg volunteers and employees expend considerable
+effort to identify, do copyright research on, transcribe and proofread
+works not protected by U.S. copyright law in creating the Project
+Gutenberg-tm collection. Despite these efforts, Project Gutenberg-tm
+electronic works, and the medium on which they may be stored, may
+contain "Defects," such as, but not limited to, incomplete, inaccurate
+or corrupt data, transcription errors, a copyright or other
+intellectual property infringement, a defective or damaged disk or
+other medium, a computer virus, or computer codes that damage or
+cannot be read by your equipment.
+
+1.F.2. LIMITED WARRANTY, DISCLAIMER OF DAMAGES - Except for the "Right
+of Replacement or Refund" described in paragraph 1.F.3, the Project
+Gutenberg Literary Archive Foundation, the owner of the Project
+Gutenberg-tm trademark, and any other party distributing a Project
+Gutenberg-tm electronic work under this agreement, disclaim all
+liability to you for damages, costs and expenses, including legal
+fees. YOU AGREE THAT YOU HAVE NO REMEDIES FOR NEGLIGENCE, STRICT
+LIABILITY, BREACH OF WARRANTY OR BREACH OF CONTRACT EXCEPT THOSE
+PROVIDED IN PARAGRAPH 1.F.3. YOU AGREE THAT THE FOUNDATION, THE
+TRADEMARK OWNER, AND ANY DISTRIBUTOR UNDER THIS AGREEMENT WILL NOT BE
+LIABLE TO YOU FOR ACTUAL, DIRECT, INDIRECT, CONSEQUENTIAL, PUNITIVE OR
+INCIDENTAL DAMAGES EVEN IF YOU GIVE NOTICE OF THE POSSIBILITY OF SUCH
+DAMAGE.
+
+1.F.3. LIMITED RIGHT OF REPLACEMENT OR REFUND - If you discover a
+defect in this electronic work within 90 days of receiving it, you can
+receive a refund of the money (if any) you paid for it by sending a
+written explanation to the person you received the work from. If you
+received the work on a physical medium, you must return the medium
+with your written explanation. The person or entity that provided you
+with the defective work may elect to provide a replacement copy in
+lieu of a refund. If you received the work electronically, the person
+or entity providing it to you may choose to give you a second
+opportunity to receive the work electronically in lieu of a refund. If
+the second copy is also defective, you may demand a refund in writing
+without further opportunities to fix the problem.
+
+1.F.4. Except for the limited right of replacement or refund set forth
+in paragraph 1.F.3, this work is provided to you 'AS-IS', WITH NO
+OTHER WARRANTIES OF ANY KIND, EXPRESS OR IMPLIED, INCLUDING BUT NOT
+LIMITED TO WARRANTIES OF MERCHANTABILITY OR FITNESS FOR ANY PURPOSE.
+
+1.F.5. Some states do not allow disclaimers of certain implied
+warranties or the exclusion or limitation of certain types of
+damages. If any disclaimer or limitation set forth in this agreement
+violates the law of the state applicable to this agreement, the
+agreement shall be interpreted to make the maximum disclaimer or
+limitation permitted by the applicable state law. The invalidity or
+unenforceability of any provision of this agreement shall not void the
+remaining provisions.
+
+1.F.6. INDEMNITY - You agree to indemnify and hold the Foundation, the
+trademark owner, any agent or employee of the Foundation, anyone
+providing copies of Project Gutenberg-tm electronic works in
+accordance with this agreement, and any volunteers associated with the
+production, promotion and distribution of Project Gutenberg-tm
+electronic works, harmless from all liability, costs and expenses,
+including legal fees, that arise directly or indirectly from any of
+the following which you do or cause to occur: (a) distribution of this
+or any Project Gutenberg-tm work, (b) alteration, modification, or
+additions or deletions to any Project Gutenberg-tm work, and (c) any
+Defect you cause.
+
+Section 2. Information about the Mission of Project Gutenberg-tm
+
+Project Gutenberg-tm is synonymous with the free distribution of
+electronic works in formats readable by the widest variety of
+computers including obsolete, old, middle-aged and new computers. It
+exists because of the efforts of hundreds of volunteers and donations
+from people in all walks of life.
+
+Volunteers and financial support to provide volunteers with the
+assistance they need are critical to reaching Project Gutenberg-tm's
+goals and ensuring that the Project Gutenberg-tm collection will
+remain freely available for generations to come. In 2001, the Project
+Gutenberg Literary Archive Foundation was created to provide a secure
+and permanent future for Project Gutenberg-tm and future
+generations. To learn more about the Project Gutenberg Literary
+Archive Foundation and how your efforts and donations can help, see
+Sections 3 and 4 and the Foundation information page at
+www.gutenberg.org Section 3. Information about the Project Gutenberg
+Literary Archive Foundation
+
+The Project Gutenberg Literary Archive Foundation is a non profit
+501(c)(3) educational corporation organized under the laws of the
+state of Mississippi and granted tax exempt status by the Internal
+Revenue Service. The Foundation's EIN or federal tax identification
+number is 64-6221541. Contributions to the Project Gutenberg Literary
+Archive Foundation are tax deductible to the full extent permitted by
+U.S. federal laws and your state's laws.
+
+The Foundation's principal office is in Fairbanks, Alaska, with the
+mailing address: PO Box 750175, Fairbanks, AK 99775, but its
+volunteers and employees are scattered throughout numerous
+locations. Its business office is located at 809 North 1500 West, Salt
+Lake City, UT 84116, (801) 596-1887. Email contact links and up to
+date contact information can be found at the Foundation's web site and
+official page at www.gutenberg.org/contact
+
+For additional contact information:
+
+ Dr. Gregory B. Newby
+ Chief Executive and Director
+ gbnewby@pglaf.org
+
+Section 4. Information about Donations to the Project Gutenberg
+Literary Archive Foundation
+
+Project Gutenberg-tm depends upon and cannot survive without wide
+spread public support and donations to carry out its mission of
+increasing the number of public domain and licensed works that can be
+freely distributed in machine readable form accessible by the widest
+array of equipment including outdated equipment. Many small donations
+($1 to $5,000) are particularly important to maintaining tax exempt
+status with the IRS.
+
+The Foundation is committed to complying with the laws regulating
+charities and charitable donations in all 50 states of the United
+States. Compliance requirements are not uniform and it takes a
+considerable effort, much paperwork and many fees to meet and keep up
+with these requirements. We do not solicit donations in locations
+where we have not received written confirmation of compliance. To SEND
+DONATIONS or determine the status of compliance for any particular
+state visit www.gutenberg.org/donate
+
+While we cannot and do not solicit contributions from states where we
+have not met the solicitation requirements, we know of no prohibition
+against accepting unsolicited donations from donors in such states who
+approach us with offers to donate.
+
+International donations are gratefully accepted, but we cannot make
+any statements concerning tax treatment of donations received from
+outside the United States. U.S. laws alone swamp our small staff.
+
+Please check the Project Gutenberg Web pages for current donation
+methods and addresses. Donations are accepted in a number of other
+ways including checks, online payments and credit card donations. To
+donate, please visit: www.gutenberg.org/donate
+
+Section 5. General Information About Project Gutenberg-tm electronic works.
+
+Professor Michael S. Hart was the originator of the Project
+Gutenberg-tm concept of a library of electronic works that could be
+freely shared with anyone. For forty years, he produced and
+distributed Project Gutenberg-tm eBooks with only a loose network of
+volunteer support.
+
+Project Gutenberg-tm eBooks are often created from several printed
+editions, all of which are confirmed as not protected by copyright in
+the U.S. unless a copyright notice is included. Thus, we do not
+necessarily keep eBooks in compliance with any particular paper
+edition.
+
+Most people start at our Web site which has the main PG search
+facility: www.gutenberg.org
+
+This Web site includes information about Project Gutenberg-tm,
+including how to make donations to the Project Gutenberg Literary
+Archive Foundation, how to help produce our new eBooks, and how to
+subscribe to our email newsletter to hear about new eBooks.
+
diff --git a/8097-8.zip b/8097-8.zip
new file mode 100644
index 0000000..e821b5d
--- /dev/null
+++ b/8097-8.zip
Binary files differ
diff --git a/LICENSE.txt b/LICENSE.txt
new file mode 100644
index 0000000..6312041
--- /dev/null
+++ b/LICENSE.txt
@@ -0,0 +1,11 @@
+This eBook, including all associated images, markup, improvements,
+metadata, and any other content or labor, has been confirmed to be
+in the PUBLIC DOMAIN IN THE UNITED STATES.
+
+Procedures for determining public domain status are described in
+the "Copyright How-To" at https://www.gutenberg.org.
+
+No investigation has been made concerning possible copyrights in
+jurisdictions other than the United States. Anyone seeking to utilize
+this eBook outside of the United States should confirm copyright
+status under the laws that apply to them.
diff --git a/README.md b/README.md
new file mode 100644
index 0000000..8fdfacf
--- /dev/null
+++ b/README.md
@@ -0,0 +1,2 @@
+Project Gutenberg (https://www.gutenberg.org) public repository for
+eBook #8097 (https://www.gutenberg.org/ebooks/8097)
diff --git a/old/7rns210.txt b/old/7rns210.txt
new file mode 100644
index 0000000..e26da31
--- /dev/null
+++ b/old/7rns210.txt
@@ -0,0 +1,7041 @@
+The Project Gutenberg EBook of Reize naar Surinamen, en door de binnenste
+gedeelten van Guiana (deel 2), by John Gabriel Stedman
+#2 in our series by John Gabriel Stedman
+
+Copyright laws are changing all over the world. Be sure to check the
+copyright laws for your country before downloading or redistributing
+this or any other Project Gutenberg eBook.
+
+This header should be the first thing seen when viewing this Project
+Gutenberg file. Please do not remove it. Do not change or edit the
+header without written permission.
+
+Please read the "legal small print," and other information about the
+eBook and Project Gutenberg at the bottom of this file. Included is
+important information about your specific rights and restrictions in
+how the file may be used. You can also find out about how to make a
+donation to Project Gutenberg, and how to get involved.
+
+
+**Welcome To The World of Free Plain Vanilla Electronic Texts**
+
+**eBooks Readable By Both Humans and By Computers, Since 1971**
+
+*****These eBooks Were Prepared By Thousands of Volunteers!*****
+
+
+Title: Reize naar Surinamen, en door de binnenste gedeelten van Guiana
+ (deel 2)
+
+Author: John Gabriel Stedman
+
+Release Date: May, 2005 [EBook #8097]
+[Yes, we are more than one year ahead of schedule]
+[This file was first posted on July 12, 2003]
+
+Edition: 10
+
+Language: Dutch
+
+Character set encoding: ASCII
+
+*** START OF THE PROJECT GUTENBERG EBOOK REIZE NAAR SURINAMEN, V2 ***
+
+
+
+
+Produced by Jeroen Hellingman
+with help of the distributed proofreaders team.
+
+
+
+
+REIZE NAAR SURINAMEN, EN DOOR DE BINNENSTE GEDEELTEN VAN GUIANA;
+
+DOOR DEN CAPITAIN JOHN GABRIEL STEDMAN.
+
+MET PLAATEN EN KAARTEN.
+
+NAAR HET ENGELSCH.
+
+TWEEDE DEEL.
+
+
+
+
+INHOUD DER HOOFTSTUKKEN.
+
+XI. HOOFTSTUK.
+
+Het Krygsvolk keert naar de Wana-Kreek te rug.--De Pipa.--Gevecht
+tusschen een soldaat en een slang.--De Fesant-vogel van Guiana.--De
+Agamie of Trompetter.--De Muitelingen trekken de legerplaats voorby;
+men vervolgt hen te vergeefs.--Groot gebrek aan water.--Schranderheid
+der Negers.--De Zyde-plant.--Kevers en Insecten.--Bergwerken.--Fraaije
+Kapel.--Het krygsvolk koomt op den post van la Rochelle aan de
+Patamaca.
+
+XII. HOOFTSTUK.
+
+Beschryving van Paramaribo, en van het Fort Zelandia.--De Grow Mouneck
+of graauwe Munnik.--De West-Indische Abricoos-boom.--Verschillende
+zoorten van Oranjeboomen.--De Colonel FOURGEOUD trekt naar de Rivier
+Maroni.--Een Capitain word gewond, en eenige soldaaten gedood.--Vreemde
+straf-oeeffening in de hoofdstad.--Het Fort Sommelsdyk.--De wachtpost
+van de Hoop.--Duiven en Tortelduiven.--Groenten en vruchten.--Jacht
+en wildt.--Steenbakkery.--Insecten.
+
+
+XIII. HOOFTSTUK.
+
+Beschryving van eene Suiker-Plantagie.--Huisselyk geluk in
+zekere hut.--Krygs-verrigtingen van den Generaal FOURGEOUD.--De
+Duncane, Igname en Soubacou.--Wreedheden van zommige Opzigters der
+Plantagien.--Onderscheidene zoorten van visschen.--Misnoegen van
+eenen Capitain der muitelingen.
+
+XIV. HOOFTSTUK.
+
+De Colonel FOURGEOUD keert naar Paramaribo te rug.--Het gevleugeld
+en gewapend Water-hoen van EDWARDS.--Bewys van onkunde in
+een Heelmeester;--van deugd in een slaaf;--van wreedheid
+in eenen Bevelhebber.--De roode Wulp.--De Wesp, Marobonso
+genaamd.--Orange-appelen en Limoenen.--De insecten, Chiques
+genaamd.--Het krygsvolk begeeft zig weder naar de bosschen.--De
+Kibry-Fowlo.--Verscheidene zoorten van wilde varkens.--Mieren.--De
+dans van Loango.--De Toreman.--De Poelsnip van Guiana.--Plantains en
+Bananes.--Manier om te visschen.--Visschen.--Vogelen.
+
+
+XV. HOOFTSTUK.
+
+Indianen, inboorlingen van
+Guiana.--Voedzel,--Wapenen,--Cieradien,--Optooisels,--Bezigheden,--
+Vermaken,--Driften,--Godsdienst,--Huwelyken,--Begravenissen,
+enz. van deeze Volken.--De Caraibische Indianen in 't byzonder,
+en hunne koophandel met de Europeanen.--Boomen, Heesters en Planten.
+
+XVI. HOOFTSTUK.
+
+Versterking van krygsvolk, uit Holland aangekomen.--De Goijava-boom,
+en deszelfs vrucht.--Legerplaats by Maagdenberg aan de Tempaty
+Kreek.--Verschillende zoorten van Aapen.--Een zeer maanzieke
+Neger.--Eekhoorntje van Guiana.--Verscheidene zoorten van
+boomen.--Hagedissen.--Bergen van mynstoffen voorzien.--Treffelyke
+gezichten.--De Roucouboom.--Fraaije Kapel.--Palmloom--worm.
+
+XVII. HOOFTSTUK.
+
+Nieuwe wreedheden, nog onmenschelyker, dan alle de
+voorige,--Verschillende zoorten van planten.--Papegaaijen en
+Parkieten.--Surinaamsche Patrys.--Buitengewoone Insecten.--Geiten van
+Guiana.--De Taibo.--Verscheidene zoorten van visschen.--Groote sterfte
+onder het krygsvolk, het welk zig op de posten aan de Tempaty-Kreek,
+en de Commewyne bevond.
+
+
+XVIII. HOOFTSTUK.
+
+Een Tyger, op de legerplaats gevangen.--De Jaguar.--De Couguar.--De
+Tyger-kat.--De Jaquarette.--Gevecht tusschen eenige afgezondene
+manschappen der Societeit en de muitelingen.--Levens-manier van eenen
+Surinaamschen Planter.--Verscheiden zoorten van visschen.--Besmettelyke
+ziekten.--Zelfsmoord.
+
+XIX. HOOFTSTUK.
+
+Optocht van het Krygsvolk naar Barbacoeba, aan de Rivier Cottica.--De
+Palmboom-kool en de Mauricy.--Heete koorts.--Trek van dankbaarheid in
+eenen Engelschen Matroos.--Verscheiden zoorten van Peper.--Citroen-
+en Limoen-boomen.--De Mammy-appel.--Pimpernooten.--Regeering in
+Surinamen.--Honden van Guiana.--Ongemeene trek van edelmoedigheid.
+
+
+
+
+
+
+ELFDE HOOFTSTUK.
+
+Het krygsvolk keert naar de Wana-Kreek te rug.--De Pipa.--Gevecht
+tusschen een Soldaat en een Slang.--De Fesant-vogel van Guiana.--De
+Agamie of Trompetter.--De muitelingen trekken de legerplaats voorby;
+men vervolgt hen te vergeefs.--Groot gebrek aan water.--Schranderheid
+der Negers.--De zyde-plant.--Kevers en insecten.--Bergwerken.--Fraaije
+Kapel.--Het krygsvolk koomt op den post van la Rochelle aan de
+Patamaca.
+
+Den 30sten November 1773, verliet al het krygsvolk den post van
+Jerusalem, en men keerde naar de Wana-Kreek te rug, maar zonder juist
+den weg te volgen, langs welken men gekomen was. De Colonel FOURGEOUD
+herriep intusschen de eerst gegevene bevelen, en stond ons toe hutten
+te maken, om onze hangmatten in dezelve te plaatsen. Wy hadden ons
+dus weinig op dit stuk te beklagen; met de levensmiddelen was het
+geheel anders gelegen.
+
+Wy vervolgden onzen tocht, geduurende drie agter een volgende dagen,
+met vry goed weder; maar alle morgen liet de Colonel my onbarmhartiglyk
+wekken door eene schildwacht, die last had my niet te verlaaten,
+eer dat ik hem antwoord had gegeven.
+
+Den 3den, kwamen wy op nieuw by de Wana-Kreek aan: ik vleide my,
+na eenen moeielyken tocht, met het doorbrengen van eenen gerusten
+nacht myne krachten aldaar te zullen herkrygen; maar ik wierd als
+naar gewoonte wakker gemaakt, en was in zulk een diepen slaap, dat
+men my by den arm moest schudden, om my te doen ontwaaken. De Colonel
+was in zijne hangmat gezeten, met een donderende stem zweerende, dat
+hy allen, die zyne beveelen niet gehoorzaamden, zou doen ophangen,
+of vierendeelen; en het bosch weergalmde eenigen tyd van zyn
+geschreeuw. Daar op volgde eene diepe stilte, die ik wel dra door een
+schaterenden lach afbrak: ik was de eenige niet; anderen voegden zig
+by my, en de Colonel begon weder te brullen, zonder de stem van iemand
+te kunnen onderscheiden. Hij wierd wonderbaarlyk geholpen door eene
+groote padde, die men hier Pipa noemt. Dit dier huisvestte in de hut
+van den Commandant, en kwaakte alle nachten op eene vervaarlyke manier.
+
+De Pipa of Pipal gelykt, zoo men zegt, gedeeltelyk naar de kikvorsch,
+gedeeltelyk naar de padden: hy is de grootste onder allen van dit
+laatste zoort, die men in Zuid-America, en misschien in de weereld
+vindt; hy is leelyk, met eene pokaechtige huid van een donker bruine
+kleur bedekt, en met onregelmatige en zwarte vlekken geteekend;
+zijne agterpooten zyn plat, van een vlies voorzien, en de klauwen
+zyn langer, dan die van de voorpooten; uit dien hoofde kan hy te
+gelyk zwemmen en springen als een kikvorsch, een voordeel, waar door
+hy van andere padden verschilt. Hij is een weinig grooter, dan een
+gewoone eendvogel, wanneer die geplukt is. Zyn gekwaak, het welk hy
+doorgaans niet dan des nachts laat hooren, is ongemeen sterk. Maar
+het merkwaardigste in dit zoort van gedrocht is de manier, waar op hy
+voortteelt: de jongen zyn besloten in een zoort van zak vol water, die
+op den rug der moeder geplaatst is; aldaar word zy door het mannetjen
+vruchtbaar gemaakt, en aldaar begint ook het aanzyn van de vrucht,
+blyvende daar in tot het oogenblik, dat dezelve genoegzaam gevormd is,
+om 'er te kunnen uitkomen. [1]
+
+De padden zyn niet vergiftig, zoo als men doorgaans gelooft; men kan
+'er zelfs huisdieren van maken. De heer ARSSCOTT heeft 'er jaaren
+lang een opgevoed; [2] de Colonel FOURGEOUD bewaarde de zyne in zyn
+hut, even als een huisdier, geduurende al den tyd, dat wy aan de
+Wana-Kreek gelegerd waaren; en ik zelf heb langen tyd een kikvorsch,
+als een huisdier gehouden.
+
+Maar laaten wy tot myne hangmat, en myn dagverhaal te rug keeren. Het
+gekwaak van deezen Pipal, dat van eene andere padde, die van het
+ondergaan tot het opkomen der zon, aanhoudend riep touck, touck, touck;
+het gebrul der tygers, dat der aapen, de schuiffeling der slangen,
+en een aanhoudende regen, maakten deezen nacht zoo onaangenaam,
+als somber: de opkomende dageraad echter deed my denzelven wel dra
+vergeeten, en ik bevond my zoo wel en zoo te vreden, als men in de
+bosschen van Guiana met mogelykheid zyn konde.
+
+Den 4den, des morgens, ontdekte ik twee fraaije Powesas, op de takken
+van eenen hoogen boom, die naby de legerplaats stond. Aan den Colonel
+verlof gevraagd hebbende, om 'er een te schieten, weigerde hy my
+zulks op eene ruwe wyze, onder voorwendzel, dat de vyand de schoot
+van myn snaphaan zoude kunnen hooren; als of dezelve niet wist waar wy
+waaren. Kort daar na echter, wanneer zig op den top van eenen anderen
+boom een groote slang vertoonde, gaf de Bevelhebber, het zy uit vreeze,
+het zy uit weerzin, last om op hem te schieten. Het dier, den schoot
+ontfangen hebbende, viel op den grond, schoon nog volkomen levendig
+zynde, en kroop dadelyk naar eene dikke doornhage by het magazyn. Ik
+had hier gelegenheid, om de ongemeene onverschrokkenheid van eenen
+soldaat op te merken, die de voetstappen van deezen slang zoetjens
+agter na volgde, en hem van onder de struiken weg trok, beweerende,
+door een zoort van bygeloovigheid, dat de beet hem geen kwaad konde
+veroorzaaken: wat daar ook van zy, de slang, die meer dan zes voeten
+lang was, verhief verscheiden malen den kop en het halve lyf, om hem
+aan te pakken, maar de soldaat deed hem door vuistslagen nederbukken,
+en eindelyk kloofde hy hem met zyn sabel in tween; het welk een einde
+aan het gevecht maakte.
+
+Vreezende dat ik beschuldigd mogt worden, zoo aanstonds een nieuw
+woord gebruikt te hebben, het geen voor myne lezers waarschynlyk
+onverstaanbaar is, zal ik hun zeggen, dat de Powesas is de Fesant
+van Guiana: het is een zeer fraaije vogel, byna de grootte hebbende
+van een gewoone jonge kalkoen, waar mede hy door zyne pluimaadje,
+en door den smaak van zyn vleesch veel gelykheid heeft. Zyne vederen
+zyn van een schitterende zwarte kleur, uitgenomen onder den buik;
+zyne pooten zyn geel, zyn bek insgelyks, uitgenomen aan de punt,
+alwaar dezelve blaauw en boogsgewyze gekromd is. Hy heeft levendige
+en schitterende oogen, en draagt een kuif van gekrulde vederen van
+een glinsterend zwarte kleur, het geen hem eene oneindige fraaiheid
+geeft. Deeze vogel kan niet ver vliegen; men maakt hem gemakkelyk tam;
+men maakt 'er zelfs een huisdier van, en te Paramaribo verkoopt men ze
+dikwils voor meer dan een guinie het stuk. Ik zal deeze gelegenheid
+waarnemen tot het beschryven van eenen anderen vogel, die aan Guiana
+byzonder eigen is, en Agamie door de Franschen, en Camy-camy in
+Surinamen genoemd word. Hy is, even als de Fesant, ten naasten by van
+de grootte van een jonge kalkoen, maar hy verschilt van dezelve in
+gestalte en in pluimaadje. Zyn lyf, dat geen staart heeft, heeft de
+gedaante van een ey; zyne vederen zyn zwart, uitgenomen op den rug,
+alwaar hy grysaechtig is, en onder de borst, alwaar zyne vederen, van
+eene blaauwe kleur, lang zyn en nederhangen, als van den Reiger; zyne
+oogen zyn schitterend, zyn bek is puntig, en van een zee-groene kleur,
+zoo als ook zyne pooten, die hoog zyn, en eindigen met een klauw, waar
+aan vier nagels zyn, drie van vooren, en een van agteren. Deeze vogel
+draagt in dit Land gewoonlyk den naam van de Trompetter, uit hoofde
+van een gezang, het welk hy dikwils doet hooren, en aan het geluid van
+dit speeltuig gelykvormig is. Ik kan met geene zekerheid bepaalen,
+van waar dit geluid koomt, maar zommige Schryvers beweeren, dat het
+van de vorming van zyn bek voortkoomt. Onder al het pluimgedierte,
+is de Trompetter het dier, het welk men gemakkelykst kan tam maken:
+hy is de vriend der menschen, volgt hen, liefkoost hen, en schynt hun
+dezelfde getrouwheid te bewyzen, als de hond: ik heb op verscheidene
+Plantagien 'er veelen gezien, welken men, even als de Powesas, tot
+huisselyke diensten gebruikte, en met de kalkoenen en ander gevogelte
+te zamen liet eeten. [3]
+
+Den 6den, ontfing ik van Paramaribo zes kruiken rhum, waar van ik
+'er vier aan den Colonel gaf.
+
+Om zes uuren des morgens, gaven twee van onze slaven, die
+Lacanus-boomen waaren gaan hakken, ons bericht, dat een hoop
+muitelingen op den afstand van omtrent een myl van de legerplaats
+was voorby getrokken; dat zy onder het bevel stonden van een hunner
+Capitains, genaamd ARICO, met wien onze beide Negers aan den oever van
+de Cermoetibo-Kreek gesproken hadden, maar dat zy niet konden zeggen,
+welken kant de vyand genomen had, zoodanig waren zy verschrikt. Na
+het bekomen van dit bericht kreegen wy bevel, om hen by het aanbreken
+van den dag te vervolgen. Des anderen daags was mitsdien al het volk
+ten vyf uuren gereed, en na een gedeelte van het zelve te hebben
+agtergelaten, om de krygs- en mond behoeften te bewaaren, rigtten
+wy onzen tocht naar de plaats, alwaar de muitelingen zig vertoond
+hadden. Wy zagen hier een grooten palmboom, die op het water dreef,
+en aan den anderen oever met koorden van heestergewassen was vast
+gemaakt; het geen duidelyk te kennen gaf, dat ARICO en zyn volk de
+Kreek waren overgekomen. Zie hier, hoe de Negers in zoodanig geval
+eene Rivier overgaan: zy plaatsen zig, de een agter den ander,
+op den dryvenden stam van den boom; zomtyds zelfs zetten zy hunne
+kinderen en vrouwen daar op; en de beste zwemmers vergezellen hun,
+en zyn hunne leidslieden.
+
+Schoon de bewyzen van den overtocht der muitelingen duidelyk waaren,
+trok de Colonel dezelve echter in twyffel, of liever hy beweerde,
+dat het van hunnen kant slechts eene krygslist was: zy hadden eenige
+manschappen, zeide hy, afgezonden, om den boom aan den oever vast te
+maken, en ons te bedriegen.
+
+Niemand was van dit gevoelen, maar alle redeneeringen der weereld
+werkten daar tegen niets uit. Wy namen dus een weg, die recht het
+tegengestelde was van den weg der muitelingen; namelyk wy trokken
+oostwaarts, daar men hen naar den westkant had moeten vervolgen,
+het geen de Jagers zekerlyk gedaan zouden hebben. In deeze eerste
+richting gingen wy voort tot de aannadering van den nacht, schoon
+men het brood vergeten had, en dat wy den geheelen dag geen enkelen
+drop water hadden kunnen hebben, want wy trokken door zwaar zand
+of Savanen. Na dat wy den weg een weinig rechts af genomen hadden,
+riep een Neger uit, dat wy aan de Wana-Kreek naderden. Ik hoorde dit
+met genoegen; en hem een kalabas en myn fles rhum gegeven hebbende,
+verzogt ik hem derwaarts te gaan, om de kalabas met een mengzel van
+rhum en water te vullen; maar hy maakte het te sterk, zig buiten
+twyffel verbeeldende, dat het daarom beter zyn zoude. Ik had zulk
+een zwaaren dorst, dat ik den drank in eens doorzwolg, zonder dien
+te proeven; dit werkte zeer gezwind, want op het zelfde oogenblik
+was ik naauwlyks in staat my overeind te houden.
+
+Den 9den, na eenen vrugteloozen tocht, kwamen wy weder in onze
+oude legerplaats te rug. De Neger SEPTEMBER, die ons volgde, gelyk
+een herders hond de kudde volgt, wierd aldaar door den Colonel in
+vryheid gesteld. In de daad hy was onvermoeid. Hy zelf doorwaadde
+de Kreek, om 'er den westelyken oever van te bespieden. Des anderen
+daags morgens, liet hy ons wederom onzen knapzak vullen, en geleidde
+ons langs den zelfden weg, beweerende, dat hy den vyand eindelyk
+agterhalen zoude. Vervolgens tot des avonds voortgetrokken zynde,
+bragten wy den nacht in eene oude legerplaats der muitelingen door,
+na den geheelen dag gebrek aan water gehad te hebben.
+
+Den volgenden dag, trokken wy steeds voorwaarts, maar wy vonden nog
+vyanden, nog water. De Officiers en soldaaten begonden te verzwakken,
+en men droeg 'er reeds eenigen in hunne hangmatten. Het was in de daad
+ondraaglyk heet; want wy waaren in het saisoen der droogte. In dit
+uiterste deeden wy een gat graven van zes voeten diep, op welks grond
+men een snaphaan afschoot; oogenblikkelyk kwam 'er een weinig water
+te voorschyn; maar zoo modderig, dat het tot geen gebruik dienen konde.
+
+Wy vervolgden onzen tocht, en sloegen ons neder op eene plaats, alwaar
+de muitelingen voor deezen eenige Plantagien bebouwd hadden. Het viel
+hard, om geduurende den nacht de ongelukkige soldaaten over dorst te
+hooren klagen. De Colonel echter bleef, tot den derden dag, 'er by,
+om verder voort te trekken, in de hoop van eenige kreek of beek te
+ontmoeten, en den algemeenen dorst te lesschen. Maar hy wierd in
+zyne verwagting bedrogen; want den 12den, tot op den middag door de
+brandende zand-woestynen heen getrokken hebbende, bezweek hy zelf met
+veele anderen, die door een aanhoudenden en verteerenden dorst waaren
+ter neder geslagen. Het was nog een geluk voor ons, dat de muitelingen
+ons in deeze gesteldheid niet aantastten. Het was ons ondoenlyk geweest
+den minsten tegenstand te bieden: de grond was bezaait met elendigen,
+die door eene brandende koorts gefolterd wierden. De Colonel zelf
+was hopeloos; zyne tong verdroogde in zyn mond, en zyne lippen waaren
+geheel zwart; zulk een bitter lyden verduurde hy. In deezen staat konde
+ik, hoe weinig hy het ook verdienen mogt, myn mededogen niet weigeren.
+
+Intusschen aten eenige soldaaten by aanhoudenheid van hun gezouten
+varkens-vleesch; anderen trokken elkander vier aan vier voort, en
+zogten eenige droppelen daauw, op bladeren van boomen verspreid. Wat
+my betreft, ik ondervond tans, voor welken yver een Neger, die door
+zynen meester wel behandeld word, vatbaar is. In deeze algemeene
+behoefte, bood de myne my een kalebas vol water aan, zoo goed als
+ik het in myn leven gedronken heb. Het was niet dan met de grootste
+moeite, dat het hem gelukte dit water van de bladen van eenige wilde
+pynboomen te haalen: zie hier, hoe deeze bewerking geschied.
+
+Men houdt de plant in de eene hand, en in de andere een sabel of mes,
+waar mede men de plant beneden de bladen afsnydt. Vervolgens plaatst
+men onder de opening een kalebas of een glas, en het water loopt
+'er zuiver, fris, en zomtyds in eene groote hoeveelheid in. De bladen
+van de plant, dit water in het regen-saisoen opvangende, brengen het
+door derzelver canaalen als in een vergaarbak. Zommige Negers vonden
+ook gelegenheid om door middel van water-willigen hunnen dorst te
+lesschen; maar dit was voor eene door dorst versmagte krygsbende
+niet voldoende. De water-willige is een zeer sterk heester-gewas,
+zynde een zoort van wynstok, en alleenlyk in zandige landstreeken
+groeiende: men snyd dezelve met den sabel in langwerpige stukken,
+en dadelyk neemt men 'er een in den mond. Deeze plant verschaft op
+die manier een frisschen, aangenaamen en gezonden drank, die in de
+brandende bosschen van Guiana van groote nuttigheid is.
+
+De Voorzienigheid my dit hulpmiddel gelukkiglyk hebbende toegezonden,
+konde ik myne eerste gemoeds-beweging niet wederstaan, en ik deelde
+'er den Colonel van meede, wiens ouderdom en zwakheden ten zynen
+voordeele spraken. Hy wierd 'er door verkwikt, en vervolgens besloot
+hy, om langs zynen ouden weg te rug te keeren, zonder eenige hoop om
+den vyand te agterhaalen: het volk was zoo afgemat, dat men verscheiden
+soldaaten dragen moest. Als een laatste hulpmiddel, zond de Bevelhebber
+toen eenen Neger uit de Volkplanting de Berbices, genaamd GAUSARIE,
+af, om geduurende onzen te rug tocht moeite tot eenige ontdekking te
+doen. Den zelfden weg hernomen hebbende, kwamen wy op eenen korten
+afstand van de put, welke wy des avonds te vooren gegraven hadden. In
+de gedachten zynde, dat dezelve tans helder water in zig bevatten
+moest, zond ik mynen Neger QUACO derwaarts, om eene van myne flesschen
+te vullen, eer dit water troebel gemaakt wierd; en dit deed hy. Maar,
+toen hy daar mede naar my te rug kwam, ontmoette hy den Colonel, die
+met zyn snaphaan de fles in stukken sloeg, en aan twee mannen bevel
+gaf, om zig als schildwachten by de put te plaatsen, willende het
+water voor zig zelven, en voor zyne vrienden bewaren. Dewyl echter
+in zulk eene omstandigheden de onderwerping ophield, bukten de beide
+schildwachten in de put, met het hoofd naar beneden. Hun voorbeeld
+wierd oogenblikkelyk door verscheidene andere soldaaten gevolgd, en
+dit water veranderde wel dra in eene modderpoel, die tot niets meer
+dienstig was. Na dat wy onze hangmatten aan boomen hadden opgehangen,
+verdeelde men onder ons allen, zonder onderscheid, een weinig van
+zekeren sterken drank, genaamd kill-devel; maar ik dronk nimmer daar
+van, en liet myn aandeel voor mynen getrouwen QUACO. De Colonel dit
+vernomen hebbende, liet hem het glas uit de handen rukken, om het geen
+er in was, weder in de kruik te gieten, my toevoegende: "dat vermits
+ik van dien drank niet dronk, ik 'er niet van hebben moest." Ik was
+verontwaardigd over zyne ondankbaarheid; en den zelfden avond een
+volle fles van dit zoort van drank gevonden hebbende, gaf ik die aan
+mynen Neger.
+
+Omtrent middernacht ontdekten wy, by toeval water. Onuitspreeklyk
+verkwikkend was dit voor ons! het verdiende den voorrang boven den
+besten wyn: ik zal nooit vergeeten, met welk genoegen ik 'er van
+dronk. Ieder leschte zynen dorst naar wensch; en de Colonel liet
+toen een groot vuur aanleggen, om zyne avond-maaltyd gereed te maken;
+maar hy verbood, aan wien 't ook wezen mogt, dit insgelyks te doen. Hy
+stond zelfs niet toe om een stok te snyden, en men was dus genoodzaakt
+het gezouten ossen en varkensvleesch rauw te eeten. Myn aandeel aan
+een zoort van wandelstokjen geregen hebbende, kroop ik zachtkens
+naar het vuur van den Bevelhebber, om aldaar dit vleesch te braden;
+intusschen maakte de Neger, die hem tot kok diende, my zeer spoedig
+willende helpen, eenig gerucht, en deed hem ontwaaken; maar ik, om
+te beletten, dat hy my niet zag, pakte my weg, na myn stuk vleesch
+in zyne ketel geworpen te hebben.
+
+Na verloop van eenige minuuten, wende hy voor, dat men in weerwil
+zyner beveelen hout gesneden had. Ik vernam dit, en vreezende dat
+hy eenig geweld mogt aanrechten, begaf ik my zachtkens naar zyne
+hangmat, en verzekerde hem, dat al het volk in diepen slaap was. Hy
+veinsde my niet te herkennen, en my by de hairen nemende, gaf hy
+een verschrikkelyken gil. Het gelukte my hem te ontsnappen, en my in
+veiligheid te stellen; echter riep hy uit: "schiet op hem! schiet op
+hem!" het welk onze geheele legerbende vermaakte. Mynen Neger gevonden
+hebbende, liet ik hem dadelyk myn eeten haalen; hy ging in alleryl
+derwaarts, en bragt my een stuk ossen-vleesch weerom, het welk tien
+maalen grooter was, dan het geen ik gegeven had; ik bewaarde het,
+en had het genoegen, om 'er de ongelukkige slaven op te onthaalen:
+dus eindigde deeze elendige dag.
+
+Den 13den, kwamen wy weder aan de Wana-Kreek. Wy waren, door zoo veel
+nutteloos lyden, onuitspreekelyk vermoeit.
+
+Alhier onthaalde de Colonel zyne vrienden op myn rhum, en in myne
+tegenwoordigheid, maar zonder my een enkelen droppel 'er van aan te
+bieden. Ik vond op deeze zelfde plaats een brief, gedagteekend uit
+Ceylon, in de Oost-Indien: deeze was aan my gezonden, door een myner
+naastbestaanden, den heer ARNOLDUS DE LY, Gouverneur van Punta de
+Galo en Matury, die my nodigde om by hem te komen, en my verzekerde,
+dat myn fortuin dan gemaakt zoude zyn. Myn kwaade planeet gedoogde
+dit niet; ik oordeelde my zelven oneer aan te doen, met in zoodanig
+tyds-gewricht den dienst te verlaten.
+
+De Neger GAUSARIE kwam den 14den te rug, en verklaarde niets gezien
+te hebben.
+
+Den 15den, werd eenig krygsvolk, bestaande uit twee Capitains, twee
+Lieutenants, en vyftig soldaaten, naar de Rivier Maroni afgezonden,
+om aldaar den Capitain FREDERIK op te zoeken, die, aan het hoofd van
+vyftig andere manschappen, den 20sten der laatst voorgaande maand
+vertrokken was, en van wien men niet meer had hooren spreken, het
+geen groote bekommering veroeorzaakte.
+
+De wachtpost van Vrydenburg, aan de Maroni, bestaat in een vierkant
+stuk grond, bedekt met huizen van Latanus-boomen hout gebouwd,
+waar van de bosschen van Guiana overvloeijen, en met goed paalwerk
+omringd. 'Er is een wacht aan de buiten-kant, en aan de vier hoeken
+vier schilderhuizen voor de schildwagten. Deeze post, door verscheide
+stukken geschut verdedigd, is in het midden van een ledig plein gelegen
+aan de oevers der Rivier, alwaar men ook een vlag ziet. Dezelve heeft
+gemeenschap met de Fransche wachtpost aan de overzyde, en beide leggen
+op een korten afstand van den mond der Maroni. Om daar van een juister
+denkbeeld aan den lezer te geven, heb ik dezelve afgeteekend, gelyk
+mede die van de Wana-Kreek, welke, schoon aangenaam voor het gezicht,
+nier minder doodelyk was voor een groot aantal van ons volk.
+
+In de afteekening der Wana Kreek worden de drie legerplaatsen
+onderscheidentlyk vertoond. Aan beide zyden, ziet men die van den
+Colonel FOURGEOUD, en van wylen den Major RUGHCOP; in het midden, en
+lynrecht in 't gezicht van den mond deezer Kreek, is de legerplaats
+der Neger-Jagers.
+
+Den gemelden 15den, liet men vaartuigen vertrekken, om de zieken weg
+te brengen, en krygsbehoeften aan te voeren. De geheele legerbende
+wierd toen door eene zwaare ziekte, een roode loop, aangetast, die
+een groot getal menschen in 't graf sleepte. Al wat wy doen konden,
+bestond daar in, dat wy, op hoop van goeden uitslag, braak- en andere
+geneesmiddelen aan de zieken toedienden: wy hadden geene Chirurgyns; zy
+waaren allen in de hospitaalen aan de Commewyne of op Paramaribo bezet.
+
+De arme slaaven vooral verwekten deernis. Zy waaren, zoo als ik gezegd
+heb, op eene halve portie eeten gezet, en zedert omtrent twee maanden,
+leefden zy van kool van palmboomen, graanen, en wilde wortelen:
+hier aan moet men de besmetting toeschryven, die de legerbende
+verwoestte. Deeze ongelukkige Negers waren zoo uitgehongerd, dat zy
+koorden of banden van heestergewassen om hunne lendenen bonden, volgens
+de gewoonte der Indianen, die zig op deeze wyze den buik toebinden,
+wanneer hen de honger kwelt, en welke vermeenen of zig inbeelden,
+dat het lyden door de drukking minder word. Ik ontsnapte echter,
+met eenige anderen, aan de besmetting; maar ik was buiten staat om
+te gaan, uit hoofde van eene zwaare zwelling aan een myner voeten,
+een ongemak, het geen men hier consaca noemt, en zeer gelykvormig is
+aan het geen wy in Europa onder den naam van bevriezing kennen, en
+het welk eene groote jeukte veroeorzaakt, vooral tusschen de vingers,
+waar uit water zypert.
+
+De Negers zyn aan dit ongemak zeer onderworpen; zy geneezen het zelve,
+door een citroen- of limoen-schil, zoo heet, als zy die veelen kunnen,
+op de huid te leggen.
+
+Ik heb dikwils reden gehad, om van onze mondbehoeften te spreken,
+welke bestonden in gezouten ossen- en varkens-vleesch, en in bischuit,
+waar van men ons alle vyf of zes dagen onze portie toedeelde. De twee
+eersten hadden, na hun vertrek uit Ierland, misschien reeds de weereld
+rond gereisd. Zy waren toen zoo groen, zoo slymerig, zoo stinkend,
+en zomtyds zoo vol wormen, dat ik ze op andere tyden niet in myn maag
+zoude hebben kunnen verdragen.
+
+Ik gaa tans over tot ons reistuig. Deszelfs beschryving zal my niet
+veel tyd kosten; want het bestond, voor elken Officier, slechts in
+een koffer, of vierkante kist, waar in hy zyn linnen, zyn verschen
+voorraad, en zyn sterken drank, wanneer hy die had, wegsloot. Deeze
+kisten dienden ons tevens tot stoelen en tafels in het veld: op de
+tochten, droegen de Negers dezelve op hun hoofd. Ik moet bovendien
+aanmerken, dat wy na zes uuren des avonds nooit vuur hadden; wy kenden
+dan alleenlyk het maanlicht, het welk voor ons eene zeer treurige
+vertooning maakte.
+
+Ik had noch bord, noch schotel, noch lepel, noch vork: de kalebas van
+eenen Neger vervulde my de plaats van de twee eerstgemelde. Zelden
+had ik een vork van nooden, en nog minder een lepel. In plaats van
+dezelve, bediende ik my van een breed omgebogen blad, zoo als de
+Slaven doen. Elk droeg een mes in zyn zak. Ik trachte eindelyk my
+een lamp te maken van een gebroken fles; ik deed daar in een weinig
+varkens-vet in plaats van oly, en ik scheurde een stuk van myn hembd,
+om 'er een lemmet van te maken. De nood, zegt men, maakt vernuftig,
+en in zulk een staat als de onze valt men niet kiesch. In de daad,
+indien ik op dit oogenblik gehad had, het geen ik in voorige tyden
+wegsmeet, zoude ik God gedankt hebben.
+
+Van vernuft sprekende, moet ik niet vergeten het fraay mandwerk,
+het welk de Negers in groote meenigte in het veld maakten. Ik maakte
+dit zelf ook, volgens hunne onderrigtingen, en ik zond 'er een aantal
+van ten geschenke aan myne vrienden op Paramaribo. Het word gemaakt
+van een zoort van houtachtig en sterk koord, het welk men in den
+bast van den kool-boom vindt. Die men tot het quadrille-spel maakt,
+zyn zeer fraay. Andere zyn geschikt om 'er vrugten en groenten in te
+bewaaren; men vlegt dezelve met een zoort van biezen, warimbo genaamt,
+welke men splyt, en 'er de merg uit haalt. Men maakt ze ook vry goed,
+met dunne koorden van heestergewas. De Negers maken ook fraaye netten
+van een zoort van zyde plant.
+
+Het is een zoort van Aloe, die in de bosschen groeit. De bladen 'er
+van zyn getand, stekelachtig, en bevatten, over derzelver geheele
+lengte, kleine witte vezelen, welke men even als de hennip slaat, en
+laat rotten. Deeze vezelen dienden ons om touw te maken, veel sterker
+dan eenig touw in Europa. Het zoude zeer geschikt zyn voor de schepen,
+maar het is aan eene zeer schielyke verrotting onderhevig. Dit zoort
+van hennip gelykt zoo sterk naar de witte zyde, dat de invoer daar
+van in verscheiden Landen verboden is, uit vreeze dat men 'er by
+verkoop bedrog mede plegen zoude. De Indianen noemen deeze plant
+curetta, en in Surinamen noemt men ze doorgaans Indiaansche zeep;
+zy schynt dezelfde te zyn, als de zeepboom, om dat ze eene zachte
+zelfstandigheid voortbrengt, welke even als de gewoone zeep tot
+wassching dient, en door de Negers en verscheiden inwooners tot dit
+einde gebruikt word. Men vind ook in de bosschen een andere zoort van
+plant van dezelfde gedaante als deeze, welke de Negers baboun knify
+(apen mes) noemen, en die het vleesch tot op het been doorklieft. Ik
+heb 'er zelf de proef van genomen, maar zonder nadeelig gevolg.
+
+In het tydstip, waar van ik tans spreek, hadden alle de soldaaten
+gebrek aan koussen, schoenen en hoeden. De Colonel, om een voorbeeld
+van lydzaamheid te geven, en morringen voor te komen, liep een geheelen
+dag blootsvoets voor het volk uit. Ik had hier in een voorrecht boven
+alle anderen. Myne gewoonte, om zonder koussen of schoenen te gaan,
+had my de huid verhard. 'Er was toen onder ons volk geen enkele,
+die een lid aan zyn lichaam had, dat volmaakt gezond was: het gebrek
+van zindelykheid was 'er voornamelyk oorzaak van; zulks verwekte zeer
+dikwils zweeren, welke aan hun, wien men in tyds de afzetting niet
+doen konde, den dood veroorzaakten. Deeze waaren de kwaalen, waar
+mede wy te worstelen hadden, maar hoe groot die ook waren, zy waren
+slechts de voorloopers van de geene, die ons nog te wagten stonden.
+
+Ik ontfing toen een beste ham en een douzyn flessen Porto-wyn, welke
+de Capitain VAN COEVERDEN my zond. Ik hield 'er vier van, welke ik
+met de andere Officiers uitdronk, en gaf de overige aan den Colonel,
+die door vermoeing uitgeput was. Des anderen daags, den 29sten, had ik
+de eer het bevel te ontfangen over eene wacht, benevens den Capitain
+BORGNES, en veertig mannen, om pogingen te doen tot het vangen der
+Negers, welke drie weken te vooren de Kreek waren overgetrokken.
+
+Na de Rivier in een vaartuig afgezakt te zyn, en in het zelve vaartuig
+den nacht te hebben doorgebragt, stapten wy des anderen daags morgens
+aan land, en trokken noordwest-waarts voort; maar geen kompas hebbende,
+verdwaalden wy wel dra van onzen weg. Eene groote Savane doorgetrokken
+zynde, hingen wy onze hangmatten aan den kant van een dik en eenzaam
+bosch op. Den 31sten, vervolgden wy den zelfden weg, in de hoop van
+aan de boomen de kenbaare teekens van den doortocht van eenigen van ons
+krygsvolk te zullen ontdekken. In een moeras gegaan zynde, waadden wy
+daar in tot op den middag, hebbende zomtyds het water tot aan de kin,
+en zynde in gevaar van te verdrinken: eindelyk geheel doorweekt, en
+onze kleederen aan flarden zynde, waren wy genoodzaakt langs onzen
+ouden weg te rug te keeren. Na een gedwongen marsch, hielden wy op
+nieuw halte aan de oevers van de Cormoetibo-Kreek. 'Er viel zulk een
+zwaare regen, dat ik my niet herinnere immer een zwaarer gezien te
+hebben: dezelve duurde den geheelen nacht, en veroeorzaakte zoo veel
+verwarring en wanoerde door de overyling, waar mede zig elk van eene
+schuilplaats voorzag, dat ik eene kneuzing aan het hoofd kreeg. Ik
+ging niettemin voort, met my spoedig eene verblyfplaats te bezorgen,
+en ik was de eerste in myne hangmat, waar boven ik een overdek van
+bladeren maakte; omtrent onder dezelve, leide ik een goed vuur aan,
+en viel in diepen slaap te midden van den rook, die my voor het
+steeken der muggen bewaarde.
+
+Van insecten sprekende, moet ik niet vergeten, dat deezen avond een
+Neger, die droog hout was gaan zoeken, my tot myne groote verwondering,
+een Kever aanbood, die niet minder dan drie of vier duimen lang,
+en meer dan twee duimen breed was. Men noemt hem in Surinamen den
+Rinoceros, uit hoofde van zyn Olyfants snuit, die omgebogen en
+gespleeten is, en de dikte heeft van een groote ganzen veder. Dit
+dier heeft op den kop verscheide harde en gladde verhevenheden; hy
+heeft zes ledematen; zyne vleugels zyn breed, en zyn geheele lyf is
+volmaakt zwart: hy is de grootste van alle de Amerikaansche Kevers.
+
+'Er is ook in Guiana een ander insect van dit zoort, genaamd het
+vliegend Hart, uit hoofde van zyne hoorns, die naar de hoornen van
+een hart gelyken: beiden vliegen met een ongemeen gebrom, en zyn zoo
+sterk, dat weinige vogelen hen durven aanpakken. Een der grootste
+ongemakken, die wy in het bosch ondervonden, wierd veroorzaakt door
+een vlieg, zoo groot als een bye, en wier steek byna even geducht
+is. Ik kan dezelve niet beter vergelyken, dan by het diertjen, dat
+wy in Engeland de Vlieg-Spinnekop noemen.
+
+Na zes of zeven uuren lang, in weerwil van den regen, de rook, de
+muggen, en myne bekomene kneusing, vast geslapen te hebben, ontwaakte
+ik zeer verfrischt ten vyf uuren des morgens, en ten zes uuren traden
+wy het jaar 1774 in, vaarende langs den oever der Cormoetibo-Kreek
+tot op den middag, wanneer wy in de algemeene legerplaats aankwamen,
+aan den mond van de Wana-Kreek, na een zeer nutteloozen tocht, als
+naar gewoonte.
+
+Den 3den, zagen wy, tot ons groot genoegen, den Capitain FREDERIK
+wederom, met zyne krygsbende, die eenen Neger, CUPIDO genaamd,
+gevangen met zig bragt. De Capitain verhaalde ons, dat een arme
+soldaat van 's Compagnies krygsvolk, ter dood veroordeeld zynde,
+vergiffenis van hem ontfing, op het oogenblik, dat hy op de knien
+lag om doodgeschoten te worden, en dat de ontsteltenis, die hem zulks
+veroorzaakte, hem het verstand deed verliezen.
+
+De Colonel FOURGEOUD, toen besloten hebbende deezen veldtocht te
+eindigen, zond eene krygsbende van zestig mannen vooraf, om naar de
+Patamaca-Kreek op kondschap uit te gaan.
+
+Ik waschte nu myn hembd in de Wana-Kreek: dit was het laatste dat ik
+had, en ik was verpligt my te baden, tot dat het droog was. Ik had
+naar Paramaribo om ander linnen geschreven; maar myn brief kwam niet
+te recht, en alles, wat ik had medegebragt, was aan flarden.
+
+Den 4den January, des morgens ten tien uuren, waaren wy gereed om op te
+breken. De zieken in vaartuigen naar Devil's Harwar gezonden hebbende,
+staken wy eindelyk de Cormoetibo-Kreek over, en wy trokken regelrecht
+zuidwaarts aan, om de Patamaca te bereiken. Op onzen tocht trokken
+wy voor by steile bergen, met steenen bedekt, en met myn stoffelyke
+zelfstandigheden bezwangerd. De ligging deezer bergen, die niet
+meer dan twintig mylen van den Oceaan gelegen zyn, wederspreekt de
+waarneemingen van Dr. BANCROFT, die beweert, dat men dezelve in dit
+Land niet ziet, dan op den afstand van meer dan vyftig mylen van de
+Zee. Des avonds sloegen wy ons neder aan den voet van eenen anderen
+zeer hoogen berg, alwaar wy een kleine beek van goed water en Latanus
+boomen vonden, het geen voor ons twee gewichtige punten uitmaakte. Het
+was in de daad merkwaardig, en zelfs zeer fraay, een soort van stad van
+boomloof te zien, die zig in een uur verhief op een grond, alwaar te
+vooren niets was. Een oogenblik daar na waaren de vuuren aangestoken:
+de een kookte 'er zyn eeten op, de ander droogde 'er zyne kleederen by.
+
+Deezen nacht echter wierd het geheele leger aangetast door een loop,
+veroorzaakt door het water, het welk wy hier dronken. Dit water,
+schoon zeer helder, bevatte zoo veele myn-stoffelyke zelfstandigheden,
+dat het den smaak van Bath- of Spa-water had. Deeze omstandigheid
+alleen is genoeg ter aanwyzing, dat men in deeze bergen metaalen
+vinden zoude, indien de Hollanders de noodige kosten doen wilden, om
+'er in te delven.
+
+Den 5den, vervolgden wy onzen tocht steeds over de bergen, waar van
+zommigen zoo steil waren, dat verscheide Slaven met hunne pakken niet
+kunnende opklauteren, dezelve tegen den grond wierpen en wegliepen,
+niet naar den vyand, maar naar hunne meesters, die hun dit ligtelyk
+vergaven: anderen rolden met pak en zak van boven neder.
+
+Des avonds van dien zelfden dag, vonden wy onze huisvesting gereed,
+en wy besloegen de hutten, die men had laten staan, na BONNY en zyn
+volk op de vlucht gedreven te hebben. In de myne vond ik nog een
+zoort van kaars, die vry aartig gemaakt was van wasch van wilde byen,
+en het gedroogd merg van biezen.
+
+De wooning van BONNY had zeer veel gemak; zy was met paalwerk omringd,
+en bestond uit vier zeer nette vertrekken. De Colonel nam aldaar
+zyn intrek.
+
+Den 6den, scheen al het volk uittermaten vermoeit te zyn. De Colonel
+gelastte dienvolgende een dag halte te houden; alleenlyk zond hy den
+Capitain FREDERIK, wien het Land 't best bekend was, met zes mannen
+af, om de oevers van de Claas-Kreek op te zoeken, zynde een zoort
+van vlietend water, het geen zynen oorsprong neemt op de plaats,
+alwaar wy ons bevonden, en in de Cottica uitloopt. Naauwlyks waren
+zy vertrokken, of de oogen van den Colonel by toeval op my gevallen
+zynde, gelastte hy my om hen alleen te volgen, en hem bericht te komen
+brengen, van het geen ik aan de overzyde van den oever ontdekken
+mogt. Ik haalde weldra de afgezondene manschappen in, en na eenige
+oogenblikken te zyn voortgetrokken, slonden wy tot onder de armen
+toe in 't water. FREDERIK gaf toen bevel om te rug te trekken, maar
+ik verzogt hem, om naar my te wagten; waarna ik, mijne kleederen
+uitgetrokken, en myn sabel tusschen de tanden genomen hebbende, de
+Kreek al zwemmende overstak; aan de overzijde gekomen zynde, ging ik
+daar een wyl langs; niets vindende, kwam ik te rug op dezelfde manier,
+en wy kwamen wederom op de legerplaats.
+
+Op den middag, deed ik bericht aan den Colonel, die my voorkwam
+over deeze hoopelooze daad, welke hy niet verwagt had, verwonderd
+te zyn. En ik was het niet minder, wanneer hy my by de hand vatte,
+en aan zynen kamerdienaar gelastte, om my een fles wyn en een stuk
+ham te brengen. Men zal het misschien naauwlyks kunnen gelooven;
+maar het een was zuur, en het ander bedorven: het geschenk egter van
+gelyken aart, het welk ik hem gegeven had, was gezond en gaaf. Zulk
+eene laagheid veroentwaardigde my dermaten, dat ik boos opstond,
+en hem verliet, hem, zyn knecht, zyn wyn, zyn vleesch, en stinkende
+wormen. Ik stilde mynen honger met een stuk bischuit en drooge visch,
+die ik van een Neger kogt.
+
+Den 7den January, trokken wy weder voort. Den zelfden dag vong ik
+een van die fraaije kapellen, waar van ik, by het verhaal van mynen
+tocht naar de Cottica, gesproken heb. Ik zal tans voortgaan met
+hem te beschryven, schoon ik zyn naam niet weet. Van het eene einde
+zyner vlerken tot aan het andere, was hy by de zeven duimen breed;
+alle waaren zy van eene zoo levendige en schitterende blaauwe kleur,
+dat dezelve gelyk stond met het hemelsblaauw op eenen schoonen dag;
+deeze vlerken pronkten met een rand van eene bruine kleur met witte
+vlakken. Ik kan niet nalaaten hier te herhaalen, dat deeze kapel, op
+het groene loof der boomen huppelende, door zijne schitterende kleur
+en grootte eene treffende uitwerking deed. Zoo ik my niet bedrieg,
+behoort hy tot het zoort der Danai van LINNAEUS. Ik heb zyn popjen
+niet gezien; maar zyne rups, die van eene geelachtig gryze kleur is,
+is zoo dik als de vinger van een mensch, en meer dan vier duimen
+lang. Het is onbegrypelyk, van hoe veele verschillende zoorten
+van kapellen de bosschen van Guiana overvloeijen. Zommige lieden,
+die 'er een kostwinning van maken, met dezelve te vangen, winnen
+'er veel geld mede. Na ze in kleine papiere doosjes met spelden te
+hebben vast gemaakt, zend men ze naar verscheidene kabinetten van
+Europa. Doctor BANCROFT zegt, dat om ze gaaf te houden, men ze met
+terpentyn moet aanraken; maar het is genoeg, dat men in de doos,
+waar in deeze insecten leggen, een stuk campher vast maakt.
+
+Deezen avond lagen wy op eenen kleinen afstand van de Patamaca-Kreek
+gelegerd. Wy vonden aldaar eene arme Negerin, die bitterlyk schreide,
+en als eene offerhande, aan den voet van eenen boom, waar onder
+het lyk van haaren man begraven was, eenige eetwaaren nederleide,
+en water plengde. Deeze man had in eenen slag tegen de Europeanen
+het leven verloren.
+
+De Capitain FREDERIK en ik, in eene zandwoestyn, in den omtrek der
+legerplaats, wandelende, ontdekten hier de pas gezette voetstappen
+van eene groote tygerin, met haar jong, in welk oogenblik dit dier
+zeer verslindend is. Wy begrepen dus, dat het voorzichtig was te rug
+te keeren. Ik nam de maat van den voet der moeder: dezelve was byna
+zoo groot als een gewoone tinne schotel.
+
+Na een tocht van eenige uuren, kwamen wy des anderen daags morgens
+eindelyk op den post van la Rochelle, aan de Patamaca. Wy waren mager,
+uitgehongerd, zwart geworden, verbrand, ongekleed, de meesten zonder
+schoenen en hoeden, en in een staat, zoo als men nimmer iets dergelyks
+gezien heeft. Ik had zelf niet meer dan de helft van myn lange broek,
+en myn eenigste hembd hing gescheurd aan malkander. Wy vonden op
+deezen post eene kleine bende van elendelingen, gereed om het bosch,
+het welk wy verlieten, in te gaan, en die bestemd waren, om, even
+als wy, alle de elenden, die menschelyke schepfels verduuren kunnen,
+door te staan. Ik heb reeds van verscheidene ziekten gesproken, als
+van verschillende zoorten van rooden uitslag, van, rotkoortsen, van
+galkoortsen, van verharde gezwellen, van rooden loop, waar aan men
+in deeze luchtstreek is bloot gesteld. Ik heb gezegd, hoe zeer men
+aldaar geplaagd word door muggen, pattat en scrapat-luizen, mieren,
+wilde byen, heestergewassen en doornen in de bosschen; hoe zeer men
+aldaar te vreezen had voor de kaymans en de pery in de Rivieren;
+hoedanig het gesuiffel der slangen, het gebrul der tygers was;
+welke zandwoestynen, welke diepe moerassen wy doortrokken; welke
+heete dagen, welke vochtige en koude nachten, welke vreesselyke
+slagregens wy doorstonden; welk slecht en slap voedzel men ons gaf;
+en de lezer staat buiten twyffel verstomd, dat iemand zulke wreede
+beproevingen heeft kunnen, overleven. Hoe lang die lyst ook zy,
+verklaar ik egter, dat ik, uit vreeze van langwylig te worden,
+een gebrek, waar aan ik misschien reeds schuldig ben, veele andere
+onheilen, die ons drukten, heb overgeslagen. Ik zoude nog hebben
+kunnen spreken van een oneindig getal kleine slangen, hagedissen,
+scorpioenen, sprinkhaanen, spinnekoppen, wormen, duizendpooten,
+en zelfs vliegende luizen, waar van de reiziger gevaar loopt om elk
+oogenblik van een gereten of gestoken te worden; maar ik bewaar die
+beschryving tot eene andere gelegenheid.
+
+Men zal zig een denkbeeld kunnen vormen van, den honger, die ons
+by onze komst alhier verslond, wanneer ik verhaald zal hebben, dat
+ik eene Negerin gezien hebbende, die van zekere groove spys haare
+maaltyd hield, haar een halve kroon toewierp, de schotel uit haar hand
+rukte, en het geen 'er op was met meer smaak opslokte, dan ik immer
+de lekkerste spys bereiding genuttigd heb. Ik deed tans den Colonel
+FOURGEOUD opmerken, hoe aangenaam het zyn zoude, wanneer hy zyne overig
+zynde soldaten op groenten, versch ossen- en schapen-vleesch onthaalde,
+zoo wel als dat hy hun van koussen, schoenen en hoeden voorzag; maar
+hy antwoordde my, dat de lekkernyen van Capua het leger van HANNIBAL
+bedorven hadden; hy scheen my toe in het begrip te staan, dat zy,
+die als hoopeloozen vechten, menschen zyn, die 't leven moede zyn.
+
+Den 11den, kwam het krygsvolk aan, het welk de Wana-Kreek een dag voor
+ons verlaten had; en, als naar gewoonte, hadden zy niemand gevangen
+genomen, noch zelfs gezien.
+
+Den 12den, kwam een der muitelingen met zyn wyf, aan den post
+van la Rochelle, en zy gaven zig aan den Bevelhebber vrywillig
+over. Den zelfden dag kreeg ik verlof, om, wanneer ik het verkoos,
+naar Paramaribo te gaan, om my te herstellen. Ik was over dit
+verlof verblyd, en maakte my met eenige andere Officiers gereed om
+te vertrekken. Wy lieten den Colonel agter ons aan het hoofd van
+eene krygsbende, waar van de beste uit den hoop een Pagters kar in
+Engeland ontcierd zoude hebben. Eindelyk kwam het verlangde uur, en
+ik was de vyfde, die in een overdekt vaartuig trad, het welk door zes
+roeiers wierd voortgeroeit, om my naar de hoofdstad der Volkplanting
+te begeven. Ik was steeds welvarende, wel gemoed en vol vreugde.
+
+Ik vond op Devil's Harwar eene kleine bezending van thee, koffy,
+beschuit, boter, suiker, limoenen, rhum, en twintig flessen goeden
+wyn, die myne vrienden van Paramaribo my naar den post van la Rochelle
+toezonden. Ik zond dezelve niet te rug, en in weerwil der onwaardige
+behandelingen van den Colonel, maakte ik 'er hem een geschenk van,
+uitgenomen echter twaalf flessen, die wy, op de gezondheid onzer
+vrouwen of minnaressen, in het vaartuig uitdronken. Ik konde my niet
+wederhouden den Bevelhebber te beklagen, wiens ouderdom (hy was een
+man van by de zestig jaaren,) en werkzaamheid, in allen gevalle zeer
+veel achting verdienden. Schoon hy op deezen, tocht zeer weinige
+muitelingen had gevangen genomen, had hy echter het bosch van de
+Commewyne tot den mond der Wana-Kreek gezuiverd; hy had de vyanden
+uit een gedreven, hunne wooningen vernield, hunne velden verwoest,
+en alle hereeniging van de verschillende partyen der muitelingen belet.
+
+Wy kwamen den 13den des avonds op de Plantagie myn Genoegen, alwaar
+wy de avond maaltyd hielden. Van daar zetteden wy onze reize dag
+en nacht voort, onzen tyd met zingen en lachen doorbrengende,
+tot den 15den op den middag, wanneer wy, onder begunstiging van
+het vallend water, aan het Fort Amsterdam aankwamen. Vervolgens de
+Rivier oversteekende, stapten wy aan land voor het huis van den heer
+DELAMARE, te Paramaribo. Ik bleef in 't eerst aan den oever staan,
+alwaar een groot getal myner vrienden my omaermden, en my met myne te
+rug komst in de stad geluk wenschten.
+
+Myne eerste zorge was, om myne geliefde JOANNA te laten haalen, die,
+toen ze my zag, in traanen weg smolt: dit was zoo wel uit vreugde dat
+ik nog leefde, (men had gezegd, dat ik dood was,) als uit aandoening
+over den deerniswaardigen staat, waar in ik my bevond. Dus eindigde
+myne tweede veldtocht, waar van het verhaal dit Hooftstuk besluiten
+zal.
+
+
+
+TWAALFDE HOOFTSTUK.
+
+Beschryving van Paramaribo, en van het Fort Zelandia.--De Grow-Mouneck,
+of graauwe Munnik.--De West-Indische Abricoos-boom.--Verschillende
+zoorten van Oranje-boomen.--De Colonel FOURGEOUD trekt naar de Rivier
+Maroni.--Een Capitain word gewond, en eenige soldaaten gedood.--Vreemde
+straf-oeffening in de hoofdstad.--Het Fort Sommelsdyk.--De wachtpost
+van de Hoop. Duiven en Tortelduiven.--Groenten en vruchten.--Jacht
+en wildt.--Steenbakkery.--Insecten.
+
+My thans andermaal te Paramaribo bevindende, zal ik, ter dezer
+gelegenheid, de beschryving deezer aangenaame Stad mededeelen. Ik heb
+reeds gezegd, dat zy aan de fraaije Rivier Surinamen, zestien of agtien
+mylen van derzelver mond, gelegen is. Zy is gebouwd op een zoort van
+steenachtigen zandgrond, met de landen rondsomme waterpas liggende,
+en maakt een langwerpig vierkant van anderhalve myl lang, en ten
+hoogsten een halve myl breed. Alle de straaten zyn volmaakt afgemeeten,
+en beplant met oranjeboomen, palmboomen, tamarinde en limoenboomen,
+die in alle Jaargetyden bloeien, en zig onder het gewicht van geheele
+trossen der geurigste en uitgelezendste vruchten krommen. Men heeft
+hier noch gehouwen, noch gebakken steenen voor de straaten noodig;
+de steenachtige zandgrond is voldoende; dezelve is niet minder,
+dan die der fraaiste tuinen in Europa, en men maakt denzelven nog
+aangenaamer, door dien met zeeschelpen te bestrooijen. De huizen,
+die meerendeels twee, en zomtyds vier verdiepingen hebben, zyn,
+eenigen uitgezonderd, van zeer fraay hout gebouwd. De grondvesten
+der gebouwen zyn byna allen van gebakken steen; en kleine gekloofde
+planken bedekken de daken in plaats van pannen. Men ziet zeer zeldzaam
+glaaze raamen in dit Land; het glas verwekt 'er te veel warmte,
+en men gebruikt in plaats van dien, raamen van gaas. Eenige huizen
+hebben windluiken of blinden, die men van zes uuren des morgens tot
+zes uuren des avonds open houdt. Wat schoorsteenen betreft, ik heb
+'er geen enkele in de geheele Volkplanting gezien; men legt geen
+vuur aan, dan in de keuken, die altoos van het woonhuis afgelegen is;
+men legt het daar aan op den grond, en de rook vliegt door een gat,
+in het midden van het dak gemaakt. Deeze houte huizen zyn echter in
+Surinamen zeer duur; het huis, het welk de Gouverneur onlangs had
+laten bouwen, kostte hem meer dan vyftien duizend ponden sterling. In
+de geheele Stad Paramaribo is geen bronwater: elk huis heeft een put,
+in den rotsachtigen grond gegraven, die brak water geeft, alleenlyk
+dienende voor Negers, het vee, enz. Europeaanen hebben regenbakken,
+waar in zy het regenwater tot hun gebruik bewaren: het beste zygt
+door een steen, en valt in groote tonnen, of aarde vaten, door de
+Indianen gemaakt, die dezelve tegen koopwaren verruilen. De inwooners
+van dit Land slapen allen in hangmatten, uitgenomen de Negers, die
+meestal op den grond slapen. De hangmatten van lieden van aanzien,
+zyn van catoene lynwaat, met zeer ryke franjen omzet. De Indianen
+maken die ook, en verkoopen ze zomtyds tot voor dertig guinies. Men
+heeft geene dekens noodig: men behoeft alleenlyk gordynen, om zig
+tegen de muggen te beveiligen. Zommige lieden hebben bedden, met
+gaaze gordynen omringd, welke de lucht vryelyk laaten doorspelen,
+en tegen het kleinste insect veilig stellen. De huizen zyn in 't
+algemeen te Paramaribo luisterryk verciert met schilderyen, glaswerk,
+verguldzels, kristalle kroonen en porceleine potten; de muuren der
+kamers zyn nooit bepleisterd, noch met papieren behangzels overdekt,
+maar overheerlyk beschoten met kostbaar hout.
+
+Men berekent het getal der huizen te Paramaribo op veertien
+honderd. Het voornaamste is het Paleis van den Gouverneur, het welk,
+langs een weg in den tuin, met het Fort Zelandia gemeenschap heeft. Dit
+Paleis, en het huis van den Bevelhebber van het Fort, waaren de eenige
+steene gebouwen in de geheele Volkplanting. Het Stadhuis is een cierlyk
+en nieuw gebouw, met pannen belegt. Aldaar houden de verschillende
+Hoven van Justitie hunne zitting, en daar boven zyn de gevangenissen,
+voor Europeesche misdadigers geschikt, uitgenomen voor krygslieden,
+welken men in het Fort Zelandia gevangen zet. De Protestantsche Kerk,
+alwaar men den dienst in het Hollandsch en Fransch doet, heeft een
+kleine spitse tooren met een uurwerk; de Lutherschen hebben ook
+hunne Kerk; en de Joden bezitten twee Synagogen, eene Portugeesche
+en eene Hoogduitsche. 'Er is in de Stad een groot Hospitaal voor de
+bezetting, en ongelukkig is het nooit ledig. In de Vesting bewaart men
+de oorlogs- en mondbehoeften; de soldaten van 's Compagnies krygsvolk
+zyn aldaar in barakken gehuisvest, en eenige Officiers hebben 'er vry
+goede wooningen. De Stad Paramaribo heeft eene voortreffelyke reede,
+alwaar dikwils, op den afstand van een pistoolschoot van den oever,
+meer dan honderd koopvaardyschepen geankerd liggen. Zelden zyn
+'er minder dan tachtig, geladen met koffy, suiker, cacao, catoen
+en indigo voor Holland; verscheide andere hebben slaven van de kust
+van Africa aangebragt; en zommige eindelyk zyn uit het noorden van
+America, of van de Antillische Eilanden gekomen, om meel, ossen-
+en varkens-vleesch, sterke dranken, gezouten haring en makreel,
+spermaceti-kaarssen, paarden en grof huisraad tegen verschillende
+koopwaaren te verruilen, vooral tegen syroop van suiker (melasse),
+waar van de Americanen rhum maken.
+
+De stad Paramaribo heeft geene vestingwerken; zy paalt ten zuid-oosten
+aan de Rivier Surinamen, die meer dan een myl breed is; ten westen
+aan eene groote zand-woestyn; ten noord-westen aan een ondoordringbaar
+bosch; en het Fort Zelandia verdedigt dezelve ten oosten. Het Fort is
+van de Stad alleenlyk afgescheiden door eene groote vlakte, alwaar het
+krygsvolk de parade doet. Het heeft de gedaante van eene regelmatige
+vyfhoek, en heeft maar eene poort, die aan den kant van de Stad gelegen
+is: twee van deszelfs bolwerken dekken de Rivier. Het is zeer klein,
+maar sterk tot verdediging, zynde gebouwd van gehouwen of rots-steen,
+en omringd door eene breede gracht, die vol water is, en voor welke
+nog eenige vestingwerken leggen. Ten oosten, en aan de Rivier, is eene
+battery van twintig stukken geschut. Op een der bolwerken is een klok,
+waar op de wachthebbende soldaat met een hamer het uur slaat, het
+welk hem door een zandlooper word aangewezen: op een ander bolwerk,
+steekt men een vlag op, by het naderen van een oorlogschip, of by
+openbaare vreugdebedryven. De muuren zyn zes voeten dik, en hebben
+openingen voor het geschut, maar geene borstweeringen. Ik heb van
+den tyd, dat dit Fort gebouwd is, reeds gesproken.
+
+Paramaribo is eene zeer volkryke stad. Men ziet op byna alle haare
+straaten eene meenigte van Planters, Matroosen, Soldaten, Joden,
+Indianen en Negers. De Rivier is aanhoudend bedekt met kano's en
+vaartuigen, die heen en weder vaaren, even als onze schepen op de
+Theems, en dikwils eene meenigte Musikanten met zig voeren. De schepen
+op de reede, met hunne wimpels verciert, verfraaijen het toneel, het
+welk nog gevoeliger word door de meenigte van jongelingen en jonge
+meisjes, die in het water speelen. De vrolykheid en verscheidenheid van
+deeze voorwerpen weegt eenigermaten tegen de ongemakken der luchtstreek
+op. De kleederen en rytuigen der voornaamste inwoonders zyn waarlyk
+prachtig: de geborduurde zyde stoffen, de Genueesche fluweelen,
+de goude en zilvere boordzels, de diaemanten schitteren dagelyks; en
+zelfs de schippers der koopvaardyschepen komen met gespen en knoopen
+van massief goud voor den dag. De tafels zyn niet minder kostbaar;
+men discht op dezelve de duurste en uitgezogtste spyzen op in platte
+schotels, of porceleine vaten, in den eersten smaak, en allerfynst
+gewerkt. Maar niets duidt meer de pracht der Surinaamsche Colonisten
+aan, dan het getal der Slaven, welke men aldaar in dienst houd, en die,
+in zommige huizen, een getal van twintig of dertig bedragen. Zelden
+ontmoet men in deeze Volkplanting blanke dienstboden.
+
+Men vind, te Paramaribo, in overvloed, geslacht vleesch, gevogelte
+van allerlei zoort, wildt en visch. De groenten zyn 'er ook zeer
+overvloedig. Behalven de lekkerste voortbrengzels, die aan deeze
+luchtstreek eigen zyn, voert men aldaar aan het beste, dat Europa,
+Asia, en Africa opleveren. De eetwaaren echter zyn 'er over 't algemeen
+zeer duur, vooral die uit vreemde Landen komen, en door de Joden of
+Schippers verkogt worden. De eersten genieten in deeze Volkplanting
+byzondere voorrechten; de laatsten rigten voor een korten stond
+magazynen op, om 'er de lading hunner schepen in te bergen, terwyl zy
+die wederom met voortbrengzels van het Land beladen. Het tarwe-meel
+word verkocht voor vier stuivers tot een schelling het pond; de boter,
+twee schellingen; het geslacht vleesch, nooit onder een schelling,
+en dikwils anderhalve schelling. Ik heb voor een enkele kalkoen
+anderhalve guinie betaald. De eieren gelden vyf stuivers het stuk;
+de aardaeppelen zes stuivers het dozyn; de wyn kost drie schellingen
+de fles; de Jamaicasche rhum een kroon de kruik. De visch en groenten
+zyn goedkoop, en de vruchten byna voor niet. Myn kleine Neger QUACO
+heeft my dikwils veertig oranje-appelen voor zes stuivers t'huis
+gebragt, en een half dozyn pyn-appelen voor denzelfden prys. Wat de
+limoenen en tamarinden betreft, men behoeft slechts de moeite te doen,
+om ze op te raapen. De huuren zyn uittermaten duur. Voor een kleine
+kamer zonder huisraad betaalt men drie of vier guinies in de maand;
+en voor een huis met twee kamers op elke verdieping, honderd guinies
+'s jaars. De schoenen kosten een halve guinie het paar; en een rok
+met zyn toebehooren is my komen te staan op twintig guinies.
+
+De twee zoorten van hout, waar van de huizen getimmert zyn, namelyk
+het wana en couppy hout, verdienen, dat men 'er van spreekt. Het eerste
+is zeer hard, en van een grof erf; het is niet vatbaar voor de minste
+glans, en heeft eene ligt roode kleur, gelykende naar die van nieuw
+brasilie-hout; men bedient 'er zig van voor de deuren en kassen,
+voor schepen en vaartuigen.
+
+Het couppy hout gelykt naar dat van den wilden kastanje-boom; het
+is hard, kwastig en vast. Men maakt 'er planken van, waar mede men,
+in plaats van steene muuren, de huizen bekleed. Dit hout is van een
+bruine kleur: het laat zig zeer goed polysten.
+
+Op dat de lezer zig een juister denkbeeld van deeze Stad vorme, zal
+ik hem verwyzen naar het ontwerp, het welk ik daar van geschetst heb:
+ik zal tans overgaan, om eenige byzonderheden, betrekkelyk tot deszelfs
+inwooners, op te geven.
+
+De Europeanen of blanken, in de geheele Volkplanting, beloopen
+op een getal van vyf duizend, zonder de bezetting daar onder te
+rekenen, en zy houden voornamelyk hun verblyf in de hoofdstad; maar
+de Neger-slaven bedragen ten naasten by een getal, van vyfenzeventig
+duizend. Alle morgen ten agt uuren gaat het krygsvolk naar de wacht
+in de Vesting. De wacht in de Stad word door de burgers of soldaten
+waargenomen, en duurt den geheelen nacht. Twee maalen daags, en ten
+zes uuren lost het bevelvoerend schip deszelfs geschut in de haven. By
+het avond-sein, stryken alle de vlaggen der onderscheidene schepen,
+de klokken luiden, en de trommelslagers en pypers loopen door de
+Stad. Geen slaaf, van welke kunne ook, mag als dan op de straaten,
+of in de haven verschynen, zonder verlof van zynen meester. Die
+deezen regel overtreedt, word in arrest genomen, en buiten twyffel
+des anderen daags morgens gegeesseld. Des avonds ten tien uuren,
+slaan andere tambours den trom op alle de straaten van Paramaribo.
+
+Op dit oogenblik vertoonen zig de vrouwen, vooral die veel van een
+geheim gesprek in het maanlicht houden. Op haare byeenkomsten laaten
+zy zig sorbet en sangary toedienen, zynde een mengzel van water,
+Madera-wyn, Muscaat-wyn en suiker; zy houden aldaar gesprekken, die
+geenzints dubbelzinnig zyn, zoo omtrent haare mans, als omtrent haar
+zelven; dikwils vertoonen zy aldaar haare jonge slavinnen, welke
+zy aan de manspersoonen voor een zekeren prys ter week aanbieden:
+en zoo haare omgang al een weinig ingetogener is, zy zyn ten minsten
+wydlustig in het roemen van de geenen, die in haare gezelschappen
+tegenwoordig zyn, en wier voorkomen of persoon haare aandacht verdient.
+
+Elk Land heeft zyne gewoonten, en in allen kan men uitzonderingen
+maken; want ik heb vrouwen in Surinamen gekend, wier kiesche en
+beschaafde opvoeding de beminnelykste gezelschappen van Europa
+veraangenaamd zouden hebben. De inwoonders van Paramaribo, behalven
+de vermaken van de tafel, het dansen, het uit ryden gaan, en de
+speel-partyen, hebben een klein toneel, waar op zy, tot vermaak van
+hun en hunne vrienden, blyspelen vertoonen. Indien zy keurig op hunne
+kleederen zyn, zy zyn het niet minder op de netheid hunner huizen. Hun
+linnen is allerfynst; zy laaten het wasschen met Castiliaansche
+zeep, en deszelfs witheid is by niets, dan by de sneeuw der bergen,
+te vergelyken. De vloer der vertrekken, waar in gezelschappen by
+een komen, word altoos met zuure oranje-appelen, in tween gesneden,
+schoon gemaakt, het geen een aangenaame geur verschaft: de Negerinnen
+houden in elke hand een halve appel, en zingen, wanneer zy dit
+werk doen. Dusdanig is de hoofdstad, dusdanig zyn de inwooners der
+Surinaamsche Volkplanting, en hun caracter is gelyk aan dat van alle
+de Hollanders in de West-Indische bezittingen. Maar laaten wy tot
+myn verhaal te rug keeren.
+
+De gewoonte, die ik had om bloots-voets te gaan, belette my eenigen
+tyd, om schoenen en koussen te kunnen verdragen. Wanneer ik nieuwe
+wilde aantrekken, zwollen myne voeten zoodanig op, dat ik by mynen
+vriend KENNEDY ten eeten zynde, genoodzaakt was myne schoenen uit
+te trekken, en hy had de goedheid om my in zyne koets naar huis
+te laten brengen. Zoo dra ik myne schoenen konde blyven aanhouden,
+ging ik een bezoek geven aan den Colonel WESTERLOO, aan boord van een
+West-Indisch Compagnie's Schip, het welk naar Holland onder zeil ging,
+Deeze Officier, die my te Devil's Harwar, op het oogenblik, dat ik
+aldaar in zulk een deerniswaardigen staat was, was opgevolgd, bevond
+zig tans van het gebruik van alle zyne ledematen beroofd. In zulk eenen
+beklaaglyken toestand, hoopte hy slechts op de vaderlandsche lucht,
+om zyne gezondheid te herstellen. Verscheide Officiers zagen zig, op
+dit zelfde oogenblik, genoodzaakt hunne goederen te verkoopen om te
+leven, vermits zy van den Colonel geene betaaling konden erlangen. Ik
+leed door dit onheil minder dan anderen; myne talryke vrienden lieten
+my aan niets gebrek lyden.
+
+Den 28sten January, des morgens aan den oever wandelende, zag ik
+aldaar een visch uit het water ophalen, die van wegen zyn goed
+vleesch en grootte (hy woog by de twee honderd ponden) verdient
+gemeld te worden. Men noemt hem grow-mouneck, of de graauwe Monnik;
+men zegt dat hy tot het geslacht der kabeljauwen behoort, waar mede
+hy, zoo in gedaante als kleur, veel overeenkoomt, zynde zyn rug van
+een zeer donker bruine olyf kleur, en den buik wit. Men sneed hem
+dadelyk in groote stukken; ik kocht 'er verscheiden van, en zond
+dezelve aan myne vrienden. Van smaak scheen hy my zelfs den tarbot
+te overtreffen. Zomtyds vind men hem in de Rivieren; maar gemeenlyk
+leeft hy in 't zee-water. In dit Land zyn geene visschers, dan de
+Negers. Hunne meesters laaten hun dit ambagt leeren, en vorderen daar
+voor eene zekere somme ter week. Indien zy yverig zyn, verzamelen zy
+spoedig geld voor eigen rekening; en zommigen zelfs worden ryk. Maar
+indien zy integendeel agteloos zyn, en hunne verbintenissen niet
+volbrengen, kunnen zy wel staat maken van strengelyk gestraft te
+worden.
+
+Dezelfde gewoonte heeft plaats ten aanzien van verscheide andere
+kostwinningen; en met onvermoeide vlyt en zuinigheid kunnen
+de Negers dan gelukkig leven. Overeenkomstig dit gebruik heb ik
+slaven, in Surinamen gekend, die andere slaven voor eigen rekening
+kogten. Verscheiden koopen hunne vryheid van hunne meesters; zommigen
+verkiezen liever hun geld te bewaaren, wanneer die meesters billyke
+menschen zyn, vermits zoo lang zy slaven blyven, zy van belastingen
+zyn vry gesteld, waar aan de vrygemaakte slaven onderworpen zyn. Ik
+heb een Neger gekend, zynde een smit, en genaamd JOSEPH, wien men,
+in aanmerking van zyne lange en getrouwe diensten, de vryheid had
+aangeboden, maar die dezelve zeer stellig weigerde, en liever verkoos
+slaaf by een goed meester te blyven. Deeze man bezat verscheiden
+slaven in eigendom; hy bewoonde een gemakkelyk en wel gemeubileerd
+huis, en zelfs bezat hy eenige stukken zilverwerk. Wanneer zyn meester
+en meesteresse hem kwamen zien, liet hy hun kostelyken wyn en sorbet
+toedienen. Men moet echter toestemmen, dat zulk een voorbeeld zeldzaam
+is: want zoo al eenige slaven te Paramaribo wel behandeld worden,
+het grootste getal is elendig: maar de ergste van allen zyn, die
+onder de beveelen staan van vrouwen, meer nayverig om rykdommen ten
+toon te spreiden, dan om menschlievenheid te doen blyken.
+
+Het meest geachte zoort der slaven is dat der Cabougles, of
+Quarteronnes. Hunne verwandschap met de Europeanen is 'er de oorzaak
+van. Men weet, dat zy van een blanken en eene mulatte vrouw geboren
+worden: derzelver getal is in deeze Volkplanting zeer aanmerkelyk. Men
+plaatst de jongens van deeze kleur doorgaans by ebbenhoutwerkers,
+zilversmits, of handelaars in kostbaarheden, wier handwerk zy
+leeren. De meisjes zyn kameniers. Men leert haar naaijen, breijen
+en borduuren, het geen zy in de volkomenheid doen. Zy zyn over
+'t algemeen zeer schoon, en scheppen groot vermaak in zig op eene
+cierlyke en nette wyze te kleeden. De meeste, van eene hooge, rechte
+en wel gemaakte gestalte zynde, zyn zwieriger dan de mulatte meisjes,
+en gaan nooit met het bovenlyf naakt, gelyk de laatst-gemelde. Haare
+kleeding bestaat doorgaans in een klein overtrek van satyn, verciert
+met een belegzel van gebloemd gaas. Zy dragen een korte borstrok
+van Indisch catoen of zyde, van vooren geregen, welke boven het
+overtrek een hembd van zeer fyn mousseline doet te voorschyn komen:
+schoenen en koussen dragen de slaven in dit Land nooit. Het hoofd van
+deeze meisjes is met fraay zwart hair verciert, het welk natuurlyke
+en korte krullen heeft. Wanneer zy uitgaan, dragen zy een hoed van
+zwart of wit vilt, met een knoop en gouden lis daar aan. Om den hals,
+aan de armen en enklauwen dragen zy halsbanden, kettingen, armringen,
+goude penningen, en vercierselen van verschillende koraalen. Alle
+deeze lievelingen leven met Europeanen, het geen voor de Creoolsche
+vrouwen een groot hartzeer is. Indien men echter wist, dat eene
+Europeaansche vrouw met een slaaf iets uitstaande had, zoude zy by
+de blanken in verachting zyn, en de minnaar zoude zonder genade ter
+dood verwezen worden.--Dusdanig zyn, in Hollandsen Guiana, de wreede
+wetten der mannen tegen de schoone kunne.
+
+Maar laaten wy van onderwerp veranderen.--De dwinglandye van onzen
+Bevelhebber, den Colonel FOURGEOUD, vermeerderde van dag tot dag. De
+Lieutenant Graaf van RANDWYK, die ziek was, en zig gereed maakte,
+om met den Colonel WESTERLOO te scheep naar Holland te vertrekken,
+ontfing bevel, om in de Volkplanting van Surinamen te verblyven,
+alleenlyk vermits hy gezegd had niet wel behandeld te zyn geworden. Om
+van des Colonel's rechtvaardigheid een denkbeeld te geven, zal ik
+eenvoudig opmerken, dat de Officiers moesten leven van eene gelyke
+portie gezouten vleesch, als de soldaaten kregen; alleenlyk geduurende
+het verblyf van eenige weeken te Paramaribo, wierd deeze levens-regel
+niet gevolgd. Deeze schikking kostte my dertig ponden sterling; maar ik
+heb reeds gezegd, dat de Colonel ons onze betaaling onthield; waarom
+zou hy ons ook ons eeten niet onthouden hebben? Dit zyn beuzelingen,
+waar over een soldaat zig niet ontrusten moet.
+
+Den eersten February egter wierd ons bericht, dat wy geene kosten
+zouden behoeven te maken, zoo wy ons, met het geen men ons gaf, wilden
+te vreden houden; en dat, zoo wy daar over niet voldaan waren, men ons
+tien ponden sterling s'jaars voor de kosten van ons gezouten ossen-
+en varkens-vleesch in rekening zoude brengen.
+
+Den 2den, vernam ik, dat de Lieutenant Colonel BECKER schielyk
+gestorven was. Zyne compagnie kwam my, van wegen den rang, dien ik
+bekleedde, toe; het zoude een zoort van vergelding geweest zyn voor
+zoo veele moeiten en afmattingen. Om echter een evenwicht tegen dit
+voordeel te maken, deed eene getrouwde vrouw, wier man my de grootste
+vriendschap betoonde, toen een aanbod, het welk de eerbaarheid my
+verbood aan te nemen. Zy hield aan, en ik bleef haare gunsten en
+geschenken weigeren; maar wel dra ondervond ik de gevolgen van den haat
+en wraakzucht van eene vrouw. Haar man wierd eensklaps myn doodelykste
+vyand. Verzekerd van myne onschuld, en grootsch, dat ik geene misdaad
+begaan had, waar op verscheide anderen roem gedragen zouden hebben,
+verdroeg ik dit ongeluk met geduld. Kort daar na egter, toen de man
+zag, dat hy misleid was, schonk hy my zyne vriendschap weder, en
+wy waren betere vrienden dan ooit. Ik breng dit geval alleenlyk by,
+om te doen zien, welke over 't algemeen de zeden in dit Land zyn.
+
+Den 6den, bragt een arme trommelslager van het krygsvolk der Societeit
+my een geschenk van orange-appelen, en West-Indische Abricoosen, om dat
+ik hem, zoo hy zeide, in Holland tegen myn knecht, die zig veroorloofd
+had hem te slaan, de hand had boven 't hoofd gehouden. Deeze daad van
+erkentelykheid deed my meer genoegen, dan de verkoeling van mynen
+vriend my moeite gedaan had. De West-Indische Abricoos is groot,
+en naar myn smaak de uitgelezenste van alle vruchten, welke men in
+deeze Volkplanting, en misschien in de weereld vindt. Van binnen is
+dezelve geel, en de pit is omwonden in een zoort van huid, even als
+de kastanje. Het vleesch van deeze vrucht is zoo voedzaam en gezond,
+dat men het zomtyds het merg der Planten noemt; en men eet het dikwils
+met peper en zout. Ik kan dezelve niet anders vergelyken dan by een
+persik; zy smelt ook als zoodanig in den mond; zy is minder zoet,
+maar onvergelykelyk lekkerder. De boom, waar aan deeze vrucht groeit,
+is meer dan veertig voeten hoog, en gelykt veel naar den nooteboom.
+
+In Surinamen zyn drieerleije zoorten van oranje-boomen; met zuure,
+met bittere en met zoete vruchten: de jonge boomen zyn uit Spanjen
+of Portugal aangebragt. De zuure oranje-appelen zyn een uitstekend
+hulpmiddel tegen de zweeren, die in dit Land zoo gemeen zyn; maar
+het is zeer pynlyk; men gebruikt het daarom niet, dan voor de Negers,
+welken men meent dat alles verdragen moeten. De bittere oranje-appelen
+worden alleenlyk gebruikt, om met suiker in te maken. De smaak van de
+zoete is uitgelezen, en men kan er zonder schroom van eeten; dit kan
+men niet zeggen van de China's-appelen, welken ik hier na beschryven
+zal. Alle deeze verschillende oranje-boomen zyn zeer fraay, en brengen,
+in alle jaar-getyden, bloemen en vruchten voort.
+
+Den 16den, vernamen wy, dat de Colonel FOURGEOUD, met het overschot
+van zyne manschappen, den post van la Rochelle verlaten had, en door
+de muitelingen aangetast was geworden. Hy had verscheiden gekwetsten,
+en in 't byzonder den Capitain FREDERIK, die voor uit trok, en aan
+beide de dyen gewond wierd. Deeze dappere Officier, uit vreeze dat zyn
+volk den moed verliezen mogt, hield de beide handen op zyne wonden,
+en zat tot de borst toe in het water, op dat men het loopen van zyn
+bloed niet bemerken zoude. Hy bleef in die gesteldheid tot op het
+oogenblik, dat de Heelmeester hem verbonden had; en toen droegen hem
+twee Negers in zyne hangmat.
+
+Het is onmogelyk meerder yver te betoonen, dan gemelde Capitain
+FREDERIK, en de Capitain VAN GUERIKE, adjudant van den Colonel,
+geduurende deezen geheelen tocht betoonden. Zy waren altyd op de been,
+of hunne gezondheid het toeliet, of niet. De eer was byna de eenige
+vrucht, die zy van eenen buitengewoonen en aanhoudenden dienst van
+vyf jaaren, trokken; de Colonel FOURGEOUD, naar myn inzien, beloonde
+hen nimmer naar verdiensten; en hy behandelde de hoogere zoo wel als
+de laage Officieren, zoo als ik myne Corporaals niet zoude willen
+behandeld hebben.
+
+Ik deed hem op dit oogenblik het aanbod, om my by hem in de bosschen
+te vervoegen; maar in plaats van myn verzoek toe te staan, zond hy
+my bevel, om my naar de Plantagie, de Hoop genaamd, en gelegen aan
+de Commewyne, te begeven, om aldaar, geduurende zyne afwezigheid,
+over al het krygsvolk, het welk by deeze Rivier gelegerd lag, het
+bevel te voeren. Zulk een last was nieuw voor my, en ik maakte my
+gereed om denzelven met blydschap te volvoeren.
+
+Na mondbehoeften gekocht, en my van eene volkomene uitrusting tot
+een veldtocht voorzien te hebben, maakte ik aanstalte, om my naar
+de plaats myner bestemming te begeven. Maar alvoorens Paramaribo
+te verlaten, moet ik opmerken, dat men, geduurende myn verblyf in
+deeze Stad, aan een getal van negen Negers elk een been afzette,
+om dat zy van de Plantagie hunner meesters waaren weggeloopen. Het
+Hof van Justitie in Surinamen gelastte, op verzoek van den eigenaar,
+deeze strafoeffening, en de Heelmeester van het Hospitaal, GREUBER,
+voerde het vonnis uit. Geduurende deeze onmenschelyke daad, rookten
+de lyders gerust hun pyp tabak. De Heelmeester ontfing zes ponden
+sterling voor het afzetten van elk been: maar niettegenstaande zyne
+groote bekwaamheid, stierven vier van deeze ellendigen oogenblikkelyk
+daar na. Een vyfde hielp zig zelven van kant, door zyn verband af te
+rukken, en des nachts zyn bloed te laten uitloopen. Zulke verminkte
+Negers zyn in deeze Volkplanting gemeen, en hunne meesters gebruiken
+hen tot het roeijen van hunne schuiten en vaartuigen. Men ziet 'er
+ook, die eenen arm missen: dit is de straf, als men een Europeaan
+heeft durven slaan.
+
+Den 17den February, scheepte ik in naar de Plantagie de Hoop, in een
+open en zeer net vaartuig, door zes Negers voortgeroeit wordende. Des
+avonds kwam ik voorby de Plantagie Sporksgift aan de Matapaca
+Kreek. Des anderen daags kwam ik aan de Plantagie Arentrust, aan de
+Commewyne, na de Orelana-Kreek te zyn voorby gevaaren, als mede het
+Fort Sommelsdyk, gelegen zestien mylen boven het Fort Amsterdam, ter
+plaatse, alwaar de Cottica zig met de eerstgemelde Rivier vereenigt,
+en van waar de batteryen den oever der beide Rivieren bestryken. Dit
+Fort wierd, in het jaar 1684, door den Gouverneur SOMMELSDYK gebouwd,
+wiens naam het ook draagt: het heeft de gedaante van een vyfhoek,
+en deszelfs vyf bolwerken zyn van geschut voorzien; het word door een
+gracht omringd, en bevat krygs-magazynen: schoon het van geene groote
+uitgestrektheid is, is het niettemin van goede verdediging, voornamelyk
+uit hoofde van deszelfs laage en moerassige ligging. Op eenigen
+afstand van dit Fort is eene fraaije Kreek, genaamd Comite-Wana.
+
+Den 19den, op den middag, kwam ik op de Plantagie de Hoop: ik vond de
+oevers van de Commewyne veel aangenamer, dan die van de Cottica; zy
+zyn bedekt met fraaije Suiker- en Koffy-Plantagien, maar vooral met de
+eerste, in 't byzonder aan den mond van deeze Rivier. Een halve myl van
+die Rivier en van de Cottica, is eene Protestantsche Kerk, alwaar de
+Colonisten den dienst gaan hooren: dezelve onderhouden den Predikant.
+
+De Plantagie de Hoop, alwaar ik tans het bevel over het krygsvolk op
+my nam, is eene uitmuntende Suiker-Plantagie, gelegen aan den linker
+oever van de Commewyne, aan den mond van eene kleine beek, genaamd
+Bottle-Kreek, en byna tegen over eene andere, Cassivinica genaamd. De
+Bottle-Kreek heeft gemeenschap met de Commewyne en de Pereca, zoo
+als de Wana-Kreek heeft met de Cormoetibo-Kreek en de Rivier Maroni.
+
+Het krygsvolk was alhier gehuisvest in barakken, van Latanus-boomen
+hout gemaakt; maar men had dezelve op eenen zoo moerassigen en laagen
+grond geplaatst, dat zy by den vloed geheel onder water stonden. De
+Officiers waren allen in een gebouw van denzelfden aart opgesloten;
+en ondertusschen wierd het fraaije huis van den Planter, het welk
+voor hun zeer gemakkelyk en gezond geweest zoude zyn, door niemand
+dan door den Opzigter der Plantagie bewoond.
+
+Een kanon-schoot verder, als men de Rivier opvaart, ligt de Plantagie
+Klarenbeek alwaar ik, den 22sten, naar toe ging, om den staat van
+het Hospitaal te onderzoeken. Het volk had het op deezen post veel
+aangenamer, dan op de Hoop, uit hoofde van eene onbegrypelyke meenigte
+rotten, waar door dezelve geplaagd wierd: zy doorknaagden de kleederen
+der soldaaten, en hunne levensmiddelen, en des nachts liepen zy met
+dozynen over het aangezicht. Het eenig middel om dit verschrikkelyk
+ongemak te keer te gaan, bestond in het booren van gaaten in den
+bodem van flessen, en de koorden der hangmatten, zoo aan de voeten
+als aan het hoofd-einde, daar door te steken. Wanneer dit werk wel
+verrigt wierd, belette de gladheid van de fles deeze dieren, om by
+het doek te komen.
+
+De meenigte van zieken, die in het Hospitaal van Klarenbeek op een
+gestapeld waren, maakte eene elendige vertooning. De menschelykheid
+word op het gezicht van zulke treurtoneelen dermaten getroffen, dat
+ik my zeer gelukkig rekende, toen ik op de Plantagie de Hoop was te
+rug gekeerd. Myn last was hier dezelfde, als aan de Cottica, namelyk,
+dat ik de Plantagien tegen den aanval des vyands moest beschermen;
+en het order-woord wierd my regelmatig door den Colonel FOURGEOUD
+toegezonden. Een der Neger-Capitains uit de Volkplanting de Berbices,
+genaamd ACKERAW, ontdekte op deeze Plantagie eenen ouden afgeleefden
+slaaf, dien hy voor zynen vader herkende; hy omhelsde hem met de
+levendigste teederheid, en dit toneel van dankbaare erkentenis was
+een der belangrykste. In myne wandelingen rondom deezen post, had
+ik gelegenheid, om verscheiden merkwaardige vogelen te ontdekken,
+welken ik tans beschryven zal.
+
+De quise-quidi, dus genoemd, uit hoofde van zynen zang, heeft ten
+naasten by de grootte van een leeuwrik. Zyne pluimaadje is bruin,
+uitgenomen aan de borst en den buik, alwaar hy eene fraaije geele kleur
+heeft. Deeze vogel doet veel schade aan de Plantagien. De wilde duiven
+zyn hier zeer gemeen; ik doodde eene zeer groote, veel gelykende naar
+die, welke men de Jamaicasche duif met een gekrulde staart noemt. De
+rug en de zyden waaren aschkleurig, de staart loodkleurig, de buik
+wit, en het voorste van den hals van een purper-kleur met een groene
+weerschyn, de oogbal en de pooten rood. Ik zag op deeze plaats ook
+andere duiven van een klein zoort, die by paaren loopen. Zy hebben ten
+naasten by de grootte van een Engelsche musch, en een helderder kleur;
+ik nam ze voor de Picui-nima van Markgraaf; zy hebben schitterende
+oogen, met een geele oogbol, en over 't geheel zyn deeze diertjes
+zeer aartig. De Hollanders noemen dezelve Steenduifje, om dat men ze
+dikwils op rotzige en zandige plaatsen vindt. Men ziet ook tortelduiven
+in Guiana, maar zeldzaam by Plantagien. Zy leven met vermaak in het
+binnenste der somberste bosschen; zy maken hunne nesten op de boomen,
+in het midden van het dikste lommer; ik heb 'er met de hand aangevat,
+zonder dat zy pogingen deeden om weg te vliegen; in kleur verschillen
+zy weinig van de Europeesche; maar hunne grootte is minder, en hunne
+vlerken hebben eene grootere uitgebreidheid, dan die van alle andere
+tortelduiven of duiven.
+
+Ik was over mynen staat steeds zeer te vreden. Ik koude vryelyk adem
+haalen, en had het vooruitzigt, om myne geledene vermoeienissen en
+hartzeeren vergoed te zien. Men eerbiedigde my, als den Oppervorst
+der Rivier: de nabuurige Planters beweezen my alle vriendelykheid,
+zonden my wildt, visch, groenten en vruchten ten geschenke; ik kende
+my naauwlyks voor het zelfde mensch, en byna alle myne wenschen
+waren voldaan.
+
+Op zekeren dag, den 5den Maart, geduurende myn verblyf alhier, wierd
+ik verrast, door op een schuit, die de Rivier opvoer, met een witte
+neusdoek te zien waaijen; het was myne geliefde JOANNA, door haare
+moeije vergezeld, die deeze beweging maakte. In plaats van in de Stad
+te blyven, verkoos zy tans liever naar Fauconberg te gaan, slechts
+vier mylen van de Plantagie de Hoop af liggende: ik vergezelde haar
+dadelyk tot aan deeze Plantagie.
+
+Ik vond aldaar een ouden slaaf, dien JOANNA my zeide haar grootvader
+te zyn, en die my zes stuks gevogelte ten geschenke gaf. Deeze oude
+man had gryze hairen, en konde niet meer zien; maar zyne talryke
+afkomelingen onderhielden hem ordentelyk: hy verhaalde my, dat hy
+in Africa geboren was, alwaar hy in meerder aanzien was geweest,
+dan zyne meesters immer in Suriname waren.
+
+Misschien zal de lezer het vreemd vinden, dat ik zoo dikwils spreeke
+van eene Slavin, en dat ik voor haar zoo veel achting betoone;
+maar ik kan met geene onverschilligheid spreken van eene vrouw,
+die de teedere liefde van elk gevoelig mensch waardig is, en wier
+genegenheid my tot een tegenwicht in alle myne onheilen verstrekte:
+haare deugd, haare jonkheid, haare schoonheid deeden haar meer en
+meer myne achting winnen: het ongeluk van haare geboorte en staat,
+wel verre van myne genegenheid te verminderen, dienden, integendeel,
+om dezelve te doen aanwassen.
+
+Den 6den Maart, kwam ik op de Hoop te rug, beladen met geschenken van
+gevogelte, aubergines, koolspruiten, agoma, en eenige Surinaamsche
+kerssen. De aubergine is een soort van vrucht, hebbende de gedaante
+van een komkommer, eene purper-kleur van buiten, en wit van binnen;
+men snydt dezelve in schyven, en eet ze als salade; zomtyds laat
+men ze koken; zy is zeer goed en zeer gezond. De bladen van den
+boom, die deeze vrucht voortbrengt, zyn breed, groen, en met een
+purperverwig dons bedekt. De agoma is een kruid, dat eenigzints bitter
+is. De koolspruiten zyn dezelfde als in Europa, maar vry zeldzaam. De
+kerssen zyn zeer zuur; ten minsten, indien ze niet volkomen ryp zyn,
+deugen ze niet, dan om in suiker in te leggen.
+
+Den 8sten, den geboorte-dag van den Prins van Oranje, noodigde ik
+verscheiden lieden, om dien dag met my te vieren. De Colonel FOURGEOUD
+hield zig al dien tyd bezig met de bosschen te doorkruissen: maar zyne
+krygsverrigtingen hadden geen ander gevolg, dan den dood van eenigen
+zyner soldaten, die door de Negers vermoord wierden; het verlies
+van eenige anderen, die in de bosschen verdwaalden; en de vlucht
+van CUPIDO, die in weerwil van alle zyne ketenen ontsnapte. Van twee
+mannen, welken de Colonel my in 't Hospitaal te Klarenbeek zond, was
+de een door de muitelingen op eene afgryzelyke wyze verminkt geworden.
+
+Den 17den, ontfing ik van zekeren heer ONIS een reebok ten geschenke;
+en denzelfden dag bragt een der slaven my een hagedis, genaamd
+Sapagala, zynde van een minder groot zoort, en minder aangenaam van
+smaak, dan de Iguan, welken de Indianen den naam van waya-maca geven:
+ik at 'er niet van, en gaf dit dier aan den Opzichter der Plantagie. Op
+'t wildt onthaalde ik myne Officiers.
+
+'Er zyn in Surinamen twee zoorten van harten. Het hart, dat men aldaar
+bajew noemt, heeft ten naasten by de gedaante van een Engelschen
+reebok. Hy heeft de hoornen niet zeer lang en gebogen, de oogen
+levendig en vol vuur, en een korte staart; zyn hair is van een
+bruinachtig roode kleur, uitgenomen onder den buik, die wit is. Dit
+dier, wanneer men het vervolgt, loopt met een verwonderlyke kragt en
+vaardigheid: men vindt hem dikwils in de nabyheid der Plantagien,
+alwaar hy aan het suiker-riet groote schade toebrengt; de Planters
+hebben zelfs Neger-Jagers of Indianen, om hem te vervolgen en te
+dooden. De jacht kan in dit Land, uit hoofde van de dikte der bosschen,
+voor een Europeaan geen vermaak opleveren. Zomtyds vangt men het
+hart levend, wanneer hy een Rivier overzwemt; het geen hy dikwils
+doet, het zy om zynen dorst te lesschen, het zy om zynen vyand te
+ontvluchten. Zyn vleesch is noch sappig, noch vet, noch malsch, en
+is van weinig waarde, in vergelyking van het vleesch der Europeesche
+harten, hoe zeer het by de inwooners van Surinamen in groote achting
+is. Het ander zoort van harten word bouzi-cabritta door de Negers,
+en wirre-bocerra door de Indianen genoemd. Hy is kleinder en ligter in
+'t loopen dan die van het eerste zoort; zyne huid heeft een geel-achtig
+bruine kleur, en kleine witte vlakken; zyne oogen zyn levendig, en zyn
+gezicht doordringend; hy heeft naauwe en korte ooren; hy heeft geene
+takken aan de hoornen; zyne ledematen zyn klein, maar sterk gespierd;
+zyn vleesch is lekkerder dan van eenig ander wildt, het welk ik in
+dit Land geproefd heb.
+
+Den 21sten, aan den heer en mevrouw LOLKENS, op Fauconberg, een bezoek
+hebbende gaan geven, gingen wy in de nabuurschap eene steenbakkery
+zien, genaamd Appe-cappe, en aan den Gouverneur NEPVEU toebehoorende:
+men werkte aldaar zoo schielyk en zoo wel als in Europa. Zulk een
+trafiek brengt groote voordeelen op, want van dit zoort zyn ze in
+deeze Volkplanting zeldzaam. Ik spreek hier van egter alleenlyk,
+om in 't algemeen de groote voordeelen van dit Land te bewyzen,
+alwaar men het hout voor niet heeft: 'er is in dit geval niets dan
+vlyt noodig. De Plantagie Fauconberg was zoo besmet met insecten, die
+men monpeiras noemt, dat ik zeer te vreden was met afscheid van myne
+vrienden te nemen, en naar de Hoop te rug te keeren. De monpeiras zyn
+muggen van het kleinste zoort, maar in het steken zoo kwaadaartig,
+als de grootste muggen. Zy vliegen in zulk een groot aantal, en in
+zulke dikke zwermen, dat wanneer ze in diervoegen by elkander zyn,
+men dezelve voor een wolk van zwarten rook zoude aanzien. Zy zyn zoo
+klein, dat ze verscheiden te gelyk in de oogen vliegen, van waar men
+ze niet zonder pyn en gevaar kan doen verhuizen.
+
+Ik leide alle myne bezoeken te water af; want ik had een fraay
+vaartuig tot myne beschikking, met zes Negers tot roeiers, die ook
+voor my jaagden en vischten: om kort te gaan, ik was zoo gelukkig en
+zoo wel gezien op deezen post, dat ik my byna verbonden zoude hebben,
+om van staat niet te veranderen.
+
+
+
+DERTIENDE HOOFTSTUK.
+
+Beschryving van eene Suiker-Plantagie.--Huisselyk geluk in
+zekere hut.--Krygs-verrigtingen van den Generaal FOURGEOUD.--De
+Duncane, Igname en Soubacou.--Wreedheden van zommige Opzigters der
+Plantagien.--Onderscheidene zoorten van visschen.--Misnoegen van
+eenen Capitain der muitelingen.
+
+Ik heb gezegd, dat ik op de Hoop het gelukkigst leven leidde. Myn
+geluk duurde nog, toen de heer en mevrouw LOLKENS, my een bezoek
+hebbende komen geven, my in de gelegenheid stelden, om my te kunnen
+vervoegen aan de heeren PASSELAIGE, vader en zoon, te Amsterdam, die
+de nieuwe eigenaars van myne JOANNA waaren. Zy noodigden my bovendien,
+om haar op de Hoop te laten komen, alwaar het verblyf haar aangenaamer
+zoude zyn, dan op Fauconberg, of te Paramaribo: men kan denken, of ik
+ook gaarne daar in toestemde; en aanstonds gaf ik aan de slaven last,
+om eene wooning van Latanusboomen-hout te maken, ten einde haar daar
+in te ontfangen.
+
+Te gelyker tyd schreef ik den volgenden brief aan de heeren PASSELAIGE,
+vader en zoon:
+
+"MYNE HEEREN!
+
+Ik heb van den heer LOLKENS, Bestuurder der Plantagie Fauconberg,
+vernomen, dat gylieden daar van tans eigenaars zyt. Groote
+verpligtingen hebbende aan eene uwer Mulatte Slavinnen, de dogter van
+wylen den heer KRUYTHOFF, genaamd JOANNA, die my in myne ziekte heeft
+opgepast, wilde ik haar myne dankbaarheid betuigen, door van ulieden,
+myne Heeren! haare vryheid onverwyld te koopen. Verwaardig u my den
+prys op te geven; dezelve zal u op het oogenblik betaald worden;
+en gy zult verpligten,
+
+MYNE HEEREN!
+
+UEd. onderdanigsten en gehoorzaamsten Dienaar,
+
+JOHN GABRIEL STEDMAN,
+
+Capitain in de Zee-krygsbende van den Colonel FOURGEOUD."
+
+
+Deeze brief ging vergezeld van eene andere van den heer LOLKENS;
+en deeze waarde vriend vleide my met den goeden uitslag.
+
+Deeze beide brieven naar Holland hebbende afgezonden, had ik tyd en
+gelegenheid, om eene Suiker-Plantagie in alle derzelver byzonderheden
+te onderzoeken; ik zal trachten daar van eene naauwkeurige beschryving
+te geven.
+
+De gebouwen bestaan doorgaans in een fraay huis voor den eigenaar,
+in twee andere voor den opzigter en boekhouder, in eene wooning voor
+den timmerman, in keukens, in bergplaatsen, en in stallingen, indien
+de Suikermolen door paarden of muilezels gedraait word, want op de
+Plantagie de Hoop bedient men 'er zig niet van; het water brengt
+aldaar de raden in beweging; de vloed stort het water in de huizen,
+door middel van sluizen, welke men by laag water open zet; en dit
+water, als eene beek nederstortende, brengt het geheele werktuig in
+beweging. Het bouwen van een Suikermolen kost gewoonlyk vier duizend,
+en dikwils zeven of agt duizend ponden sterling.
+
+Het zoude misschien verveelend zyn, zulk een werktuig stuk voor stuk
+te beschryven; ik zal alleen opmerken, dat het groote rad zig lynrecht
+beweegt, en met een ander mede zeer breed rad, het welk horizontaal
+geplaatst is, gemeenschap heeft; het laatstgemelde slaat op drie yzere
+stampers, die van onderen door een zwaren balk ondersteund worden, en
+zoo zeer op elkander sluiten, dat zy alles, wat 'er tusschen beiden
+koomt, zoo dun maken, als een blad papier. Op die wyze word het
+suikerriet gebroken, om het sap of vocht van den bast af te scheiden,
+
+De andere molens zyn volgens de zelfde grondbeginzels gebouwd; en
+om het horizontaal rad in werking te brengen, doet men een grooten
+hefboom door paarden of muilezels draaijen. Zoo al de watermolen
+sterker werkt, en minder kostbaar is, moet men ook den vloed afwagten,
+en hy kan niet meer dan een gedeelte van den dag gaan. De molen,
+die door paarden bewogen word, kan integendeel ten allen tyde maalen,
+naar het goedvinden van den eigenaar.--By den molen is een werkplaats,
+van steen gebouwd, alwaar groote kopere ketels zyn, waar in men de
+natte suiker laat koken; gewoonlyk zyn 'er vyf. Daar tegen over zyn
+koelbakken: deeze zyn groote vierkante houte kuipen met een platten
+bodem, waar in men de suiker giet, wanneer ze uit de ketel koomt, om
+daar in te koelen, eer men ze in de vaten stort: deeze vaten staan,
+by de koelbakken, op zwaare uitgeholde balken, die de syroop, wanneer
+ze van de suiker afloopt, opvangen, en door buizen in een vierkante
+van onderen gegraven bak brengen. De werkplaats tot de overhaaling
+{destillatie) is 'er dicht by; men trekt aldaar van de schuim van het
+vocht een zoort van rhum, waar van ik hierboven onder den naam van
+kill-devil gesproken heb. Elke Planter, in Surinamen, heeft altyd ter
+zyner beschikking een open vaartuig, en verscheide andere schuiten,
+om zyne waaren daar mede te vervoeren: hy heeft ook een bergplaats,
+om dezelve te laren droogen.
+
+De uitgestrektheid der Suiker-Plantagien, in deeze Volkplanting, is
+gewoonlyk van vyf of zes honderd akkers. De gedeelten, tot bebouwing
+geschikt, zyn in vierkante vakken verdeeld, alwaar men de stekken of
+uitspruitzels van het riet, aan welke men omtrent een voet lengte laat,
+in rechte en gelyke reijen, schuins in den grond steekt: men plant
+dezelve gewoonlyk in het regensaisoen, wanneer de grond vochtig en
+week is. Het duurt omtrent twaalf of zestien maanden, eer de spruiten,
+die uit de stekken uitbotten, tot haare volkomene rypheid geraken;
+wanneer zy daar toe gekomen zyn, worden ze geel, en haare grootte is
+ten naasten by die van een Duitsche fluit. Het Suikerriet groeit zes
+of tien voeten hoog: uit deszelfs afzetzels spruiten bladeren van een
+ligt groene kleur, hebbende de gedaante van die van een pry, maar veel
+langer en getand, en vallende op den grond af, wanneer de plant goed
+is om gesneden te worden. De voornaame zorg der slaven, geduurende
+dat het riet groeit, bestaat in het uitwieden van het onkruid, het
+welk anderzints de plant van haare kragt berooven zoude. Men telt op
+zommige Suiker-Plantagien meer dan vier honderd slaven. De geldsommen,
+die 'er noodig zyn om dezelve te koopen, en de gebouwen te stichten,
+beloopen twintig a vier-en-twintig duizend ponden sterling, zonder
+de waarde van den grond 'er eens by te rekenen.
+
+Laaten wy tans zien, wat 'er van het riet geduurende de werking van
+den molen word: het word aldaar tusschen de drie stampers, door welke
+het twee malen doorgaat, gebroken. Vervolgens loopt het vocht door
+eene groeve, die in een balk gemaakt is, tot in de werkplaats, alwaar
+men het zelve laat koken, en in een zoort van houten bak ontfangt.
+
+De arbeid der Negers, die aan de stampers werken, is zoo gevaarlyk,
+dat wanneer een van hunne vingers tusschen twee rollen geraakt,
+het geen meenigwerf en door onoeplettenheid gebeurdt, de geheele arm
+oogenblikkelyk word weg getrokken en aan stukken geslagen, zoo al
+zelfs niet een gedeelte van het lichaam. Doorgaans houdt men een
+byl gereed, om het lid af te houwen, want de man zou gevaar loopen
+van om te komen, eer het werktuig konde worden stil gehouden. Een
+ander gevaar, waar aan deeze ongelukkige slaven zyn bloot gesteld,
+bestaat in het proeven alleenlyk van het vocht, het welk zy in het
+zweet van hun aangezicht 'er uit halen; zoo men dit bemerkt, worden
+zy veroordeeld, om eenige honderde geesselslagen te ontfangen, of
+zelfs de tong te worden uitgerukt, op last van den Opzichter.
+
+Wanneer het vocht uit den gemelden houten bak koomt, word het in de
+eerste kopere ketel gestort, alwaar het door een zeef gekleinst word,
+om al het stroo, het welk 'er by het stampen mogt zyn in gebleven,
+weg te nemen. Dit vocht, na eenigen tyd gekookt te hebben, en
+afgeschuimd te zyn, word andermaal overgegoten in de tweede ketel,
+en zoo vervolgens tot in de vyfde en laatste, alwaar het eindelyk den
+bekwaamen graad van dikte of vastheid verkrygt, om in de koelbakken
+overgestort te worden: men werpt in de ketels eenige ponden aarde
+en aluin, onder elkander gemengd, om het vocht te doen korrelen: op
+die wyze dan laat men het al langs hoe meer koken, tot in de vyfde
+ketel. Wanneer men de suiker in de koelbakken overgiet, draagt men
+zorg, om ze wel te roeren en gelykelyk uit te spreiden: wanneer ze
+koud is, heeft ze het voorkomen van bevrozen te zyn; ze is vast, als
+kandy, bruin en doorschynend; men zoude byna zeggen, dat het stukken
+noteboomen hout waaren, die zeer glad gepolyst zyn. Als de suiker
+uit de koelbakken koomt, stort men ze in vaten, die een gewicht van
+duizend ponden suiker bevatten, in welker bodem openingen of kleine
+gaten zyn, dienende om het vocht, het welk nog mogt zyn overgebleven,
+en melasse genoemd word, te doen uitloopen, en word het zelve, zoo als
+ik reeds gezegd heb, in een van onderen gegraven bak gevangen. Na deeze
+laatste bewerking, is de suiker geschikt om naar Europa overgevoerd,
+aldaar geraffineerd en tot brooden gemaakt te worden. Ik moet opmerken,
+dat hoe grooter de korrels zyn, hoe beter de suiker is, en dat geen
+Land tot derzelver voortplanting meer geschikt kan zyn, dan Guiana. De
+rykdom van eenen onuitputtelyken grond brengt te weeg, dat 'er drie
+of vier vaten suiker van een akker komen. In 't jaar 1771, voerde
+men niet minder dan vier-en-twintig duizend vaten uit naar Rotterdam
+en Amsterdam alleen, het welk tegen zes ponden sterling het vat, (en
+zomtyds maakt men 'er het dubbeld van,) eene somme van by de honderd
+vyftig duizend ponden sterling uitmaakt, zonder van eene groote
+meenigte kill-devil en suiker-syroop te spreken. De laatstgemelde,
+die men op zeven duizend vaten voor dit zelfde jaar kan rekenen,
+wierd voor vyf-en-twintig duizend ponden sterling aan de Engelschen
+in America verkogt. De kill-devil word in Surinamen; ten gebruike der
+Negers gestookt; men kan haar bedragen op dezelfde somme rekenen:
+het geen, alle drie by elkander gerekend, omtrent tweemaal honderd
+duizend ponden sterling 's jaars uitmaakt.
+
+De kill-devil is ook een drank, welke zommige Planters gebruiken;
+maar zy is vooral voor soldaten en matroozen. Wanneer ze nieuw is,
+is zy een langzaam vergift voor elken Europeaan. De Negers hebben
+'er nooit hinder van; integendeel, ze is hun zeer noodzakelyk en zeer
+goed, vooral in het regen-saisoen. Geen gedeelte van het suikerriet
+is nutteloos. Het gemalen riet en de bladeren dienen tot mest, om
+het land vet te maken.
+
+Alle de Plantagien worden door bosschen omringd. Eene meenigte wilde
+beesten rechten aldaar groote verwoestingen aan: men laat door honden
+jacht op hen maken, en de Negers dooden ze dikwils. Na het geen ik
+omtrent dit stuk alleen gezegd heb, kan men zig van den natuurlyken
+rykdom van dit Land een denkbeeld vormen, maar ik twyffel echter
+of de Volkplanting van Surinamen, zoo zy immer in andere handen,
+dan die der Hollanders, overging, van zulk een aanzienlyk gewicht
+blyven zoude. 'Er zyn 'er geenen, die geduld, vlyt, en onvermoeidheid
+in zulk een hoogen trap bezitten.
+
+Ik keer tans tot myn verhaal te rug. Ik heb gezegd, dat de slaven,
+die ter myner beschikking stonden, bezig waaren met eene wooning
+te maaken, om JOANNA daar in te ontfangen: zy voltooiden het in
+vyf of zes dagen. Het bestond uit een kamer tot gezelschappen,
+ook tot een eetkamer dienende; een slaapkamer, waar in ik alle
+myne goederen bergde; en een zoort van gang, om buitenwaards lucht
+te scheppen. Eene kleine keuken, en een groot hoenderhok waaren
+'er van afgescheiden. Rondom stonden heiningen, en de ligging was
+verrukkelyk. De tafels, de stoelen, en de banken, die myn huisraad
+uitmaakten, waaren ook van Latanus-boomen hout. De deuren en vensters
+waaren gesloten, door middel van konstig gemaakte houte sloten
+en sleutels, welke een Neger my gegeven had, en door hem gewerkt
+waaren. Alles in dier voegen gereed zynde, was myne eerste zorg, om in
+deeze wooning den voorraad te doen plaatsen, dien ik van Paramaribo
+had medegebragt. Dezelve bestond in een vaatje meel; een ander met
+ingezouten makreel, die in dit Land lekker is, en welke men aldaar uit
+Noord-America aanbrengt; in hammen; ingelegd vleesch, en Bostonsche
+bifchuit. Ik had ook wyn, Jamaicasche rhum, thee, suiker, en een kistje
+met spermacetie-kaarssen. De heer KENNEDY had my van zyne Plantagie
+Vriedyk twee fraaije vreemde schapen en een varken gezonden. De moeije
+van JOANNA gaf my twee douzyn verschillende zoorten van gevogelte; de
+groenten en vruchten, het wildt en de visch ontfing ik van alle kanten.
+
+Den eersten April, voer JOANNA de Rivier af, en kwam op de Hoop met
+het vaartuig van Fauconberg, door agt Negers geroeid wordende. Ik
+gaf haar dadelyk bericht van den inhoud van den brief, dien ik naar
+Holland had geschreven. Zy bedankte my met veel zedigheid, maar haare
+oogwenken waaren levendiger, dan haare gesprekken. Ik bragt haar in
+haare nieuwe wooning, alwaar de Slaven der Plantagie, ten teeken van
+achting, haar dadelyk geschenken deeden van cassaves, ignames, bananes,
+en plantains. Nimmer waren twee gelieven gelukkiger. Zoo vry zynde,
+als de heesters van het woud, ademden wy de zuiverste lucht in. Het
+vergenoegen en de gezondheid waren myn deel; en myne gezellinne, van
+jeugd en schoonheid schitterende, verwekte de afgunst en verwondering
+der geheele Volkplanting.
+
+De Colonel FOURGEOUD, toen besloten hebbende de bosschen te verlaten,
+en te Maagdenberg, een post aan den mond van de Commewyne gelegen,
+zyn leger neer te slaan, zond ik hem een groote schuit, geladen met
+mondbehoeften, en met twintig soldaten onder bevel van een Officier
+bemand. Ik deed vervolgens de monstering myner zee-soldaaten;
+ik had 'er niet meer dan twintig overig, zonder echter een klein
+detachement, het welk te Calis, aan den mond der Cassivinica-Kreek,
+geplaatst was, daar onder te rekenen: iets hooger aan dezelve kreek,
+en op eene Plantagie, Coupy genaamd, waren ook een Officier en eenige
+soldaten geplaatst.
+
+Den 4den, des morgens, was ik getuige van een zonderling gevecht
+tusschen twee slangen, de eene van omtrent drie voeten lang, de
+andere alleenlyk van veertien duimen. Het duurde byna anderhalf uur,
+geduurende welken tyd de draaien en kronkelingen deezer dieren zeer
+merkwaardig waren; en het eindigde met den nederlaag van de kleinste,
+welken de grootste by den kop nam, en geheel en al levendig inslokte.
+
+Myn Neger, den zelfden dag, eenige kleine gloeijende kolen hebbende
+weggeworpen, zag ik met zeer veel verwondering een kikvorsch dezelve
+gretig inslokken, zonder dat zy 'er eenig kwaad van scheen te gevoelen;
+ongetwyffeld zag zy die voor vuur-muggen aan. Ik zag ook, in een
+suiker-molen, een kikvorsch, die zig op mieren vergastte, welker
+getal ter deezer plaatse zeer groot was. Zy lekte dezelve met haare
+tong op, naar maate zy voor haar henen liepen. Een andere kikvorsch
+sliep dagelyks op een der balken van myne wooning, en verliet dezelve
+doorgaans des nachts. De Negers noemden haar yombo-yombo, uit hoofde
+van de kracht, waar mede zy sprong. De kikvorsch van dit zoort is
+zeer klein; een weinig plat; derzelver huid heeft eene fraaije geele
+kleur, met zwarte en scharlaken vlakken. Men vindt ze dikwils in
+de bovenkamers der huizen. Het evengemelde beestjen ons zeer fraay
+voorgekomen zynde, verboden wy het zelve aan te raken.
+
+Den 8sten tusschen zes en zeven uuren des morgens, terwyl wy een van
+onze Sergeanten begroeven, hoorden wy verscheiden schoten met klein
+geschut, naar den kant van de Pereca, en ik zond dadelyk een Officier
+en twaalf soldaten af, om van dien kant te hulp te komen. Zy kwamen des
+anderen daags te rug, en zeiden my, dat de muitelingen de Plantagie
+Kortenduur hadden aangevallen, alwaar zy met plonderen bezig waaren;
+maar dat de bewooner alle zyne Slaven gewapend hebbende, deezen de
+eerstgemelden hadden genoodzaakt de vlucht te neemen, zonder dat men
+eenige andere hulp noodig gehad hadde.
+
+De Colonel FOURGEOUD zond my van de Wana-Kreek, eene kleine
+bezending van krygsvolk, die den 11den op de Hoop aankwam, met den
+Neger SEPTEMBER, die steeds gevangen bleef. De soldaten verhaalden,
+dat de muitelingen, met den Bevelhebber gesproken hadden, en hem
+in 't aangezicht hadden uitgelachen, toen zy hem een bevel hoorden
+uitbrengen, om geen vuur op hen te geven, maar hen levendig gevangen
+te nemen. Ik vernam ook, dat onder de geenen, die in de bosschen
+verdoold geraakt waren, zig ook bevond de ongelukkige SCHMIDT, die
+onlangs zoo zwaar gekwetst was geworden, dat hy zig naderhand niet
+volkomen had kunnen herstellen.
+
+Den 15den, de sluisen door het hooge water overgeloopen zynde, geraakte
+onze geheele post onder water, uitgenomen het vak, waar op ik myne
+hut geplaatst had, het welk droog bleef. Door dit toeval, waren de
+Officiers en soldaten tot de knien toe in 't water. Den zelfden dag,
+kwam myn waarde vriend HENEMAN, die als vrywilliger diende, uit het
+leger van den Colonel FOURGEOUD, aan de Wana-Kreek, in een vaartuig vol
+krygsbehoeften en soldaaten. Hij was tot Lieutenant in myne Compagnie
+benoemd. Ik vernam van hem, dat de overige krygsbende Maagdenberg
+verliet, om zig naar het bovenste gedeelte van de Commewyne te begeven,
+en zig aldaar neder te slaan. Deeze arme jongeling was door elende
+en vermoeienissen uitgeput; ik beval hem aan de zorge van JOANNA,
+die hem als een broeder behandelde.
+
+Den 14den, den Colonel FOURGEOUD met zyn krygsvolk te Maagdenberg
+aangekomen zynde, kwamen de Officiers en soldaten der Compagnie, en
+de Jagers, ten getale van by de twee honderd mannen, in vaartuigen de
+Rivier afzakken, om in verschillende posten aan de Pereca verdeeld
+te worden. Zommigen van hun kwamen op de Hoop aan land, om zig te
+ververschen, en gedroegen zig zoo slecht, dat myne Officiers en ik
+genoodzaakt waaren, een half dozyn 'er van te straffen; zy vertrokken
+den zelfden dag. Ik zond vervolgens een open vaartuig van agt riemen
+af, om den Opper Bevelhebber, met eenigen van zyne Officiers, naar
+Paramaribo te brengen, van waar hy eindelyk aan den Graaf van RANDWYK
+toestond, om naar Holland scheep te gaan.
+
+Den 16den, wierd het grootste gedeelte der schapen, tot deeze Plantagie
+behoorende, ongelukkiglyk vergeven, door van eene plant te eeten, welke
+de Negers duncane noemen; maar de myne ontsnapten dit ongeluk. Het
+spyt my zeer, dat ik deeze plant niet met meerder aandacht onderzogt
+heb. Zie hier alles wat ik 'er van weet. Het is een struik met breede
+groene bladen, byna van de grootte van het Engelsch klissekruid. Het
+groeit van zelf op laage en moerassige plaatsen, en veroeorzaakt aan
+elk dier, het welk 'er van eet, oogenblikkelyk den dood. De slaven
+zyn dienvolgende verpligt in de Savane en velden, alwaar men beesten
+weidt, dit onkruid uit te trekken; want men beweert, dat de ossen
+en schapen 'er heet op zyn, hoe schadelyk het ook voor hun is, en
+schoon anders de ingeschapen neiging der dieren hen, zoo men zegt,
+de nuttige van de schadelyke planten doet onderscheiden. Een Neger had
+door onoeplettenheid deeze plant in zyn tuin laten groeien, alwaar de
+ongelukkige schapen, na het om ver werpen der heiningen, binnen kwamen.
+
+Er waaren ook, in deezen zelfden tuin, verscheide andere wortels
+en planten, die der aandacht waardig zyn. Ik vond aldaar de igname,
+een wortel, in de West-Indien zeer bekend, en die in een vetten grond
+welig groeit. Die van Surinamen weegt zomtyds drie of vier ponden, en
+een akker kan wel tien of twintig duizend ponden opbrengen: dezelve is
+zeer aangenaam van smaak, het zy gekookt, het zy gebraden, en bovendien
+zeer gezond, en gemakkelyk te verteeren. Van binnen is zy wit, en van
+buiten heeft ze eene hooge purper kleur, naar het zwart hellende. Haare
+gedaante is zeer onregelmatig. De ignames komen voort van spruiten,
+welke men op eenen korten afstand van elkander plant; en na verloop
+van zes maanden geraken zy tot haare volkomene rypheid. De bladen
+beginnen dan bleek te worden. Tot dien tyd toe hebben zy eene zeer
+donkere groene kleur. Deeze wortels kruipen langs den grond, even
+als het eiloof. Zy maaken het voornaamste voedzel der slaven in de
+West-Indien uit, en dienen hun zelfs tot brood. Men kan ze geduurende
+een jaar, of daaromtrent bewaaren; zy zyn dienstig op lange reizen,
+en men voert ze dikwils naar Engeland over. Ik zag ook nog eene andere
+zeer kleine wortel, waar aan men in Surinamen den naam van naapjes
+geeft. Men eet ze op dezelfde wyze, als de igname, maar zy is veel
+beter. Beiden vervullen hier de plaats van aardaeppelen, wortelen en
+raapen, die ons in Engeland van zulk eene groote nuttigheid zyn.
+
+Dezelve tuin bevatte ook Turksch graan, of mais, gelykende naar
+dat van Europa. Men teelt dit zeer veel in Surinamen: men geeft het
+niet alleen aan het gevogelte, en allerleije zoort van vee te eeten;
+maar men maakt 'er ook meel van, en de Creoelen bakken 'er ook lekkere
+koeken van, die daarenboven zeer voedzaam zyn. Men eet ze zomtyds met
+wortels van althea. Deeze is een zeer kleine stronk, met langwerpige
+bladeren; dezelve wortels, wel gekookt, geeven een zeer goede saus,
+wanneer men ze met peper van Caijenne aanzet; maar derzelver slymige
+aart maakt ze niet zeer smakelyk.
+
+Den avond van den dag, die voor de schapen zoo doodelyk was, met myn
+snaphaan op den schouder wandelende, schoot ik een vogel, alhier
+Soubacou genaamd. Het was een zoort van grauwe ryger. Zyn bek en
+pooten waaren zeer lang, en van een zeer donker groene kleur. De
+laatstgemelde scheenen met breede schubben bedekt te zyn, van eene
+harde en hoornachtige zelfstandigheid; en de nagels van elken klaauw in
+het midden der poot waaren getand. Deeze vogel, schoon van de grootte
+van een gewoon hoen, was zoo ligt als een duif. Toen hy gereed gemaakt
+was, vonden wy in hem een visch-smaak.
+
+Ik heb zedert eenigen tyd geen trek van wreedheid aangehaald, en
+ik heb my deswegens zeer gelukkig geacht. Het is derhalven niet
+dan met weerzin, dat ik my gedwongen zie 'er eenige te verhaalen,
+welke ik zeker ben, dat de verontwaardiging en het mededogen van
+den lezer verwekken zullen. De eerste daad van onmenschelykheid,
+die myn mededogen gaande maakte, was eene strafoeffening, welke ik
+op eene nabuurige Plantagie aanschouwde. Een fraay Samboes meisje,
+omtrent agtien jaaren oud, en geheel en al naakt, was met de armen
+aan een boom vast gemaakt. In deezen staat wierd zy door zweepslagen,
+die twee Negers haar toebragten, zoo verschrikkelyk van een gereeten,
+dat het bloed uit haar lichaam van het hoofd tot de voeten gonsde. Dit
+ongelukkig schepzel had reeds twee honderd slagen ontfangen, toen
+ik haar vernam, hebbende het hoofd op haaren boezem hangende, en
+het akeligst schouwspel opleverende. Ik liep naar den Opzichter,
+en bad hem, dat hy haar oogenblikkelyk zoude doen losmaken,
+vermits zy haare straf geheel had ondergaan. Maar hy antwoordde
+my zeer eenvoudig, dat hy, om de vreemdelingen te beletten van zig
+met zyn bestuur te bemoeijen, zig tot eenen onveranderlyken regel
+had voorgeschreven, om de straf te verdubbelen, ingevalle iemand
+hunner voor den schuldigen spreeken wilde; en de wreedaeart liet de
+strafoeeffening oogenblikkelyk op nieuw beginnen. Ik wilde hem, maar
+vrugteloos, tegen houden; hy verklaarde my, dat het minste uitstel,
+wel verre om hem van besluit te doen veranderen, zyne wraak slechts
+onverzoenbaarer en verschrikkelyker maakte. My stond niets anders
+te doen, dan dit afschuwelyk wangedrocht te ontwyken, en zig, even
+als een wild beest, met bloed te laten verzadigen. Van dien dag af,
+besloot ik alle gemeenschap met de Opzichters af te breken, en ik
+konde my niet wederhouden, om hen allen te vervloeken. Naar de reden
+van deeze onmenschelyke daad onderzoek gedaan hebbende, vernam ik met
+zekerheid, dat de eenige misdaad van dit ongelukkig meisjen daar in
+bestond, dat zy de omhelzingen van haaren vervloekten beul standvastig
+geweigerd had. De schelm, door jaloersheid en wraakzucht aangedreven,
+deed, onder voorwendzel van ongehoorzaamheid, haar zoo levendig van
+een ryten. Ik heb dit arm meisjen in den staat, waar in ik haar vond,
+afgeteekend, en ik ben overtuigd, dat dit gezicht het medelyden van
+elk gevoelig mensch verwekken zal.
+
+Tot hier toe geene gelegenheid gehad hebbende, om van de Samboes te
+spreken, zal ik tans zeggen, dat het een zoort is tusschen mulatten
+en negers in. Zy zyn van eene donkere koper-kleur; zy hebben zwarte
+en ligt gekrulde hairen. Deeze slaven, zoo mans als vrouwen, zyn over
+'t algemeen zeer fraay, en de Planters gebruiken ze voornamelyk tot
+den dienst binnen hunne huizen.
+
+By myne te rug komst op de Hoop, sprak de Opzigter der Plantagie,
+EBBER, my aan, en zeide my met traanen in de oogen, dat hy veroordeeld
+was in eene boete van twaalf honderd guldens, ter zaake dat hy dezelfde
+straf aan een mans slaaf had doen uitvoeren, maar met dit onderscheid,
+dat het ongelukkig slachtoeffer staande de strafoeeffening stierf. Wel
+verre van hem te troosten, antwoordde ik hem, dat zyn hartzeer my
+een onuitspreekelyk genoegen deed.
+
+Zie hier de byzonderheden van deezen moord. Terwyl de Capitain TULLING
+op de Hoop het bevel voerde, en kort voor myne aankomst op deeze
+Plantagie, was een Neger op eene nabuurige Plantagie overgeloopen,
+van waar men hem te rug bragt, door twee gewapende slaven geleid
+wordende. De Neger, terwyl de Opzichter den brief van zynen medebroeder
+van de nabuurige Plantagie, hem over deeze zaak geschreven, las,
+vond middel om te ontsnappen, en verschool zig in het bosch. EBBER,
+woedend zynde, wreekte zig op de twee slaven, die den gevangen hadden
+laten ontkomen, en deed hen op de werkplaats van den timmerman vast
+binden. Op zyn bevel geesselde men hen zoo onbarmhartig, dat de
+Capitain TULLING geraden vond genade voor hun te verzoeken; maar hy
+ondervond het zelfde lot als ik, zyne tusschenkomst bragt eene geheel
+tegenstrydige uitwerking voort naar 't geen hy verwagtte. Het geruisch
+der slagen, en het grievend geschreeuw deezer ongelukkigen, lieten
+zig meer dan anderhalf uur hooren, en deeze wreede strafoeffening
+eindigde niet, dan met den dood van een van beiden. Men dagvaardde
+EBBER dadelyk wegens begaane moord. Hy wierd overtuigt, en alleenlyk in
+de zoo even gemelde boete verwezen. De bloedprys word altoos tusschen
+den Fiscaal en den eigenaar van den vermoorden slaaf verdeeld. 'Er is
+een wet in Surinamen, dat elke Planter, mits eene somme van vyfhonderd
+guldens betaalende, een van zyne Negers mag ter dood brengen; zoo
+hy 'er een van iemand zyner gebuuren doodt, moet hy hem schadeloos
+stellen, na van de misdaad overtuigd te zyn, een zaak, die in dit
+Land zeer moeielyk is, alwaar men geen getuigenis van een slaaf
+toelaat. Dusdanig is de wetgeving in Hollandsch Guiana, met opzigt
+tot de Negers. Gemelde EBBER was een verschrikkelyke wreedaart: een
+geheel jaar lang folterde hy een jongman van veertien jaaren, genaamd
+CADETTI; men geesselde hem alle dagen, geduurende de eerste maand; men
+liet hem op den grond en op den rug met yzers aan de voeten slapen,
+geduurende de geheele tweede maand; men deed hem een driehoek [4]
+om den hals, geduurende de derde maand, om hem te beletten van in de
+bosschen te loopen; geduurende de vierde maand ketende men hem nacht
+en dag in een honden-hok, aan den waterkant, met last om te roepen,
+zoo dikwils 'er een vaartuig of kano voor by voer; de Opzichter
+veranderde eindelyk de straf van maand tot maand, en altyd op eene
+nieuwe manier; het gevolg daar van was, dat deeze jongeling geheel krom
+wierd; hy scheen geheel van gevoel beroofd te zyn, en had geen ander
+voorkomen, dan van een beest. De schelm van een Opzigter was echter
+grootsch op de schoonheid der slaven, en zomtyds zelfs, uit vreeze
+van hunne huid te bederven, strafte hy verscheiden van hun, die door
+hunne rooveryen en misdaden de galeijen verdiend hadden, alleenlyk
+met een twintig-tal geesselslagen. Zie daar, welke de openbaare en
+huisselyke rechtsoeeffening in de Volkplanting van Surinamen is. Deeze
+EBBER geraakte echter om deeze reden van de Plantagie de Hoop af, en
+zyn opvolger, (ten blyke dat hy meer menschelykheid bezat!) begon zyn
+bestuur, met alle de Negers der Plantagie, mans en vrouwen, te laten
+geesselen, om dat ze des morgens een quartier te lang geslapen hadden.
+
+De lezer verbeeld zig ongetwyffeld, dat dit de wreedheid in den
+hoogsten top is! hy bedriegt zig. Het geval, dat ik nog zal bybrengen,
+is in dit opzigt veel sterker, dan allen, die ik verhaald heb; en
+het was een vrouw, die 'er zig aan schuldig maakte.
+
+Mevrouw S.... in een open vaartuig, naar haare Plantagie gaande,
+wierd vergezeld van eene Negerin, die haar kind zoog. Deeze vrouw
+zat voor aan in het vaartuig, het kind schreeuwde, en zy kon het
+niet tot bedaaren krygen. Mevrouw S...., wien het geschrei van dit
+onnoozel wicht verveelde, gelastte aan haare slavin, om het by haar
+te brengen. Zy nam het kind toen by een arm, hield het onder water,
+tot dat het verdronken was, en vervolgens wierp zy het in den stroom
+weg. De moeder sprong uit wanhoop oogenblikkelyk in de Rivier, in het
+vast besluit, om aldaar haar leven te eindigen; maar dit lukte haar
+niet: een gedeelte der roeijers zwommen haar na, en bragten haar weder
+aan boord. Haare meesteresse deed, by haare komst op de Plantagie, haar
+drie of vier roede-slagen geven, om haar te straffen wegens de schade,
+welke zy, door zig van kant te helpen, aan haar had willen toebrengen.
+
+Den 20sten, verliet de Colonel FOURGEOUD met zyn krygsvolk, het
+welk in den deerniswaardigsten staat was, Maagdenberg; dienvolgende
+sloeg hy zyn leger neder op eene Plantagie, genaamd Nieuw Rozenback,
+gelegen tusschen mynen post van de Hoop en het Hospitaal. Ik ging
+dadelyk myne opwagting by mynen Colonel maken, en vernam aldaar den
+volgenden uitslag zyner krygsverrigtingen. Ik heb reeds gezegd, dat
+de Capitain FREDERIK was gewond geworden; een soldaat was verdwaald
+geraakt: een ander was door de muitelingen gehouwen; de gevangenen
+hadden met hunne ketenen de vlucht genomen; en de vyand spotte met
+deezen krygstocht.--Men had een zee-soldaat, die ziek was, aan zyn
+lot overgelaten; een der Slaven had den arm gebroken, ten gevolge
+van mishandelingen. Dusdanig waren de byzonderheden van deezen
+veldtocht. Ik moet egter niet vergeeten de edelmoedigheid van eenen
+armen Neger, die wegliep, om den elendigen soldaat te hulp te komen,
+en die, na hem den laatsten plicht bewezen te hebben, te rug kwam,
+om zyne straf te ontfangen; maar, tot zyne groote verwondering,
+genade kreeg.
+
+Ik moet den Colonel FOURGEOUD het recht doen wedervaaren, dat
+verscheiden deezer toevallen het onvermydelyk gevolg waren van
+zoortgelyke tochten in zulk eene luchtstreek. Zoo hy al, door een
+allerslegtsten levensregel, zyn krygsvolk deed omkomen, zonder
+muitelingen gevangen te nemen, deed hy ten minsten een gewichtigen
+dienst aan de Volkplanting, door den vyand te ontrusten, af te matten,
+en te vervolgen, derzelver legerplaatsen te verwoesten, en hunne
+schuilplaatsen te vernielen. De Colonel FOURGEOUD deelde in alle deeze
+vermoeienissen en gevaaren, en dat op zyne jaaren, het geen tegen
+de gebreken van zyn caracter in aanmerking moet genomen worden, en
+dienen kan, om hem den naam van geduldig en moedig toe te kennen. Ik
+zoude veel meer genoegen hebben, met tot zynen lof te schryven;
+maar de waarheid, en het algemeen voordeel, het welk het menschdom
+daar uit trekken moet, vorderen, dat ik, de goede hoedanigheden van
+den Colonel schetsende, ook opgeeve welke zyne gebreken waren, op
+dat anderen zig door zyn voorbeeld kunnen verbeteren. Was het niet
+belachelyk, om te Paramaribo, alwaar het papier volkomen goed was,
+zyn krygsvolk in geld te betaalen, en hun op de tochten niets anders
+te geven, dan die ingebeelde munt, waar mede het onmogelyk was eene
+enkele igname, of de minste vrucht van een plantain-boom te betaalen,
+Intusschen had hy geld tot zyne beschikking; maar hy wilde tien ten
+honderd winnen met de soldy van het geheele Regiment, en dit gedrag
+bragt hem by al het volk in eene algemeene verachting.
+
+Den 21sten kwamen verscheiden Officiers my verzoeken, om op de Hoop
+het middagmaal te houden, en ik deed hun veelerhande visch opdisschen,
+waar onder waren de Kawiry, de Lamper, en de Makrely-fisy. De Kawiry
+is een kleine visch zonder schubben, met een breede kop, en twee
+lange baarden, die uit het bovenste gedeelte van den bek uitsteeken:
+men vindt hem in alle deeze Rivieren in overvloed. De Lamper is een
+zoort van lamprey, zoo als men die in de Theems vangt: de Surinaamsche
+is van eene ronde gedaante, en niet zeer dik, maar slymig en zeer vet;
+hy heeft een zee-groene kleur, met geele vlakken, uitgenomen onder den
+buik, die wit is. Deeze visch word, even als de zalm, en in de zee en
+in de rivieren gevonden. De Makrely-fisy gelykt naar de makreel, die
+aan dezelve den naam geeft; de kleur is echter minder blaauwachtig,
+en minder schitterend.
+
+Deeze maaltyd deedt groot genoegen aan myne gasten, en wy waren zeer
+vrolyk; maar, des morgens van den 22sten, wierd myne arme JOANNA,
+die onze keukemeid geweest was, door eene geweldige koorts aangetast:
+zy betuigde my haar verlangen, om naar Fauconberg te rug te keeren,
+alwaar zy door eene van haare nabestaanden konde worden opgepast, en ik
+stemde daar in toe. Den 25sten, was zy zoo ziek, dat ik besloot haar
+zoo, veel mogelyk in stilte te gaan zien; want de Colonel moest des
+anderen daags op de Hoop komen, en ik had geen lust om zyn kortswyl
+af te wagten. Ik wist, dat de loffelykste beweegreden niemand voor
+beschimping veilig stelde.
+
+Het was in deeze onderneming moeielyk voor by den post van den
+Colonel te komen, zonder gezien te worden. Aan mynen vriend HENEMAN
+myn ontwerp hebbende mede gedeeld, stapte ik des avonds ten elf
+uuren in myn vaartuig; maar toen ik tegen over Nieuw-Rozenback was,
+hoorde ik zeer onderscheidentlyk de stem van den Bevelhebber, die
+met eenige Officieren door het zand wandelde; en oogenblikkelyk riep
+een schildwacht, om met het vaartuig aan wal te komen. Ik dacht,
+dat alles zoude zyn ontdekt geworden: egter dagt ik best, aan de
+Negers te zeggen, dat zy zouden antwoorden: Killestein Nova, het welk
+de naam was van eene naby gelegene Plantagie, en men liet ons voor
+by vaaren. Kort daar na, kwam ik gezond en behouden te Fauconberg,
+alwaar ik JOANNA veel beter vond.
+
+Maar, des morgens van den 26sten, nam ik den opkomenden dageraad
+voor het maanlicht, en versliep my. Ik wist niet, op welke wyze ik
+naar de Hoop te rug zoude komen; want myn vaartuig en myne Negers
+konden niet meer voor by komen, zonder door den Colonel herkend
+te worden. Alle uitstel was nutteloos. Ik ging dus weder scheep,
+my volstrektelyk verlatende op de behendigheid der slaven, die my,
+een oogenblik voor dat wy in 't gezicht van 't hoofd-kwartier waren,
+aan land zetteden. Een van hun, my door de bosschen geleid hebbende,
+kwam ik behouden weder op de Hoop aan. Myn vaartuig kwam schielyk
+aldaar aan, maar voorzien van eene goede wacht; en de Colonel zond my
+bevel, om hen allen te doen afkloppen, om dat zy zonder verlof waren
+uitgegaan; want zy hadden tot hunne verschooning gezegd, dat zy voor
+hunnen meester waren gaan visschen.
+
+Hunne getrouwheid jegens my, ter deezer gelegenheid, was waarlyk
+verwonderlyk: zy verklaarden allen, dat zy zig liever in stukken
+hadden laten houwen, dan de geheimen van eenen zoo goeden meester te
+verraden. Echter hield alle gevaar voor hun op. Ik bekragtigde het
+geen zy gezegd hadden, en voegde 'er by, dat de visch geschikt was,
+om 'er den Colonel op te onthalen. Ik deelde vervolgens twee kruiken
+rhum onder deeze brave lieden uit. Deeze trek kan een denkbeeld
+geven van de zwakheid van een Europeaan, zoo wel als van den moed en
+standvastigheid van een Africaan.
+
+Onaeangezien alle myne toebereidzels, ontfing ik het bezoek van den
+Bevelhebber eerst op den 28sten; maar des morgens van den 26sten,
+kwam JOANNA te rug, vergezeld door eenen grooten Neger, die haar
+oom was, en op een der armen een zilvere plaat droeg, waar op deeze
+woorden stonden: Getrouw aan de Europeanen. Deeze man, genaamd COJO,
+die vrywillig en de eerste tegen de muitelingen gevochten had, had
+zig naderhand genoodzaakt gezien, om zig weder by hen te voegen,
+uit hoofde der mishandelingen van M. D. B. en van den Opzichter. Hy
+verhaalde my het volgende geval: "Gy ziet dit kind, zeide hy,
+my een klein meisje, TAMERA genaamd, het welk hy by de hand hield,
+aanbiedende: haar vader is genaamd JOLI-COEUR; hy is de eerste Capitain
+onder BARON, en de onverschrokkenste van allen de muitelingen van het
+bosch; het geen hy nog laatstelyk heeft doen zien op eene Plantagie,
+gelegen naby Nieuw-Rosenback, alwaar uw Colonel tegenwoordig het bevel
+voert. De Opzichter deezer Plantagie was een Jood, genaamd SCHOULTS,
+die het bevoorens op Fauconberg geweest was. De muitelingen verscheenen
+aldaar eensklaps, en maakten 'er zig meester van, zy bonden SCHOULTS,
+plonderden het huis, en begaven zig tot dansen, en het maken van goeden
+cier, alvoorens zy dagten om over hunnen gevangen te beschikken. In
+deeze akelige gesteldheid, verwagtte deeze niets anders dan het teeken
+tot zynen dood, wanneer zyn oog by toeval op den Capitain JOLI-COEUR
+viel, wien hy deeze woorden te gemoet voerde: "Myn lieve JOLI-COEUR,
+gedenk aan SCHOULTS, die alleenlyk de gemachtigde van uwen meester
+was; herinner u alle de vriendelykheden, die ik u geduurende uwe
+kindsheid bewezen heb; gy waart myn gunsteling; herinner u dit, en
+breng door uwen vermogenden invloed te weeg, dat men my het leven
+gunne".--Het antwoord van JOLI-COEUR is merkwaardig.--Ik herinner
+my dat alles volkomen; maar, geweldenaar, herinner u, dat gy myne
+arme moeder hebt geschaakt, en mynen vader, die haar ter hulpe kwam,
+door geesselslagen doen van een ryten; herinner u, dat gy haar in
+myne tegenwoordigheid hebt geschonden, toen ik nog maar een kind
+was. Herinner u deeze schenddaad, en sterf door myne hand!--Op deeze
+woorden hieuw hy hem met eenen byl het hoofd af". Na dit verhaal,
+vertrok COJO met de kleine TAMERA, en ik reikhalsde met ongeduld
+naar het nieuws, het geen ik dagelyks van Amsterdam te gemoet zag,
+en, zoo ik hoopte my zelf in staat zoude stellen, om de beminnelyke
+JOANNA van het juk van zulke gedrochten te verlossen.
+
+De Colonel FOURGEOUD kwam, den 28sten, met een van zyne Officiers
+aan. Zyne houding was uittermaten ernstig; het geen my zeer leed
+deed. Ik liet hem dadelyk in myne hut komen; en zoo dra hy myne
+gezellinne gezien had, verdweenen alle de rimpels van zyn voorhoofd,
+als een damp voor de stralen der zon. Nooit heb ik gezien, dat hy
+zig met zoo veel wellevenheid gedroeg.
+
+Ik behandelde hem zoo goed my mogelyk was, en waagde het, om hem
+een verhaal van myne reize naar Fauconberg te doen: hy lachte 'er
+hartelyk om; en ons beiden de hand gedrukt hebbende, keerde hy,
+in eenen goeden luim, en volkomen voldaan, naar Nieuw-Rosenback te
+rug.--Volgens alle de omstandigheden, in dit hooftstuk vervat, kan
+ik zeggen, dat het tydperk, waar over het zelve loopt, de gulde eeuw
+was van mynen tocht naar de West-Indien.
+
+
+
+VEERTIENDE HOOFTSTUK.
+
+De Colonel FOURGEOUD keert naar Paramaribo te rug.--Het gevleugeld
+en gewapend Water-hoen van EDWARDS.--Bewys van onkunde in
+een Heelmeester;--van deugd in een slaaf;--van wreedheid
+in eenen Bevelhebber.--De roode Wulp.--De Wesp, Marobonso
+genaamd.--Orange-appelen en Limoenen.--De insecten, Chiques
+genaamd.--Het krygsvolk begeeft zig weder naar de bosschen.--De
+Kibry-Fowlo.--Verscheidene zoorten van wilde varkens.--Mieren.--De
+dans van Loango.--De Toreman.--De Poelsnip van Guiana.--Plantains en
+Bananes.--Manier om te visschen.--Visschen.--Vogelen.
+
+De Colonel, zyn vertrek tot den 29sten April hebbende uitgesteld,
+begaf zig eindelyk naar Paramaribo. Hy was door eenige Officiers
+vergezeld, die, zoo wel als hy, allernoodigst hadden zig aldaar te
+ververschen. Zyn krygsvolk, tot een zeer klein getal versmolten
+zynde, was niet meer in staat, om eenige krygsoeffening uit te
+houden, en verlangde naar rust. Geduurende zyne afwezigheid, vond
+ik my Bevelhebber der Rivier te zyn. Korten tyd voor zyn vertrek,
+zond hy my zeer merkwaardige Instructien, onder anderen inhoudende:
+"Om aan de Planters te vragen, of de muitelingen op hunne Plantagien
+kwamen, en zoo ja, hen aan te tasten, en op de vlucht te dryven;
+maar hen niet te vervolgen, zonder zeker te zyn, van hen geheel en al
+t'onder te brengen; en ik moest voor de uitvoering van deeze beveelen
+verantwoordelyk zyn". Dit wilde zeer eenvoudig zeggen: "Dat, indien
+ik den vyand zonder goed gevolg aantastte, ik gestraft zoude worden;
+en dat, zoo ik hem in 't geheel niet aantastte, ik rekenschap van
+myne achteloosheid zoude hebben te geven". Hoe oordeelkundig andere
+artikelen ook waren, konde ik my niet wederhouden van dit zeer ongerymd
+te vinden. Ik zond het dadelyk door een Officier te rug; en, op myn
+verzoek, verbeterde men het zoodanig, dat het een verstaanbaaren
+zin had.
+
+Hoe gelukkig was ik op dit oogenblik! My ontbrak niets, en ik had myne
+bevallige gezellin steeds by my. Haar beminnelyk gezelschap verrukte
+my; haare zoete stem streelde myn oor; haare tegenwoordigheid verbande
+alle hartzeer, alle akelige herdenking uit mynen geest.
+
+Op zekeren dag in de verdronken Savanen wandelende, schoot ik een
+vogel, dien ik voor het gevleugeld en gewapend Waterhoen van EDWARDS
+herkende. Deeze fraaije vogel behoort, zoo men zegt, tot het zoort
+der Pluviers; hy heeft de gedaante van een duif; zyne pluimaadje
+heeft eene donkere kaneel-kleur of zeer donker roodachtig oranje;
+de buik en hals zyn volmaakt zwart; de vouw van elke vlerk, waar
+van de vederen een schitterend geele kleur hebben, is gewapend met
+een spoor van eene zelfstandigheid, gelyk aan hoorn, en dienende
+tot verdediging van deezen vogel: hy heeft geen staart; zyn bek is
+byna twee duimen lang; zyne pooten zyn ook zeer lang, en, even gelyk
+de bek, van een geelachtig groene kleur; zyne klauwen, vooral de
+achterste, zyn uittermaten lang; zy schynen berekend, om de zwaarte
+van den vogel in het slyk te dragen, alwaar men hem dikwils ontmoet,
+mogelyk om aldaar zyn voedzel in het water te zoeken. Dit hoen, even
+als andere zoorten van Pluviers, zwemt nooit; zyn kop is verciert met
+een scharlaken hanekam, en kleine peerlen scheiden hem den bek van de
+oogen af, even als de Moscovische eendvogel. Men vindt de gewapende
+Pluviers altoos by koppelen; en wanneer zy vliegen, fluiten zy vry
+aangenaam. Hunne ongemeene schoonheid herinnert my een anderen vogel,
+welken ik op nabuurige Plantagien gezien heb, ik bedoel de roode
+Wulp van Guiana, alhier Flamingo genoemd, [5] uit hoofde van de
+groote gelykvormigheid, die tusschen hem en den beroemden vogel van
+dien naam gevonden word. Men treft deezen Flamingo in Canada aan,
+en in verscheide noordelyke en zuidelyke gedeelten van America,
+en vooronderstelt, dat hy tot het geslacht der kraanvogels behoort,
+en zoo groot is, als een zwaan in Europa. De roode Wulp heeft echter
+alleenlyk de gedaante van een kleine Reiger; hy heeft geen staart;
+maar zyn hals, zyn gekromde en ronde bek, en zyne pooten zyn zeer
+lang; de laatstgemelde hebben vier klauwen, drie van vooren en een
+van agteren. De kop van deezen Wulp is zeer klein. Het wyfje legt
+altoos twee eieren, uit ieder van welke, na het uitbroeien, een jong
+voortkomt, eerst van een zwarte, vervolgens van een gryze, en dan
+van een witte kleur, naar mate hy in grootte toeneemt, en eindelyk
+word de geheele vogel scharlaken of karmozyn, of naar bloedkleur
+hellende. De roode Wulpen leven in gezelschap, even als de Oijevaars,
+en bewoonen voornamelyk de oevers der Rivieren, of de stranden der
+zee; en men vind ze aldaar in zulk een ongemeen groot getal, dat men
+meenen zoude, dat het zand rood geverwd was. Men houdt deeze vogelen,
+voor zeer uitgelezen, wanneer ze jong zyn; en zy zyn zoo gemeenzaam,
+dat men ze dikwils ziet lopen en eeten met het tam gevogelte, schoon
+zy echter aan het vleesch der vogelen en visschen den voorrang geven.
+
+Ik vond dus altyd eenig nieuw voorwerp om te beschryven, en ik sleet
+de gelukkigste dagen met myne geliefde JOANNA, op deeze aangenaame
+Plantagie. Maar, helaas! eensklaps was myn geluk vervallen, en ik
+verviel in de diepste moedeloosheid. De heer PASSELAIGE, te Amsterdam,
+wien ik geschreven had, om van hem de vryheid myner gezellinne te
+koopen, kwam te sterven; en het geen myne smart ten top deed ryzen,
+was de tegenwoordige staat van JOANNA, die my beloofde, dat ik binnen
+eenige maanden vader zyn zoude. Niet alleen moest myne gezellinne
+slavin blyven, maar myn eigen bloed was ook tot een gelyk lot, en
+onder zulk een bestuur bestemd!--De heer PASSELAIGE, op wien myne
+hoop gevestigd was, overleden zynde, ging de Plantagie aan eenen
+nieuwen eigenaar over. Ik konde alle deeze akelige denkbeelden niet
+verduwen, en wierd als door zinneloosheid bevangen. Myne overmaat
+van neerslagtigheid zoude my in het graf gestort hebben, zonder de
+teedere vertroostingen van JOANNA, die my overreedde, dat de heer
+LOLKENS onze hulp nog zoude kunnen zyn. In deeze droevige gesteldheid
+hoorde ik des avonds van den 4den verscheide alarm-schoten met geschut,
+van den noord-oost kant. Des anderen daags morgens, by het opkomen
+van den dageraad, zond ik eenige manschappen naar de Pereca. Dezelve
+kwamen op den middag te rug, met de tyding, dat de muitelingen de
+Plantagie Marseille aan de Cottica hadden aangevallen; maar dat
+de slaven der Plantagie hen genoodzaakt hadden de wyk te neemen,
+zoo als laatstelyk die van Kortenduur gedaan hadden. De muitelingen
+hadden ook een gedeelte der Indianen mishandeld, welken zy verdacht
+hielden van aan de Planters hulp verschaft te hebben. Ik vernam nog
+te gelykertyd, dat men eene zamenzweering van Negers te Paramaribo
+ontdekt had. Zy hadden het ontwerp gevormd, om zig by de muitelingen
+te voegen, na alle de inwooners vermoord te hebben. De hoofden der
+zamenzweerders wierden ter dood gebragt.
+
+Des morgens van den 26sten, hoorden wy nog verscheiden schoten in
+het bosch. Vreezende, dat dit Europeesche manschappen zyn mogten,
+die van den weg afgedwaald waren, gelastte ik myne schildwagt, om
+deeze noodschoten, een voor een, met zyn snaphaan te beantwoorden,
+en ik voegde daar by twee tambours, die twee uuren agter den anderen
+trommelen zouden. Eindelyk verscheenen een Sergeant en zes soldaaten
+van 's Compagnies krygsvolk, tot den post van Reidwyck aan de Pereca
+behoorende, welke geduurende drie dagen in het bosch waaren verdwaald
+geraakt. Zy hadden noch hangmatten, noch levensmiddelen, noch drank,
+en zy waren byna dood van vermoeienis, honger en dorst. Ik onthaalde
+hen zoo goed ik konde, en, tot myn groot genoegen, kregen zy wel dra
+hunne kragten weerom. Een van hun echter wierd eenige uuren lang van
+zyn gezicht beroofd, door het steeken van een zoort van Wespen, in dit
+Land bekend onder den naam van Marobonso, die uittermaten groot zyn,
+zig in de holen der boomen ophouden, de sterksten van het zoort der
+beijen zyn, en zoo hevig steeken, dat de pyn daar van allergeweldigst
+is, en de koorts veroorzaakt.
+
+Den 12den, na de Cottica twee maalen te hebben overgezwommen, kwam ik
+verkleumd t'huis, en des anderen daags had ik de koorts. Ik ontrustte
+er my weinig over, en dacht, dat ik door een gematigden levens-regel,
+en de hulp van limonade en tamarinden, die op de Hoop in overvloed
+groeien, spoedig zoude genezen zyn.
+
+Den 16den, bevond ik my, op de zwakheid na, volmaakt hersteld. Maar
+denzelfden dag, des morgens ten tien uuren, met JOANNA voor myne
+wooning zittende, ontving ik een onverwagt bezoek van den heer STEEGER,
+een van onze Heelmeesters. Na myn pols gevoeld, en myne tong bekeken
+te hebben, verklaarde hy my, zonder omwegen, dat ik des anderen daags
+een lyk zoude zyn, indien ik zyn voorschrift niet volgde. Dit gezegde
+deed op my zulk eene uitwerking, dat ik, schoon op alle andere tyden
+geene geneesmiddelen inneemende, niet aarzelde, om het geen hy my
+aanbood, en door hem in een glas was gereed gemaakt, in te zwelgen;
+maar ik viel byna oogenblikkelyk gevoelloos op den grond.
+
+Ik bleef in dien staat tot den 20sten. Het gebruik van myne zinnen
+wederom krygende, bevond ik my op een matras leggende, en myne arme
+JOANNA, die in traanen wegsmolt, naast my zittende. Uit vreeze, dat
+ik my ontrusten mogt, verzogt zy my, om haar geene vragen te doen;
+maar des anderen daags verhaalde zy my al wat my was wedervaren. Op
+het oogenblik, dat ik viel, deed zy my door vier Negers opneemen, die
+my nederleiden ter plaatse, alwaar ik my nog bevond. De Heelmeester,
+my op verscheidene plaatsen Spaansche vliegen gelegd hebbende,
+dog zonder eenige werking, zeide, dat ik dood was, en verliet de
+Plantagie. Toen liet men myne doodkist maken, om my den 17den te
+begraven, het geen JOANNA voorkwam, door tot het verkrygen van eenig
+uitstel op de knien te vallen. Dadelyk zond zy iemand af naar haare
+moeije, ten einde haar goede azyn, en een fles zeer oude Champagne wyn
+te zenden. Zy bediende zig van den eersten, om my by aanhoudenheid de
+slapen van het hoofd te wryven; zy doopte 'er verscheide neusdoeken
+in, waar mede zy my de gewrichten van de handen, en de voeten omwond;
+eindelyk gelukte het haar, om my eenige droppels zeer warmen wyn in
+een theelepel binnen te krygen. Dit arme meisje, had my, met myn
+kleine QUACO en een ouden Neger, al dien tyd bewaakt, in de hoop,
+dat ik 'er nog van zoude mogen opkomen, een geluk, waar voor zy tans
+God dankte. Ik konde haar niet antwoorden en dank zeggen, dan door
+eenige traanen, en met haar teederlyk de hand te drukken.
+
+Intusschen ontsnapte ik den dood; maar in weerwil van de zorgen van
+dit uitmuntend meisjen, aan wien alleen ik het leven verschuldigd was,
+was ik tot den 15den Juny buiten staat, om alleen te kunnen gaan. Ik
+was zoo zwak, dat men my als een kind moest te eeten geven, en twee
+Negers droegen my in een zoort van leuning-stoel. De arme JOANNA,
+die zoo veel voor my geleden had, was toen zelve zeer ziek.
+
+Deeze staat was zeer verschillende van dien, waar in ik my nog zoo
+kort geleden bevond. Ik genoot vergenoegen en gezondheid, en op dit
+oogenblik was ik van beiden beroofd. De heer HENEMAN, myn vriend,
+die my dagelyks kwam zien, zeide my, dat hy hebbende willen weten,
+waar in het geneesmiddel, het geen ik had ingenomen, en my noodwendig
+zoude hebben van kant geholpen, bestond, hy ontdekt had, dat het zelve
+niet minder was, dan vier greinen braak-wynsteen, onder veertig greinen
+ipecacuanha gemengd: de Heelmeester had over myn gestel geoordeeld,
+naar mate van myne grootte, die by de zes voeten is. Ik was over deeze
+trek van onkunde verontwaardigd. Den 4den Juny, een glas vol Madera
+wyn op de gezondheid van zyne Britsche Majesteit gedronken hebbende,
+zag ik deezen knaap verschynen, om my een tweede bezoek te geven. Ik
+nam dadelyk een der stokken, dienende om myne leuningstoel te dragen,
+en liet dien op het hoofd van den weetniet vallen; want ik had nog
+geen kragt genoeg, om hem een slag toe te brengen. Hy vroeg naar
+niets meer, en begaf zig zeer schielyk weder in zyn vaartuig. Myne
+Negers groetten hem, by zyn vertrek, met drie vreugde-galmen.
+
+Twee der kloekmoedigste lieden, die in de Volkplanting waren, de
+Capitain FREDERIK, en de Capitain STOELEMAN, welke laatstgemelde
+tot het krygsvolk der Compagnie behoorde, begaven zig toen met de
+Neger-Jagers in de bosschen. Zy doodden drie of vier muitelingen,
+en namen een gelyk getal gevangen, die van honger stierven, waar
+aan zy blootgesteld waaren, na dat de Colonel FOURGEOUD de bosschen
+doorkruist, en hunnen oogst vernield had. Twee andere muitelingen,
+op de Plantagie van den heer WINEY, aan de Patamaca-Kreek, hebbende
+willen stelen, wierden door de slaven gedood, die vervolgens aan elk
+van hun de rechte hand afkapten. Zy lieten dezelve droogen, en zonden
+ze naar Paramaribo.
+
+Den staat van zwakte, waar in ik was, my tot allen dienst onbekwaam
+makende, stelde ik het bevel op de Hoop, in handen van den Officier,
+die in rang op my volgde. Denkende, dat de verandering van lucht
+my goed zoude doen, ging ik, na daar van aan den Colonel bericht
+gegeven te hebben, naar eene nabuurige Plantagie, Egmond genaamd,
+en aan den heer DE CACHELIEU, een Fransch Edelman, toebehoorende. Ik
+wierd vergezeld door JOANNA, eenen blanken bedienden, en mynen kleinen
+Neger. De heer DE CACHELIEU had my verscheidene maalen genoodigd, om
+hem te komen zien, en niets was tot myn herstel geschikter, dan zyn
+vrolyk gezelschap, en zyne gastvryheid. Hoe zeer waaren echter deeze
+hoedanigheden het tegen overgestelde van zyne onrechtvaardigheid en
+wreedheid omtrent zyne slaven! Zie hier een voorbeeld van de manier,
+waar op hy dezelven behandelde. Twee Negers hadden eene geesseling
+verdiend, om dat zy in zyn magazyn met geweld waren ingedrongen, en
+gestolen hadden, en zy wierden met eenige zweepslagen vry gelaten,
+om dat ze nog jong waren, terwyl twee anderen, die ongelukkiglyk ouder
+waren; verwezen wierden, om voor een geringe twist drie honderd slagen
+te ontfangen.
+
+Aan den heer DE CACHELIEU naar de reden deezer partydigheid gevraagd
+hebbende, antwoordde hy my, dat die twee jonge lieden eene zeer
+fraaije huid hadden, en werken konden; maar dat de anderen oud
+en zedert lang verminkt zynde, tot niets meer goed waren, en dat,
+wanneer zy omkwamen, de Plantagie het onderhoud, het geen men hun
+zonder nut verschafte, zoude uitwinnen.--Eenige dagen te vooren,
+deed op Arentsrust, eene andere Plantagie beneden de evengemelde,
+de Opzichter aan eenen ongelukkigen Neger, die hem uit naam van den
+eigenaar een brief bragt, over welks inhoud deeze Opzichter niet
+voldaan was, vier honderd geesselslagen geven, en zeide hem, dat hy
+dit antwoord konde brengen aan den geen, die hem gezonden had.
+
+Maar laten wy tot mynen gastheer te rug keeren. In weerwil van zyne
+wreedheid omtrent zyne Negers, was hy jegens alle anderen beschaafd,
+vriendelyk, gastvry, en zeer wellevend. Ik zag op zyne Plantagie een
+groot getal Chineesche oranjeboomen. Derzelver vruchten verschillen van
+de andere oranje-boomen daarin, dat ze van binnen veel doorschynender
+zyn, en een veel geuriger smaak hebben. De schil is ook veel gladder,
+dunner en bleeker. Maar schoon men zonder hinder eene groote meenigte
+gewoone oranje-appelen eeten kan, kan men dit niet zeggen van,
+de Chineesche, wier onmatig gebruik in deeze Volkplanting steeds
+gevaarlyke gevolgen gehad heeft. Deeze vrucht is van het zelfde zoort,
+als die van Lissabon aankoomt, en waarschynlyk zyn het de Portugeezen
+of Spanjaarden, die deeze oranje appelen in Guiana gebragt hebben. Men
+kan gemakkelyk naargaan, dat de oranje-appelen van dit zoort, als
+gouden trossen in volkomene rypheid van de boomen afvallende, van
+veel lekkerder smaak zyn; dan die wy in Engeland eeten, werwaarts
+men ze zend, wanneer ze nog groen zyn; het is waar, dat zy aldaar
+vervolgens van kleur veranderen; maar zy komen aldaar nimmer tot
+hunne waare rypheid. Men kan zig ligtelyk een denkbeeld maken van
+de geur, die de bloemen van alle deeze oranje-boomen, waar van men
+hier de fraaiste ruikers maakt, verspreiden. Op de Plantagie Egmond
+vond ik ook eenige schoone limoenboomen; de vruchten waren groot, en
+hadden een zeer dikke schil. 'Er waren ook nog zeer zoete limoenen,
+maar die zeer klein, en naar myn oordeel zeer smakeloos zyn.
+
+Na van de lekkere vruchten van den heer DE CACHELIEU gesproken
+te hebben, moet ik zyne uitstekende Fransche wynen, en vooral zyn
+Muscaat-wyn, niet vergeten. In weerwil van soo veele uitgelezene
+zaaken, bleef ik steeds zeer zwak, en zonder eetlust. Hoopende, dat
+het te paard ryden my dienst zoude doen, besloot ik, om de gastvrye
+wooning van deezen beminnelyken Franschman te verlaten, en verlof te
+vragen, om eenigen tyd te Paramaribo te gaan doorbrengen.
+
+Den Colonel FOURGEOUD den 9den op Cravassibo aangekomen zynde, om
+aldaar zyne krygsverrigtingen te hervatten, schreef ik hem een brief,
+om dit verlof te verkrygen, en zes maanden soldy, die my verschuldigd
+waren, te vorderen. Hy antwoordde my den 12den en sloeg my het een
+en ander verzoek af, maar in Zulk een onbeleefden styl, als ik van
+hem niet verwagtte. Hy scheen aan mynen yver te twyffelen, en schoon
+hy wel wist, dat ik ziek was, weigerde hy my myn geld, en de noodige
+geneesmiddelen, om myne gezondheid te herstellen. Ik was daar over
+zoo veroentwaardigd, dat ik hem een tweeden brief zond, waar in ik hem
+verklaarde buiten staat te zyn, om iets te doen of te verzoeken, dat
+met myne eer strydig was, waar van ik hem alle bewyzen geven zoude,
+die hy eenigzints konde vorderen. Door zwakte geen dienst kunnende
+doen, volgde ik mynen brief na verloop van twee dagen, en ik vertrok
+met den heer DE CACHELIEU, in een overdekt vaartuig van agt riemen.
+
+Ik stelde my voor, dat de Colonel by myne komst woedend tegen my zoude
+zyn; dat hy my in arrest zoude doen gaan, en my eenige uitlegging
+op myne brieven zoude afvorderen; maar hoe buitenspoorig hy zig ook
+mogt aanstellen, ik vreesde hem niet, want na alle zyne pogingen om
+my ongelukkig te maken, verlangde ik den dood boven andere wreedheden.
+
+De heer DE CACHELIEU, ook vermoedende, dat de Bevelhebber tegen my
+een groot geweld zoude maken, vergezelde my, toen ik by hem ging, doch
+beiden waren wy bedrogen. De Colonel gaf ons zeer beleefdelyk de hand,
+en vroeg ons beiden ten eeten, als of 'er tusschen hem en my niets
+was voorgevallen, maar ik zag die gemaakte houding met verachting,
+en weigerde zyne uitnoodiging, zoo als ook de Planter deed. Toen
+ik hem verzogt had my de reden te verklaaren, die hem bewogen had,
+om my myn verzoek af te wyzen, en my zulk een vreemden brief te
+zenden, antwoordde hy my: ---- Dat dertig of Veertig Oucas-Negers,
+die onze bondgenooten waren, hem bedrogen hadden, door niets te doen
+van het geen zy beloofd hadden, terwyl zy in de bosschen waren, en
+hy zelf zig op Paramaribo bevond; dat hy dienvolgende besloten had,
+zyne krygsverrigtingen met dubbelen yver voort te zetten. Dit was de
+reden, die hem bewogen had, niet alleen om my het verzogte verlof te
+weigeren, maar om zelfs aan alle de zieke Officiers te gelasten, zig
+oogenblikkelyk by hem te vervoegen, zonder 'er zelfs een enkele van uit
+te zonderen tot bewaaring van de vaandels en de krygskas, welke hy aan
+een Quartiermeester had toevertrouwd. De Colonel sprak de waarheid wel,
+en hy had dezelve niet te kort gedaan, met 'er by te voegen, dat zyne
+ingekankerde haat tegen eenige andere Officiers en my, hem aanzette,
+om alles tot ons verderf aan te spannen. Ik moet niet vergeten te
+verhaalen, dat hy omtrent deezen tyd de orde regelde, welke in het
+doen der tochten moest gevolgd worden. Te vooren geschiedde alles
+met verwarring, het geen by vervolg nog maar al te dikwils voorviel.
+
+Byna twee maanden te Egmond hebbende doorgebragt, zonder my aldaar te
+kunnen herstellen, en zonder verlof te verkrygen, om naar Paramaribo
+te gaan, verkoos ik liever het bevel op de Hoop te hernemen. De heer
+DE CACHELIEU vergezelde my derwaarts, en ik onthaalde hem aldaar zoo
+goed my mogelyk was.
+
+Ik vond op de Hoop mynen vriend HENEMAN, die toen Capitain was. Zoo wel
+als verscheiden anderen van het krygsvolk, was hy aldaar ziek geworden,
+en men had hem gelaten zonder geld, zonder Heelmeester, zonder
+geneesmiddelen. Echter had de Stad Amsterdam verscheide vaten wyn,
+ingelegde groenten, en andere versche voorraad gezonden; maar alles was
+voor onze kwynende krygsbenden onzichtbaar, schoon dit zekerlyk het
+oogmerk van deeze Stad niet was. Ik deed alhier vergeefsche moeite,
+om ons aandeel in alle deeze mondbehoeften te verkrygen; noch geld,
+noch geneesmiddelen, noch wyn, noch eenig zoort van ververschingen
+wierden ons toegezonden. Dus hield onze kwyning aan, en wy verloren
+onze kragten, in plaats van die wederom te krygen. Ik had echter de
+minste reden van klagen, want ik wierd door JOANNA en myne dienstboden,
+die, daags na myne aankomst op de Hoop, de Plantagie van den heer DE
+CACHELIEU verlieten, bediend; en voorts ontfing ik, als naar gewoonte,
+geschenken van alle kanten. De grootste onaangenaamheid, welke ik
+toen ondervond, bestond daar in, dat ik de voeten vol insecten had,
+chiques genaamd, het geen ik gedeeltelyk toeschreef aan het dragen
+van schoenen en koussen, geduurende myn verblyf op Egmond. Ik heb
+reeds gezegd, dat deeze insecten op Devil's-Harwar uittermaten talryk
+waren, en ik zal deeze gelegenheid waarnemen, om dezelve op een meer
+opzettelyke wyze te beschryven.
+
+De chiques zyn kleine zandluizen, die tusschen vel en vleesch
+doordringen, maar in 't algemeen onder de nagels van de voeten,
+zonder dat men ze gevoelt. Zy zuigen aldaar het bloed, en worden
+als een groote luis, en de jeukte, die zy dan veroorzaaken, is
+alleroenaangenaamst. Vervolgens komen zy te voorschyn, onder de
+gedaante van een blaasje, het welk vol eieren of neeten is, en indien
+men het breekt, zoo veele jongen voortbrengt. Dezelve verspreiden
+zig in het zieke deel, en veroeorzaaken aldaar zweeren, die dikwils
+zoo gevaarlyk zyn, dat ik een soldaat gekend heb, wien men met een
+scheermes de voetzool moest afsnyden, om hem te geneezen. Men heeft
+in dergelyke gevallen tot de afzetting dikwils toevlucht genomen;
+en verscheiden lieden hebben zelfs het leven verloren, om dat zy
+verzuimd hadden deezen vervloekten worm in tyds te doen verhuizen. Op
+het oogenblik derhalven, dat men een zoort van brandende pyn gevoelt,
+en eene ongewoone roodheid aan den voet bespeurt, is het tyd, om de
+chique, die 'er de oorzaak van is, 'er uit te haalen. Dit doet men
+met een naald, en de Negerinnen zyn 'er zeer bekwaam toe. Zy dragen
+zorg, om geene onnoodige pyn te veroeorzaaken, en om het insect,
+noch deszelfs nest in de wonde niet te breeken. Op derzelver opening
+leggen zy vervolgens asch van tabaks-bladen, en in korten tyd is men
+geneezen. Op het oogenblik, dat ik 'er door besmet was, nam JOANNA eene
+naald, en haalde uit myn linke voet, tot drie-en-twintig van deeze
+insecten. Zy huisvesten allen onder de nagels, en men kan naargaan,
+welk eene verschrikkelyke pyn ik uitstond. Deeze zelfde insecten
+dragen by de Spanjaarden te Carthagena den naam van Niguas.
+
+Den 21sten, ontfing ik een brief van den Bevelhebber, niet in antwoord
+op dien, welken ik hem laatst gezonden had, maar, vermits hy zig in de
+bosschen ging begeven, eenen last vervattende, om hem te Cravassibo,
+alwaar toen het hoofd-quartier was, alle de mond- en krygsbehoeften,
+alle de bylen, alle de kook-ketels toe te zenden, welke men op de Hoop
+niet volstrekt noodig had. Ik deed ze hem des anderen daags toekomen:
+maar de levensmiddelen waaren 'er in eene kleine hoeveelheid; want
+een schuit, geladen vol met ossen- en varkens-vleesch, voor den post,
+alwaar ik my bevond, had in de Rivier schipbreuk geleden.
+
+Den 25sten, wierd de heer STEGER, die Heelmeester, welke my byna had
+doen omkomen, zoo dat ik de gevolgen van zyne onkunde nog gevoelde,
+van het Regiment weggezonden, als onbekwaam tot de uitoeffening van
+zyn beroep. Schoon myne gezondheid op dit tydstip nog niet hersteld
+was, doch ziende, dat verscheiden Officiers zig gereed maakten
+om den Colonel te volgen, verzogt ik hem, om my zulks mede toe te
+staan. Maar toen, den 26sten, zyn Adjudant, met een Heelmeester,
+het krygsvolk, aan de Commewyne gelegerd leggende, onderzogt, vonden
+zy beiden my buiten staat, om de vermoeienis van zulk eenen tocht
+door te staan. Dit was waar; en den 29sten, weder ingestort zynde,
+had ik het genoegen, om my als Bevelhebber aan de Rivier afgelost te
+zien door den Majoor MEDLAR, die deezen zelfden dag tot dit einde op
+de Hoop kwam. My was echter bevolen, om deezen post niet te verlaten,
+schoon het verblyf van een maand te Paramaribo my een volkomen herstel
+zoude hebben kunnen bezorgen, ik had dus niets meer te doen, dan myne
+teekeningen voort te zetten, waar voor de evengemelde Officier my
+eene vry aanzienlyke somme aanbood; maar ik wilde, zoo 't mogelyk was,
+myne verzameling volledig maken. Wanneer ik 'er de krachten toe had,
+wandelde ik rondom de Plantagie, met myn snaphaan op den schouder;
+en den 3den September schoot ik, onder verscheide andere vogelen,
+een zeer kleinen vogel, alhier Kibry-fowlo genaamd, om dat hy zig
+altyd verscholen houdt. Deeze vogel, hebbende de grootte van een
+lyster, is ten aanzien van deszelfs pluimaadje en gedaante gelyk aan
+een quartel; maar zyne pooten zyn een weinig langer, en zyn bek is
+uittermaten puntig. Zeldzaam ziet men hem vliegen; maar hy loopt zeer
+schielyk in de weiden en Zand-woestynen, alwaar hy zig verschuilt,
+zoo dra hy bemerkt, dat men op hem loert. De vogel, dien ik doodde,
+was zeer vet, en toen hy gereed gemaakt was, vond ik hem zoo lekker,
+als een leeuwrik in Europa.
+
+Den 11den September verliet de Colonel FOURGEOUD Cravassibo, en
+ging den vyand in de bosschen vervolgen; hy voerde met zig alle de
+manschappen, in staat zynde om hem te volgen, welke hy by een kon
+krygen, maar geen hooger getal beliepen, dan van honderd mannen. Vooraf
+had hy het krygsvolk van den post van de Savane der Joden doen te
+rug trekken, om dezelve op de verlaatene Plantagie Ornamibo, aan
+het bovenste gedeelte van de Commewyne, te plaatsen, laatende dus de
+Planters van de Rivier Surinamen aan hunne eigene verdediging over.
+
+Den 19den van deeze maand, in den morgenstond, kwam een hoop van meer
+dan twee honderd wilde varkens, alhier Pingos genoemd, in het bosch
+verdwaald geraakt zynde, op de Hoop, en liep over de Plantagie. De
+Negers vervolgden hen, en doodden 'er meer dan twintig van, door houwen
+met snoeimessen en bylen. 'Er zyn drie zoorten van wilde varkens in
+Guiana: de Pingos of Wary, waar van ik tans spreeke; de Cras-Pingos;
+en de Mexicaansche varkens, genaamd Peccaris. De Pingos hebben ten
+naasten by de grootte van onze kleine Engelsche varkens. Zy zyn zwart,
+en hebben het lyf met zeer harde, maar niet zeer digt tegen elkander
+staande borstels bedekt: zy verzamelen zig tot kudden, ten getaale
+zomtyds van meer dan drie honderd, en bewoonen de dikste gedeelten
+der bosschen. Zy loopen altyd op eene lyn, volgende de een den
+ander van zeer naby. Wanneer de geen, die voorloopt, of de geleider,
+gedood word, is de linie dadelyk gebroken, en de geheele kudde is
+in wanoerde; hierom beginnen de Indianen, zoo het hun mogelyk is,
+altyd met den voorsten het eerst te treffen. Zoo dra hy is afgemaakt,
+houden de anderen zig stil, elkander op eene domme wyze aankykende,
+en laaten zig een voor een dood slaan, waar van ik getuige geweest
+ben. Zy tasten geene menschen aan, en bieden hun geen wederstand,
+zelfs wanneer ze gewond zyn, zoo als de wilde zwynen in Europa
+doen, hoe zeer verscheiden Schryvers dit tegen de waarheid verhaald
+hebben. Ik kan niet zeggen, of zy de honden aanpakken, want ik had
+'er geen, toen ik hen ontmoette.--De Cras-Pingos zyn dik, en zyn tot
+sterke verdediging gewapend. Hunne borstels zyn nog veel ruwer, dan
+die van de eerstgemelde. De varkens van dit zoort zyn zeer gevaarlyk,
+zoo door hunne kracht, als door hunne woestheid. Zy tasten menschen
+en beesten aan, die hunnen, weg belemmeren willen, vooral wanneer ze
+gewond zyn. Hunne manier van reizen is dezelfde, als die der andere
+Pingos, en zy verzamelen zig ook tot talryke kudden; maar zy houden
+zig voornamelyk in de binnenste gedeelten des Lands op. De varkens
+van deeze beiderleije zoorten, wanneer zy in het bosch het minste
+gerucht hooren, het welk hun de aannadering van eenig gevaar te kennen
+geeft, staan eensklaps stil, vormen zig tot een naauw ingesloten hoop,
+knarssen met de tanden, en maken zig dus tot hunne verdediging tegen
+den vyand gereed. Ik geloof niet, dat ze oorsprongelyke bewooners van
+Guiana zyn, maar uit Africa en Europa afkomstig. De Indianen eeten
+hun vleesch met graagte; de blanken houden 'er veel van, en ik vond
+het hard, droog en smakeloos.--De Peccaris, of Mexicaansche varkens,
+worden gehouden voor de eenigen, die uit Guiana oorsprongelyk zyn,
+en zy mengen zig niet onder de andere tamme of wilde varkens. Het dier
+van dit laatste zoort is byzonder merkwaardig door een beurs of zak op
+den rug, die men gewoonlyk voor zyn navel neemt, en die byna een duim
+diep zynde, een stinkend vocht in zig vervat, waar van echter zommige
+lieden de reuk by die van muscus vergelyken, maar die zoo onaangenaam
+is, dat de Indianen, op het oogenblik, dat het dier gedood is, zorge
+dragen, om 'er het vleesch rondsom uit te snyden, ten einde voor te
+komen, dat het verdere 'er niet door bedorven worde; het geen anders
+schielyk plaats zoude hebben, en wel zoo sterk, dat het oneetbaar
+worden zoude. De Peccaris is by de drie voeten lang: hy heeft geen
+staart zyne leden zyn wel gemaakt; hy kan zig weinig verdedigen. Zyne
+borstels, van eene geelachtig gryze kleur, gelyken zeer veel naar de
+stekels van den Engelschen egel. Zy zyn zeer lang op den rug, maar
+zeer kort en zeer zeldzaam aan den buik en in de zyden. Dit dier heeft
+op elken schouder een vlak van een helderer kleur, dan het overige
+van zyn lichaam, loopende onder den hals in een, en veel gelykheid
+hebbende met den halsband van een paard. De varkens van dit zoort zyn
+op de lange en moerassige landen minder bekend, dan binnen in het Land,
+alwaar zy in de Savanen en op de bergen leven. Zy worden gemakkelyk tam
+gemaakt, en dan zyn zy mak en stil, maar zoo dom niet, als de Graaf DE
+BUFFON voorwendt. Deeze natuurkenner zegt, dat zy niemand herkennen,
+en geene verkleefdheid hebben aan de geenen, die hun voedzel geven;
+echter had de Majoor MEDLAR 'er een op de Hoop, die hem als een hond
+volgde, en zigtbaar genoegen schepte, door zynen meester gestreeld
+te worden. Ik moest ook opmerken, dat wanneer men ze tergt, zy zeer
+gevaarlyk en kwaadaartig zyn. De Peccaris loopen met groote troepen,
+even als de andere zoorten; hunne wyfjes werpen verscheiden jongen
+te gelyk; en hun geknor is zeer onaeangenaam en sterk.
+
+Des morgens van den 29sten, hoorden wy op nieuw het geluid van
+verscheiden snaphaan-schoten naar den kant van de Cottica. Het kwam
+van de Plantagie Marseille alwaar de slaven, vol dapperheid en trouw,
+de muitelingen voor de tweede maal verjaagd hadden.
+
+Den 8sten der volgende maand, ontfingen wy de tyding, dat de Colonel
+FOURGEOUD, na de velden van den vyand, met welken hy van verre
+gesproken had, ontdekt en verwoest te hebben; na het overschot
+van den ongelukkigen SCHMIDT, die, zoo als ik gezegd heb, door de
+muitelingen gedood was, gevonden te hebben, met zyn krygsvolk te
+Maagdenberg was te rug gekomen, en dat hy aldaar tot den 11den dier
+maand verblyven zoude. Hy ging vervolgens wederom in de bosschen, maar
+vooraf droeg hy zorg, om zyne zieken naar de Hoop te doen brengen:
+hy zond ook derwaarts, om arrest te houden, en vervolgens gevonnisd
+te worden, een jong Officier, die aan niets anders schuldig stond,
+dan dat hy, zoo goed niet als hy zelve, de vermoeienis had kunnen
+doorsstaan. Deeze jongeling had last gehad, om twee dagen en twee
+nachten lang te waken; eindelyk niet in staat zynde om wakker te
+blyven, viel hy onder de wapenen in slaap, des te ligter, om dat hy
+op den grond zat. De luchtstreek van Guiana is in de daad zoodanig,
+dat zy in staat is de natuur gedwee te maken.
+
+De Colonel schreef de voortduuring zyner gezondheid grootendeels toe
+aan zeker alleronaeangenaamst geneesmiddel, het welk hy zyn drank
+noemde, en zeer heet en met koppen vol inzwolg: het bestond uit
+kina en room van wynsteen, by elkander gekookt; zyn gestel was 'er
+zoodanig aan gewend, dat hy het zelve niet ontbeeren konde. Echter
+had hy geene navolgers, elk was beducht, dat, wanneer de werking van
+dit geneesmiddel ophield, het geen eindelyk gebeuren moest, alle
+andere geneesmiddelen, op het oogenblik, dat men ze meest noodig
+had, werkeloos zyn zouden. Wat my betrof, ik bleef uitermaten zwak,
+en wanhoopte zelfs aan myn herstel. De neerslagtigheid, waar toe de
+kommerlyke staat van JOANNA my deed vervallen, veroorzaakte zulks
+niet weinig. Myne ongerustheid verminderde ten deezen opzigte niet,
+toen by een bezoek, het welk de heer en mevrouw LOLKENS my op de Hoop
+gaven, de eerstgemelde my zeide, dat de Plantagie Fauconberg andermaal
+stond verkogt te worden, en dat de nieuwe eigenaar was de heer LUDEN,
+te Amsterdam, tot wien hy geene de minste betrekking had; hy voegde
+'er tevens by, dat het gerucht liep, dat JOANNA en ik beiden vergeven
+waren. Het verdriet, het welk zyne eerste tyding in my verwekte,
+wierd echter verzacht door het verlangen, het geen mevrouw LOLKENS my
+deed blyken, om myne gezellin dadelyk naar Paramaribo mede te nemen,
+ten einde haar aldaar in haar eigen huis te doen oppassen, tot dat
+zy volkomen hersteld zoude zyn. Ik betuigde haar alle mogelyke
+dankbaarheid, en de arme JOANNA stortte traanen van vreugde. Zy
+vertrokken alle drie den zelfden dag, en ik bragt hen tot Killestein
+Nova, alwaar wy het middagmaal hielden; waar na ik, na het nemen van
+een teder afscheid, hen verliet.
+
+By myne te rug komst op de Hoop, had ik moeite om myne verontwaardiging
+binnen de paalen van omzigtigheid te houden, wanneer ik my de zorg,
+die ik voor myn eigen bloed droeg, door myne medgezellen hoorde
+verwyten. "Doet als wy, STEDMAN, zeiden zy, en vreest niets. Indien
+onze kinderen slaven zyn, men draagt ten minsten zorge voor hun; en
+sterven zy, dan is 't over. Laat alle uwe zuchten in uwen boezem, en
+uw geld in uw zak te rug keeren, gy zult 'er u beter by bevinden". Ik
+geef hunne eigene uitdrukkingen op, om te doen gevoelen, hoe zeer
+het my moet hebben aangedaan, zulke troostredenen te ontfangen.
+
+Des anderen daags, met het aankomen van den dag ontwakende, was het
+eerste voorwerp, het welk my voor het oog kwam, een slang van zes
+voeten lang, die lynrecht boven myn hoofd hing, op den afstand van
+minder dan een voet, en met zyn bek naar beneden; hy had zyn staart om
+een balk van het dak geslingerd. Zyne oogen glinsterden als starren,
+en hy weemelde met zyn gespleeten tong in den bek. Ik was zoodanig
+verschrikt, dat ik moeite had, om hem te ontwyken, het geen ik egter
+deed, door my uit myn hangmat te werpen. Ik hoorde hem vervolgens
+gerucht maken in het drooge stroo, waar mede myn dak gedekt was; de
+Negers vervolgden hem aldaar, om hem te dooden, maar hy ontsnapte hun;
+dus kan ik niet zeggen, tot welk zoort hy behoorde. My toen alleen
+bevindende, en voor zulke bezoeken in het vervolg beducht zynde,
+sloot ik myn huis toe, en ging met myne vrienden, den Majoor HENEMAN
+en den heer MACDONALD, te zamen woonen.
+
+Myne koffers naarziende, bevond ik, dat de mieren daar aan veel schade
+gedaan hadden. Zy zyn in Guiana van verschillende zoorten, en zoo
+talryk, dat ze my in een nacht een paar catoene koussen, die geheel
+nieuw waren, vernielden. De mieren, die veel op de Plantagien gevonden
+worden, zyn zeer klein, maar zeer onaangenaam. Om de suikerbrooden
+te beveiligen, moet men die met een spyker tegen het beschot hangen,
+en zorge dragen, dat men rondom veel kryt smeert, om dat dit afvalt,
+en hen op het oogenblik, dat zy 'er over willen gaan, mede neemt. Ik
+verbeeldde my, dat, wanneer ik myne suikerbrooden op een steen zette,
+die in eene tobbe rondom in 't water stond, ik dezelve tegen deeze
+geduchte vyanden zoude veilig stellen; maar ik bedroog my; de voorhoede
+trok, tot myne groote verwondering, over 't water; en zeer weinigen
+verdronken. Het waare middel om zig van deeze insecten te ontlasten,
+bestaat daar in, dat men hen aan eene brandende zon bloot stelt; zy
+kunnen die niet verdragen, en vluchten na verloop van eenige minuuten
+weg. Het geen verscheiden Schryvers, waar onder zig Dr. BANCROFT,
+en zelfs Koning SALOMON bevinden, van den zoogenaamden voorraad,
+dien de mieren voor den winter vergaderen, hebben opgegeven, word
+door nieuwe waarneemingen wedersproken. Het is wel waar, dat 'er in
+Surinamen geen winter is; maar overal, waar dit jaargetyde bekend
+is, worden de mieren door eenen gevoel benemenden slaap verdoofd,
+geduurende welken zy niets noodig hebben.
+
+Myn vriend, de Capitain VAN COEVERDEN, die toen in de bosschen was,
+ondervond eene onaangenaamheid van eenen anderen aart. Neger slaven
+openden zyne koffers te Paramaribo; zy ontstalen hem zyne beste
+goederen, en twintig guinies.
+
+Den 6den, verdronk een zee-soldaat zig zelf in den aanval van een
+heete koorts, eene ziekte, die in Guiana zeer gemeen is. Byna te
+gelyker tyd wierd een soldaat van 's Compagnies krygsvolk op last
+van eenen hoogen krygsraad dood geschoten.
+
+Aan den heer SEIFKE geschreven hebbende, om te weten, of het niet in de
+magt van Gouverneur en Raaden stond, om het kind van een vry man vry
+te maken, mits aan den eigenaar de somme betaalende, die zy in hunne
+wysheid gepast zouden oordeelen; hy antwoordde my, dat geene somme
+hoe genaamd een slaaf konde vry koopen, wie ook zyn vader wezen mogt,
+zonder de toestemming van den meester, naardien, volgens de wetten,
+die uit eene moeder in slavernye zynde geboren word, even zeer slaaf
+is, als of hy in Africa geboren, en van de kusten van Guinee herwaarts
+overgebracht was. Deeze uitlegging maakte myne ellende volkomen. Korten
+tyd na het ontfangen van dit antwoord, wierd ik op zekere Plantagie,
+Knoppemonbo genaamd, aan de Cassivinica-Kreek, en welks eigenaar,
+de heer DE GRAAF, alles deed, wat hy konde, om my te verzetten,
+ter maaltyd genoodigd. Eindelyk my ter zyden af, op een kleine brug,
+die naar een oranjen-bosch leide, ziende zitten, in eene houding, die
+myne bittere droefheid aanduidde, kwam hy by my, vatte my by de hand,
+en zeide my het volgende, het welk ik met de grootste verwondering
+aanhoorde.
+
+"De heer LOLKENS heeft my bericht, myn heer, van de oorzaak uwer
+billyke smarte, maar de Hemel laat nimmer eene goede daad onbeloond. Ik
+heb het genoegen u tans kennis te geven,dat de heer LUDEN my tot
+Bestuurder zyner Plantagie verkozen heeft, en dat ik van dien dag af
+aan alle myne pogingen zal aanwenden, om u by hem van nut te zyn,
+als mede aan de achtenswaardige JOANNA, die, door haar beminnelyk
+caracter, zig de achting van allen, die haar kennen, verworven heeft,
+terwyl uw loffelyk gedrag ten haaren opzigte u de achting der geheele
+Volkplanting heeft doen verdienen."
+
+Een Engel, uit den hemel nederdaalende, konde my geen blyder boodschap
+brengen: een misdadiger, die ter dood verwezen is, ontfangt de aan
+hem geschonkene genade met geen meerder vreugde! Ik gevoelde mynen
+boezem van een zwaaren last ontheven; en na den heer DE GRAAF zyne
+belofte hebben doen herhaalen, vond ik, dat ik my in den kelk van 't
+geluk nog konde dronken drinken. Kon na dit gesprek, wierd ik door
+alle de lieden van het gezelschap omringd, aan wien deeze waardige
+man zyne edelmoedige oogmerken mededeelde. Zy wenschten my met myne
+lofwaardige gevoelens, en met de beminnelyke gezellinne, waar aan
+ik my verbonden had, geluk: zy scheenen in het genoegen, het welk
+ik ondervond, deel te nemen; en de geheele dag wierd in festynen
+en vermaken doorgebragt. Des avonds keerde ik naar de Hoop te rug,
+veel beter te vreden, dan toen ik deezen post verlaten had. Des
+anderen daags wierd het zelfde gezelschap aldaar door den Majoor
+MEDLAR ontfangen; en wy hielden met onze bezoeken aan tot den 13den,
+wanneer wy andermaal gezamentlyk naar Knoppemonbo gingen.
+
+De heer DE GRAAF, nieuwe slaven gekogt hebbende, gaf aan alle de
+Negers van zyne Plantagie een festyn, en ik had dus gelegenheid,
+om de hun eigenaeartige vermakelykheden te zien; maar ik bewaare
+derzelver mededeling tot een ander tydstip. Tans zal ik alleenlyk
+eene beschryving geven van den dans van Loango, zoo als die door
+de Negers van dit gedeelte van Africa, en door geene anderen word
+uitgeoeeffend. Dezelve bestaat in zulke aangevuurde en wulpsche
+houdingen en gebaarden, dat men de meest verhitte verbeelding en
+de bestendige gewoonte noodig heeft, om dien uittevoeren. Deeze
+dans, die met trommelslagen vergezeld gaat, en geduurende welken
+de dansers met hunne handen de maat slaan, kan als een zoort van
+pantomime beschouwd worden, die in verscheiden bedryven verdeeld is,
+en eenige uuren aanhoudt. Maar het merkwaardigst is, dat, zoo lang
+dit zoort van vertooning duurt, de dansers en danseressen, verre van
+vermoeid te schynen, zig meer en meer aanvuuren en verhitten, tot dat
+zy eindelyk door en door bezweet, en hunne aangezette bewegingen tot
+die hoogte gestegen zyn, dat, de natuur bezwykende, zy op het punt zyn,
+om in stuiptrekkingen te vervallen.
+
+Hoe onbetamelyk deeze oeffening ook is, de Europeesche en Creoolsche
+vrouwen zyn by het gezicht daar van, even als van alle andere vermaaken
+tegenwoordig. Zy verzamelen zig onbeschroomd benevens de manspersoonen,
+rondom de dansers, om, zoo zy zeggen, eens hartig te lagchen. Zulke
+vertooningen zouden het gezicht van eene Engelsche vrouw geheel
+doen bloozen.
+
+Deeze waarneeming, dat de gewoonte in zekere Landen zaaken voor
+geoorloofd houd, die men elders verwerpen zoude, word meer of
+min bewaarheid, naar maate men verschillende luchtstreeken bezogt
+heeft. Een Officier, in dienst der Indische Compagnie, heeft onlangs
+eene beschryving uitgegeven van de verschillende houdingen, gebaarden,
+gezichten, zuchtingen, uitdrukkingen van vermaak, vrees, hoop, en
+elke trap van hartstocht, die de danseressen in de Oost-Indien doen
+blyken; maar wat deeze jonge dogters ook doen mogen, om de verbeelding
+der toekykers aan te vuuren, men weet, dat de heidensche vrouwen de
+kuischte in de geheele weereld zyn.
+
+Den 14den keerde ik naar de Hoop te rug, alwaar ik vernam, dat
+het dak van myn huis door een stormwind was weggenomen. Dewyl ik
+niet meer voorneemens was het zelve te bewoonen, liet ik het om ver
+vallen. Intusschen had ik aldaar de gelukkigste dagen van myn leven
+gesleeten.
+
+Den 26sten, trok de Colonel FOURGEOUD op nieuw naar de Wana-Kreek;
+maar dewyl hy van den post van de Savane der Jooden het krygsvolk
+had weggenomen, maakten de muitelingen daar van gebruik, niet alleen
+door eene Plantagie aan de Rivier Surinamen te plonderen, maar zelfs
+verscheide Plantagien, aan de Cassivinica-Kreek, te verbranden. Eene
+bezending van 's Compagnies krygsvolk, die by toeval zig aan deeze
+Rivier bevond, vervolgde hen, maar zonder eenig voordeel. Twee
+soldaaten wierden gedood, en verscheide anderen, waar onder hun
+Bevelhebber NEYLE was, wierden gekwetst. De Majoor zond het krygsvolk
+af, het welk onlangs op Ornamibo geplaatst was, ten einde den vyand te
+vervolgen: het zelve doorkruistte het bosch eene geheele week lang,
+en kwam te rug, zonder iemand ontmoet te hebben. Deeze meenigvuldige
+gebeurtenissen doen zien, hoe moeielyk het voor Europeesche krygsbenden
+is, om in de bosschen van Noord-America te gaan oorlogen.
+
+Den 30sten van deeze maand, zynde St. ANDREAS dag, liet ik een geheel
+schaap braden, waar op ik alle de Officiers, die zig op de Hoop
+bevonden, onthaalde. Ik gaf daar by twee kruiken goede Jamaicasche
+Rhum, waar van wy Punch maakten, welke wy op de gezondheid van onze
+vrienden van het oude vaste Land uitdronken. Ik herhaalde dit festyn
+den 4den December, na het ontfangen der tyding, dat myne JOANNA van
+een frisschen en schoonen zoon bevallen was. Den zelfden dag schreef
+ik aan den heer LUDEN te Amsterdam, om de vryheid voor moeder en
+kind te bekomen, en ik deed dit in dezelfde uitdrukkingen, als aan
+zynen voorzaat den heer PASSELAIGE; alleenlyk verzogt ik hem met
+meerder aandrang, om zyn antwoord te verhaasten, om dat ik niet wist,
+hoe lang onze tocht nog duuren zoude. Myn nieuwe vriend, de heer
+DE GRAAF, ondersteunde my, zoo als de heer LOLKENS gedaan had. Dit
+alles afgeloopen zynde, gaf ik aan de zieken een douzyn flessen goeden
+Champagne-wyn, die de eerstgemelde van deeze twee heeren my gezonden
+had, en die zedert het jaar 1726. in zyne kelder geweest waren.
+
+Des morgens van den 10den, met myn snaphaan op den schouder rondom
+de Plantagie wandelende, zag ik, dat alle de slaven, uit hoofde der
+mishandelingen van den Opzichter, aan 't muiten waaren. Het krygsvolk,
+by geluk van het verschil kennis genomen hebbende, deed het zelve
+tot algemeen genoegen eindigen. Deeze veelvuldige onlusten, waar van
+ik verscheiden malen melding gemaakt heb, gaven klaarlyk het oogmerk
+der Negers te kennen, om tot eenen openbaaren opstand over te slaan;
+en zy zouden zulks voorzeker te meermalen beproefd hebben, zoo zy niet
+wederhouden waren geworden door de vrees, welke de tegenwoordigheid
+van het krygsvolk hun inboezemde. Dien zelfden morgen bragt ik een
+paar vogels van twee verschillende zoorten mede. De eerste word
+genoemd Toreman; de andere is een zoort van poelsnip. De Toreman is
+een vogel van eene zeer heldere zwarte kleur, hebbende gryze pooten,
+en een zeer krommen bek: hy heeft de grootte van een hoen; en is zeer
+goed om te eeten. Hy gaat op de hoogste takken der boomen zitten,
+en men ontdekt hem gemakkelyk door een zoort van zang, het welk hy by
+de aankomst van elk mensch in het bosch duidelyk herhaalt. Van daar
+heeft hy den naam van Toreman, het welk in de taal der Surinaamsche
+Negers een snapper of spion beteekent: de muitelingen dragen hem om
+die reden eenen verschrikkelyken haat toe.
+
+De poelsnip in de Savanen is een weinig minder groot dan een korhaan:
+deszelfs pluimaadje is van eene fraaie gryze zilver-kleur, en zyne
+gedaante ten naasten hy van de Europeesche poelsnippen. Men vindt
+deezen vogel voornamelyk in de verdronkene Savanen; hy is vet, en
+van een uitmuntenden smaak.
+
+Den 11den, wierd de Plantagie Reetwyk, aan de Pereca, door de
+muitelingen aangetast; maar het krygsvolk noodzaakte hen de wyk
+te nemen.
+
+Den Colonel FOURGEOUD toen te Maagdenberg te rug gekomen zynde, en
+my, na eene ziekte van zeven maanden, volmaakt hersteld bevindende,
+waagde ik het, om hem op nieuw schriftelyk voor te stellen, om met
+hem in de bosschen te trekken, of my toetestaan van eenigen tyd te
+Paramaribo door te brengen; maar hy weigerde my het een en ander
+verzoek. Ziende, dat het my niet mogelyk was mynen post te verlaten,
+deed ik derhalven aan myne geliefde JOANNA by een brief verstaan,
+dat ik my beter bevond. Ik kwam vervolgens met myn brief aan den
+oever der Rivier, om aldaar een vaartuig te vinden; en tegen den
+middag bespeurde ik het open vaartuig van Fauconberg, het welk den
+Opzichter naar Paramaribo bragt: by ongeluk bekleedde hy dien post
+slechts zedert kort, en my niet kennende, wilde hy niet naar den
+oever komen, om myn brief aan te nemen. Echter ziende, dat de Negers
+met hunne riemen stil lagen, stak ik den brief tusschen myne tanden,
+en sprong in 't water, om naar het vaartuig toe te zwemmen, niet
+twyffelende, of men zoude my wel weder aan land brengen. Ik volgde dus
+den stroom, geheel gekleed, en naderde eindelyk tot op den afstand
+van twee riemen van het vaartuig: toen nam ik myn brief in de hand,
+en denzelven in de hoogte houdende, riep ik: "Wie zyt gy, die een
+stuk papier weigerdt aan te nemen?" Men antwoordde my in 't Fransch:
+"Ik ben JEAN BEARNY, een boer uit Gasconje, om u te dienen". Het
+vaartuig ging, na deeze weinige woorden, oogenblikkelyk voort, en ik
+zag my buiten staat, om het zelve in te haalen, of weder aan land te
+komen. In zulk eene benaauwdheid stond my niets anders, dan den dood
+te wagten; want het was onmogelyk, om tegen den stroom op te zwemmen,
+vooral, daar myne kleederen my in den weg waren: ik beproefde het
+egter, maar ging twee keeren naar den grond. Ik zoude aldaar buiten
+twyffel hebben moeten blyven, indien ik eindelyk niet eenig paalwerk
+gevat had, het welk in de Rivier gestoken was om visch te vangen,
+en my daar aan stevig had vast gehouden. In deeze gesteldheid riep
+een Hollandsch Timmerman, die my boven van een Suikermolen zag,
+uit al zyn kragt, dat de Engelsche Capitain zig wilde verdrinken. Op
+deeze woorden sprong een dozyn sterke Negers in de Rivier, en wel dra,
+onder het oog van mynen vriend, den Major MEDLAR, die vry genegen was,
+om het bericht van den Hollander te gelooven, grepen zy my, en namen
+my op hunne schouders, om my aan wal te brengen. De woede over de
+onbetamelyke bejegening, die my wedervaren was, de pyn, het gevaar,
+en de schande zelfs, vervoerden my dermaten, en maakten zulk eenen
+sterken indruk op mynen geest, dat ik oogenblikkelyk het gebruik der
+reden verloor, en de misdaad, waar van ik beschuldigd wierd, byna
+ter uitvoer bragt; want door de slaven over eene kleine brug gedragen
+wordende, nam ik een sprong, en wierp my van boven neder in de Rivier;
+ik wierd dadelyk door de Negers weder opgevischt; en de verdenking, dat
+ik een zelfsmoord in den zin had, wierd bevestigd. Dienvolgende bragt
+men my in myne hangmat, waar by den geheelen nacht twee schildwachten
+geplaatst wierden. Myne vrienden omringden my, en stortten traanen;
+maar een weinig warmen wyn genomen hebbende, viel ik in eenen diepen
+slaap tot des anderen daags morgens. By myn ontwaken een zeer bedaard
+voorkomen hebbende, vonden myne redenen, tot myn groot genoegen,
+eindelyk ingang, en myne medgezellen lieten alle vrees ten mynen
+opzigte vaaren. Aan zulk een gevaar stelde my het onbeschaamd gedrag
+van deezen onmenschelyken Franschman bloot, die zig zelfs naderhand
+door trekken van eene voorbeeldelooze wreedheid befaamd maakte.
+
+Daags na dit voorval, zond ik myn brief met een van myne Negers,
+die zig in een kleine kano naar Paramaribo begaf. Tegen den middag
+een vaartuig met syroop van suiker, waar op zig in de brandende zon
+een Engelsch matroos en twee Negers bevonden, voor de Hoop ten anker
+ziende liggen, deed ik den eerstgemelden aan land komen, al waar
+ik hem op een schotel spek met eieren, en een bool punch onthaalde;
+het geen hem zeer verwonderde, want hy maakte geene rekening op zulk
+een goeden maaltyd, en nog minder, om een zyner landgenooten op deeze
+plaats te vinden: zyn naam was MACDONALD, en men zal by vervolg zien,
+welke zyne dankbaarheid was.
+
+Het evengemelde vaartuig was een groote schuit met twee riemen,
+welke de syroop van suiker (melasse) op de Plantagien gaat haalen,
+en aan boord der Americaansche schepen brengt; en deeze voeren ze
+naar de Eilanden, om 'er rhum van te maken. Men betaalt ze aan de
+Hollanders tegen drie guinies het vat.
+
+Den 16den, kwam 'er een ander Officier aan, die door den Colonel was in
+arrest gezet. De naam van den eersten was GYLGUIN, en van den tweeden
+NEYS: de misdaad van den laatsten was een twist, die hy met een vryen
+Neger, GOASARY genaamd, over het schikken van plantains had. Deeze twee
+jongelingen wierden vervolgens naar Europa gezonden op last van den
+Colonel, die vast stelde, dat zy door een hoogen krygsraad veroordeeld
+zouden worden: maar, na een kort rechtsgeding, wierden zy met eere
+vry gesproken, tot algemeen genoegen der geheele krygsbende. In de
+daad, zoo verregaande was de gestrengheid van den Colonel, dat hy de
+minste toegevenheid niet had voor de zwakheden der jeugd.--Dewyl ik
+zoo even van Plantains sprak, zal ik deeze gelegenheid waarnemen,
+om deeze vrucht, en den boom, die ze voortbrengt, te beschryven;
+het geen ik misschien reeds had behooren gedaan te hebben.
+
+De Plantain-boom is veel eer een plant, dan een boom, want hy heeft
+noch schors noch hout, dezelve bestaat in een stamen, of helmstyl,
+rondom door bolachtige, vezelachtige groene vliezen omgeven, die even
+als de uijen op elkander zitten, tot tien en meer duimen middellyns:
+deeze omwindzels of schelpswyze schorssen klimmen beurtelings tot op
+omtrent veertien voeten afstand van den grond, en vormen zig niet tot
+takken, maar tot bladeren, ten getale van dertien of veertien, die zig
+als een zonnescherm uitspreiden, en waar van elk in staat is iemand van
+de grootste gestalte te overdekken: zy zyn van een helder zeegroene
+kleur, tot dat zy verwelken en afvallen, om voor nieuwe plaats te
+maken. Uit het midden van deeze vereenigde bladeren, spruit een zwaare
+stam van by de drie voeten lang, welken de zwaarte eener bloem-kelk
+van eene purper kleur naar den grond doet overhellen. Boven aan deezen
+stam groeien de vruchten, Plantains genaamd, welke de gedaante van een
+komkommer hebben; zy bedragen een getal van meer dan honderd, en deeze
+geheele tros noemt men doorgaans een rey of reeks. Elke boom of plant
+draagt slechts een van deeze reijen te gelyk: wanneer die afgesneden
+is, komen 'er zeer schielyk jonge uitspruitzels in de plaats, die uit
+hunne bolachtige wortels voortkomen, en in den tyd van tien maanden
+dezelfde bewerking kunnen ondergaan. De Plantain-boom vordert een
+voedenden grond, zonder welken de vrucht niet goed voortkweekt,
+en nooit haare waare hoogte van rypheid bereikt. Deeze vrucht,
+ontdaan van derzelver bekleedzelen, wanneer ze nog groen is, bevat
+eene meelachtige zelfstandigheid van eene ligt geele kleur, die,
+het zy gekookt, het zy gebakken, in plaats van brood dient, gelyk
+ik reeds gezegd heb: zy is zeer gezond, en van een zeer aangenaamen
+smaak. Wanneer de schil geel word, is de binnenste zelfstandigheid
+zoet, en men kan ze raauw eeten, want zy heeft ten naasten by de smaak
+van een rype peer; maar tot die hoogte gekomen zynde, bedient men zig
+'er alleenlyk van op het nagerecht.
+
+De Bananen-boom is een zoort van plant van dien aart; hy verschilt
+alleenlyk van den Plantain-boom daar in, dat zyne vrucht meer eirond,
+en minder groot is, en dat men dezelve nooit eet, dan wanneer ze geel
+en volkomen ryp is. De eerste is van meerder nut; maar de tweede,
+die een reuk van muscus heeft, is lekkerder: de eene is in Surinamen
+bekend onder den naam van banana, de andere onder dien van bacouba. [6]
+
+Den 18den, van mynen vriend, den Majoor MEDLAR, verlof verkregen
+hebbende, om een keer naar Paramaribo te doen, begaf ik my derwaarts
+in een vaartuig; ik kwam aldaar aan op het tydstip, dat men myn zoon
+met Madera wyn en water waschte, volgens de gewoonte des Lands. JOANNA
+was volmaakt hersteld, en ik bood haar een gouden gedenkpenning aan,
+welken myn vader op myn geboorte-dag aan myne moeder geschonken had. Ik
+bedankte ook mevrouw LOLKENS voor alle haare goedheden, en ik vertrok
+weder dadelyk naar de Hoop, alwaar ik den 22sten te rug kwam.
+
+De arme Neger, dien ik met de bezorging van mynen brief belast had,
+was minder gelukkig geweest, dan ik: de kragt van den stroom had
+zyne kano in het midden der Rivier Surinamen doen omslaan: hy konde
+niet zwemmen, maar had de kragt en behendigheid, om zig op de kano,
+die onoephoudelyk weder trachte om te keeren, recht op te houden,
+en door dit middel gelukte het hem om altyd het hoofd boven water
+te houden, terwyl de zwaarte van zyn lichaam dit vaartuig eindelyk
+belette te wankelen. Eene sloep van een oorlogschip verlostte hem
+gelukkig uit deeze gevaarlyke en lastige gesteldheid; maar zy, die op
+het schip waren, namen de kano voor hunne moeite, en zetten den man te
+Paramaribo aan land. Geduurende al den tyd, dat hy in 't water geweest
+was, had hy den brief tusschen zyne tanden gehouden, en denzelven met
+allen spoed willende bezorgen, deed hy dadelyk zyn best, om zulks te
+verrigten, maar vergistte zig in het huis: men zag hem in 't huis,
+alwaar hy binnen trad, voor een dief aan, want hy weigerde aanhoudend
+den medegebragten brief over te geven, en men stond gereed, om hem
+vier honderd geesselslagen te doen toetellen,wanneer gelukkiglyk
+een Engelsch Koopman, een van myne vrienden, GORDON genaamd, en
+die den Neger kende, hem uit deeze ongelegenheid redde. Dus wilde
+deeze arme jongen, die byna in de Rivier verdronken was, liever
+onder de geesselslagen sterven, dan de geheimen van zynen meester
+ontdekken.--Waar zyn de Europeanen, met zulk een moed en trouw begaafd!
+
+Hier boven van eene manier van visschen door middel van paalwerk
+melding gemaakt hebbende, zal men misschien verlangen deeze manier,
+die my dikwils eene zeer goede maaltyd verschafte, te kennen. Men
+omzet eenvoudig een vierkant vak in de Rivier, met goed paalwerk van
+Latanusboomen hout, die met koorden van heestergewassen vast zyn aan
+een gebonden. In het midden is eene breede opening of deur, welke men
+by den vloed open, en by de ebbe gesloten houdt, om voor te komen, dat
+de visch niet ontsnappe. Door dit middel vangen de Negers en Indianen
+dikwils eene groote meenigte visch. Onder die geenen, welken men de
+laatste keer vong, waren de logolago, en de matouary. De eerste is
+een zoort van zeer dikke paling, en twee voeten lang: zyne huid heeft
+eene bleekblauwe kleur op zyde en op den rug, maar witachtig onder den
+buik. Deeze paling is zeer vet, en van een goeden smaak. De matouary
+is klein en zonder schubben. Het is in Surinamen zeer merkwaardig,
+dat, zoo dra zy buiten 't water zyn, de meeste visschen een geknor
+maken, naar dat van een bigge gelykende.
+
+Den 23sten, op de Plantagie Knoppemonbo ten eeten zynde, zag ik twee
+vogelen, die al myn aandacht tot zig trokken. Een derzelve verdiende
+dit vooral, door het zonderling maakzel van zyn nest. Men noemt hem
+in dit Land Lipybanana, om dat hy zig voornamelyk, zoo men zegt, met
+rype bananen voedt. Ik weet niet of hy de spotvogel van Dr. BANCROFT
+is, maar hy koomt zeer naby aan deszelfs beschryving.
+
+Eenige vogels van dit zoort hadden zig op een grooten boom aan
+den waterkant genesteld: de Negers verzekerden my, dat zy zig op
+die plaats zedert verscheiden jaaren rustig by een verzamelden. Zy
+maakten eindelyk aldaar een getal van meer dan twee honderd uit. De
+gedaante deezer vogelen is ten naasten by die van een Engelsche
+lyster. De mannetjes hebben vederen op het lyf van eene zeer heldere
+zwarte kleur, zynde hun staart en een gedeelte der vlerken van
+eene karmozyn kleur; de wyfjes hebben ook het lyf zwart, maar het
+overige van eene zeer fraaije geele kleur. Hun zang was in de daad
+uit eene groote verscheidenheid van zangnooten zaamgesteld; maar hy
+had geene zoetluidenheid, en bootste geenen anderen wildzang naar,
+zoo als men gemeenlyk voorwendt, dat de spotvogel doet, dien ik voor
+'t overige in Surinamen niet heb hooren noemen. Deeze vogels hadden,
+ten getale van meer dan zestig, hunne nesten op het einde van de
+takken der boomen geplaatst, alwaar zy door den wind heen en weder
+slingerden. Deeze nesten, ten aanzien van derzelver gedaante naar
+een zoort van beursen gelykende, zyn in de laagte zeer rond; maar
+eindigen in de hoogte puntsgewyze. Zy zyn van een weinig hooy gemaakt;
+en in 't midden ziet men een gaatje, waar door de vogels uit en in
+vliegen. Hunne eieren leggen zy op den grond, die zeer breed is,
+en het boven-einde, spitswyze gemaakt, beveiligt deeze vogelnesten
+tegen roof en slegt weder: maar van nog meerder gewicht is het, dat,
+uit hoofde van hunne ligging, de aapen, die in dit Land zoo talryk
+zyn, hun geen nadeel kunnen toebrengen, om dat deeze takken, waar aan
+hunne nesten vast zyn, schoon sterk genoeg om dezelve, en het geen
+'er in is, te dragen, te zwak zyn voor vyanden van eene vry meerdere
+zwaarte; en tot meerder zekerheid waaren die geene, welke ik gezien
+heb, boven het water geplaatst.
+
+De andere vogel, dien ik in myn te rug komen doodde, was
+de Surinaamsche valk, die, ten aanzien van grootte en gedaante,
+naar dien in Engeland gelykt. Deszelfs pluimaadje is van een helder
+bruine kleur, en aan de borst en staart met verschillende roode,
+zwarte, en geele vlakken geteekend. Hy had een gespleeten tong,
+de oogen uittermaaten schitterend, de pooten van een citroen-kleur,
+en de klauwen met zeer lange en zeer puntige nagels gewapend. Deeze
+vogel doet veel schade op de Plantagien, en vooral onder het gevogelte.
+
+Het word tyd, dat ik tot de krygs-verrigtingen van onzen Bevelhebber te
+rug keere, die eenige dagen op Maagdenberg gebleven zynde, op Kersdag
+met het zwak overschot van zyne krygsbenden optrok, en zig naar de
+Savane der Jooden begaf, van waar hy naar Maagdenberg te rug keerde,
+zonder iets gezien te hebben, maar ten minsten met den titel van den
+zwervenden Jood. Deeze weinige vorderingen wederhielden den Majoor
+MEDLAR en my niet, om hem ons verzoek te hernieuwen, ten einde hy ons
+zoude toestaan om hem op zyne tochten te vergezellen: onze verzoeken
+waren te vergeefs, want hy begaf zig toen naar Paramaribo, alwaar men
+dagelyks nieuwe versterkingen uit Europa verwagtte. Eindelyk echter
+stond hy ons toe hem naar deeze Hoofdstad der Volkplanting te volgen;
+ik zegge ons, om dat die zelfde gunst ook aan eenige andere Officiers
+wierd toegestaan, die in dit oogenblik aan alles gebrek hadden, terwyl
+'er vyftien vaten besten wyn, en vyftien duizend guldens aan geld,
+ter beschikking van den Colonel waren.
+
+
+
+VYFTIENDE HOOFTSTUK.
+
+Indianen, inboorlingen van
+Guiana.--Voedzel,--Wapenen,--Cieradien,--Optooisels,--Bezigheden,
+--Vermaken,--Driften,--Godsdienst,--Huwelyken,--Begravenissen,
+enz, van deeze Volken.--De Caraibische Indianen in 't byzonder,
+en hunne koophandel met de Europeanen.--Boomen, Heesters en Planten.
+
+Den 18den January 1774, verliet ik eindelyk den wachtpost van de
+Hoop, welke den lezer misschien reeds zoodanig verveeld zal hebben,
+als dezelve my te dier tyd gedaan had. Van daar zakte ik de Rivier
+af naar de Plantagie Arentslust; en des anderen daags hield ik op de
+Plantagie Katwyk, die zeer fraay is, het middagmaal. Ik dagt hier een
+einde aan alle myne reizen te maken; want de heer GOETZER, eigenaar
+van deeze Plantagie, my een van zyne paarden geleend hebbende, om
+zyne bezittingen eens te doorkruissen, verdweenen wy, het dier en ik,
+eensklaps; een houte brug, waar over ik heen reed, verrot zynde, brak
+oogenblikkelyk aan stukken; ik viel in 't water, en had veel moeite
+om de wal te bereiken; vervolgens eenige Negers geroepen hebbende,
+trokken zy het paard, het welk in de modder gezonken was, 'er uit;
+maar dit geschiedde egter niet zonder groote moeite.
+
+Des avonds vertrok ik nog naar Paramaribo, alwaar ik met laag water
+aankwam, het geen my gelegenheid gaf tot het beschouwen der boomen, die
+aan den oever der Rivier Surinamen groeien, en met oesters, even als
+vruchten, aan de takken vast zittende, bedekt zyn. Deeze byzonderheid
+heeft gelegenheid gegeven tot de algemeene misvatting, dat zy aan die
+boomen groeiende, 'er een gedeelte van zouden uitmaken; maar 'er is
+niets byzonders in gelegen, dat zy zig zoo wel aan de eene als andere
+zelfstandigheid vast hechten; want men vindt gemeenlyk verscheiden
+zoorten van schelpvisschen, die zig aan de kiel der schepen, als aan
+rotzen, vast houden. Deeze oesters, die de gedaante van paddenstoelen
+hebben, zyn zeer klein en vry middelmatig; honderd van dezelve zyn
+zoo veel niet waardig, als een dozyn Glocester oesters. Men vindt
+ook mosselen in Surinamen, maar zy zyn zoo klein en smakeloos, dat
+zy naauwlyks verdienen gemeld te worden.
+
+Des anderen daags na myne aankomst, gaf ik een bezoek aan den
+Gouverneur en aan den heer KENNEDY, als mede aan Mevrouwen LOLKENS en
+DEMELLY: allen ontfingen zy my met zeer veel eerbewyzing, en wenschten
+my geluk met myne kennis aan den heer DE GRAAF; zy keurden ook goed
+het geen ik voor JOANNA en voor myn zoon gedaan had.
+
+Den 22sten, het overschot van ons krygsvolk zig grootendeels op
+Paramaribo bevindende, gaf de heer VAN EYS eene maaltyd aan de
+geheele krygsbende.
+
+Den 29sten, kwam een aanzienlyk getal Indianen in deeze hoofdstad
+der Volkplanting aan. Deeze volken,die uit Guiana oorsprongelyk zyn,
+schynen de gelukkigste schepzels, die onder den hemel leven, en zyn
+in stammen (castes) verdeeld, als daar zyn,
+
+ De Caraiben. De Arrowouks.
+ De Accawaus. De Tajiras.
+ De Worrows. De Piannacotaus.
+
+'Er zyn bovendien nog veele anderen, wier gebruiken en gewoonten
+onbekend zyn. De Indianen van alle deeze stammen hebben in 't algemeen
+een koper-kleur; terwyl de Africaansche Negers, die onder den zelfden
+graad van breedte woonen, volmaakt zwart zyn. Men kan gemakkelyk van
+dit onderscheid reden geven: de Indianen van Guiana worden door de
+zeewinden, of de ooste winden, die tusschen de keerkringen waaien,
+aanhoudend verfrischt. De inwooners van Terra Firma en Peru aan de
+westkust van America, genieten ook denzelfden oosten wind, welke
+dien grooten keten van bergen, in de binnen-landen gelegen, wier
+kruin steeds met sneeuw bedekt is, en waar over die wind heen waait,
+altyd frisch houdt. De inwooners van Africa, zuidwaarts van de Rivier
+Senegal levende, hebben dien wind ook wel, maar na dat dezelve door
+de verschrikkelyke meenigte woestynen, welke zy overwaait, brandend
+geworden is.
+
+Deeze zyn de waarschynlykste oorzaaken, waarom de Americanen alleenlyk
+een koper- of roode kleur hebben, en dat de inwooners van Africa, welke
+Negers genoemd worden, geheel zwart zyn; namelyk, om dat de straalen
+der zon by de laatstgemelden meer brandende zyn, dan by de eersten, en
+niet om dat zy twee geheele onderscheidene stammen of geslachten zouden
+uitmaken: want ieder, die wel onderzoekt en opmerkt, ziet klaarlyk,
+dat 'er maar eene zoodanige stam van het menschdom op de aarde is, en
+dat het onderscheid tusschen de menschen alleenlyk voortkoomt uit het
+verschil van luchtstreek en grond. Ik ben daarenboven van gedachten,
+dat deeze Indianen altyd des te minder aangemerkt moeten worden als
+eene stam, van die van het oude vaste Land verschillende, wanneer men
+de nabyheid van Rusland aan Noord-America in aanschouw neemt. Uit het
+eerstgemelde Land zullen de eerste Americaanen verhuist zyn, maar zy
+hebben tot hier toe het nieuwe vaste Land slechts weinig bevolkt,
+uitgenomen egter Mexico, en eenige andere gedeelten van America,
+die door de gierigheid en het bygeloof der Spanjaarden ontvolkt zyn.
+
+Ik kan deeze Indianen van Guiana gelukkig noemen, daar hunne zeden en
+gerustheid door de gebreken der Europeanen niet zyn gestoord geworden,
+daar zy geene misslagen dan die der onkunde hebben, welke geenzints
+uit het bederf van eenen zoogenaamden staat van beschaafdheid, en
+van eenen Godsdienst, van deszelfs grondbeginzel zoo zeer afwykende,
+hunnen oorsprong nemen.
+
+Deeze aanmerkingen herinneren my natuurlyk het antwoord van eenen
+Indiaan, met opzigt tot eene redenvoering van een Zweedsch Prediker,
+ter gelegenheid van een Vredes-verdrag, te Covestogo gesloten. Zie
+hier hetzelve in 't kort:
+
+"Wel! gelooft gy in de daad, dat onze voorvaderen en wy allen,
+zoo als gy zegt, veroordeeld zyn, om in eene andere weereld
+eeuwig-duurende folteringen te ondergaan, om dat wy van uwe
+geheimzinnige nieuwigheden niet zyn onderrigt geworden? Zyn wy niet het
+maakzel van God? En kan deeze God zonder de hulp van een boek zynen
+wil niet openbaaren? Indien dit waar is, en God is rechtvaardig, is
+het dan met zyne rechtvaardigheid eenigermaten over een te brengen,
+dat hy ons zonder onze toestemming in deeze weereld plaatsen zoude,
+en ons vervolgens tot eene eeuwige verdoemenis verwyzen, om dat wy
+met u niet eenstemmig denken. Neen, neen! wy zyn overtuigd, dat de
+Europeanen een meer bedorven zedenleer, dan de Indianen, hebben,
+indien wy hunne leer naar hun gedrag afmeten".
+
+'Er is zekerlyk geen loffelyker onderneming, dan om de waarheden, door
+God zelven aangekondigd, aan menschen, wier verstand zoo zuiver is,
+en zoo zeer verdient opgehelderd te worden, mede te deelen: maar ik
+vrees, en niet zonder reden, dat de pogingen van eenen achtenswaardigen
+Prediker zeer weinige vorderingen maken zullen, zoo lang het gedrag van
+het grootste gedeelte van andere zendelingen der Moravische Broederen,
+zig onder de Indianen aan de oevers der Sarameca nedergezet hebbende,
+alwaar zy zig met de bekeering der Indianen en Negers bezig houden,
+niet hunne leeringen lynrecht strydig wezen zal.
+
+Alle de Indianen van Guiana gelooven in eenen God, als de opper-oorzaak
+van alles goeds, en die hun nooit het minste kwaad wil doen; maar zy
+bidden den duivel aan, om de onheilen, waar mede hy hen kwellen kan,
+af te weeren: zy noemen hem Yawahou; zy schryven aan hem de smart,
+de ziekten, de wonden, en den dood toe, en overal, waar een Indiaan
+sterft, verlaat zyn geheele huisgezin dadelyk dit verblyf, om voor
+het vervolg den doodelyken invloed van het noodlot te ontwyken.
+
+De Indianen van Guiana zyn volken, die volmaakt vry zyn; dat is,
+zy kennen geene verdeeling van landen, en hebben geen ander bestuur,
+dan dat der oudsten, die elk in hun huisgezin den post van Capitain,
+Priester, en Geneesheer waarnemen; men bewyst hun eene eerbiedigende
+gehoorzaamheid, en noemt hen Peji, of Pagaijers, en even als by
+veele beschaafde volkeren, genieten zy meerder voorrechten, dan hunne
+overige landgenooten.
+
+De veelwyverye is onder deeze volken geoorloofd, en het staat aan
+ieder man vry zoo veele vrouwen te nemen, als hy onderhouden kan,
+schoon hy 'er doorgaans niet meer dan eene heeft, op welke hy
+uittermaten jaloers is, en die hy oogenblikkelyk om hals brengt,
+zoo dra zy hem een sterk en zeker bewys van trouwloosheid geeft. De
+Indianen slaan hunne kinderen nooit, om welke reden het ook zy; en
+hun geheel onderwys bestaat in hen te leeren jagen, visschen, loopen
+en zwemmen. Nimmer beledigen zy elkander met scheldwoorden, en begaan
+geen diefstal; de leugen is onder hen eene onbekende zaak. By deeze
+gelukkige hoedanigheden kan men voegen, dat geen volk dankbaarer is,
+wanneer men hen met ordentelykheid behandelt; ik zal zelf, by vervolg,
+daar van een merkwaardig bewys opgeven; maar aan den anderen kant
+moet ik ook zeggen, dat deeze Indianen uittermaten wraakzuchtig zyn,
+vooral wanneer zy vermeenen, dat men hen onrechtvaardig beledigd heeft.
+
+De eenige gebreken, die ik in hun ken, indien men ze by hen als
+zoodanig beschouwt, zyn de onmatige drift om zig dronken te drinken,
+wanneer de gelegenheid zig daar toe aanbiedt, en hunne onbegrypelyke
+agteloosheid. De eenige bezigheid van eenen Indiaan, wanneer hy niet
+vischt, nog jaagt, bestaat om in zyn hangmat te gaan leggen, zig te
+vermaken met het schoonmaken zyner tanden, met de hairen van zynen
+baard tusschen zyne vingers te wryven, of zig zelf in een stuk van
+een gebroken spiegel te bekyken.
+
+De Indianen zyn in 't algemeen zeer zindelyk; zy baden zig twee of
+drie maalen daags in de Rivier of in de Zee. Allen, van welke kunne zy
+ook zyn, trekken zig al het hair uit, uitgenomen op het hoofd. Hun
+hoofdhair is dik, en van een schitterend zwarte kleur; het word
+niet grys, en nooit worden zy kaal; de mannen dragen het hair kort,
+maar by de vrouwen hangt het tot op de helft van den rug. Het schynt
+dat zy de Bybelleer volgen, waar in gezegd word, dat lange hairen de
+cieraad van een vrouw, en de schande van een man zyn.
+
+De Indianen van Guiana zyn noch groot, noch sterk, noch zwaar gespierd,
+en over 't algemeen zeer gezond. Hun gelaat geeft niets dan vergenoegen
+en goedaeartigheid te kennen. Zy hebben regelmatige en schoone trekken,
+dunne lippen, witte tanden, en zwarte, maar kleine oogen. Echter
+mismaken zy zig allen meer of min door het gebruik van de Arnotta,
+of Roucou, waar aan zy den naam van Cosowy, en de Hollanders dien
+van Orlean geven. Het zaad van de Arnotta, in limoensap wel geweekt,
+en gemengd met water, en de gom, die van den boom, Mawna genaamd,
+afvloeit, of met oly van bevergeil, maakt eene scharlaken verwe,
+waar mede alle de Indianen zig het lichaam, en de mannen zelfs hun
+hoofdhair besmeeren, het geen aan de huid de kleur geeft van een
+gekookte zee-kreeft. Zy hebben bovendien de gewoonte, om zig met
+caraba, of krabben-oly, te wryven, en men moet erkennen, dat zulks
+voor menschen, die byna naakt zyn, in eene brandende luchtstreek zeer
+dienstig is. Op zekeren tyd aan 't lagchen geraakt zynde, op het
+zien van een jongen Indiaan, die van onder tot boven besmeerd was,
+en uit den omtrek van Caijenne kwam, antwoordde hy my in 't Fransch:
+"Dusdanig gebruik verzagt myne huid; het belet eene al te overvloedige
+uitwaasseming, en bewaart my gedeeltelyk voor het steken der insecten,
+die u kwellen; zie daar, myn heer, waar toe, behalven het fraaije,
+my die roode verwe dient. Zeg my nu eens, (wyzende op de poeder,
+waar van myn hair vol was,) om welke reden zyt gy wit geverwd? Ik
+vind geene reden, waarom gy op die wyze uw meel verdoet, uwe kleederen
+vuil maakt, en grys gelykt, eer gy oud zyt".
+
+De Indianen gebruiken ook tot het zelfde einde een zeer ligt gevlakt
+blauw, het welk zy tapowripa noemen; maar dit heeft alleenlyk plaats,
+wanneer zy zig willen opschikken, en het blyft negen dagen op de
+huid. Zy maken dit van het sap van eene kleine vrucht, gelykende
+naar een kleinen appel, en groeiende aan den boom, tawna genoemd, en
+welke zy in water laten weeken; zy bedienen 'er zig van, om over hun
+geheele lichaam en aangezicht een zooit van beeldspraken te teekenen,
+waar van de grond altyd vierkant is. Dit smeersel zit zoodanig aan
+de huid vast, dat een van onze Officiers, die zulks niet gelooven
+wilde, uit aartigheid goedvond zig twee zeer groote knevels te laten
+schilderen, welke hy tot ons groot vermaak verpligt was een geheele
+week op Paramaribo te dragen; en hy moest den gewoonen tyd afwagten,
+op welken deeze kleur weggaat, om daar van geheel en al ontheven
+te worden.
+
+De eenige kleeding, welke de Indianen hebben, bestaat in een
+zwart of blauw windzel van catoene lywaat, het welk de mans om hun
+midden dragen, en vry veel gelykheid heeft met het geen de Negers
+hun camisa noemen. Zy binden het om hunne lenden, en laaten het
+tusschen hunne beenen doorgaan; en dewyl het zeer lang is, hangen zy
+het einde over hunne schouders, of laten het agteloos over den grond
+sleepen. De vrouwen, hebben, in plaats van dit windzel, een zoort van
+voorschoot van catoene lywaat, met koraalen verciert, en by hun queiou
+genaamd. Dit voorschoot heeft maar een voet breedte tegen agt duimen
+hoogte; het is met franjen omboord, en met koorden van catoene draaden
+vast geknoopt. Schoon het zwaar is, maakt deeze kleinte het zelve niet
+zeer geschikt tot het oogmerk, waar toe het dienen moet. Verscheide
+vrouwen dragen ook een gordel van hair, waar aan zy van vooren en
+van agteren, een groote vierkante lap zwart catoene lywaat hegten,
+maar veel ligter en zonder sleep, zoo als de mannen aan hunne camisa
+hebben. Beiden dragen zy dit zoort van kleeding zeer laag; het geen
+hun het voorkomen van eene uittermaten lange gestalte geeft.
+
+In de binnen landen gaan verscheiden Indianen van beiderleije kunne
+geheel naakt. De opschik der vrouwen bestaat, om in kleine gaten,
+welke zy zig in de onderlip maken, spelden te steken, en zelfs alle
+de spelden, welke zy zig kunnen aanschaffen, en waar van de punten
+haar, als een zoort van baard, op de kin hangen. Door dat zelfde
+middel hangen zy ook brokjes kurk-, of ander ligt hout aan hunne
+ooren. Zommige van haar steeken ook gaten in de huid van hunne wangen
+of neus, om 'er vederen in te plaatsen; maar dit is zeer zeldzaam. Het
+ongeschiktst cieraad in myn smaak is dat der jonge dogters van tien of
+twaalf jaaren oud, en bestaande in een zoort van catoene koussebanden,
+die om de enklauwen en beneden de knien naauw zyn toegebonden, en altyd
+zoo blyvende, de kuit van het been ongemeen dik maaken, wanneer zy
+in haar groeijen zyn, en haar een lomp voorkomen geeven. Alle dragen
+zy ook gordels, windzels, armringen van koraalen van verschillende
+kleuren, of van schelpen, en van tanden van visschen: zy dragen die
+om den hals, de schouders en de armen; maar de laatstgemelde meestal
+boven den elleboog. De Indiaansche vrouwen hebben in 't geheel zeer
+weinig bevalligheid in haare gestalte; zy zetten de voeten binnewaarts,
+en haare opschik heeft slechts eene middelmatige aantrekkelykheid. Ik
+moet egter hier van uitzonderen de vrouwen van zekeren byzonderen stam,
+waar van ik in 'tvervolg spreken zal.
+
+De cieraden der mannen bestaan in kroonen van vederen van verschillende
+kleuren, of in een zoort van draagband, gemaakt van tanden van tygers
+of wilde zwynen, welken zy als een teeken van hunne dapperheid en
+werkzaamheid dragen. De hoofden des huisgezins bedekken zig zomtyds met
+de huid van de eerstgemelde deezer dieren, met een zilvere plaat in de
+gedaante van een kruis vastgemaakt, het welk ze caracoly noemen. Zy
+steeken ook dikwils kleine brokken van dit zelfde metaal door het
+kraakbeen in het midden van den neus, of zomtyds een steen van eene
+groene of geele kleur. Alle deeze volken leven in de bosschen, by de
+Rivieren, langs de Zeekusten, en bewoonen kleine gehuchten. Hunne
+huizen of hutten, welke zy carbets noemen, zyn gebouwd, zoo als ik
+van die der Negers reeds heb opgegeven; maar in plaats van met bladen
+van Latanus-boomen bedekt te zyn, zyn zy bedekt met biezen, welke men
+hier tas noemt, en die by bossen op moerassige plaatsen groeien. Meer
+algemeen gebruiken zy hier toe troulies, een zoort van blaaden, aan den
+wortel der plant wassende, niet minder dan twintig of vier-en-twintig
+voeten lang, en twee of drie voeten breed zynde, welke geheele jaaren
+eene kragtdadige beschutting tegen het guur weder verschaffen.
+
+De huisraad en gereedschappen der Indianen zyn zeer eenvoudig, maar
+tot hun gebruik voldoende: het zyn eenige potten van zwarte aarde,
+die zy zelve maaken; eenige calebassen of kauwoerden; eenige korven,
+welke zy pagala noemen; een steen om te malen, matta genaamd, en een
+anderen om hun cassaven-brood te bakken; een zoort van waijer, om
+het vuur aan te blazen; een houte stoel, mouly genaamd; een zeeft,
+mounary genaamd; een pers, matoppy genaamd, dienende om het vocht
+van de cassave uit te perssen; en eindelyk een catoene hangmat,
+waar in zy slapen.
+
+Door hunne betrekkingen met de Europeanen, hebben zy bylen of messen,
+welken deeze aan hun bezorgen; en zy dragen de eerstgemelden altyd
+om hun midden even als dolken. Elk huisgezin der Indianen is ook van
+een groot vaartuig of kano voorzien, om alles, wat hy bezit, over te
+voeren, wanneer zy te water reizen, het geen zeer dikwils voorvalt.
+
+De eenige plantgewassen, door deeze volken aangekweekt wordende, zyn
+de ignames, de plantain-boomen, welken ik reeds beschreven heb, en in
+'t byzonder de Maniok, waar van zy de cassave maken. De laatstgemelde
+plant is een zacht en grysachtig heestergewas, het welk omtrent
+drie voeten hoog opgroeit. Deszelfs bladeren zyn gevingerd, breed,
+en hangende aan steelen van eene kaneel-kleur. Deeze heesters
+zyn van tweerley zoort, door de benaaming van zoete en bittere
+onderscheiden. De wortels alleen zyn goed; zy zyn van een meelachtigen
+aart, en van een zeer zoeten smaak; en ten aanzien van kleur, grootte
+en gedaante, gelyken zy veel naar Europeesche witte wortelen. De zoete
+maniok, even als de groene plantains, onder heeten asch gebraden,
+en met boter gegeten, is een aangenaam en gezond voedzel, en heeft
+den smaak van kastanjes. Maar de bittere maniok, wanneer hy raauw
+is, is het doodelykst vergift, zoo voor menschen als beesten; en
+ondertusschen hoe vreemd dit ook schynen moge, wanneer hy door het
+vuur is gaar geworden, word hy een zeer heilzaam voedzel, en dient aan
+de Indianen van dit Land, zoo wel als aan de Europeanen en Negers,
+tot brood. Zie hier de manier, waar op de eerstgemelden de cassave
+gereed maken: eerst malen of raspen zy de wortels op de matta, of
+ruwe steen. Dit geraspte zetten zy vervolgens in een pers, om het
+sap van de meelachtige zelfstandigheid af te scheiden. Deeze pers is
+een zoort van zeer lange buis, van warimsbo, of gevlochten biezen,
+gemaakt; na dezelve met geraspte cassave gevult te hebben, hangt men
+die aan een boom, en maakt 'er van onderen een, stuk hout aan vast,
+welks zwaarte deeze buis uitrekt; terwyl de langzaam voortgaande
+drukking het vocht door derzelver openingen doet uitloopen. Deeze
+bewerking geeindigd zynde, geeft men aan het meelachtig gedeelte de
+ronde gedaante van een koek, welke men op een heeten steen laat bakken,
+tot dat dezelve bruin en geroost is; als dan is het een zeer gezond
+voedzel, het welk zes maanden lang bewaard kan worden. Men moet egter
+toestemmen, dat door deeze behandeling de smaak van dit zoort van brood
+zoetachtig en smakeloos word. Indien de slaven op de Plantagien geene
+zorge droegen, om het aldus uitgeperst vocht van deezen wortel weg
+te werpen, zoude het vee en gevogelte 'er van drinken, het geen hen
+oogenblikkelyk zoude doen opzwellen, en in doodelyke stuiptrekkingen
+vervallen; en echter dient dit zelfde vocht, met geslacht vleesch en
+peper gekookt, om 'er soep van te maken. Men moet geen maniok-wortel
+tot voedzel nemen, zonder denzelven wel te kennen: verscheiden lieden
+zyn, zoo als ik zeker weet, vergeven geworden, door het een voor het
+ander te nemen. Het onderscheid tusschen de twee zoorten bestaat daar
+in, dat een houtachtig en ruw vezel, of een zoort van koord, dwars
+door den wortel van den zoeten of eetbaaren maniok loopt, terwyl de
+bittere of vergiftige maniok zulks niet heeft. De Indianen eeten
+ook acajou-nooten, en zy brengen ze dikwils te Paramaribo, alwaar
+men ze inginotto noemt. De pitten van deeze nooten, die, ten aanzien
+van de kleur en gedaante, naar lams-nieren gelyken, zyn uittermaten
+lekker. De acajou-nooten groeien aan boomen, welke men niet dan zeer
+diep binnen in 't land vindt, maar dewyl ik 'er geene gezien heb,
+kan ik 'er geene beschryving van geven.
+
+De Indianen voeden zig ook met land- en zeeschildpadden en met krabben,
+welke zy syryca noemen, en welke men by laag water in meenigte langs
+de kusten van Guiana in het slyk vindt. Zy zyn 'er zeer heet op, gelyk
+ook op rivier-kreeften, welke zy sarosara noemen, en die in dit Land
+zeer overvloedig zyn; maar geen zoort van voedzel behaagt hun meer,
+dan de iguana, of de hagedis waijamaca, waar van ik reeds gesproken
+heb. Al wat zy eeten, is zoodanig met peper van Caijenne aangezet,
+dat een Europeaan het proevende den mond branden zoude. Zy gebruiken
+weinig of geen zout, en laaten hun wildt in den rook droogen, het
+geen het voor 't bederf bewaart. Indien een Indiaan verzuimt heeft,
+om door jagen of visschen levens-middelen te vergaderen, stilt hy
+zyn honger met het een of ander voortbrengzel der bosschen.
+
+Deeze volken hebben verscheiden zoorten van drank, en onder anderen
+het sap van zekere vrucht, by hen coumou genaamd. De boom, die deeze
+vrucht voortbrengt, is een palmboom van het kleinste zoort. Deszelfs
+zaad is besloten in bessen van een blauw gevlakte kleur, die naar
+trossen gelyken, en wier vleesch aan een harde en ronde pit, als een
+pistool-kogel, lugtig aanhangt. Men laat deeze bessen in kokend water
+weeken en ontbinden: de inwooners van goeden smaak doen vervolgens
+suiker en kaneel in dit vocht, het welk hun dan tot drank dient,
+en zeer sterk de smaak van chocolaad heeft. Een andere drank, waar
+aan de Indianen den naam van Pivorry geven, is een mengzel van
+cassavebrood, door de vrouwen gekauwd, en in water uitgegist; het
+heeft de smaak van zoet bier (aile), en kan iemand dronken maken. Men
+vindt het dadelyk vreemd, dat menschen, van welken landaeart ook,
+een drank kunnen drinken, welken een ander in den mond gehad heeft:
+maar zy, die de reizen van Capitain COOCK geleezen hebben, zullen
+zig herinneren, dat deeze gewoonte op de door hem ontdekte Eilanden
+mede plaats heeft, en dat, zoo hy zig daar niet naar geschikt had,
+hy derzelver inwooners zeer te onvreden zoude gemaakt hebben. Zyne
+Officiers echter vonden niet goed, om zig naar dit gebruik te voegen,
+en weigerden, om van deezen walgelyken drank mede te drinken. Het
+brood, van Turksch graan gemaakt, dient ook aan de inboorlingen van
+Guiana, om 'er een ander zoort van drank van te maken; zy kruimelen
+het, en laten het in water weeken, tot dat dit mengzel, even als
+het voorgaande, is uitgegist, en zy noemen het zelve chiacoar. Deeze
+volken hebben bovendien nog een vierde zoort, cassiry genaamd, waar
+van zy veel gebruik maken. Het is zaamgesteld uit ignames, cassave,
+zuure orange-appelen, en suiker of teriaak, in water wel geweekt en
+uitgegist zynde. Ik moet 'er byvoegen, dat alle deeze dranken, als men
+'er te veel van gebruikt, dronken maken, het geen aan de Indianen, mans
+en vrouwen, dikwils gebeurd. Dan alleenlyk begaan zy ongeregeldheden,
+en ontstaan 'er twisten onder hen.
+
+De taal der Indianen in 't algemeen gelykt veel, ten aanzien van de
+uitspraak, naar de Italiaansche. Hunne woorden zyn welluidend, en
+eindigen met een klinkletter, zoo als men uit de door my bygebragte
+zien kan. Tot hun Almanach hebben zy niets anders, dan een koord met
+knoopen. Hun speeltuig bestaat voor eerst in een zoort van fluit,
+toutou genaamd, van een zeer dik bies gemaakt, waar op zy geluiden
+doen hooren, die niet veel aangenaamer zyn dan het gebulk van een os,
+en zonder welluidenheid of maat. Eene andere fluit, door deeze volken
+quarta genoemd, (veel overeenkomst hebbende met het geen OVIDIUS noemt
+Syrinx, en eenige dichters het rietfluitje van PAN:) is gemaakt van
+eene verzameling van rieten, aan het eene einde van ongelyke grootte,
+en als de pypen van een orgel te zamen gevoegd. Om op deeze fluit te
+spelen, neemt men ze met beide handen, en brengt ze aan de lippen,
+alwaar men ze heen en weder draaiende, 'er een zoort van mateloos
+en helder geluid mede maakt, het welk voor niemand aangenaam is,
+dan voor deeze Indianen. Wanneer ik zoodanig een moedernaakt, in
+het midden van een boschjen, op zyn rieten fluitje hoor speelen,
+verbeeld ik my den God PAN te zien. Ik bezit tans ook nog eene fluit,
+welke zy van een been van hunne vyanden maken. Hunne dans, indien men
+'er dien naam aan geven kan, bepaalt zig tot sprongen, tot slingeren
+op een been, en tot rond draaien in verschillende houdingen, tot dat
+hun hoofd duizelig word.
+
+De Indianen zyn zeer gemeenzaam onder elkander, en komen dikwils in
+eene groote hut of carbet, die daar toe in ieder gehucht is opgericht,
+by elkander. Zy danssen, zy speelen daar, of vermaken zig met het
+hooren of doen van vertellingen van spooken, toovenaars, of het
+verhaalen van hunne droomen, terwyl zy tusschen beiden dikwils in een
+onmatig gelach uitbarsten. Zy scheppen groot vermaak in zig te baden,
+het geen zy twee of drie maalen daags doen, mans, vrouwen, jongens,
+meisjens, allen onder malkander; en by deeze partyen maken zy zig zelfs
+niet aan de geringste onvoeglykheid schuldig, het zy met woorden, het
+zy met daden. Zy zyn, allen zonder onderscheid, uitmuntende zwemmers.
+
+De bezigheden der mannen zyn, zoo als ik reeds gezegd heb, weinig in
+getal: men kan ze in twee woorden uitdrukken, jagen en visschen; en
+zekerlyk zyn de Indianen op deeze beide oeffeningen meerder afgericht,
+dan eenig ander mensch, tot welk volk hy ook behoore. Tot de jagt
+bedienen zy zig van boogen en pylen, welken zy zelve maken; en van de
+laatstgemelde hebben zy verschillende zoorten, naar den verschillenden
+aart van het wildt, waar op zy ter jagt willen gaan. Hunne bogen
+zyn van het stevigste en hardste hout gemaakt; zy geven aan dezelve
+zes voeten, en polysten ze op het fraaist door middel van een steen:
+deeze bogen zyn gespannen met koorden van zyde-planten, en de greep is
+met catoen omwonden. Hunne pylen hebben doorgaans by de vier voeten
+lengte. Zy zyn van een zoort van zeer sterk en recht riet gemaakt,
+aan welks einde eene ligte roede van een voet lengte is vast gemaakt,
+om ze in evenwigt te houden, en zy zyn met een staale punt, of een
+vischgraat gewapend, welke altyd een weerhaak heeft. Zommige van de
+pylen deezer volken hebben een punt als die van een lans; andere zyn
+met dubbele en driedubbele weerhaken, en zoodanig in een gewerkt,
+dat zy in de wond blyven hangen, wanneer zelfs het hout weggenomen
+is; deeze zyn de pylen, waar van men zig voornamelyk voor het jagen
+en visschen bedient; want, schoon zy niet doodelyk zyn, zyn zy voor
+het wildt ongemeen hinderlyk, en door middel van een boey, welke men
+'er aan vast maakt, dienen zy om de visch naar de oppervlakte van
+het water te trekken, en mitsdien om zoo wel de een als de ander te
+vangen. Deeze pylen zyn alle van vederen van zes of zeven duimen lang
+voorzien. Verscheide hebben in plaats van punten rond gemaakte knoppen,
+van de grootte van een kastanje; de Indianen bedienen 'er zig van om
+de papegaijen en kleine apen te bedwelmen en te doen nedervallen,
+waar na zy ze met de hand grypen; deeze dieren komen weder spoedig
+by, en men zend ze levendig naar Paramaribo. Zommige van deeze pylen,
+geschikt om de visschen te dooden, hebben de gedaante van een drietand,
+hebbende tot drie en zelfs tot vyf punten. De Indianen doopen 'er
+ook eenige, maar in een klein getal, in het vergift, wourara [7]
+genaamd, het welk eene verschrikkelyke en schielyke werking doet;
+maar wanneer zy vreezen, dat hun schot zoude mogen missen, bedienen zy
+zig van een ander zoort van pylen, die niet meer dan tien of twaalf
+duimen lang, uitermaten dun, en van de schors van zeer hard palmhout
+gemaakt zyn. In plaats van vederen, is dezelve met catoen omwonden,
+zoo veel als voldoende is tot het vullen van een holle buis, van
+een riet gemaakt, en by de zes voeten lang, waar in deeze Indianen
+met hun adem blaazen. Zy werpen deeze doodelyke werktuigen, op den
+afstand van veertig schreden, en op zulk eene zekere manier, dat
+het dier, het welk zy mikken, hun niet ontsnappen kan. De punt van
+deeze laatstgemelde pylen word ook in het vergift wourara gedoopt,
+het welk zulk een krachtig vermogen heeft, dat by den laatsten
+opstand, in de Volkplanting de Berbices voorgevallen, eene vrouw,
+die door eene deezer vergiftigde pylen ligt gewond was, niet alleen
+byna oogenblikkelyk stierf, maar dat zelfs een kind, het welk zy aan
+de borst had, schoon het door dit wreed wapentuig niet geraakt was,
+insgelyks overleed, vermits het slechts een oogenblik aan de borst
+zyner moeder, na dat deeze was gekwetst geworden, gezogen had.
+
+De manier van visschen is by de Indianen byna dezelfde, als die, welke
+ik reeds ter gelegenheid van den post de Hoop beschreven heb. Zy maken
+een fuik van paalwerk, by den ingang van kleine kreeken en in laage
+gronden; zy dooden aldaar de visch met hunne drietandige pylen, of
+vergiftigen het water, door 'er wortels van hiary, in Surinamen den
+naam van tringy-youco of konamy dragende, in te werpen. Deeze wortel
+verdooft den visch; en in dien staat kan men hem met de hand grypen,
+terwyl hy op de oppervlakte van het water dryft. De Indianen dryven in
+deeze wortelen handel, en verzenden ze in meenigte naar de Plantagien,
+en naar Paramaribo. Zie daar, welke, behalven het maken van hunne
+huisraad, cieradien, en wapentuigen, by deeze volken de bezigheden
+der mannen zyn.
+
+Ik moet ook niet vergeten, dat elke Indiaan ter zyner verdediging
+een knods draagt, welke men apoutou noemt, van het zwaarste hout uit
+het bosch gemaakt: dezelve is agttien duimen lang, aan de twee einden
+plat en vierkant; maar aan het eene einde veel zwaarer, dan aan het
+andere: in het midden is dezelve het dunst; hy is omwonden met zeer
+sterke draden catoen, dienende om hem met des te meerder vastheid aan
+te vatten, en door een zoort van stootplaat gedekt, om de voorhand te
+bewaaren. Door een slag met deezen knods, waar aan dikwils een puntige
+steen word vast gemaakt, slaat men iemand de herssens in. De Indianen
+van Guiana snyden dikwils op hun apoutou beeldspraakige vertooningen,
+en het getal der vyanden, welken zy gedood hebben. Om den steen aan
+deezen knods vast te maken, steekt men dien in den boom zelven, die
+het hout levert, terwyl die in zyn groei is; dezelve hecht zig daar
+aan als dan zoo vast, dat het niet mogelyk is 'er dien uit te trekken;
+vervolgens hakt men dit hout, om 'er het fatsoen aan te geven.
+
+De vrouwen houden zig bezig, om de maniok, de bananen, de ignames,
+en andere wortelen te planten; zy maken de levens-middelen gereed,
+maken aarde potten, catoene hangmatten, armbanden, en manden of
+korven. De beste derzelve worden pagala genoemd; zy zyn van een
+dubbele rieten mat gemaakt, die den naam van warimbo draagt, en eene
+witte of bruine kleur heeft; en deeze dubbele mat is tusschen beiden
+met bladeren van tas of trouly gevuld, om ze voor de vochtigheid te
+beveiligen. Het dekzel is gewoonlyk veel hooger en breeder, dan de
+mand zelve; het gaat over de geheele mand heen, en maakt dezelve op
+die wyze nog sterker: de bodem rust op twee stukken hout, kruislings
+gelegd. De hangmatten zyn geweven; het geen veel moeite en tyd vordert;
+want men moet elke draad, een voor een, in de scheering steeken, byna
+op dezelfde manier, waar op men koussen weeft. Men legt vervolgens
+deeze hangmatten in eene verwe, van schorssen van boomen gemaakt,
+volgens de kleur, die men 'er aan geven wil.
+
+De Indiaansche meisjes bereiken de huwbaarheid voor den ouderdom van
+twaalf jaaren, en zomtyds zelfs veel eerder. Men huwd ze op die jaaren
+uit. De geheele plechtigheid bestaat, ten aanzien van den jongman,
+daar in, dat hy aan de jonge dogter eene zekere hoeveelheid wildt
+en visch, door hem gevangen, aanbied; en, wanneer zy dit aanneemt,
+doet hy haar deeze vraag: "Wilt gy myne vrouw zyn"? Indien zy dit met
+ja beantwoordt, is de zaak klaar; en wanneer het huis en de huisraad
+gereed zyn, viert men de bruiloft door een feest, waar op men zig
+dronken drinkt. De zwangere vrouwen kramen zonder hulp, en met zoo
+weinig moeite en pyn, dat men haar schier ontheven zoude oordeelen
+van het vonnis, tegen de eerste moeder van het menschelyk geslacht
+uitgesproken. Zy verrigten alle de bezigheden van het huishouden
+en bedienen haare mannen op den dag van haare verlossing zelven. Hoe
+belachelyk en ongeloofbaar deeze gewoonte ook schynen moge, is het niet
+minder waar, dat de man in dat geval, geduurende meer dan een maand,
+in zyne hangmat leggen blyft, alwaar hy steent en zucht, als of hy
+zelf van een kind stond te verlossen; en geduurende al dien tyd,
+moet zyne vrouw hem zorgvuldig oppassen, en hem het beste voedzel
+geven. Dit zyn de Indianen gewoon te noemen genot van zig zelven
+te hebben, en van hunne vermoeidheid uit te rusten. Verscheiden van
+deeze volken beschouwen een plat voorhoofd als eene groote schoonheid,
+en zoo dra hunne kinderen geboren zyn, drukken zy derzelver voorhoofd
+plat, zoo als eenige wilden in het Noorden van America doen.
+
+De Indiaansche vrouwen eeten niet met hunne mannen, en zy bedienen
+hun als slavinnen, het geen haar belet, om alle mogelyke zorge voor
+haare kinderen te dragen; deezen zyn echter steeds wel gesteld en
+sterk. Wanneer zy reizen, dragen zy dezelve in kleine hangmatten,
+die op een der schouderen hangen; het kind zit in dezelve, met de
+beenen, het een voor, het ander agter de moeder geplaatst.
+
+Deze Indianen neemen sap van tabak, in plaats van een
+braakmiddel. Wanneer een van hun op sterven ligt, het zy van ziekte,
+het zy van ouderdom, (en dit laatste overkoomt hun meer dan het
+andere) bezweert de Peji, of Priester, den Yawahou, of duivel, te
+middernacht, door het roeren van een calebas, gevuld met steentjes,
+erweten, en koraalen, geduurende welke verrigting hy eene lange
+redenvoering doet. Het ampt van Priester is by deeze volken erffelyk;
+en, zoo als ik reeds gezegd heb, hy, welke dien post vervult, heeft
+de eerstelingen van alle zoorten van spyzen of dranken, en zelfs een
+gemakkelyker leven. Wanneer een Indiaan gestorven is, wascht men hem,
+wryvt hem met olie, en steekt hem in een zak van nieuw catoen; hy zit
+daar in, met de elleboogen op de knien, het gezicht met de palm van
+beide handen bedekt, en al zyn krygs- of jagt-gereedschap word by
+hem gelegd. Geduurende deeze plechtigheid, doen zyne nabestaanden,
+zyne vrienden, zyne gebuuren, de lucht van een jammerlyk geschreeuw
+weergalmen, maar kort daar na drinken zy zig aan sterke dranken
+dronken, en spoelen dus hun hartzeer af, het welk niet voor het
+volgende jaar weder te voorschyn koomt. Deeze gewoonte heeft daar door
+eenige overeenkomst met die der Berg-Schotten, by het begraven hunner
+dooden. Op het einde van het jaar haalt men het lyk uit den grond;
+het vleesch is 'er dan van afgescheiden, en men verdeelt de beenderen
+onder de nabestaanden en vrienden; men volgt dezelfde plechtigheden,
+als de eerste keer; waar na de geheele buurt naar eene andere geschikte
+verblyfplaats zoekt. Eenige byzondere stammen van Indianen volgen nu
+en dan een verschillend gebruik. Na het lichaam van hunne overledene
+nabestaanden of vrienden in de zoo even beschrevene houding geplaatst
+te hebben, leggen zy het zelve in 't water, en laten het verscheiden
+dagen daar in. De visschen eeten 'er wel dra het vleesch af, en wanneer
+'er niet meer aan is, haalt men het geraamte uit 't water, laat het
+in de zon droogen, en hangt het vervolgens van binnen aan het dak
+der hutten of carbets. Dit is het grootste bewys van teedere liefde
+en achting, welke men, by deeze volken, aan de dooden bewyzen kan.
+
+Wanneer deeze Indianen te land reizen, neemen zy altoos hunne kano met
+zig, welke gemaakt is van den stam van een grooten boom, door middel
+van het vuur uitgehold. Dezelve dient hun dan tot het overbrengen van
+hun reistuig, wanneer zy moerassen doorwaden, of kreeken of rivieren
+over moeten; en is, even als zy zelven, geheel rood geverwd. Indien
+zy te water reizen, gaan zy doorgaans tegen den stroom, om het wildt,
+het welk zy op de boomen, of aan den oever zien, des te gemakkelykcr
+te kunnen dooden; indien zy met den stroom mede roeiden, zou de
+kragt van 't water hen noodzaaken om gezwind voort te gaan. Wanneer
+zy de zeekusten volgen, gebeurd het dikwils, dat eene golve hunne
+cano met water vult; maar in weerwil van dit ongeluk, lyden zy nooit
+schipbreuk. In zoodanig geval werpen zy allen, mans en vrouwen, zig
+oogenblikkelyk in het water; met de eene hand houden zy zig aan de
+kano vast, en met de andere maken zy dezelve met calebassen ledig.
+
+Schoon de Indianen van Guiana zeer vreedzaame volken zyn, voeren
+zy echter zomtyds oorlog, eenvoudiglyk om gevangenen te hebben: de
+Europeanen zetten hen maar al te dikwils daar toe aan, om dezelven
+van hun te koopen, en 'er slaven van te maken; maar zy dienen niet
+meer dan tot eene uiterlyke vertooning, dewyl zy volstrekt weigeren te
+arbeiden: indien men hen mishandelt, en vooral indien men hen slaat,
+kwynen zy, teeren uit, en weigeren alle voedzel, tot dat zy eindelyk
+van verzwakking en smarte sterven.
+
+De Indianen doen altyd hunne aanvallen midden in den nacht; hunne
+krygsverrigtingen gelyken meer naar die van een beleg, dan naar
+die van eenen veldslag; zy bestaan in het omcingelen der vyandelyke
+gehuchten, terwyl derzelver bewooners in diepen slaap liggen; in het
+gevangen nemen der vrouwen en kinderen van beiderleije kunne; in het
+dooden der mannen met hunne vergiftigde pylen, of in dezelven met
+hunne apoutous, of knodsen, de herssenen in te slaan. Zy ontnemen
+ook aan de laatstgemelden het hoofdhair, en brengen het als een
+zegenteeken t'huis, om het aan hunne kinderen en vrouwen te toonen,
+of zy verkoopen het aan de Europeanen op Paramaribo. In de vechteryen
+van twee partyen, maar die zeer zeldzaam onder hun voorvallen, zyn de
+boog, en met weerhaaken voorziene pylen, hunne voornaame aanvallende
+wapentuigen. Deeze raaken den vyand, en doen denzelven omkomen,
+op den afstand van meer dan zestig schreden. De ligtste vogel zelf
+in zyne vlugt, indien hy slechts de grootte van eene kraay heeft,
+kan hun niet ontsnappen.--De behendigheid van deeze volken, in
+alle hunne krygsoeffeningen, is zoo groot, dat de beste schutters,
+in de veldslagen van Crecy, van Poitiers en van Agincourt, voor
+hun zouden hebben moeten onderdoen.--Ik moet 'er nog byvoegen, dat
+wanneer deeze Indianen gaan oorlogen, zy eenen Generaal verkiezen,
+wien zy den titel van Outil geven.
+
+De koophandel, welken de Indianen van Guiana met de Hollanders dryven,
+bestaat in ruilingen. Zy leveren slaven, waterkruiken, kano's en
+hangmatten, Brasilie-hout, hiary wortelen, kapellen, papegaijen, apen,
+copaiva-balsem, arracocerra-gom, oly van acajou-noten, en arnotta;
+waar voor zy wederkeerig ontfangen gecouleurde stoffen, snaphaanen,
+kruid, bylen, messen, scharen, glaswerk, spiegels, visch-haaken,
+kannen, naalden, spelden, enz. De copaiva-balsem druipt van de
+schors van eenen dikken boom, die zeer verre binnen in het Land
+groeit, welks bladeren breed en puntig zyn, en die eene vrucht
+draagt, als een komkommer. Deeze gom is geel, hard, doorschynend,
+en naar amber gelykende. Wanneer men ze ontbindt, geeft ze een
+aangenaame geur van zig, en dient tot een water-afdryvend middel,
+en tot een vernis. De gom, aracocerra genoemd, loopt uit een boom,
+die men insgelyks in het binnenste des lands vindt. Zy is geel, gelyk
+de eerstgemelde, maar zwaar, en zacht in het aanraken: derzelver
+reuk is ook veel geuriger. De Europeanen en Indianen waardeeren
+dezelve zeer, uit hoofde van haar krachtig vermogen tot geneezing
+van wonden en andere kwaalen. De caraba, of oly van acajou-noten,
+word op deeze wyze gemaakt: men klopt, stampt en kookt de pitten,
+welke men uit de hoekachtige en bruine vrucht haalt, groeiende
+aan een boom van denzelfden naam, die de gedaante van een goeden
+kastanje-boom heeft. Deeze oly is bitter. De Indianen bedienen 'er
+zig van, om 'er het lyf mede te besmeeren, en de Europeanen gebruiken
+ze tot verschillende einden. De boom, wiens bladeren naar die van
+den laurierboom gelyken, groeit tot de hoogte van meer dan vyftig
+voeten; maar dewyl ik denzelven, noch ook de twee eerstgemelden,
+niet gezien heb, kan ik 'er niet meer van zeggen. De Mawna-boom is
+hoog, recht, en van een helder bruine kleur; deszelfs bladeren zyn
+eirond, en de noten gelyken naar muscaat noten; maar zy hebben 'er de
+geur niet van. De gom loopt uit den stam door insnydingen, welke men
+'er in maakt; de Indianen laaten dezelve in water ontbinden, en, zoo
+als ik reeds gezegd heb, zy mengen die onder de arnotta, om zig te
+beschilderen. De Palma-Christi by de kruidkundigen onder den naam van
+Ricinus, of den Wonderboom, bekend, is een heester van omtrent vier
+voeten hoog. Hy is recht op geschoten, en met breede gevingerde bladen
+bedekt, hangende aan lange steelen, en zulks zoo wel de stam, als de
+takken. Deeze heesters zyn van tweederley zoort, roode en witte. Zy
+brengen driehoekige nooten voort, zittende in groene schillen, die
+bruin worden, en afvallen, wanneer de vrucht ryp is. Men perst uit
+deeze noten de oly, aan welke men in Surinamen den naam geeft van
+carapat. Derzelver smaak gelykt veel naar die van olyf-olie.
+
+Onder alle de Indiaansche volken, onderscheiden zig de Caraiben door
+hun getal, werkzaamheid, en dapperheid. Zy woonen grootendeels naar
+den kant der Spaansche bezittingen, die zy dikwils ontrusten door
+een geest van wraakzucht over de wreedheden, omtrent de volken van
+Mexico en Peru, welken de Caraiben als hunne voorvaderen beschouwen,
+door deeze Europeanen zynde gepleegd geweest; zy hebben een Capitain
+aan hun hoofd, en verzamelen zig by elkander op het geluid van een
+zeeschelp; dikwils leveren zy ook slag aan de Indianen uit hunne
+nabuurschap; maar eene byzonderheid, die schier ongelooflyk schynt,
+en sterk is tegengesproken geworden, steldt hen beneden alle de andere
+volken van het vaste Land; zy zyn Cannibalen, of menschen-eeters. Dit
+is ten minsten zeker, dat zy hunne vyanden eeten, wier vleesch zy
+met de gretigheid van een gier inslokken, schoon men in algemeen
+vooronderstelt, dat zy daar toe meer door wraakzucht, dan door een
+bedorven smaak, gedreven worden.
+
+De Accawaus-Indianen zyn weinig in getal, en van de zee-kusten meer
+af gelegen, dan de eerstgemelden. Zy leven in goede verstandhouding
+met de Hollanders; maar zy zyn valsch, en weeten een langzaam vergift
+te bereiden, het welk zy onder hunne nagels verbergen. Hunne hutten
+zyn omringd met staketzels, van palen gemaakt, waar van de punten
+ook vergiftigd zyn.
+
+De Worrows-Indianen, zoo zy niet de wreedsten zyn, mogen ten minsten
+voor de verachtelyksten van alle de Indianen in Guiana gehouden
+worden. Zy woonen langs de Orenoco, tot aan de Volkplanting van
+Surinamen. Hunne kleur is onaangenaam en bleek. Zy zyn wel sterk,
+maar kleinmoedig. Hunne natuurlyke vadzigheid en hunne elende, een
+gevolg van hunne gevoelloosheid, is zoo groot, dat zy naauwlyks zoo
+veel hebben om die deelen te bedekken, welke de schaamte gebiedt
+te verbergen, en dat zy zig daar toe dikwils van den schors van een
+palmboom in plaats van linnen bedienen. Zomtyds gaan zy geheel naakt,
+en geven een ondraaglyken stank van zig. Hunne luiheid noodzaakt hen
+den meesten tyd, om alleen van wilde vrugten te leven, en niets dan
+water te drinken. Het moge vreemd dunken, wanneer men zegt, dat dit
+volk wel te vreden is; maar men moet begrypen, dat deszelfs verlangen
+zig tot deeze genietingen bepaalt, en dat men nooit een Indiaan hoort
+klagen, dat hy ongelukkig is.
+
+De Tajiras bewoonen ook de zeekust, tusschen de Volkplanting
+van Surinamen, en de Rivier der Amazonen; hun getal is het meest
+aanzienlyk; men berekent ze op byna twintig duizend zielen in deeze
+bezitting alleen. Deeze Indianen zyn vreedzaam; maar zeer ongevoelig,
+en in veele opzigten gelyken zy naar de Worrows.
+
+De Piannacotaus leven zeer verre in de binnen landen, en zyn
+vyanden van de Europeanen, met wien zy weigeren te handelen, of in
+de minste betrekking te staan. Dit kan ik 'er bovendien van zeggen,
+dat zy alle de Christenen in Guiana vermoorden zouden, indien zy
+'er de magt toe hadden.
+
+De eenige Indiaansche natie in dit Land, die my nog staat op te noemen,
+is die der Arrowouks: ik verkies dezelve boven alle anderen;--maar
+dewyl dit hooftstuk reeds vry lang geworden is, zal ik 'er by eene
+andere gelegenheid van spreken. Ik stap derhalven voor een oogenblik
+af van dit gelukkig volk, het welk noch van onderscheidingen van rang,
+noch van verdeelingen van landen, de bronnen van wanorde en twist
+by de verlichtste volken, eenige kennis heeft. Dit zelfde volk weet,
+in deszelfs gelukkig Land, alwaar groente en bloemen zig onophoudelyk
+vertoonen, in 't geheel niet wat behoefte en moeite is. De wenschen van
+hun, die deeze volken uitmaken, zyn bepaald, maar altyd voldaan. Deeze
+gelukkige Indianen hebben, met het denkbeeld van een toekomend leven,
+geene de minste ongerustheid over deeze toekomste, en sterven in
+vrede. Men kan van hun, naar de letter, zeggen, dat zy dikwils niet
+op den dag van morgen denken; maar met hun dit zoort van ontkennend
+geluk toe te staan, beweere ik egter niet, dat het zelve voor een
+Europeaan benydens-waardig is.
+
+Om een naauwkeuriger denkbeeld van de wapenen, huisraad, werktuigen,
+en onderscheidene cieradien der Indianen van Guiana te geven, verwyze
+ik den lezer naar de daar van gemaakte afteekening. Zie hier de lyst
+der dingen, die daar op vertoond worden. [8]
+
+
+
+ 1. Eene Coriola, of Indiaansche kano, doorgaans van den stam van een
+ boom gemaakt.
+ 2. Een Pagaije, of roei-riem.
+ 3. Een zeeft, manary genaamd.
+ 4. Een Indiaansche blaasbalg, of way-way.
+ 5. Een stoel, of zitbank, mouly genaamd.
+ 6. Een korf, of pagala.
+ 7. Een pers voor de cassave, matapy genaamd.
+ 8. Een Indiaansche boog.
+ 9. Een pyl om de visch te dooden.
+10. Een pyl met een ronde knop voor de vogelen.
+11. Een gewoone pyl met weerhaken.
+12. Een kleine vergiftigde pyl.
+13. Een pyp of fluitje, waar door men blaast, om de pylen te doen
+ afgaan.
+14. Een kroon van verschillende vederen.
+15. Een voorschoot, queiou genaamd.
+16. Een Indiaansche aarde pot.
+17. Een Indiaansche knods, of apoutou.
+18. Een catoene hangmat.
+19. Cieradien, van tanden van tygers, of wilde zwynen gemaakt.
+20. Een toover-schelp, of calebas.
+21. Een Indiaansche fluit, tou-tou genaamd.
+22. Een fluit, van het been van een vyand gemaakt.
+23. Een Indiaansche fluit, quarta genaamd.
+24. Een steen, om de maniok te malen, genaamd matta.
+
+
+
+ZESTIENDE HOOFTSTUK.
+
+Versterking van krygsvolk, uit Holland aangekomen.--De
+Goijava-boom, en deszelfs vrucht.--Legerplaats by Maagdenberg
+aan de Tempaty-Kreek.--Verschillende zoorten van Aapen.--Een zeer
+maanzieke Neger.--Eekhoorntje van Guiana.--Verscheidene zoorten van
+boomen.--Hagedissen.--Bergen van mynstoffen voorzien.--Treffelyke
+gezichten.--De Roucou-boom.--Fraaije Kapel.--Palmboom-worm.
+
+Ik keere tans tot de krygs-verrigtingen van den Colonel FOURGEOUD te
+rug. Ik heb reeds gezegd, dat men nieuw krygsvolk wagte, om ons zwak en
+elendig leger te versterken; en den 30sten. January 1775, ontfing men
+te Paramaribo de tyding, dat het transport-schip Maasstroom, Capitain
+LEG, in de Rivier Surinamen was binnen geloopen, en voor het Fort
+Amsterdam het anker geworpen had; twee divisien van honderd twintig
+mannen, onder bevel van den Colonel SEYBOURG, aan boord hebbende:
+en men verwagtte nog twee andere.
+
+Des anderen daags zakte ik de Rivier met eene kleine roeischuit
+af, om deeze nieuw aangekomenen te gaan verwelkomen. Ik hield het
+middagmaal aan boord met de Officiers, waar na men het anker ligte,
+en ik voer met hun schip mede tot het Fort Zelandia, alwaar het aan
+den wal ging leggen en door eenige kanon-schoten begroet wierd. Ik
+had het genoegen, om onder de Officiers mynen ouden Hoog-Bootsman,
+den Vaandrig HESSELING, te vinden, dien wy aan de Helder hadden
+agtergelaten, aan de kinderziekte gevaarlyk ziek leggende, wanneer wy
+uit Texel zeilden. Deeze jongman, die tans met den rang van tweeden
+Lieutenant by ons was, was zedert zyne herstelling aller ongelukkigst
+geweest. Zyne reize naar Surinamen hebbende willen voortzetten,
+ging hy aan boord van een schip, het welk in de baay van Biscaije
+eenen storm beliep, en na kaap Finisterre te zyn voorby gezeild, zyne
+gangen en roer verloor: dit zelfde schip verloor vervolgens ook nog zyn
+fokke-mast en steng. In deezen kommerlyken staat, en geen wind genoeg
+hebbende, om Lissabon te bereiken, was hy verpligt het op Plymouth
+aan te zetten. Van daar begaf zig de heer HESSELING aan boord van
+eene kleine sloep, met kolen geladen, en waar op hy niet gelukkiger
+was; want door onachtzaamheid van den schipper, stootte dit schip op
+rotzen, waar door de kiel los geraakte, en het schip dadelyk zonk. De
+heer HESSELING had echter, eer de sloep verging, den tyd om zyn maal
+te openen, en 'er zyn linnen, en eenige der noodzakelykste goederen
+uit te nemen, vervolgens ging hy in een slecht vaartuig over, en kwam
+eindelyk te Brest aan. Hy ging aldaar spoedig scheep naar Amsterdam
+op een Hollandsch schip, waar van de schipper niet veel bekwaamer dan
+de voorgaande was, en zyn schip op het drooge liet loopen, alwaar het
+byna aan stukken stootte. De heer HESSELING kwam nochtans gezond en
+behouden te Texel aan, alwaar hy tweemaalen te vergeefs moeite deed,
+om zig naar Zuid-America in te schepen. Hy slaagde eindelyk daar in,
+en op zynen tocht had hy zulk een zwaaren storm, dat alle de sloepen,
+schapen, varkens en gevogelte door de zee verzwolgen wierden.
+
+By het aankomen van dit nieuw krygsvolk, noodigde de Colonel FOURGEOUD
+de Officiers op het middagmaal, en deed hun niets anders dan gezouten
+ossen- en varkens-vleesch, en oude erweten, voorzetten. Ik had de eer,
+om mede aan deezen disch te zitten, en het vermaakte my zeer te zien,
+met hoe veel verwondering de Colonel en zyne tafel door de gasten
+wierd aangekeken. Des avonds geleidden wy hen naar den Schouwburg,
+alwaar men den dood van CESAR, en CRISPYN den Doctor, vertoonde: het
+eerste van deeze stukken wierd gespeeld op eene manier, die zoo wel
+als het tweede deed lagchen. Des anderen daags hield de Gouverneur ons
+des middags en des avonds ten eeten. Zyne tafel schitterde van rykdom
+en pracht. Onze nieuwe medgezellen waren over deeze kostbaarheid zoo
+zeer verwonderd, als zy het des avonds te vooren over de karigheid
+van den Colonel geweest waren.
+
+Op deeze maaltyd eenige ingelegde vruchten, waar onder de guava was,
+ontmoet hebbende, zal ik deeze gelegenheid waarnemen, om 'er iets
+van te zeggen. De Guava-boom, die deeze vrucht voortbrengt, groeit
+tot de hoogte van vier-en-twintig voeten. Deszelfs schors is van een
+heldere kleur, en het hout tusschen beiden; maar de vrucht, die geel
+en eyrond is, en ten naasten by de grootte van een renet-appel heeft,
+bevat een roodachtig vleesch, vol kleine zaden of korrels. Dit vleesch
+is van een zeer zoeten smaak, en men kan het rauw eeten; men maakt
+'er ingelegde geley van, die ongemeen lekker is. 'Er zyn tweerleije
+zoorten van guavas: de zoetsten bevatten het minste zaad.
+
+Den 3den February wierd het krygsvolk, het welk ontscheept was, naar
+het bovenste gedeelte van de Commewyne gezonden, om zig aldaar neder
+te slaan. Ik spreek egter alleenlyk van de soldaten, want de meeste
+Officiers bleven, om een festyn aan het huis van den heer MARCELLUS
+by te woonen. Deeze Colonist, om aan de maaltyd luister by te zetten,
+deed door een half douzyn Negers op trompetten en jagthoorns blazen,
+tot dat eindelyk het geheele gezelschap door dit geraas verdoofd was.
+
+Den 6den, ontfing de geheele krygsbende, zonder onderscheid,
+bevel om Paramaribo te verlaten, en op den Maagdenberg, aan de
+Tempaty-Kreek gelegen, dicht by dat gedeelte van de Commewyne,
+werwaarts men, den 3den, de nieuw aangekomene manschappen gezonden
+had, te gaan legeren. Dienvolgende alles tot een vierden veldtocht
+hebbende gereed gemaakt, nam ik afscheid van myne kleine familie,
+en van myne vrienden, en ik ging naar den oever, alwaar ik my in
+het zelfde vaartuig, als de Colonel SEYBOURG, moest inschepen: maar
+deeze, te onrecht vooronderstellende, dat het krygsvolk, met hem
+uit Holland gekomen, eene bende uitmaakte, van die van den Colonel
+FOURGEOUD afgescheiden, gaf last aan de Negers om voort te roeijen,
+op het oogenblik, dat ik niet verder dan een pistoolschoot van hem
+afwas, en liet my, ten uitersten daar over verwonderd, aan den wal
+staan. Ik wist, dat de Colonel FOURGEOUD gezworen had, dat hy deezen
+Officier tot gehoorzaamheid zoude noodzaken, zoo wel als den jongsten
+Vaandrig van het Regiment, en daar in had hy volmaakt gelyk. Een
+ander vaartuig genomen hebbende, haalde ik den Colonel SEYBOURG in,
+die over deeze myne daad zeer verwonderd scheen, en wy kwamen te
+gelyker tyd op de Plantagie Vossenburg, aan de Commewyne. Des anderen
+daags bereikten wy de Plantagie Arentslust, na de zwaare vaartuigen,
+die den 3den Paramaribo verlaten hadden, te hebben agtergelaten. Den
+10den, kwamen wy aan de Hoop, alwaar ik bevorens verscheiden maanden
+had doorgebragt. Ik voege hier by eene afteekening van het gezicht
+deezer Plantagie, en van den post Klarenbeek, alwaar ons Hospitaal
+steeds bleef. De Colonel FOURGEOUD vertrok ook den zelfden dag als wy,
+en sliep op Wajampibo.
+
+Den 11den, kwamen wy op de Plantagie Crawassibo, alwaar wy den
+nacht doorbragten. De Opzigter van deeze Plantagie dreef aldaar
+zyne onbeschoftheid tot die hoogte, dat ik, die reeds tegen al dit
+zoort van lieden was vooringenomen, hem een frisschen vuistslag in
+'t aangezicht gaf. Hy rekende zig daar door zoo beledigd, dat, schoon
+hy vry wat bloedde, hy zig met een enkelen Neger in een kano begaf, en
+in dien staat te middernacht op 't alleronverwagtst voor den Colonel
+FOURGEOUD verscheen, die in plaats van zyne klagten te beantwoorden,
+hem al vloekende wegjoeg.
+
+Den 12den kwamen wy op Maagdenberg, te weten, de Colonel FOURGEOUD,
+de Officiers en de vaartuigen met zee-soldaten beladen. Zedert dat wy
+de Hoop verlaten hadden, wierden de Plantagien zeldzaamer, en na dat
+wy die van Goed-Accord, welke tien of twaalf mylen verder ligt, voor
+by waren, zagen wy geene bebouwde landen meer. De muitelingen hadden,
+zoo als ik reeds gezegd heb, alle de Plantagien, die hooger op lagen,
+verwoest, uitgenomen eene kleine bezitting, zoo ik meen, Jacob genoemd,
+alwaar men Negers hield, om hout te hakken. De Rivier word boven
+Goed-Accord zeer naauw, en is van wederzyden door ondoordringbaare
+heesterstruiken bezet, even als de Cottica, tusschen Devil's Harwar
+en de Patamaca-Kreek. De Tempaty-Kreek, welke men als den oorsprong
+van de Commewyne kan aanmerken, vernaauwde zig op gelyke wyze zeer
+sterk. Maagdenberg, liggende honderd mylen van Paramaribo, was voor
+deezen eene Plantagie; maar 'er zyn aldaar geene andere overblyfzels
+van bebouwing, dan een oude oranje-boom: deeze plaats geeft thans
+niets meerder dan een dor en woest gezicht.
+
+Wy zagen hier en daar kleine schelpen verspreid, die het voorkomen
+hadden van die geene, welke men de moeder der peerlen noemt, en ten
+naasten by zoo groot waren als een Engelsche, schelling. Men vindt
+in verscheiden gedeelten der Volkplanting van Surinamen, voetstappen
+van bergwerken en mineraalen. De yzer-mynen zyn 'er gemeen; en ik
+twyffel niet of men zoude 'er ook goud en zilver ontdekken, indien
+de Hollanders 'er de noodige kosten toe wilden doen, en daar toe
+onvermoeid lieten arbeiden. Ik heb reeds gesproken van den diamant
+van Maroni, en van de roode en witte agaat, in het bovenste gedeelte
+der Rivier van Surinamen.
+
+De lucht was zuiverder en frisscher, en gevolgelyk veel gezonder op
+Maagdenberg, dan in eenig ander gedeelte deezer Volkplanting.
+
+Den 17den, vernamen wy, dat het transportschip de Maria Helena,
+hebbende twee andere divisien van honderd twintig mannen aan boord,
+onder bevel van den Capitain HAMEL, den 14den deezer maand in de
+Rivier Surinamen mede was binnen geloopen: dus bestond de geheele
+versterking in twee honderd en veertig man, die den 3den Maart in
+vaartuigen op Maagdenberg aankwamen, alwaar de geheele krygsmagt van
+den Colonel FOURGEOUD zig toen by den anderen bevond. Den zelfden dag
+kwamen 'er ook honderd Negerslaven aan, die bestemd waren om op onzen
+tocht de pakken te dragen. Een van deeze Negers aan boord van een der
+vaartuigen vermist wordende, wierd de bevelhebbende Officier, genaamd
+CHATEAUVIEUX, en een schildwacht, welken men met bloed besmet vond,
+in arrest genomen, om als beschuldigden van eene moord gevonnisd
+te worden. Deezen zelfden dag hadden twee van onze Capitains een
+tweegevecht, en een van hun wierd aan het voorhoofd gewond.
+
+Den 13den, vond een vaartuig, met mondbehoeften geladen, van Paramaribo
+komende, den Neger, die den 5den vermist was; hy lag aan den waterkant
+in de heesterstruiken, zynde in de strot gestoken, maar nog levend,
+vermits de steek de lugt-ader niet geraakt had. Het vaartuig nam
+deezen ongelukkigen op, en bragt hem te Maagdenberg, alwaar door een
+bekwaam Heelmeester, den heer KNOLLAERT, de wond wierd toegenaait,
+en deeze man op eene wonderbaarlyke wyze herstelde, schoon hy negen
+dagen zonder voedzel en zonder hulp gebleven was, in zyn bloed badende.
+
+In de daar aan volgende week verloor ik byna door een toeval het
+leven. Zie hier de zaak. De Colonel FOURGEOUD gebruikte twee Negers
+van de Plantagie Goed-Accord, om voor hem te jagen en te visschen. Een
+van hun, PHILANDER genaamd, stelde my voor, om hen in de bosschen
+te vergezellen, alwaar wy eenige pingos, of eenige powesas zouden
+kunnen ontmoeten; maar wy hadden nog geen twee mylen afgelegd, of wy
+wierden door eenen geweldigen slagregen overvallen, die ons noodzaakte
+om dit ontwerp te laten varen, en op den hoek lands, Jacob genaamd,
+de wyk te nemen. Om daar te komen, moesten wy een moeras doorwaden,
+zoo diep dat wy het water tot onder de armen hadden. PHILANDER
+(de schoonste manspersoon, dien ik immer gezien heb,) begaf zig tot
+zwemmen, en zyn medgezel van gelyken. Zy kliefden het water alleenlyk
+met de eene hand; met de andere hielden zy hunne jagt-geweeren in
+de hoogte. Zy noodigden my om hen daar te volgen, zoo als ik ook
+deed, niets anders dan myn borstrok en broek aan hebbende; maar
+na het maken van eenige bewegingen, zonk ik met myn snaphaan naar
+den grond. Ik liet hem daar, en weder boven water komende, verzogt
+ik PHILANDER te duikelen, en den snaphaan van den grond te haalen;
+toen lag hy de zyne op een Palmiet boom, en haalde vervolgens de myne
+zonder moeite. Op dit oogenblik hoorden wy een donderende stem uit
+het midden der doornstruiken roepen:--"qui somma datty? en door een
+ander, Souto, Souto da BONNY kiry da dago? Wie is daar? geef vuur! 't
+is BONNY! slaat den schelm dood!" Ons oprichtende, zagen wy vyf of
+zes snaphaanen, op eenen korten afstand op ons aangelegd. Ik duikte
+dadelyk onder water; maar PHILANDER geantwoord hebbende, dat wy tot
+den post van Maagdenberg behoorden, veroorloofde men ons, om een
+voor een naar de Plantagie Jacob te gaan. Zy, die ons gezien hadden,
+waren Neger-slaven, die in 't water hoorende roeren, naar den kant,
+van waar dit gerucht kwam, keeken, en drie gewapende mannen in het
+moeras ontdekten. Zy geloofden, dat het de muitelingen waren, die
+voorwaarts trokken, onder geleide van BONNY zelven, voor wien zy my
+aanzagen, om dat ik byna naakt, en myn lichaam door de zon verbrand
+was; myne hairen, die kort en gekruld waren, deeden my naar eenen
+Mulat gelyken. Na een weinig rhum gedronken, en onze kleederen voor
+een goed vuur gedroogd te hebben, keerde men naar Maagdenberg te rug,
+alwaar men my geluk wenschte met aan dit gevaar ontsnapt te zyn.
+
+De Colonel FOURGEOUD toen van eene versterking van versche manschappen
+voorzien zynde, deed, den 9den, alle zyne verminkten naar Holland
+inschepen. Myn vriend HENEMAN vertrok ook, den 6den February, naar
+dit zelfde Land, in eenen aller elendigsten staat.
+
+Op den zelfden bodem, als deeze jongman, bevonden zig verscheide
+andere Officiers, die gedwongen waren te vertrekken, niet door
+ziekte, maar door afkeer en mismoedigheid, welke de onrechtmatige
+behandeling van den Colonel, die, zoo als ik op het einde van het
+tiende hooftstuk gezegd heb, hunne bevordering had tegengehouden,
+aan hun veroorzaakte. Zy hadden gezien, dat jongelingen, die nog
+ter school gingen, wanneer zy zelven in 't jaar 1772 reeds in dienst
+der Volkplanting waren, aan hun wierden voorgetrokken. Die geenen,
+welken de Colonel, den 6den December 1774, in arrest had doen zetten,
+om in Holland gevonnisd te worden, wierden op het zelfde schip
+gebragt. Dit schip was niets anders dan een hospitaal, maar zeer
+slecht van ververschingen voorzien.
+
+Den 21sten, deed de Colonel met genoegen de monstering van zyn
+klein leger, en het smertte my zeer de Neger-Jagers daar niet by te
+zien. De eerste zorge van den Bevelhebber was vervolgens, om eene wacht
+aftezenden, tot het bespieden der omleggende streeken van zyne nieuwe
+legerplaats, en ik had de eer daar toe te behooren. Geduurende deezen
+kleinen tocht viel 'er niets merkwaardigs voor, dan het ontmoeten van
+eene groote meenigte Coiatas (quoata in Guiana, quatto in Surinamen,
+chameck in Peru genaamd) zynde een zoort van aapen, die zeer veel
+opmerking verdienen, uit hoofde van hunne overeenkomst met den mensch,
+eene hoedanigheid, welke ik niet met stilzwygen mag voorby gaan. Op
+zekeren avond met mynen kleinen QUACO buiten de legerplaats wandelende,
+naderden deeze aapen van zeer naby, om ons te bekyken, en zy wierpen
+kleine stukjens hout, en hunne vuiligheid naar ons toe. Wy bleven
+staan, en ik konde hen gemakkelyk waarnemen. De Coiata is zeer groot,
+en zyne staart ongemeen lang. Zyne armen en beenen zyn met lange zwarte
+hairen bedekt, het welk een zeer onaangenaam gezicht maakt. De huid
+van zyn aangezicht is rood, en zonder hair, de oogen zyn ingedoken,
+en ten dien opzigte gelykt hy niet kwalyk naar een oud Indiaansch
+wyf. Zyne ooren zyn kort; zyne handen of voorpooten hebben vier
+vingeren en geene duimen; maar de agterpooten hebben vyf toonen, allen
+met zwarte nagels. Het uiteinde van zyne staart is krulswyze gedraait;
+zy is zonder hair en eeltachtig, vermits hy 'er dikwils gebruik van
+maakt, om aan de takken der boomen te blyven hangen, en dan dient zy
+hem tot een vyfde lid. De gezwindheid, waar mede de Coiata van de
+eene boom op de andere overgaat, is wonderbaarlyk; maar ik heb hem
+niet zien springen. Het schynt, dat deeze eigenzinnigheid, om kleine
+stukjens hout, en vuiligheid te werpen, slechts eene naarbootzing van
+de bewegingen der menschen is; want hy doet het altyd in 't wild, en
+heeft de behendigheid noch kragt niet, die 'er noodig zyn, om het door
+hem gemikte voorwerp te raken; en zoo dat al gebeurt, het is by louter
+toeval. Maar in de Coiata is dit zeer merkwaardig, dat zoo dra hy door
+een snaphaanschoot of pyl gewond is, hy aanstonds zyn poot op de wonde
+legt, zyn bloed ziet vloeijen, en met behulp van zyne medemakkers,
+boven op den boom klimt, een droevig geschreeuw makende. Hy maakt
+zig aldaar met de staart aan een tak vast; en gaat voort zyn lot
+te betreuren, tot dat hy, door het verlies van zyn bloed verzwakt,
+voor de voeten van zynen vyand dood nedervalt. [9]
+
+Het is niet verwonderlyk, dat deeze aap, wanneer hy gewond is, door
+de dieren van zyn zoort geholpen word, om op den top van eenen boom
+te klimmen; maar dat zy kennis genoeg van de kruidkunde hebben zouden,
+om de wond-planten uit te zoeken, te kaauwen, en op den wond te leggen,
+dit is iets het geen ik niet gelooven kan, schoon zeker reiziger het
+nog onlangs verzekerd heeft. Betreffende de hulp, welke zy elkander
+toebrengen, om over een Rivier te komen, en die daar in bestaat,
+dat zy de staart van den een aan den ander vastbinden, tot dat de
+laatste van de reije zig van boven van een tak van een boom geworpen
+heeft, hoe groote achting ik ook heb voor ULLOA, die dit verhaalt,
+en die zulks in eene plaat vertoond heeft, durve ik echter, dewyl hy
+'er geen ooggetuige van geweest is, hier aan twyffelen, en zelfs aan
+hem, die beweert het zelve gezien te hebben. [10]
+
+Ik moet ook nog spreken van een anderen aap, dien ik by den Colonel
+FOURGEOUD zag, en wien men in Surinamen den naam van Wanacoe
+geeft. Hy is met lange zwarte hairen bedekt, even als de Coiata,
+maar zyne ledematen zyn veel korter, hairachtiger, en zyn aangezicht
+is van eene vuile witte kleur: deeze aap is de eenige van zyn zoort,
+die voor geen maatschappelyk leven is; men vindt hem altoos alleen. Dit
+eenzaam dier word door de aapen van andere zoorten zoo veracht, dat zy
+hem by aanhoudenheid slaan, en hem zyn voedzel ontsteelen; hy is al te
+langzaam om hun te ontsnappen, en al te lafhartig, om hen te bevechten.
+
+De Saki-winki is de kleinste van de aapen met lange hairen, en
+misschien van die van Guiana, zoo niet van de geheele weereld; want
+hy is niet veel grooter dan een Noorweegsche rot.
+
+Deeze aap is een allerliefst diertje, hebbende gekruld en zwart grys
+hair, een aangezicht van eene witte kleur, en zeer schitterende
+oogen. Zyne ooren zyn breed en kaal, maar weinig zichtbaar, zynde
+bedekt door een baard, die hem rondom het aangezicht groeit; zyne
+pooten gelyken naar die van een eekhoorntje; zyne staart is dik en
+met ringen. Hy is zoo vatbaar voor de koude, dat men hem naauwlyks
+levendig in Europa brengen kan, en dat hy, aldaar aankomende, gaat
+kwynen en sterft. De Hollanders noemen hem chagryntje, om dat hy
+zig ligtelyk aan treurigheid overgeeft. Ik heb de groote Coaita,
+en de kleine Saki-winki op de nevensstaande plaat afgeteekend, ten
+einde myn penceel de onvolmaaktheid van myne pen mogt aanvullen.
+
+By myne te rug komst op Maagdenberg, wierd ik door eenen zwaaren boom,
+die van ouderdom voor myne voeten nederviel, byna verpletterd. Dit
+toeval gebeurt in de bosschen van Guiana meenigmaal, en zelfs wierden
+twee of drie zeesoldaten op die wyze, maar ligtelyk, gewond. Geduurende
+al den tyd, dat onze ronde duurde, hadden wy veel regen, en doorwaadden
+eene kleine Kreek. Wy hakten een palmboom om, die aan den waterkant
+stond; hy viel aan de andere zyde over, en diende ons alzoo tot
+een brug.
+
+Te rug gekomen zynde, ging ik den ongelukkigen Neger bezoeken, dien
+men met een steek in de strot gevonden had, en die op dit oogenblik vry
+wel hersteld, en in staat was, om te kunnen spreken. Hy verklaarde my,
+dat hy zig zelf zoodanig verminkt had. Ingevolge deeze verklaaring,
+wierden de Officier en de schildwacht, welken men verdacht gehouden
+had, oogenblikkelyk weder in vryheid gesteld. Ik vroeg deezen man,
+welke reden hem had kunnen bewegen, om zig zelven te willen van kant
+maken? Hy antwoordde my:--Geene hoe genaamd.
+
+"Ik heb, zeide hy my, ik heb den besten meester, en de beste
+meesteresse van de weereld; ik heb eene familie, welke ik bemin, en
+die my bemint. Ik had den geheelen nacht, tot vier uuren des morgens,
+sterk geslapen, toen ik, ontwakende, het mes nam, om met de punt myne
+tanden schoon te maken, en op 't oogenblik stak ik my in den strot,
+zonder te weten waarom. Een oogenblik daar na had ik berouw over 't
+geen ik gedaan had. Ik stond toen uit myne hangmat op, en ging in de
+kano, om my te wasschen, en de wond, zoo mogelyk, toe te maken. Gebukt
+hebbende, om water te scheppen, en by aanhoudenheid veel bloed kwyt
+raakende, stortte ik in eene flaauwte, en viel in de Rivier. Toen
+had ik geen kracht meer, om my op te richten, noch zelfs om hulp te
+roepen. Echter gelukte het my, na veele pogingen, den oever der Rivier
+te bereiken, alwaar ik op nieuw flaauw viel, en alleen bleef leggen,
+tot op het oogenblik, dat het vaartuig, het welk naat Maagdenberg
+ging, my aan boord nam. In al dien tusschentyd, die negen dagen duurde,
+bleef ik volkomen by myne kennis, en zag een Ouarini, (mier-eeter,) die
+aan het bedorven bloed, het welk ik rondom den hals had, kwam ruiken;
+maar ik maakte eenige beweging, en hy keerde naar het bosch te rug".
+
+Ik gaf aan deezen ongelukkigen eenige beschuit, welke men my van
+Paramaribo gezonden had; ik voegde 'er een groote calebas vol garst
+by, om soup voor hem te maken, en een fles wyn. Deeze Neger scheen
+my toe omtrent zestig jaaren oud te zyn.
+
+Ik ontfing op dit tydstip, en met moeite, eenen brief van den heer
+KENNEDY, die zig gereed maakte, om naar Holland in te schepen,
+en my verzocht, om mynen kleinen QUACO naar zyne Plantagie te rug
+te zenden; het geen ik oogenblikkelyk deed, aan deezen jongen slaaf
+eenen brief medegevende, waar by ik aan zynen meester een aanbod deed,
+om denzelven van hem te koopen, zoo dra het in myne macht zoude zyn,
+om 'er hem den koopprys voor te betaalen.
+
+Den 2den April gaf de Colonel FOURGEOUD aan alle de zieken, die in de
+Volkplanting gebleven waren, bevel, om zig naar Maagdenberg te begeven,
+alwaar hy een hospitaal en een groot Magazyn voor de mondbehoeften
+liet oprichten. Dus kwamen alle de verminkten van Klarenbeek alhier
+aan, vergezeld van heelmeesters, apothecars, derzelver knechts,
+enz. De lucht was in de daad, zoo als ik hier boven heb aangemerkt,
+op deeze hoogte beter, dan ergens elders. De Colonel was op dit
+oogenblik in een zeer kwaden luim, en mishandelde vriend en vyand,
+zonder onderscheid. Hy zwoer, dat geen krygsman, onder zyn bevel
+staande, van den dienst ontheven zoude worden, indien hy slechts op
+zyne beenen staan konde. Byna te gelyker tyd zond men eene aanzienlyke
+krygsbende naar de Plantagie Brouyingsbourg, aan de Commewyne, alwaar
+men voor eenen opstand beducht was, om dat de Negers geweigerd hadden
+des Sondags te werken: men dwong 'er hen echter door zweepslagen toe.
+
+Wy waren in het midden van het regen-saisoen, het welk den Bevelhebber
+niet wederhield, om ons zyn oogmerk tot het doorkruissen der bosschen
+te verklaaren; en dienvolgende gaf hy last, ten einde twee sterke
+kolommen des anderen daags zouden optrekken.
+
+De reden, die hem bewoog, om zulk een gevaarlyk jaargetyde te
+verkiezen, bestond hier in, dat indien het hem nu gelukte de
+muitelingen te doen verhuizen, hy hen tot hongersnood zoude doen
+vervallen, het geen in het saisoen van droogte, wanneer de bosschen
+van allerleije zoort van vruchten en wortelen rykelyk voorzien zyn,
+niet geschieden konde. Dit was echter, naar myn inzien, eene verkeerde
+rekening; want men moest ook in 't oog houden, welke verwoestingen zulk
+een ongezond jaargetyde, het welk twintig van onze soldaten tegen eenen
+muiteling zoude doen omkomen, onder ons krygsvolk stond aan te rechten.
+
+De Colonel was van een zeer sterk gestel, en hy had byna zyn geheele
+leven in de oeffeningen der jagt doorgebragt. By deeze gave der
+natuur voegde hy eene andere, de gematigdheid, en voorts gebruikte
+hy dagelyks zynen geneesdrank.
+
+Zyne geheele kleeding bestond in een overrok, waar in zyn degen door
+een knoopsgat doorging. Op zyn hoofd droeg hy een catoene muts,
+met een witte hoed 'er op. In zyn hand hield hy een rotting, maar
+zelden droeg hy zyn snaphaan of pistolen. Ik heb hem wel gezien,
+zeer slecht gekleed en blootsvoets, als de gemeenste soldaat.
+
+Den 3den April, des morgens ten zes uuren, trokken de twee colommen op
+weg, de eene onder bevel van den Colonel FOURGEOUD, de andere van den
+Colonel SEYBOURG; ik had de eer tot de eerste te behooren. Onze arme
+soldaten waren verschrikkelyk beladen; zy hadden bevel ontfangen, om
+hunne snaphanen in hun knapzak te steeken, den mond derzelve alleen
+uitgezonderd: dit geschiedde, om hun geweer voor de stortregens
+te beveiligen. Wy trokken zuidoost-waarts langs de oevers van de
+Tempaty-Kreek, en wel dra ontmoetten wy moerassen, waar in wy tot
+over de knien door 't water gingen.
+
+Geduurende den tocht van den eersten dag, ontmoetten wy eenige fraaije
+eekhoorntjes, van welke dieren in dit Land verscheide zoorten zyn. Die
+wy zagen, waren bruin, den buik wit, en de staart een weinig dik;
+zy waaren zoo groot niet, als die in Europa. Men vindt 'er in Guiana,
+die wit zyn, met roode oogen; 'er zyn 'er ook die vliegen. Men weet,
+dat de laatstgemelde geene vlerken hebben, maar dat een vlies, een
+gedeelte van hunne huid uitmakende, van wederzyden tusschen de voor-
+en agter-pooten geplaatst, hun daar voor dient. Deeze huid, wanneer
+zy springen, spreidt zig uit als de vlerk van een vledermuis; door
+dit middel vliegen deeze dieren door de lucht tot eenen zeer verren
+afstand.
+
+Des anderen daags, den 4den April, vervolgden wy onzen tocht
+zuidoost-waarts, tot twee uuren toe; maar vervolgens namen wy onzen
+weg ten zuid-zuidwesten.
+
+Deezen dag trokken wy voorby eenige hoopen fraay werkhout, het
+welk op den grond lag te verrotten zedert het jaar 1757, wanneer de
+Plantagien door de Neger-slaven, die toen in opstand geraakt waren,
+waren vernield geworden. Onder dit hout ontdekte ik, dat van den rood-
+of purper-hout boom, van den yzer-hout boom, en van de bourracourra.
+
+De purper-hout boom groeit zomtyds tot de hoogte van veertig voeten,
+en heeft een stam van eene geevenredigde dikte. Zyn schors is bruin en
+glad; zyn hout is van eene fraaije purper kleur, en van eene aangenaame
+reuk. Men waardeert hem zeer, uit hoofde van deszelfs vastheid.
+
+De yzer-hout boom, aldus van wegen deszelfs hardheid genoemd, verheft
+zig byna tot de hoogte van zestig voeten. Zyn schors heeft eene heldere
+kleur. De Indianen en Europeanen maken veel werk van deszelfs hout,
+om dat het zoo hard en in een gedrongen is, dat het zelfs de byl
+wederstaat, en voor eene zeer schitterende gladheid vatbaar is:
+in het water gaat het te niet.
+
+De bourracourra verheft zig tot de hoogte van dertig of veertig
+voeten; maar hy is niet zeer dik, en zyn schors is rood. Het hart
+alleen van dit hout is goed; maar wanneer men 'er het spint afneemt,
+is deszelfs middellyn merkelyk verkleind. Intusschen is het zoo
+wel fraay als nuttig, zynde van een zeer fyne karmosyn-kleur, met
+onregelmatige en zwarte moesjes gevlakt, waarom de Franschen 'er
+den naam van letterhout aan gegeven hebben. Het is in een gedrongen,
+vast, en hard, schoon een weinig tot breken geneigd, en het neemt ook
+den schitterendsten glans aan. Het letterhout is zeldzaam in Guiana;
+maar de twee eerstgemelde zoorten zyn 'er in meerder overvloed, en
+groeien op de hooge gronden. Men vindt in dit Land ook ebbenhout. De
+boomen van hard hout, tot planken voor de suiker-molens gezaagd, worden
+voornamelyk verzonden naar de Engelsche Eilanden in de West-Indien;
+men verkoopt dezelve zeer duur.
+
+Het bevel tot den tocht op den 5den gegeven zynde, vouwden wy onze
+hangmatten op, en wy trokken ten zuid-zuid-oosten, vervolgens ten
+zuid-oosten, door gevaarlyke en diepe moerassen, alwaar wy tot aan de
+borst toe door het water gingen, en de regen viel als met bakken van
+den hemel. In deeze elendige gesteldheid, hadden wy eene onaangenaame
+ontmoeting, niet door de muitelingen veroorzaakt, maar door een hoop
+groote aapen, die wy vervolgens boven in de boomen vernamen, Zy sloegen
+een zoort van noten tegen de takken, om 'er de pit uit te haalen; het
+geen zy met eene groote regelmatigheid deeden, laatende tusschen elken
+slag eene tusschenpoozing van tyd verloopen. Sommigen van hun wierpen
+van die noten naar ons toe; en zelfs bekwam een van onze soldaaten
+daar door een gat in 't hoofd. Het geraas, het welk deeze aapen by
+het breken van die noten maakten, had ons in de gedachten gebragt, dat
+het de muitelingen waren, die in het bosch, met een byl hout hakten.
+
+Des avonds sloegen wy ons neder by de Tempaty-Kreek. Wy ontstaken op
+deeze plaats groote vuuren, en bouwden aldaar vry goede hutten: dus
+bragten wy deezen nacht door, beveiligd voor de vochtigheid. Wy vonden
+hier het beste water, het welk ik immer gedronken heb; en ik zag op
+de legerplaats twee merkwaardige hagedissen, dragende in dit Land den
+naam, de een van bosduivel, en de andere agama. De eerste is klein en
+leelyk, en van eene zeer hoog bruine, of zelfs zwartachtige kleur. Hy
+klimt op de boomen, en koomt met eene ongelooflyke schielykheid weder
+naar beneden; hy heeft geene schubben; zyn kop is breed, en men zegt,
+dat hy byt, het geen de hagedissen anders niet gewoon zyn. De tweede
+heeft ook den naam van de Mexicaansche Kameleon. Hy is ongemeen schoon,
+en even als alle anderen van dit zoort, bezit hy het vermogen om
+van kleur te veranderen; maar geen tyd gehad hebbende, om hem met
+aandacht te onderzoeken, kan ik van zynen aart en hoedanigheden
+niets meer zeggen. In Surinamen is ook nog een zoort van Hagedis,
+bekend onder den naam van Salamander; maar ik heb hem nooit gezien.
+
+Den 6den, vervolgden wy onzen tocht, nemende den weg westwaarts tot
+den middag toe. De regen viel steeds geweldig, en wy liepen door het
+water. Op het gemelde uur, veranderden wy onzen weg, om noordwaarts
+te gaan, en wy trokken langs zeer hooge bergen, die, zoo als ten
+minsten veelen vooronderstellen, in hunnen boezem schatten bevatten:
+
+"Rotsen met kostbaare gesteenten verrykt; bergen, waar op de
+glinsterende aderen van schitterende mynstoffen blinken; die ketenen
+vormt, boven den middaglyn in hoogte verheven; waar uit talryke beken
+ontspringen, om over het gouden zand heen te rollen; ontzag verwekkende
+bosschen, wier bladeren allerleije levendige kleuren vertoonen, die uwe
+golfswyze toppen op een onmeetlyk toneel in evenwicht houdt. (THOMSON)"
+
+De twee hoogste bergen in het zuiden van America, zyn het Andische
+gebergte, door de bewooners des Lands Chimborazo genoemd, het welk
+zig twintig duizend vierhonderd zestig geometrische voeten boven de
+oppervlakte der Zuid-zee verheft, en, schoon onder, den middellyn
+gelegen, aanhoudend met sneeuw bedekt is, tot op den afstand van
+vier duizend voeten beneden deszelfs kruin. De andere berg is die,
+op het vallen van welken de Stad Quito gebouwd is; deszelfs hoogte is
+negen duizend driehonderd zeventig voeten, en men rekent denzelven
+voor het hoogste van alle bewoonde Landen in Zuid-America, zoo niet
+in de geheele weereld.
+
+Den 7den, trokken wy al verder noordwaarts, over gebergten, van
+welker kruin wy de verrukkelykste gezichten zagen. Wy ontdekten aldaar
+een onmeetlyk en woest Land, geheel en al bedekt door een treffelyk
+bosch, welks geboomte door eene verscheidenheid van schaduwen, en het
+schitterendst groen veraangenaamde. Ik zag hier een houtsnip, die my
+dezelfde kleur, als de Europeesche, scheen te hebben, maar langzaamer
+vliegt; men verhaalde my egter, dat zy met eene ongelooflyke ligtheid
+kan voortloopen. De Arnotta-boomen, welken ik vond, schoon in een
+klein getal, trokken vooral myne aandacht naar zig, en ik heb 'er
+een tak met de grootste naauwkeurigheid van afgeteekend. De Arnotta,
+dien men ook den Roucou-boom noemt, en door de Indianen genoemd word
+Cossowy, is veel eer een heestergewas, dan een boom, want hy groeit
+slechts tot de hoogte van twaalf voeten. Deszelfs lange, smalle,
+puntige, en beurtelings geschaarde bladeren, zyn aan de eene zyde
+hooger groen, dan aan de andere, en door vezelen van eene roodachtig
+bruine kleur verdeeld; de steel heeft ook de zelfde kleur. De bast
+van de vrucht, naar een klein hoender-ei gelykende, is vol puntige
+stekels, als de schel van een kastanjen: in 't begin heeft zy eene
+fraaije roozen-kleur; en naar maate dat zy ryp word, verandert zy,
+en krygt eene donker bruine kleur; als dan gaat zy van zelve open,
+en vertoont een vleesch van eene fraaie karmozyn kleur, waar in zwart
+zaad zit, even als druiven korrelen. Toen ik van de inboorlingen, of
+Indianen van Guiana sprak, heb ik het gebruik, beschreven, waar toe
+hun de Arnotta dient. In de afbeelding, welke ik den lezer aanbiede,
+beteekent de letter A, het blad van boven; de letter B, het blad
+naar beneden; de letter C, de bast der vrucht, eer dezelve ryp is;
+de letter D, de rype schel, het vleesch vertoonende; de letter E,
+het zwart zaad, door een gedeelte van het vleesch overdekt. Ik moet
+hier aanmerken, dat de tak van den Roucou, door de beroemde Juffrouw
+DE MERIAN afgeteekend, met alle die geene, welke ik gezien heb, weinig
+overeenkoomt; en, het geen my zeer verwonderd heeft, zy verklaart, dat
+dezelve door eenen boom van aanmerkelyke grootte word voortgebracht.
+
+Na, des avonds, eenen arm van de Mapany-Kreek doorwaad te hebben,
+kwamen wy in onze legerplaats te Maagdenberg te rug. Veelen van
+onze Officiers waren zoo kwalyk gesteld, dat zy door Negers in hunne
+hangmatten gedragen moesten worden; anderen bevonden zig zoo zwak,
+dat zy met moeite staan konden; maar het klagen was loutere dwaasheid;
+men moest bezwyken en sterven. Ik was geduurende deezen tocht zeer
+gelukkig; want ik vermoeide my niet, en ondervond geene kwaade
+behandeling van den Bevelhebber. De tweede kolom kwam des anderen
+daags aan; zy had, zoo min als wy, eenigen vyand ontmoet.
+
+Myn kleine QUACO kwam, den 29sten, van Paramaribo te rug. De heer
+KENNEDY verkogt hem my, voor eene somme van 500 Hollandsche guldens,
+die, met eenige kosten, ten naasten by 50 ponden sterling bedraagen,
+tot welker betaaling de Colonel FOURGEOUD de beleefdheid had my een
+order briefje op den waarneemer zyner zaaken te geven. Ik was verrukt
+van eenen zoo getrouwen dienaar in eigendom verkregen te hebben; en
+deeze gebeurtenis verdubbelde myn ongeduld, om het verlangd oogenblik
+te zien, dat ik myne geliefde JOANNA, en mynen zoon, van wier eigenaar
+ik nog geen antwoord ontfangen had, zoude kunnen vry koopen.
+
+Terwyl wy op Maagdenberg waren, bood een Neger my eene fraaie Kapel
+aan, welke ik met alle mogelyke naauwkeurigheid afteekende. In de
+verzameling van Mejuffrouw DE MERIAN heb ik dezelfde gezien, alwaar
+die zeer slecht gekleurd is. De myne was van een zeer dof blaauwe
+kleur, hellende naar het groen, en geheel bedekt met moesjes, even
+als een paauwen-veder; op elke vlerk had dezelve een vlak van eene
+bleek geele, en van onderen eene purper karmozyn kleur. De rups van
+deeze kapel is geel en bruin, met agt hoornen op den kop en twee op
+de staart.--Byna te gelyker tyd kwam de Capitain FREDERIK van eenen
+tocht in de bosschen te rug. Een van zyne Corporaals was by het
+oversteeken van een Kreek verdronken. Het is niet zeldzaam, dat in
+dusdanig geval iemand in het water valt, maar doorgaans haalt men hem,
+wien zulk een ongeluk wedervaart, in tyds 'er uit. Dit was het lot
+niet van deezen ongelukkigen, die met al zyn reistuig oogenblikkelyk
+naar den grond zonk.
+
+Een ander Neger bragt my ook een kookzel van groegroe, zoo als men
+het in Surinamen noemt, en zynde van Palmboom-wormen toebereid. Het
+zyn groote zwarte koorn-wormen, die hunne eieren in het merg van
+afgekapte of afgebrokene Palmboomen nederleggende, dezelven alzoo doen
+geboren worden. Deeze wormen hebben de gedaante en grootte van een
+menschenduim. Welk walgelyk voorkomen zy ook hebben mogen, eeten 'er
+verscheiden lieden met smaak van, en men verkoopt ze ten allen tyde
+te Paramaribo: men bakt ze in de pan met boter en een weinig zout;
+of men braad ze, en rygt ze aan kleine houte pinnen. Zy hebben een
+smaak, uit dien van alle Indiaansche speceryen, als de muscaat-nooten,
+kruid-nagelen, kaneel, enz. zaamgesteld. De Palmboomen, die beginnen
+te verrotten, leveren dit zoort van wormen op; maar allen hebben zy
+dezelfde grootte niet. De eene en andere hebben eene bleeke geele
+kleur, meteen zwarte kop; de Indianen en Negers noemen dezelven
+toecoema.
+
+Den 16den, deed men een hoop krygsvolk naar la Rochelle, aan de
+Patamaca, vertrekken. Des anderen daags zond men een Capitain met
+eenige soldaaten naar den post van de Hoop aan de Commewyne, om aldaar
+alle de Plantagien, aan de oevers deezer Rivier gelegen, te beschermen.
+
+Den zelfden dag zag men den ongelukkigen Neger, die den 5den Maart zig
+in den strot gestoken had, en die tans van zyne wonden genezen was,
+het bosch ingaan. Hy hield een mes in de hand, en deeze keer mislukte
+hem zyn slag niet. Men liep hem na, maar vond hem dood. Zyn meester
+berigtte ons, dat hy zedert eenigen tyd van maand tot maand pogingen
+deed, om zig van kant te helpen.
+
+Den 17den, kwamen de manschappen, die naar den post van la Rochelle
+afgezonden waren, van daar te rug; al het krygsvolk der Societeit
+was daar ziek.
+
+De Colonel FOURGEOUD behandelde my in dit oogenblik met de grootste
+beleefdheid. Op zyn verzoek zond ik hem, den 20sten verscheide
+afteekeningen, die hem zelven en zyn krygsvolk verbeeldden, worstelende
+tegen alle de moeielykheden, die zig elk oogenblik in onzen dienst
+opdeeden; hy zeide my, dat zyn oogmerk was dezelve aan den Prins van
+Oranje en aan de Staaten Generaal aan te bieden, om hun te doen zien,
+wat zyn volk al in de bosschen van Guiana geleden had.
+
+Hy gaf my toen een verlof van veertien dagen, om naar de Stad te
+gaan, en den heer KENNEDY goede reize te wenschen. Zynen goeden
+luim niet willende laten verkoelen, verliet ik Maagdenberg binnen
+'t uur, en maakte zoo veel haast, dat ik den 22sten te Paramaribo
+aankwam. Ik vond myne kleine familie aldaar zeer welvarende. Op 't
+oogenblik van myne aankomst, zond men my dezelve by den heer DELAMARRE;
+maar geduurende myne afwezigheid, had dezelve het huis van den heer
+LOLKENS niet verlaten, en was aldaar steeds met veel oplettenheid en
+achting behandeld.
+
+
+
+ZEVENTIENDE HOOFTSTUK.
+
+Nieuwe wreedheden, nog onmenschelyker, dan alle de
+voorige.--Verschillende zoorten van planten.--Papegaaijen en
+Parkieten.--Surinaamsche Patrys.--Buitengewoone Insecten.--Geiten van
+Guiana.--De Taibo.--Verscheidene zoorten van visschen.--Groote sterfte
+onder het krygsvolk, het welk zig op de posten aan de Tempaty-Kreek,
+en de Commewyne bevond.
+
+Myn eerste bezoek leide ik by den heer KENNEDY af, en betaalde hem de
+vyf honderd gulden, voor den koopprys van QUACO, die toen mynen vryen
+eigendom was. By myn verblyf op Paramaribo wierd ik door eene koorts
+aangetast, die echter slechts weinige dagen duurde. Den eersten Mey,
+aan den oever der Rivier wandelende, vernam ik, dat 'er eene groote
+meenigte volks voor het huis van Mevrouw S.... vergaderd was, alwaar ik
+eene verschrikkelyke vertooning zag. Een ongelukkig Mulatten meisje was
+'er het voorwerp van. Zy baadde in haar bloed. Men had haar op eene
+wreedaartige wyze in den strot gestoken, en negen of tien steeken in
+de borst op verschillende plaatsen gegeven. Men beweerde, dat dit het
+gevolg was van de jaloersheid van dit helsche beest, Mevrouw S...., die
+haaren man verdacht hield, dat hy op dit ongelukkig meisjen verliefd
+was. Dit wangedrocht van een wyf heb ik reeds bevoorens aangehaald,
+toen zy een onnoozel kind, welks geschrei haar hinderde, verdronken
+had. Men beschuldigde haar zelfs van eene nog grootere wreedheid,
+indien 'er grooter zyn konde! Op zekeren dag op haare Plantagie
+komende, om aldaar eenige slaven, die in 't kort gekocht waren, te
+bezigtigen, viel haar oog op eene Negerin van omtrent vyftien jaaren,
+die de taal niet verstond. Bemerkende, dat deeze jonge dogter zeer
+schoon was, dreef haare verfoeijelyke jaloersheid haar op 't oogenblik,
+om dit meisjen met een gloeiend yzer, aan de wangen, den mond, en het
+voorhoofd te mismaken; zy sneed haar ook de pees van Achilles aan een
+haarer beenen af, en maakte haar alzoo tot een gedrocht van leelykheid.
+
+Eenige Negers deeden haar, by deeze gelegenheid, vertogen omtrent de
+wreede straffen, welke zy dagelyks uitoeffende, en verzogten haar, om
+haare slaven met meerder menschelykheid te behandelen. Men verhaalt,
+dat Mevrouw S...., woedend kwaadaartig wordende, dadelyk aan een
+ongelukkig slaven kind, zig aldaar bevindende, de herssens insloeg,
+en vervolgens aan twee jonge Negers, die dit kind in den bloede
+bestonden, en deeze schenddaad hadden willen beletten, het hoofd deed
+afslaan. Toen zy de Plantagie verlaten had, wierden de beide hoofden
+in een zyden doek gewonden, en door derzelver vrienden naar Paramaribo
+gebragt, alwaar zy ze voor de voeten van den Gouverneur nederleiden,
+en hem de volgende aanspraak deeden.
+
+"Zie hier, uwe Excellentie, het hoofd van mynen zoon, en zie hier dat
+van zynen broeder, (op zynen makker wyzende,) welke onze meesteresse
+heeft doen afhouwen, om dat zy een der moorden, die zy dagelyks begaat,
+hadden willen voorkomen. Wy weten wel, dat, vermits wy slaven zyn,
+men ons getuigenis niet aanneemt; maar indien deeze bloedende hoofden
+voor een genoegzaam bewys verstrekken van het geen wy zeggen, smeeken
+wy, dat de vernieuwing van dergelyke wreedheden moge belet worden:
+wy zullen daar voor eeuwig dankbaar zyn, en met genoegen ons bloed
+plengen voor het behoud van onzen meester, onze meesteresse, en van
+de geheele Volkplanting."
+
+Men gaf deeze ongelukkigen ten antwoord, dat zy leugenaars waren,
+en dat men hen veroordeelde, om op alle de straaten van Paramaribo
+gegeesseld te worden. Dit onrechtvaardig vonnis wierd met de grootste
+wreedheid ter uitvoer gebragt.
+
+De wetten deezer Volkplanting brengen mede, dat men aldaar nooit het
+getuigenis van eenen Neger aanneemt. Indien by den moord, door my
+verhaald, een blanke was tegenwoordig geweest, zoude zyn getuigenis
+bestaanbaar geweest zyn; maar dan zou deeze afschuwelyke boosdoenster
+vry geweest zyn met de betaaling eener boete van vyftig ponden sterling
+voor elken doodslag.--Maar laat ons eindigen.--Myne ziel heeft een
+weerzin, om nopens zulke onderwerpen breeder uit te wyden.
+
+Den 22sten Mey, volkomen hersteld zynde, verliet ik JOANNA, en mynen
+zoon JOHNNY, aan wien ik dien naam by verkorting van den mynen gaf,
+schoon echter de plechtigheid van den doop nog niet verrigt was. Zy
+bleven beiden by mynen vriend, den heer DELAMARRE, en ik vertrok naar
+Maagdenberg, in een overdekt vaartuig met zes roey-riemen.
+
+Den 3den, kwam ik op de Plantagie Egmondt, by den heer DE CACHELIEU;
+en des anderen daags hield ik stil op de Plantagie Ornamibo,
+alwaar ik mynen ouden vyand, den Capitain MEYLAND, met wien ik aan
+de Wana-Kreek gevochten had, goedhartig onthaalde. Hy verklaarde my,
+dat hy tegenwoordig van niemand in de geheele Volkplanting meer hield,
+dan van my: hy kwam juist van eenen tocht van twaalf dagen uit de
+bosschen te rug.
+
+Ik vond onder zyne soldaten zekeren CORDUS, den zoon van een ordentelyk
+man te Hamburg, in welke betrekking ik hem voor deezen gekend had,
+en die tot den dienst van de West-Indische Compagnie was opgeligt. Ik
+heb reeds gezegd, dat dit zoort van krygsvolk bestaat uit menschen
+van allerleije natien, en godsdiensten, Christenen, Heidenen, en
+zelfs Joden.
+
+Op deeze plaats, die wel eer bebouwd was geweest, maar die toen
+met distelen en doornen bedekt was, zag ik eenige kruiden, welke ik
+niet met stilzwygen kan voorbygaan, schoon ik dezelve niet kenne,
+dan met den naam, dien 'er de slaven aan geven, uitgenomen egter een,
+zynde de siliqua hirsuta, of stekende peul, door de Negers genoemd
+crussy-wiry-wiry. Ik kan dezelve niet beschryven, dan als een zoort
+van erwt, of liever een kleine platte boon, van eene purper kleur, en
+zig in een bast of schel vormende, die aan een losse kruipende plant
+groeit. Deeze schellen zyn met een zoort van elastieke punten bedekt,
+die, wanneer men ze aanraakt, eene ondraaglyke jeukte veroorzaaken,
+en die 'er afgenomen, en in een theelepel met geley gemengd zynde,
+als een uitmuntend worm-afdryvend middel worden aangeprezen. De
+slaven toonden my ook op deeze zelfde plaats, een zoort van hout,
+het welk zy crassy-wood noemden. Het stak insgelyks, maar verdere
+hoedanigheden weet ik 'er niet van. Ik vond bovendien heestergewassen,
+consaca-wiry-wiry genoemd. Zy hebben breede groene bladen, waar
+van de Negers zig bedienen om het ongemak aan de voeten, al mede
+consaca genoemd, waar van ik gesproken heb, te geneezen, maar dit
+is alleen by gebrek van citroenen of limoenen. Deeze plant levert
+ook eene uitstekende salade op. De dea-wiry-wiry is een zeer fraay
+en zeer gezond kruid, het welk om deeze reden zeer geacht is;
+maar de coutty-wiry-wiry is eene der grootste pesten van deeze
+Volkplanting. Het is een sterk en puntig kruid, het welk op zommige
+plaatsen in overvloed groeit. Wanneer iemand al gaande met zyn been
+'er dicht by koomt, snydt hy 'er zig aan, als aan een scheermes. Alle
+de kruiden in dit Land worden door de Negers aangeduid onder den naam
+van wiry-wiry.
+
+Den 5den kwam ik te Maagdenberg aan. Hier scheenen de Colonel SEYBOURG,
+en die geenen, welken hy zyne Officiers noemde, eene krygsbende te
+willen uitmaken, afgescheiden van die van den Colonel FOURGEOUD. Zy
+waren uittermaten onbeschaafd, en behandelden elkander met een zoort
+van ruwheid. Hun Colonel was by onzen Bevelhebber zeer in den haat;
+en deeze staat van zaken bragt veel toe, om onze gesteldheid steeds
+onaangenaamer te maken. Ik had voor my zelf toen geene reden om my
+te beklagen, want ik was zeer wel gezien by den Colonel, doch raakte
+om een beuzeling byna uit zyne gunst. Hy had van eenige Indianen een
+paar fraaije Kakatoes gekocht, welke hy in een kooy hield opgesloten,
+en in 't kort naar Europa stond te verzenden, om aan haare Koninglyke
+Hoogheid, de Princes van Oranje, ten geschenke te worden aangeboden. Ik
+verzogt LAURENS my toe te staan, om 'er een van in de hand te nemen,
+ten einde hem met meerder aandacht te beschouwen: maar de deur van de
+kooy was zoo dra niet geopend, of de vogel ging aan 't schreeuwen, en
+verdween in een oogenblik, met een snelle vlucht boven de Tempaty-Kreek
+heen vliegende. De arme kamerdienaar stond verstomd, en konde niets
+meer uitbrengen, dan deeze enkele woorden: Ziet gy wel? Ik nam de
+vlucht, om het aannaderend onweder te ontwyken; maar ik verbergde my
+in de struiken, door welke ik de bewegingen van den Colonel bespeuren
+konde. Zoo dra hy deeze verschrikkelyke gebeurtenis vernomen had,
+begon hy te vloeken, te brullen, en zig in alle bogten te wringen, als
+een mensch die van zinnen beroofd is. In de hevigheid van zyne woede,
+gaf hy een trap aan een arme eendvogel, die aan een van onze Officiers
+toebehoorde, en trapte hem in eens dood. Eindelyk nam hy zyne paruik
+van 't hoofd, en smeet die tegen den grond. Ik stond te beven, en de
+overige toekykers schaterden het uit van lagchen. Na verloop echter
+van een halfuur, begon de gramschap van den Colonel te bedaaren, en
+hy gebruikte toen een list, waar door de weggevlogen vogel weder in
+zyne macht kwam. Na een kort eind touw boven aan de kooy gebonden te
+hebben, haalde hy 'er het andere dier uit, en bond het met de poot
+aan het tegeneinde van het zelfde touw vast. Hy plaatste deeze kooy
+in de open lucht, leide eene rype banane binnen in, en liet de deur
+open, zoo dat alle vogels, uitgenomen de geen, die vastgebonden was,
+'er konden inkomen. Deeze, aan wien men niets te eeten gaf, door den
+honger gedrongen, maakte zulk een schel geschreeuw, dat hy door zyn
+makker gehoord wierd, die te rug kwam, en ziende de banane in de kooy,
+daar binnen ging, en op nieuw van zyne vryheid beroofd wierd. De zaak
+aldus afgeloopen zynde, kwam ik weder te voorschyn, en geraakte met
+eene vriendelyke bestraffing vry; maar, zoo als men wel denken kan,
+LAURENS kreeg een goede les.
+
+De Kakatoes zyn minder groot, dan de Papegaijen. Derzelver pluimaadje
+is groen, uitgenomen aan den kop, en eenige vederen van de staart,
+die een bleeke roode kleur hebben. Deeze vogelen zyn gekroond met
+een bos van vederen, die gewoonlyk agter over leggen, maar welke zy
+in de hoogte steken, wanneer zy door het een of ander vertoornd of
+verschrikt worden.
+
+Ik heb in Surinamen ook een Papegaay gezien van eene hoog blaauwe
+kleur, hoe zeer verschillende van die geene, welke men van de Kust van
+Guinee aanbrengt, die veel eer eene gryze loodkleur hebben. Dit dier is
+zeer zeldzaam, en bewoont de diepste schuilhoeken der bosschen, alwaar
+de Indianen hem vangen, en vervolgens naar Paramaribo brengen. Hy
+heeft de gestalte van de gewoone Papegaay; maar schynt zeer levendig
+en zeer sterk. De gemeenste Papegaaijen in Guiana zyn die geene,
+aan welke MARKGRAAF den naam van ajuruoura geeft. Deeze vogelen zyn
+zoo groot niet, als die uit Africa komen. Zy zyn groen, en de borst
+en buik zyn van eene bleek geele kleur. Boven op den kop hebben
+zy een blaauwe vlak; hunne pooten zyn grys, en met vier klaauwen,
+twee van vooren, en twee van agteren, gelyk alle anderen van dit
+zoort. Op hunne vlerken ziet men eenige vederen van eene schitterend
+blaauwe, en andere van eene hoog karmosyne kleur. Zy zyn in Surinamen
+zeer talryk, maar meer schadelyk, dan aangenaam, want zy werpen zig
+troepsgewyze op de Plantagien van koffy, graanen en ryst, alwaar zy
+groote verwoestingen aanregten; en het geen hun vooral ondraaglyk
+maakt, is hun schel geschreeuw. Zy vliegen altyd aan paaren, en zeer
+ligt. Ik heb waargenomen, dat zy, om de zon te ontmoeten, des morgens
+oostwaarts, en des avonds westwaarts vliegen. In 't algemeen leven
+zy op afgelegene plaatsen, en hunne wyfjes leggen niet meer dan twee
+eieren. Toen ik my op de Plantagie Sporksgift bevond, schoot ik twee
+van deeze Papegaaijen. Deeze dieren nog niet dood zynde, toen ik hen
+opraapte, haalden zy my met hunne puntige klaauwen deerlyk de huid
+open. Wy lieten ze koken, en zy gaven eene vry goede soep; men kan 'er
+ook een pasty van maken; maar op eenige andere manier toebereid zynde,
+zyn zy zeer slecht en taay. Men kan deeze Papegaaijen leeren spreken,
+lagchen, schreeuwen, baffen, maauwen, fluiten, maar veel minder, dan
+die in Africa geboren zyn. Men zegt, dat het zaad van catoen-schellen
+hen dronken maakt. Zy zyn aan ziekten onderworpen, misschien uit hoofde
+hunner geneigdheid tot gramschap; de Indianen egter schryven hun een
+lang leven toe: zy hebben een sterken en gekromden bek, en bedienen 'er
+zig van, om op de boomen te klauteren, om zeer harde noten te kraken,
+en om pynlyke beeten te geven. Hun vermaak is, om zig op de takken der
+boomen in evenwicht te houden, of daar aan te blyven hangen, en het zy,
+dat zy zig in vryheid bevinden, het zy dat zy in de slavernye leven,
+zy nemen hun voedzel met een van hunne klaauwen, als met de hand.
+
+'Er zyn in Surinamen ook andere fraaije Papegaaijen, zynde een
+zoort van Parkieten, en mede zeer gemeen. De aangenaamste hebben
+de gedaante van eene zeer kleine duif. Derzelver pluimaadje is van
+een zeer levendig groene kleur op den rug en de staart, maar de kop
+is donker bruin; de hals van gelyken, met dit onderscheid, dat elk
+der vederen een rand van eene fraaije goud-kleur heeft. De borst
+is van eene lood-kleur, de buik violet, en de vlerken bestaan uit
+verschillende vederen van eene oranje en hemels blaauwe kleur. Zyne
+oogen hebben eene kleur als vuur, en de pooten byna wit. Het ander
+zoort van Parkieten is volmaakt groen, met een witten bek, en eene
+karmozyne vlak op den kop. Zy brengen een aangenaam gepraat voort;
+maar men maakt ze zoo gemakkelyk niet tam, als de eerstgemelden.
+
+Den zelfden avond, (op den 5den namelyk,) bood een soldaat my een
+vogel aan van een geheel verschillend zoort, dien hy met de hand
+gevangen had. Deeze was de Anamoe, of Surinaamsche Patrys, het
+schoonste dier, dat ik immer gezien heb. Hy was zeer vet, en had
+de grootte van een eendvogel. Zyne vederen, van eene donker bruine
+kleur op den rug, de vlerken, en het bovenste gedeelte van den
+kop, hadden aan het benedenste van den kop, en het geheele overige
+gedeelte van het lichaam, eene fraaie witte room-kleur, doorsneden
+met vederen van eene orange-kleur, en zeer kleine dwarsloopende zwarte
+streepen. Deeze Patrys, die zonder staart is, had een lichaam van eene
+eironde gedaante; een langen hals, een korten bek, die zeer puntig
+en een weinig krom gebogen was. Zyne oogen, zoo zwart als een git,
+vertoonden eenen zeer schitterenden glans, Hy had korte pooten, van
+eene fraaie roode kleur, met drie sterke klauwtjes aan elke poot. Men
+zegt, dat hy met eene verwonderlyke ligtheid loopt, dat hy zig tusschen
+de kruiden en planten verschuilt, maar dat zyne dikte hem bezwaarlyk
+doet vliegen; en deeze bezwaarde vlucht gaf gelegenheid, dat gemelde
+soldaat deezen vogel met de hand gevangen had. Wy deeden hem braden,
+en ik heb nooit iets lekkerder gegeten.
+
+Den 9den, gebeurde 'er byna een toeval, het welk my een zeer gevoelig
+en smartelyk hartzeer veroorzaakt zoude hebben. Myn Neger QUACO, myne
+hangmat in de Tempaty-Kreek uitwasschende, wierd door den schielyken
+stroom eensklaps naar den grond getrokken. Hoe zeer in de koorden van
+dit zoort van bed, het welk met hem in 't water gezonken was, verward
+zynde, gelukte het hem, schoon met veel moeite, om zig los te maken,
+en tot myn onuitspreeklyk genoegen, kwam hy weder boven water, en wel
+dra op 't land. Hy had toen de bedaardheid van geest, om een haak,
+aan een sterke visschers lyn vast gemaakt, in 't water te doen zinken,
+en door dit middel de hangmat wederom te krygen. Des anderen daags,
+wanneer de Captain HAMER zig met visschen vermaakte, bleef zyne lyn
+aan den grond der Kreek haken: ik was 'er by tegenwoordig, en sprong
+oogenblikkelyk in 't water, om dezelve los te maken; maar ik stootte
+den enklauw met zulk een geweld tegen een rots, dat het verscheiden
+maanden aanliep, eer ik volkomen hersteld was.
+
+Alle deeze toevallen scheenen den Colonel SEYBOURG zeer te vermaken,
+terwyl ik van myn kant over zyn onheusch gedrag zeer verontwaardigd
+was. Deeze tegenstrydigheid tusschen hem en my, deed my de gunst van
+den Colonel FOURGEOUD verwerven, als of ik de helft van de muitelingen
+der Volkplanting vernield had.--Echter kruisten 'er sterke wachten
+tusschen de posten van Maagdenberg, van la Rochelle, en van de Savane
+der Joden. Den 17den, trok de Opperbevelhebber met de helft van zyn
+krygsvolk naar de Patamaca, en dewyl myne kwetsuur aan den enklauw my
+niet toeliet hem te volgen, liet hy my het bevel over de manschappen,
+die agterbleven.
+
+Als toen het vooruitzigt hebbende, om eenigen tyd op Maagdenberg te
+blyven, zond ik QUACO naar Paramaribo, om levens-middelen van daar
+te halen, en my eene levende geyt mede te brengen.
+
+Schoon de Colonel FOURGEOUD de muitelingen nog niet genoodzaakt
+had, om tot een geregeld gevecht te komen, oeffende hy daarom niet
+minder zyn krygsvolk en zig zelven. Dikwerf het bovenste gedeelte
+der Rivieren overstekende, en de grenspalen der Volkplanting schoon
+houdende, voorkwam hy het plunderen en verbranden der Plantagien; en
+op die wyze deed hy eenen zeer wezentlyken dienst aan de inwooners,
+hoe zeer zulks veel menschen en geld kostte.
+
+Daar ik derhalven tans Opperbevelhebber van den post was, hield
+ik de twee Negers, waar van ik reeds gesproken heb, bezig, met
+voor my te jagen en te visschen. Zy bragten my byna dagelyks een
+of twee wilde varkens, of pingos, en een visch, newmara genoemd,
+die zomtyds zoo groot is als een kabbeljauw, en welken ik by vervolg
+beschryven zal. Ik onthaalde alle de Officiers zonder onderscheid op
+deezen verschen voorraad, en ik gaf aan de zieken de plantains, de
+bananen, de oranje-appelen, de limoenen, welke men van de Plantagien,
+aan het bovenste gedeelte van de Commewyne gelegen, aan my toezond:
+nooit wierd een afgezonden Bevelhebber zoo wel behandeld. Ik vergat
+echter de hoofdzaak niet, en zond regelmatig ronden uit in den omtrek
+van Maagdenberg, die zoo oplettend waren, dat'er geen aanval der
+muitelingen te duchten was. Deeze voorzorgen waren zeer noodzakelyk,
+want zy hadden verscheide posten overweldigd, om zig van de wapenen en
+het kruid meester te maken, het geen voor hun van een groot gewicht,en
+voor de Volkplanting allernadeeligst is. Niet alleen hadden zy op
+zommige van deeze posten die dingen geroofd, maar zelfs alle de
+soldaaten vermoord.
+
+Te dier tyd geen werkend deel aan de krygsverrigtingen kunnende
+hebben, maakte ik van dit oogenblik van rust gebruik, om een groot
+getal afteekeningen te maken; en toen kwam my het eerst het denkbeeld
+in de gedachten, om dezelve in 't licht te geven, indien het lot over
+my beschoren was, om in Europa te rug te komen.
+
+Een van myne Negers bragt my, den 24sten van deeze maand, twee zeer
+merkwaardige insecten, die ik tans beschryven zal. Een van de twee,
+die naar een sprinkhaan scheen te gelyken, was die geene, welke
+men doorgaans alhier Spaansche Juffer noemt; nimmer heb ik iets
+meer buitengewoons in deeze Volkplanting gezien. Het lichaam van dit
+wonderbaarlyk insect, schoon het niet veel dikker was, dan de schacht
+van een gewoone veder, was zeven en een halve duim lang, de staart
+daar by gerekend, welke, even als die van veele andere insecten, uit
+verschillende gewrichten bestaat.--Hy liep, even als een spinnekop,
+op zes pooten van by de zes duimen lang, en hy had geene vlerken. Vier
+hoorens, waar van twee de lengte hadden van vyf duimen, en de andere
+veel korter waren, staken hem uit den kop. Deeze kop was klein, maar
+met groote zwarte en uitpuilende oogen. Het lichaam van dit insect had
+eene bruinachtig groene kleur, en over 't geheel had hy het voorkomen
+van een gedrocht in zyn zoort. Men vindt hem op moerassige plaatsen,
+alwaar zyne lange pooten hem ongetwyffeld dienen om te gaan, en niet
+om te zwemmen, als daar toe ongeschikt zynde, want zy eindigen met
+twee kleine nagels, als die der kevers. Het andere insect is door
+Mejuffrouw DE MERIAN afgeteekend, die het de waaker genoemd heeft;
+maar de Hollanders geven hem een naam, die betrekkelyk is tot het
+geraas, het welk hy tegen den avond doet hooren, en vry veel gelykt
+naar het geluid van een cymbaal, of naar dat van het slypen van
+een scheermes. Dit merkwaardig insect, welks gebrom altyd met het
+ondergaan der zon, of des avonds ten zes uuren begint, word ook
+lantaarn-drager genoemd, uit hoofde van het licht, het welk hy des
+nachts verspreidt, een licht, veel sterker, dan dat van een vuur-mug,
+van welk zoort hy ook zyn moge, en met behulp van 't welk men alles
+doen kan. De lantaarn-drager is meer dan drie voeten lang. Hy heeft
+een dik en groenkleurig lichaam, met vier doorschynende vlerken,
+die, onaangezien deeze hoedanigheid, eene groote verscheidenheid
+van kleuren laten schitteren, vooral van onderen, alwaar men twee
+ronde moesjes opmerkt, veel gelykheid hebbende met die van een
+paauwen-staart. Onder den kop van dit insect ziet men een lynregte
+snuit, als eene naald, waar mede men zegt, dat hy het sap uit de
+bloemen zuigt. Met dit werktuig vooronderstelt men ook, dat hy het
+zoo even gemelde onaangenaam en sterk geraas maakt. Ik voor my zoude
+het veel eer aan de beweging zyner doorschynende vlerken toeschryven,
+zoo als men dit van zommige muggen in Engeland beweert. Eene sterke
+snuit, met roode en geele streepen, en hebbende de gedaante van het
+eerste gewricht van een's menschen vinger, steekt hem uit het voorste
+gedeelte van den kop, en maakt een derde der lengte van het geheele
+dier. Deeze uitwas word gemeenlyk de lantaarn van dit insect genoemd,
+en doet het licht voortkomen, waar van hy zynen naam draagt. Ik zal
+zyne beschryving eindigen met te zeggen, dat hy zeer langzaam loopt,
+maar met eene verbaazende gezwindheid vliegt.
+
+Den 26sten, kwam myn kleine QUACO van Paramaribo te rug, met zig
+brengende al het geen ik hem gelast had: men had de geit niet vergeten,
+en men zond 'er my een met haar jong, waar voor ik twintig guldens,
+of by de twee ponden sterling betaalde.
+
+De geiten zyn echter in geheel Guiana zeer gemeen; zy zyn aldaar niet
+groot, maar fraay; haare hoornen zyn zeer klein; haar hair is kort,
+zacht, en van eene donker bruine kleur; haare gezwindheid is niet te
+vergelyken, dan by die der harten. Men kweekt ze op de Plantagien aan,
+alwaar zy vermeenigvuldigen, en veel melk geven. Wanneer men ze jong
+doodt, is haar vleesch goed om te eeten.
+
+Ik ontfing toen de onaangenaame tyding, dat het Schip, waar mede
+myne brieven naar Europa vertrokken waren, in de nabyheid van Texel
+vergaan was. Ik vernam te gelyker tyd met aandoening, dat myn vriend,
+de heer KENNEDY, zyne vrouw en huisgenooten, aan de Volkplanting hadden
+vaarwel gezegd, en naar Holland waren ingescheept. De gemelde heer
+KENNEDY, de heer GORDON, en de heer GOURLUY, waren Schotten; de heer
+BUCKLAND, de heer TOWNSEND, en de heer HALFHIDE, waren Engelschen de
+heer MACNEYL was uit Ierland: 'er waren geene anderen van hunne natie,
+die deeze Volkplanting bewoonden.
+
+Den 28sten, kwam de Colonel FOURGEOUD van zynen tocht naar de Patamaca
+te rug. Zyn krygsvolk was van vermoeienis afgemat, en hy zelf had veel
+geleden. Hy had een groot getal zyner soldaten in het Hospitaal van la
+Rochelle agtergelaten; maar hy vernam zelfs de muitelingen niet, schoon
+hy bestendig zynen weg veranderd had. Het scheen derhalven, dat zy in
+wanorde waren, zoo zy al in 't kort eenig vast verblyf gehad hadden;
+maar waar konde men hen in dit eindeloos bosch ontdekken? Daar kwam
+het op aan. De Colonel wanhoopte echter niet, dit te zullen doen. In
+de daad, hy stelde den zelfden yver te werk om hen te vervolgen,
+als voorheen, om de schuilhoeken van het wildt te ontdekken.
+
+Den 29sten, bood de heer MATHIEU, een van onze Officiers, die ter
+jagt gegaan was, my den Taibo aan, een dier, alhier onder den naam
+van Boschrot bekend. Hy had de grootte van een jonge haas, maar was
+aan het einde van zyn lyf uittermaten dun; hy had eene huid van eene
+rosachtig bruine kleur, lange pooten, een ronde kop, en zyne staart
+geleek naar die van een speenvarken; zyne klauwen hadden juist de
+gedaante van die van een gewoone rot, maar in evenredigheid veel
+grooter; zoo als ook de kop, de bek, de knevels, en de tanden; hy had
+korte en kaale ooren; de oogbal zyner zwarte en uitpuilende oogen was
+wit. Men beweert, dat deeze boschrot zeer schielyk loopt. Wy lieten
+hem gereed maken: men had ons gezegd, dat hy goed om te eeten was,
+en wy vonden dit ook bewaarheid; hy had een uitmuntenden smaak, en
+was malsch en vet, hoe zeer hy mager scheen. Dit dier herinnert my,
+uit hoofde van deszelfs gedaante, een ander, in dit Land bekend onder
+den naam van crabbo-dago, of den koppigen hond, welken men hem geeft
+van wegens zyne voorbeeldelooze woestheid; want alle viervoetige,
+vliegende of kruipende gedierten, welken hy ontmoet, doodt en verslindt
+hy; hy schynt nooit van bloed verzadigd te zyn. Zonder door den honger
+gedreven te worden, doodt hy alle dieren, welken hy overwonnen heeft;
+zyn moed, zyne kragten, zyne werkzaamheid hebben weinig huns gelyken,
+schoon hy niet veel grooter, dan een gewoone kat is. Volgens het geen
+ik hier opgeeve, verdenke ik sterk, dat hy naar den Ichneumon gelykt;
+maar nog meer naar het dier, in de Natuurlyke Historie van BUFFON
+gemeld, die, volgens de verzekering van den heer ALLEMAND, het zelve
+den Grifon noemt: die geen, waar van ik spreek, is echter een weinig
+grooter. Deeze Schryver zegt, dat schoon het oorsprongelyk een dier
+uit Surinamen is, niemand van hun, die van daar komen, 'er bericht
+van kunnen geven. Indien hy het zelfde dier is, en ik twyffel 'er niet
+aan, strekt het my tot genoegen, om 'er aan den lezer de beschryving
+van op te geven. Ik zal dus de plaats uit het werk van den Graaf DE
+BUFFON, die zulks van den heer ALLEMAND zelf ontleend heeft, letterlyk
+aanhaalen. Indien ik deeze opgaave by het leven van deezen beroemden
+Natuur-kenner gelezen had, zoude ik de vryheid gebruikt hebben, om
+hem de waarneemingen te schryven, welke ik aan het Publiek onderwerpe.
+
+"Ik heb uit Surinamen het diertjen ontfangen, het welk op Plaat
+VIII. verbeeld is, en op de lyst van het geen in de kist, waar in
+hy ingepakt was, gevonden wierd, den naam droeg van de gryze wezel,
+waar van ik den naam van Grifon gemaakt heb, om dat ik den naam niet
+weet, dien men hem in zyn land geeft, en om dat zyne kleur denzelven
+genoegzaam aanwyst. Het geheele bovenste gedeelte van zyn lichaam
+is met hairen van eene donker bruine kleur bedekt, met witte punten,
+het geen eene gryze kleur maakt, waar in het bruin doorsteekt; maar
+boven op den kop en hals heeft hy eene helderer gryze kleur, om dat de
+hairen aldaar zeer kort zyn, en om dat het witte gedeelte in lengte met
+het bruine gelyk staat. De snoet, het geheele onderlyf, en de pooten,
+zyn van eene zwarte kleur, die eene zonderlinge tegenstrydigheid maakt
+met de gryze kleur, waar van de zelve aan den kop is afgescheiden door
+eene witte streep, beginnende aan den eenen schouder, en doorgaande
+onder de ooren, boven de oogen en den neus, en zig tot den anderen
+schouder uitstrekkende.
+
+De kop van dit dier is zeer groot in evenredigheid van zyn lichaam;
+zyne ooren, die byna een halve cirkel maken, zyn meer breed dan hoog;
+zyne oogen zyn groot: zyn bek is gewapend met maaltanden, en sterke
+en puntige honds-tanden. 'Er zyn zes sny-tanden in elk kakebeen;
+maar die van de beide reijen zyn alleen zichtbaar; de vier tusschen
+beiden staande komen naauwlyks uit derzelver holligheden. De pooten,
+zoo wel die van vooren, als van agteren, zyn verdeeld in vyf klauwen,
+die met sterke geelachtige nagels gewapend zyn. Zyn staart, die vry
+lang is, eindigt puntsgewyze.
+
+De wezel is onder alle dieren van ons vaste Land die geene, waar
+mede deeze Grifon de meeste overeenkomst heeft; dus ben ik niet
+verwonderd, dat hy my onder dien naam uit Surinamen is gezonden
+geworden. Nogtans is het geen wezel; schoon hy wegens het getal en de
+gedaante zyner tanden 'er veel overeenkomst mede heeft, is zyn lyf
+zoo langwerpig niet, en zyne pooten zyn veel hooger. Ik ken geen
+schryver nog reiziger, die 'er van gesproken heeft, en de geen,
+die my gezonden is, is de eenige, welken ik immer gezien heb. Ik
+heb hem aan verscheiden lieden getoond, die langen tyd hun verblyf
+in Surinamen gehouden hadden; maar hy was hun onbekend; derhalven
+moet hy op de plaatsen, van waar hy herkomstig is, zeldzaam zyn, of
+oorden bewoonen, die weinig bezogt worden. De zender van dit dier
+had geene byzonderheid opgemerkt, geschikt om deszelfs natuurlyke
+geschiedenis op te helderen; dienvolgende heb ik niets anders kunnen
+doen, dan eene afteekening van hem te maken". (Hist. Nat. de BUFFON;
+Edit. de Hollande, Tom. XIV. pag. 65.)
+
+Het is waar, dat dit dier in Surinamen zeer zeldzaam is; maar dat hy
+door de natuur-kenners niet beter beschreven is, moet men ongetwyffeld
+toeschryven aan zyne ongemeene woestheid, die byna altyd belet,
+om hem levend te vangen.
+
+De Bevelhebber en ik waren toen boezemvrienden, en dagelyks noodigde hy
+my aan zyne tafel. Hy verzogt my, om hem zyn pourtrait levensgrootte
+te maken, en hem in zyne veld-kleeding te vertoonen. Zyn oogmerk
+was, om dit naar Europa mede te neemen: hy hoopte, dat de Stad van
+Amsterdam het zelve op haare kosten zoude doen in 't koper brengen;
+hy oordeelde zig iemand te zyn van zoo veel gewicht voor Holland, als
+de Hertog van Cumberland, na den slag van Culloden, voor Engeland was.
+
+My van een blad groot papier, en Chineesche inkt voorzien hebbende,
+ging ik aan 't werk. Terwyl ik bezig was, om de trekken van myn
+oorsprongelyk stuk naauwkeurig naar te gaan, wierd de berg door
+eenen vervaarlyken donderslag ylings geschokt, zoo dat alle de
+eieren van een hen, die in een hoek van onze hut te broeien zat,
+aan stukken braken. De straal van den blixem ontstelde de trekken
+van den Colonel voor een oogenblik; maar hy herstelde zig schielyk,
+en ik ging voort. Het werk was korten tyd daar na tot zyn groot
+genoegen afgemaakt.
+
+De Neger SEPTEMBER, die in 't jaar 1774. gevangen genomen was,
+stierf, byna op deezen tyd, aan de waterzucht. De Colonel had hem
+gedwongen hem te volgen op alle zyne tochten, even als een geketende
+hond. Hy verbeeldde zig, dat deeze Neger, vroeg of laat, hem in de
+onderscheidene bezittingen der muitelingen brengen zoude, maar hy
+bedroog zig, De andere slaven, hem verdacht houdende van reeds eenigen
+raad aan den Bevelhebber gegeven te hebben, schreven zynen dood aan de
+Goddelyke rechtvaardigheid toe, die hem strafte wegens het verraden
+van de trouw, welke hy buiten twyffel aan zyne landgenooten gezworen
+had. De lezer herinnert zig waarschynlyk, het geen ik in het derde
+hooftstuk gezegd heb, dat de Africaansche Negers gelooven, dat hy,
+die zynen eed schendt, elendig moet omkomen, en eene eeuwige straffe
+in de andere weereld ondergaan.
+
+De post van de Hoop aan de Commewyne was, wegens gebrek aan
+zindelykheid, tans zeer ongezond geworden: het krygsvolk, het
+welk aldaar na myn vertrek de wacht gehouden had, was uittermaten
+onachtzaam, om deezen post in goeden staat te houden. De dood had
+reeds verscheiden soldaaten weggerukt, en de ziekte belette den
+bevelhebbenden Officier en een gedeelte van zyn volk, om dienst te
+doen. De Colonel FOURGEOUD zond den Capitain BRANT en eenige soldaaten
+derwaarts, met last, om alle de zieken, welken men op deezen post
+vinden zoude, niet naar de Stad Paramaribo, maar naar Maagdenberg te
+doen vertrekken. De Colonel, deezen Capitain met dien tocht belastende,
+behandelde hem met eene groote hardheid, en vergunde hem zelfs den tyd
+niet, om zyne goederen mede te neemen. Van een anderen kant, ontnam de
+Colonel SEYBOURG hem den eenigen slaaf, dien hy tot zynen dienst had,
+en hield dien voor zig zelven. Deeze behandeling deed den armen BRANT
+zoo geweldig aan, dat hy begon te schreijen, en verklaarde, dat hy
+wenschte zulke mishandelingen niet te overleven. Hy vertrok vervolgens
+naar den post van de Hoop; met een hart van droefheid overstelpt.
+
+By zyne aankomst vernam hy, dat de Capitain BROUGH, de laatste
+Bevelhebber op deezen post, zoo even overleden was. Deeze
+Officier, zeer zwaarlyvig zynde, had groote vermoeingen in de
+bosschen ondergaan. De hette was voor hem ook doodelyk: hy had eene
+versmelting van vochten, die op een rotkoorts uitliep, en hem uit
+'t leven wegnam. De Colonel SEYBOURG volgde den Capitain BRANT wel
+dra naar de Hoop, om aldaar de zieken te bezoeken. Geduurende al
+dien tyd had ik niets te doen. Ik zal my dus bezig houden met twee
+visschen te beschryven, die eenen byzonderen aandacht verdienen.
+
+De eerste heeft de gedaante van een groote bokking; ik had ze van dit
+zoort nog niet gezien, en zekerlyk, behalven den zee-braassem, kende ik
+'er geene, die fraaijer gekleurd was. Zyn rug en zyden hebben streepen
+van eene fraaije geele en van eene ryke en donkere blaauwe kleur, zyn
+buik heeft eene witte zilver-kleur. Hy heeft zwarte en goudkleurige
+oogen, doorschynende vinnen van eene zeer levendig roode kleur. Zyne
+gedaante gelykt vry veel naar die van eene forelle, en hy is met kleine
+schubben bedekt; hy heeft eene vinne op den rug, en het teeken van eene
+andere by den staart, die gespleten is; onder den buik ziet men aan hem
+vyf andere vinnen, waar van twee tot de borst behooren, en de laatste
+achter den navel. Zyn benedenste kakebeen steekt meer voorwaarts dan
+het bovenste, en zyn bek schynt eene omgekeerde gedaante te hebben:
+eindelyk heeft hy zeer kleine kieuwen of ooren. Ik deed onderzoek naar
+deezen visch; maar alles wat een oude Neger 'er my van berigten kon,
+was, dat men hem dago-faisy noemde.
+
+De andere was die groote en fraaie visch, die by de Engelschen den
+naam van rock-cod draagt, by de Indianen dien van baroketta, en by de
+Negers dien van new-mara. Ik heb 'er reeds verscheiden malen melding
+van gemaakt; maar ik heb hem nog niet beschreven. Men vindt deezen
+visch zeer dikwils in het bovenste gedeelte der Rivieren. Hy heeft de
+gedaante van eene groote kabeljauw, maar met schubben bedekt. Zyn
+rug heeft eene donkere olyf-kleur, zyn buik is wit, zyn kop is
+groot met kleine oogen, waar van de appel zwart en de oogbol grys
+is. Zyn breed kakebeen is van boven en onder van eene reije puntige
+tanden voorzien, even als die van een snoek. Hy is, gelyk dit dier,
+uittermaten vraataechtig. Hy heeft een stompen staart, en, zoo als ook
+de vinnen, van dezelfde kleur als het lichaam: deeze vinnen zyn zes in
+getal, een op den rug, twee aan de borst, twee onder aan het lyf, en
+de laatste aan den onderbuik. Zommige lieden vergelyken den smaak van
+deezen lekkeren visch by dien van Zalm. Hy is by de blanken in deeze
+Volkplanting zeer geacht; maar zeldzaam te Paramaribo, schoon hy, gelyk
+ik gezegd heb, boven in de Rivieren overvloedig gevonden word. Ik heb
+ze beiden zeer naauwkeurig afgeteekend, zoo wel de dago-faisy, als de
+new-mara. Men vond 'er ook in Surinamen naauwkeurige afteekeningen van.
+
+Verscheiden Officiers, die gevogelte en varkens aankweekten, verloren
+dezelven tans allen in den tyd van twee dagen: zy waren waarschynlyk
+vergeven door het eeten van duncane, of van eenige andere vergiftige
+plant, die ons onbekend was. Echter heeft men in 't algemeen opgemerkt,
+dat de aangeboren neiging der dieren hun de heilzaame kruiden van de
+schadelyke doet onderscheiden.
+
+De heer SEYBOURG kwam toen al zegevierende van de Hoop te rug: hy
+bragt den Lieutenant DEDERLEIN, een der Officiers van den Colonel
+FOURGEOUD met zig, doende denzelven door een Sergeant en zes soldaten,
+met de bajonnet op de snaphaan, bewaren, om dat hy, zoo hy zeide,
+hem de verschuldigde achting niet betoond had.
+
+Den 7den, kwamen de zieke Officiers, en soldaten van denzelfden post,
+in vaartuigen aan. Verscheiden van hun, welken men inscheepte, vonden
+zig buiten staat om vervoerd te worden, en geraakten, zonder eenige
+hulp, op de reize om 't leven. Een van onze Heelmeesters stierf
+ook, den zelfden dag, op de legerplaats, en aanhoudend begroef
+men soldaaten. Deeze waren de gevolgen van eenen tocht, in een zoo
+vochtig jaargetyde ondernomen; maar onze Colonel oordeelde het zelve
+meer geschikt dan eenig ander, om eindelyk eens de muitelingen uit
+de bosschen van Guiana te verdryven.
+
+
+
+AGTTIENDE HOOFTSTUK.
+
+Een Tyger, op de legerplaats gevangen.--De Jaguar.--De Couguar.--De
+Tyger-kat.--De Jaquarette.--Gevecht tusschen eenige afgezondene
+manschappen der Societeit en de muitelingen.--Levens-manier van eenen
+Surinaamschen Planter.--Verscheiden zoorten van visschen.--Besmettelyke
+ziekten.--Zelfsmoord.
+
+Ik heb zoo straks gezegd, dat verscheiden Officiers gevogelte
+aankweekten; maar alle nachten ontnam een onbekende strooper 'er hun
+verscheiden van. De Capitain BOLTS, den coati-mondi of crabbo-dago
+van deezen diefstal verdacht houdende, zette een val, door middel van
+eene ledige kist, welke hy in den grond deed plaatsen, en waar van
+het dekzel wierd opgehouden door een hout, waar aan men een lang touw
+had vast gemaakt. Vervolgens sloot hy al zyn gevogelte naauwkeurig
+op, uitgenomen twee hoenderen, welke hy onder deeze val plaatste,
+doende dezelve door twee Negers op eenigen afstand bewaken. Deezen
+hadden naauwlyks een uur of twee op hunnen post doorgebracht, of zy
+hoorden de hoenderen schreeuwen; een van hun trok toen aan het touw,
+en de ander schoot toe, om zig van den dief te verzekeren, gaande
+op het dekzel zitten: het was een jonge Tyger, die 'er in besloten
+zat; hy deed wel dra alle pogingen, om zig in vryheid te stellen;
+maar men bond de kist met zwaare touwen toe, en men wierp die alzoo
+in de Rivier, dezelve onder water houdende, om het dier, het welk
+de sterkste pogingen deed om te ontsnappen, te doen verdrinken. De
+Capitain BOLTS nam zyne huid, en bewaarde die tot eene gedachtenis
+van dit zonderling voorval.
+
+De Graaf DE BUFFON beweert, dat 'er in America geene Tygers zyn; maar
+dat men 'er dieren vindt, die hun gelyken, en waar aan men denzelfden
+naam geeft. Ik zal dezelve beschryven zoodanig als ik ze gezien heb,
+en de lezer zal beoeordeelen, wat zy zyn.
+
+De eerste en grootste word Jaguar van Guiana genoemd. Dit dier, het
+welk verscheiden Schryvers als zwak, verachtelyk, en van de grootte van
+een haazen-windhond hebben afgebeeld, is integendeel zeer sterk, zeer
+gevaarlyk, zeer woest. Zyne lengte, van den bek tot het begin van den
+staart, heeft zomtyds zes voeten: men vergeete niet den verbaazenden
+voetstap van een tyger, welken ik aan de Patamaca in het zand zag,
+schoon men zoude kunnen tegenwerpen, dat deeze in 't byzonder van eene
+buitengewoone grootte had, en het zand los was. De Jaguar heeft eene
+donkere oranje kleur en een witten buik. Zyn rug heeft langwerpige
+en zwarte streepen. Op zyde van den buik zyn onregelmatige ringen,
+in den omtrek zwart, en in het midden helder. Het overige gedeelte
+van zyn lichaam en zyn staart hebben kleine vlakken, die volmaakt
+zwart zyn. Zyne gedaante gelykt in alle opzichten naar die van den
+Africaanschen Tyger; en dewyl hy ook onder het geslacht der katten
+behoort, is het niet noodig 'er eene omstandiger beschryving van te
+geven. Maar dewyl zyne grootte en krachten die van dit klein huisdier
+overtreffen, verscheurt hy een schaap of een geit even gemakkelyk,
+als de kat een muis of een rot doodt. De koeijen zelfs en de paarden
+zyn in weerwil van hunne grootte, voor zyne woede niet beveiligd,
+want dikwils tast hy hen op de Plantagien aan; en schoon hy dezelve,
+uit hoofde van hunne zwaarte, niet naar de bosschen kan sleepen,
+scheurt hy hen wreedelyk aan stukken, alleenlyk om hun bloed te
+drinken, waar naar dit woest dier altyd dorstig is. Het is bovendien
+wel gebeurd, dat de Jaguar jonge Negerinnen, die op het land werkten,
+heeft mede gesleept, en dit zelfde ongeluk gebeurt hunne kinderen maar
+al te veel. Dit boosaeartig dier werpt (volgens de uitdrukking van
+deeze zelfde Schryvers) door een enkelen slag met de poot, een wild
+varken om ver, en het sterkste paard, dat men in Guiana beryden kan,
+grypt hy by de keel. Zyn woeste aart en bloeddorstigheid zyn oorzaak,
+dat men hem nooit heeft kunnen tam maken. Hy zou de hand van zynen
+oppasser verscheuren; en dikwils zelfs verslindt hy zyne jongen. Hoe
+sterk echter en woedend hy ook zy, hy is niet in staat wederstand
+te bieden aan den slang Aboma, die, wanneer hy hem bereiken kan,
+hem in korte oogenblikken aan stukken slaat.
+
+Het tweede dier van het zelfde zoort is de Couguar, de roode Tyger in
+Surinamen genaamd. Men zoude hem voegzamer kunnen vergelyken by een
+haazen-windhond, ten aanzien van deszelfs gedaante, maar niet van
+zyne grootte, en by gevolg ook ligter dan den Jaguar, maar grooter
+dan een windhond. De huid van dit dier is van eene bruin roode kleur;
+de borst en buik zyn van eene vuile witte kleur; hy heeft lange en
+ongevlakte hairen; de staart van eene aard-kleur, en aan het einde
+zwart. Zyn kop is klein, met twee glinsterende oogen, waar uit het
+vuur als uitspringt; en zyne tanden zyn zeer breed. Zyn dun lyf word
+gedragen door lange pooten, die met geduchte en witachtige klaauwen
+gewapend zyn. Hy is even verslindend als de Jaguar.
+
+Een derde dier van dit zoort, en het welk zeer fraay is, al mede in
+Guiana gevonden wordende, is de Tyger-kat. Deszelfs grootte gaat die
+van veele katten, welke ik in Engeland gezien heb, niet te boven. Zyne
+huid is van eene fraaie geele kleur, en gevlakt met kleine witte
+moesjes met zwarte randen. Hy heeft den buik van een helderen kleur,
+zwarte ooren met een witte vlak, en zeer zacht hair. Men waardeert
+zyne huid zeer hoog; en hy heeft dezelfde gedaante als de Jaguar. De
+Tyger-kat is een zeer levendig dier, wiens oogen schitteren als
+blixem-straalen; maar hy is even woest, even verslindend, even wild
+als de voorgaande.
+
+'Er is nog in dit Land een vierde dier van het zelfde zoort; het is
+de Jaguarette, wiens huid van eene zwartachtige kleur is, met vlakken
+die nog zwarter zyn. Zie daar alles wat ik 'er van weet; want ik heb
+'er geen enkele gezien, om dat men hem zelden verneemt. Die ik te
+vooren beschreeven heb, zyn niet veel gemeener. Ik zal by het geen
+ik van alle deeze dieren gezegd heb, nog byvoegen, dat zy, even als
+de gewoone katten, lange knevels hebben; dat zy zomtyds op de boomen
+klimmen; maar dat zy zig doorgaans onder de bladen in eene hinderlaag
+plaatsen, van waar zy met eene ongelooffelyke gezwindheid op hunnen
+ongelukkigen buit uitschieten; dat zy, den zelven hebbende van een
+gereten, zyn bloed al warm drinken, en met verscheuren en inslokken
+niet ophouden, voor dat zy verzadigd zyn; maar dat, indien zy door den
+honger niet gedrongen worden, zy lafhartig zyn, en dat een enkele hond
+genoegzaam is, om hen op de vlucht te dryven. Het vuur doet hen ook
+uittermaten verschrikken: dit is het beste middel om hen te verdryven,
+waar van ook de Indianen in Guiana gebruik maken. Verscheiden Tygers
+kwamen, by gebreke van deeze voorzorgen, in onze legerplaats; maar
+gelukkiglyk, regtten zy geene verwoesting aan.
+
+Dewyl ik op dit oogenblik met den Colonel FOURGEOUD op den voet van
+de vertrouwelykste vriendschap stond, bood ik hem eene teekening
+aan, verbeeldende de geheele legerplaats van Maagdenberg, die hem
+dermaten behaagde, dat hy dezelve aan den Prins van Oranje en aan
+den Hertog van Brunswyk zond, om hen over zyne krygs-verrigtingen te
+doen oordeelen. Deeze beleefdheid van myn kant bragt al de uitwerking
+op hem te weeg, die ik verlangen konde; niet alleen wierd ik zyn
+begunstigde, en hy beloofde my aan het Hof te zullen aanbeveelen,
+maar zelfs betoonde hy achting voor de Engelschen en Schotten. Ik was
+over deeze veranderde behandeling van zyne zyde zoo te vreden, dat
+ik de vyandschap, die in het begin tusschen ons had plaats gehad,
+aan my zelven meende te moeten wyten. Echter wierd de betoonde
+achting van den Colonel wel dra afgewisseld door voorwerpen, die
+al zyn aandacht verdienden; want hy vernam den 14den Juny, dat men
+eenige hutten van muitelingen aan de zee-kusten ontdekt had; dat de
+Capitain MEYLAND, met honderd en veertig mannen van het krygsvolk
+der Societeit, den vyand gaande opzoeken, hen eindelyk ontmoet had;
+maar dat hy gedwongen zynde een diep moeras te doorwaden, deeze
+Negers hem het eerst hadden aangetast; dat zy verscheiden van zyn
+volk gedood hadden, waar onder gevonden wierd een jong vrywilliger,
+die zyn neef was; dat zy 'er een groot aantal van gewond hadden,
+en de overigen deezer afgezondene krygsbende tot wyken genoodzaakt,
+schoon hy reeds het moeras was overgetrokken, en deszelfs oever bereikt
+had, om het dorp stormenderhand in te nemen. Volgens deeze tyding
+was het klaar, dat de vyand niet was klein te achten; en dewyl men
+nu eindelyk wist, waar hy te vinden was, ontfing al het krygsvolk,
+namelyk de zee-soldaten van den Colonel FOURGEOUD, het Regiment
+van de Compagnie, en de Neger-jagers, die van verlangen brandden,
+om blyken van dapperheid te geven, bevel om zig onmiddelyk tot den
+optocht gereed te maken. Men bepaalde hun allen een punt van algemeene
+vereeniging, en men zond te gelyker tyd een hoop krygsvolk naar den
+post van la Rochelle, om hier van bericht te geven. Ingevolge van deeze
+beveelen, maakte zig het geheele leger marschvaardig, en onze soldaten
+betoonden eenen grooten yver, in de hoop, dat een beslissende slag aan
+den oorlog, en alzoo tevens aan hunne elende een einde maken zoude:
+het was dus het oogenblik, om hen tot den aanval aan te voeren; maar
+onze Opper-Bevelhebber stelde zynen tocht meer dan twee maanden uit,
+om redenen, hem alleen bekend.
+
+Wy vernamen toen, dat de Capitain BRANT, Bevelhebber op den post
+van de Hoop, op het punt was, om aldaar van eene zwaare ziekte te
+sterven. Deeze zelfde post, alwaar zig een groot aantal krygsvolk
+bevond, was een der ongezondsten uit hoofde der overstroomingen;
+en vermits ik in dit tydstip een der gunstelingen van den Colonel
+was, bestemde hy my, om het bevel 'er van op my te nemen, eene eer,
+die ik, zoo als hy my zeide, aan myn sterk lichaamsgestel moest
+toeschryven. Uit deeze handelwyze bemerkte ik, dat zyne vriendschap op
+eigenbelang steunde; en ik gevoelde mynen haat allengskens herleven
+tegen iemand, die my alzoo veroordeelde om zonder roem te sterven,
+daar hy my tot eenigen dadelyken dienst met eere gebruiken konde.
+
+By myne komst op de Hoop, moest ik den Capitain BRANT naar Maagdenberg
+zenden; maar deeze ongelukkige jongeling eenige achterdocht op dien
+wreeden last hebbende, ging in een besloten vaartuig, eenige uuren
+voor dat ik aankwam, en begaf zig naar Paramaribo. Echter kwam hy
+aldaar niet aan, of hy gaf den geest, zoo door de gevolgen van eene
+heete koorts, als door hartzeer. Niemand verdiende meerder betreurd te
+worden, dan hy. De Colonel FOURGEOUD verloor een uitmuntend Officier,
+en ik een oprecht vriend.
+
+Dewyl hy de tweede Bevelhebber was, die in zeer korten tyd op deezen
+post het leven liet, nam ik gerustelyk tot myne zinspreuk: Hodie mihi,
+cras tibi: (van daag my, morgen u:) maar by geluk bedroog ik my,
+en ik was altyd zoo welvaarende, als ik ooit in myn leven geweest
+ben. Volgens den raad van den ouden CARAMACA, baadde ik my twee malen
+daags in de Rivier; ik maakte insgelyks gebruik van myne oude gewoonte,
+om geene schoenen noch koussen te dragen.
+
+Den 20sten Juny, korte dagen na myne aankomst, had ik de eer een
+bezoek te ontfangen van den Gouverneur, den heer NEPVEU, die van zyne
+Plantagie Appecappe te rug kwam, en weder naar Paramaribo keerde. Ik
+beklaagde hem den rouw wegens het afsterven van zyne huisvrouw, welke
+hy in't kort verloren had. Ik ontfing ook bezoeken van verscheiden
+Planters, die my allerleije zoorten van ververschingen van hunne
+Plantagien medebragten. In dit oogenblik had ik gelegenheid, om de
+gebruiken en levens-wyze van deeze West-lndische Nababs te leeren
+kennen.
+
+Een Planter in de Volkplanting van Surinamen, wanneer hy op zyne
+Plantagie woont, het geen zeldzaam voorvalt, want doorgaans verkiest
+hy het verblyf te Paramaribo, staat by het opkomen der zon, dat is,
+des morgens omtrent ten zes uuren, uit zyne hangmat op. Alsdan begeeft
+hy zig, onder zyn piazza, of dat zoort van overdekte gaanderye, voor
+het huis geplaatst, alwaar hy zyne koffy en pyp gereed vindt. Een
+half dozyn slaven, zoo wel mans als vrouwen, en wel de schoonste,
+wagten hem aldaar, om hem te bedienen. In dit heiligdom ontmoet hem
+de Opzigter, na hem van verre verscheide diepe buigingen gemaakt
+te hebben, en doet hem zeer eerbiedig rekenschap van het werk, het
+welk des avonds te vooren verrigt is, van het getal der Negers, die
+weggeloopen, die ziek geworden, die gestorven, die hersteld zyn, van
+de geenen die men gekocht heeft, of van de kinderen, die geboren zyn;
+maar vooral van den naam der slaven, die hun werk verzuimd, die eene
+ongesteldheid voorgewend, die zig dronken gedronken hebben, of agter
+gebleven zyn. De gevangenen zyn doorgaans by dit bericht tegenwoordig,
+onder de bewaaring van Neger-beulen, die op het minste teeken hen
+vast binden, het zy aan de pylaaren of balken der gaanderye, het zy
+aan boomen, zonder dat de eigenaar zig dikwils verwaardigd heeft
+de beschuldigden in hunne verdediging te hooren. De veroordeelden
+eenmaal vast gebonden zynde, vallen de zweepslagen op hen, zonder
+onderscheid van mans, vrouwen of kinderen. De werktuigen, waarmede
+deeze straf word uitgeoeffend, zyn koorden van hennip van eene zeer
+groote lengte, die by elken slag tot in het vleesch indringen, en een
+geklater maken, gelykende naar het afschieten van een pistool. Zoo lang
+deeze straf-oeffening duurt, roepen de ongelukkigen by herhaaling:
+"danky masera": (ik bedank u meester:) en de Planter wandelt met
+zynen Opzichter rond, zonder op het geschreeuw, het welk hy hoort,
+eenige acht te geven. Men maakt deeze elendelingen niet los, voor dat
+zy wel zyn van een gereten; en dan gelast men hun, om oogenblikkelyk
+weder aan hun werk te gaan: ter naauwer nood verwaardigt men zig,
+om hen te laten verbinden.
+
+Het straf-uur verloopen zynde, koomt de Heelmeester, die een Neger
+is, insgelyks om bericht te doen; en men zendt hem weg al vloekende,
+en zig beklagende, dat hy aan de slaven toestaat ziek te zyn. Na deeze
+bedienden, koomt 'er eene zeer oude vrouw, die alle de Neger-kinderen
+van de Plantagie vertoont, waar over zy het bestuur heeft. Deeze
+kinderen, die reeds in de Rivier gewasschen zyn, klappen in de handen
+op het zien van hunnen meester; zy groeten hem, staande in de rondte;
+vervolgens zendt men hen weg, om hun ontbyt van plantainboom-vruchten,
+of ryst te gebruiken; en even gelyk by het begin, eindigt dit alles
+met eene diepe buiging van den Opzichter.
+
+Myn Heer doet dan eene wandeling in zyn morgen-gewaad, bestaande in
+een onderbroek van het fynst Hollandsch linnen, witte zyde koussen,
+en muilen van geel of rood Turksch leder; het halsboord van zyn hembd
+blyft open, en over het hembd draagt hy alleenlyk eene loshangende
+japon van fraaie Indische stof. Zyn hoofd is met een uittermaten fyne
+catoene muts bedekt, en met een verbaazend groote hoed, die zyn mager
+en somber aangezicht voor de hette der zon beveiligt: om den lezer
+in staat te stellen zig een juist denkbeeld van een persoon van dit
+zoort te vormen, biede ik hem tans de afteekening aan, die ik 'er van
+gemaakt hebbe. Ik heb het tydstip genomen, dat de Planter, met zyne
+pyp in den mond, want die legt hy niet neder, uit de hand van eene
+schoone slavin een glas Madera-wyn ontfangt, het welk hy uitdrinkt,
+om daar door geduurende zyne wandeling kragt te bekomen.
+
+Wanneer hy nu langzaam rondom zyne wooning heeft rond gekuierd, of
+misschien te paard gestegen is, om zyne velden te bezichtigen, en de
+vermeerdering zyner rykdommen te begrooten, koomt hy tegen agt uuren te
+rug, om zig te kleeden, indien hy voornemens is eenige bezoeken af te
+leggen, zoo niet, blyft hy gekleed zoo als hy is. In het eerste geval
+verwisselt hy alleen zyn onderbroek tegen een broek van dun linnen
+of zyde. Vervolgens gaat hy zitten, en reikt zyne beide beenen toe
+aan eenen jongen Neger, die hem de schoenen aantrekt; te gelyker tyd
+word hy door eenen anderen gekapt of geschoren; en een derde is bezig,
+om de muggen van hem weg te jagen. Wanneer dit alles is afgeloopen,
+trekt hy een ander hembd aan, een kamisool, en een rok, die altoos van
+eene witte stof is. Alsdan brengt men hem onder een groot zonne-scherm,
+door eenen jongen Neger gedragen wordende, naar zyn vaartuig met zes
+of agt roeijers, het welk hem wagt, en waar in zyn Opzichter zorg
+gedragen heeft vruchten, wyn, water en tabak te laten brengen; maar
+dezelve heeft hem zoo dra niet zien vertrekken, of hy herneemt zynen
+toon van gezag, en zyne gewoone onbeschoftheid. Indien de Planter,
+op deezen dag, zyne Plantagie niet verlaat, ontbyt hy ten tien uuren;
+en om deeze maaltyd te nemen, zit hy aan eene tafel, in eene groote
+zaal geplaatst, en waar op hammen, gerookte tongen, gevogelte,
+of gekookte duiven, plantains, zoete cassave, brood, boter, kaas,
+enz. gevonden worden. Zyn drank is in dit oogenblik of zwaar bier, of
+Madera-, Champagne- of Moesel-wyn. Zyn Opzichter houdt hem gezelschap,
+zig echter op eenen bekwamen afstand plaatsende, en beiden worden
+zy bediend door de schoonste en wel gemaaktste slaven.--Zie daar,
+het geen deeze heeren ontbyten noemen.
+
+Wanneer deeze maaltyd geeindigd is, neemt de Planter een boek; hy
+speelt op het schaakspel, of op de billard, of op eenig speeltuig;
+tot dat de hette van den dag hem noodzaakt, om in zyne hangmat te gaan
+leggen, om daar in zyn middagslaap te nemen, welken hy even min kan
+nalaten, als een Spanjaard zyne siesta of uur van rust. Hy wendt en
+keert zig in dit zoort van bed, tot dat hy in een diepen slaap gevallen
+is, en geduurende zynen slaap, houden zig twee van zyne Negers bezig,
+om tot zyne verkoeling met een waaijer te waaijen.
+
+Tegen drie uuren word hy van zelf wakker: na zig gewasschen en
+geparfumeerd te hebben, gaat hy wederom aan tafel zitten, om met
+zynen Opzichter het middagmaal te houden; en zy worden, even als
+by het ontbyt, door dezelfde slaven bediend. Niets van al het geen
+het jaargetyde kan opleveren van gewoon vleesch, gevogelte, wildt,
+visschen, groenten en vruchten, ontbreekt op deeze maaltyd: de
+uitgelezendste wynen worden 'er in overvloed geschonken; en dezelve
+eindigt met eene groote kop zeer sterke koffy, en eenige glazen
+liqueur. Ten zes uuren koomt de Opzichter wederom als des morgens,
+door beulen en gevangenen gevolgd wordende. De strafoeffeningen
+beginnen wederom geduurende eenigen tyd, en na dat de eigenaar zyne
+beveelen voor het werk van den volgenden dag gegeven heeft, zendt
+hy de vergadering weg, en brengt zynen avond door met ligte punch,
+of fangary te drinken, op de kaart te spelen, of te rooken.--Myn heer
+begint gewoonlyk de aannadering van den slaap tegen tien of elf uuren
+te gevoelen; dan doet hy zig door zyne kamerdienaars ontkleeden; hy
+gaat vervolgens in zyne hangmat leggen, alwaar hy met de eene of andere
+van zyne beminden, want hy heeft altyd zyne stoet van vrouwlieden,
+den nacht doorbrengt. Den volgenden dag, verschynt hy op nieuw onder
+zyne overdekte gaandery, op het zelfde uur als daags te vooren; hy
+vindt aldaar wederom zyne pyp en koffy, en met het opkomen van de zon
+hervat hy zyne genietingen en uitspanningen. Hy is een Vorst in 't
+klein, zoo verachtelyk, zoo eigenzinnig, zoo willekeurig heerschende,
+als 'er een is.
+
+Een zoo onbepaald gezag moet in de daad noodwendig ten hoogsten behagen
+aan iemand, die zeer waarschynlyk in zyn vaderland, in Europa, een
+niets beduidend wezen was.
+
+Zulke lieden maaken dus fortuin, naardien zeer dikwils in deeze
+Volkplanting de Plantagien op tyd verkocht worden door afwezige
+eigenaars, die zig op de gedaane begrootingen verlaten; en deeze
+begrooters, het te verkoopen perceel zeer laag waardeerende, zyn het
+doorgaans met den kooper eens.
+
+Dit zoort van Planters is een pest voor de Volkplanting. Zy maken
+eene onmatige verteering, en betaalen niemand, onder voorwendzel van
+slechten oogst, sterfte onder de slaven, enz. Zy mishandelen dezelven
+door overmaat van arbeid en slagen; zy bederven de Plantagie, waar van
+zy de voortbrengzels voor gereed geld, en ten laagen pryze verkoopen;
+en wanneer zy op die wyze hunne beurs gemaakt hebben, verdwynen zy. Men
+moet echter toestemmen, dat 'er in alles uitzonderingen zyn: ik heb
+in Surinamen Planters gekend, die door hunne braafheid achtenswaardig
+waren, en ik heb dezelven reeds genoemd.
+
+Wat de vrouwen betreft, zy geven zig doorgaans aan alle haare
+driften, en in 't byzonder aan de ontembaarste wreedheid over. Maar
+te gelyker tyd, dat ik getuigenis moet geven van de verhevene deugden
+van Mevrouwen ELIZABETH DANFORTH en GODEFROY, en van eenige andere
+van een onbevlekt caracter, behoor ik ook het gordyn te laten
+vallen voor alle de onvolmaaktheden der teedere kunne in deeze
+luchtstreek. Alvoorens van dit stuk af te stappen, moet ik echter
+opmerken, dat de herbergzaamheid nergens edelmoediger, nog aangenamer
+word uitgeoeffend, dan hier. Een vreemdeling bevindt zig hier overal,
+of hy t'huis was: men verschaft hem, met de meest mogelyke gulheid,
+tafel en huisvesting, op elke Plantagie, het geen van des te meer
+aanbelang is, om dat men in de nabyheid van alle de Rivieren der
+Volkplanting Surinamen niet weet, wat eene herberg is.
+
+Om aan myn verhaal eenige afwisseling te geven, zullen wy tans drie
+zoorten van visschen beschryven, waar op ik myne vrienden onthaalde,
+zynde de zon-visch, de slang-visch, en de gevlakte kat. De eerste
+word, even als de zalm, in zoute en zoete wateren gevonden. Hy heeft
+agttien of twintig duimen lengte, en hy is geheel en al met goude
+schubben bedekt, die, wanneer hy in helder water zwemt, straalen van
+zig schynen af te schieten, en die hem zynen naam gegeven hebben. De
+slang-visch ontleent zynen naam van de gelykheid, die 'er tusschen
+hem en dit kruipend gedierte is. Het is een zoort van aal, niet
+zeer groot, maar zwart, hebbende een witten buik, en zynde in alle
+de Rivieren van dit Land zeer gemeen. De gevlakte kat word alzoo
+genoemd uit hoofde van de vlakken, waar mede hy bedekt is, en zyne
+lange knevels. Deeze visch gelykt ten aanzien van deszelfs gedaante
+vry veel naar een snoek. Hy heeft zeer puntige tanden, maar geene
+schubben. Hy is zeer vet, en weegt zomtyds tot zeventig ponden toe;
+zyn vleesch is geelachtig, en men maakt 'er weinig werk van.
+
+De Hoop was tans eene der onaangenaamste verblyfplaatsen. Ik
+betreurde aldaar zeer het gemis, zoo van myne eerste hut, als van
+myne lieve gezellinne: de eene viel geheel om ver, en de andere was
+te Paramaribo. Wy hadden geen enkel mensch, die niet door de koorts,
+of eenige andere ziekte, was aangetast. De roode loop begon ook
+verwoestingen aan te rechten. Om onze elende te vergrooten, hadden wy
+noch Heelmeesters, noch geneesmiddelen, noch iets, waar door wy ons
+licht bezorgen konden; en ons bleef niets overig, dan zeer weinig
+brood. Ik was met deeze gesteldheid van ons ongelukkig krygsvolk
+bewogen, en ik deed onder hen eene uitdeeling van bischuit, citroenen,
+oranje-appelen, suiker, wyn, gevogelte, en eenige spermaceti-kaarssen,
+die my in eigendom toebehoorden.
+
+Den 23sten, zond ik twee zieke Officiers, ORLEIGH en FRANSSEN, gelyk
+mede alle de soldaaten, die vervoerbaar waren, naar het hospitaal te
+Maagdenberg; te gelyker tyd vernieuwde ik myn ootmoedig verzoek, om
+van zulk een elendigen post, die bovendien van geen nut ter weereld
+was, verlost te worden, en ik verzogt, maar te vergeefs, om een van
+hun te zyn, die tegen de muitelingen optrokken. Ik vernam omtrent in
+dit tydstip, dat men, beneden mynen post, eene nieuwe verblyfplaats
+der Negers, niet ver van Paramaribo af gelegen, ontdekt had; en
+dat hooger op een groot getal manschappen van ons krygsvolk stierf,
+waar onder men telde den Capitain SEYBOURG, broeder van den Colonel
+van denzelfden naam, die den 22sten overleed. Deeze was de derde van
+dien rang, die zedert een maand het leven liet.
+
+Den 26sten, kwamen twee jonge Officiers, die zeer schoone manspersoonen
+waren, aan; maar die niet meer dienen konden, zynde beiden gekweld
+met eene breuk, veroorzaakt door het uitglyden, het geen in dit
+regen-saisoen, wanneer de grond zeer glibberig is, moeielyk vak
+te ontwyken.
+
+Des avonds van den zelfden dag, was 'er een van onze zee-soldaaten,
+genaamd SPANKNEVEL, die niet meer te voorschyn kwam, en men
+ontdekte hem eerst den 29sten, wanneer men hem met een koord van een
+heestergewas aan een boom hangende vondt. Geen van zyne medemakkers
+wilde hem afsnyden, om dat hy zig zelf had van kant geholpen. Zy
+beweerden, volgens hunne vooroordeelen, want zy waaren allen
+Duitschers, dat zy, met hem aan te raken, zig even eerloos zouden
+maken, als hy zelf was. Ik was dus genoodzaakt hem door de Negers te
+laten afnemen en begraven.
+
+Eindelyk ontfing ik bevel tot myn vertrek, en ik begaf my
+oogenblikkelyk met den Capitain BOLTS naar Goed-Accord, waar van
+de eigenaar en eigenaresse, de heer en mevrouw DE LANGE, ons zeer
+beleefdelyk ontfingen. Deeze Suiker-Plantagie is de laatste aan
+de Rivier Commewyne, en uit dien hoofde is zy in de nabyheid der
+muitelingen gelegen, die dikwils moeite doen om de slaven te verleiden;
+maar men behandelt dezelven aldaar met veel toegevenheid en goedheid,
+om alle muitzucht van hunnen kant voor te komen, en hen aan te zetten
+om de Plantagie niet te verlaten.
+
+Ik zag aldaar eene groote nieuwigheid: namelyk eene jonge Negerin,
+die in den zuiveren natuurstaat de tafel bediende. Ik betoonde
+my uittermaten verwonderd, toen ik haar zag te voorschyn treden;
+en dadelyk vernam ik naar de reden van deeze vreemde gewoonte. De
+vrouw van den huize antwoordde my zediglyk, dat zulks plaats
+had, overeenkomstig de schikking der moeders en opzigteressen,
+als een middel ter voorkoming van eenen al te vroegtydigen omgang
+met manspersoonen, waar door haare kragten verminderd, haare groei
+belet, en haare gestalte bedolven zouden worden. De slaven op deeze
+Plantagie, zoo mans als vrouwen, waaren de schoonsten, welken ik
+immer gezien heb. Hunne schoone gedaante, hunne levendigheid, hunne
+sterkte en yver konden met die der Europeanen gelyk gesteld worden. De
+Neger PHILANDER, dien ik reeds als een voorbeeld van schoonheid heb
+aangehaald, behoorde tot dezelven.
+
+Des anderen daags, vertrokken wy naar Maagdenberg, een uur voor
+het ondergaan der zon, en in een klein vaartuig, alleenlyk met
+een zonnescherm overdekt. Wy deeden zulks tegen den raad van den
+heer en mevrouw DE LANGE, en wy hadden reden om 'er ons over te
+beklagen; want naauwlyks hadden wy twee mylen afgelegd, of de nacht
+overviel ons, gepaard met zulk een geweldigen regen, dat wy byna in
+het water verzonken, zynde de gang van het vaartuig slechts twee
+duimen boven water. Het gelukte ons echter, door middel van onze
+calebassen en hoeden, om het zoo ledig te scheppen, dat het vlot
+bleef. Te gelyker tyd zat 'er een Neger voor op, houdende een haak
+lynrecht voor uit, om te beletten dat ons vaartuig niet omsloeg,
+wanneer het door onbedachtzaamheid, in het midden der duisternis,
+waar in wy ons bevonden, tegen de wortels der Palmietboomen stootte,
+die langs de oevers van het bovenste gedeelte van de Commewyne in
+grooten getaale groeijen.
+
+Wy kwamen op deeze wyze, des avonds ten tien uuren, op de Plantagie
+Jacob aan. Het vaartuig was met het water gelyk, en ook niets meer;
+want de Capitain BOLTS, en ik, waren zoo dra niet op het land
+gesprongen, of het vaartuig zonk met alle de Negers, die 'er op
+waren: dadelyk echter bereikten zy al zwemmende den oever. Maar,
+helaas! een koffer, waar in myn dagregister en myne teekeningen
+lagen, die my meer dan twee jaaren arbeids en moeite gekost hadden,
+bevond zig toen onder in het water. Ik was over dit verlies met
+smarte aangedaan. Een knaphandige Neger echter, verscheiden malen,
+al duikelende, in het vaartuig gegaan zynde, bragt my mynen kleinen
+schat te rug, en ik achtte my zeer gelukkig denzelven weder in myne
+handen te zien, schoon door en door nat geworden zynde. Dus nam
+onze schipbreuk een einde. Na iets warms gebruikt te hebben, hingen
+wy onze hangmatten op, en sliepen in dezelve rondom een goed vuur,
+waar voor ik myne papieren liet droogen.
+
+Des anderen daags morgens vervolgden wy onze reize, maar toen wy half
+weg gekomen waren, wierden wy tegengehouden door eenen zwaaren boom,
+die; om ver gevallen zynde, een dam in de kreek maakte, zoo dat het
+vaartuig nooit op of neder komen konde. Wy keerden naar de Plantagie
+Jacob te rug, en waren genoodzaakt, ons van daar naar de plaats van
+onze bestemming te voet te begeven, dwars door allerleije zoorten van
+struiken, distelen, doornen en heestergewassen, alwaar wy door nat,
+en geheel met bloed bedekt, aankwamen. Myne enklauw, die begon te
+geneezen, wierd andermaal tot op het been open gereeten: de veelvuldige
+doornen, die wy by elken tred ontmoetten, maakten dezelve weder byna
+geheel ontbloot.
+
+Wy vernamen hier, dat ORLEIGH, een van de twee Officieren, welken ik,
+geduurende myn laatste verblyf op de Hoop, naar Maagdenberg ziek
+verzonden had, niet meer in leven was. Op die wyze vergingen byna
+allen de geenen, die de laatste maand op deezen eersten post hadden
+doorgebracht, van waar geen enkel soldaat gezond te rug kwam. Ik ben
+vastelyk overtuigt, dat hun onheil veroeorzaakt wierd door de sterke
+hette van de drooge en brandende maand Juny, welke zy ondervonden, na
+in het midden van een moerassigen streek gegaan en geslapen te hebben,
+en na, geduurende het laatste regen-saisoen, aanhoudende stortregens
+op hun lichaam ontvangen te hebben. De sterkte van myn gestel deed my
+echter aan zoo veele gevaaren ontsnappen, en ik besloot, zoo mogelyk,
+myne gezondheid te bewaaren, al lachende en zingende, (God vergeeve my
+dit!) terwyl een groot aantal menschen rondom my zuchtten, steenden,
+en den geest gaven.
+
+
+
+NEGENTIENDE HOOFTSTUK.
+
+Optocht van het Krygsvolk naar Barbacoeba, aan de Rivier Cottica.--De
+Palmboom-kool, en de Mauricy.--Heete koorts.--Trek van dankbaarheid in
+eenen Engelschen Matroos.--Verscheiden soorten van Peper.--Citroen-
+en Limoen-boomen.--De Mammy-appel.--Pimpernooten.--Regeering in
+Surinamen.--Honden van Guiana.--Ongemeene trek van edelmoedigheid.
+
+Het regen-saisoen op nieuws naderende, trok de Colonel FOURGEOUD,
+na uit zyne soldaten die geenen te hebben uitgekozen, die de
+gezondsten waren, en in 't geheel niet meer dan een getal van een
+honderd en tachtig bedroegen, in aantocht, op den 3den July 1779,
+naar Barbacoeba, aan de Rivier Cottica, eene plaats, welke hy
+tot eene algemeene verzamelplaats, alvoorens de muitelingen aan
+te tasten, bepaald had. Ik had de eer onder het getal der geenen,
+die vertrekken moesten, te behooren; maar den Heelmeester verklaard
+hebbende, dat ik gevaar liep myn voet kwyt te raaken, indien ik door
+de bosschen ging, ontfing ik bevel, om op Maagdenberg te blyven, met
+vermogen echter, om, indien ik binnen kort hersteld was, my by den
+Colonel te vervoegen, en, zoo goed ik konde, my naar Barbacoeba te
+begeven. Myn been was op dit oogenblik zoo ontstoken, en zoo zwart,
+uit hoofde van het dood vleesch, dat de Heelmeester van den Colonel
+KNOLLAERT, beducht was tot de afzetting te zullen moeten besluiten,
+en dat ik zonder zeer zwaare pyn niet recht op staan konde.--Ik zal
+'er het lidteeken van dragen, zoo lang ik leeve.
+
+Geduurende dit myn agterblyven, ontfing ik dagelyks van PHILANDER en
+andere Negers, welken ik altyd met zachtheid behandeld had, geschenken,
+waar onder een kookzel van kool van Berg-Palmboom gevonden werd. Onder
+alle zoorten van Palmboomen-kool is deeze de meest geachte. De boom,
+die dezelve voortbrengt, verheft zig zomtyds tot de hoogte van vyftig
+voeten. Zyn harde houtachtige stam, in zeer dicht op elkander volgende
+gelederen verdeeld, en van binnen vol merg, even als de vlierboom,
+heeft eene helder bruine kleur: deeze stam, die in evenredigheid van
+zyne hoogte dik is, loopt zeer recht, en eindigt puntsgewyze, even
+als de mast van een schip. In de hoogte word hy van eene donker groene
+kleur, veroeorzaakt door de bekleedzelen, waar uit zig de takken vormen,
+die horizontaal uitloopen, even als de kroon van een ananas of van een
+pynappel. Deeze takken zyn van wederzyden bedekt met zwaare blaaden
+van drie voeten lang, van eene donker groene kleur, zeer puntig, maar
+gevouwen, verwardelyk geplaatst, en niet bevallig nederhangende, zoo
+als die van den Latanus- of Kokos-boom. Het zaad is besloten in eene
+zoort van bruine kelk of scheede, die uit het middenpunt der takken
+voortspruit, naar den grond nederhangt, en in kleine ronde nooten
+bestaat, die by elkander zittende, het voorkomen hebben van trossen
+rozynen, maar naar maate van haaren omvang zoo lang niet. Indien
+men de kool begeert, moet men den boom afhouwen. Dit geschied zynde,
+berooft men hem van zyne takken, en van het groen bekleedzel, het welk
+dezelve voortbrengt. Vervolgens neemt men het hart of de kool, die
+wit is, en twee of drie voeten lang, dik als de arm van een mensch,
+en rond als een cylinder van gepolyst yvoor. Zy bestaat uit ligte,
+langwerpige en witte bladeren, naar zyde linten gelykende, en gereed
+om het daar op volgend bekleedzel op te leveren, maar zoodanig in
+malkander gesloten, dat zy een vast en breekbaar lichaam vormen. Deeze
+vrucht, wanneer men ze raauw eet, heeft den smaak van een amandel,
+schoon nog teederer en lekkerder: wanneer zy gekookt is, heeft zy
+den smaak van bloemkool. Men plukt ook deeze lange en dunne bladen
+een voor een af, en maakt 'er eene uitmuntende salade van. Maar de
+kool der Palmboomen, het zy raauw, het zy gekookt, verwekt buikloop,
+wanneer men 'er te veel van eet. In derzelver holligheid, na dat alle
+de bladeren zyn weg genomen, legt een zwarte koren-worm zyne eieren,
+waar uit de palmboom-wormen voortkomen. De zachte zelfstandigheid,
+die nog in het hart van de kool overig is, dient, wanneer zy begint te
+verrotten, aan deezen worm tot voedzel. De kool van den Latanus-boom
+en andere zoorten van Palmboomen, word zoo groot niet, is minder zoet,
+en van eene verschillende gedaante van die, waar van ik zoo even sprak.
+
+De Mauricy [11]is zekerlyk de grootste van alle Palmboomen, ja van
+alle andere boomen, die in de bosschen van Guiana groeien. Ik kan
+verzekeren, dat ik eenige boomen van dien naam gezien heb, wier
+toppen meer dan honderd voeten boven den grond scheenen verheven te
+zyn. Derzelver omvang was van tien of twaalf voeten aan het dikste
+van den stam, dat is, op een vierde van den boom van den wortel
+af gerekend; want van daar af vermindert hy, zoo wel naar beneden
+als naar om hoog, eene byzonderheid, die misschien aan alle andere
+Reizigers of Schryvers ontsnapt is. Hy heeft ook eene helder bruine
+of gryze kleur, en is tot de plaats, alwaar de takken beginnen, in
+gelederen verdeeld. Deeze takken neemen hunnen aanvang by den top
+des booms, en zyn lang, groen en boogswyze gekromd, bloot tot aan
+derzelver einde, waar uit lange en breede bladeren voortspruiten,
+zynde gevingerd, en van eene bleek groene kleur, zeer regelmatig op
+eene bolronde manier geschaard, en maakende een zoort van straalen,
+zoo als een ronde waijer van zig afgeeft. Naar maate dat de jonge
+takken zig uit het middenpunt naar den top verheffen, verwelken de
+oude, hangen naar den grond, en worden de speelbal der winden. Uit
+het midden der groene bladeren, trekken de Indianen lange vezelen
+of witte draaden, zoo als zy van de zyde-plant doen. Deeze vezelen
+zeer sterk zynde, maaken zy daar van netten om te visschen, koorden
+om hunne bogen te spannen, of zy laten ze zoodanig als zy zyn, om 'er
+zig tot andere gebruiken van te bedienen. Uit het middenpunt der takken
+koomt het zaad voort, het welk ook in de gedaante van lange risten uyen
+nedervalt. Ik heb verscheide afbeeldingen van deeze Palmboomen gezien;
+ik durf verzekeren, dat ze niet getrouw zyn, en volgens verbeelding
+of valsche beschryvingen uitgevoerd; maar ik staa 'er by het publiek
+voor in, dat de tans aan hun aangebodene afteekening naar de natuur
+en op de plaats zelve gemaakt is. Dezelve bevat den Berg-Palmboom, en
+den Mauricy, boomen, die door hunne takken en bladeren van elkander
+verschillen. Op de plaat, die ik den lezer aanbiede, beteekent de
+letter A den stam van den Berg-Palmboom; de letter B deszelfs takken,
+van den boom afgescheiden; en de letter C het zaad, of de kelk,
+die het zelve in zig bevat; de D geeft den stam van den Mauricy te
+kennen; de E een van deszelfs nederhangende takken; de F beteekent den
+Korenworm, die den Palmboom-worm voortbrengt; de G dien worm zelven,
+die zoo lekker, nog zoo vet niet is, dan die van de kool van den
+Berg-Palmboom. Geene andere gelegenheid hebbende om te vertoonen,
+op welke wyze de Indianen en de Negers op de boomen klimmen, heb ik
+op deeze Plaat, onder de letter H, een der laatstgemelden vertoond,
+die op een jongen Mauricy klautert. Geen van beiden doen dit door
+den stam van den boom met de armen en beenen te omvatten, maar door
+denzelven met de hand vast te houden, en 'er beurtelings den voet
+op te zetten. Zy gaan alzoo voort op eene wonderbaarlyke manier;
+en door dit middel scheurt hen de schors niet op; maar 'er is zeker
+veel behendigheid, oeffening en kragt noodig, om daar in wel te slagen.
+
+Ik heb, zoo ik meen, breedvoerig genoeg gehandeld over deeze
+onderscheidene zoorten van Palmboomen, en ik gaa tans over, om het
+dagverhaal van onze krygs-verrigtingen te vervolgen.
+
+Ik heb gezegd, dat alle de Officiers, en de meeste soldaten, die den
+post van de Hoop bezet hadden, gestorven of gevaarlyk ziek waren,
+en dat ik aan de besmetting ontsnapt was. Maar, helaas! het was tans
+myn beurt! ik had slechts een uitstel, en niets meer, want den 9den
+wierd ik door die zelfde heete koorts aangetast, die alle de anderen
+had in het graf gesleept, en waar aan myn Neger QUACO op dit oogenblik
+zeer ziek lag.
+
+Den 14den, was ik genoodzaakt het bevel aan een ander Officier af te
+staan, en Maagdenberg te verlaten, om my naar Paramaribo te begeven,
+maar ik kon niet verder komen, dan Goet-Accord, alwaar men den
+15den niets anders dan het oogenblik van mynen dood verwagtte. Tot
+dit uiterste gekomen zynde, vond eene oude Negerin middel, om my
+een weinig gekarnde melk, met garst en syroop van suiker gekookt,
+te doen gebruiken; dit was het eerste voedzel, het welk ik, na dat
+ik ziek geworden was, genuttigd had. Het deed my zekerlyk een zeer
+grooten dienst; en des anderen daags was ik in staat om vervoerd te
+kunnen worden. Myn kleine QUACO was ook veel beter.
+
+Des avonds van den 16den, kwam ik te Fauconberg aan, alwaar ik
+een pakje met zeven of agt brieven van myne vrienden vond, gepaard
+met een geschenk van gezouten ossen-vleesch, en gedroogde tongen,
+Madera-wyn, Engelsch bier, rhum, en twee kruiken heerlyk citroen-sap
+met suiker gemengd,en daarenboven een beste ham, en een fraaije
+jagthond, die beide my gezonden waren door CHARLES MACDONALD, den
+zelfden Engelschen matroos, met wien ik op de Hoop in vriendschap
+geraakt was; beide zyne geschenken kwamen uit Virginie. Dit blyk van
+erkentenis en edelmoedigheid van deezen braven jongen, beantwoordt
+volkomen aan het waar caracter van den Engelschen zeeman, en deed
+my groot vermaak. Onder het getal van myne brieven waren 'er twee,
+voor my van het grootst gewicht, de een was van den heer LUDEN van
+Amsterdam, en de ander van den heer DE GRAAF, zynen Bestuurder op
+Paramaribo. Zy verwittigden my, dat myne beminnelyke JOANNA en myn zoon
+ter myner beschikking waren, voor de somme van twee duizend gulden,
+die, met de bykomende onkosten, byna twee honderd ponden sterling
+zouden uitmaken, dog welke ik buiten staat was op dit oogenblik te
+kunnen betaalen. Ik was reeds eene andere somme van vyftig ponden
+sterling schuldig, welke ik geleend had, om den koopprys van mynen
+Neger QUACO te voldoen; myne JOANNA, wel is waar, was my van eene
+oneindig grootere waarde; en schoon men haar had gewaardeerd op het
+twintigste gedeelte van de geheele Plantagie, die voor niet meer dan
+veertig duizend guldens verkogt was, konde ik eene jeugdige vrouw,
+met zoo veele volmaaktheden begaafd, niet te duur koopen; maar men
+moest met dit al in staat zyn, om het te kunnen betaalen.
+
+SALOMON heeft met reden gezegd, dat goede tydingen, uit ver afgelegene
+landen komende, voor de ziel dat geen zyn, het welk frisch water
+voor een zeer dorstig mensch is. De berichten, die ik in dit
+tydstip ontfing, deeden my in 't eerst herleven; maar eene nadere
+overweging overtuigde my wel dra, dat het my onmogelyk was, om my
+eene zoo groote somme aan te schaffen, en ik was ruim zoo ongelukkig
+als te vooren. Intusschen deelde ik alle de ontfangene geschenken
+onder de nabestaanden van JOANNA uit, uitgenomen echter den hond
+en de ham. Deeze goede lieden baden my aan; en geduurende alle de
+betuigingen van hunne liefde, riep ik uit: "Dat ik niet ryk genoeg
+ben, om hen allen vry te koopen!" Ik bevond my toen uittermaten zwak,
+niettemin oordeelde ik my in staat, om des anderen daags de Rivier af
+te zakken, tot aan de Plantagie Bergshoven, waar van de Bestuurder,
+de heer GOURLAY, de beleefdheid had, om my, in een gemakkelyk vaartuig
+met zes roei-riemen, naar Paramaribo te laten brengen; maar ik stortte
+wederom in, en ik kwam, des avonds van den 19den, in deeze Stad aan,
+zynde naauwlyks meer in leven. Ik had den voorigen nacht op eene
+Plantagie, Jalosy genaamd, doorgebragt, alwaar ik byna den geest gaf.
+
+Ik kan de Rivier Commewyne niet verlaten, zonder den lezer eene
+afbeelding aan te bieden van een gezicht van Maagdenberg aan de
+Tempaty Kreek, en nog een van den post van Calais, by de Hoop, aan
+den mond van de Consavina-Kreek.
+
+Te dier tyd eene goede huisvesting by den heer DELAMARE hebbende, en
+door de teederlievende JOANNA opgepast wordende, had ik ten minsten
+rust; en den 25sten, bevond ik my in staat, om voor de eerste keer
+uit te gaan, en by Mevrouw GODEFROY het middagmaal te gaan nemen. De
+tafel was by deeze vrouw van de gezondste spyzen, en de verfrissendste
+vruchten overvloediglyk voorzien. Onder de laatstgemelde, en de
+planten, die tot herstelling der gezondheid geschikt zyn, en welke
+dit Land voortbrengt, moet men verschillende zoorten van pepers en
+de limoenen rekenen. De eerste zyn de cica-peper, de lattaca, en de
+dago-pipy, zoo als de Negers dezelve noemen; want zy geven aan elke
+zaak eene benaming naar de overeenkomst, die tusschen dezelve en
+eenige andere zaak gevonden word. Deeze verschillende zoorten van
+peper zyn in Europa bekend onder den naam van peper van Caijenne,
+van piment, en van capsicum, of peper van Guinee. De naam van cica,
+of chiga, welken men in Surinamen aan de eerste geeft, koomt daar van
+daan, dat derzelver korrel gelykt naar het insect, chiga of chigoe
+genaamd, het welk ik beschreven heb. De andere heeft de gedaante van
+rotten-stronten. Deeze drie zoorten, gelyk ook alle andere, groeien
+aan heesters, die groen zyn, en niet zeer hoog opschieten. De peper,
+welke zy allen voortbrengen, is van de allerheetste, en trekt den
+mond by een; wanneer zy ryp is, heeft zy een scharlaken, of liever
+bloedkleur. De Europeanen eeten byna geene spyzen, welken zy niet
+met peper aanzetten: de Negers, en vooral de Indianen slokken ze met
+geheele greepen in, niet alleen om dat zy 'er ongemeen veel van houden,
+maar ook om dat zy dezelve als een uitmuntend geneesmiddel tegen een
+groot aantal kwalen beschouwen.
+
+De limoenen groeijen aan een zeer schoonen boom, genaamd Limoen-boom,
+waar van de bladen en vruchten veel kleiner zyn, dan die van den
+citroen-boom, en de laatstgemelden van een veel schitterender geele
+kleur, dan de citroenen. Zy hebben ook een veel fyner schil, en zyn
+vol van een zuur sap, het lekkerste, dat ik ken, en waar van de geur
+alleraangenaamst is. Deeze vruchten zyn zeer nuttig voor de soldaten
+en matroozen, die ze in dit Land voor het opraapen kunnen krygen,
+zoo dat men hen niet zeldzaam hunnen ledigen tyd ziet doorbrengen,
+met dezelve in groote meenigte te verzamelen, om ze met manden vol
+naar het schip te voeren. Men ontmoet, door de geheele Volkplanting
+van Surinamen, heggen van Limoen-boomen; en by de Stad Paramaribo
+groeijen zy aan den weg. Het is zeer te bejammeren, dat men deeze
+limoenen niet naar Europa kan overvoeren; maar men voert vaatjes,
+met derzelver sap gevuld, derwaarts. De inwooners deezer Volkplanting
+leggen ze in suiker, en bewaaren ze in groote aarde kruiken.
+
+Op het na-gerecht van deeze zelfde maaltyd, merkte ik, onder
+verscheide uitmuntende vruchten, een zoort van appel op, welken men
+alhier mammy noemt. Deeze groeit aan een boom van de gedaante van
+een oranje-boom, waar van de schors grys is, het hout witachtig en
+ruw, en het blad zeer dik, glad, driehoekig en zonder vezelen. Deeze
+vrucht, die byna rond is, en eenen omtrek van vyf of zes duimen maakt,
+is met eene harde en roest-kleurige schil bedekt; derzelver vleesch
+heeft de kleur van wortelen, en ook dezelfde vastheid. Het bevat twee
+groote nooten, waar van de amandelen bitter zyn; maar de vrucht heeft
+een uitmuntenden smaak: het is een mengzel van zuur en geurigheid,
+het welk alle andere in deeze Volkplanting overtreft. Men vindt in
+Surinamen ook tweederlei zoort van amandelen, gewoonlyk door de Negers
+pistaches en pinda genoemd. De eerste gelyken naar kleine kastanjes,
+en groeien als trossen aan den boom; de tweede worden voortgebracht
+door een heestergewas, en vormen zig onder den grond. [12] Beide
+zoorten van deeze amandelen zyn olyachtig en zoet; de laatstgemelde
+bevat 'er twee in eene schel; alle zyn zy aangenaam om raauw te eeten,
+maar nog beter, wanneer zy onder heeten asch gebraden worden.
+
+Dewyl ik van vruchten spreek, is het hier, zoo ik meen, de plaats,
+om eene misslag van Mejuffrouw DE MERIAN aan te roeren, die verklaart,
+dat de druiven in Guiana gemeen zyn. Deeze misslag is des te sterker,
+dewyl men weet, dat de vruchten, die alleen in eene kleine dunne
+schel besloten zyn, als de druiven, [13] de kerssen, de aalbessen,
+de aardbezien, de pruimen, de abrikosen, de persiken, en zelfs de
+appelen en peeren, de brandende hette van den zonne-keerkring niet
+verdragen kunnen.
+
+My tans op nieuw te Paramaribo bevindende, is het, zoo ik meen,
+voegzaam, om het dieren- en planten-ryk voor eenigen tyd te verlaten,
+en den aandacht van den lezer op het regerings-bestuur van deeze
+schoone Bezitting te vestigen; een onderwerp, het welk hy misschien
+zedert lang verwagtte.
+
+Ik heb reeds gezegd, dat twee derde der Surinaamsche Volkplanting
+tegenwoordig aan de Stad Amsterdam behooren, en dat de West-Indische
+Maatschappye eigenaar is van het laatste een derde gedeelte. Ik heb
+ook te kennen gegeven, dat de rechterlyke macht door onderscheidene
+Raaden van rechts-oeffening word uitgeoeffend. Ik zal dezelve dus tans
+in hunne orde aanwyzen, zoo als my dit door den Gouverneur, den heer
+NEPVEU, is mede gedeeld. De eerste is de Raad van Crimineele Justitie,
+en van Politie. Dezelve bestaat in het geheel uit dertien leden, wier
+ampten voor hun leven zyn. De Gouverneur, die 'er de Voorzitter van
+is, verkiest dezelven uit eene dubbele lyst, die hem door de inwooners
+word aangeboden. De Commandant, of de afgezonden Gouverneur, is eerste
+Raad. De bedienende Leden van dit Hof zyn derhalven;
+
+
+De Gouverneur,
+De Commandant,
+Een Procureur-Fiscaal,
+Een Secretaris,
+Negen Raden.
+
+
+De kennis van alle lyfstraffelyke zaaken behoort aan deezen Raad;
+maar de Gouverneur heeft het recht van schorssing der vonnissen,
+en zelfs om genade te bewyzen.
+
+De Raad van Civiele Justitie bestaat ook uit dertien Leden, die door
+den eerstgemelden Raad verkooren, en alle vier jaaren vernieuwd
+worden. De Gouverneur is aldaar ook Voorzitter, en de bedienende
+Leden zyn:
+
+
+De Gouverneur,
+Een Procureur-Fiscaal,
+Een Secretaris,
+Tien Raden.
+
+
+Deeze Raad neemt kennis van alle burgerlyke rechts-zaken, en zelfs
+van geringe beledigingen.
+
+Na deezen koomt het Subalterne Collegie, of Kamer van kleine zaken,
+bestaande uit elf Leden, die al mede door den Gouverneur en het
+eerstgemelde Hof verkozen worden, en behalven den Secretaris, wiens
+ampt voor zyn leven is, insgelyks alle vier jaaren vernieuwd, en
+uit de laatst afgegaane Justitie-Raden genomen worden. De bedienende
+Leden van dit Collegie zyn derhalven:
+
+
+Een Vice-President,
+Een Secretaris,
+Negen Raden.
+
+
+Het zelve heeft het opper-toezicht over de openbaare gebouwen, over
+de straaten, over de laanen van oranje-boomen, over de grachten,
+enz. Het beoordeelt ook de twistgedingen beneden de twee honderd en
+vyftig guldens; alle geschillen over grootere sommen moeten voor het
+Hof van Civiele Justitie gebragt worden.
+
+'Er is ook nog een ander Collegie, namelyk de Wees- en onbeheerde
+Boedel-kamer. Het bestaat uit
+
+
+Verscheiden Commissarissen,
+Een Secretaris,
+Een Boekhouder,
+Een Thesaurier,
+En eenen anderen gezworen Secretaris.
+De bedienden der Finantie zyn:
+De Ontfanger der in- en uitgaande rechten,
+De Ontfanger der groote en kleine imposten,
+De Ontfanger van het hoofd-geld.
+De Ontfanger der renten.
+
+
+Ik zal van de bedieningen deezer Amptenaaren meer opzettelyk
+spreken, wanneer ik de algemeene inkomsten deezer Volkplanting
+zal behandelen. Ik bepaale my tans tot het geen derzelver
+Regeerings-bestuur betreft. Ik heb reeds gezegd, dat de Gouverneur aan
+het hoofd der burgerlyke en der krygszaaken is; de andere openbaare
+amptenaaren zyn voornamelyk:
+
+
+De Secretaris van zyne Excellentie, den Gouverneur,
+Een Provoost, met het doen vervolgen der Negers belast,
+De Commissarissen van de Magazynen der levensmiddelen,
+Vier Opzichters over den uitvoer van de suiker,
+Een Opzichter over de vaten melasse, of syroop van suiker,
+Een Opzichter over alle de Noord--Americaansche schepen.
+Twee Omroepers,
+Twee Sergeanten of Boden van den Raad,
+Twee Landmeeters,
+Drie Meters van timmerhout,
+Een Opzichter over het vee, enz.
+Een Opzichter over de maaten en gewichten,
+Drie Hollandsche Predikanten,
+Een Fransch Priester,
+
+Een Lutersch Predikant,
+Drie Meesters van openbaare Schoolen, enz.
+
+
+De krygsmacht bestaat uit elf Compagnien. Elk van dezelve heeft
+tot Officiers, een Capitain, een Lieutenant, een Ouder-Lieutenant,
+een Vaandrig, een Secretaris, en een Kassier. De Capitains zyn
+doorgaans gezworen Priseerders by het verkoopen der Plantagien,
+aan de verschillende Rivieren in hunne wyk gelegen.
+
+Zie daar, welke de voornaamste amptenaaren van het bestuur in de
+Volkplanting van Surinamen zyn. Dit bestuur zoude niet kwaad zyn,
+indien het niet door eene snoode gierigheid besmet wierd, tot groot
+nadeel van deeze schoone Bezitting in 't algemeen, en van derzelver
+inwooners in 't byzonder. Deeze Volkplanting, wel bestuurd wordende,
+zoude een hof van Eden zyn, niet alleen voor de Europeaanen, maar zelfs
+voor de slaven. Het zoude niet moeielyk zyn verbeteringen op te geven,
+noch ook dezelve uit te voeren. Ik zal by eene andere gelegenheid de
+aanmerkingen mededeelen, welken ik ten deezen opzigte gemaakt heb;
+en ik twyfele geenzints, of een weinig oplettenheid op een enkel
+punt, zal de gelukkigste uitwerkingen voortbrengen. En kan ik dan
+al, even gelyk de Samaritaan, geen balsem op alle wonden gieten,
+ik zal ten minsten het geneesmiddel kunnen aanwyzen, het welk, op
+eene gepaste wyze gebezigd wordende, de kwaaien van een groot getal
+lieden geneezen zoude.
+
+Ik heb de onaangenaame taak ondernomen, om te bewyzen, hoe deeze
+Volkplanting, door bloeddorstige en gewelddadige middelen, zig zoo
+dikwils op den oever van haaren ondergang gezien heeft. Hoe roemryker
+zoude het zyn voor hun, die 'er de magt toe in handen hebben, om niet
+alleen haar te redden, maar ook met haar, veele fraaie Volkplantingen
+in de West-Indien! zy zouden dit doen door middel der beoeeffening
+van eene uitdeelende en algemeene gerechtigheid, en door het geven
+van een loffelyk voorbeeld van goedwilligheid en menschelykheid.
+
+Ik kan van de verhandeling van het staatkundig bestuur in Surinamen
+niet afstappen, zonder het afschryven van deszelfs zinspreuk, die
+met de daaden zoo weinig overeenkomstig is. Zy is deeze: "Justitia,
+pietas, fides." De wapens zyn in drie deden verdeeld, bevattende,
+zoo ik meen die van 't Huis van Sommelsdyk, van de West-Indische
+Maatschappye, en van de Stad Amsterdam: zy worden gedragen door
+twee klimmende leeuwen, en dienen om het papieren geld te zegelen,
+enz.--Maar laat ik myn verhaal vervolgen.
+
+Den 30sten, ontmoette ik dien goeden matroos, CHARLES MACDONALD,
+en dewyl ik dertig kruiken Jamaicasche rhum gekocht had, gaf ik 'er
+hem eenige van, om hem het geschenk van een ham en van een hond te
+vergelden; ik voegde 'er een schulp van paerel d'amour by, met zilver
+beslagen, welke ik hem verzogt tot eene gedachtenis te bewaren. Deeze
+brave jongen ging des anderen daags weder naar Virginie scheep, aan
+boord van de Peggy, waar van Capitain was LOUIS, die my beloofde hem
+tot zynen Stuurman te zullen bevorderen.
+
+De hond, waar van ik zoo even sprak, herinnert my twee aanmerkingen,
+welke ik in Guiana omtrent dit zoort van dieren gemaakt heb. De
+eerste is, dat zy aldaar het vermogen of de hebbelykheid van blaffen
+verliezen: het is zelfs eene zeer bekende zaak, dat de honden, die
+aldaar geboren zyn, nooit geblaft hebben. De tweede is, dat zy aldaar
+nooit door de watervrees worden aangetast, ik herinner my ten minsten
+niet een enkelen dollen hond in deeze Volkplanting gezien te hebben,
+noch 'er van te hebben hooren spreken; deeze laatste byzonderheid is
+des te opmerkelyker, om dat deeze verschrikkelyke ziekte, in andere
+Landstreeken, doorgaans word toegeschreven aan de drukkende hette van
+de honds-dagen, het geen die benaming genoegzaam aanduidt. De Indianen,
+of inboorlingen van Guiana, hebben allen honden, waar van zy zig tot
+de jagt bedienen. Deeze dieren zyn mager en klein, zy hebben kort
+hair van eene vuile witte kleur, een langwerpigen snoet, en recht
+op staande ooren; zy zyn zeer bekwaam om het wildt op te spooren;
+maar zy hebben alle de gebreken van de kleine jagthondjens. Ik moet
+niet vergeten op te merken, dat, schoon de Americaansche honden niet
+blaffen, zy niettemin een zeer sterk geknor doen hooren. De myne,
+die, zoo als ik gezegd heb, uit Virginie kwam, was in dit stuk zoo
+lastig, dat een van myne buuren hem, na verloop van veertien dagen,
+dat hy by my was, met een snaphaan dood schoot.
+
+Byna op deezen zelfden tyd, kwamen verscheide huisgezinnen van
+Americaansche vluchtelingen te Paramaribo aan, die verjaagd waren door
+den oorlog, welke tusschen myn geboorteland en deszelfs Volkplantingen
+ontstaan was; ik was in de daad over hun lot aangedaan, en ik moet
+verklaaren, dat niemand ooit meer vriendschap aan een Engelschman
+betoonde, dan zy my by een groot aantal gelegenheden bewezen.
+
+Den 3den Augustus, wanneer de heer DE GRAAF, die alles met den heer
+LOLKENS op de Plantagie Fauconberg regelde, in de stad te rug kwam,
+dacht ik, dat het voegzaam was, om zelf met hem eene schikking te
+maken, en hem voor te stellen van my een handschrift aan te nemen,
+tot dat ik de somme dadelyk betaald zoude hebben, waar voor men
+toestond JOANNA, en mynen zoon aan my te verkoopen, eene somme,
+die ik bereid was op myne verteeringen uit te spaaren, door, indien
+het mogelyk was, alleen van brood, zout en water te leven; en zelfs,
+in weerwil van deeze ongemeene soberheid, had ik twee of drie jaaren
+noodig, om dezelve by een te halen. De Voorzienigheid liet my niet
+in deeze verlegenheid; zy zond ter myner hulp die uitmuntende vrouw,
+Mevrouw GODEFROY, die zoo dra niet onderricht was van de smartelyke
+gesteldheid, waar in ik my bevond, of zy noodigde my by haar ten eeten,
+en na den maaltyd, sprak zy my in deezer voegen aan:
+
+"Ik weet, myn lieve STEDMAN, welke uwe gevoelens zyn, en dat het
+voor een Officier volmaakt onmogelyk is, zoodanig ontwerp, als
+het uwe, met zyne inkomsten uit te voeren; maar begryp, dat men,
+zelfs in Surinamen, in zyne vrienden eenige deugd kan ontmoeten: uwe
+blakende liefde voor deeze jonge vrouw, die dezelve zoo waardig is,
+en voor uwen zoon, moet, ten spyt van dwaasheid en onverstand, u de
+achting van alle weldenkende lieden doen verwerven. Ik ben over uwe
+handelwyze in deeze zaak dermaten getroffen, dat ik my zelve zoude te
+beschuldigen hebben, indien ik u in de volvoering van zulke loffelyke
+oogmerken niet behulpzaam was; staa my derhalven toe, om in uw geluk,
+en in dat van de deugdzaame JOANNA, en haaren zoon, deel te nemen,
+door u te verzoeken, eene somme van twee duizend guldens, of zelfs eene
+grootere somme, zoo gy die benoodigd hebt, aan te neemen. Zie daar dit
+geld, STEDMAN; ontruk daarmede de onschuld, de deugd, de schoonheid,
+aan de dwinglandye, aan de onderdrukking, en aan de verguizing".
+
+Deeze achtenswaardige vrouw, ziende dat ik haar aankeek, in een staat
+van volmaakte verstomming, en als of ik het vermogen van spreken
+verloren had, vervolgde haar gesprek, met eene aanbiddelyke goedheid:
+
+"Laat uwe kieschheid, myn lieve vriend, zig niet ontrusten, noch
+over deeze zaak bekommeren. Soldaten en zeelieden moeten geene groote
+plichtplegingen maken. Alles wat ik van u vorder, bestaat hier in, dat
+gy van dat alles geen enkel woord spreekt".--Zoo dra ik weder in staat
+was om te spreeken, antwoordde ik haar: "Dat myne geheele verlegenheid
+daar in bestond, op welke gepaste wyze ik aan haar betuigen zoude,
+hoe zeer ik van haare edelmoedige goedheid doordrongen was." Ik
+voegde 'er by: "Dat JOANNA, die my zoo dikwerf het leven had doen
+behouden, zekerlyk myne onoephoudelyke liefde verdiende, maar dat myne
+dankbaarheid niet minder duurzaam zyn zoude omtrent iemand, die my in
+de mogelykheid stelde, om eene jonge vrouw van zulke groote verdiensten
+van de slavernye vry te koopen;" en ik eindigde, met aan deeze Mevrouw
+te kennen te geven; "Dat ik voor het tegenwoordige niet het minste
+gedeelte van die somme zoude aanraken, maar dat ik des anderen daags de
+eer zoude hebben haar wederom te zien;" en oogenblikkelyk vertrok ik.
+
+Ik was zoo dra niet t'huis gekomen, of ik verhaalde JOANNA, het geen
+'er was voorgevallen. Zy smolt dadelyk in traanen weg, en riep uit:
+"Gado sa bresse da woma! God zegene deeze vrouw." Zy hield aan, dat
+ik haar aan Mevrouw GODEFROY verpanden zoude, tot dat de geheele
+somme aan dezelve zoude zyn te rug gegeven. JOANNA verlangde wel
+vuuriglyk, om haaren zoon vry te zien; maar zonder de voorwaarde, door
+haar opgegeven, weigerde zy volstrektelyk de vryheid voor haar zelve
+aan te neemen. Ik zal geen tafereel pogen te schetsen van den stryd,
+dien ik tusschen liefde en plicht moest doorstaan; ik zal my bepaalen
+met te zeggen, dat ik het verlangen van dit beminnelyk schepzel,
+wier gevoelens my meer en meer bekoorden, inwilligde. Ik verklaarde
+derhalven by geschrift, en overeenkomstig haare toestemming, dat
+JOANNA, van dien dag af aan, aan Mevrouw GODEFROY toebehoorde, tot
+dat ik haar de geheele somme, welke zy my geleend had, betaald zoude
+hebben; en des anderen daags bragt ik haar, met toestemming haarer
+nabestaanden [14] by deeze Mevrouw, alwaar zy zig voor haare voeten
+werpende, haar het geschrift ter hand stelde. Maar de onvergelykelyke
+Mevrouw GODEFROY had het zelve zoo dra niet doorloopen, of zy riep uit:
+"Laat dit alzoo geschieden! koom, myne JOANNA, ik neem u, niet voor
+myne slavin, maar tot myn gezelschap. Ik zal voor u eene wooning
+in myne orangerie doen bouwen; myne slaven zullen u aldaar dienen,
+tot dat de Voorzienigheid over my beschikt; dan zult gy u volmaakt
+vry zien, zoo als gy in de daad zyn zult op het oogenblik, dat gy
+uwe vryheid begeert, als welke gy, zoo door uw goed gedrag, als van
+wegen uwe afkomst, [15] ontwyffelbaar verdient." Op deeze voorwaarden
+ontfing ik den 9den het geld, en ik bragt het den zelfden dag in
+myn hoed aan den heer DE GRAAF. Het zelve op zyne tafel hebbende
+nedergelegd, verzogt ik hem eene behoorlyke quitantie; en JOANNA
+was niet meer afhangelyk van de elendige Plantagie Fauconberg,
+maar alleen van de bescherming der eerbiedwaardigste vrouw, die
+in de Hollandsche bezittingen, ja misschien in de geheele weereld,
+gevonden word. Zy bedankte my met eenen oogwenk, welke geen Engel
+zelfs met een bekoorlyker indruk konde toevoegen.
+
+De heer DE GRAAF, het geld hebbende nageteld, zeide my: "Myn lieve
+STEDMAN, van deeze somme komen my, als bestuurder der Plantagie,
+twee honderd guldens. Gedoog, dat ik dezelve niet aanneeme, en alzoo
+in deeze gelukkige gebeurtenis deele. Ik zal my volkomen betaald
+oordeelen door het genoegen, van tot het geluk van twee lieden,
+die zoo veel achting verdienen, te hebben mogen medewerken."
+
+Na deezen belangloozen vriend bedankt, en hem vriendschappelyk de hand
+gedrukt te hebben, bragt ik oogenblikkelyk de twee honderd guldens
+aan Mevrouw GODEFROY te rug, en wy waren allen gelukkig.
+
+De menschlievenheid van deeze vrouw bepaalde zig toen niet tot den
+dienst, dien zy ons deed, want, de deerniswaardige gesteldheid der
+zieken op Maagdenberg vernomen hebbende, zond zy hun ten geschenke
+een vaartuig, beladen met vruchten, groenten, en allerleie zoorten
+van ververschingen.
+
+Den 7den Augustus, schreef ik aan den heer LUDEN, om hem van deeze
+schikking kennis te geven, en hem te bedanken, dat hy van het
+gewichtigste gedeelte van zynen eigendom wel hadde willen afstand
+doen. Myne enklauw op dit oogenblik byna genezen zynde, schreef ik
+ook aan den Colonel, dat ik de eer zoude hebben, my binnen eenige
+dagen by hem te vervoegen. Ik zond deezen brief naar Barbacoeba,
+want hy bevond zig aldaar; steeds, terwyl de onverschrokken Capitain
+STOELEMAN, met eenige Neger-Jagers de bosschen van eenen anderen kant
+doorkruistte: dien zelfden dag had hy vier der oproerige Negers naar
+Paramaribo gezonden. [16]
+
+Den 10den, volmaakt hersteld zynde, en my gereed bevindende om in de
+bosschen te trekken, nam ik afscheid van myne vrienden, en van myn
+klein huisgezin, het welk ik by den heer DELAMARE liet, die 'er my om
+verzogt. Ik vertrok dus wel gemoed in een overdekt vaartuig, om mynen
+vyfden veldtocht te beginnen, en in de hoop van den Colonel FOURGEOUD
+te vergezellen. Hy vereenigde alle zyne kragten, en maakte de noodige
+toebereidzels, om binnen eenige dagen den vyand te gemoet te trekken.
+
+Den 14den, kwam ik te Barbacoeba, aan het bovenste gedeelte van de
+Cottica; de zelfde plaats, waar ik my bevond, toen ik den slang Aboma
+doodde. Ik vond aldaar den Bevelhebber, die my zeer vriendelyk ontfing,
+en gereed stond om des anderen daags te vertrekken. Nooit zag ik de
+soldaten zoo bemoedigd, noch zoo stipt den dienst waarnemende. Zy
+wierden door verschillende beweegredenen aangezet: de een, door het
+vermaak om te vechten; de ander door een geest van wraakzucht tegen
+de muitelingen; zommigen, die de bedaardsten waren, door de hoop van
+deezen oorlog te zien eindigen; anderen eindelyk hadden verdriet in een
+leven, dat door een gestrengen dienst en door ziekten beurtelings wierd
+afgewisseld, en verlangden, om een roemryk einde aan hunne elende te
+maken; want 'er is geen ongelukkiger leven, dan dat van een soldaat
+of matroos, die aan vochtigheid, of aan de hette van eene brandende
+zon, in het midden van eindelooze bosschen, onder den zonne-keerkring
+gelegen, by aanhoudenheid is blootgesteld.
+
+EINDE VAN HET TWEEDE DEEL.
+
+
+
+
+
+BERICHT VOOR DEN BINDER.
+
+XVII. Wachtpost van Vrydenburg, aan de Rivier Maroni.--Mitsgaders
+gezicht van drie Legerplaatsen, aan de Wana-Kreek: te plaatsen tegen
+over [20]
+
+XVIII. Gezicht van de Reede en Stad Paramaribo [40]
+
+XIX. Platte grond der Stad Paramaribo [44]
+
+XX. Eene Slavin, behoorende tot het geslacht der Quarteronnes Slaven
+[54]
+
+XXI. Eene Samboe Slavin, wier lichaam door zweepslagen is van een
+gereeten [88]
+
+XXII. Eene Indiaansche Familie, tot het geslacht der Caraiben
+behoorende [158]
+
+XXIII. Wapenen, Huisraad en Cieradien der Indianen [206]
+
+XXIV. Gezicht van den Wachtpost de Hoop, en van de Plantagie
+Klarenbeek, beiden aan de Commewyne [212]
+
+XXV. De Aapen, genaamd Coiata, en Saki-Winki [224]
+
+XXVI. Tak van den Roucou- of Arnotta-Boom.--Riviervisch, genaamd
+Dago-Faisy.--En de New-Mara [236]
+
+XXVII. Een Surinaamsch Planter, in zyn morgen-gewaad [282]
+
+XXVIII. De Koolboom; en Palmboom, Mauricy genaamd [302]
+
+XXIX. Post van Maagdenberg, aan de Tempaty-Kreek.--En Post van Calais,
+aan de Cassivica-Kreek [306]
+
+
+
+
+
+
+NOTES
+
+[1] Volgens Mejuffrouw MERIAN en LINNAEUS is STEDMAN in dit verkeerd
+begrip gevallen. De eijeren van de Pipal, uit het lichaam van het
+wyfjen uitkomende, worden door het mannetjen vruchtbaar gemaakt; op
+de zelfde wyze, als die van alle andere kikvorschen of padden. Het
+mannetje duwt ze te gelyker tyd onder zyn buik, en spreidt ze uit
+op den rug van het wyfjen: de eijeren kleeven aan de huid vast,
+en het vruchtbaarmakend vocht van het mannetje, het geen dezelve
+besproeit, doet de bekleedzelen van den rug opzwellen. De eijeren
+intusschen worden dik, de jongen broeien uit, komen uit hunnen dop,
+en een waarnemer, die hen op dit oogenblik ontmoet, zou gelooven,
+dat zy op den rug zelven van hunne moeder zyn voortgebracht.
+
+Aantekening v. d. Franschen Vert.
+
+[2] Men leest in de Beschryving der Dieren van den heer PENNANT,
+dat deeze zelfde ARSCOTT, een Engelschman, zoo verre gekomen is, dat
+hy eene gemeene padde eenigermaten heeft tam gemaakt. Dezelve was van
+eene ongemeene grootte; het was omtrent zes-en-dertig jaaren geleden,
+dat deeze padde zig voor de eerste maal aan den vader van ARSSCOTT
+vertoond had; hy had langen tyd onder een trap gehuisvest. De zorg,
+die men voor zyn onderhoud droeg, maakte hem tot een huisdier,
+zoodanig dat hy alle avonden, wanneer hy licht in huis bemerkte,
+voor den dag kwam, en de oogen opsloeg, als of hy verwagtte, dat men
+hem zoude opvatten, om op de tafel zetten. Aldaar vond hy zyn eeten
+klaar gemaakt; dit bestond uit wormen, van het zoort, zoo als men op
+bedorven vleesch ziet te voorschyn komen: men bewaarde dezelve voor
+hem in zemelen. De pad ging dezelve met aandacht na; en wanneer zig
+een van deeze wormen onder zyn bereik bevond, bespiedde hy dien met
+het oog, en bleef eenige oogenblikken onbeweeglyk; vervolgens wierp hy
+eensklaps zyne tong van verre op den worm, die 'er aan bleef hangen,
+door middel van een lymig vocht, waar mede dezelve aan het einde
+bestreeken was; deeze beweeging van de tong was zoo gezwind, dat
+'er de toekyker geen oog op houden konde.
+
+Het is waarschynlyk, dat deeze padde zeer lang geleefd zoude hebben,
+zoo niet een huis-raaf hem op zekeren tyd by den ingang van zyn hol
+had aangepakt. De pogingen, welke ARSSCOTT deed, om de padde aan
+zynen vyand te ontrukken, konden niet beletten dat deeze hem een
+oog uitpikte; schoon hy naderhand nog een jaar geleefd heeft, wierd
+hy treurig en kwynende. Hy had veel moeite, om zynen buit meester
+te worden, dewyl het verlies van zyn oog hem het vermogen benam,
+om denzelven juist te mikken.
+
+Aanteeken. v. d. Franschen Vert.
+
+[3] Indien men zommige reizigers gelooven mag, maakt de Trompetter
+zig meester van de voorplaats. Des morgens jaagt hy alle de kalkoenen,
+eendvogelen en andere huisdieren naar buiten; en des avonds noodzaakt
+hy dezelve om te rug te komen: hy zelf sluit zig niet op; hy slaapt
+of op het dak van de voorplaats, of op een naby staande boom.
+
+Aant. v. d. Fransschen Vert.
+
+[4] Deeze driehoeken hebben drie punten, zynde lang en met weerhaken,
+gelykende naar kleine dreggen, en die uit een yzeren halsband uitkomen.
+
+Aanteek. v. d. Schryver.
+
+[5] De Lepelaar, of Becharu, is de Flamant van BRISSON, of de
+Flamant van BELON, en de Phoenicopterus der ouden. Men zegt, dat de
+laatstgemelde naam, afgeleid van den naam, dien de Grieken aan deezen
+vogel gegeven hebben, volgens deszelfs oorsprong beteekend, een vogel
+met vuur-kleurige vlerken, en schildert zeer wel den Phoenicopterus,
+wiens vlerken in de daad van een zeer levendig roode kleur zyn. De
+naam van Becharu is hem gegeven uit hoofde van de byzondere gedaante
+van zyn bek, die gekromd is als het kromhout van een ploeg.
+
+Deeze vogel is eenig in zyn zoort, en maakt een geslacht op zig
+zelf uit. Men vind die op 't oude vaste Land; en in Europa, op de
+kusten van Spanjen, Italien, Provence, en Languedoc. De Americaansche
+Indianen maken, van zyne fraaije vederen, halsbanden, mutsen, gordels,
+waar mede zy zig vercieren. Het vleesch van den jongen Phoenicopterus
+wierd door de ouden als eene uitgezochte spyze beschouwd.
+
+[6] Het schynt, dat dezelve de pacobe of bacove van Cayenne is. Men
+noemt de vrucht van den Bananen- en Plantain-boom doorgaans bananen;
+maar wy hebben dezelven, met den Schryver van dit werk, onderscheiden,
+door aan de vrucht van den laatstgemelden, den naam van plantain
+te geven. Dit was noodzakeiyk, want hy verwart ze niet, en spreekt
+dikwils van beiden te gelyk.
+
+Aanteek. v. d. Franschen Vert.
+
+[7] De Schryver van deeze reize verwyst hier den lezer tot de meer
+uitgebreide opgaven, door Dr. BANCROFT aangaande dit vergift gegeven
+in zyne natuurlyke Geschiedenis van Guiana, een werk, weinig of in
+'t geheel niet in Frankryk bekend.
+
+BANCROFT begint met te verhaalen, het geen DE LA CONDAMINE voor hem
+nopens dit vergift gezegd heeft; zie het zelve hier: "De Yamcos zyn
+zeer afgericht op het maken van lange pylkokers, die het gewoonste
+jagt-wapen der Indianen zyn. Zy doen daar in kleine pylen van palmhout
+passen, welke zy, in plaats van met vederen, met een kleine kloen
+catoen voorzien, die de buis naauwkeurig vult. Zy werpen dezelve
+door blaazen dertig of veertig schreden ver, en missen byna nooit te
+raken. Een zoo eenvoudig werktuig vervult by alle deeze volken met zeer
+veel voordeel het gebrek van schietgeweer. Zy doopen de punt van deeze
+kleine pylen, als mede die van hunne bogen, in zulk een scherp vergift,
+dat het zelve, wanneer het versch is, in minder dan een minuut het dier
+doodt, het welk door den pyl gewond is. Schoon wy snaphaanen hadden,
+hebben wy, aan de Rivier, nooit wildt gegeten, het welk op eene andere
+wyze gedood was, en dikwils hebben wy de punt van den pyl onder den
+tand gevonden; daar by is geen gevaar hoe genaamd; dit vergif werkt
+niet, dan wanneer het onder het bloed koomt. Dan is het voor den
+mensch niet minder doodelyk, dan voor andere dieren. Het tegengift
+is het zout, en nog zekerder de suiker"--Op een andere plaats:
+
+"Dit vergift is een uittrekzel, door middel van het vuur gemaakt, uit
+de sappen van onderscheidene planten, en in 't byzonder van zekere
+heestergewassen. Men verzekert, dat het vergift, ticunas genaamd,
+zynde het zelfde, waar mede ik de proef genomen heb, het welk onder
+de verschillende zoorten, die langs de Rivier der Amazonen bekend
+zyn, het meest geacht is, uit meer dan dertig zoorten van kruiden is
+zaamgesteld". (Verkort verhaal van eene reize door de binnen-landen
+van Zuid-America gedaan.)
+
+"De ticunas (dus vervolgt Dr. BANCROFT) wordt waarschynlyk gemaakt
+van de zelfde kruiden, als de wourara, een vergift, het welk zynen
+naam ontleent van het heestergewas, het welk 'er de grondslag van
+uitmaakt. Het vergift der Accawaus-Indianen, het welk voor het
+geweldigste gehouden wordt, bestaat slechts uit vyfderley kruiden,
+wel verre, dat het uit dertig zoude bestaan, zoo als de heer DE
+LA CONDAMINE van de ticunas opgeeft. Andere volken echter, en in 't
+byzonder de Arrawks, voegen 'er naar goedvinden de tanden en lever van
+een vergiftige slang, als mede roode peper, by; het laatste, om 'er de
+werking van te vermeerderen. De Worrows mengen 'er een grooter getal
+kruiden onder, misschien uit bygeloovigheid, of om dat zy zig door
+onkunde verbeelden, dat zy, meerder dingen onder elkander mengende,
+de verlangde uitwerking des te zekerder bekomen zullen.
+
+"Zie hier het voorschrift van het vergift der Accawaus, het welk
+verscheiden van hunne Peji of Geneeskundigen my op verschillende tyden
+gegeven hebben: allen stemden zy over een met opzigt tot het zoort en
+getal der planten; zy verschilden alleenlyk in de hoeveelheid of gifte.
+
+Men neemt van alle de kruiden, waar uit dit mengzel bestaat, even veel.
+
+Men neemt zes deelen van de schil van den wortel van wourara, twee
+van de schors van warra cobba courra; een van de schil van den wortel
+van concassapi, een van balleti, en eindelyk een van hatchybaly.
+
+Men schraapt alles fyn, doet het in een kruik, en giet 'er water
+op. Men zet deeze kruik op een matig vuur, zoo dat het na verloop
+van een vierde van een uur begint te koken. Dit gedaan zynde, moet
+men het sap met de hand uitdrukken, zorg dragende, dat de huid niet
+ontvelle. Men werpt de bast weg, en doet vervolgens het sap op een
+matig vuur uitdampen, tot op de dikte van pik en teer. Dan neemt men
+het af, en men doopt daar in kleine platte stukken cokarito hout, (een
+zoort van palmhout,) waar aan het vergift, wanneer het koud is, blyft
+hangen, en dan de gedaante heeft van een roodachtig bruine gom. Deeze
+stukken hout dus bestreken zynde, steekt men dezelve in groote holle
+rottingen, aan beide einden met een huid toegemaakt. Wanneer men een
+pyl wil vergiftigen, werpt men een van deeze stukken hout in 't water,
+of men houdt het zelve boven den rook van 't vuur, om door dien damp
+week te worden; in het eerste geval doopt men de pyl in 't water, en in
+'t tweede wryft men die tegen dit stuk hout. De kleinste hoeveelheid
+van dit vergift, door eene wonde in de bloedvaten van een dier gebragt
+zynde, doet het zelve in minder dan een minuut sterven, zonder eene
+blykbaare waare pyn, schoon men zomtyds ligte stuiptrekkingen op het
+oogenblik van den dood bemerkt.
+
+De heer DE LA CONDAMINE zegt, dat de Indianen misdadige vrouwlieden
+tot het bereiden van dit vergift gebruiken, en dat, wanneer zy den
+geest geven, zulks een bewys is, dat het genoeg gekookt heeft: dit
+gelykt zeer naar een verdichtsel. De Indianen, die in den omtrek
+der Volkplanting van Demerary woonen, doen, hun vergift in de vrye
+lucht uitdampen, tot dat het zyne volkomene dikte verkregen heeft,
+en zulks zonder het minste gevaar.
+
+"De kruiden, die tot het zamenstellen van dit vergift der Accawaus
+gebruikt worden, zyn heestergewassen van onderscheiden zoort.
+
+"Ik heb 'er de proef mede genomen op dieren die ziek waren, en weinig
+bloed hadden; ik bevond, dat het een langzaamer uitwerking deed,
+dan op sterke en gezonde dieren.
+
+Men weet geen zeker tegengift tegen dit vergift. Ik twyffel, of
+eenig geneesmiddel, langs den weg, tot de spysverteering geschikt,
+ingenomen, schielyk genoeg kan werken, om deszelfs verschrikkelyke
+gevolgen voor te komen. Om de uitwerking van de ticunas tegen te gaan,
+geeft DE LA CONDAMINE het zout, en als een zekerder middel de suiker
+op. De blanke inwooners van Demerary schryven dezelfde kragt aan het
+sap van het suikerriet toe, maar de Indianen zyn het daar mede niet
+eens, en ik heb geene enkele keer het bewys van deszelfs kragtdadige
+werking kunnen ontdekken. De zelfde reiziger spreekt van eene proeve,
+te Caijenne in tegenwoordigheid van den Bevelhebber genomen, aan
+een hoen, door eene vergiftigde pyl gewond, het welk men suiker deed
+inneemen, zonder eenig blyk van ongesteldheid te geven. Maar deeze
+proef te Leiden, in tegenwoordigheid van verscheiden Hoogleeraars
+in de Geneeskunde aldaar, hernieuwd zynde, was zonder het verlangd
+gevolg, schoon de koude van den winter ontwyffelbaar de werking van
+het vergift verzwakt had.
+
+Wanneer een der watervaten door een van deeze vergiftigde pylen
+gekwetst is, volgt 'er eene koortsachtige ontsteeking op. Ik heb
+'er een voorbeeld van gezien in een Indiaan, tot zekere Plantagie
+behoorende, die zig den voorsten vinger van de linke hand met
+een van deeze pylen ligtelyk ontveld had. Dewyl 'er geen bloed
+uit liep, vreesde hy niets; maar wel dra wierd zyne wonde pynlyk,
+zyne hand zwelde verbaazend op, en dienvolgende kwam deeze man my
+raadplegen. De uitwerking van dit vergift toen niet kennende, deed
+ik een Peji uit den stam der Arrawks roepen, die in de nabyheid was,
+en vroeg hem door een tolk, of hy eenig geneesmiddel tegen dit toeval
+had. Hy antwoordde my van neen; maar hy verzekerde my, dat de Indiaan
+'er niet van sterven zoude, dewyl 'er geen bloed uit de ontvelling,
+die naauwlyks zigtbaar was, geloopen had. De uitwerkzels van het
+vergift wierden intusschen steeds geweldiger; en niet alleen zyne
+hand, maar zelfs de geheele arm was ontstoken. De pols was hard,
+schielyk, afgebroken; de ademhaling moeielyk, met eene koortsige
+hette, een brandende dorst, en de oxel-klieren waren gezwollen. De
+zieke wierd in tyds adergelaten. Men wond hem den arm in linnen,
+het welk in oly en azyn was nat gemaakt. Verscheide middelen, de
+ontsteeking tegengaande, wierden inwendig toegediend; maar ik zal
+ze niet opnoemen, want ik weet niet, of zy van eenig nut waren. In
+twaalf uuren verminderde het geweld der toevallen zichtbaar; en des
+anderen daags morgens was 'er geen blyk meer van overig.
+
+"Ik zal 'er byvoegen, als eene andere uitwerking van dit vergift,
+dat wanneer een aap door eene vergiftigde pyl gewond is, hy op den
+grond valt; wanneer hy door eene gewoone pyl geraakt is, klimt hy op
+den top van den boom, en blyft aldaar; zelfs na dat hy reeds dood is".
+
+De proeven van Dr. BANCROFT omtrent het door hem vermelde vergift,
+dezelfde zynde, als die van FONTANA aangaande de ticunas, zullen wy
+het besluit van deezen Natuur-kenner des aangaande opgeven.
+
+Van de ticunas, of het Americaansch vergift.
+
+"De reuk van dit vergift, wanneer het droog is, is geheel onschadelyk;
+en zoodanig zyn ook deszelfs deeltjens, die door de lucht in den mond
+of in de neus, en vervolgens in de long komen.
+
+"De uitwaassemende dampen van het Americaansch vergift, (het zy men
+het op gloeiende kooien geworpen heeft, het zy men het in een pot
+heeft laten koken,) zyn onschadelyk, het zy men ze ruikt, het zy men
+ze inademt.
+
+"Schoon het vergift, waar van ik my bediende, door ouderdom veel
+verloren had, had het egter zyne wezentlyke eigenschap behouden, om
+in zeer korten tyd, en in zeer kleine giften, zeer sterke dieren te
+dooden; en het was altyd zonder gunstig gevolg, wanneer ik deszelfs
+werking tragte te beletten door suiker en zout, welke ondertusschen
+de twee eigenaeartige geneesmiddelen zyn van den heer DE LA CONDAMINE,
+die daar in het begrip der lieden van dit Land gevolgd heeft.
+
+"Dit vergift ontbindt zig gemakkelyk en zeer goed in water, zelfs
+in koud water, als mede in zuuren uit het ryk der mineraalen en
+planten. Echter ontbindt het zig veel langzaamer in vitriool-oly,
+dan in andere zuuren, en het wordt 'er zoo zwart in als inkt: het
+welk met geene der andere zuuren gebeurt.
+
+"Het maakt geene opbruisching, nog met zuuren, nog met loogzouten,
+en doet de melk niet schiften, geevende daar aan alleenlyk deszelfs
+natuurlyke kleur.
+
+"Het verandert het radys-sap niet, nog in eene roode, nog in in eene
+groene kleur; en wanneer men het door het vergrootglas onderzoekt,
+ziet men 'er niets regelmatigs en zoutachtigs in; maar het schynt
+grootendeels uit zeer kleine onregelmatige rondachtige lichaampjes
+zaamgesteld, even als sappen van planten. Het droogt zonder barsten,
+verschillende daar in van het slangen-vergift: en op de tong gelegd
+zynde heeft het eene zeer bittere smaak.
+
+"Uit allen deezen besluit ik, dat het noch zuur, noch loogzoutig is,
+en dat het niet bestaat uit zouten, die zigtbaar zyn, zelfs door
+middel van het vergrootglas.
+
+"Het Americaansch vergift is geen vergift, wanneer men het op de
+oogen legt, zelfs na dat het in water ontbonden is; en het doet op
+deeze deelen geene werking.
+
+"De heer DE LA CONDAMINE, en alle Americaanen gelooven, dat dit
+vergift, inwendig genomen, geheel onschadelyk is.
+
+"Volgens verscheide waarneemingen, genomen aan dieren, die 'er van
+gestorven zyn, besluit ik als eene waarheid, dat het Americaansch
+vergift, inwendig genomen, een vergift is, maar dat 'er eene wezentlyke
+hoeveelheid vereischt word, om zelfs een klein dier te dooden.
+
+"Andere, naderhand genomene proeven, zoo aan vogelen, als aan
+viervoetige dieren, hebben my doen befluiten, dat het Americaansch
+vergift, op de huid gelegd zynde, schoon dezelve naauwlyks door eene
+krabbing ontveld is, den dood kan veroorzaaken, hoe wel niet altyd,
+en in alle omstandigheden. De grootste dieren wederstaan de werking
+van dit vergift het gemakkelykst, en wanneer zelfs de zwakste dieren
+'er niet van sterven, bevinden zy zig in korten tyd zoo gezond als
+te vooren.
+
+"Men behoeft omtrent een honderdste gedeelte van een grein van dit
+vergift, om een klein dier te dooden, en het is noodig, dat dit vergift
+ontbonden zy, om den dood te veroorzaken, of tot eenige verwarring
+van aanbelang in de dierlyke huishouding gelegenheid te geven.
+
+"Wanneer 'er weinig bloedvaten in het aangetast deel zyn, word het
+kwaad niet medegedeeld, of is ten minsten niet doodelyk.
+
+"De pylen zyn veel gevaarlyker en doodelyker, dan het vergift, het welk
+in water ontbonden is, en eenvoudiglyk op het gewonde deel gelegd word.
+
+"Het vergift der pylen is krachtiger, indien men ze vooraf
+in warm water doopt; en dan werken zy met meer zekerheid en
+gezwindheid. Deszelfs werkzaamheid is nog veel grooter, indien men
+de pylen doopt in het vergift, het welk in water tot de dikte van
+een drank gekookt is.
+
+"Het Americaansch vergift verliest zyne doodelyke hoedanigheden,
+wanneer het in de drie zuuren uit het mineraalen-ryk ontbonden word;
+maar in rhum en azyn ontbonden zynde, behoudt het dezelve.
+
+"Het schynt derhalven, dat de zuuren uit het mineralen-ryk aan het
+Americaansch vergift deszelfs schadelyke hoedanigheden ontnemen: ik
+zeg eenvoudig, dat dit zoo schynt, om dat men nog zoude kunnen denken,
+dat 'er een weinig zuur met het vergift vereenigd blyft, schoon men
+het heeft uitgedampt, en dat dit zuur op de vaten van de huid zyne
+werking doet. Het verschroeit dezelve, en byt ze eenigermaten weg.
+
+"Schoon de zuuren de werking van het vergift beletten, schynt het,
+dat zy een nutteloos en gevaarlyk middel zyn, indien men ze op de
+vergiftigde spieren van het dier legt.
+
+"'Er is een bepaalde tyd noodig, op dat het Americaansch vergift
+aan het dier worde medegedeeld. Deeze tyd is veel aanmerkelyker,
+dan die 'er tot de mededeeling van het vergift der slangen vereischt
+word. Deszelfs uitwerkingen op de dieren zyn veel onbepaalder en
+meer verschillende. Beiden kan men geneezen door het afzetten der
+deelen, wanneer zulks zonder doods-gevaar geschieden kan, en mits
+deeze afzetting in tyds geschiede.
+
+"Het vergift, in het bloed gekomen zynde, doodt oogenblikkelyk: waar
+uit ontwyffelbaar blykt, dat, wanneer het uitwendig op een gewond
+deel van een levend dier gelegd word, het zelve groote wanorden in
+de dierlyke huishouding kan en moet veroorzaken, of zelfs den dood
+aanbrengen.
+
+"Het vergiftigt de zenuwen niet; en is een onschadelyk sap, op welke
+wyze het dezelve ook aanraakt. Maar het is doodelyk, zelfs in de
+kleinste gift, indien men het door den strot-ader in het bloed brengt,
+even als het vergift der slangen doet. De geheele werking van dit
+vergift is dus op het bloed.
+
+"De dood, die onmiddelyk volgt, zoo dra het vergift in 't bloed gekomen
+is, zoude kunnen doen denken, dat 'er in het bloed een werkzaamer,
+fyner, vlugger beginzel is, het welk aan het beste gezicht, en
+zelfs aan het vergrootglas ontsnapt. Dit beginzel zoude, in die
+veronderstelling, voor het leven noodzakelyk schynen; en op dit
+beginzel zelfs schynt het vergift onmiddelyk deszelfs werking te doen.
+
+"Voor het nemen myner proeven, zoude niemand getwyffeld hebben, of het
+Americaansch vergift deedt zyne werking onmiddelyk op de zenuwen. Alle
+uiterlyke teekenen kondigden dit mede aan. Deeze teekenen gaan dus
+niet zeker; en de Geneeskundigen beschouwen dezelve ten onrecht als
+een bewys, dat de ziekte eene zuivere zenuw-ziekte is" (FONTANA,
+Memoire sur le poison Americain, appelle ticunas. Tom. II. pag. 83.)
+
+Aanteek. v. d. Franschen Vert.
+
+[8] Men vindt in het Kabinet van oudheden, in de Nationale Boekereije,
+eene merkwaardige reeks van kleederen en huisraad, door Asiaetische,
+Africaansche, en Americaansche volken gebruikt wordende. Deeze
+dingen zyn, by gebrek aan plaats, onder de Grieksche en Romeinsche
+gedenkstukken ongelukkiglyk verward geraakt; maar men moet de
+Opzichters van dit Kabinet deswegens niet beschuldigen, daar zy liever
+verkozen hebben de voorwerpen op een te stapelen, dan ze verborgen
+te houden. Hun oogmerk, met die dingen in hun Kabinet te verzamelen,
+is, om na de gedenkstukken, die tot de geschiedenis der oude volken
+betrekking hebben, als daar zyn de Egyptenaaren, de Grieken, en de
+Romeinen, tevens aan de nieuwsgierigheid aan te bieden die geene,
+welke tot de geschiedenis der volken in afgelegene Gewesten behoord
+hebben, als de Chineezen, de Japoneezen, de bewooners van de Kust
+van Guinee, van de Landen in de Zuid-zee, van Peru, van Mexico,
+enz. Het was te wenschen, dat men de zaal afmaakte, die voor deeze
+gedenkstukken in de Nationaale Boekereije bestemd is, en dat men,
+overeenkomstig het verlangen der Opzichters, de even vermelde zaaken
+op eene plaats by elkander voegde. Alles wat op deeze plaat vertoond
+word, is in het Kabinet der Boekereije te zien. Men ziet 'er bovendien
+een hut der wilden, waar in alle deeze werktuigen in 't klein met
+eene groote juistheid zyn nagemaakt, even als het verkleind model van
+onderscheidene gewerkte stoffen, het welk de gewezen Hertog van Orleans
+had laten maken, om in de bewaarplaats der konsten gezet te worden.
+
+Aanteek. v. d. Franschen Vert.
+
+[9] Zie hier het geen Dr. BANCROFT van deezen aap zegt: "De quato
+(of coiata) is groot, en geheel met lange zwarte hairen bedekt,
+uitgenomen het aangezicht, het welk kaal en gerimpeld is. Zyne ooren
+zyn breed, en hebben de gedaante van menschen-ooren, Zyne oogen zyn
+zeer ingedoken, en zyn neus gelykt naar die van een Neger; maar is
+veel kleiner. Zyn lichaam heeft by de twee voeten lengte, en agttien
+duimen in den omtrek, aan de borst gerekend. Deeze Aap heeft geen
+baard, en ook geen staart. De dieren van dit zoort worden gemakkelyk
+zeer gemeenzaam. Zy betoonen in alle hunne daden veel behendigheid,
+en een zoort van list, waardoor zy opmerkelyk worden. Wanneer men
+hun de voorpooten of handen agter op den rug bindt, loopen zy met
+het lichaam over einde, en op hunne agterpooten, geheele dagen lang,
+en met zoo veel gemakkelykheid, als of zy in hunnen natuurlyken
+stand waren. Indien men een quato slaat, klautert hy dadelyk op een
+limoen-, of orange-boom. Indien men hem aldaar wil vervolgen, werpt
+hy de limoenen of oranje-appelen op het hoofd van den aanvaller;
+hy tracht hem zelfs af te weeren, door hem zyne vuiligheid toe te
+werpen; en hy trekt te gelyker tyd allerleije wonderbaarlyke gezichten;
+hy maakt duizend kromme sprongen, die aan de toekykers een oneindig
+vermaak verschaffen. De mannetjes zyn zeer wellustig, en men betrapt
+hen meenigmaal op zaad-verspillingen". (Natural History of Guiana,
+pag. 131.)
+
+Aanteek. v.d. Franschen Vert.
+
+[10] Het is zeer waarschynlyk, dat ULLOA dit heeft overgenomen uit
+de Geschiedenis der West-Indien van ACOSTA. Deezen doet men zeggen
+in eene vertaaling, in 't jaar 1604 gedrukt.
+
+"Deeze aapen springen, waar zy willen; en om den sprong te doen,
+draaien zy de staart rondom een tak. Wanneer zy lust hebben, om verder
+te springen, dan zy in eens doen kunnen, gebruiken zy een vernuftig
+middel, daar in bestaande, dat zy zig met de staart aan malkander
+vast binden. Op die wyze maken zy een zoort van keten, en springen
+op een grooten afstand."
+
+ACOSTA zegt, dat hy zelf geen getuige van dit gebeurde geweest is,
+maar hy staat in voor de waarheid van het volgende. Zie hier zyne
+woorden: "Ik heb aan 't huis van den Gouverneur van Carthagena
+een aap gezien, die zoo wel geleerd was, dat hy dingen deed, die
+ongelooflyk schynen. Men zond hem om wyn te haalen naar de herberg,
+doende hem de pot in de eene, en het geld in de andere poot nemen;
+en het was onmogelyk het geld van hem te krygen, eer men hem aan
+den wyn geholpen had. Indien hem op straat kinderen ontmoetten,
+en steenen naar hem wierpen, zette hy zyn pot op den grond neder,
+gooide de kinderen de steenen weder toe, tot dat zy den weg vry hadden
+gelaten; en dan keerde hy met zyn pot naar huis. Maar het sterkst van
+allen is, dat schoon hy veel van wyn hield, hy nooit den wyn aanraakte,
+dien hy t'huis bragt, zoo lang men 'er hem geen verlof toe gaf."
+
+Aanteek. v.d. Schryver.
+
+[11] Onze Reiziger zegt, dat de Franschen deezen boom Latanus-boom
+noemen: men weet, dat 'er twee van dien naam zyn. Hy heeft den
+eersten, die tot het geslacht der Palmboomen behoort, in het
+I. Deel, X. Hooftst. bladz. 308. beschreven. De beschryving van
+zynen Mauricy past op den tweeden niet. Verscheiden Natuurkenners,
+welken ik geraadpleegd heb, hebben hem geenen naam, die aan zyn zoort
+byzonder eigen was, kunnen geven; ik heb dus gemeend, zoo hier als op
+de Plaat, die hem vertoont, den naam te moeten behouden, welken hy in
+het oorsprongelyke heeft. Dr. BANCROFT spreekt, in zyne Natuurlyke
+Geschiedenis van Guiana, van den Mauricy niet; misschien is hy niet
+in de gelegenheid geweest denzelven te zien.
+
+Aanteek. v. d. Franschen Vert.
+
+[12] 'Er wordt hier waarschynlyk gedoeld op de amandel, welke
+men aard-pistache of aard-appel noemt, waar van de bloemen, uit
+welken zy voortkomen, naar den grond buigen, tot dat zy denzelven
+raaken. Wanneer de bloem heeft uitgebloeit, gaat de noot in den grond,
+werkt zig aldaar hoe langer hoe dieper in, en wordt een bultachtige,
+asch-kleurige, ronde en bogtige bol, van de grootte van een vinger,
+doorweven met draden, uit den wortel voortkomende. Deeze bol, die
+onder den grond ryp wordt, bevat twee of drie ronde roodachtige pitten,
+van de grootte van onze hazelnoten, en van denzelfden smaak.
+
+Aanteek. v. d. Franschen Vert.
+
+[13] Zie hier, het geen Mejuffrouw DE MERIAN ten deezen opzigte zegt:
+
+"De roode, blaauwe en witte druif groeit weelig in het Surinaamsch
+Gewest; een wynstok, gesneden en in den grond gestoken zynde,
+brengt zes maanden daar na rype druiven voort; zoo dat men alle
+maanden plantende, het geheele jaar door druiven hebben kan. Het
+is te betreuren, dat 'er in dit Land geene lieden gevonden worden,
+die zig op het aankweeken van deeze plant toeleggen; want wel verre,
+dat het noodig zoude zyn, om wyn naar Surinamen te voeren, zoude
+deeze Volkplanting dien zelfs aan Holland kunnen leveren, dewyl men
+verscheiden malen 's jaars zoude kunnen oogsten". Men vindt, in de
+verzameling der afbeeldingen van deeze Juffrouw, een Surinaamschen
+druiven-tros. Iets verder spreekt zy ook van kerssen; maar zy zegt,
+dat ze niet goed zyn: misschien had men in haaren tyd pogingen gedaan,
+om verscheiden van deeze vruchten in de Volkplanting van Surinamen
+aan te kweeken, en het welk niet gelukt zynde, STEDMAN dezelve niet
+zal hebben kunnen vinden.
+
+Aanteek. v. d. Franschen Vert.
+
+[14] Men kan een slaaf van goed gedrag, in Surinamen, niet afzonderlyk
+verkoopen, zonder de toestemming van zynen vader, moeder, broeders
+en zusters.
+
+Aantek. v. d. Schryver.
+
+[15] Ik heb gezegd, dat JOANNA de dogter was van een fatsoenlyken
+Hollander, en dat het geslacht van haare moeder onder de aanzienlyksten
+op de Africaansche kust was.
+
+Aantek. v. d. Schrijver.
+
+[16] De Neger-Jagers hadden de gewoonte, om elken muiteling,
+dien zy doodden, de rechte hand af te kappen, en dan ontfingen zy
+vyf-en-twintig gulden. Men gaf hun vyftig gulden, wanneer zy 'er een
+levendig vongen, en duizend gulden voor het ontdekken van een gehucht
+of bezitting.
+
+Aanteek. v. d. Schryver.
+
+
+
+
+
+End of the Project Gutenberg EBook of Reize naar Surinamen, en door de
+binnenste gedeelten van Guiana (deel 2), by John Gabriel Stedman
+
+*** END OF THE PROJECT GUTENBERG EBOOK REIZE NAAR SURINAMEN, V2 ***
+
+This file should be named 7rns210.txt or 7rns210.zip
+Corrected EDITIONS of our eBooks get a new NUMBER, 7rns211.txt
+VERSIONS based on separate sources get new LETTER, 7rns210a.txt
+
+Produced by Jeroen Hellingman
+with help of the distributed proofreaders team.
+
+Project Gutenberg eBooks are often created from several printed
+editions, all of which are confirmed as Public Domain in the US
+unless a copyright notice is included. Thus, we usually do not
+keep eBooks in compliance with any particular paper edition.
+
+We are now trying to release all our eBooks one year in advance
+of the official release dates, leaving time for better editing.
+Please be encouraged to tell us about any error or corrections,
+even years after the official publication date.
+
+Please note neither this listing nor its contents are final til
+midnight of the last day of the month of any such announcement.
+The official release date of all Project Gutenberg eBooks is at
+Midnight, Central Time, of the last day of the stated month. A
+preliminary version may often be posted for suggestion, comment
+and editing by those who wish to do so.
+
+Most people start at our Web sites at:
+http://gutenberg.net or
+http://promo.net/pg
+
+These Web sites include award-winning information about Project
+Gutenberg, including how to donate, how to help produce our new
+eBooks, and how to subscribe to our email newsletter (free!).
+
+
+Those of you who want to download any eBook before announcement
+can get to them as follows, and just download by date. This is
+also a good way to get them instantly upon announcement, as the
+indexes our cataloguers produce obviously take a while after an
+announcement goes out in the Project Gutenberg Newsletter.
+
+http://www.ibiblio.org/gutenberg/etext03 or
+ftp://ftp.ibiblio.org/pub/docs/books/gutenberg/etext03
+
+Or /etext02, 01, 00, 99, 98, 97, 96, 95, 94, 93, 92, 92, 91 or 90
+
+Just search by the first five letters of the filename you want,
+as it appears in our Newsletters.
+
+
+Information about Project Gutenberg (one page)
+
+We produce about two million dollars for each hour we work. The
+time it takes us, a rather conservative estimate, is fifty hours
+to get any eBook selected, entered, proofread, edited, copyright
+searched and analyzed, the copyright letters written, etc. Our
+projected audience is one hundred million readers. If the value
+per text is nominally estimated at one dollar then we produce $2
+million dollars per hour in 2002 as we release over 100 new text
+files per month: 1240 more eBooks in 2001 for a total of 4000+
+We are already on our way to trying for 2000 more eBooks in 2002
+If they reach just 1-2% of the world's population then the total
+will reach over half a trillion eBooks given away by year's end.
+
+The Goal of Project Gutenberg is to Give Away 1 Trillion eBooks!
+This is ten thousand titles each to one hundred million readers,
+which is only about 4% of the present number of computer users.
+
+Here is the briefest record of our progress (* means estimated):
+
+eBooks Year Month
+
+ 1 1971 July
+ 10 1991 January
+ 100 1994 January
+ 1000 1997 August
+ 1500 1998 October
+ 2000 1999 December
+ 2500 2000 December
+ 3000 2001 November
+ 4000 2001 October/November
+ 6000 2002 December*
+ 9000 2003 November*
+10000 2004 January*
+
+
+The Project Gutenberg Literary Archive Foundation has been created
+to secure a future for Project Gutenberg into the next millennium.
+
+We need your donations more than ever!
+
+As of February, 2002, contributions are being solicited from people
+and organizations in: Alabama, Alaska, Arkansas, Connecticut,
+Delaware, District of Columbia, Florida, Georgia, Hawaii, Illinois,
+Indiana, Iowa, Kansas, Kentucky, Louisiana, Maine, Massachusetts,
+Michigan, Mississippi, Missouri, Montana, Nebraska, Nevada, New
+Hampshire, New Jersey, New Mexico, New York, North Carolina, Ohio,
+Oklahoma, Oregon, Pennsylvania, Rhode Island, South Carolina, South
+Dakota, Tennessee, Texas, Utah, Vermont, Virginia, Washington, West
+Virginia, Wisconsin, and Wyoming.
+
+We have filed in all 50 states now, but these are the only ones
+that have responded.
+
+As the requirements for other states are met, additions to this list
+will be made and fund raising will begin in the additional states.
+Please feel free to ask to check the status of your state.
+
+In answer to various questions we have received on this:
+
+We are constantly working on finishing the paperwork to legally
+request donations in all 50 states. If your state is not listed and
+you would like to know if we have added it since the list you have,
+just ask.
+
+While we cannot solicit donations from people in states where we are
+not yet registered, we know of no prohibition against accepting
+donations from donors in these states who approach us with an offer to
+donate.
+
+International donations are accepted, but we don't know ANYTHING about
+how to make them tax-deductible, or even if they CAN be made
+deductible, and don't have the staff to handle it even if there are
+ways.
+
+Donations by check or money order may be sent to:
+
+Project Gutenberg Literary Archive Foundation
+PMB 113
+1739 University Ave.
+Oxford, MS 38655-4109
+
+Contact us if you want to arrange for a wire transfer or payment
+method other than by check or money order.
+
+The Project Gutenberg Literary Archive Foundation has been approved by
+the US Internal Revenue Service as a 501(c)(3) organization with EIN
+[Employee Identification Number] 64-622154. Donations are
+tax-deductible to the maximum extent permitted by law. As fund-raising
+requirements for other states are met, additions to this list will be
+made and fund-raising will begin in the additional states.
+
+We need your donations more than ever!
+
+You can get up to date donation information online at:
+
+http://www.gutenberg.net/donation.html
+
+
+***
+
+If you can't reach Project Gutenberg,
+you can always email directly to:
+
+Michael S. Hart <hart@pobox.com>
+
+Prof. Hart will answer or forward your message.
+
+We would prefer to send you information by email.
+
+
+**The Legal Small Print**
+
+
+(Three Pages)
+
+***START**THE SMALL PRINT!**FOR PUBLIC DOMAIN EBOOKS**START***
+Why is this "Small Print!" statement here? You know: lawyers.
+They tell us you might sue us if there is something wrong with
+your copy of this eBook, even if you got it for free from
+someone other than us, and even if what's wrong is not our
+fault. So, among other things, this "Small Print!" statement
+disclaims most of our liability to you. It also tells you how
+you may distribute copies of this eBook if you want to.
+
+*BEFORE!* YOU USE OR READ THIS EBOOK
+By using or reading any part of this PROJECT GUTENBERG-tm
+eBook, you indicate that you understand, agree to and accept
+this "Small Print!" statement. If you do not, you can receive
+a refund of the money (if any) you paid for this eBook by
+sending a request within 30 days of receiving it to the person
+you got it from. If you received this eBook on a physical
+medium (such as a disk), you must return it with your request.
+
+ABOUT PROJECT GUTENBERG-TM EBOOKS
+This PROJECT GUTENBERG-tm eBook, like most PROJECT GUTENBERG-tm eBooks,
+is a "public domain" work distributed by Professor Michael S. Hart
+through the Project Gutenberg Association (the "Project").
+Among other things, this means that no one owns a United States copyright
+on or for this work, so the Project (and you!) can copy and
+distribute it in the United States without permission and
+without paying copyright royalties. Special rules, set forth
+below, apply if you wish to copy and distribute this eBook
+under the "PROJECT GUTENBERG" trademark.
+
+Please do not use the "PROJECT GUTENBERG" trademark to market
+any commercial products without permission.
+
+To create these eBooks, the Project expends considerable
+efforts to identify, transcribe and proofread public domain
+works. Despite these efforts, the Project's eBooks and any
+medium they may be on may contain "Defects". Among other
+things, Defects may take the form of incomplete, inaccurate or
+corrupt data, transcription errors, a copyright or other
+intellectual property infringement, a defective or damaged
+disk or other eBook medium, a computer virus, or computer
+codes that damage or cannot be read by your equipment.
+
+LIMITED WARRANTY; DISCLAIMER OF DAMAGES
+But for the "Right of Replacement or Refund" described below,
+[1] Michael Hart and the Foundation (and any other party you may
+receive this eBook from as a PROJECT GUTENBERG-tm eBook) disclaims
+all liability to you for damages, costs and expenses, including
+legal fees, and [2] YOU HAVE NO REMEDIES FOR NEGLIGENCE OR
+UNDER STRICT LIABILITY, OR FOR BREACH OF WARRANTY OR CONTRACT,
+INCLUDING BUT NOT LIMITED TO INDIRECT, CONSEQUENTIAL, PUNITIVE
+OR INCIDENTAL DAMAGES, EVEN IF YOU GIVE NOTICE OF THE
+POSSIBILITY OF SUCH DAMAGES.
+
+If you discover a Defect in this eBook within 90 days of
+receiving it, you can receive a refund of the money (if any)
+you paid for it by sending an explanatory note within that
+time to the person you received it from. If you received it
+on a physical medium, you must return it with your note, and
+such person may choose to alternatively give you a replacement
+copy. If you received it electronically, such person may
+choose to alternatively give you a second opportunity to
+receive it electronically.
+
+THIS EBOOK IS OTHERWISE PROVIDED TO YOU "AS-IS". NO OTHER
+WARRANTIES OF ANY KIND, EXPRESS OR IMPLIED, ARE MADE TO YOU AS
+TO THE EBOOK OR ANY MEDIUM IT MAY BE ON, INCLUDING BUT NOT
+LIMITED TO WARRANTIES OF MERCHANTABILITY OR FITNESS FOR A
+PARTICULAR PURPOSE.
+
+Some states do not allow disclaimers of implied warranties or
+the exclusion or limitation of consequential damages, so the
+above disclaimers and exclusions may not apply to you, and you
+may have other legal rights.
+
+INDEMNITY
+You will indemnify and hold Michael Hart, the Foundation,
+and its trustees and agents, and any volunteers associated
+with the production and distribution of Project Gutenberg-tm
+texts harmless, from all liability, cost and expense, including
+legal fees, that arise directly or indirectly from any of the
+following that you do or cause: [1] distribution of this eBook,
+[2] alteration, modification, or addition to the eBook,
+or [3] any Defect.
+
+DISTRIBUTION UNDER "PROJECT GUTENBERG-tm"
+You may distribute copies of this eBook electronically, or by
+disk, book or any other medium if you either delete this
+"Small Print!" and all other references to Project Gutenberg,
+or:
+
+[1] Only give exact copies of it. Among other things, this
+ requires that you do not remove, alter or modify the
+ eBook or this "small print!" statement. You may however,
+ if you wish, distribute this eBook in machine readable
+ binary, compressed, mark-up, or proprietary form,
+ including any form resulting from conversion by word
+ processing or hypertext software, but only so long as
+ *EITHER*:
+
+ [*] The eBook, when displayed, is clearly readable, and
+ does *not* contain characters other than those
+ intended by the author of the work, although tilde
+ (~), asterisk (*) and underline (_) characters may
+ be used to convey punctuation intended by the
+ author, and additional characters may be used to
+ indicate hypertext links; OR
+
+ [*] The eBook may be readily converted by the reader at
+ no expense into plain ASCII, EBCDIC or equivalent
+ form by the program that displays the eBook (as is
+ the case, for instance, with most word processors);
+ OR
+
+ [*] You provide, or agree to also provide on request at
+ no additional cost, fee or expense, a copy of the
+ eBook in its original plain ASCII form (or in EBCDIC
+ or other equivalent proprietary form).
+
+[2] Honor the eBook refund and replacement provisions of this
+ "Small Print!" statement.
+
+[3] Pay a trademark license fee to the Foundation of 20% of the
+ gross profits you derive calculated using the method you
+ already use to calculate your applicable taxes. If you
+ don't derive profits, no royalty is due. Royalties are
+ payable to "Project Gutenberg Literary Archive Foundation"
+ the 60 days following each date you prepare (or were
+ legally required to prepare) your annual (or equivalent
+ periodic) tax return. Please contact us beforehand to
+ let us know your plans and to work out the details.
+
+WHAT IF YOU *WANT* TO SEND MONEY EVEN IF YOU DON'T HAVE TO?
+Project Gutenberg is dedicated to increasing the number of
+public domain and licensed works that can be freely distributed
+in machine readable form.
+
+The Project gratefully accepts contributions of money, time,
+public domain materials, or royalty free copyright licenses.
+Money should be paid to the:
+"Project Gutenberg Literary Archive Foundation."
+
+If you are interested in contributing scanning equipment or
+software or other items, please contact Michael Hart at:
+hart@pobox.com
+
+[Portions of this eBook's header and trailer may be reprinted only
+when distributed free of all fees. Copyright (C) 2001, 2002 by
+Michael S. Hart. Project Gutenberg is a TradeMark and may not be
+used in any sales of Project Gutenberg eBooks or other materials be
+they hardware or software or any other related product without
+express permission.]
+
+*END THE SMALL PRINT! FOR PUBLIC DOMAIN EBOOKS*Ver.02/11/02*END*
+
diff --git a/old/7rns210.zip b/old/7rns210.zip
new file mode 100644
index 0000000..d51976a
--- /dev/null
+++ b/old/7rns210.zip
Binary files differ
diff --git a/old/8rns210.txt b/old/8rns210.txt
new file mode 100644
index 0000000..d2049ff
--- /dev/null
+++ b/old/8rns210.txt
@@ -0,0 +1,7041 @@
+The Project Gutenberg EBook of Reize naar Surinamen, en door de binnenste
+gedeelten van Guiana (deel 2), by John Gabriel Stedman
+#2 in our series by John Gabriel Stedman
+
+Copyright laws are changing all over the world. Be sure to check the
+copyright laws for your country before downloading or redistributing
+this or any other Project Gutenberg eBook.
+
+This header should be the first thing seen when viewing this Project
+Gutenberg file. Please do not remove it. Do not change or edit the
+header without written permission.
+
+Please read the "legal small print," and other information about the
+eBook and Project Gutenberg at the bottom of this file. Included is
+important information about your specific rights and restrictions in
+how the file may be used. You can also find out about how to make a
+donation to Project Gutenberg, and how to get involved.
+
+
+**Welcome To The World of Free Plain Vanilla Electronic Texts**
+
+**eBooks Readable By Both Humans and By Computers, Since 1971**
+
+*****These eBooks Were Prepared By Thousands of Volunteers!*****
+
+
+Title: Reize naar Surinamen, en door de binnenste gedeelten van Guiana
+ (deel 2)
+
+Author: John Gabriel Stedman
+
+Release Date: May, 2005 [EBook #8097]
+[Yes, we are more than one year ahead of schedule]
+[This file was first posted on July 12, 2003]
+
+Edition: 10
+
+Language: Dutch
+
+Character set encoding: ISO-8859-1
+
+*** START OF THE PROJECT GUTENBERG EBOOK REIZE NAAR SURINAMEN, V2 ***
+
+
+
+
+Produced by Jeroen Hellingman
+with help of the distributed proofreaders team.
+
+
+
+
+REIZE NAAR SURINAMEN, EN DOOR DE BINNENSTE GEDEELTEN VAN GUIANA;
+
+DOOR DEN CAPITAIN JOHN GABRIËL STEDMAN.
+
+MET PLAATEN EN KAARTEN.
+
+NAAR HET ENGELSCH.
+
+TWEEDE DEEL.
+
+
+
+
+INHOUD DER HOOFTSTUKKEN.
+
+XI. HOOFTSTUK.
+
+Het Krygsvolk keert naar de Wana-Kreek te rug.--De Pipa.--Gevecht
+tusschen een soldaat en een slang.--De Fesant-vogel van Guiana.--De
+Agamie of Trompetter.--De Muitelingen trekken de legerplaats voorby;
+men vervolgt hen te vergeefs.--Groot gebrek aan water.--Schranderheid
+der Negers.--De Zyde-plant.--Kevers en Insecten.--Bergwerken.--Fraaije
+Kapel.--Het krygsvolk koomt op den post van la Rochelle aan de
+Patamaca.
+
+XII. HOOFTSTUK.
+
+Beschryving van Paramaribo, en van het Fort Zelandia.--De Grow Mouneck
+of graauwe Munnik.--De West-Indische Abricoos-boom.--Verschillende
+zoorten van Oranjeboomen.--De Colonel FOURGEOUD trekt naar de Rivier
+Maroni.--Een Capitain word gewond, en eenige soldaaten gedood.--Vreemde
+straf-öeffening in de hoofdstad.--Het Fort Sommelsdyk.--De wachtpost
+van de Hoop.--Duiven en Tortelduiven.--Groenten en vruchten.--Jacht
+en wildt.--Steenbakkery.--Insecten.
+
+
+XIII. HOOFTSTUK.
+
+Beschryving van eene Suiker-Plantagie.--Huisselyk geluk in
+zekere hut.--Krygs-verrigtingen van den Generaal FOURGEOUD.--De
+Duncane, Igname en Soubacou.--Wreedheden van zommige Opzigters der
+Plantagiën.--Onderscheidene zoorten van visschen.--Misnoegen van
+eenen Capitain der muitelingen.
+
+XIV. HOOFTSTUK.
+
+De Colonel FOURGEOUD keert naar Paramaribo te rug.--Het gevleugeld
+en gewapend Water-hoen van EDWARDS.--Bewys van onkunde in
+een Heelmeester;--van deugd in een slaaf;--van wreedheid
+in eenen Bevelhebber.--De roode Wulp.--De Wesp, Marobonso
+genaamd.--Orange-appelen en Limoenen.--De insecten, Chiques
+genaamd.--Het krygsvolk begeeft zig weder naar de bosschen.--De
+Kibry-Fowlo.--Verscheidene zoorten van wilde varkens.--Mieren.--De
+dans van Loango.--De Toreman.--De Poelsnip van Guiana.--Plantains en
+Bananes.--Manier om te visschen.--Visschen.--Vogelen.
+
+
+XV. HOOFTSTUK.
+
+Indianen, inboorlingen van
+Guiana.--Voedzel,--Wapenen,--Cieradiën,--Optooisels,--Bezigheden,--
+Vermaken,--Driften,--Godsdienst,--Huwelyken,--Begravenissen,
+enz. van deeze Volken.--De Caraïbische Indianen in 't byzonder,
+en hunne koophandel met de Europeanen.--Boomen, Heesters en Planten.
+
+XVI. HOOFTSTUK.
+
+Versterking van krygsvolk, uit Holland aangekomen.--De Goijava-boom,
+en deszelfs vrucht.--Legerplaats by Maagdenberg aan de Tempaty
+Kreek.--Verschillende zoorten van Aapen.--Een zeer maanzieke
+Neger.--Eekhoorntje van Guiana.--Verscheidene zoorten van
+boomen.--Hagedissen.--Bergen van mynstoffen voorzien.--Treffelyke
+gezichten.--De Roucouboom.--Fraaije Kapel.--Palmloom--worm.
+
+XVII. HOOFTSTUK.
+
+Nieuwe wreedheden, nog onmenschelyker, dan alle de
+voorige,--Verschillende zoorten van planten.--Papegaaijen en
+Parkieten.--Surinaamsche Patrys.--Buitengewoone Insecten.--Geiten van
+Guiana.--De Taïbo.--Verscheidene zoorten van visschen.--Groote sterfte
+onder het krygsvolk, het welk zig op de posten aan de Tempaty-Kreek,
+en de Commewyne bevond.
+
+
+XVIII. HOOFTSTUK.
+
+Een Tyger, op de legerplaats gevangen.--De Jaguar.--De Couguar.--De
+Tyger-kat.--De Jaquarette.--Gevecht tusschen eenige afgezondene
+manschappen der Sociëteit en de muitelingen.--Levens-manier van eenen
+Surinaamschen Planter.--Verscheiden zoorten van visschen.--Besmettelyke
+ziekten.--Zelfsmoord.
+
+XIX. HOOFTSTUK.
+
+Optocht van het Krygsvolk naar Barbacoeba, aan de Rivier Cottica.--De
+Palmboom-kool en de Mauricy.--Heete koorts.--Trek van dankbaarheid in
+eenen Engelschen Matroos.--Verscheiden zoorten van Peper.--Citroen-
+en Limoen-boomen.--De Mammy-appel.--Pimpernooten.--Regeering in
+Surinamen.--Honden van Guiana.--Ongemeene trek van edelmoedigheid.
+
+
+
+
+
+
+ELFDE HOOFTSTUK.
+
+Het krygsvolk keert naar de Wana-Kreek te rug.--De Pipa.--Gevecht
+tusschen een Soldaat en een Slang.--De Fesant-vogel van Guiana.--De
+Agamie of Trompetter.--De muitelingen trekken de legerplaats voorby;
+men vervolgt hen te vergeefs.--Groot gebrek aan water.--Schranderheid
+der Negers.--De zyde-plant.--Kevers en insecten.--Bergwerken.--Fraaije
+Kapel.--Het krygsvolk koomt op den post van la Rochelle aan de
+Patamaca.
+
+Den 30sten November 1773, verliet al het krygsvolk den post van
+Jerusalem, en men keerde naar de Wana-Kreek te rug, maar zonder juist
+den weg te volgen, langs welken men gekomen was. De Colonel FOURGEOUD
+herriep intusschen de eerst gegevene bevelen, en stond ons toe hutten
+te maken, om onze hangmatten in dezelve te plaatsen. Wy hadden ons
+dus weinig op dit stuk te beklagen; met de levensmiddelen was het
+geheel anders gelegen.
+
+Wy vervolgden onzen tocht, geduurende drie agter één volgende dagen,
+met vry goed weder; maar alle morgen liet de Colonel my onbarmhartiglyk
+wekken door eene schildwacht, die last had my niet te verlaaten,
+eer dat ik hem antwoord had gegeven.
+
+Den 3den, kwamen wy op nieuw by de Wana-Kreek aan: ik vleide my,
+na eenen moeielyken tocht, met het doorbrengen van eenen gerusten
+nacht myne krachten aldaar te zullen herkrygen; maar ik wierd als
+naar gewoonte wakker gemaakt, en was in zulk een diepen slaap, dat
+men my by den arm moest schudden, om my te doen ontwaaken. De Colonel
+was in zijne hangmat gezeten, met een donderende stem zweerende, dat
+hy allen, die zyne beveelen niet gehoorzaamden, zou doen ophangen,
+of vierendeelen; en het bosch weêrgalmde eenigen tyd van zyn
+geschreeuw. Daar op volgde eene diepe stilte, die ik wel dra door een
+schaterenden lach afbrak: ik was de eenige niet; anderen voegden zig
+by my, en de Colonel begon weder te brullen, zonder de stem van iemand
+te kunnen onderscheiden. Hij wierd wonderbaarlyk geholpen door eene
+groote padde, die men hier Pipa noemt. Dit dier huisvestte in de hut
+van den Commandant, en kwaakte alle nachten op eene vervaarlyke manier.
+
+De Pipa of Pipal gelykt, zoo men zegt, gedeeltelyk naar de kikvorsch,
+gedeeltelyk naar de padden: hy is de grootste onder allen van dit
+laatste zoort, die men in Zuid-America, en misschien in de weereld
+vindt; hy is leelyk, met eene pokächtige huid van een donker bruine
+kleur bedekt, en met onregelmatige en zwarte vlekken geteekend;
+zijne agterpooten zyn plat, van een vlies voorzien, en de klauwen
+zyn langer, dan die van de voorpooten; uit dien hoofde kan hy te
+gelyk zwemmen en springen als een kikvorsch, een voordeel, waar door
+hy van andere padden verschilt. Hij is een weinig grooter, dan een
+gewoone eendvogel, wanneer die geplukt is. Zyn gekwaak, het welk hy
+doorgaans niet dan des nachts laat hooren, is ongemeen sterk. Maar
+het merkwaardigste in dit zoort van gedrocht is de manier, waar op hy
+voortteelt: de jongen zyn besloten in een zoort van zak vol water, die
+op den rug der moeder geplaatst is; aldaar word zy door het mannetjen
+vruchtbaar gemaakt, en aldaar begint ook het aanzyn van de vrucht,
+blyvende daar in tot het oogenblik, dat dezelve genoegzaam gevormd is,
+om 'er te kunnen uitkomen. [1]
+
+De padden zyn niet vergiftig, zoo als men doorgaans gelooft; men kan
+'er zelfs huisdieren van maken. De heer ARSSCOTT heeft 'er jaaren
+lang een opgevoed; [2] de Colonel FOURGEOUD bewaarde de zyne in zyn
+hut, even als een huisdier, geduurende al den tyd, dat wy aan de
+Wana-Kreek gelegerd waaren; en ik zelf heb langen tyd een kikvorsch,
+als een huisdier gehouden.
+
+Maar laaten wy tot myne hangmat, en myn dagverhaal te rug keeren. Het
+gekwaak van deezen Pipal, dat van eene andere padde, die van het
+ondergaan tot het opkomen der zon, aanhoudend riep touck, touck, touck;
+het gebrul der tygers, dat der aapen, de schuiffeling der slangen,
+en een aanhoudende regen, maakten deezen nacht zoo onaangenaam,
+als somber: de opkomende dageraad echter deed my denzelven wel dra
+vergeeten, en ik bevond my zoo wel en zoo te vreden, als men in de
+bosschen van Guiana met mogelykheid zyn konde.
+
+Den 4den, des morgens, ontdekte ik twee fraaije Powesas, op de takken
+van eenen hoogen boom, die naby de legerplaats stond. Aan den Colonel
+verlof gevraagd hebbende, om 'er een te schieten, weigerde hy my
+zulks op eene ruwe wyze, onder voorwendzel, dat de vyand de schoot
+van myn snaphaan zoude kunnen hooren; als of dezelve niet wist waar wy
+waaren. Kort daar na echter, wanneer zig op den top van eenen anderen
+boom een groote slang vertoonde, gaf de Bevelhebber, het zy uit vreeze,
+het zy uit weerzin, last om op hem te schieten. Het dier, den schoot
+ontfangen hebbende, viel op den grond, schoon nog volkomen levendig
+zynde, en kroop dadelyk naar eene dikke doornhage by het magazyn. Ik
+had hier gelegenheid, om de ongemeene onverschrokkenheid van eenen
+soldaat op te merken, die de voetstappen van deezen slang zoetjens
+agter na volgde, en hem van onder de struiken weg trok, beweerende,
+door een zoort van bygeloovigheid, dat de beet hem geen kwaad konde
+veroorzaaken: wat daar ook van zy, de slang, die meer dan zes voeten
+lang was, verhief verscheiden malen den kop en het halve lyf, om hem
+aan te pakken, maar de soldaat deed hem door vuistslagen nederbukken,
+en eindelyk kloofde hy hem met zyn sabel in tweën; het welk een einde
+aan het gevecht maakte.
+
+Vreezende dat ik beschuldigd mogt worden, zoo aanstonds een nieuw
+woord gebruikt te hebben, het geen voor myne lezers waarschynlyk
+onverstaanbaar is, zal ik hun zeggen, dat de Powesas is de Fesant
+van Guiana: het is een zeer fraaije vogel, byna de grootte hebbende
+van een gewoone jonge kalkoen, waar mede hy door zyne pluimaadje,
+en door den smaak van zyn vleesch veel gelykheid heeft. Zyne vederen
+zyn van een schitterende zwarte kleur, uitgenomen onder den buik;
+zyne pooten zyn geel, zyn bek insgelyks, uitgenomen aan de punt,
+alwaar dezelve blaauw en boogsgewyze gekromd is. Hy heeft levendige
+en schitterende oogen, en draagt een kuif van gekrulde vederen van
+een glinsterend zwarte kleur, het geen hem eene onëindige fraaiheid
+geeft. Deeze vogel kan niet ver vliegen; men maakt hem gemakkelyk tam;
+men maakt 'er zelfs een huisdier van, en te Paramaribo verkoopt men ze
+dikwils voor meer dan een guinie het stuk. Ik zal deeze gelegenheid
+waarnemen tot het beschryven van eenen anderen vogel, die aan Guiana
+byzonder eigen is, en Agamie door de Franschen, en Camy-camy in
+Surinamen genoemd word. Hy is, even als de Fesant, ten naasten by van
+de grootte van een jonge kalkoen, maar hy verschilt van dezelve in
+gestalte en in pluimaadje. Zyn lyf, dat geen staart heeft, heeft de
+gedaante van een ey; zyne vederen zyn zwart, uitgenomen op den rug,
+alwaar hy grysächtig is, en onder de borst, alwaar zyne vederen, van
+eene blaauwe kleur, lang zyn en nederhangen, als van den Reiger; zyne
+oogen zyn schitterend, zyn bek is puntig, en van een zee-groene kleur,
+zoo als ook zyne pooten, die hoog zyn, en eindigen met een klauw, waar
+aan vier nagels zyn, drie van vooren, en één van agteren. Deeze vogel
+draagt in dit Land gewoonlyk den naam van de Trompetter, uit hoofde
+van een gezang, het welk hy dikwils doet hooren, en aan het geluid van
+dit speeltuig gelykvormig is. Ik kan met geene zekerheid bepaalen,
+van waar dit geluid koomt, maar zommige Schryvers beweeren, dat het
+van de vorming van zyn bek voortkoomt. Onder al het pluimgedierte,
+is de Trompetter het dier, het welk men gemakkelykst kan tam maken:
+hy is de vriend der menschen, volgt hen, liefkoost hen, en schynt hun
+dezelfde getrouwheid te bewyzen, als de hond: ik heb op verscheidene
+Plantagiën 'er veelen gezien, welken men, even als de Powesas, tot
+huisselyke diensten gebruikte, en met de kalkoenen en ander gevogelte
+te zamen liet eeten. [3]
+
+Den 6den, ontfing ik van Paramaribo zes kruiken rhum, waar van ik
+'er vier aan den Colonel gaf.
+
+Om zes uuren des morgens, gaven twee van onze slaven, die
+Lacanus-boomen waaren gaan hakken, ons bericht, dat een hoop
+muitelingen op den afstand van omtrent een myl van de legerplaats
+was voorby getrokken; dat zy onder het bevel stonden van één hunner
+Capitains, genaamd ARICO, met wien onze beide Negers aan den oever van
+de Cermoetibo-Kreek gesproken hadden, maar dat zy niet konden zeggen,
+welken kant de vyand genomen had, zoodanig waren zy verschrikt. Na
+het bekomen van dit bericht kreegen wy bevel, om hen by het aanbreken
+van den dag te vervolgen. Des anderen daags was mitsdien al het volk
+ten vyf uuren gereed, en na een gedeelte van het zelve te hebben
+agtergelaten, om de krygs- en mond behoeften te bewaaren, rigtten
+wy onzen tocht naar de plaats, alwaar de muitelingen zig vertoond
+hadden. Wy zagen hier een grooten palmboom, die op het water dreef,
+en aan den anderen oever met koorden van heestergewassen was vast
+gemaakt; het geen duidelyk te kennen gaf, dat ARICO en zyn volk de
+Kreek waren overgekomen. Zie hier, hoe de Negers in zoodanig geval
+eene Rivier overgaan: zy plaatsen zig, de één agter den ander,
+op den dryvenden stam van den boom; zomtyds zelfs zetten zy hunne
+kinderen en vrouwen daar op; en de beste zwemmers vergezellen hun,
+en zyn hunne leidslieden.
+
+Schoon de bewyzen van den overtocht der muitelingen duidelyk waaren,
+trok de Colonel dezelve echter in twyffel, of liever hy beweerde,
+dat het van hunnen kant slechts eene krygslist was: zy hadden eenige
+manschappen, zeide hy, afgezonden, om den boom aan den oever vast te
+maken, en ons te bedriegen.
+
+Niemand was van dit gevoelen, maar alle redeneeringen der weereld
+werkten daar tegen niets uit. Wy namen dus een weg, die recht het
+tegengestelde was van den weg der muitelingen; namelyk wy trokken
+oostwaarts, daar men hen naar den westkant had moeten vervolgen,
+het geen de Jagers zekerlyk gedaan zouden hebben. In deeze eerste
+richting gingen wy voort tot de aannadering van den nacht, schoon
+men het brood vergeten had, en dat wy den geheelen dag geen enkelen
+drop water hadden kunnen hebben, want wy trokken door zwaar zand
+of Savanen. Na dat wy den weg een weinig rechts af genomen hadden,
+riep een Neger uit, dat wy aan de Wana-Kreek naderden. Ik hoorde dit
+met genoegen; en hem een kalabas en myn fles rhum gegeven hebbende,
+verzogt ik hem derwaarts te gaan, om de kalabas met een mengzel van
+rhum en water te vullen; maar hy maakte het te sterk, zig buiten
+twyffel verbeeldende, dat het daarom beter zyn zoude. Ik had zulk
+een zwaaren dorst, dat ik den drank in eens doorzwolg, zonder dien
+te proeven; dit werkte zeer gezwind, want op het zelfde oogenblik
+was ik naauwlyks in staat my overëind te houden.
+
+Den 9den, na eenen vrugteloozen tocht, kwamen wy weder in onze
+oude legerplaats te rug. De Neger SEPTEMBER, die ons volgde, gelyk
+een herders hond de kudde volgt, wierd aldaar door den Colonel in
+vryheid gesteld. In de daad hy was onvermoeid. Hy zelf doorwaadde
+de Kreek, om 'er den westelyken oever van te bespieden. Des anderen
+daags morgens, liet hy ons wederom onzen knapzak vullen, en geleidde
+ons langs den zelfden weg, beweerende, dat hy den vyand eindelyk
+agterhalen zoude. Vervolgens tot des avonds voortgetrokken zynde,
+bragten wy den nacht in eene oude legerplaats der muitelingen door,
+na den geheelen dag gebrek aan water gehad te hebben.
+
+Den volgenden dag, trokken wy steeds voorwaarts, maar wy vonden nog
+vyanden, nog water. De Officiers en soldaaten begonden te verzwakken,
+en men droeg 'er reeds eenigen in hunne hangmatten. Het was in de daad
+ondraaglyk heet; want wy waaren in het saisoen der droogte. In dit
+uiterste deeden wy een gat graven van zes voeten diep, op welks grond
+men een snaphaan afschoot; oogenblikkelyk kwam 'er een weinig water
+te voorschyn; maar zoo modderig, dat het tot geen gebruik dienen konde.
+
+Wy vervolgden onzen tocht, en sloegen ons neder op eene plaats, alwaar
+de muitelingen voor deezen eenige Plantagiën bebouwd hadden. Het viel
+hard, om geduurende den nacht de ongelukkige soldaaten over dorst te
+hooren klagen. De Colonel echter bleef, tot den derden dag, 'er by,
+om verder voort te trekken, in de hoop van eenige kreek of beek te
+ontmoeten, en den algemeenen dorst te lesschen. Maar hy wierd in
+zyne verwagting bedrogen; want den 12den, tot op den middag door de
+brandende zand-woestynen heen getrokken hebbende, bezweek hy zelf met
+veele anderen, die door een aanhoudenden en verteerenden dorst waaren
+ter neder geslagen. Het was nog een geluk voor ons, dat de muitelingen
+ons in deeze gesteldheid niet aantastten. Het was ons ondoenlyk geweest
+den minsten tegenstand te bieden: de grond was bezaait met elendigen,
+die door eene brandende koorts gefolterd wierden. De Colonel zelf
+was hopeloos; zyne tong verdroogde in zyn mond, en zyne lippen waaren
+geheel zwart; zulk een bitter lyden verduurde hy. In deezen staat konde
+ik, hoe weinig hy het ook verdienen mogt, myn mededogen niet weigeren.
+
+Intusschen aten eenige soldaaten by aanhoudenheid van hun gezouten
+varkens-vleesch; anderen trokken elkander vier aan vier voort, en
+zogten eenige droppelen daauw, op bladeren van boomen verspreid. Wat
+my betreft, ik ondervond tans, voor welken yver een Neger, die door
+zynen meester wel behandeld word, vatbaar is. In deeze algemeene
+behoefte, bood de myne my een kalebas vol water aan, zoo goed als
+ik het in myn leven gedronken heb. Het was niet dan met de grootste
+moeite, dat het hem gelukte dit water van de bladen van eenige wilde
+pynboomen te haalen: zie hier, hoe deeze bewerking geschied.
+
+Men houdt de plant in de eene hand, en in de andere een sabel of mes,
+waar mede men de plant beneden de bladen afsnydt. Vervolgens plaatst
+men onder de opening een kalebas of een glas, en het water loopt
+'er zuiver, fris, en zomtyds in eene groote hoeveelheid in. De bladen
+van de plant, dit water in het regen-saisoen opvangende, brengen het
+door derzelver canaalen als in een vergaarbak. Zommige Negers vonden
+ook gelegenheid om door middel van water-willigen hunnen dorst te
+lesschen; maar dit was voor eene door dorst versmagte krygsbende
+niet voldoende. De water-willige is een zeer sterk heester-gewas,
+zynde een zoort van wynstok, en alleenlyk in zandige landstreeken
+groeiende: men snyd dezelve met den sabel in langwerpige stukken,
+en dadelyk neemt men 'er een in den mond. Deeze plant verschaft op
+die manier een frisschen, aangenaamen en gezonden drank, die in de
+brandende bosschen van Guiana van groote nuttigheid is.
+
+De Voorzienigheid my dit hulpmiddel gelukkiglyk hebbende toegezonden,
+konde ik myne eerste gemoeds-beweging niet wederstaan, en ik deelde
+'er den Colonel van meede, wiens ouderdom en zwakheden ten zynen
+voordeele spraken. Hy wierd 'er door verkwikt, en vervolgens besloot
+hy, om langs zynen ouden weg te rug te keeren, zonder eenige hoop om
+den vyand te agterhaalen: het volk was zoo afgemat, dat men verscheiden
+soldaaten dragen moest. Als een laatste hulpmiddel, zond de Bevelhebber
+toen eenen Neger uit de Volkplanting de Berbices, genaamd GAUSARIE,
+af, om geduurende onzen te rug tocht moeite tot eenige ontdekking te
+doen. Den zelfden weg hernomen hebbende, kwamen wy op eenen korten
+afstand van de put, welke wy des avonds te vooren gegraven hadden. In
+de gedachten zynde, dat dezelve tans helder water in zig bevatten
+moest, zond ik mynen Neger QUACO derwaarts, om eene van myne flesschen
+te vullen, eer dit water troebel gemaakt wierd; en dit deed hy. Maar,
+toen hy daar mede naar my te rug kwam, ontmoette hy den Colonel, die
+met zyn snaphaan de fles in stukken sloeg, en aan twee mannen bevel
+gaf, om zig als schildwachten by de put te plaatsen, willende het
+water voor zig zelven, en voor zyne vrienden bewaren. Dewyl echter
+in zulk eene omstandigheden de onderwerping ophield, bukten de beide
+schildwachten in de put, met het hoofd naar beneden. Hun voorbeeld
+wierd oogenblikkelyk door verscheidene andere soldaaten gevolgd, en
+dit water veranderde wel dra in eene modderpoel, die tot niets meer
+dienstig was. Na dat wy onze hangmatten aan boomen hadden opgehangen,
+verdeelde men onder ons allen, zonder onderscheid, een weinig van
+zekeren sterken drank, genaamd kill-devel; maar ik dronk nimmer daar
+van, en liet myn aandeel voor mynen getrouwen QUACO. De Colonel dit
+vernomen hebbende, liet hem het glas uit de handen rukken, om het geen
+er in was, weder in de kruik te gieten, my toevoegende: "dat vermits
+ik van dien drank niet dronk, ik 'er niet van hebben moest." Ik was
+verontwaardigd over zyne ondankbaarheid; en den zelfden avond een
+volle fles van dit zoort van drank gevonden hebbende, gaf ik die aan
+mynen Neger.
+
+Omtrent middernacht ontdekten wy, by toeval water. Onuitspreeklyk
+verkwikkend was dit voor ons! het verdiende den voorrang boven den
+besten wyn: ik zal nooit vergeeten, met welk genoegen ik 'er van
+dronk. Ieder leschte zynen dorst naar wensch; en de Colonel liet
+toen een groot vuur aanleggen, om zyne avond-maaltyd gereed te maken;
+maar hy verbood, aan wien 't ook wezen mogt, dit insgelyks te doen. Hy
+stond zelfs niet toe om een stok te snyden, en men was dus genoodzaakt
+het gezouten ossen en varkensvleesch rauw te eeten. Myn aandeel aan
+een zoort van wandelstokjen geregen hebbende, kroop ik zachtkens
+naar het vuur van den Bevelhebber, om aldaar dit vleesch te braden;
+intusschen maakte de Neger, die hem tot kok diende, my zeer spoedig
+willende helpen, eenig gerucht, en deed hem ontwaaken; maar ik, om
+te beletten, dat hy my niet zag, pakte my weg, na myn stuk vleesch
+in zyne ketel geworpen te hebben.
+
+Na verloop van eenige minuuten, wende hy voor, dat men in weêrwil
+zyner beveelen hout gesneden had. Ik vernam dit, en vreezende dat
+hy eenig geweld mogt aanrechten, begaf ik my zachtkens naar zyne
+hangmat, en verzekerde hem, dat al het volk in diepen slaap was. Hy
+veinsde my niet te herkennen, en my by de hairen nemende, gaf hy
+een verschrikkelyken gil. Het gelukte my hem te ontsnappen, en my in
+veiligheid te stellen; echter riep hy uit: "schiet op hem! schiet op
+hem!" het welk onze geheele legerbende vermaakte. Mynen Neger gevonden
+hebbende, liet ik hem dadelyk myn eeten haalen; hy ging in alleryl
+derwaarts, en bragt my een stuk ossen-vleesch weêrom, het welk tien
+maalen grooter was, dan het geen ik gegeven had; ik bewaarde het,
+en had het genoegen, om 'er de ongelukkige slaven op te onthaalen:
+dus eindigde deeze elendige dag.
+
+Den 13den, kwamen wy weder aan de Wana-Kreek. Wy waren, door zoo veel
+nutteloos lyden, onuitspreekelyk vermoeit.
+
+Alhier onthaalde de Colonel zyne vrienden op myn rhum, en in myne
+tegenwoordigheid, maar zonder my een enkelen droppel 'er van aan te
+bieden. Ik vond op deeze zelfde plaats een brief, gedagteekend uit
+Ceylon, in de Oost-Indiën: deeze was aan my gezonden, door één myner
+naastbestaanden, den heer ARNOLDUS DE LY, Gouverneur van Punta de
+Galo en Matury, die my nodigde om by hem te komen, en my verzekerde,
+dat myn fortuin dan gemaakt zoude zyn. Myn kwaade planeet gedoogde
+dit niet; ik oordeelde my zelven onëer aan te doen, met in zoodanig
+tyds-gewricht den dienst te verlaten.
+
+De Neger GAUSARIE kwam den 14den te rug, en verklaarde niets gezien
+te hebben.
+
+Den 15den, werd eenig krygsvolk, bestaande uit twee Capitains, twee
+Lieutenants, en vyftig soldaaten, naar de Rivier Maroni afgezonden,
+om aldaar den Capitain FREDERIK op te zoeken, die, aan het hoofd van
+vyftig andere manschappen, den 20sten der laatst voorgaande maand
+vertrokken was, en van wien men niet meer had hooren spreken, het
+geen groote bekommering veröorzaakte.
+
+De wachtpost van Vrydenburg, aan de Maroni, bestaat in een vierkant
+stuk grond, bedekt met huizen van Latanus-boomen hout gebouwd,
+waar van de bosschen van Guiana overvloeijen, en met goed paalwerk
+omringd. 'Er is een wacht aan de buiten-kant, en aan de vier hoeken
+vier schilderhuizen voor de schildwagten. Deeze post, door verscheide
+stukken geschut verdedigd, is in het midden van een ledig plein gelegen
+aan de oevers der Rivier, alwaar men ook een vlag ziet. Dezelve heeft
+gemeenschap met de Fransche wachtpost aan de overzyde, en beide leggen
+op een korten afstand van den mond der Maroni. Om daar van een juister
+denkbeeld aan den lezer te geven, heb ik dezelve afgeteekend, gelyk
+mede die van de Wana-Kreek, welke, schoon aangenaam voor het gezicht,
+nier minder doodelyk was voor een groot aantal van ons volk.
+
+In de afteekening der Wana Kreek worden de drie legerplaatsen
+onderscheidentlyk vertoond. Aan beide zyden, ziet men die van den
+Colonel FOURGEOUD, en van wylen den Major RUGHCOP; in het midden, en
+lynrecht in 't gezicht van den mond deezer Kreek, is de legerplaats
+der Neger-Jagers.
+
+Den gemelden 15den, liet men vaartuigen vertrekken, om de zieken weg
+te brengen, en krygsbehoeften aan te voeren. De geheele legerbende
+wierd toen door eene zwaare ziekte, een roode loop, aangetast, die
+een groot getal menschen in 't graf sleepte. Al wat wy doen konden,
+bestond daar in, dat wy, op hoop van goeden uitslag, braak- en andere
+geneesmiddelen aan de zieken toedienden: wy hadden geene Chirurgyns; zy
+waaren allen in de hospitaalen aan de Commewyne of op Paramaribo bezet.
+
+De arme slaaven vooral verwekten deernis. Zy waaren, zoo als ik gezegd
+heb, op eene halve portie eeten gezet, en zedert omtrent twee maanden,
+leefden zy van kool van palmboomen, graanen, en wilde wortelen:
+hier aan moet men de besmetting toeschryven, die de legerbende
+verwoestte. Deeze ongelukkige Negers waren zoo uitgehongerd, dat zy
+koorden of banden van heestergewassen om hunne lendenen bonden, volgens
+de gewoonte der Indianen, die zig op deeze wyze den buik toebinden,
+wanneer hen de honger kwelt, en welke vermeenen of zig inbeelden,
+dat het lyden door de drukking minder word. Ik ontsnapte echter,
+met eenige anderen, aan de besmetting; maar ik was buiten staat om
+te gaan, uit hoofde van eene zwaare zwelling aan één myner voeten,
+een ongemak, het geen men hier consaca noemt, en zeer gelykvormig is
+aan het geen wy in Europa onder den naam van bevriezing kennen, en
+het welk eene groote jeukte veröorzaakt, vooral tusschen de vingers,
+waar uit water zypert.
+
+De Negers zyn aan dit ongemak zeer onderworpen; zy geneezen het zelve,
+door een citroen- of limoen-schil, zoo heet, als zy die veelen kunnen,
+op de huid te leggen.
+
+Ik heb dikwils reden gehad, om van onze mondbehoeften te spreken,
+welke bestonden in gezouten ossen- en varkens-vleesch, en in bischuit,
+waar van men ons alle vyf of zes dagen onze portie toedeelde. De twee
+eersten hadden, na hun vertrek uit Ierland, misschien reeds de weereld
+rond gereisd. Zy waren toen zoo groen, zoo slymerig, zoo stinkend,
+en zomtyds zoo vol wormen, dat ik ze op andere tyden niet in myn maag
+zoude hebben kunnen verdragen.
+
+Ik gaa tans over tot ons reistuig. Deszelfs beschryving zal my niet
+veel tyd kosten; want het bestond, voor elken Officier, slechts in
+een koffer, of vierkante kist, waar in hy zyn linnen, zyn verschen
+voorraad, en zyn sterken drank, wanneer hy die had, wegsloot. Deeze
+kisten dienden ons tevens tot stoelen en tafels in het veld: op de
+tochten, droegen de Negers dezelve op hun hoofd. Ik moet bovendien
+aanmerken, dat wy na zes uuren des avonds nooit vuur hadden; wy kenden
+dan alleenlyk het maanlicht, het welk voor ons eene zeer treurige
+vertooning maakte.
+
+Ik had noch bord, noch schotel, noch lepel, noch vork: de kalebas van
+eenen Neger vervulde my de plaats van de twee eerstgemelde. Zelden
+had ik een vork van nooden, en nog minder een lepel. In plaats van
+dezelve, bediende ik my van een breed omgebogen blad, zoo als de
+Slaven doen. Elk droeg een mes in zyn zak. Ik trachte eindelyk my
+een lamp te maken van een gebroken fles; ik deed daar in een weinig
+varkens-vet in plaats van oly, en ik scheurde een stuk van myn hembd,
+om 'er een lemmet van te maken. De nood, zegt men, maakt vernuftig,
+en in zulk een staat als de onze valt men niet kiesch. In de daad,
+indien ik op dit oogenblik gehad had, het geen ik in voorige tyden
+wegsmeet, zoude ik God gedankt hebben.
+
+Van vernuft sprekende, moet ik niet vergeten het fraay mandwerk,
+het welk de Negers in groote meenigte in het veld maakten. Ik maakte
+dit zelf ook, volgens hunne onderrigtingen, en ik zond 'er een aantal
+van ten geschenke aan myne vrienden op Paramaribo. Het word gemaakt
+van een zoort van houtachtig en sterk koord, het welk men in den
+bast van den kool-boom vindt. Die men tot het quadrille-spel maakt,
+zyn zeer fraay. Andere zyn geschikt om 'er vrugten en groenten in te
+bewaaren; men vlegt dezelve met een zoort van biezen, warimbo genaamt,
+welke men splyt, en 'er de merg uit haalt. Men maakt ze ook vry goed,
+met dunne koorden van heestergewas. De Negers maken ook fraaye netten
+van een zoort van zyde plant.
+
+Het is een zoort van Aloë, die in de bosschen groeit. De bladen 'er
+van zyn getand, stekelachtig, en bevatten, over derzelver geheele
+lengte, kleine witte vezelen, welke men even als de hennip slaat, en
+laat rotten. Deeze vezelen dienden ons om touw te maken, veel sterker
+dan eenig touw in Europa. Het zoude zeer geschikt zyn voor de schepen,
+maar het is aan eene zeer schielyke verrotting onderhevig. Dit zoort
+van hennip gelykt zoo sterk naar de witte zyde, dat de invoer daar
+van in verscheiden Landen verboden is, uit vreeze dat men 'er by
+verkoop bedrog mede plegen zoude. De Indianen noemen deeze plant
+curetta, en in Surinamen noemt men ze doorgaans Indiaansche zeep;
+zy schynt dezelfde te zyn, als de zeepboom, om dat ze eene zachte
+zelfstandigheid voortbrengt, welke even als de gewoone zeep tot
+wassching dient, en door de Negers en verscheiden inwooners tot dit
+einde gebruikt word. Men vind ook in de bosschen een andere zoort van
+plant van dezelfde gedaante als deeze, welke de Negers baboun knify
+(apen mes) noemen, en die het vleesch tot op het been doorklieft. Ik
+heb 'er zelf de proef van genomen, maar zonder nadeelig gevolg.
+
+In het tydstip, waar van ik tans spreek, hadden alle de soldaaten
+gebrek aan koussen, schoenen en hoeden. De Colonel, om een voorbeeld
+van lydzaamheid te geven, en morringen voor te komen, liep een geheelen
+dag blootsvoets voor het volk uit. Ik had hier in een voorrecht boven
+alle anderen. Myne gewoonte, om zonder koussen of schoenen te gaan,
+had my de huid verhard. 'Er was toen onder ons volk geen enkele,
+die een lid aan zyn lichaam had, dat volmaakt gezond was: het gebrek
+van zindelykheid was 'er voornamelyk oorzaak van; zulks verwekte zeer
+dikwils zweeren, welke aan hun, wien men in tyds de afzetting niet
+doen konde, den dood veroorzaakten. Deeze waaren de kwaalen, waar
+mede wy te worstelen hadden, maar hoe groot die ook waren, zy waren
+slechts de voorloopers van de geene, die ons nog te wagten stonden.
+
+Ik ontfing toen een beste ham en een douzyn flessen Porto-wyn, welke
+de Capitain VAN COEVERDEN my zond. Ik hield 'er vier van, welke ik
+met de andere Officiers uitdronk, en gaf de overige aan den Colonel,
+die door vermoeing uitgeput was. Des anderen daags, den 29sten, had ik
+de eer het bevel te ontfangen over eene wacht, benevens den Capitain
+BORGNES, en veertig mannen, om pogingen te doen tot het vangen der
+Negers, welke drie weken te vooren de Kreek waren overgetrokken.
+
+Na de Rivier in een vaartuig afgezakt te zyn, en in het zelve vaartuig
+den nacht te hebben doorgebragt, stapten wy des anderen daags morgens
+aan land, en trokken noordwest-waarts voort; maar geen kompas hebbende,
+verdwaalden wy wel dra van onzen weg. Eene groote Savane doorgetrokken
+zynde, hingen wy onze hangmatten aan den kant van een dik en eenzaam
+bosch op. Den 31sten, vervolgden wy den zelfden weg, in de hoop van
+aan de boomen de kenbaare teekens van den doortocht van eenigen van ons
+krygsvolk te zullen ontdekken. In een moeras gegaan zynde, waadden wy
+daar in tot op den middag, hebbende zomtyds het water tot aan de kin,
+en zynde in gevaar van te verdrinken: eindelyk geheel doorweekt, en
+onze kleederen aan flarden zynde, waren wy genoodzaakt langs onzen
+ouden weg te rug te keeren. Na een gedwongen marsch, hielden wy op
+nieuw halte aan de oevers van de Cormoetibo-Kreek. 'Er viel zulk een
+zwaare regen, dat ik my niet herïnnere immer een zwaarer gezien te
+hebben: dezelve duurde den geheelen nacht, en veröorzaakte zoo veel
+verwarring en wanörde door de overyling, waar mede zig elk van eene
+schuilplaats voorzag, dat ik eene kneuzing aan het hoofd kreeg. Ik
+ging niettemin voort, met my spoedig eene verblyfplaats te bezorgen,
+en ik was de eerste in myne hangmat, waar boven ik een overdek van
+bladeren maakte; omtrent onder dezelve, leide ik een goed vuur aan,
+en viel in diepen slaap te midden van den rook, die my voor het
+steeken der muggen bewaarde.
+
+Van insecten sprekende, moet ik niet vergeten, dat deezen avond een
+Neger, die droog hout was gaan zoeken, my tot myne groote verwondering,
+een Kever aanbood, die niet minder dan drie of vier duimen lang,
+en meer dan twee duimen breed was. Men noemt hem in Surinamen den
+Rinoceros, uit hoofde van zyn Olyfants snuit, die omgebogen en
+gespleeten is, en de dikte heeft van een groote ganzen veder. Dit
+dier heeft op den kop verscheide harde en gladde verhevenheden; hy
+heeft zes ledematen; zyne vleugels zyn breed, en zyn geheele lyf is
+volmaakt zwart: hy is de grootste van alle de Amerikaansche Kevers.
+
+'Er is ook in Guiana een ander insect van dit zoort, genaamd het
+vliegend Hart, uit hoofde van zyne hoorns, die naar de hoornen van
+een hart gelyken: beiden vliegen met een ongemeen gebrom, en zyn zoo
+sterk, dat weinige vogelen hen durven aanpakken. Een der grootste
+ongemakken, die wy in het bosch ondervonden, wierd veroorzaakt door
+een vlieg, zoo groot als een bye, en wier steek byna even geducht
+is. Ik kan dezelve niet beter vergelyken, dan by het diertjen, dat
+wy in Engeland de Vlieg-Spinnekop noemen.
+
+Na zes of zeven uuren lang, in weerwil van den regen, de rook, de
+muggen, en myne bekomene kneusing, vast geslapen te hebben, ontwaakte
+ik zeer verfrischt ten vyf uuren des morgens, en ten zes uuren traden
+wy het jaar 1774 in, vaarende langs den oever der Cormoetibo-Kreek
+tot op den middag, wanneer wy in de algemeene legerplaats aankwamen,
+aan den mond van de Wana-Kreek, na een zeer nutteloozen tocht, als
+naar gewoonte.
+
+Den 3den, zagen wy, tot ons groot genoegen, den Capitain FREDERIK
+wederom, met zyne krygsbende, die eenen Neger, CUPIDO genaamd,
+gevangen met zig bragt. De Capitain verhaalde ons, dat een arme
+soldaat van 's Compagnies krygsvolk, ter dood veroordeeld zynde,
+vergiffenis van hem ontfing, op het oogenblik, dat hy op de kniën
+lag om doodgeschoten te worden, en dat de ontsteltenis, die hem zulks
+veroorzaakte, hem het verstand deed verliezen.
+
+De Colonel FOURGEOUD, toen besloten hebbende deezen veldtocht te
+eindigen, zond eene krygsbende van zestig mannen vooraf, om naar de
+Patamaca-Kreek op kondschap uit te gaan.
+
+Ik waschte nu myn hembd in de Wana-Kreek: dit was het laatste dat ik
+had, en ik was verpligt my te baden, tot dat het droog was. Ik had
+naar Paramaribo om ander linnen geschreven; maar myn brief kwam niet
+te recht, en alles, wat ik had medegebragt, was aan flarden.
+
+Den 4den January, des morgens ten tien uuren, waaren wy gereed om op te
+breken. De zieken in vaartuigen naar Devil's Harwar gezonden hebbende,
+staken wy eindelyk de Cormoetibo-Kreek over, en wy trokken regelrecht
+zuidwaarts aan, om de Patamaca te bereiken. Op onzen tocht trokken
+wy voor by steile bergen, met steenen bedekt, en met myn stoffelyke
+zelfstandigheden bezwangerd. De ligging deezer bergen, die niet
+meer dan twintig mylen van den Oceaan gelegen zyn, wederspreekt de
+waarneemingen van Dr. BANCROFT, die beweert, dat men dezelve in dit
+Land niet ziet, dan op den afstand van meer dan vyftig mylen van de
+Zee. Des avonds sloegen wy ons neder aan den voet van eenen anderen
+zeer hoogen berg, alwaar wy een kleine beek van goed water en Latanus
+boomen vonden, het geen voor ons twee gewichtige punten uitmaakte. Het
+was in de daad merkwaardig, en zelfs zeer fraay, een soort van stad van
+boomloof te zien, die zig in een uur verhief op een grond, alwaar te
+vooren niets was. Een oogenblik daar na waaren de vuuren aangestoken:
+de een kookte 'er zyn eeten op, de ander droogde 'er zyne kleederen by.
+
+Deezen nacht echter wierd het geheele leger aangetast door een loop,
+veroorzaakt door het water, het welk wy hier dronken. Dit water,
+schoon zeer helder, bevatte zoo veele myn-stoffelyke zelfstandigheden,
+dat het den smaak van Bath- of Spa-water had. Deeze omstandigheid
+alleen is genoeg ter aanwyzing, dat men in deeze bergen metaalen
+vinden zoude, indien de Hollanders de noodige kosten doen wilden, om
+'er in te delven.
+
+Den 5den, vervolgden wy onzen tocht steeds over de bergen, waar van
+zommigen zoo steil waren, dat verscheide Slaven met hunne pakken niet
+kunnende opklauteren, dezelve tegen den grond wierpen en wegliepen,
+niet naar den vyand, maar naar hunne meesters, die hun dit ligtelyk
+vergaven: anderen rolden met pak en zak van boven neder.
+
+Des avonds van dien zelfden dag, vonden wy onze huisvesting gereed,
+en wy besloegen de hutten, die men had laten staan, na BONNY en zyn
+volk op de vlucht gedreven te hebben. In de myne vond ik nog een
+zoort van kaars, die vry aartig gemaakt was van wasch van wilde byën,
+en het gedroogd merg van biezen.
+
+De wooning van BONNY had zeer veel gemak; zy was met paalwerk omringd,
+en bestond uit vier zeer nette vertrekken. De Colonel nam aldaar
+zyn intrek.
+
+Den 6den, scheen al het volk uittermaten vermoeit te zyn. De Colonel
+gelastte dienvolgende een dag halte te houden; alleenlyk zond hy den
+Capitain FREDERIK, wien het Land 't best bekend was, met zes mannen
+af, om de oevers van de Claas-Kreek op te zoeken, zynde een zoort
+van vlietend water, het geen zynen oorsprong neemt op de plaats,
+alwaar wy ons bevonden, en in de Cottica uitloopt. Naauwlyks waren
+zy vertrokken, of de oogen van den Colonel by toeval op my gevallen
+zynde, gelastte hy my om hen alleen te volgen, en hem bericht te komen
+brengen, van het geen ik aan de overzyde van den oever ontdekken
+mogt. Ik haalde weldra de afgezondene manschappen in, en na eenige
+oogenblikken te zyn voortgetrokken, slonden wy tot onder de armen
+toe in 't water. FREDERIK gaf toen bevel om te rug te trekken, maar
+ik verzogt hem, om naar my te wagten; waarna ik, mijne kleederen
+uitgetrokken, en myn sabel tusschen de tanden genomen hebbende, de
+Kreek al zwemmende overstak; aan de overzijde gekomen zynde, ging ik
+daar een wyl langs; niets vindende, kwam ik te rug op dezelfde manier,
+en wy kwamen wederom op de legerplaats.
+
+Op den middag, deed ik bericht aan den Colonel, die my voorkwam
+over deeze hoopelooze daad, welke hy niet verwagt had, verwonderd
+te zyn. En ik was het niet minder, wanneer hy my by de hand vatte,
+en aan zynen kamerdienaar gelastte, om my een fles wyn en een stuk
+ham te brengen. Men zal het misschien naauwlyks kunnen gelooven;
+maar het een was zuur, en het ander bedorven: het geschenk egter van
+gelyken aart, het welk ik hem gegeven had, was gezond en gaaf. Zulk
+eene laagheid veröntwaardigde my dermaten, dat ik boos opstond,
+en hem verliet, hem, zyn knecht, zyn wyn, zyn vleesch, en stinkende
+wormen. Ik stilde mynen honger met een stuk bischuit en drooge visch,
+die ik van een Neger kogt.
+
+Den 7den January, trokken wy weder voort. Den zelfden dag vong ik
+één van die fraaije kapellen, waar van ik, by het verhaal van mynen
+tocht naar de Cottica, gesproken heb. Ik zal tans voortgaan met
+hem te beschryven, schoon ik zyn naam niet weet. Van het eene einde
+zyner vlerken tot aan het andere, was hy by de zeven duimen breed;
+alle waaren zy van eene zoo levendige en schitterende blaauwe kleur,
+dat dezelve gelyk stond met het hemelsblaauw op eenen schoonen dag;
+deeze vlerken pronkten met een rand van eene bruine kleur met witte
+vlakken. Ik kan niet nalaaten hier te herhaalen, dat deeze kapel, op
+het groene loof der boomen huppelende, door zijne schitterende kleur
+en grootte eene treffende uitwerking deed. Zoo ik my niet bedrieg,
+behoort hy tot het zoort der Danaï van LINNAEUS. Ik heb zyn popjen
+niet gezien; maar zyne rups, die van eene geelachtig gryze kleur is,
+is zoo dik als de vinger van een mensch, en meer dan vier duimen
+lang. Het is onbegrypelyk, van hoe veele verschillende zoorten
+van kapellen de bosschen van Guiana overvloeijen. Zommige lieden,
+die 'er een kostwinning van maken, met dezelve te vangen, winnen
+'er veel geld mede. Na ze in kleine papiere doosjes met spelden te
+hebben vast gemaakt, zend men ze naar verscheidene kabinetten van
+Europa. Doctor BANCROFT zegt, dat om ze gaaf te houden, men ze met
+terpentyn moet aanraken; maar het is genoeg, dat men in de doos,
+waar in deeze insecten leggen, een stuk campher vast maakt.
+
+Deezen avond lagen wy op eenen kleinen afstand van de Patamaca-Kreek
+gelegerd. Wy vonden aldaar eene arme Negerin, die bitterlyk schreide,
+en als eene offerhande, aan den voet van eenen boom, waar onder
+het lyk van haaren man begraven was, eenige eetwaaren nederleide,
+en water plengde. Deeze man had in eenen slag tegen de Europeanen
+het leven verloren.
+
+De Capitain FREDERIK en ik, in eene zandwoestyn, in den omtrek der
+legerplaats, wandelende, ontdekten hier de pas gezette voetstappen
+van eene groote tygerin, met haar jong, in welk oogenblik dit dier
+zeer verslindend is. Wy begrepen dus, dat het voorzichtig was te rug
+te keeren. Ik nam de maat van den voet der moeder: dezelve was byna
+zoo groot als een gewoone tinne schotel.
+
+Na een tocht van eenige uuren, kwamen wy des anderen daags morgens
+eindelyk op den post van la Rochelle, aan de Patamaca. Wy waren mager,
+uitgehongerd, zwart geworden, verbrand, ongekleed, de meesten zonder
+schoenen en hoeden, en in een staat, zoo als men nimmer iets dergelyks
+gezien heeft. Ik had zelf niet meer dan de helft van myn lange broek,
+en myn eenigste hembd hing gescheurd aan malkander. Wy vonden op
+deezen post eene kleine bende van elendelingen, gereed om het bosch,
+het welk wy verlieten, in te gaan, en die bestemd waren, om, even
+als wy, alle de elenden, die menschelyke schepfels verduuren kunnen,
+door te staan. Ik heb reeds van verscheidene ziekten gesproken, als
+van verschillende zoorten van rooden uitslag, van, rotkoortsen, van
+galkoortsen, van verharde gezwellen, van rooden loop, waar aan men
+in deeze luchtstreek is bloot gesteld. Ik heb gezegd, hoe zeer men
+aldaar geplaagd word door muggen, pattat en scrapat-luizen, mieren,
+wilde byen, heestergewassen en doornen in de bosschen; hoe zeer men
+aldaar te vreezen had voor de kaymans en de pery in de Rivieren;
+hoedanig het gesuiffel der slangen, het gebrul der tygers was;
+welke zandwoestynen, welke diepe moerassen wy doortrokken; welke
+heete dagen, welke vochtige en koude nachten, welke vreesselyke
+slagregens wy doorstonden; welk slecht en slap voedzel men ons gaf;
+en de lezer staat buiten twyffel verstomd, dat iemand zulke wreede
+beproevingen heeft kunnen, overleven. Hoe lang die lyst ook zy,
+verklaar ik egter, dat ik, uit vreeze van langwylig te worden,
+een gebrek, waar aan ik misschien reeds schuldig ben, veele andere
+onheilen, die ons drukten, heb overgeslagen. Ik zoude nog hebben
+kunnen spreken van een onëindig getal kleine slangen, hagedissen,
+scorpioenen, sprinkhaanen, spinnekoppen, wormen, duizendpooten,
+en zelfs vliegende luizen, waar van de reiziger gevaar loopt om elk
+oogenblik van één gereten of gestoken te worden; maar ik bewaar die
+beschryving tot eene andere gelegenheid.
+
+Men zal zig een denkbeeld kunnen vormen van, den honger, die ons
+by onze komst alhier verslond, wanneer ik verhaald zal hebben, dat
+ik eene Negerin gezien hebbende, die van zekere groove spys haare
+maaltyd hield, haar een halve kroon toewierp, de schotel uit haar hand
+rukte, en het geen 'er op was met meer smaak opslokte, dan ik immer
+de lekkerste spys bereiding genuttigd heb. Ik deed tans den Colonel
+FOURGEOUD opmerken, hoe aangenaam het zyn zoude, wanneer hy zyne overig
+zynde soldaten op groenten, versch ossen- en schapen-vleesch onthaalde,
+zoo wel als dat hy hun van koussen, schoenen en hoeden voorzag; maar
+hy antwoordde my, dat de lekkernyen van Capua het leger van HANNIBAL
+bedorven hadden; hy scheen my toe in het begrip te staan, dat zy,
+die als hoopeloozen vechten, menschen zyn, die 't leven moede zyn.
+
+Den 11den, kwam het krygsvolk aan, het welk de Wana-Kreek een dag voor
+ons verlaten had; en, als naar gewoonte, hadden zy niemand gevangen
+genomen, noch zelfs gezien.
+
+Den 12den, kwam één der muitelingen met zyn wyf, aan den post
+van la Rochelle, en zy gaven zig aan den Bevelhebber vrywillig
+over. Den zelfden dag kreeg ik verlof, om, wanneer ik het verkoos,
+naar Paramaribo te gaan, om my te herstellen. Ik was over dit
+verlof verblyd, en maakte my met eenige andere Officiers gereed om
+te vertrekken. Wy lieten den Colonel agter ons aan het hoofd van
+eene krygsbende, waar van de beste uit den hoop een Pagters kar in
+Engeland ontcierd zoude hebben. Eindelyk kwam het verlangde uur, en
+ik was de vyfde, die in een overdekt vaartuig trad, het welk door zes
+roeiers wierd voortgeroeit, om my naar de hoofdstad der Volkplanting
+te begeven. Ik was steeds welvarende, wel gemoed en vol vreugde.
+
+Ik vond op Devil's Harwar eene kleine bezending van thee, koffy,
+beschuit, boter, suiker, limoenen, rhum, en twintig flessen goeden
+wyn, die myne vrienden van Paramaribo my naar den post van la Rochelle
+toezonden. Ik zond dezelve niet te rug, en in weerwil der onwaardige
+behandelingen van den Colonel, maakte ik 'er hem een geschenk van,
+uitgenomen echter twaalf flessen, die wy, op de gezondheid onzer
+vrouwen of minnaressen, in het vaartuig uitdronken. Ik konde my niet
+wederhouden den Bevelhebber te beklagen, wiens ouderdom (hy was een
+man van by de zestig jaaren,) en werkzaamheid, in allen gevalle zeer
+veel achting verdienden. Schoon hy op deezen, tocht zeer weinige
+muitelingen had gevangen genomen, had hy echter het bosch van de
+Commewyne tot den mond der Wana-Kreek gezuiverd; hy had de vyanden
+uit één gedreven, hunne wooningen vernield, hunne velden verwoest,
+en alle hereeniging van de verschillende partyen der muitelingen belet.
+
+Wy kwamen den 13den des avonds op de Plantagie myn Genoegen, alwaar
+wy de avond maaltyd hielden. Van daar zetteden wy onze reize dag
+en nacht voort, onzen tyd met zingen en lachen doorbrengende,
+tot den 15den op den middag, wanneer wy, onder begunstiging van
+het vallend water, aan het Fort Amsterdam aankwamen. Vervolgens de
+Rivier oversteekende, stapten wy aan land voor het huis van den heer
+DELAMARE, te Paramaribo. Ik bleef in 't eerst aan den oever staan,
+alwaar een groot getal myner vrienden my omärmden, en my met myne te
+rug komst in de stad geluk wenschten.
+
+Myne eerste zorge was, om myne geliefde JOANNA te laten haalen, die,
+toen ze my zag, in traanen weg smolt: dit was zoo wel uit vreugde dat
+ik nog leefde, (men had gezegd, dat ik dood was,) als uit aandoening
+over den deerniswaardigen staat, waar in ik my bevond. Dus eindigde
+myne tweede veldtocht, waar van het verhaal dit Hooftstuk besluiten
+zal.
+
+
+
+TWAALFDE HOOFTSTUK.
+
+Beschryving van Paramaribo, en van het Fort Zelandia.--De Grow-Mouneck,
+of graauwe Munnik.--De West-Indische Abricoos-boom.--Verschillende
+zoorten van Oranje-boomen.--De Colonel FOURGEOUD trekt naar de Rivier
+Maroni.--Een Capitain word gewond, en eenige soldaaten gedood.--Vreemde
+straf-oeffening in de hoofdstad.--Het Fort Sommelsdyk.--De wachtpost
+van de Hoop. Duiven en Tortelduiven.--Groenten en vruchten.--Jacht
+en wildt.--Steenbakkery.--Insecten.
+
+My thans andermaal te Paramaribo bevindende, zal ik, ter dezer
+gelegenheid, de beschryving deezer aangenaame Stad mededeelen. Ik heb
+reeds gezegd, dat zy aan de fraaije Rivier Surinamen, zestien of agtien
+mylen van derzelver mond, gelegen is. Zy is gebouwd op een zoort van
+steenachtigen zandgrond, met de landen rondsomme waterpas liggende,
+en maakt een langwerpig vierkant van anderhalve myl lang, en ten
+hoogsten een halve myl breed. Alle de straaten zyn volmaakt afgemeeten,
+en beplant met oranjeboomen, palmboomen, tamarinde en limoenboomen,
+die in alle Jaargetyden bloeien, en zig onder het gewicht van geheele
+trossen der geurigste en uitgelezendste vruchten krommen. Men heeft
+hier noch gehouwen, noch gebakken steenen voor de straaten noodig;
+de steenachtige zandgrond is voldoende; dezelve is niet minder,
+dan die der fraaiste tuinen in Europa, en men maakt denzelven nog
+aangenaamer, door dien met zeeschelpen te bestrooijen. De huizen,
+die meerendeels twee, en zomtyds vier verdiepingen hebben, zyn,
+eenigen uitgezonderd, van zeer fraay hout gebouwd. De grondvesten
+der gebouwen zyn byna allen van gebakken steen; en kleine gekloofde
+planken bedekken de daken in plaats van pannen. Men ziet zeer zeldzaam
+glaaze raamen in dit Land; het glas verwekt 'er te veel warmte,
+en men gebruikt in plaats van dien, raamen van gaas. Eenige huizen
+hebben windluiken of blinden, die men van zes uuren des morgens tot
+zes uuren des avonds open houdt. Wat schoorsteenen betreft, ik heb
+'er geen enkele in de geheele Volkplanting gezien; men legt geen
+vuur aan, dan in de keuken, die altoos van het woonhuis afgelegen is;
+men legt het daar aan op den grond, en de rook vliegt door een gat,
+in het midden van het dak gemaakt. Deeze houte huizen zyn echter in
+Surinamen zeer duur; het huis, het welk de Gouverneur onlangs had
+laten bouwen, kostte hem meer dan vyftien duizend ponden sterling. In
+de geheele Stad Paramaribo is geen bronwater: elk huis heeft een put,
+in den rotsachtigen grond gegraven, die brak water geeft, alleenlyk
+dienende voor Negers, het vee, enz. Europeaanen hebben regenbakken,
+waar in zy het regenwater tot hun gebruik bewaren: het beste zygt
+door een steen, en valt in groote tonnen, of aarde vaten, door de
+Indianen gemaakt, die dezelve tegen koopwaren verruilen. De inwooners
+van dit Land slapen allen in hangmatten, uitgenomen de Negers, die
+meestal op den grond slapen. De hangmatten van lieden van aanzien,
+zyn van catoene lynwaat, met zeer ryke franjen omzet. De Indianen
+maken die ook, en verkoopen ze zomtyds tot voor dertig guinies. Men
+heeft geene dekens noodig: men behoeft alleenlyk gordynen, om zig
+tegen de muggen te beveiligen. Zommige lieden hebben bedden, met
+gaaze gordynen omringd, welke de lucht vryelyk laaten doorspelen,
+en tegen het kleinste insect veilig stellen. De huizen zyn in 't
+algemeen te Paramaribo luisterryk verciert met schilderyen, glaswerk,
+verguldzels, kristalle kroonen en porceleine potten; de muuren der
+kamers zyn nooit bepleisterd, noch met papieren behangzels overdekt,
+maar overheerlyk beschoten met kostbaar hout.
+
+Men berekent het getal der huizen te Paramaribo op veertien
+honderd. Het voornaamste is het Paleis van den Gouverneur, het welk,
+langs een weg in den tuin, met het Fort Zelandia gemeenschap heeft. Dit
+Paleis, en het huis van den Bevelhebber van het Fort, waaren de eenige
+steene gebouwen in de geheele Volkplanting. Het Stadhuis is een cierlyk
+en nieuw gebouw, met pannen belegt. Aldaar houden de verschillende
+Hoven van Justitie hunne zitting, en daar boven zyn de gevangenissen,
+voor Europeesche misdadigers geschikt, uitgenomen voor krygslieden,
+welken men in het Fort Zelandia gevangen zet. De Protestantsche Kerk,
+alwaar men den dienst in het Hollandsch en Fransch doet, heeft een
+kleine spitse tooren met een uurwerk; de Lutherschen hebben ook
+hunne Kerk; en de Joden bezitten twee Synagogen, eene Portugeesche
+en eene Hoogduitsche. 'Er is in de Stad een groot Hospitaal voor de
+bezetting, en ongelukkig is het nooit ledig. In de Vesting bewaart men
+de oorlogs- en mondbehoeften; de soldaten van 's Compagnies krygsvolk
+zyn aldaar in barakken gehuisvest, en eenige Officiers hebben 'er vry
+goede wooningen. De Stad Paramaribo heeft eene voortreffelyke reede,
+alwaar dikwils, op den afstand van een pistoolschoot van den oever,
+meer dan honderd koopvaardyschepen geankerd liggen. Zelden zyn
+'er minder dan tachtig, geladen met koffy, suiker, cacao, catoen
+en indigo voor Holland; verscheide andere hebben slaven van de kust
+van Africa aangebragt; en zommige eindelyk zyn uit het noorden van
+America, of van de Antillische Eilanden gekomen, om meel, ossen-
+en varkens-vleesch, sterke dranken, gezouten haring en makreel,
+spermaceti-kaarssen, paarden en grof huisraad tegen verschillende
+koopwaaren te verruilen, vooral tegen syroop van suiker (melasse),
+waar van de Americanen rhum maken.
+
+De stad Paramaribo heeft geene vestingwerken; zy paalt ten zuid-oosten
+aan de Rivier Surinamen, die meer dan een myl breed is; ten westen
+aan eene groote zand-woestyn; ten noord-westen aan een ondoordringbaar
+bosch; en het Fort Zelandia verdedigt dezelve ten oosten. Het Fort is
+van de Stad alleenlyk afgescheiden door eene groote vlakte, alwaar het
+krygsvolk de parade doet. Het heeft de gedaante van eene regelmatige
+vyfhoek, en heeft maar ééne poort, die aan den kant van de Stad gelegen
+is: twee van deszelfs bolwerken dekken de Rivier. Het is zeer klein,
+maar sterk tot verdediging, zynde gebouwd van gehouwen of rots-steen,
+en omringd door eene breede gracht, die vol water is, en voor welke
+nog eenige vestingwerken leggen. Ten oosten, en aan de Rivier, is eene
+battery van twintig stukken geschut. Op één der bolwerken is een klok,
+waar op de wachthebbende soldaat met een hamer het uur slaat, het
+welk hem door een zandlooper word aangewezen: op een ander bolwerk,
+steekt men een vlag op, by het naderen van een oorlogschip, of by
+openbaare vreugdebedryven. De muuren zyn zes voeten dik, en hebben
+openingen voor het geschut, maar geene borstweeringen. Ik heb van
+den tyd, dat dit Fort gebouwd is, reeds gesproken.
+
+Paramaribo is eene zeer volkryke stad. Men ziet op byna alle haare
+straaten eene meenigte van Planters, Matroosen, Soldaten, Joden,
+Indianen en Negers. De Rivier is aanhoudend bedekt met kano's en
+vaartuigen, die heen en weder vaaren, even als onze schepen op de
+Theems, en dikwils eene meenigte Musikanten met zig voeren. De schepen
+op de reede, met hunne wimpels verciert, verfraaijen het toneel, het
+welk nog gevoeliger word door de meenigte van jongelingen en jonge
+meisjes, die in het water speelen. De vrolykheid en verscheidenheid van
+deeze voorwerpen weegt eenigermaten tegen de ongemakken der luchtstreek
+op. De kleederen en rytuigen der voornaamste inwoonders zyn waarlyk
+prachtig: de geborduurde zyde stoffen, de Genueesche fluweelen,
+de goude en zilvere boordzels, de diämanten schitteren dagelyks; en
+zelfs de schippers der koopvaardyschepen komen met gespen en knoopen
+van massief goud voor den dag. De tafels zyn niet minder kostbaar;
+men discht op dezelve de duurste en uitgezogtste spyzen op in platte
+schotels, of porceleine vaten, in den eersten smaak, en allerfynst
+gewerkt. Maar niets duidt meer de pracht der Surinaamsche Colonisten
+aan, dan het getal der Slaven, welke men aldaar in dienst houd, en die,
+in zommige huizen, een getal van twintig of dertig bedragen. Zelden
+ontmoet men in deeze Volkplanting blanke dienstboden.
+
+Men vind, te Paramaribo, in overvloed, geslacht vleesch, gevogelte
+van allerlei zoort, wildt en visch. De groenten zyn 'er ook zeer
+overvloedig. Behalven de lekkerste voortbrengzels, die aan deeze
+luchtstreek eigen zyn, voert men aldaar aan het beste, dat Europa,
+Asia, en Africa opleveren. De eetwaaren echter zyn 'er over 't algemeen
+zeer duur, vooral die uit vreemde Landen komen, en door de Joden of
+Schippers verkogt worden. De eersten genieten in deeze Volkplanting
+byzondere voorrechten; de laatsten rigten voor een korten stond
+magazynen op, om 'er de lading hunner schepen in te bergen, terwyl zy
+die wederom met voortbrengzels van het Land beladen. Het tarwe-meel
+word verkocht voor vier stuivers tot een schelling het pond; de boter,
+twee schellingen; het geslacht vleesch, nooit onder een schelling,
+en dikwils anderhalve schelling. Ik heb voor een enkele kalkoen
+anderhalve guinie betaald. De eieren gelden vyf stuivers het stuk;
+de aardäppelen zes stuivers het dozyn; de wyn kost drie schellingen
+de fles; de Jamaicasche rhum een kroon de kruik. De visch en groenten
+zyn goedkoop, en de vruchten byna voor niet. Myn kleine Neger QUACO
+heeft my dikwils veertig oranje-appelen voor zes stuivers t'huis
+gebragt, en een half dozyn pyn-appelen voor denzelfden prys. Wat de
+limoenen en tamarinden betreft, men behoeft slechts de moeite te doen,
+om ze op te raapen. De huuren zyn uittermaten duur. Voor een kleine
+kamer zonder huisraad betaalt men drie of vier guinies in de maand;
+en voor een huis met twee kamers op elke verdieping, honderd guinies
+'s jaars. De schoenen kosten een halve guinie het paar; en een rok
+met zyn toebehooren is my komen te staan op twintig guinies.
+
+De twee zoorten van hout, waar van de huizen getimmert zyn, namelyk
+het wana en couppy hout, verdienen, dat men 'er van spreekt. Het eerste
+is zeer hard, en van een grof erf; het is niet vatbaar voor de minste
+glans, en heeft eene ligt roode kleur, gelykende naar die van nieuw
+brasilie-hout; men bedient 'er zig van voor de deuren en kassen,
+voor schepen en vaartuigen.
+
+Het couppy hout gelykt naar dat van den wilden kastanje-boom; het
+is hard, kwastig en vast. Men maakt 'er planken van, waar mede men,
+in plaats van steene muuren, de huizen bekleed. Dit hout is van een
+bruine kleur: het laat zig zeer goed polysten.
+
+Op dat de lezer zig een juister denkbeeld van deeze Stad vorme, zal
+ik hem verwyzen naar het ontwerp, het welk ik daar van geschetst heb:
+ik zal tans overgaan, om eenige byzonderheden, betrekkelyk tot deszelfs
+inwooners, op te geven.
+
+De Europeanen of blanken, in de geheele Volkplanting, beloopen
+op een getal van vyf duizend, zonder de bezetting daar onder te
+rekenen, en zy houden voornamelyk hun verblyf in de hoofdstad; maar
+de Neger-slaven bedragen ten naasten by een getal, van vyfënzeventig
+duizend. Alle morgen ten agt uuren gaat het krygsvolk naar de wacht
+in de Vesting. De wacht in de Stad word door de burgers of soldaten
+waargenomen, en duurt den geheelen nacht. Twee maalen daags, en ten
+zes uuren lost het bevelvoerend schip deszelfs geschut in de haven. By
+het avond-sein, stryken alle de vlaggen der onderscheidene schepen,
+de klokken luiden, en de trommelslagers en pypers loopen door de
+Stad. Geen slaaf, van welke kunne ook, mag als dan op de straaten,
+of in de haven verschynen, zonder verlof van zynen meester. Die
+deezen regel overtreedt, word in arrest genomen, en buiten twyffel
+des anderen daags morgens gegeesseld. Des avonds ten tien uuren,
+slaan andere tambours den trom op alle de straaten van Paramaribo.
+
+Op dit oogenblik vertoonen zig de vrouwen, vooral die veel van een
+geheim gesprek in het maanlicht houden. Op haare byëenkomsten laaten
+zy zig sorbet en sangary toedienen, zynde een mengzel van water,
+Madera-wyn, Muscaat-wyn en suiker; zy houden aldaar gesprekken, die
+geenzints dubbelzinnig zyn, zoo omtrent haare mans, als omtrent haar
+zelven; dikwils vertoonen zy aldaar haare jonge slavinnen, welke
+zy aan de manspersoonen voor een zekeren prys ter week aanbieden:
+en zoo haare omgang al een weinig ingetogener is, zy zyn ten minsten
+wydlustig in het roemen van de geenen, die in haare gezelschappen
+tegenwoordig zyn, en wier voorkomen of persoon haare aandacht verdient.
+
+Elk Land heeft zyne gewoonten, en in allen kan men uitzonderingen
+maken; want ik heb vrouwen in Surinamen gekend, wier kiesche en
+beschaafde opvoeding de beminnelykste gezelschappen van Europa
+veraangenaamd zouden hebben. De inwoonders van Paramaribo, behalven
+de vermaken van de tafel, het dansen, het uit ryden gaan, en de
+speel-partyen, hebben een klein toneel, waar op zy, tot vermaak van
+hun en hunne vrienden, blyspelen vertoonen. Indien zy keurig op hunne
+kleederen zyn, zy zyn het niet minder op de netheid hunner huizen. Hun
+linnen is allerfynst; zy laaten het wasschen met Castiliaansche
+zeep, en deszelfs witheid is by niets, dan by de sneeuw der bergen,
+te vergelyken. De vloer der vertrekken, waar in gezelschappen by
+één komen, word altoos met zuure oranje-appelen, in tweën gesneden,
+schoon gemaakt, het geen een aangenaame geur verschaft: de Negerinnen
+houden in elke hand een halve appel, en zingen, wanneer zy dit
+werk doen. Dusdanig is de hoofdstad, dusdanig zyn de inwooners der
+Surinaamsche Volkplanting, en hun caracter is gelyk aan dat van alle
+de Hollanders in de West-Indische bezittingen. Maar laaten wy tot
+myn verhaal te rug keeren.
+
+De gewoonte, die ik had om bloots-voets te gaan, belette my eenigen
+tyd, om schoenen en koussen te kunnen verdragen. Wanneer ik nieuwe
+wilde aantrekken, zwollen myne voeten zoodanig op, dat ik by mynen
+vriend KENNEDY ten eeten zynde, genoodzaakt was myne schoenen uit
+te trekken, en hy had de goedheid om my in zyne koets naar huis
+te laten brengen. Zoo dra ik myne schoenen konde blyven aanhouden,
+ging ik een bezoek geven aan den Colonel WESTERLOO, aan boord van een
+West-Indisch Compagnie's Schip, het welk naar Holland onder zeil ging,
+Deeze Officier, die my te Devil's Harwar, op het oogenblik, dat ik
+aldaar in zulk een deerniswaardigen staat was, was opgevolgd, bevond
+zig tans van het gebruik van alle zyne ledematen beroofd. In zulk eenen
+beklaaglyken toestand, hoopte hy slechts op de vaderlandsche lucht,
+om zyne gezondheid te herstellen. Verscheide Officiers zagen zig, op
+dit zelfde oogenblik, genoodzaakt hunne goederen te verkoopen om te
+leven, vermits zy van den Colonel geene betaaling konden erlangen. Ik
+leed door dit onheil minder dan anderen; myne talryke vrienden lieten
+my aan niets gebrek lyden.
+
+Den 28sten January, des morgens aan den oever wandelende, zag ik
+aldaar een visch uit het water ophalen, die van wegen zyn goed
+vleesch en grootte (hy woog by de twee honderd ponden) verdient
+gemeld te worden. Men noemt hem grow-mouneck, of de graauwe Monnik;
+men zegt dat hy tot het geslacht der kabeljauwen behoort, waar mede
+hy, zoo in gedaante als kleur, veel overeenkoomt, zynde zyn rug van
+een zeer donker bruine olyf kleur, en den buik wit. Men sneed hem
+dadelyk in groote stukken; ik kocht 'er verscheiden van, en zond
+dezelve aan myne vrienden. Van smaak scheen hy my zelfs den tarbot
+te overtreffen. Zomtyds vind men hem in de Rivieren; maar gemeenlyk
+leeft hy in 't zee-water. In dit Land zyn geene visschers, dan de
+Negers. Hunne meesters laaten hun dit ambagt leeren, en vorderen daar
+voor eene zekere somme ter week. Indien zy yverig zyn, verzamelen zy
+spoedig geld voor eigen rekening; en zommigen zelfs worden ryk. Maar
+indien zy integendeel agteloos zyn, en hunne verbintenissen niet
+volbrengen, kunnen zy wel staat maken van strengelyk gestraft te
+worden.
+
+Dezelfde gewoonte heeft plaats ten aanzien van verscheide andere
+kostwinningen; en met onvermoeide vlyt en zuinigheid kunnen
+de Negers dan gelukkig leven. Overeenkomstig dit gebruik heb ik
+slaven, in Surinamen gekend, die andere slaven voor eigen rekening
+kogten. Verscheiden koopen hunne vryheid van hunne meesters; zommigen
+verkiezen liever hun geld te bewaaren, wanneer die meesters billyke
+menschen zyn, vermits zoo lang zy slaven blyven, zy van belastingen
+zyn vry gesteld, waar aan de vrygemaakte slaven onderworpen zyn. Ik
+heb een Neger gekend, zynde een smit, en genaamd JOSEPH, wien men,
+in aanmerking van zyne lange en getrouwe diensten, de vryheid had
+aangeboden, maar die dezelve zeer stellig weigerde, en liever verkoos
+slaaf by een goed meester te blyven. Deeze man bezat verscheiden
+slaven in eigendom; hy bewoonde een gemakkelyk en wel gemeubileerd
+huis, en zelfs bezat hy eenige stukken zilverwerk. Wanneer zyn meester
+en meesteresse hem kwamen zien, liet hy hun kostelyken wyn en sorbet
+toedienen. Men moet echter toestemmen, dat zulk een voorbeeld zeldzaam
+is: want zoo al eenige slaven te Paramaribo wel behandeld worden,
+het grootste getal is elendig: maar de ergste van allen zyn, die
+onder de beveelen staan van vrouwen, meer nayverig om rykdommen ten
+toon te spreiden, dan om menschlievenheid te doen blyken.
+
+Het meest geachte zoort der slaven is dat der Cabougles, of
+Quarteronnés. Hunne verwandschap met de Europeanen is 'er de oorzaak
+van. Men weet, dat zy van een blanken en eene mulatte vrouw geboren
+worden: derzelver getal is in deeze Volkplanting zeer aanmerkelyk. Men
+plaatst de jongens van deeze kleur doorgaans by ebbenhoutwerkers,
+zilversmits, of handelaars in kostbaarheden, wier handwerk zy
+leeren. De meisjes zyn kameniers. Men leert haar naaijen, breijen
+en borduuren, het geen zy in de volkomenheid doen. Zy zyn over
+'t algemeen zeer schoon, en scheppen groot vermaak in zig op eene
+cierlyke en nette wyze te kleeden. De meeste, van eene hooge, rechte
+en wel gemaakte gestalte zynde, zyn zwieriger dan de mulatte meisjes,
+en gaan nooit met het bovenlyf naakt, gelyk de laatst-gemelde. Haare
+kleeding bestaat doorgaans in een klein overtrek van satyn, verciert
+met een belegzel van gebloemd gaas. Zy dragen een korte borstrok
+van Indisch catoen of zyde, van vooren geregen, welke boven het
+overtrek een hembd van zeer fyn mousseline doet te voorschyn komen:
+schoenen en koussen dragen de slaven in dit Land nooit. Het hoofd van
+deeze meisjes is met fraay zwart hair verciert, het welk natuurlyke
+en korte krullen heeft. Wanneer zy uitgaan, dragen zy een hoed van
+zwart of wit vilt, met een knoop en gouden lis daar aan. Om den hals,
+aan de armen en enklauwen dragen zy halsbanden, kettingen, armringen,
+goude penningen, en vercierselen van verschillende koraalen. Alle
+deeze lievelingen leven met Europeanen, het geen voor de Creoolsche
+vrouwen een groot hartzeer is. Indien men echter wist, dat eene
+Europeaansche vrouw met een slaaf iets uitstaande had, zoude zy by
+de blanken in verachting zyn, en de minnaar zoude zonder genade ter
+dood verwezen worden.--Dusdanig zyn, in Hollandsen Guiana, de wreede
+wetten der mannen tegen de schoone kunne.
+
+Maar laaten wy van onderwerp veranderen.--De dwinglandye van onzen
+Bevelhebber, den Colonel FOURGEOUD, vermeerderde van dag tot dag. De
+Lieutenant Graaf van RANDWYK, die ziek was, en zig gereed maakte,
+om met den Colonel WESTERLOO te scheep naar Holland te vertrekken,
+ontfing bevel, om in de Volkplanting van Surinamen te verblyven,
+alleenlyk vermits hy gezegd had niet wel behandeld te zyn geworden. Om
+van des Colonel's rechtvaardigheid een denkbeeld te geven, zal ik
+eenvoudig opmerken, dat de Officiers moesten leven van eene gelyke
+portie gezouten vleesch, als de soldaaten kregen; alleenlyk geduurende
+het verblyf van eenige weeken te Paramaribo, wierd deeze levens-regel
+niet gevolgd. Deeze schikking kostte my dertig ponden sterling; maar ik
+heb reeds gezegd, dat de Colonel ons onze betaaling onthield; waarom
+zou hy ons ook ons eeten niet onthouden hebben? Dit zyn beuzelingen,
+waar over een soldaat zig niet ontrusten moet.
+
+Den eersten February egter wierd ons bericht, dat wy geene kosten
+zouden behoeven te maken, zoo wy ons, met het geen men ons gaf, wilden
+te vreden houden; en dat, zoo wy daar over niet voldaan waren, men ons
+tien ponden sterling s'jaars voor de kosten van ons gezouten ossen-
+en varkens-vleesch in rekening zoude brengen.
+
+Den 2den, vernam ik, dat de Lieutenant Colonel BECKER schielyk
+gestorven was. Zyne compagnie kwam my, van wegen den rang, dien ik
+bekleedde, toe; het zoude een zoort van vergelding geweest zyn voor
+zoo veele moeiten en afmattingen. Om echter een evenwicht tegen dit
+voordeel te maken, deed eene getrouwde vrouw, wier man my de grootste
+vriendschap betoonde, toen een aanbod, het welk de eerbaarheid my
+verbood aan te nemen. Zy hield aan, en ik bleef haare gunsten en
+geschenken weigeren; maar wel dra ondervond ik de gevolgen van den haat
+en wraakzucht van eene vrouw. Haar man wierd eensklaps myn doodelykste
+vyand. Verzekerd van myne onschuld, en grootsch, dat ik geene misdaad
+begaan had, waar op verscheide anderen roem gedragen zouden hebben,
+verdroeg ik dit ongeluk met geduld. Kort daar na egter, toen de man
+zag, dat hy misleid was, schonk hy my zyne vriendschap weder, en
+wy waren betere vrienden dan ooit. Ik breng dit geval alleenlyk by,
+om te doen zien, welke over 't algemeen de zeden in dit Land zyn.
+
+Den 6den, bragt een arme trommelslager van het krygsvolk der Societeit
+my een geschenk van orange-appelen, en West-Indische Abricoosen, om dat
+ik hem, zoo hy zeide, in Holland tegen myn knecht, die zig veroorloofd
+had hem te slaan, de hand had boven 't hoofd gehouden. Deeze daad van
+erkentelykheid deed my meer genoegen, dan de verkoeling van mynen
+vriend my moeite gedaan had. De West-Indische Abricoos is groot,
+en naar myn smaak de uitgelezenste van alle vruchten, welke men in
+deeze Volkplanting, en misschien in de weereld vindt. Van binnen is
+dezelve geel, en de pit is omwonden in een zoort van huid, even als
+de kastanje. Het vleesch van deeze vrucht is zoo voedzaam en gezond,
+dat men het zomtyds het merg der Planten noemt; en men eet het dikwils
+met peper en zout. Ik kan dezelve niet anders vergelyken dan by een
+persik; zy smelt ook als zoodanig in den mond; zy is minder zoet,
+maar onvergelykelyk lekkerder. De boom, waar aan deeze vrucht groeit,
+is meer dan veertig voeten hoog, en gelykt veel naar den nooteboom.
+
+In Surinamen zyn drieërleije zoorten van oranje-boomen; met zuure,
+met bittere en met zoete vruchten: de jonge boomen zyn uit Spanjen
+of Portugal aangebragt. De zuure oranje-appelen zyn een uitstekend
+hulpmiddel tegen de zweeren, die in dit Land zoo gemeen zyn; maar
+het is zeer pynlyk; men gebruikt het daarom niet, dan voor de Negers,
+welken men meent dat alles verdragen moeten. De bittere oranje-appelen
+worden alleenlyk gebruikt, om met suiker in te maken. De smaak van de
+zoete is uitgelezen, en men kan er zonder schroom van eeten; dit kan
+men niet zeggen van de China's-appelen, welken ik hier na beschryven
+zal. Alle deeze verschillende oranje-boomen zyn zeer fraay, en brengen,
+in alle jaar-getyden, bloemen en vruchten voort.
+
+Den 16den, vernamen wy, dat de Colonel FOURGEOUD, met het overschot
+van zyne manschappen, den post van la Rochelle verlaten had, en door
+de muitelingen aangetast was geworden. Hy had verscheiden gekwetsten,
+en in 't byzonder den Capitain FREDERIK, die voor uit trok, en aan
+beide de dyen gewond wierd. Deeze dappere Officier, uit vreeze dat zyn
+volk den moed verliezen mogt, hield de beide handen op zyne wonden,
+en zat tot de borst toe in het water, op dat men het loopen van zyn
+bloed niet bemerken zoude. Hy bleef in die gesteldheid tot op het
+oogenblik, dat de Heelmeester hem verbonden had; en toen droegen hem
+twee Negers in zyne hangmat.
+
+Het is onmogelyk meerder yver te betoonen, dan gemelde Capitain
+FREDERIK, en de Capitain VAN GUERIKE, adjudant van den Colonel,
+geduurende deezen geheelen tocht betoonden. Zy waren altyd op de been,
+of hunne gezondheid het toeliet, of niet. De eer was byna de eenige
+vrucht, die zy van eenen buitengewoonen en aanhoudenden dienst van
+vyf jaaren, trokken; de Colonel FOURGEOUD, naar myn inzien, beloonde
+hen nimmer naar verdiensten; en hy behandelde de hoogere zoo wel als
+de laage Officieren, zoo als ik myne Corporaals niet zoude willen
+behandeld hebben.
+
+Ik deed hem op dit oogenblik het aanbod, om my by hem in de bosschen
+te vervoegen; maar in plaats van myn verzoek toe te staan, zond hy
+my bevel, om my naar de Plantagie, de Hoop genaamd, en gelegen aan
+de Commewyne, te begeven, om aldaar, geduurende zyne afwezigheid,
+over al het krygsvolk, het welk by deeze Rivier gelegerd lag, het
+bevel te voeren. Zulk een last was nieuw voor my, en ik maakte my
+gereed om denzelven met blydschap te volvoeren.
+
+Na mondbehoeften gekocht, en my van eene volkomene uitrusting tot
+een veldtocht voorzien te hebben, maakte ik aanstalte, om my naar
+de plaats myner bestemming te begeven. Maar alvoorens Paramaribo
+te verlaten, moet ik opmerken, dat men, geduurende myn verblyf in
+deeze Stad, aan een getal van negen Negers elk een been afzette,
+om dat zy van de Plantagie hunner meesters waaren weggeloopen. Het
+Hof van Justitie in Surinamen gelastte, op verzoek van den eigenaar,
+deeze strafoeffening, en de Heelmeester van het Hospitaal, GREUBER,
+voerde het vonnis uit. Geduurende deeze onmenschelyke daad, rookten
+de lyders gerust hun pyp tabak. De Heelmeester ontfing zes ponden
+sterling voor het afzetten van elk been: maar niettegenstaande zyne
+groote bekwaamheid, stierven vier van deeze ellendigen oogenblikkelyk
+daar na. Een vyfde hielp zig zelven van kant, door zyn verband af te
+rukken, en des nachts zyn bloed te laten uitloopen. Zulke verminkte
+Negers zyn in deeze Volkplanting gemeen, en hunne meesters gebruiken
+hen tot het roeijen van hunne schuiten en vaartuigen. Men ziet 'er
+ook, die eenen arm missen: dit is de straf, als men een Europeaan
+heeft durven slaan.
+
+Den 17den February, scheepte ik in naar de Plantagie de Hoop, in een
+open en zeer net vaartuig, door zes Negers voortgeroeit wordende. Des
+avonds kwam ik voorby de Plantagie Sporksgift aan de Matapaca
+Kreek. Des anderen daags kwam ik aan de Plantagie Arentrust, aan de
+Commewyne, na de Orelana-Kreek te zyn voorby gevaaren, als mede het
+Fort Sommelsdyk, gelegen zestien mylen boven het Fort Amsterdam, ter
+plaatse, alwaar de Cottica zig met de eerstgemelde Rivier vereenigt,
+en van waar de batteryen den oever der beide Rivieren bestryken. Dit
+Fort wierd, in het jaar 1684, door den Gouverneur SOMMELSDYK gebouwd,
+wiens naam het ook draagt: het heeft de gedaante van een vyfhoek,
+en deszelfs vyf bolwerken zyn van geschut voorzien; het word door een
+gracht omringd, en bevat krygs-magazynen: schoon het van geene groote
+uitgestrektheid is, is het niettemin van goede verdediging, voornamelyk
+uit hoofde van deszelfs laage en moerassige ligging. Op eenigen
+afstand van dit Fort is eene fraaije Kreek, genaamd Comite-Wana.
+
+Den 19den, op den middag, kwam ik op de Plantagie de Hoop: ik vond de
+oevers van de Commewyne veel aangenamer, dan die van de Cottica; zy
+zyn bedekt met fraaije Suiker- en Koffy-Plantagiën, maar vooral met de
+eerste, in 't byzonder aan den mond van deeze Rivier. Een halve myl van
+die Rivier en van de Cottica, is eene Protestantsche Kerk, alwaar de
+Colonisten den dienst gaan hooren: dezelve onderhouden den Predikant.
+
+De Plantagie de Hoop, alwaar ik tans het bevel over het krygsvolk op
+my nam, is eene uitmuntende Suiker-Plantagie, gelegen aan den linker
+oever van de Commewyne, aan den mond van eene kleine beek, genaamd
+Bottle-Kreek, en byna tegen over eene andere, Cassivinica genaamd. De
+Bottle-Kreek heeft gemeenschap met de Commewyne en de Peréca, zoo
+als de Wana-Kreek heeft met de Cormoetibo-Kreek en de Rivier Maroni.
+
+Het krygsvolk was alhier gehuisvest in barakken, van Latanus-boomen
+hout gemaakt; maar men had dezelve op eenen zoo moerassigen en laagen
+grond geplaatst, dat zy by den vloed geheel onder water stonden. De
+Officiers waren allen in een gebouw van denzelfden aart opgesloten;
+en ondertusschen wierd het fraaije huis van den Planter, het welk
+voor hun zeer gemakkelyk en gezond geweest zoude zyn, door niemand
+dan door den Opzigter der Plantagie bewoond.
+
+Een kanon-schoot verder, als men de Rivier opvaart, ligt de Plantagie
+Klarenbeek alwaar ik, den 22sten, naar toe ging, om den staat van
+het Hospitaal te onderzoeken. Het volk had het op deezen post veel
+aangenamer, dan op de Hoop, uit hoofde van eene onbegrypelyke meenigte
+rotten, waar door dezelve geplaagd wierd: zy doorknaagden de kleederen
+der soldaaten, en hunne levensmiddelen, en des nachts liepen zy met
+dozynen over het aangezicht. Het eenig middel om dit verschrikkelyk
+ongemak te keer te gaan, bestond in het booren van gaaten in den
+bodem van flessen, en de koorden der hangmatten, zoo aan de voeten
+als aan het hoofd-einde, daar door te steken. Wanneer dit werk wel
+verrigt wierd, belette de gladheid van de fles deeze dieren, om by
+het doek te komen.
+
+De meenigte van zieken, die in het Hospitaal van Klarenbeek op één
+gestapeld waren, maakte eene elendige vertooning. De menschelykheid
+word op het gezicht van zulke treurtoneelen dermaten getroffen, dat
+ik my zeer gelukkig rekende, toen ik op de Plantagie de Hoop was te
+rug gekeerd. Myn last was hier dezelfde, als aan de Cottica, namelyk,
+dat ik de Plantagiën tegen den aanval des vyands moest beschermen;
+en het order-woord wierd my regelmatig door den Colonel FOURGEOUD
+toegezonden. Een der Neger-Capitains uit de Volkplanting de Berbices,
+genaamd ACKERAW, ontdekte op deeze Plantagie eenen ouden afgeleefden
+slaaf, dien hy voor zynen vader herkende; hy omhelsde hem met de
+levendigste teederheid, en dit toneel van dankbaare erkentenis was
+één der belangrykste. In myne wandelingen rondom deezen post, had
+ik gelegenheid, om verscheiden merkwaardige vogelen te ontdekken,
+welken ik tans beschryven zal.
+
+De quise-quidi, dus genoemd, uit hoofde van zynen zang, heeft ten
+naasten by de grootte van een leeuwrik. Zyne pluimaadje is bruin,
+uitgenomen aan de borst en den buik, alwaar hy eene fraaije geele kleur
+heeft. Deeze vogel doet veel schade aan de Plantagiën. De wilde duiven
+zyn hier zeer gemeen; ik doodde eene zeer groote, veel gelykende naar
+die, welke men de Jamaicasche duif met een gekrulde staart noemt. De
+rug en de zyden waaren aschkleurig, de staart loodkleurig, de buik
+wit, en het voorste van den hals van een purper-kleur met een groene
+weerschyn, de oogbal en de pooten rood. Ik zag op deeze plaats ook
+andere duiven van een klein zoort, die by paaren loopen. Zy hebben ten
+naasten by de grootte van een Engelsche musch, en een helderder kleur;
+ik nam ze voor de Picui-nima van Markgraaf; zy hebben schitterende
+oogen, met een geele oogbol, en over 't geheel zyn deeze diertjes
+zeer aartig. De Hollanders noemen dezelve Steenduifje, om dat men ze
+dikwils op rotzige en zandige plaatsen vindt. Men ziet ook tortelduiven
+in Guiana, maar zeldzaam by Plantagiën. Zy leven met vermaak in het
+binnenste der somberste bosschen; zy maken hunne nesten op de boomen,
+in het midden van het dikste lommer; ik heb 'er met de hand aangevat,
+zonder dat zy pogingen deeden om weg te vliegen; in kleur verschillen
+zy weinig van de Europeesche; maar hunne grootte is minder, en hunne
+vlerken hebben eene grootere uitgebreidheid, dan die van alle andere
+tortelduiven of duiven.
+
+Ik was over mynen staat steeds zeer te vreden. Ik koude vryelyk adem
+haalen, en had het vooruitzigt, om myne geledene vermoeienissen en
+hartzeeren vergoed te zien. Men eerbiedigde my, als den Oppervorst
+der Rivier: de nabuurige Planters beweezen my alle vriendelykheid,
+zonden my wildt, visch, groenten en vruchten ten geschenke; ik kende
+my naauwlyks voor het zelfde mensch, en byna alle myne wenschen
+waren voldaan.
+
+Op zekeren dag, den 5den Maart, geduurende myn verblyf alhier, wierd
+ik verrast, door op een schuit, die de Rivier opvoer, met een witte
+neusdoek te zien waaijen; het was myne geliefde JOANNA, door haare
+moeije vergezeld, die deeze beweging maakte. In plaats van in de Stad
+te blyven, verkoos zy tans liever naar Fauconberg te gaan, slechts
+vier mylen van de Plantagie de Hoop af liggende: ik vergezelde haar
+dadelyk tot aan deeze Plantagie.
+
+Ik vond aldaar een ouden slaaf, dien JOANNA my zeide haar grootvader
+te zyn, en die my zes stuks gevogelte ten geschenke gaf. Deeze oude
+man had gryze hairen, en konde niet meer zien; maar zyne talryke
+afkomelingen onderhielden hem ordentelyk: hy verhaalde my, dat hy
+in Africa geboren was, alwaar hy in meerder aanzien was geweest,
+dan zyne meesters immer in Suriname waren.
+
+Misschien zal de lezer het vreemd vinden, dat ik zoo dikwils spreeke
+van eene Slavin, en dat ik voor haar zoo veel achting betoone;
+maar ik kan met geene onverschilligheid spreken van eene vrouw,
+die de teedere liefde van elk gevoelig mensch waardig is, en wier
+genegenheid my tot een tegenwicht in alle myne onheilen verstrekte:
+haare deugd, haare jonkheid, haare schoonheid deeden haar meer en
+meer myne achting winnen: het ongeluk van haare geboorte en staat,
+wel verre van myne genegenheid te verminderen, dienden, integendeel,
+om dezelve te doen aanwassen.
+
+Den 6den Maart, kwam ik op de Hoop te rug, beladen met geschenken van
+gevogelte, aubergines, koolspruiten, agoma, en eenige Surinaamsche
+kerssen. De aubergine is een soort van vrucht, hebbende de gedaante
+van een komkommer, eene purper-kleur van buiten, en wit van binnen;
+men snydt dezelve in schyven, en eet ze als salade; zomtyds laat
+men ze koken; zy is zeer goed en zeer gezond. De bladen van den
+boom, die deeze vrucht voortbrengt, zyn breed, groen, en met een
+purperverwig dons bedekt. De agoma is een kruid, dat eenigzints bitter
+is. De koolspruiten zyn dezelfde als in Europa, maar vry zeldzaam. De
+kerssen zyn zeer zuur; ten minsten, indien ze niet volkomen ryp zyn,
+deugen ze niet, dan om in suiker in te leggen.
+
+Den 8sten, den geboorte-dag van den Prins van Oranje, noodigde ik
+verscheiden lieden, om dien dag met my te vieren. De Colonel FOURGEOUD
+hield zig al dien tyd bezig met de bosschen te doorkruissen: maar zyne
+krygsverrigtingen hadden geen ander gevolg, dan den dood van eenigen
+zyner soldaten, die door de Negers vermoord wierden; het verlies
+van eenige anderen, die in de bosschen verdwaalden; en de vlucht
+van CUPIDO, die in weerwil van alle zyne ketenen ontsnapte. Van twee
+mannen, welken de Colonel my in 't Hospitaal te Klarenbeek zond, was
+de één door de muitelingen op eene afgryzelyke wyze verminkt geworden.
+
+Den 17den, ontfing ik van zekeren heer ONIS een reebok ten geschenke;
+en denzelfden dag bragt één der slaven my een hagedis, genaamd
+Sapagala, zynde van een minder groot zoort, en minder aangenaam van
+smaak, dan de Iguan, welken de Indianen den naam van waya-maca geven:
+ik at 'er niet van, en gaf dit dier aan den Opzichter der Plantagie. Op
+'t wildt onthaalde ik myne Officiers.
+
+'Er zyn in Surinamen twee zoorten van harten. Het hart, dat men aldaar
+bajew noemt, heeft ten naasten by de gedaante van een Engelschen
+reebok. Hy heeft de hoornen niet zeer lang en gebogen, de oogen
+levendig en vol vuur, en een korte staart; zyn hair is van een
+bruinachtig roode kleur, uitgenomen onder den buik, die wit is. Dit
+dier, wanneer men het vervolgt, loopt met een verwonderlyke kragt en
+vaardigheid: men vindt hem dikwils in de nabyheid der Plantagiën,
+alwaar hy aan het suiker-riet groote schade toebrengt; de Planters
+hebben zelfs Neger-Jagers of Indianen, om hem te vervolgen en te
+dooden. De jacht kan in dit Land, uit hoofde van de dikte der bosschen,
+voor een Europeaan geen vermaak opleveren. Zomtyds vangt men het
+hart levend, wanneer hy een Rivier overzwemt; het geen hy dikwils
+doet, het zy om zynen dorst te lesschen, het zy om zynen vyand te
+ontvluchten. Zyn vleesch is noch sappig, noch vet, noch malsch, en
+is van weinig waarde, in vergelyking van het vleesch der Europeesche
+harten, hoe zeer het by de inwooners van Surinamen in groote achting
+is. Het ander zoort van harten word bouzi-cabritta door de Negers,
+en wirre-bocerra door de Indianen genoemd. Hy is kleinder en ligter in
+'t loopen dan die van het eerste zoort; zyne huid heeft een geel-achtig
+bruine kleur, en kleine witte vlakken; zyne oogen zyn levendig, en zyn
+gezicht doordringend; hy heeft naauwe en korte ooren; hy heeft geene
+takken aan de hoornen; zyne ledematen zyn klein, maar sterk gespierd;
+zyn vleesch is lekkerder dan van eenig ander wildt, het welk ik in
+dit Land geproefd heb.
+
+Den 21sten, aan den heer en mevrouw LOLKENS, op Fauconberg, een bezoek
+hebbende gaan geven, gingen wy in de nabuurschap eene steenbakkery
+zien, genaamd Appe-cappe, en aan den Gouverneur NEPVEU toebehoorende:
+men werkte aldaar zoo schielyk en zoo wel als in Europa. Zulk een
+trafiek brengt groote voordeelen op, want van dit zoort zyn ze in
+deeze Volkplanting zeldzaam. Ik spreek hier van egter alleenlyk,
+om in 't algemeen de groote voordeelen van dit Land te bewyzen,
+alwaar men het hout voor niet heeft: 'er is in dit geval niets dan
+vlyt noodig. De Plantagie Fauconberg was zoo besmet met insecten, die
+men monpeiras noemt, dat ik zeer te vreden was met afscheid van myne
+vrienden te nemen, en naar de Hoop te rug te keeren. De monpeiras zyn
+muggen van het kleinste zoort, maar in het steken zoo kwaadaartig,
+als de grootste muggen. Zy vliegen in zulk een groot aantal, en in
+zulke dikke zwermen, dat wanneer ze in diervoegen by elkander zyn,
+men dezelve voor een wolk van zwarten rook zoude aanzien. Zy zyn zoo
+klein, dat ze verscheiden te gelyk in de oogen vliegen, van waar men
+ze niet zonder pyn en gevaar kan doen verhuizen.
+
+Ik leide alle myne bezoeken te water af; want ik had een fraay
+vaartuig tot myne beschikking, met zes Negers tot roeiers, die ook
+voor my jaagden en vischten: om kort te gaan, ik was zoo gelukkig en
+zoo wel gezien op deezen post, dat ik my byna verbonden zoude hebben,
+om van staat niet te veranderen.
+
+
+
+DERTIENDE HOOFTSTUK.
+
+Beschryving van eene Suiker-Plantagie.--Huisselyk geluk in
+zekere hut.--Krygs-verrigtingen van den Generaal FOURGEOUD.--De
+Duncane, Igname en Soubacou.--Wreedheden van zommige Opzigters der
+Plantagiën.--Onderscheidene zoorten van visschen.--Misnoegen van
+eenen Capitain der muitelingen.
+
+Ik heb gezegd, dat ik op de Hoop het gelukkigst leven leidde. Myn
+geluk duurde nog, toen de heer en mevrouw LOLKENS, my een bezoek
+hebbende komen geven, my in de gelegenheid stelden, om my te kunnen
+vervoegen aan de heeren PASSELAIGE, vader en zoon, te Amsterdam, die
+de nieuwe eigenaars van myne JOANNA waaren. Zy noodigden my bovendien,
+om haar op de Hoop te laten komen, alwaar het verblyf haar aangenaamer
+zoude zyn, dan op Fauconberg, of te Paramaribo: men kan denken, of ik
+ook gaarne daar in toestemde; en aanstonds gaf ik aan de slaven last,
+om eene wooning van Latanusboomen-hout te maken, ten einde haar daar
+in te ontfangen.
+
+Te gelyker tyd schreef ik den volgenden brief aan de heeren PASSELAIGE,
+vader en zoon:
+
+"MYNE HEEREN!
+
+Ik heb van den heer LOLKENS, Bestuurder der Plantagie Fauconberg,
+vernomen, dat gylieden daar van tans eigenaars zyt. Groote
+verpligtingen hebbende aan eene uwer Mulatte Slavinnen, de dogter van
+wylen den heer KRUYTHOFF, genaamd JOANNA, die my in myne ziekte heeft
+opgepast, wilde ik haar myne dankbaarheid betuigen, door van ulieden,
+myne Heeren! haare vryheid onverwyld te koopen. Verwaardig u my den
+prys op te geven; dezelve zal u op het oogenblik betaald worden;
+en gy zult verpligten,
+
+MYNE HEEREN!
+
+UEd. onderdanigsten en gehoorzaamsten Dienaar,
+
+JOHN GABRIËL STEDMAN,
+
+Capitain in de Zee-krygsbende van den Colonel FOURGEOUD."
+
+
+Deeze brief ging vergezeld van eene andere van den heer LOLKENS;
+en deeze waarde vriend vleide my met den goeden uitslag.
+
+Deeze beide brieven naar Holland hebbende afgezonden, had ik tyd en
+gelegenheid, om eene Suiker-Plantagie in alle derzelver byzonderheden
+te onderzoeken; ik zal trachten daar van eene naauwkeurige beschryving
+te geven.
+
+De gebouwen bestaan doorgaans in een fraay huis voor den eigenaar,
+in twee andere voor den opzigter en boekhouder, in eene wooning voor
+den timmerman, in keukens, in bergplaatsen, en in stallingen, indien
+de Suikermolen door paarden of muilëzels gedraait word, want op de
+Plantagie de Hoop bedient men 'er zig niet van; het water brengt
+aldaar de raden in beweging; de vloed stort het water in de huizen,
+door middel van sluizen, welke men by laag water open zet; en dit
+water, als eene beek nederstortende, brengt het geheele werktuig in
+beweging. Het bouwen van een Suikermolen kost gewoonlyk vier duizend,
+en dikwils zeven of agt duizend ponden sterling.
+
+Het zoude misschien verveelend zyn, zulk een werktuig stuk voor stuk
+te beschryven; ik zal alleen opmerken, dat het groote rad zig lynrecht
+beweegt, en met een ander mede zeer breed rad, het welk horizontaal
+geplaatst is, gemeenschap heeft; het laatstgemelde slaat op drie yzere
+stampers, die van onderen door een zwaren balk ondersteund worden, en
+zoo zeer op elkander sluiten, dat zy alles, wat 'er tusschen beiden
+koomt, zoo dun maken, als een blad papier. Op die wyze word het
+suikerriet gebroken, om het sap of vocht van den bast af te scheiden,
+
+De andere molens zyn volgens de zelfde grondbeginzels gebouwd; en
+om het horizontaal rad in werking te brengen, doet men een grooten
+hefboom door paarden of muilezels draaijen. Zoo al de watermolen
+sterker werkt, en minder kostbaar is, moet men ook den vloed afwagten,
+en hy kan niet meer dan een gedeelte van den dag gaan. De molen,
+die door paarden bewogen word, kan integendeel ten allen tyde maalen,
+naar het goedvinden van den eigenaar.--By den molen is een werkplaats,
+van steen gebouwd, alwaar groote kopere ketels zyn, waar in men de
+natte suiker laat koken; gewoonlyk zyn 'er vyf. Daar tegen over zyn
+koelbakken: deeze zyn groote vierkante houte kuipen met een platten
+bodem, waar in men de suiker giet, wanneer ze uit de ketel koomt, om
+daar in te koelen, eer men ze in de vaten stort: deeze vaten staan,
+by de koelbakken, op zwaare uitgeholde balken, die de syroop, wanneer
+ze van de suiker afloopt, opvangen, en door buizen in een vierkante
+van onderen gegraven bak brengen. De werkplaats tot de overhaaling
+{destillatie) is 'er dicht by; men trekt aldaar van de schuim van het
+vocht een zoort van rhum, waar van ik hierboven onder den naam van
+kill-devil gesproken heb. Elke Planter, in Surinamen, heeft altyd ter
+zyner beschikking een open vaartuig, en verscheide andere schuiten,
+om zyne waaren daar mede te vervoeren: hy heeft ook een bergplaats,
+om dezelve te laren droogen.
+
+De uitgestrektheid der Suiker-Plantagiën, in deeze Volkplanting, is
+gewoonlyk van vyf of zes honderd akkers. De gedeelten, tot bebouwing
+geschikt, zyn in vierkante vakken verdeeld, alwaar men de stekken of
+uitspruitzels van het riet, aan welke men omtrent een voet lengte laat,
+in rechte en gelyke reijen, schuins in den grond steekt: men plant
+dezelve gewoonlyk in het regensaisoen, wanneer de grond vochtig en
+week is. Het duurt omtrent twaalf of zestien maanden, eer de spruiten,
+die uit de stekken uitbotten, tot haare volkomene rypheid geraken;
+wanneer zy daar toe gekomen zyn, worden ze geel, en haare grootte is
+ten naasten by die van een Duitsche fluit. Het Suikerriet groeit zes
+of tien voeten hoog: uit deszelfs afzetzels spruiten bladeren van een
+ligt groene kleur, hebbende de gedaante van die van een pry, maar veel
+langer en getand, en vallende op den grond af, wanneer de plant goed
+is om gesneden te worden. De voornaame zorg der slaven, geduurende
+dat het riet groeit, bestaat in het uitwieden van het onkruid, het
+welk anderzints de plant van haare kragt berooven zoude. Men telt op
+zommige Suiker-Plantagiën meer dan vier honderd slaven. De geldsommen,
+die 'er noodig zyn om dezelve te koopen, en de gebouwen te stichten,
+beloopen twintig à vier-en-twintig duizend ponden sterling, zonder
+de waarde van den grond 'er eens by te rekenen.
+
+Laaten wy tans zien, wat 'er van het riet geduurende de werking van
+den molen word: het word aldaar tusschen de drie stampers, door welke
+het twee malen doorgaat, gebroken. Vervolgens loopt het vocht door
+eene groeve, die in een balk gemaakt is, tot in de werkplaats, alwaar
+men het zelve laat koken, en in een zoort van houten bak ontfangt.
+
+De arbeid der Negers, die aan de stampers werken, is zoo gevaarlyk,
+dat wanneer één van hunne vingers tusschen twee rollen geraakt,
+het geen meenigwerf en door onöplettenheid gebeurdt, de geheele arm
+oogenblikkelyk word weg getrokken en aan stukken geslagen, zoo al
+zelfs niet een gedeelte van het lichaam. Doorgaans houdt men een
+byl gereed, om het lid af te houwen, want de man zou gevaar loopen
+van om te komen, eer het werktuig konde worden stil gehouden. Een
+ander gevaar, waar aan deeze ongelukkige slaven zyn bloot gesteld,
+bestaat in het proeven alleenlyk van het vocht, het welk zy in het
+zweet van hun aangezicht 'er uit halen; zoo men dit bemerkt, worden
+zy veroordeeld, om eenige honderde geesselslagen te ontfangen, of
+zelfs de tong te worden uitgerukt, op last van den Opzichter.
+
+Wanneer het vocht uit den gemelden houten bak koomt, word het in de
+eerste kopere ketel gestort, alwaar het door een zeef gekleinst word,
+om al het stroo, het welk 'er by het stampen mogt zyn in gebleven,
+weg te nemen. Dit vocht, na eenigen tyd gekookt te hebben, en
+afgeschuimd te zyn, word andermaal overgegoten in de tweede ketel,
+en zoo vervolgens tot in de vyfde en laatste, alwaar het eindelyk den
+bekwaamen graad van dikte of vastheid verkrygt, om in de koelbakken
+overgestort te worden: men werpt in de ketels eenige ponden aarde
+en aluin, onder elkander gemengd, om het vocht te doen korrelen: op
+die wyze dan laat men het al langs hoe meer koken, tot in de vyfde
+ketel. Wanneer men de suiker in de koelbakken overgiet, draagt men
+zorg, om ze wel te roeren en gelykelyk uit te spreiden: wanneer ze
+koud is, heeft ze het voorkomen van bevrozen te zyn; ze is vast, als
+kandy, bruin en doorschynend; men zoude byna zeggen, dat het stukken
+noteboomen hout waaren, die zeer glad gepolyst zyn. Als de suiker
+uit de koelbakken koomt, stort men ze in vaten, die een gewicht van
+duizend ponden suiker bevatten, in welker bodem openingen of kleine
+gaten zyn, dienende om het vocht, het welk nog mogt zyn overgebleven,
+en melasse genoemd word, te doen uitloopen, en word het zelve, zoo als
+ik reeds gezegd heb, in een van onderen gegraven bak gevangen. Na deeze
+laatste bewerking, is de suiker geschikt om naar Europa overgevoerd,
+aldaar geraffineerd en tot brooden gemaakt te worden. Ik moet opmerken,
+dat hoe grooter de korrels zyn, hoe beter de suiker is, en dat geen
+Land tot derzelver voortplanting meer geschikt kan zyn, dan Guiana. De
+rykdom van eenen onuitputtelyken grond brengt te weeg, dat 'er drie
+of vier vaten suiker van een akker komen. In 't jaar 1771, voerde
+men niet minder dan vier-en-twintig duizend vaten uit naar Rotterdam
+en Amsterdam alleen, het welk tegen zes ponden sterling het vat, (en
+zomtyds maakt men 'er het dubbeld van,) eene somme van by de honderd
+vyftig duizend ponden sterling uitmaakt, zonder van eene groote
+meenigte kill-devil en suiker-syroop te spreken. De laatstgemelde,
+die men op zeven duizend vaten voor dit zelfde jaar kan rekenen,
+wierd voor vyf-en-twintig duizend ponden sterling aan de Engelschen
+in America verkogt. De kill-devil word in Surinamen; ten gebruike der
+Negers gestookt; men kan haar bedragen op dezelfde somme rekenen:
+het geen, alle drie by elkander gerekend, omtrent tweemaal honderd
+duizend ponden sterling 's jaars uitmaakt.
+
+De kill-devil is ook een drank, welke zommige Planters gebruiken;
+maar zy is vooral voor soldaten en matroozen. Wanneer ze nieuw is,
+is zy een langzaam vergift voor elken Europeaan. De Negers hebben
+'er nooit hinder van; integendeel, ze is hun zeer noodzakelyk en zeer
+goed, vooral in het regen-saisoen. Geen gedeelte van het suikerriet
+is nutteloos. Het gemalen riet en de bladeren dienen tot mest, om
+het land vet te maken.
+
+Alle de Plantagiën worden door bosschen omringd. Eene meenigte wilde
+beesten rechten aldaar groote verwoestingen aan: men laat door honden
+jacht op hen maken, en de Negers dooden ze dikwils. Na het geen ik
+omtrent dit stuk alleen gezegd heb, kan men zig van den natuurlyken
+rykdom van dit Land een denkbeeld vormen, maar ik twyffel echter
+of de Volkplanting van Surinamen, zoo zy immer in andere handen,
+dan die der Hollanders, overging, van zulk een aanzienlyk gewicht
+blyven zoude. 'Er zyn 'er geenen, die geduld, vlyt, en onvermoeidheid
+in zulk een hoogen trap bezitten.
+
+Ik keer tans tot myn verhaal te rug. Ik heb gezegd, dat de slaven,
+die ter myner beschikking stonden, bezig waaren met eene wooning
+te maaken, om JOANNA daar in te ontfangen: zy voltooiden het in
+vyf of zes dagen. Het bestond uit een kamer tot gezelschappen,
+ook tot een eetkamer dienende; een slaapkamer, waar in ik alle
+myne goederen bergde; en een zoort van gang, om buitenwaards lucht
+te scheppen. Eene kleine keuken, en een groot hoenderhok waaren
+'er van afgescheiden. Rondom stonden heiningen, en de ligging was
+verrukkelyk. De tafels, de stoelen, en de banken, die myn huisraad
+uitmaakten, waaren ook van Latanus-boomen hout. De deuren en vensters
+waaren gesloten, door middel van konstig gemaakte houte sloten
+en sleutels, welke een Neger my gegeven had, en door hem gewerkt
+waaren. Alles in dier voegen gereed zynde, was myne eerste zorg, om in
+deeze wooning den voorraad te doen plaatsen, dien ik van Paramaribo
+had medegebragt. Dezelve bestond in een vaatje meel; een ander met
+ingezouten makreel, die in dit Land lekker is, en welke men aldaar uit
+Noord-America aanbrengt; in hammen; ingelegd vleesch, en Bostonsche
+bifchuit. Ik had ook wyn, Jamaicasche rhum, thee, suiker, en een kistje
+met spermacetie-kaarssen. De heer KENNEDY had my van zyne Plantagie
+Vriedyk twee fraaije vreemde schapen en een varken gezonden. De moeije
+van JOANNA gaf my twee douzyn verschillende zoorten van gevogelte; de
+groenten en vruchten, het wildt en de visch ontfing ik van alle kanten.
+
+Den eersten April, voer JOANNA de Rivier af, en kwam op de Hoop met
+het vaartuig van Fauconberg, door agt Negers geroeid wordende. Ik
+gaf haar dadelyk bericht van den inhoud van den brief, dien ik naar
+Holland had geschreven. Zy bedankte my met veel zedigheid, maar haare
+oogwenken waaren levendiger, dan haare gesprekken. Ik bragt haar in
+haare nieuwe wooning, alwaar de Slaven der Plantagie, ten teeken van
+achting, haar dadelyk geschenken deeden van cassaves, ignames, bananes,
+en plantains. Nimmer waren twee gelieven gelukkiger. Zoo vry zynde,
+als de heesters van het woud, ademden wy de zuiverste lucht in. Het
+vergenoegen en de gezondheid waren myn deel; en myne gezellinne, van
+jeugd en schoonheid schitterende, verwekte de afgunst en verwondering
+der geheele Volkplanting.
+
+De Colonel FOURGEOUD, toen besloten hebbende de bosschen te verlaten,
+en te Maagdenberg, een post aan den mond van de Commewyne gelegen,
+zyn leger neer te slaan, zond ik hem een groote schuit, geladen met
+mondbehoeften, en met twintig soldaten onder bevel van een Officier
+bemand. Ik deed vervolgens de monstering myner zee-soldaaten;
+ik had 'er niet meer dan twintig overig, zonder echter een klein
+detachement, het welk te Calis, aan den mond der Cassivinica-Kreek,
+geplaatst was, daar onder te rekenen: iets hooger aan dezelve kreek,
+en op eene Plantagie, Coupy genaamd, waren ook een Officier en eenige
+soldaten geplaatst.
+
+Den 4den, des morgens, was ik getuige van een zonderling gevecht
+tusschen twee slangen, de eene van omtrent drie voeten lang, de
+andere alleenlyk van veertien duimen. Het duurde byna anderhalf uur,
+geduurende welken tyd de draaien en kronkelingen deezer dieren zeer
+merkwaardig waren; en het eindigde met den nederlaag van de kleinste,
+welken de grootste by den kop nam, en geheel en al levendig inslokte.
+
+Myn Neger, den zelfden dag, eenige kleine gloeijende kolen hebbende
+weggeworpen, zag ik met zeer veel verwondering een kikvorsch dezelve
+gretig inslokken, zonder dat zy 'er eenig kwaad van scheen te gevoelen;
+ongetwyffeld zag zy die voor vuur-muggen aan. Ik zag ook, in een
+suiker-molen, een kikvorsch, die zig op mieren vergastte, welker
+getal ter deezer plaatse zeer groot was. Zy lekte dezelve met haare
+tong op, naar maate zy voor haar henen liepen. Een andere kikvorsch
+sliep dagelyks op één der balken van myne wooning, en verliet dezelve
+doorgaans des nachts. De Negers noemden haar yombo-yombo, uit hoofde
+van de kracht, waar mede zy sprong. De kikvorsch van dit zoort is
+zeer klein; een weinig plat; derzelver huid heeft eene fraaije geele
+kleur, met zwarte en scharlaken vlakken. Men vindt ze dikwils in
+de bovenkamers der huizen. Het evengemelde beestjen ons zeer fraay
+voorgekomen zynde, verboden wy het zelve aan te raken.
+
+Den 8sten tusschen zes en zeven uuren des morgens, terwyl wy één van
+onze Sergeanten begroeven, hoorden wy verscheiden schoten met klein
+geschut, naar den kant van de Peréca, en ik zond dadelyk een Officier
+en twaalf soldaten af, om van dien kant te hulp te komen. Zy kwamen des
+anderen daags te rug, en zeiden my, dat de muitelingen de Plantagie
+Kortenduur hadden aangevallen, alwaar zy met plonderen bezig waaren;
+maar dat de bewooner alle zyne Slaven gewapend hebbende, deezen de
+eerstgemelden hadden genoodzaakt de vlucht te neemen, zonder dat men
+eenige andere hulp noodig gehad hadde.
+
+De Colonel FOURGEOUD zond my van de Wana-Kreek, eene kleine
+bezending van krygsvolk, die den 11den op de Hoop aankwam, met den
+Neger SEPTEMBER, die steeds gevangen bleef. De soldaten verhaalden,
+dat de muitelingen, met den Bevelhebber gesproken hadden, en hem
+in 't aangezicht hadden uitgelachen, toen zy hem een bevel hoorden
+uitbrengen, om geen vuur op hen te geven, maar hen levendig gevangen
+te nemen. Ik vernam ook, dat onder de geenen, die in de bosschen
+verdoold geraakt waren, zig ook bevond de ongelukkige SCHMIDT, die
+onlangs zoo zwaar gekwetst was geworden, dat hy zig naderhand niet
+volkomen had kunnen herstellen.
+
+Den 15den, de sluisen door het hooge water overgeloopen zynde, geraakte
+onze geheele post onder water, uitgenomen het vak, waar op ik myne
+hut geplaatst had, het welk droog bleef. Door dit toeval, waren de
+Officiers en soldaten tot de kniën toe in 't water. Den zelfden dag,
+kwam myn waarde vriend HENEMAN, die als vrywilliger diende, uit het
+leger van den Colonel FOURGEOUD, aan de Wana-Kreek, in een vaartuig vol
+krygsbehoeften en soldaaten. Hij was tot Lieutenant in myne Compagnie
+benoemd. Ik vernam van hem, dat de overige krygsbende Maagdenberg
+verliet, om zig naar het bovenste gedeelte van de Commewyne te begeven,
+en zig aldaar neder te slaan. Deeze arme jongeling was door elende
+en vermoeienissen uitgeput; ik beval hem aan de zorge van JOANNA,
+die hem als een broeder behandelde.
+
+Den 14den, den Colonel FOURGEOUD met zyn krygsvolk te Maagdenberg
+aangekomen zynde, kwamen de Officiers en soldaten der Compagnie, en
+de Jagers, ten getale van by de twee honderd mannen, in vaartuigen de
+Rivier afzakken, om in verschillende posten aan de Peréca verdeeld
+te worden. Zommigen van hun kwamen op de Hoop aan land, om zig te
+ververschen, en gedroegen zig zoo slecht, dat myne Officiers en ik
+genoodzaakt waaren, een half dozyn 'er van te straffen; zy vertrokken
+den zelfden dag. Ik zond vervolgens een open vaartuig van agt riemen
+af, om den Opper Bevelhebber, met eenigen van zyne Officiers, naar
+Paramaribo te brengen, van waar hy eindelyk aan den Graaf van RANDWYK
+toestond, om naar Holland scheep te gaan.
+
+Den 16den, wierd het grootste gedeelte der schapen, tot deeze Plantagie
+behoorende, ongelukkiglyk vergeven, door van eene plant te eeten, welke
+de Negers duncane noemen; maar de myne ontsnapten dit ongeluk. Het
+spyt my zeer, dat ik deeze plant niet met meerder aandacht onderzogt
+heb. Zie hier alles wat ik 'er van weet. Het is een struik met breede
+groene bladen, byna van de grootte van het Engelsch klissekruid. Het
+groeit van zelf op laage en moerassige plaatsen, en veröorzaakt aan
+elk dier, het welk 'er van eet, oogenblikkelyk den dood. De slaven
+zyn dienvolgende verpligt in de Savane en velden, alwaar men beesten
+weidt, dit onkruid uit te trekken; want men beweert, dat de ossen
+en schapen 'er heet op zyn, hoe schadelyk het ook voor hun is, en
+schoon anders de ingeschapen neiging der dieren hen, zoo men zegt,
+de nuttige van de schadelyke planten doet onderscheiden. Een Neger had
+door onöplettenheid deeze plant in zyn tuin laten groeien, alwaar de
+ongelukkige schapen, na het om ver werpen der heiningen, binnen kwamen.
+
+Er waaren ook, in deezen zelfden tuin, verscheide andere wortels
+en planten, die der aandacht waardig zyn. Ik vond aldaar de igname,
+een wortel, in de West-Indiën zeer bekend, en die in een vetten grond
+welig groeit. Die van Surinamen weegt zomtyds drie of vier ponden, en
+één akker kan wel tien of twintig duizend ponden opbrengen: dezelve is
+zeer aangenaam van smaak, het zy gekookt, het zy gebraden, en bovendien
+zeer gezond, en gemakkelyk te verteeren. Van binnen is zy wit, en van
+buiten heeft ze eene hooge purper kleur, naar het zwart hellende. Haare
+gedaante is zeer onregelmatig. De ignames komen voort van spruiten,
+welke men op eenen korten afstand van elkander plant; en na verloop
+van zes maanden geraken zy tot haare volkomene rypheid. De bladen
+beginnen dan bleek te worden. Tot dien tyd toe hebben zy eene zeer
+donkere groene kleur. Deeze wortels kruipen langs den grond, even
+als het eiloof. Zy maaken het voornaamste voedzel der slaven in de
+West-Indiën uit, en dienen hun zelfs tot brood. Men kan ze geduurende
+een jaar, of daaromtrent bewaaren; zy zyn dienstig op lange reizen,
+en men voert ze dikwils naar Engeland over. Ik zag ook nog eene andere
+zeer kleine wortel, waar aan men in Surinamen den naam van naapjes
+geeft. Men eet ze op dezelfde wyze, als de igname, maar zy is veel
+beter. Beiden vervullen hier de plaats van aardäppelen, wortelen en
+raapen, die ons in Engeland van zulk eene groote nuttigheid zyn.
+
+Dezelve tuin bevatte ook Turksch graan, of maïs, gelykende naar
+dat van Europa. Men teelt dit zeer veel in Surinamen: men geeft het
+niet alleen aan het gevogelte, en allerleije zoort van vee te eeten;
+maar men maakt 'er ook meel van, en de Creölen bakken 'er ook lekkere
+koeken van, die daarënboven zeer voedzaam zyn. Men eet ze zomtyds met
+wortels van althea. Deeze is een zeer kleine stronk, met langwerpige
+bladeren; dezelve wortels, wel gekookt, geeven een zeer goede saus,
+wanneer men ze met peper van Caijenne aanzet; maar derzelver slymige
+aart maakt ze niet zeer smakelyk.
+
+Den avond van den dag, die voor de schapen zoo doodelyk was, met myn
+snaphaan op den schouder wandelende, schoot ik een vogel, alhier
+Soubacou genaamd. Het was een zoort van grauwe ryger. Zyn bek en
+pooten waaren zeer lang, en van een zeer donker groene kleur. De
+laatstgemelde scheenen met breede schubben bedekt te zyn, van eene
+harde en hoornachtige zelfstandigheid; en de nagels van elken klaauw in
+het midden der poot waaren getand. Deeze vogel, schoon van de grootte
+van een gewoon hoen, was zoo ligt als een duif. Toen hy gereed gemaakt
+was, vonden wy in hem een visch-smaak.
+
+Ik heb zedert eenigen tyd geen trek van wreedheid aangehaald, en
+ik heb my deswegens zeer gelukkig geacht. Het is derhalven niet
+dan met weerzin, dat ik my gedwongen zie 'er eenige te verhaalen,
+welke ik zeker ben, dat de verontwaardiging en het mededogen van
+den lezer verwekken zullen. De eerste daad van onmenschelykheid,
+die myn mededogen gaande maakte, was eene strafoeffening, welke ik
+op eene nabuurige Plantagie aanschouwde. Een fraay Samboes meisje,
+omtrent agtien jaaren oud, en geheel en al naakt, was met de armen
+aan een boom vast gemaakt. In deezen staat wierd zy door zweepslagen,
+die twee Negers haar toebragten, zoo verschrikkelyk van één gereeten,
+dat het bloed uit haar lichaam van het hoofd tot de voeten gonsde. Dit
+ongelukkig schepzel had reeds twee honderd slagen ontfangen, toen
+ik haar vernam, hebbende het hoofd op haaren boezem hangende, en
+het akeligst schouwspel opleverende. Ik liep naar den Opzichter,
+en bad hem, dat hy haar oogenblikkelyk zoude doen losmaken,
+vermits zy haare straf geheel had ondergaan. Maar hy antwoordde
+my zeer eenvoudig, dat hy, om de vreemdelingen te beletten van zig
+met zyn bestuur te bemoeijen, zig tot eenen onveranderlyken regel
+had voorgeschreven, om de straf te verdubbelen, ingevalle iemand
+hunner voor den schuldigen spreeken wilde; en de wreedäart liet de
+straföeffening oogenblikkelyk op nieuw beginnen. Ik wilde hem, maar
+vrugteloos, tegen houden; hy verklaarde my, dat het minste uitstel,
+wel verre om hem van besluit te doen veranderen, zyne wraak slechts
+onverzoenbaarer en verschrikkelyker maakte. My stond niets anders
+te doen, dan dit afschuwelyk wangedrocht te ontwyken, en zig, even
+als een wild beest, met bloed te laten verzadigen. Van dien dag af,
+besloot ik alle gemeenschap met de Opzichters af te breken, en ik
+konde my niet wederhouden, om hen allen te vervloeken. Naar de reden
+van deeze onmenschelyke daad onderzoek gedaan hebbende, vernam ik met
+zekerheid, dat de eenige misdaad van dit ongelukkig meisjen daar in
+bestond, dat zy de omhelzingen van haaren vervloekten beul standvastig
+geweigerd had. De schelm, door jaloersheid en wraakzucht aangedreven,
+deed, onder voorwendzel van ongehoorzaamheid, haar zoo levendig van
+één ryten. Ik heb dit arm meisjen in den staat, waar in ik haar vond,
+afgeteekend, en ik ben overtuigd, dat dit gezicht het medelyden van
+elk gevoelig mensch verwekken zal.
+
+Tot hier toe geene gelegenheid gehad hebbende, om van de Samboes te
+spreken, zal ik tans zeggen, dat het een zoort is tusschen mulatten
+en negers in. Zy zyn van eene donkere koper-kleur; zy hebben zwarte
+en ligt gekrulde hairen. Deeze slaven, zoo mans als vrouwen, zyn over
+'t algemeen zeer fraay, en de Planters gebruiken ze voornamelyk tot
+den dienst binnen hunne huizen.
+
+By myne te rug komst op de Hoop, sprak de Opzigter der Plantagie,
+EBBER, my aan, en zeide my met traanen in de oogen, dat hy veroordeeld
+was in eene boete van twaalf honderd guldens, ter zaake dat hy dezelfde
+straf aan een mans slaaf had doen uitvoeren, maar met dit onderscheid,
+dat het ongelukkig slachtöffer staande de straföeffening stierf. Wel
+verre van hem te troosten, antwoordde ik hem, dat zyn hartzeer my
+een onuitspreekelyk genoegen deed.
+
+Zie hier de byzonderheden van deezen moord. Terwyl de Capitain TULLING
+op de Hoop het bevel voerde, en kort voor myne aankomst op deeze
+Plantagie, was een Neger op eene nabuurige Plantagie overgeloopen,
+van waar men hem te rug bragt, door twee gewapende slaven geleid
+wordende. De Neger, terwyl de Opzichter den brief van zynen medebroeder
+van de nabuurige Plantagie, hem over deeze zaak geschreven, las,
+vond middel om te ontsnappen, en verschool zig in het bosch. EBBER,
+woedend zynde, wreekte zig op de twee slaven, die den gevangen hadden
+laten ontkomen, en deed hen op de werkplaats van den timmerman vast
+binden. Op zyn bevel geesselde men hen zoo onbarmhartig, dat de
+Capitain TULLING geraden vond genade voor hun te verzoeken; maar hy
+ondervond het zelfde lot als ik, zyne tusschenkomst bragt eene geheel
+tegenstrydige uitwerking voort naar 't geen hy verwagtte. Het geruisch
+der slagen, en het grievend geschreeuw deezer ongelukkigen, lieten
+zig meer dan anderhalf uur hooren, en deeze wreede strafoeffening
+eindigde niet, dan met den dood van één van beiden. Men dagvaardde
+EBBER dadelyk wegens begaane moord. Hy wierd overtuigt, en alleenlyk in
+de zoo even gemelde boete verwezen. De bloedprys word altoos tusschen
+den Fiscaal en den eigenaar van den vermoorden slaaf verdeeld. 'Er is
+een wet in Surinamen, dat elke Planter, mits eene somme van vyfhonderd
+guldens betaalende, één van zyne Negers mag ter dood brengen; zoo
+hy 'er een van iemand zyner gebuuren doodt, moet hy hem schadeloos
+stellen, na van de misdaad overtuigd te zyn, een zaak, die in dit
+Land zeer moeielyk is, alwaar men geen getuigenis van een slaaf
+toelaat. Dusdanig is de wetgeving in Hollandsch Guiana, met opzigt
+tot de Negers. Gemelde EBBER was een verschrikkelyke wreedaart: een
+geheel jaar lang folterde hy een jongman van veertien jaaren, genaamd
+CADETTI; men geesselde hem alle dagen, geduurende de eerste maand; men
+liet hem op den grond en op den rug met yzers aan de voeten slapen,
+geduurende de geheele tweede maand; men deed hem een driehoek [4]
+om den hals, geduurende de derde maand, om hem te beletten van in de
+bosschen te loopen; geduurende de vierde maand ketende men hem nacht
+en dag in een honden-hok, aan den waterkant, met last om te roepen,
+zoo dikwils 'er een vaartuig of kano voor by voer; de Opzichter
+veranderde eindelyk de straf van maand tot maand, en altyd op eene
+nieuwe manier; het gevolg daar van was, dat deeze jongeling geheel krom
+wierd; hy scheen geheel van gevoel beroofd te zyn, en had geen ander
+voorkomen, dan van een beest. De schelm van een Opzigter was echter
+grootsch op de schoonheid der slaven, en zomtyds zelfs, uit vreeze
+van hunne huid te bederven, strafte hy verscheiden van hun, die door
+hunne rooveryen en misdaden de galeijen verdiend hadden, alleenlyk
+met een twintig-tal geesselslagen. Zie daar, welke de openbaare en
+huisselyke rechtsöeffening in de Volkplanting van Surinamen is. Deeze
+EBBER geraakte echter om deeze reden van de Plantagie de Hoop af, en
+zyn opvolger, (ten blyke dat hy meer menschelykheid bezat!) begon zyn
+bestuur, met alle de Negers der Plantagie, mans en vrouwen, te laten
+geesselen, om dat ze des morgens een quartier te lang geslapen hadden.
+
+De lezer verbeeld zig ongetwyffeld, dat dit de wreedheid in den
+hoogsten top is! hy bedriegt zig. Het geval, dat ik nog zal bybrengen,
+is in dit opzigt veel sterker, dan allen, die ik verhaald heb; en
+het was een vrouw, die 'er zig aan schuldig maakte.
+
+Mevrouw S.... in een open vaartuig, naar haare Plantagie gaande,
+wierd vergezeld van eene Negerin, die haar kind zoog. Deeze vrouw
+zat voor aan in het vaartuig, het kind schreeuwde, en zy kon het
+niet tot bedaaren krygen. Mevrouw S...., wien het geschrei van dit
+onnoozel wicht verveelde, gelastte aan haare slavin, om het by haar
+te brengen. Zy nam het kind toen by een arm, hield het onder water,
+tot dat het verdronken was, en vervolgens wierp zy het in den stroom
+weg. De moeder sprong uit wanhoop oogenblikkelyk in de Rivier, in het
+vast besluit, om aldaar haar leven te eindigen; maar dit lukte haar
+niet: een gedeelte der roeijers zwommen haar na, en bragten haar weder
+aan boord. Haare meesteresse deed, by haare komst op de Plantagie, haar
+drie of vier roede-slagen geven, om haar te straffen wegens de schade,
+welke zy, door zig van kant te helpen, aan haar had willen toebrengen.
+
+Den 20sten, verliet de Colonel FOURGEOUD met zyn krygsvolk, het
+welk in den deerniswaardigsten staat was, Maagdenberg; dienvolgende
+sloeg hy zyn leger neder op eene Plantagie, genaamd Nieuw Rozenback,
+gelegen tusschen mynen post van de Hoop en het Hospitaal. Ik ging
+dadelyk myne opwagting by mynen Colonel maken, en vernam aldaar den
+volgenden uitslag zyner krygsverrigtingen. Ik heb reeds gezegd, dat
+de Capitain FREDERIK was gewond geworden; een soldaat was verdwaald
+geraakt: een ander was door de muitelingen gehouwen; de gevangenen
+hadden met hunne ketenen de vlucht genomen; en de vyand spotte met
+deezen krygstocht.--Men had een zee-soldaat, die ziek was, aan zyn
+lot overgelaten; één der Slaven had den arm gebroken, ten gevolge
+van mishandelingen. Dusdanig waren de byzonderheden van deezen
+veldtocht. Ik moet egter niet vergeeten de edelmoedigheid van eenen
+armen Neger, die wegliep, om den elendigen soldaat te hulp te komen,
+en die, na hem den laatsten plicht bewezen te hebben, te rug kwam,
+om zyne straf te ontfangen; maar, tot zyne groote verwondering,
+genade kreeg.
+
+Ik moet den Colonel FOURGEOUD het recht doen wedervaaren, dat
+verscheiden deezer toevallen het onvermydelyk gevolg waren van
+zoortgelyke tochten in zulk eene luchtstreek. Zoo hy al, door een
+allerslegtsten levensregel, zyn krygsvolk deed omkomen, zonder
+muitelingen gevangen te nemen, deed hy ten minsten een gewichtigen
+dienst aan de Volkplanting, door den vyand te ontrusten, af te matten,
+en te vervolgen, derzelver legerplaatsen te verwoesten, en hunne
+schuilplaatsen te vernielen. De Colonel FOURGEOUD deelde in alle deeze
+vermoeienissen en gevaaren, en dat op zyne jaaren, het geen tegen
+de gebreken van zyn caracter in aanmerking moet genomen worden, en
+dienen kan, om hem den naam van geduldig en moedig toe te kennen. Ik
+zoude veel meer genoegen hebben, met tot zynen lof te schryven;
+maar de waarheid, en het algemeen voordeel, het welk het menschdom
+daar uit trekken moet, vorderen, dat ik, de goede hoedanigheden van
+den Colonel schetsende, ook opgeeve welke zyne gebreken waren, op
+dat anderen zig door zyn voorbeeld kunnen verbeteren. Was het niet
+belachelyk, om te Paramaribo, alwaar het papier volkomen goed was,
+zyn krygsvolk in geld te betaalen, en hun op de tochten niets anders
+te geven, dan die ingebeelde munt, waar mede het onmogelyk was eene
+enkele igname, of de minste vrucht van een plantain-boom te betaalen,
+Intusschen had hy geld tot zyne beschikking; maar hy wilde tien ten
+honderd winnen met de soldy van het geheele Regiment, en dit gedrag
+bragt hem by al het volk in eene algemeene verachting.
+
+Den 21sten kwamen verscheiden Officiers my verzoeken, om op de Hoop
+het middagmaal te houden, en ik deed hun veelerhande visch opdisschen,
+waar onder waren de Kawiry, de Lamper, en de Makrely-fisy. De Kawiry
+is een kleine visch zonder schubben, met een breede kop, en twee
+lange baarden, die uit het bovenste gedeelte van den bek uitsteeken:
+men vindt hem in alle deeze Rivieren in overvloed. De Lamper is een
+zoort van lamprey, zoo als men die in de Theems vangt: de Surinaamsche
+is van eene ronde gedaante, en niet zeer dik, maar slymig en zeer vet;
+hy heeft een zee-groene kleur, met geele vlakken, uitgenomen onder den
+buik, die wit is. Deeze visch word, even als de zalm, en in de zee en
+in de rivieren gevonden. De Makrely-fisy gelykt naar de makreel, die
+aan dezelve den naam geeft; de kleur is echter minder blaauwachtig,
+en minder schitterend.
+
+Deeze maaltyd deedt groot genoegen aan myne gasten, en wy waren zeer
+vrolyk; maar, des morgens van den 22sten, wierd myne arme JOANNA,
+die onze keukemeid geweest was, door eene geweldige koorts aangetast:
+zy betuigde my haar verlangen, om naar Fauconberg te rug te keeren,
+alwaar zy door eene van haare nabestaanden konde worden opgepast, en ik
+stemde daar in toe. Den 25sten, was zy zoo ziek, dat ik besloot haar
+zoo, veel mogelyk in stilte te gaan zien; want de Colonel moest des
+anderen daags op de Hoop komen, en ik had geen lust om zyn kortswyl
+af te wagten. Ik wist, dat de loffelykste beweegreden niemand voor
+beschimping veilig stelde.
+
+Het was in deeze onderneming moeielyk voor by den post van den
+Colonel te komen, zonder gezien te worden. Aan mynen vriend HENEMAN
+myn ontwerp hebbende mede gedeeld, stapte ik des avonds ten elf
+uuren in myn vaartuig; maar toen ik tegen over Nieuw-Rozenback was,
+hoorde ik zeer onderscheidentlyk de stem van den Bevelhebber, die
+met eenige Officieren door het zand wandelde; en oogenblikkelyk riep
+een schildwacht, om met het vaartuig aan wal te komen. Ik dacht,
+dat alles zoude zyn ontdekt geworden: egter dagt ik best, aan de
+Negers te zeggen, dat zy zouden antwoorden: Killestein Nova, het welk
+de naam was van eene naby gelegene Plantagie, en men liet ons voor
+by vaaren. Kort daar na, kwam ik gezond en behouden te Fauconberg,
+alwaar ik JOANNA veel beter vond.
+
+Maar, des morgens van den 26sten, nam ik den opkomenden dageraad
+voor het maanlicht, en versliep my. Ik wist niet, op welke wyze ik
+naar de Hoop te rug zoude komen; want myn vaartuig en myne Negers
+konden niet meer voor by komen, zonder door den Colonel herkend
+te worden. Alle uitstel was nutteloos. Ik ging dus weder scheep,
+my volstrektelyk verlatende op de behendigheid der slaven, die my,
+een oogenblik voor dat wy in 't gezicht van 't hoofd-kwartier waren,
+aan land zetteden. Een van hun, my door de bosschen geleid hebbende,
+kwam ik behouden weder op de Hoop aan. Myn vaartuig kwam schielyk
+aldaar aan, maar voorzien van eene goede wacht; en de Colonel zond my
+bevel, om hen allen te doen afkloppen, om dat zy zonder verlof waren
+uitgegaan; want zy hadden tot hunne verschooning gezegd, dat zy voor
+hunnen meester waren gaan visschen.
+
+Hunne getrouwheid jegens my, ter deezer gelegenheid, was waarlyk
+verwonderlyk: zy verklaarden allen, dat zy zig liever in stukken
+hadden laten houwen, dan de geheimen van eenen zoo goeden meester te
+verraden. Echter hield alle gevaar voor hun op. Ik bekragtigde het
+geen zy gezegd hadden, en voegde 'er by, dat de visch geschikt was,
+om 'er den Colonel op te onthalen. Ik deelde vervolgens twee kruiken
+rhum onder deeze brave lieden uit. Deeze trek kan een denkbeeld
+geven van de zwakheid van een Europeaan, zoo wel als van den moed en
+standvastigheid van een Africaan.
+
+Onäangezien alle myne toebereidzels, ontfing ik het bezoek van den
+Bevelhebber eerst op den 28sten; maar des morgens van den 26sten,
+kwam JOANNA te rug, vergezeld door eenen grooten Neger, die haar
+oom was, en op één der armen een zilvere plaat droeg, waar op deeze
+woorden stonden: Getrouw aan de Europeanen. Deeze man, genaamd COJO,
+die vrywillig en de eerste tegen de muitelingen gevochten had, had
+zig naderhand genoodzaakt gezien, om zig weder by hen te voegen,
+uit hoofde der mishandelingen van M. D. B. en van den Opzichter. Hy
+verhaalde my het volgende geval: "Gy ziet dit kind, zeide hy,
+my een klein meisje, TAMERA genaamd, het welk hy by de hand hield,
+aanbiedende: haar vader is genaamd JOLI-COEUR; hy is de eerste Capitain
+onder BARON, en de onverschrokkenste van allen de muitelingen van het
+bosch; het geen hy nog laatstelyk heeft doen zien op eene Plantagie,
+gelegen naby Nieuw-Rosenback, alwaar uw Colonel tegenwoordig het bevel
+voert. De Opzichter deezer Plantagie was een Jood, genaamd SCHOULTS,
+die het bevoorens op Fauconberg geweest was. De muitelingen verscheenen
+aldaar eensklaps, en maakten 'er zig meester van, zy bonden SCHOULTS,
+plonderden het huis, en begaven zig tot dansen, en het maken van goeden
+cier, alvoorens zy dagten om over hunnen gevangen te beschikken. In
+deeze akelige gesteldheid, verwagtte deeze niets anders dan het teeken
+tot zynen dood, wanneer zyn oog by toeval op den Capitain JOLI-COEUR
+viel, wien hy deeze woorden te gemoet voerde: "Myn lieve JOLI-COEUR,
+gedenk aan SCHOULTS, die alleenlyk de gemachtigde van uwen meester
+was; herinner u alle de vriendelykheden, die ik u geduurende uwe
+kindsheid bewezen heb; gy waart myn gunsteling; herinner u dit, en
+breng door uwen vermogenden invloed te weeg, dat men my het leven
+gunne".--Het antwoord van JOLI-COEUR is merkwaardig.--Ik herinner
+my dat alles volkomen; maar, geweldenaar, herinner u, dat gy myne
+arme moeder hebt geschaakt, en mynen vader, die haar ter hulpe kwam,
+door geesselslagen doen van één ryten; herinner u, dat gy haar in
+myne tegenwoordigheid hebt geschonden, toen ik nog maar een kind
+was. Herinner u deeze schenddaad, en sterf door myne hand!--Op deeze
+woorden hieuw hy hem met eenen byl het hoofd af". Na dit verhaal,
+vertrok COJO met de kleine TAMERA, en ik reikhalsde met ongeduld
+naar het nieuws, het geen ik dagelyks van Amsterdam te gemoet zag,
+en, zoo ik hoopte my zelf in staat zoude stellen, om de beminnelyke
+JOANNA van het juk van zulke gedrochten te verlossen.
+
+De Colonel FOURGEOUD kwam, den 28sten, met één van zyne Officiers
+aan. Zyne houding was uittermaten ernstig; het geen my zeer leed
+deed. Ik liet hem dadelyk in myne hut komen; en zoo dra hy myne
+gezellinne gezien had, verdweenen alle de rimpels van zyn voorhoofd,
+als een damp voor de stralen der zon. Nooit heb ik gezien, dat hy
+zig met zoo veel wellevenheid gedroeg.
+
+Ik behandelde hem zoo goed my mogelyk was, en waagde het, om hem
+een verhaal van myne reize naar Fauconberg te doen: hy lachte 'er
+hartelyk om; en ons beiden de hand gedrukt hebbende, keerde hy,
+in eenen goeden luim, en volkomen voldaan, naar Nieuw-Rosenback te
+rug.--Volgens alle de omstandigheden, in dit hooftstuk vervat, kan
+ik zeggen, dat het tydperk, waar over het zelve loopt, de gulde eeuw
+was van mynen tocht naar de West-Indiën.
+
+
+
+VEERTIENDE HOOFTSTUK.
+
+De Colonel FOURGEOUD keert naar Paramaribo te rug.--Het gevleugeld
+en gewapend Water-hoen van EDWARDS.--Bewys van onkunde in
+een Heelmeester;--van deugd in een slaaf;--van wreedheid
+in eenen Bevelhebber.--De roode Wulp.--De Wesp, Marobonso
+genaamd.--Orange-appelen en Limoenen.--De insecten, Chiques
+genaamd.--Het krygsvolk begeeft zig weder naar de bosschen.--De
+Kibry-Fowlo.--Verscheidene zoorten van wilde varkens.--Mieren.--De
+dans van Loango.--De Toreman.--De Poelsnip van Guiana.--Plantains en
+Bananes.--Manier om te visschen.--Visschen.--Vogelen.
+
+De Colonel, zyn vertrek tot den 29sten April hebbende uitgesteld,
+begaf zig eindelyk naar Paramaribo. Hy was door eenige Officiers
+vergezeld, die, zoo wel als hy, allernoodigst hadden zig aldaar te
+ververschen. Zyn krygsvolk, tot een zeer klein getal versmolten
+zynde, was niet meer in staat, om eenige krygsoeffening uit te
+houden, en verlangde naar rust. Geduurende zyne afwezigheid, vond
+ik my Bevelhebber der Rivier te zyn. Korten tyd voor zyn vertrek,
+zond hy my zeer merkwaardige Instructiën, onder anderen inhoudende:
+"Om aan de Planters te vragen, of de muitelingen op hunne Plantagiën
+kwamen, en zoo ja, hen aan te tasten, en op de vlucht te dryven;
+maar hen niet te vervolgen, zonder zeker te zyn, van hen geheel en al
+t'onder te brengen; en ik moest voor de uitvoering van deeze beveelen
+verantwoordelyk zyn". Dit wilde zeer eenvoudig zeggen: "Dat, indien
+ik den vyand zonder goed gevolg aantastte, ik gestraft zoude worden;
+en dat, zoo ik hem in 't geheel niet aantastte, ik rekenschap van
+myne achteloosheid zoude hebben te geven". Hoe oordeelkundig andere
+artikelen ook waren, konde ik my niet wederhouden van dit zeer ongerymd
+te vinden. Ik zond het dadelyk door een Officier te rug; en, op myn
+verzoek, verbeterde men het zoodanig, dat het een verstaanbaaren
+zin had.
+
+Hoe gelukkig was ik op dit oogenblik! My ontbrak niets, en ik had myne
+bevallige gezellin steeds by my. Haar beminnelyk gezelschap verrukte
+my; haare zoete stem streelde myn oor; haare tegenwoordigheid verbande
+alle hartzeer, alle akelige herdenking uit mynen geest.
+
+Op zekeren dag in de verdronken Savanen wandelende, schoot ik een
+vogel, dien ik voor het gevleugeld en gewapend Waterhoen van EDWARDS
+herkende. Deeze fraaije vogel behoort, zoo men zegt, tot het zoort
+der Pluviers; hy heeft de gedaante van een duif; zyne pluimaadje
+heeft eene donkere kaneel-kleur of zeer donker roodachtig oranje;
+de buik en hals zyn volmaakt zwart; de vouw van elke vlerk, waar
+van de vederen een schitterend geele kleur hebben, is gewapend met
+een spoor van eene zelfstandigheid, gelyk aan hoorn, en dienende
+tot verdediging van deezen vogel: hy heeft geen staart; zyn bek is
+byna twee duimen lang; zyne pooten zyn ook zeer lang, en, even gelyk
+de bek, van een geelachtig groene kleur; zyne klauwen, vooral de
+achterste, zyn uittermaten lang; zy schynen berekend, om de zwaarte
+van den vogel in het slyk te dragen, alwaar men hem dikwils ontmoet,
+mogelyk om aldaar zyn voedzel in het water te zoeken. Dit hoen, even
+als andere zoorten van Pluviers, zwemt nooit; zyn kop is verciert met
+een scharlaken hanekam, en kleine peerlen scheiden hem den bek van de
+oogen af, even als de Moscovische eendvogel. Men vindt de gewapende
+Pluviers altoos by koppelen; en wanneer zy vliegen, fluiten zy vry
+aangenaam. Hunne ongemeene schoonheid herinnert my een anderen vogel,
+welken ik op nabuurige Plantagiën gezien heb, ik bedoel de roode
+Wulp van Guiana, alhier Flamingo genoemd, [5] uit hoofde van de
+groote gelykvormigheid, die tusschen hem en den beroemden vogel van
+dien naam gevonden word. Men treft deezen Flamingo in Canada aan,
+en in verscheide noordelyke en zuidelyke gedeelten van America,
+en vooronderstelt, dat hy tot het geslacht der kraanvogels behoort,
+en zoo groot is, als een zwaan in Europa. De roode Wulp heeft echter
+alleenlyk de gedaante van een kleine Reiger; hy heeft geen staart;
+maar zyn hals, zyn gekromde en ronde bek, en zyne pooten zyn zeer
+lang; de laatstgemelde hebben vier klauwen, drie van vooren en één
+van agteren. De kop van deezen Wulp is zeer klein. Het wyfje legt
+altoos twee eieren, uit ieder van welke, na het uitbroeien, een jong
+voortkomt, eerst van een zwarte, vervolgens van een gryze, en dan
+van een witte kleur, naar mate hy in grootte toeneemt, en eindelyk
+word de geheele vogel scharlaken of karmozyn, of naar bloedkleur
+hellende. De roode Wulpen leven in gezelschap, even als de Oijevaars,
+en bewoonen voornamelyk de oevers der Rivieren, of de stranden der
+zee; en men vind ze aldaar in zulk een ongemeen groot getal, dat men
+meenen zoude, dat het zand rood geverwd was. Men houdt deeze vogelen,
+voor zeer uitgelezen, wanneer ze jong zyn; en zy zyn zoo gemeenzaam,
+dat men ze dikwils ziet lopen en eeten met het tam gevogelte, schoon
+zy echter aan het vleesch der vogelen en visschen den voorrang geven.
+
+Ik vond dus altyd eenig nieuw voorwerp om te beschryven, en ik sleet
+de gelukkigste dagen met myne geliefde JOANNA, op deeze aangenaame
+Plantagie. Maar, helaas! eensklaps was myn geluk vervallen, en ik
+verviel in de diepste moedeloosheid. De heer PASSELAIGE, te Amsterdam,
+wien ik geschreven had, om van hem de vryheid myner gezellinne te
+koopen, kwam te sterven; en het geen myne smart ten top deed ryzen,
+was de tegenwoordige staat van JOANNA, die my beloofde, dat ik binnen
+eenige maanden vader zyn zoude. Niet alleen moest myne gezellinne
+slavin blyven, maar myn eigen bloed was ook tot een gelyk lot, en
+onder zulk een bestuur bestemd!--De heer PASSELAIGE, op wien myne
+hoop gevestigd was, overleden zynde, ging de Plantagie aan eenen
+nieuwen eigenaar over. Ik konde alle deeze akelige denkbeelden niet
+verduwen, en wierd als door zinneloosheid bevangen. Myne overmaat
+van neerslagtigheid zoude my in het graf gestort hebben, zonder de
+teedere vertroostingen van JOANNA, die my overreedde, dat de heer
+LOLKENS onze hulp nog zoude kunnen zyn. In deeze droevige gesteldheid
+hoorde ik des avonds van den 4den verscheide alarm-schoten met geschut,
+van den noord-oost kant. Des anderen daags morgens, by het opkomen
+van den dageraad, zond ik eenige manschappen naar de Peréca. Dezelve
+kwamen op den middag te rug, met de tyding, dat de muitelingen de
+Plantagie Marseille aan de Cottica hadden aangevallen; maar dat
+de slaven der Plantagie hen genoodzaakt hadden de wyk te neemen,
+zoo als laatstelyk die van Kortenduur gedaan hadden. De muitelingen
+hadden ook een gedeelte der Indianen mishandeld, welken zy verdacht
+hielden van aan de Planters hulp verschaft te hebben. Ik vernam nog
+te gelykertyd, dat men eene zamenzweering van Negers te Paramaribo
+ontdekt had. Zy hadden het ontwerp gevormd, om zig by de muitelingen
+te voegen, na alle de inwooners vermoord te hebben. De hoofden der
+zamenzweerders wierden ter dood gebragt.
+
+Des morgens van den 26sten, hoorden wy nog verscheiden schoten in
+het bosch. Vreezende, dat dit Europeesche manschappen zyn mogten,
+die van den weg afgedwaald waren, gelastte ik myne schildwagt, om
+deeze noodschoten, één voor één, met zyn snaphaan te beantwoorden,
+en ik voegde daar by twee tambours, die twee uuren agter den anderen
+trommelen zouden. Eindelyk verscheenen een Sergeant en zes soldaaten
+van 's Compagnies krygsvolk, tot den post van Reidwyck aan de Peréca
+behoorende, welke geduurende drie dagen in het bosch waaren verdwaald
+geraakt. Zy hadden noch hangmatten, noch levensmiddelen, noch drank,
+en zy waren byna dood van vermoeienis, honger en dorst. Ik onthaalde
+hen zoo goed ik konde, en, tot myn groot genoegen, kregen zy wel dra
+hunne kragten weerom. Een van hun echter wierd eenige uuren lang van
+zyn gezicht beroofd, door het steeken van een zoort van Wespen, in dit
+Land bekend onder den naam van Marobonso, die uittermaten groot zyn,
+zig in de holen der boomen ophouden, de sterksten van het zoort der
+beijen zyn, en zoo hevig steeken, dat de pyn daar van allergeweldigst
+is, en de koorts veroorzaakt.
+
+Den 12den, na de Cottica twee maalen te hebben overgezwommen, kwam ik
+verkleumd t'huis, en des anderen daags had ik de koorts. Ik ontrustte
+er my weinig over, en dacht, dat ik door een gematigden levens-regel,
+en de hulp van limonade en tamarinden, die op de Hoop in overvloed
+groeien, spoedig zoude genezen zyn.
+
+Den 16den, bevond ik my, op de zwakheid na, volmaakt hersteld. Maar
+denzelfden dag, des morgens ten tien uuren, met JOANNA voor myne
+wooning zittende, ontving ik een onverwagt bezoek van den heer STEEGER,
+één van onze Heelmeesters. Na myn pols gevoeld, en myne tong bekeken
+te hebben, verklaarde hy my, zonder omwegen, dat ik des anderen daags
+een lyk zoude zyn, indien ik zyn voorschrift niet volgde. Dit gezegde
+deed op my zulk eene uitwerking, dat ik, schoon op alle andere tyden
+geene geneesmiddelen inneemende, niet aarzelde, om het geen hy my
+aanbood, en door hem in een glas was gereed gemaakt, in te zwelgen;
+maar ik viel byna oogenblikkelyk gevoelloos op den grond.
+
+Ik bleef in dien staat tot den 20sten. Het gebruik van myne zinnen
+wederom krygende, bevond ik my op een matras leggende, en myne arme
+JOANNA, die in traanen wegsmolt, naast my zittende. Uit vreeze, dat
+ik my ontrusten mogt, verzogt zy my, om haar geene vragen te doen;
+maar des anderen daags verhaalde zy my al wat my was wedervaren. Op
+het oogenblik, dat ik viel, deed zy my door vier Negers opneemen, die
+my nederleiden ter plaatse, alwaar ik my nog bevond. De Heelmeester,
+my op verscheidene plaatsen Spaansche vliegen gelegd hebbende,
+dog zonder eenige werking, zeide, dat ik dood was, en verliet de
+Plantagie. Toen liet men myne doodkist maken, om my den 17den te
+begraven, het geen JOANNA voorkwam, door tot het verkrygen van eenig
+uitstel op de kniën te vallen. Dadelyk zond zy iemand af naar haare
+moeije, ten einde haar goede azyn, en een fles zeer oude Champagne wyn
+te zenden. Zy bediende zig van den eersten, om my by aanhoudenheid de
+slapen van het hoofd te wryven; zy doopte 'er verscheide neusdoeken
+in, waar mede zy my de gewrichten van de handen, en de voeten omwond;
+eindelyk gelukte het haar, om my eenige droppels zeer warmen wyn in
+een theelepel binnen te krygen. Dit arme meisje, had my, met myn
+kleine QUACO en een ouden Neger, al dien tyd bewaakt, in de hoop,
+dat ik 'er nog van zoude mogen opkomen, een geluk, waar voor zy tans
+God dankte. Ik konde haar niet antwoorden en dank zeggen, dan door
+eenige traanen, en met haar teederlyk de hand te drukken.
+
+Intusschen ontsnapte ik den dood; maar in weerwil van de zorgen van
+dit uitmuntend meisjen, aan wien alleen ik het leven verschuldigd was,
+was ik tot den 15den Juny buiten staat, om alleen te kunnen gaan. Ik
+was zoo zwak, dat men my als een kind moest te eeten geven, en twee
+Negers droegen my in een zoort van leuning-stoel. De arme JOANNA,
+die zoo veel voor my geleden had, was toen zelve zeer ziek.
+
+Deeze staat was zeer verschillende van dien, waar in ik my nog zoo
+kort geleden bevond. Ik genoot vergenoegen en gezondheid, en op dit
+oogenblik was ik van beiden beroofd. De heer HENEMAN, myn vriend,
+die my dagelyks kwam zien, zeide my, dat hy hebbende willen weten,
+waar in het geneesmiddel, het geen ik had ingenomen, en my noodwendig
+zoude hebben van kant geholpen, bestond, hy ontdekt had, dat het zelve
+niet minder was, dan vier greinen braak-wynsteen, onder veertig greinen
+ipecacuanha gemengd: de Heelmeester had over myn gestel geoordeeld,
+naar mate van myne grootte, die by de zes voeten is. Ik was over deeze
+trek van onkunde verontwaardigd. Den 4den Juny, een glas vol Madéra
+wyn op de gezondheid van zyne Britsche Majesteit gedronken hebbende,
+zag ik deezen knaap verschynen, om my een tweede bezoek te geven. Ik
+nam dadelyk één der stokken, dienende om myne leuningstoel te dragen,
+en liet dien op het hoofd van den weetniet vallen; want ik had nog
+geen kragt genoeg, om hem een slag toe te brengen. Hy vroeg naar
+niets meer, en begaf zig zeer schielyk weder in zyn vaartuig. Myne
+Negers groetten hem, by zyn vertrek, met drie vreugde-galmen.
+
+Twee der kloekmoedigste lieden, die in de Volkplanting waren, de
+Capitain FREDERIK, en de Capitain STOELEMAN, welke laatstgemelde
+tot het krygsvolk der Compagnie behoorde, begaven zig toen met de
+Neger-Jagers in de bosschen. Zy doodden drie of vier muitelingen,
+en namen een gelyk getal gevangen, die van honger stierven, waar
+aan zy blootgesteld waaren, na dat de Colonel FOURGEOUD de bosschen
+doorkruist, en hunnen oogst vernield had. Twee andere muitelingen,
+op de Plantagie van den heer WINEY, aan de Patamaca-Kreek, hebbende
+willen stelen, wierden door de slaven gedood, die vervolgens aan elk
+van hun de rechte hand afkapten. Zy lieten dezelve droogen, en zonden
+ze naar Paramaribo.
+
+Den staat van zwakte, waar in ik was, my tot allen dienst onbekwaam
+makende, stelde ik het bevel op de Hoop, in handen van den Officier,
+die in rang op my volgde. Denkende, dat de verandering van lucht
+my goed zoude doen, ging ik, na daar van aan den Colonel bericht
+gegeven te hebben, naar eene nabuurige Plantagie, Egmond genaamd,
+en aan den heer DE CACHELIEU, een Fransch Edelman, toebehoorende. Ik
+wierd vergezeld door JOANNA, eenen blanken bedienden, en mynen kleinen
+Neger. De heer DE CACHELIEU had my verscheidene maalen genoodigd, om
+hem te komen zien, en niets was tot myn herstel geschikter, dan zyn
+vrolyk gezelschap, en zyne gastvryheid. Hoe zeer waaren echter deeze
+hoedanigheden het tegen overgestelde van zyne onrechtvaardigheid en
+wreedheid omtrent zyne slaven! Zie hier een voorbeeld van de manier,
+waar op hy dezelven behandelde. Twee Negers hadden eene geesseling
+verdiend, om dat zy in zyn magazyn met geweld waren ingedrongen, en
+gestolen hadden, en zy wierden met eenige zweepslagen vry gelaten,
+om dat ze nog jong waren, terwyl twee anderen, die ongelukkiglyk ouder
+waren; verwezen wierden, om voor een geringe twist drie honderd slagen
+te ontfangen.
+
+Aan den heer DE CACHELIEU naar de reden deezer partydigheid gevraagd
+hebbende, antwoordde hy my, dat die twee jonge lieden eene zeer
+fraaije huid hadden, en werken konden; maar dat de anderen oud
+en zedert lang verminkt zynde, tot niets meer goed waren, en dat,
+wanneer zy omkwamen, de Plantagie het onderhoud, het geen men hun
+zonder nut verschafte, zoude uitwinnen.--Eenige dagen te vooren,
+deed op Arentsrust, eene andere Plantagie beneden de evengemelde,
+de Opzichter aan eenen ongelukkigen Neger, die hem uit naam van den
+eigenaar een brief bragt, over welks inhoud deeze Opzichter niet
+voldaan was, vier honderd geesselslagen geven, en zeide hem, dat hy
+dit antwoord konde brengen aan den geen, die hem gezonden had.
+
+Maar laten wy tot mynen gastheer te rug keeren. In weêrwil van zyne
+wreedheid omtrent zyne Negers, was hy jegens alle anderen beschaafd,
+vriendelyk, gastvry, en zeer wellevend. Ik zag op zyne Plantagie een
+groot getal Chineesche oranjeboomen. Derzelver vruchten verschillen van
+de andere oranje-boomen daarin, dat ze van binnen veel doorschynender
+zyn, en een veel geuriger smaak hebben. De schil is ook veel gladder,
+dunner en bleeker. Maar schoon men zonder hinder eene groote meenigte
+gewoone oranje-appelen eeten kan, kan men dit niet zeggen van,
+de Chineesche, wier onmatig gebruik in deeze Volkplanting steeds
+gevaarlyke gevolgen gehad heeft. Deeze vrucht is van het zelfde zoort,
+als die van Lissabon aankoomt, en waarschynlyk zyn het de Portugeezen
+of Spanjaarden, die deeze oranje appelen in Guiana gebragt hebben. Men
+kan gemakkelyk naargaan, dat de oranje-appelen van dit zoort, als
+gouden trossen in volkomene rypheid van de boomen afvallende, van
+veel lekkerder smaak zyn; dan die wy in Engeland eeten, werwaarts
+men ze zend, wanneer ze nog groen zyn; het is waar, dat zy aldaar
+vervolgens van kleur veranderen; maar zy komen aldaar nimmer tot
+hunne waare rypheid. Men kan zig ligtelyk een denkbeeld maken van
+de geur, die de bloemen van alle deeze oranje-boomen, waar van men
+hier de fraaiste ruikers maakt, verspreiden. Op de Plantagie Egmond
+vond ik ook eenige schoone limoenboomen; de vruchten waren groot, en
+hadden een zeer dikke schil. 'Er waren ook nog zeer zoete limoenen,
+maar die zeer klein, en naar myn oordeel zeer smakeloos zyn.
+
+Na van de lekkere vruchten van den heer DE CACHELIEU gesproken
+te hebben, moet ik zyne uitstekende Fransche wynen, en vooral zyn
+Muscaat-wyn, niet vergeten. In weêrwil van soo veele uitgelezene
+zaaken, bleef ik steeds zeer zwak, en zonder eetlust. Hoopende, dat
+het te paard ryden my dienst zoude doen, besloot ik, om de gastvrye
+wooning van deezen beminnelyken Franschman te verlaten, en verlof te
+vragen, om eenigen tyd te Paramaribo te gaan doorbrengen.
+
+Den Colonel FOURGEOUD den 9den op Cravassibo aangekomen zynde, om
+aldaar zyne krygsverrigtingen te hervatten, schreef ik hem een brief,
+om dit verlof te verkrygen, en zes maanden soldy, die my verschuldigd
+waren, te vorderen. Hy antwoordde my den 12den en sloeg my het een
+en ander verzoek af, maar in Zulk een onbeleefden styl, als ik van
+hem niet verwagtte. Hy scheen aan mynen yver te twyffelen, en schoon
+hy wel wist, dat ik ziek was, weigerde hy my myn geld, en de noodige
+geneesmiddelen, om myne gezondheid te herstellen. Ik was daar over
+zoo veröntwaardigd, dat ik hem een tweeden brief zond, waar in ik hem
+verklaarde buiten staat te zyn, om iets te doen of te verzoeken, dat
+met myne eer strydig was, waar van ik hem alle bewyzen geven zoude,
+die hy eenigzints konde vorderen. Door zwakte geen dienst kunnende
+doen, volgde ik mynen brief na verloop van twee dagen, en ik vertrok
+met den heer DE CACHELIEU, in een overdekt vaartuig van agt riemen.
+
+Ik stelde my voor, dat de Colonel by myne komst woedend tegen my zoude
+zyn; dat hy my in arrest zoude doen gaan, en my eenige uitlegging
+op myne brieven zoude afvorderen; maar hoe buitenspoorig hy zig ook
+mogt aanstellen, ik vreesde hem niet, want na alle zyne pogingen om
+my ongelukkig te maken, verlangde ik den dood boven andere wreedheden.
+
+De heer DE CACHELIEU, ook vermoedende, dat de Bevelhebber tegen my
+een groot geweld zoude maken, vergezelde my, toen ik by hem ging, doch
+beiden waren wy bedrogen. De Colonel gaf ons zeer beleefdelyk de hand,
+en vroeg ons beiden ten eeten, als of 'er tusschen hem en my niets
+was voorgevallen, maar ik zag die gemaakte houding met verachting,
+en weigerde zyne uitnoodiging, zoo als ook de Planter deed. Toen
+ik hem verzogt had my de reden te verklaaren, die hem bewogen had,
+om my myn verzoek af te wyzen, en my zulk een vreemden brief te
+zenden, antwoordde hy my: ---- Dat dertig of Veertig Oucas-Negers,
+die onze bondgenooten waren, hem bedrogen hadden, door niets te doen
+van het geen zy beloofd hadden, terwyl zy in de bosschen waren, en
+hy zelf zig op Paramaribo bevond; dat hy dienvolgende besloten had,
+zyne krygsverrigtingen met dubbelen yver voort te zetten. Dit was de
+reden, die hem bewogen had, niet alleen om my het verzogte verlof te
+weigeren, maar om zelfs aan alle de zieke Officiers te gelasten, zig
+oogenblikkelyk by hem te vervoegen, zonder 'er zelfs een enkele van uit
+te zonderen tot bewaaring van de vaandels en de krygskas, welke hy aan
+een Quartiermeester had toevertrouwd. De Colonel sprak de waarheid wel,
+en hy had dezelve niet te kort gedaan, met 'er by te voegen, dat zyne
+ingekankerde haat tegen eenige andere Officiers en my, hem aanzette,
+om alles tot ons verderf aan te spannen. Ik moet niet vergeten te
+verhaalen, dat hy omtrent deezen tyd de orde regelde, welke in het
+doen der tochten moest gevolgd worden. Te vooren geschiedde alles
+met verwarring, het geen by vervolg nog maar al te dikwils voorviel.
+
+Byna twee maanden te Egmond hebbende doorgebragt, zonder my aldaar te
+kunnen herstellen, en zonder verlof te verkrygen, om naar Paramaribo
+te gaan, verkoos ik liever het bevel op de Hoop te hernemen. De heer
+DE CACHELIEU vergezelde my derwaarts, en ik onthaalde hem aldaar zoo
+goed my mogelyk was.
+
+Ik vond op de Hoop mynen vriend HENEMAN, die toen Capitain was. Zoo wel
+als verscheiden anderen van het krygsvolk, was hy aldaar ziek geworden,
+en men had hem gelaten zonder geld, zonder Heelmeester, zonder
+geneesmiddelen. Echter had de Stad Amsterdam verscheide vaten wyn,
+ingelegde groenten, en andere versche voorraad gezonden; maar alles was
+voor onze kwynende krygsbenden onzichtbaar, schoon dit zekerlyk het
+oogmerk van deeze Stad niet was. Ik deed alhier vergeefsche moeite,
+om ons aandeel in alle deeze mondbehoeften te verkrygen; noch geld,
+noch geneesmiddelen, noch wyn, noch eenig zoort van ververschingen
+wierden ons toegezonden. Dus hield onze kwyning aan, en wy verloren
+onze kragten, in plaats van die wederom te krygen. Ik had echter de
+minste reden van klagen, want ik wierd door JOANNA en myne dienstboden,
+die, daags na myne aankomst op de Hoop, de Plantagie van den heer DE
+CACHELIEU verlieten, bediend; en voorts ontfing ik, als naar gewoonte,
+geschenken van alle kanten. De grootste onaangenaamheid, welke ik
+toen ondervond, bestond daar in, dat ik de voeten vol insecten had,
+chiques genaamd, het geen ik gedeeltelyk toeschreef aan het dragen
+van schoenen en koussen, geduurende myn verblyf op Egmond. Ik heb
+reeds gezegd, dat deeze insecten op Devil's-Harwar uittermaten talryk
+waren, en ik zal deeze gelegenheid waarnemen, om dezelve op een meer
+opzettelyke wyze te beschryven.
+
+De chiques zyn kleine zandluizen, die tusschen vel en vleesch
+doordringen, maar in 't algemeen onder de nagels van de voeten,
+zonder dat men ze gevoelt. Zy zuigen aldaar het bloed, en worden
+als een groote luis, en de jeukte, die zy dan veroorzaaken, is
+allerönaangenaamst. Vervolgens komen zy te voorschyn, onder de
+gedaante van een blaasje, het welk vol eiëren of neeten is, en indien
+men het breekt, zoo veele jongen voortbrengt. Dezelve verspreiden
+zig in het zieke deel, en veröorzaaken aldaar zweeren, die dikwils
+zoo gevaarlyk zyn, dat ik een soldaat gekend heb, wien men met een
+scheermes de voetzool moest afsnyden, om hem te geneezen. Men heeft
+in dergelyke gevallen tot de afzetting dikwils toevlucht genomen;
+en verscheiden lieden hebben zelfs het leven verloren, om dat zy
+verzuimd hadden deezen vervloekten worm in tyds te doen verhuizen. Op
+het oogenblik derhalven, dat men een zoort van brandende pyn gevoelt,
+en eene ongewoone roodheid aan den voet bespeurt, is het tyd, om de
+chique, die 'er de oorzaak van is, 'er uit te haalen. Dit doet men
+met een naald, en de Negerinnen zyn 'er zeer bekwaam toe. Zy dragen
+zorg, om geene onnoodige pyn te veröorzaaken, en om het insect,
+noch deszelfs nest in de wonde niet te breeken. Op derzelver opening
+leggen zy vervolgens asch van tabaks-bladen, en in korten tyd is men
+geneezen. Op het oogenblik, dat ik 'er door besmet was, nam JOANNA eene
+naald, en haalde uit myn linke voet, tot drie-en-twintig van deeze
+insecten. Zy huisvesten allen onder de nagels, en men kan naargaan,
+welk eene verschrikkelyke pyn ik uitstond. Deeze zelfde insecten
+dragen by de Spanjaarden te Carthagena den naam van Niguas.
+
+Den 21sten, ontfing ik een brief van den Bevelhebber, niet in antwoord
+op dien, welken ik hem laatst gezonden had, maar, vermits hy zig in de
+bosschen ging begeven, eenen last vervattende, om hem te Cravassibo,
+alwaar toen het hoofd-quartier was, alle de mond- en krygsbehoeften,
+alle de bylen, alle de kook-ketels toe te zenden, welke men op de Hoop
+niet volstrekt noodig had. Ik deed ze hem des anderen daags toekomen:
+maar de levensmiddelen waaren 'er in eene kleine hoeveelheid; want
+een schuit, geladen vol met ossen- en varkens-vleesch, voor den post,
+alwaar ik my bevond, had in de Rivier schipbreuk geleden.
+
+Den 25sten, wierd de heer STEGER, die Heelmeester, welke my byna had
+doen omkomen, zoo dat ik de gevolgen van zyne onkunde nog gevoelde,
+van het Regiment weggezonden, als onbekwaam tot de uitoeffening van
+zyn beroep. Schoon myne gezondheid op dit tydstip nog niet hersteld
+was, doch ziende, dat verscheiden Officiers zig gereed maakten
+om den Colonel te volgen, verzogt ik hem, om my zulks mede toe te
+staan. Maar toen, den 26sten, zyn Adjudant, met een Heelmeester,
+het krygsvolk, aan de Commewyne gelegerd leggende, onderzogt, vonden
+zy beiden my buiten staat, om de vermoeienis van zulk eenen tocht
+door te staan. Dit was waar; en den 29sten, weder ingestort zynde,
+had ik het genoegen, om my als Bevelhebber aan de Rivier afgelost te
+zien door den Majoor MEDLAR, die deezen zelfden dag tot dit einde op
+de Hoop kwam. My was echter bevolen, om deezen post niet te verlaten,
+schoon het verblyf van een maand te Paramaribo my een volkomen herstel
+zoude hebben kunnen bezorgen, ik had dus niets meer te doen, dan myne
+teekeningen voort te zetten, waar voor de evengemelde Officier my
+eene vry aanzienlyke somme aanbood; maar ik wilde, zoo 't mogelyk was,
+myne verzameling volledig maken. Wanneer ik 'er de krachten toe had,
+wandelde ik rondom de Plantagie, met myn snaphaan op den schouder;
+en den 3den September schoot ik, onder verscheide andere vogelen,
+een zeer kleinen vogel, alhier Kibry-fowlo genaamd, om dat hy zig
+altyd verscholen houdt. Deeze vogel, hebbende de grootte van een
+lyster, is ten aanzien van deszelfs pluimaadje en gedaante gelyk aan
+een quartel; maar zyne pooten zyn een weinig langer, en zyn bek is
+uittermaten puntig. Zeldzaam ziet men hem vliegen; maar hy loopt zeer
+schielyk in de weiden en Zand-woestynen, alwaar hy zig verschuilt,
+zoo dra hy bemerkt, dat men op hem loert. De vogel, dien ik doodde,
+was zeer vet, en toen hy gereed gemaakt was, vond ik hem zoo lekker,
+als een leeuwrik in Europa.
+
+Den 11den September verliet de Colonel FOURGEOUD Cravassibo, en
+ging den vyand in de bosschen vervolgen; hy voerde met zig alle de
+manschappen, in staat zynde om hem te volgen, welke hy by één kon
+krygen, maar geen hooger getal beliepen, dan van honderd mannen. Vooraf
+had hy het krygsvolk van den post van de Savane der Joden doen te
+rug trekken, om dezelve op de verlaatene Plantagie Ornamibo, aan
+het bovenste gedeelte van de Commewyne, te plaatsen, laatende dus de
+Planters van de Rivier Surinamen aan hunne eigene verdediging over.
+
+Den 19den van deeze maand, in den morgenstond, kwam een hoop van meer
+dan twee honderd wilde varkens, alhier Pingos genoemd, in het bosch
+verdwaald geraakt zynde, op de Hoop, en liep over de Plantagie. De
+Negers vervolgden hen, en doodden 'er meer dan twintig van, door houwen
+met snoeimessen en bylen. 'Er zyn drie zoorten van wilde varkens in
+Guiana: de Pingos of Wary, waar van ik tans spreeke; de Cras-Pingos;
+en de Mexicaansche varkens, genaamd Peccaris. De Pingos hebben ten
+naasten by de grootte van onze kleine Engelsche varkens. Zy zyn zwart,
+en hebben het lyf met zeer harde, maar niet zeer digt tegen elkander
+staande borstels bedekt: zy verzamelen zig tot kudden, ten getaale
+zomtyds van meer dan drie honderd, en bewoonen de dikste gedeelten
+der bosschen. Zy loopen altyd op eene lyn, volgende de een den
+ander van zeer naby. Wanneer de geen, die voorloopt, of de geleider,
+gedood word, is de linie dadelyk gebroken, en de geheele kudde is
+in wanörde; hierom beginnen de Indianen, zoo het hun mogelyk is,
+altyd met den voorsten het eerst te treffen. Zoo dra hy is afgemaakt,
+houden de anderen zig stil, elkander op eene domme wyze aankykende,
+en laaten zig één voor één dood slaan, waar van ik getuige geweest
+ben. Zy tasten geene menschen aan, en bieden hun geen wederstand,
+zelfs wanneer ze gewond zyn, zoo als de wilde zwynen in Europa
+doen, hoe zeer verscheiden Schryvers dit tegen de waarheid verhaald
+hebben. Ik kan niet zeggen, of zy de honden aanpakken, want ik had
+'er geen, toen ik hen ontmoette.--De Cras-Pingos zyn dik, en zyn tot
+sterke verdediging gewapend. Hunne borstels zyn nog veel ruwer, dan
+die van de eerstgemelde. De varkens van dit zoort zyn zeer gevaarlyk,
+zoo door hunne kracht, als door hunne woestheid. Zy tasten menschen
+en beesten aan, die hunnen, weg belemmeren willen, vooral wanneer ze
+gewond zyn. Hunne manier van reizen is dezelfde, als die der andere
+Pingos, en zy verzamelen zig ook tot talryke kudden; maar zy houden
+zig voornamelyk in de binnenste gedeelten des Lands op. De varkens
+van deeze beiderleije zoorten, wanneer zy in het bosch het minste
+gerucht hooren, het welk hun de aannadering van eenig gevaar te kennen
+geeft, staan eensklaps stil, vormen zig tot een naauw ingesloten hoop,
+knarssen met de tanden, en maken zig dus tot hunne verdediging tegen
+den vyand gereed. Ik geloof niet, dat ze oorsprongelyke bewooners van
+Guiana zyn, maar uit Africa en Europa afkomstig. De Indianen eeten
+hun vleesch met graagte; de blanken houden 'er veel van, en ik vond
+het hard, droog en smakeloos.--De Peccaris, of Mexicaansche varkens,
+worden gehouden voor de eenigen, die uit Guiana oorsprongelyk zyn,
+en zy mengen zig niet onder de andere tamme of wilde varkens. Het dier
+van dit laatste zoort is byzonder merkwaardig door een beurs of zak op
+den rug, die men gewoonlyk voor zyn navel neemt, en die byna een duim
+diep zynde, een stinkend vocht in zig vervat, waar van echter zommige
+lieden de reuk by die van muscus vergelyken, maar die zoo onaangenaam
+is, dat de Indianen, op het oogenblik, dat het dier gedood is, zorge
+dragen, om 'er het vleesch rondsom uit te snyden, ten einde voor te
+komen, dat het verdere 'er niet door bedorven worde; het geen anders
+schielyk plaats zoude hebben, en wel zoo sterk, dat het onëetbaar
+worden zoude. De Peccaris is by de drie voeten lang: hy heeft geen
+staart zyne leden zyn wel gemaakt; hy kan zig weinig verdedigen. Zyne
+borstels, van eene geelachtig gryze kleur, gelyken zeer veel naar de
+stekels van den Engelschen egel. Zy zyn zeer lang op den rug, maar
+zeer kort en zeer zeldzaam aan den buik en in de zyden. Dit dier heeft
+op elken schouder een vlak van een helderer kleur, dan het overige
+van zyn lichaam, loopende onder den hals in één, en veel gelykheid
+hebbende met den halsband van een paard. De varkens van dit zoort zyn
+op de lange en moerassige landen minder bekend, dan binnen in het Land,
+alwaar zy in de Savanen en op de bergen leven. Zy worden gemakkelyk tam
+gemaakt, en dan zyn zy mak en stil, maar zoo dom niet, als de Graaf DE
+BUFFON voorwendt. Deeze natuurkenner zegt, dat zy niemand herkennen,
+en geene verkleefdheid hebben aan de geenen, die hun voedzel geven;
+echter had de Majoor MEDLAR 'er een op de Hoop, die hem als een hond
+volgde, en zigtbaar genoegen schepte, door zynen meester gestreeld
+te worden. Ik moest ook opmerken, dat wanneer men ze tergt, zy zeer
+gevaarlyk en kwaadaartig zyn. De Peccaris loopen met groote troepen,
+even als de andere zoorten; hunne wyfjes werpen verscheiden jongen
+te gelyk; en hun geknor is zeer onäangenaam en sterk.
+
+Des morgens van den 29sten, hoorden wy op nieuw het geluid van
+verscheiden snaphaan-schoten naar den kant van de Cottica. Het kwam
+van de Plantagie Marseille alwaar de slaven, vol dapperheid en trouw,
+de muitelingen voor de tweede maal verjaagd hadden.
+
+Den 8sten der volgende maand, ontfingen wy de tyding, dat de Colonel
+FOURGEOUD, na de velden van den vyand, met welken hy van verre
+gesproken had, ontdekt en verwoest te hebben; na het overschot
+van den ongelukkigen SCHMIDT, die, zoo als ik gezegd heb, door de
+muitelingen gedood was, gevonden te hebben, met zyn krygsvolk te
+Maagdenberg was te rug gekomen, en dat hy aldaar tot den 11den dier
+maand verblyven zoude. Hy ging vervolgens wederom in de bosschen, maar
+vooraf droeg hy zorg, om zyne zieken naar de Hoop te doen brengen:
+hy zond ook derwaarts, om arrest te houden, en vervolgens gevonnisd
+te worden, een jong Officier, die aan niets anders schuldig stond,
+dan dat hy, zoo goed niet als hy zelve, de vermoeienis had kunnen
+doorsstaan. Deeze jongeling had last gehad, om twee dagen en twee
+nachten lang te waken; eindelyk niet in staat zynde om wakker te
+blyven, viel hy onder de wapenen in slaap, des te ligter, om dat hy
+op den grond zat. De luchtstreek van Guiana is in de daad zoodanig,
+dat zy in staat is de natuur gedwee te maken.
+
+De Colonel schreef de voortduuring zyner gezondheid grootendeels toe
+aan zeker alleronäangenaamst geneesmiddel, het welk hy zyn drank
+noemde, en zeer heet en met koppen vol inzwolg: het bestond uit
+kina en room van wynsteen, by elkander gekookt; zyn gestel was 'er
+zoodanig aan gewend, dat hy het zelve niet ontbeeren konde. Echter
+had hy geene navolgers, elk was beducht, dat, wanneer de werking van
+dit geneesmiddel ophield, het geen eindelyk gebeuren moest, alle
+andere geneesmiddelen, op het oogenblik, dat men ze meest noodig
+had, werkeloos zyn zouden. Wat my betrof, ik bleef uitermaten zwak,
+en wanhoopte zelfs aan myn herstel. De neerslagtigheid, waar toe de
+kommerlyke staat van JOANNA my deed vervallen, veroorzaakte zulks
+niet weinig. Myne ongerustheid verminderde ten deezen opzigte niet,
+toen by een bezoek, het welk de heer en mevrouw LOLKENS my op de Hoop
+gaven, de eerstgemelde my zeide, dat de Plantagie Fauconberg andermaal
+stond verkogt te worden, en dat de nieuwe eigenaar was de heer LUDEN,
+te Amsterdam, tot wien hy geene de minste betrekking had; hy voegde
+'er tevens by, dat het gerucht liep, dat JOANNA en ik beiden vergeven
+waren. Het verdriet, het welk zyne eerste tyding in my verwekte,
+wierd echter verzacht door het verlangen, het geen mevrouw LOLKENS my
+deed blyken, om myne gezellin dadelyk naar Paramaribo mede te nemen,
+ten einde haar aldaar in haar eigen huis te doen oppassen, tot dat
+zy volkomen hersteld zoude zyn. Ik betuigde haar alle mogelyke
+dankbaarheid, en de arme JOANNA stortte traanen van vreugde. Zy
+vertrokken alle drie den zelfden dag, en ik bragt hen tot Killestein
+Nova, alwaar wy het middagmaal hielden; waar na ik, na het nemen van
+een teder afscheid, hen verliet.
+
+By myne te rug komst op de Hoop, had ik moeite om myne verontwaardiging
+binnen de paalen van omzigtigheid te houden, wanneer ik my de zorg,
+die ik voor myn eigen bloed droeg, door myne medgezellen hoorde
+verwyten. "Doet als wy, STEDMAN, zeiden zy, en vreest niets. Indien
+onze kinderen slaven zyn, men draagt ten minsten zorge voor hun; en
+sterven zy, dan is 't over. Laat alle uwe zuchten in uwen boezem, en
+uw geld in uw zak te rug keeren, gy zult 'er u beter by bevinden". Ik
+geef hunne eigene uitdrukkingen op, om te doen gevoelen, hoe zeer
+het my moet hebben aangedaan, zulke troostredenen te ontfangen.
+
+Des anderen daags, met het aankomen van den dag ontwakende, was het
+eerste voorwerp, het welk my voor het oog kwam, een slang van zes
+voeten lang, die lynrecht boven myn hoofd hing, op den afstand van
+minder dan een voet, en met zyn bek naar beneden; hy had zyn staart om
+een balk van het dak geslingerd. Zyne oogen glinsterden als starren,
+en hy weemelde met zyn gespleeten tong in den bek. Ik was zoodanig
+verschrikt, dat ik moeite had, om hem te ontwyken, het geen ik egter
+deed, door my uit myn hangmat te werpen. Ik hoorde hem vervolgens
+gerucht maken in het drooge stroo, waar mede myn dak gedekt was; de
+Negers vervolgden hem aldaar, om hem te dooden, maar hy ontsnapte hun;
+dus kan ik niet zeggen, tot welk zoort hy behoorde. My toen alleen
+bevindende, en voor zulke bezoeken in het vervolg beducht zynde,
+sloot ik myn huis toe, en ging met myne vrienden, den Majoor HENEMAN
+en den heer MACDONALD, te zamen woonen.
+
+Myne koffers naarziende, bevond ik, dat de mieren daar aan veel schade
+gedaan hadden. Zy zyn in Guiana van verschillende zoorten, en zoo
+talryk, dat ze my in één nacht een paar catoene koussen, die geheel
+nieuw waren, vernielden. De mieren, die veel op de Plantagiën gevonden
+worden, zyn zeer klein, maar zeer onaangenaam. Om de suikerbrooden
+te beveiligen, moet men die met een spyker tegen het beschot hangen,
+en zorge dragen, dat men rondom veel kryt smeert, om dat dit afvalt,
+en hen op het oogenblik, dat zy 'er over willen gaan, mede neemt. Ik
+verbeeldde my, dat, wanneer ik myne suikerbrooden op een steen zette,
+die in eene tobbe rondom in 't water stond, ik dezelve tegen deeze
+geduchte vyanden zoude veilig stellen; maar ik bedroog my; de voorhoede
+trok, tot myne groote verwondering, over 't water; en zeer weinigen
+verdronken. Het waare middel om zig van deeze insecten te ontlasten,
+bestaat daar in, dat men hen aan eene brandende zon bloot stelt; zy
+kunnen die niet verdragen, en vluchten na verloop van eenige minuuten
+weg. Het geen verscheiden Schryvers, waar onder zig Dr. BANCROFT,
+en zelfs Koning SALOMON bevinden, van den zoogenaamden voorraad,
+dien de mieren voor den winter vergaderen, hebben opgegeven, word
+door nieuwe waarneemingen wedersproken. Het is wel waar, dat 'er in
+Surinamen geen winter is; maar overal, waar dit jaargetyde bekend
+is, worden de mieren door eenen gevoel benemenden slaap verdoofd,
+geduurende welken zy niets noodig hebben.
+
+Myn vriend, de Capitain VAN COEVERDEN, die toen in de bosschen was,
+ondervond eene onaangenaamheid van eenen anderen aart. Neger slaven
+openden zyne koffers te Paramaribo; zy ontstalen hem zyne beste
+goederen, en twintig guinies.
+
+Den 6den, verdronk een zee-soldaat zig zelf in den aanval van een
+heete koorts, eene ziekte, die in Guiana zeer gemeen is. Byna te
+gelyker tyd wierd een soldaat van 's Compagnies krygsvolk op last
+van eenen hoogen krygsraad dood geschoten.
+
+Aan den heer SEIFKE geschreven hebbende, om te weten, of het niet in de
+magt van Gouverneur en Raaden stond, om het kind van een vry man vry
+te maken, mits aan den eigenaar de somme betaalende, die zy in hunne
+wysheid gepast zouden oordeelen; hy antwoordde my, dat geene somme
+hoe genaamd een slaaf konde vry koopen, wie ook zyn vader wezen mogt,
+zonder de toestemming van den meester, naardien, volgens de wetten,
+die uit eene moeder in slavernye zynde geboren word, even zeer slaaf
+is, als of hy in Africa geboren, en van de kusten van Guinée herwaarts
+overgebracht was. Deeze uitlegging maakte myne ellende volkomen. Korten
+tyd na het ontfangen van dit antwoord, wierd ik op zekere Plantagie,
+Knoppemonbo genaamd, aan de Cassivinica-Kreek, en welks eigenaar,
+de heer DE GRAAF, alles deed, wat hy konde, om my te verzetten,
+ter maaltyd genoodigd. Eindelyk my ter zyden af, op een kleine brug,
+die naar een oranjen-bosch leide, ziende zitten, in eene houding, die
+myne bittere droefheid aanduidde, kwam hy by my, vatte my by de hand,
+en zeide my het volgende, het welk ik met de grootste verwondering
+aanhoorde.
+
+"De heer LOLKENS heeft my bericht, myn heer, van de oorzaak uwer
+billyke smarte, maar de Hemel laat nimmer eene goede daad onbeloond. Ik
+heb het genoegen u tans kennis te geven,dat de heer LUDEN my tot
+Bestuurder zyner Plantagie verkozen heeft, en dat ik van dien dag af
+aan alle myne pogingen zal aanwenden, om u by hem van nut te zyn,
+als mede aan de achtenswaardige JOANNA, die, door haar beminnelyk
+caracter, zig de achting van allen, die haar kennen, verworven heeft,
+terwyl uw loffelyk gedrag ten haaren opzigte u de achting der geheele
+Volkplanting heeft doen verdienen."
+
+Een Engel, uit den hemel nederdaalende, konde my geen blyder boodschap
+brengen: een misdadiger, die ter dood verwezen is, ontfangt de aan
+hem geschonkene genade met geen meerder vreugde! Ik gevoelde mynen
+boezem van een zwaaren last ontheven; en na den heer DE GRAAF zyne
+belofte hebben doen herhaalen, vond ik, dat ik my in den kelk van 't
+geluk nog konde dronken drinken. Kon na dit gesprek, wierd ik door
+alle de lieden van het gezelschap omringd, aan wien deeze waardige
+man zyne edelmoedige oogmerken mededeelde. Zy wenschten my met myne
+lofwaardige gevoelens, en met de beminnelyke gezellinne, waar aan
+ik my verbonden had, geluk: zy scheenen in het genoegen, het welk
+ik ondervond, deel te nemen; en de geheele dag wierd in festynen
+en vermaken doorgebragt. Des avonds keerde ik naar de Hoop te rug,
+veel beter te vreden, dan toen ik deezen post verlaten had. Des
+anderen daags wierd het zelfde gezelschap aldaar door den Majoor
+MEDLAR ontfangen; en wy hielden met onze bezoeken aan tot den 13den,
+wanneer wy andermaal gezamentlyk naar Knoppemonbo gingen.
+
+De heer DE GRAAF, nieuwe slaven gekogt hebbende, gaf aan alle de
+Negers van zyne Plantagie een festyn, en ik had dus gelegenheid,
+om de hun eigenäartige vermakelykheden te zien; maar ik bewaare
+derzelver mededeling tot een ander tydstip. Tans zal ik alleenlyk
+eene beschryving geven van den dans van Loango, zoo als die door
+de Negers van dit gedeelte van Africa, en door geene anderen word
+uitgeöeffend. Dezelve bestaat in zulke aangevuurde en wulpsche
+houdingen en gebaarden, dat men de meest verhitte verbeelding en
+de bestendige gewoonte noodig heeft, om dien uittevoeren. Deeze
+dans, die met trommelslagen vergezeld gaat, en geduurende welken
+de dansers met hunne handen de maat slaan, kan als een zoort van
+pantomime beschouwd worden, die in verscheiden bedryven verdeeld is,
+en eenige uuren aanhoudt. Maar het merkwaardigst is, dat, zoo lang
+dit zoort van vertooning duurt, de dansers en danseressen, verre van
+vermoeid te schynen, zig meer en meer aanvuuren en verhitten, tot dat
+zy eindelyk door en door bezweet, en hunne aangezette bewegingen tot
+die hoogte gestegen zyn, dat, de natuur bezwykende, zy op het punt zyn,
+om in stuiptrekkingen te vervallen.
+
+Hoe onbetamelyk deeze oeffening ook is, de Europeesche en Creoolsche
+vrouwen zyn by het gezicht daar van, even als van alle andere vermaaken
+tegenwoordig. Zy verzamelen zig onbeschroomd benevens de manspersoonen,
+rondom de dansers, om, zoo zy zeggen, eens hartig te lagchen. Zulke
+vertooningen zouden het gezicht van eene Engelsche vrouw geheel
+doen bloozen.
+
+Deeze waarneeming, dat de gewoonte in zekere Landen zaaken voor
+geoorloofd houd, die men elders verwerpen zoude, word meer of
+min bewaarheid, naar maate men verschillende luchtstreeken bezogt
+heeft. Een Officier, in dienst der Indische Compagnie, heeft onlangs
+eene beschryving uitgegeven van de verschillende houdingen, gebaarden,
+gezichten, zuchtingen, uitdrukkingen van vermaak, vrees, hoop, en
+elke trap van hartstocht, die de danseressen in de Oost-Indiën doen
+blyken; maar wat deeze jonge dogters ook doen mogen, om de verbeelding
+der toekykers aan te vuuren, men weet, dat de heidensche vrouwen de
+kuischte in de geheele weereld zyn.
+
+Den 14den keerde ik naar de Hoop te rug, alwaar ik vernam, dat
+het dak van myn huis door een stormwind was weggenomen. Dewyl ik
+niet meer voorneemens was het zelve te bewoonen, liet ik het om ver
+vallen. Intusschen had ik aldaar de gelukkigste dagen van myn leven
+gesleeten.
+
+Den 26sten, trok de Colonel FOURGEOUD op nieuw naar de Wana-Kreek;
+maar dewyl hy van den post van de Savane der Jooden het krygsvolk
+had weggenomen, maakten de muitelingen daar van gebruik, niet alleen
+door eene Plantagie aan de Rivier Surinamen te plonderen, maar zelfs
+verscheide Plantagiën, aan de Cassivinica-Kreek, te verbranden. Eene
+bezending van 's Compagnies krygsvolk, die by toeval zig aan deeze
+Rivier bevond, vervolgde hen, maar zonder eenig voordeel. Twee
+soldaaten wierden gedood, en verscheide anderen, waar onder hun
+Bevelhebber NEYLE was, wierden gekwetst. De Majoor zond het krygsvolk
+af, het welk onlangs op Ornamibo geplaatst was, ten einde den vyand te
+vervolgen: het zelve doorkruistte het bosch eene geheele week lang,
+en kwam te rug, zonder iemand ontmoet te hebben. Deeze meenigvuldige
+gebeurtenissen doen zien, hoe moeielyk het voor Europeesche krygsbenden
+is, om in de bosschen van Noord-America te gaan oorlogen.
+
+Den 30sten van deeze maand, zynde St. ANDREAS dag, liet ik een geheel
+schaap braden, waar op ik alle de Officiers, die zig op de Hoop
+bevonden, onthaalde. Ik gaf daar by twee kruiken goede Jamaicasche
+Rhum, waar van wy Punch maakten, welke wy op de gezondheid van onze
+vrienden van het oude vaste Land uitdronken. Ik herhaalde dit festyn
+den 4den December, na het ontfangen der tyding, dat myne JOANNA van
+een frisschen en schoonen zoon bevallen was. Den zelfden dag schreef
+ik aan den heer LUDEN te Amsterdam, om de vryheid voor moeder en
+kind te bekomen, en ik deed dit in dezelfde uitdrukkingen, als aan
+zynen voorzaat den heer PASSELAIGE; alleenlyk verzogt ik hem met
+meerder aandrang, om zyn antwoord te verhaasten, om dat ik niet wist,
+hoe lang onze tocht nog duuren zoude. Myn nieuwe vriend, de heer
+DE GRAAF, ondersteunde my, zoo als de heer LOLKENS gedaan had. Dit
+alles afgeloopen zynde, gaf ik aan de zieken een douzyn flessen goeden
+Champagne-wyn, die de eerstgemelde van deeze twee heeren my gezonden
+had, en die zedert het jaar 1726. in zyne kelder geweest waren.
+
+Des morgens van den 10den, met myn snaphaan op den schouder rondom
+de Plantagie wandelende, zag ik, dat alle de slaven, uit hoofde der
+mishandelingen van den Opzichter, aan 't muiten waaren. Het krygsvolk,
+by geluk van het verschil kennis genomen hebbende, deed het zelve
+tot algemeen genoegen eindigen. Deeze veelvuldige onlusten, waar van
+ik verscheiden malen melding gemaakt heb, gaven klaarlyk het oogmerk
+der Negers te kennen, om tot eenen openbaaren opstand over te slaan;
+en zy zouden zulks voorzeker te meermalen beproefd hebben, zoo zy niet
+wederhouden waren geworden door de vrees, welke de tegenwoordigheid
+van het krygsvolk hun inboezemde. Dien zelfden morgen bragt ik een
+paar vogels van twee verschillende zoorten mede. De eerste word
+genoemd Toreman; de andere is een zoort van poelsnip. De Toreman is
+een vogel van eene zeer heldere zwarte kleur, hebbende gryze pooten,
+en een zeer krommen bek: hy heeft de grootte van een hoen; en is zeer
+goed om te eeten. Hy gaat op de hoogste takken der boomen zitten,
+en men ontdekt hem gemakkelyk door een zoort van zang, het welk hy by
+de aankomst van elk mensch in het bosch duidelyk herhaalt. Van daar
+heeft hy den naam van Toreman, het welk in de taal der Surinaamsche
+Negers een snapper of spion beteekent: de muitelingen dragen hem om
+die reden eenen verschrikkelyken haat toe.
+
+De poelsnip in de Savanen is een weinig minder groot dan een korhaan:
+deszelfs pluimaadje is van eene fraaie gryze zilver-kleur, en zyne
+gedaante ten naasten hy van de Europeesche poelsnippen. Men vindt
+deezen vogel voornamelyk in de verdronkene Savanen; hy is vet, en
+van een uitmuntenden smaak.
+
+Den 11den, wierd de Plantagie Reetwyk, aan de Peréca, door de
+muitelingen aangetast; maar het krygsvolk noodzaakte hen de wyk
+te nemen.
+
+Den Colonel FOURGEOUD toen te Maagdenberg te rug gekomen zynde, en
+my, na eene ziekte van zeven maanden, volmaakt hersteld bevindende,
+waagde ik het, om hem op nieuw schriftelyk voor te stellen, om met
+hem in de bosschen te trekken, of my toetestaan van eenigen tyd te
+Paramaribo door te brengen; maar hy weigerde my het een en ander
+verzoek. Ziende, dat het my niet mogelyk was mynen post te verlaten,
+deed ik derhalven aan myne geliefde JOANNA by een brief verstaan,
+dat ik my beter bevond. Ik kwam vervolgens met myn brief aan den
+oever der Rivier, om aldaar een vaartuig te vinden; en tegen den
+middag bespeurde ik het open vaartuig van Fauconberg, het welk den
+Opzichter naar Paramaribo bragt: by ongeluk bekleedde hy dien post
+slechts zedert kort, en my niet kennende, wilde hy niet naar den
+oever komen, om myn brief aan te nemen. Echter ziende, dat de Negers
+met hunne riemen stil lagen, stak ik den brief tusschen myne tanden,
+en sprong in 't water, om naar het vaartuig toe te zwemmen, niet
+twyffelende, of men zoude my wel weder aan land brengen. Ik volgde dus
+den stroom, geheel gekleed, en naderde eindelyk tot op den afstand
+van twee riemen van het vaartuig: toen nam ik myn brief in de hand,
+en denzelven in de hoogte houdende, riep ik: "Wie zyt gy, die een
+stuk papier weigerdt aan te nemen?" Men antwoordde my in 't Fransch:
+"Ik ben JEAN BEARNY, een boer uit Gasconje, om u te dienen". Het
+vaartuig ging, na deeze weinige woorden, oogenblikkelyk voort, en ik
+zag my buiten staat, om het zelve in te haalen, of weder aan land te
+komen. In zulk eene benaauwdheid stond my niets anders, dan den dood
+te wagten; want het was onmogelyk, om tegen den stroom op te zwemmen,
+vooral, daar myne kleederen my in den weg waren: ik beproefde het
+egter, maar ging twee keeren naar den grond. Ik zoude aldaar buiten
+twyffel hebben moeten blyven, indien ik eindelyk niet eenig paalwerk
+gevat had, het welk in de Rivier gestoken was om visch te vangen,
+en my daar aan stevig had vast gehouden. In deeze gesteldheid riep
+een Hollandsch Timmerman, die my boven van een Suikermolen zag,
+uit al zyn kragt, dat de Engelsche Capitain zig wilde verdrinken. Op
+deeze woorden sprong een dozyn sterke Negers in de Rivier, en wel dra,
+onder het oog van mynen vriend, den Major MEDLAR, die vry genegen was,
+om het bericht van den Hollander te gelooven, grepen zy my, en namen
+my op hunne schouders, om my aan wal te brengen. De woede over de
+onbetamelyke bejegening, die my wedervaren was, de pyn, het gevaar,
+en de schande zelfs, vervoerden my dermaten, en maakten zulk eenen
+sterken indruk op mynen geest, dat ik oogenblikkelyk het gebruik der
+reden verloor, en de misdaad, waar van ik beschuldigd wierd, byna
+ter uitvoer bragt; want door de slaven over eene kleine brug gedragen
+wordende, nam ik een sprong, en wierp my van boven neder in de Rivier;
+ik wierd dadelyk door de Negers weder opgevischt; en de verdenking, dat
+ik een zelfsmoord in den zin had, wierd bevestigd. Dienvolgende bragt
+men my in myne hangmat, waar by den geheelen nacht twee schildwachten
+geplaatst wierden. Myne vrienden omringden my, en stortten traanen;
+maar een weinig warmen wyn genomen hebbende, viel ik in eenen diepen
+slaap tot des anderen daags morgens. By myn ontwaken een zeer bedaard
+voorkomen hebbende, vonden myne redenen, tot myn groot genoegen,
+eindelyk ingang, en myne medgezellen lieten alle vrees ten mynen
+opzigte vaaren. Aan zulk een gevaar stelde my het onbeschaamd gedrag
+van deezen onmenschelyken Franschman bloot, die zig zelfs naderhand
+door trekken van eene voorbeeldelooze wreedheid befaamd maakte.
+
+Daags na dit voorval, zond ik myn brief met één van myne Negers,
+die zig in een kleine kano naar Paramaribo begaf. Tegen den middag
+een vaartuig met syroop van suiker, waar op zig in de brandende zon
+een Engelsch matroos en twee Negers bevonden, voor de Hoop ten anker
+ziende liggen, deed ik den eerstgemelden aan land komen, al waar
+ik hem op een schotel spek met eieren, en een bool punch onthaalde;
+het geen hem zeer verwonderde, want hy maakte geene rekening op zulk
+een goeden maaltyd, en nog minder, om één zyner landgenooten op deeze
+plaats te vinden: zyn naam was MACDONALD, en men zal by vervolg zien,
+welke zyne dankbaarheid was.
+
+Het evengemelde vaartuig was een groote schuit met twee riemen,
+welke de syroop van suiker (melasse) op de Plantagiën gaat haalen,
+en aan boord der Americaansche schepen brengt; en deeze voeren ze
+naar de Eilanden, om 'er rhum van te maken. Men betaalt ze aan de
+Hollanders tegen drie guinies het vat.
+
+Den 16den, kwam 'er een ander Officier aan, die door den Colonel was in
+arrest gezet. De naam van den eersten was GYLGUIN, en van den tweeden
+NEYS: de misdaad van den laatsten was een twist, die hy met een vryen
+Neger, GOASARY genaamd, over het schikken van plantains had. Deeze twee
+jongelingen wierden vervolgens naar Europa gezonden op last van den
+Colonel, die vast stelde, dat zy door een hoogen krygsraad veroordeeld
+zouden worden: maar, na een kort rechtsgeding, wierden zy met eere
+vry gesproken, tot algemeen genoegen der geheele krygsbende. In de
+daad, zoo verregaande was de gestrengheid van den Colonel, dat hy de
+minste toegevenheid niet had voor de zwakheden der jeugd.--Dewyl ik
+zoo even van Plantains sprak, zal ik deeze gelegenheid waarnemen,
+om deeze vrucht, en den boom, die ze voortbrengt, te beschryven;
+het geen ik misschien reeds had behooren gedaan te hebben.
+
+De Plantain-boom is veel eer een plant, dan een boom, want hy heeft
+noch schors noch hout, dezelve bestaat in een stamen, of helmstyl,
+rondom door bolachtige, vezelachtige groene vliezen omgeven, die even
+als de uijen op elkander zitten, tot tien en meer duimen middellyns:
+deeze omwindzels of schelpswyze schorssen klimmen beurtelings tot op
+omtrent veertien voeten afstand van den grond, en vormen zig niet tot
+takken, maar tot bladeren, ten getale van dertien of veertien, die zig
+als een zonnescherm uitspreiden, en waar van elk in staat is iemand van
+de grootste gestalte te overdekken: zy zyn van een helder zeegroene
+kleur, tot dat zy verwelken en afvallen, om voor nieuwe plaats te
+maken. Uit het midden van deeze verëenigde bladeren, spruit een zwaare
+stam van by de drie voeten lang, welken de zwaarte eener bloem-kelk
+van eene purper kleur naar den grond doet overhellen. Boven aan deezen
+stam groeien de vruchten, Plantains genaamd, welke de gedaante van een
+komkommer hebben; zy bedragen een getal van meer dan honderd, en deeze
+geheele tros noemt men doorgaans een rey of reeks. Elke boom of plant
+draagt slechts één van deeze reijen te gelyk: wanneer die afgesneden
+is, komen 'er zeer schielyk jonge uitspruitzels in de plaats, die uit
+hunne bolachtige wortels voortkomen, en in den tyd van tien maanden
+dezelfde bewerking kunnen ondergaan. De Plantain-boom vordert een
+voedenden grond, zonder welken de vrucht niet goed voortkweekt,
+en nooit haare waare hoogte van rypheid bereikt. Deeze vrucht,
+ontdaan van derzelver bekleedzelen, wanneer ze nog groen is, bevat
+eene meelachtige zelfstandigheid van eene ligt geele kleur, die,
+het zy gekookt, het zy gebakken, in plaats van brood dient, gelyk
+ik reeds gezegd heb: zy is zeer gezond, en van een zeer aangenaamen
+smaak. Wanneer de schil geel word, is de binnenste zelfstandigheid
+zoet, en men kan ze raauw eeten, want zy heeft ten naasten by de smaak
+van een rype peer; maar tot die hoogte gekomen zynde, bedient men zig
+'er alleenlyk van op het nagerecht.
+
+De Bananen-boom is een zoort van plant van dien aart; hy verschilt
+alleenlyk van den Plantain-boom daar in, dat zyne vrucht meer eirond,
+en minder groot is, en dat men dezelve nooit eet, dan wanneer ze geel
+en volkomen ryp is. De eerste is van meerder nut; maar de tweede,
+die een reuk van muscus heeft, is lekkerder: de eene is in Surinamen
+bekend onder den naam van banana, de andere onder dien van bacouba. [6]
+
+Den 18den, van mynen vriend, den Majoor MEDLAR, verlof verkregen
+hebbende, om een keer naar Paramaribo te doen, begaf ik my derwaarts
+in een vaartuig; ik kwam aldaar aan op het tydstip, dat men myn zoon
+met Madéra wyn en water waschte, volgens de gewoonte des Lands. JOANNA
+was volmaakt hersteld, en ik bood haar een gouden gedenkpenning aan,
+welken myn vader op myn geboorte-dag aan myne moeder geschonken had. Ik
+bedankte ook mevrouw LOLKENS voor alle haare goedheden, en ik vertrok
+weder dadelyk naar de Hoop, alwaar ik den 22sten te rug kwam.
+
+De arme Neger, dien ik met de bezorging van mynen brief belast had,
+was minder gelukkig geweest, dan ik: de kragt van den stroom had
+zyne kano in het midden der Rivier Surinamen doen omslaan: hy konde
+niet zwemmen, maar had de kragt en behendigheid, om zig op de kano,
+die onöphoudelyk weder trachte om te keeren, recht op te houden,
+en door dit middel gelukte het hem om altyd het hoofd boven water
+te houden, terwyl de zwaarte van zyn lichaam dit vaartuig eindelyk
+belette te wankelen. Eene sloep van een oorlogschip verlostte hem
+gelukkig uit deeze gevaarlyke en lastige gesteldheid; maar zy, die op
+het schip waren, namen de kano voor hunne moeite, en zetten den man te
+Paramaribo aan land. Geduurende al den tyd, dat hy in 't water geweest
+was, had hy den brief tusschen zyne tanden gehouden, en denzelven met
+allen spoed willende bezorgen, deed hy dadelyk zyn best, om zulks te
+verrigten, maar vergistte zig in het huis: men zag hem in 't huis,
+alwaar hy binnen trad, voor een dief aan, want hy weigerde aanhoudend
+den medegebragten brief over te geven, en men stond gereed, om hem
+vier honderd geesselslagen te doen toetellen,wanneer gelukkiglyk
+een Engelsch Koopman, één van myne vrienden, GORDON genaamd, en
+die den Neger kende, hem uit deeze ongelegenheid redde. Dus wilde
+deeze arme jongen, die byna in de Rivier verdronken was, liever
+onder de geesselslagen sterven, dan de geheimen van zynen meester
+ontdekken.--Waar zyn de Europeanen, met zulk een moed en trouw begaafd!
+
+Hier boven van eene manier van visschen door middel van paalwerk
+melding gemaakt hebbende, zal men misschien verlangen deeze manier,
+die my dikwils eene zeer goede maaltyd verschafte, te kennen. Men
+omzet eenvoudig een vierkant vak in de Rivier, met goed paalwerk van
+Latanusboomen hout, die met koorden van heestergewassen vast zyn aan
+één gebonden. In het midden is eene breede opening of deur, welke men
+by den vloed open, en by de ebbe gesloten houdt, om voor te komen, dat
+de visch niet ontsnappe. Door dit middel vangen de Negers en Indianen
+dikwils eene groote meenigte visch. Onder die geenen, welken men de
+laatste keer vong, waren de logolago, en de matouary. De eerste is
+een zoort van zeer dikke paling, en twee voeten lang: zyne huid heeft
+eene bleekblauwe kleur op zyde en op den rug, maar witachtig onder den
+buik. Deeze paling is zeer vet, en van een goeden smaak. De matouary
+is klein en zonder schubben. Het is in Surinamen zeer merkwaardig,
+dat, zoo dra zy buiten 't water zyn, de meeste visschen een geknor
+maken, naar dat van een bigge gelykende.
+
+Den 23sten, op de Plantagie Knoppemonbo ten eeten zynde, zag ik twee
+vogelen, die al myn aandacht tot zig trokken. Een derzelve verdiende
+dit vooral, door het zonderling maakzel van zyn nest. Men noemt hem
+in dit Land Lipybanana, om dat hy zig voornamelyk, zoo men zegt, met
+rype bananen voedt. Ik weet niet of hy de spotvogel van Dr. BANCROFT
+is, maar hy koomt zeer naby aan deszelfs beschryving.
+
+Eenige vogels van dit zoort hadden zig op een grooten boom aan
+den waterkant genesteld: de Negers verzekerden my, dat zy zig op
+die plaats zedert verscheiden jaaren rustig by één verzamelden. Zy
+maakten eindelyk aldaar een getal van meer dan twee honderd uit. De
+gedaante deezer vogelen is ten naasten by die van een Engelsche
+lyster. De mannetjes hebben vederen op het lyf van eene zeer heldere
+zwarte kleur, zynde hun staart en een gedeelte der vlerken van
+eene karmozyn kleur; de wyfjes hebben ook het lyf zwart, maar het
+overige van eene zeer fraaije geele kleur. Hun zang was in de daad
+uit eene groote verscheidenheid van zangnooten zaamgesteld; maar hy
+had geene zoetluidenheid, en bootste geenen anderen wildzang naar,
+zoo als men gemeenlyk voorwendt, dat de spotvogel doet, dien ik voor
+'t overige in Surinamen niet heb hooren noemen. Deeze vogels hadden,
+ten getale van meer dan zestig, hunne nesten op het einde van de
+takken der boomen geplaatst, alwaar zy door den wind heen en weder
+slingerden. Deeze nesten, ten aanzien van derzelver gedaante naar
+een zoort van beursen gelykende, zyn in de laagte zeer rond; maar
+eindigen in de hoogte puntsgewyze. Zy zyn van een weinig hooy gemaakt;
+en in 't midden ziet men een gaatje, waar door de vogels uit en in
+vliegen. Hunne eieren leggen zy op den grond, die zeer breed is,
+en het boven-einde, spitswyze gemaakt, beveiligt deeze vogelnesten
+tegen roof en slegt weder: maar van nog meerder gewicht is het, dat,
+uit hoofde van hunne ligging, de aapen, die in dit Land zoo talryk
+zyn, hun geen nadeel kunnen toebrengen, om dat deeze takken, waar aan
+hunne nesten vast zyn, schoon sterk genoeg om dezelve, en het geen
+'er in is, te dragen, te zwak zyn voor vyanden van eene vry meerdere
+zwaarte; en tot meerder zekerheid waaren die geene, welke ik gezien
+heb, boven het water geplaatst.
+
+De andere vogel, dien ik in myn te rug komen doodde, was
+de Surinaamsche valk, die, ten aanzien van grootte en gedaante,
+naar dien in Engeland gelykt. Deszelfs pluimaadje is van een helder
+bruine kleur, en aan de borst en staart met verschillende roode,
+zwarte, en geele vlakken geteekend. Hy had een gespleeten tong,
+de oogen uittermaaten schitterend, de pooten van een citroen-kleur,
+en de klauwen met zeer lange en zeer puntige nagels gewapend. Deeze
+vogel doet veel schade op de Plantagiën, en vooral onder het gevogelte.
+
+Het word tyd, dat ik tot de krygs-verrigtingen van onzen Bevelhebber te
+rug keere, die eenige dagen op Maagdenberg gebleven zynde, op Kersdag
+met het zwak overschot van zyne krygsbenden optrok, en zig naar de
+Savane der Jooden begaf, van waar hy naar Maagdenberg te rug keerde,
+zonder iets gezien te hebben, maar ten minsten met den titel van den
+zwervenden Jood. Deeze weinige vorderingen wederhielden den Majoor
+MEDLAR en my niet, om hem ons verzoek te hernieuwen, ten einde hy ons
+zoude toestaan om hem op zyne tochten te vergezellen: onze verzoeken
+waren te vergeefs, want hy begaf zig toen naar Paramaribo, alwaar men
+dagelyks nieuwe versterkingen uit Europa verwagtte. Eindelyk echter
+stond hy ons toe hem naar deeze Hoofdstad der Volkplanting te volgen;
+ik zegge ons, om dat die zelfde gunst ook aan eenige andere Officiers
+wierd toegestaan, die in dit oogenblik aan alles gebrek hadden, terwyl
+'er vyftien vaten besten wyn, en vyftien duizend guldens aan geld,
+ter beschikking van den Colonel waren.
+
+
+
+VYFTIENDE HOOFTSTUK.
+
+Indianen, inboorlingen van
+Guiana.--Voedzel,--Wapenen,--Cieradiën,--Optooisels,--Bezigheden,
+--Vermaken,--Driften,--Godsdienst,--Huwelyken,--Begravenissen,
+enz, van deeze Volken.--De Caraïbische Indianen in 't byzonder,
+en hunne koophandel met de Europeanen.--Boomen, Heesters en Planten.
+
+Den 18den January 1774, verliet ik eindelyk den wachtpost van de
+Hoop, welke den lezer misschien reeds zoodanig verveeld zal hebben,
+als dezelve my te dier tyd gedaan had. Van daar zakte ik de Rivier
+af naar de Plantagie Arentslust; en des anderen daags hield ik op de
+Plantagie Katwyk, die zeer fraay is, het middagmaal. Ik dagt hier een
+einde aan alle myne reizen te maken; want de heer GOETZER, eigenaar
+van deeze Plantagie, my één van zyne paarden geleend hebbende, om
+zyne bezittingen eens te doorkruissen, verdweenen wy, het dier en ik,
+eensklaps; een houte brug, waar over ik heen reed, verrot zynde, brak
+oogenblikkelyk aan stukken; ik viel in 't water, en had veel moeite
+om de wal te bereiken; vervolgens eenige Negers geroepen hebbende,
+trokken zy het paard, het welk in de modder gezonken was, 'er uit;
+maar dit geschiedde egter niet zonder groote moeite.
+
+Des avonds vertrok ik nog naar Paramaribo, alwaar ik met laag water
+aankwam, het geen my gelegenheid gaf tot het beschouwen der boomen, die
+aan den oever der Rivier Surinamen groeien, en met oesters, even als
+vruchten, aan de takken vast zittende, bedekt zyn. Deeze byzonderheid
+heeft gelegenheid gegeven tot de algemeene misvatting, dat zy aan die
+boomen groeiende, 'er een gedeelte van zouden uitmaken; maar 'er is
+niets byzonders in gelegen, dat zy zig zoo wel aan de eene als andere
+zelfstandigheid vast hechten; want men vindt gemeenlyk verscheiden
+zoorten van schelpvisschen, die zig aan de kiel der schepen, als aan
+rotzen, vast houden. Deeze oesters, die de gedaante van paddenstoelen
+hebben, zyn zeer klein en vry middelmatig; honderd van dezelve zyn
+zoo veel niet waardig, als een dozyn Glocester oesters. Men vindt
+ook mosselen in Surinamen, maar zy zyn zoo klein en smakeloos, dat
+zy naauwlyks verdienen gemeld te worden.
+
+Des anderen daags na myne aankomst, gaf ik een bezoek aan den
+Gouverneur en aan den heer KENNEDY, als mede aan Mevrouwen LOLKENS en
+DEMELLY: allen ontfingen zy my met zeer veel eerbewyzing, en wenschten
+my geluk met myne kennis aan den heer DE GRAAF; zy keurden ook goed
+het geen ik voor JOANNA en voor myn zoon gedaan had.
+
+Den 22sten, het overschot van ons krygsvolk zig grootendeels op
+Paramaribo bevindende, gaf de heer VAN EYS eene maaltyd aan de
+geheele krygsbende.
+
+Den 29sten, kwam een aanzienlyk getal Indianen in deeze hoofdstad
+der Volkplanting aan. Deeze volken,die uit Guiana oorsprongelyk zyn,
+schynen de gelukkigste schepzels, die onder den hemel leven, en zyn
+in stammen (castes) verdeeld, als daar zyn,
+
+ De Caraïben. De Arrowouks.
+ De Accawaus. De Tajiras.
+ De Worrows. De Piannacotaus.
+
+'Er zyn bovendien nog veele anderen, wier gebruiken en gewoonten
+onbekend zyn. De Indianen van alle deeze stammen hebben in 't algemeen
+een koper-kleur; terwyl de Africaansche Negers, die onder den zelfden
+graad van breedte woonen, volmaakt zwart zyn. Men kan gemakkelyk van
+dit onderscheid reden geven: de Indianen van Guiana worden door de
+zeewinden, of de ooste winden, die tusschen de keerkringen waaien,
+aanhoudend verfrischt. De inwooners van Terra Firma en Peru aan de
+westkust van America, genieten ook denzelfden oosten wind, welke
+dien grooten keten van bergen, in de binnen-landen gelegen, wier
+kruin steeds met sneeuw bedekt is, en waar over die wind heen waait,
+altyd frisch houdt. De inwooners van Africa, zuidwaarts van de Rivier
+Senegal levende, hebben dien wind ook wel, maar na dat dezelve door
+de verschrikkelyke meenigte woestynen, welke zy overwaait, brandend
+geworden is.
+
+Deeze zyn de waarschynlykste oorzaaken, waarom de Americanen alleenlyk
+een koper- of roode kleur hebben, en dat de inwooners van Africa, welke
+Negers genoemd worden, geheel zwart zyn; namelyk, om dat de straalen
+der zon by de laatstgemelden meer brandende zyn, dan by de eersten, en
+niet om dat zy twee geheele onderscheidene stammen of geslachten zouden
+uitmaken: want ieder, die wel onderzoekt en opmerkt, ziet klaarlyk,
+dat 'er maar eene zoodanige stam van het menschdom op de aarde is, en
+dat het onderscheid tusschen de menschen alleenlyk voortkoomt uit het
+verschil van luchtstreek en grond. Ik ben daarënboven van gedachten,
+dat deeze Indianen altyd des te minder aangemerkt moeten worden als
+eene stam, van die van het oude vaste Land verschillende, wanneer men
+de nabyheid van Rusland aan Noord-America in aanschouw neemt. Uit het
+eerstgemelde Land zullen de eerste Americaanen verhuist zyn, maar zy
+hebben tot hier toe het nieuwe vaste Land slechts weinig bevolkt,
+uitgenomen egter Mexico, en eenige andere gedeelten van America,
+die door de gierigheid en het bygeloof der Spanjaarden ontvolkt zyn.
+
+Ik kan deeze Indianen van Guiana gelukkig noemen, daar hunne zeden en
+gerustheid door de gebreken der Europeanen niet zyn gestoord geworden,
+daar zy geene misslagen dan die der onkunde hebben, welke geenzints
+uit het bederf van eenen zoogenaamden staat van beschaafdheid, en
+van eenen Godsdienst, van deszelfs grondbeginzel zoo zeer afwykende,
+hunnen oorsprong nemen.
+
+Deeze aanmerkingen herïnneren my natuurlyk het antwoord van eenen
+Indiaan, met opzigt tot eene redenvoering van een Zweedsch Prediker,
+ter gelegenheid van een Vredes-verdrag, te Covestogo gesloten. Zie
+hier hetzelve in 't kort:
+
+"Wel! gelooft gy in de daad, dat onze voorvaderen en wy allen,
+zoo als gy zegt, veroordeeld zyn, om in eene andere weereld
+eeuwig-duurende folteringen te ondergaan, om dat wy van uwe
+geheimzinnige nieuwigheden niet zyn onderrigt geworden? Zyn wy niet het
+maakzel van God? En kan deeze God zonder de hulp van een boek zynen
+wil niet openbaaren? Indien dit waar is, en God is rechtvaardig, is
+het dan met zyne rechtvaardigheid eenigermaten over één te brengen,
+dat hy ons zonder onze toestemming in deeze weereld plaatsen zoude,
+en ons vervolgens tot eene eeuwige verdoemenis verwyzen, om dat wy
+met u niet eenstemmig denken. Neen, neen! wy zyn overtuigd, dat de
+Europeanen een meer bedorven zedenleer, dan de Indianen, hebben,
+indien wy hunne leer naar hun gedrag afmeten".
+
+'Er is zekerlyk geen loffelyker onderneming, dan om de waarheden, door
+God zelven aangekondigd, aan menschen, wier verstand zoo zuiver is,
+en zoo zeer verdient opgehelderd te worden, mede te deelen: maar ik
+vrees, en niet zonder reden, dat de pogingen van eenen achtenswaardigen
+Prediker zeer weinige vorderingen maken zullen, zoo lang het gedrag van
+het grootste gedeelte van andere zendelingen der Moravische Broederen,
+zig onder de Indianen aan de oevers der Saraméca nedergezet hebbende,
+alwaar zy zig met de bekeering der Indianen en Negers bezig houden,
+niet hunne leeringen lynrecht strydig wezen zal.
+
+Alle de Indianen van Guiana gelooven in eenen God, als de opper-oorzaak
+van alles goeds, en die hun nooit het minste kwaad wil doen; maar zy
+bidden den duivel aan, om de onheilen, waar mede hy hen kwellen kan,
+af te weeren: zy noemen hem Yawahou; zy schryven aan hem de smart,
+de ziekten, de wonden, en den dood toe, en overal, waar een Indiaan
+sterft, verlaat zyn geheele huisgezin dadelyk dit verblyf, om voor
+het vervolg den doodelyken invloed van het noodlot te ontwyken.
+
+De Indianen van Guiana zyn volken, die volmaakt vry zyn; dat is,
+zy kennen geene verdeeling van landen, en hebben geen ander bestuur,
+dan dat der oudsten, die elk in hun huisgezin den post van Capitain,
+Priester, en Geneesheer waarnemen; men bewyst hun eene eerbiedigende
+gehoorzaamheid, en noemt hen Peji, of Pagaijers, en even als by
+veele beschaafde volkeren, genieten zy meerder voorrechten, dan hunne
+overige landgenooten.
+
+De veelwyverye is onder deeze volken geoorloofd, en het staat aan
+ieder man vry zoo veele vrouwen te nemen, als hy onderhouden kan,
+schoon hy 'er doorgaans niet meer dan ééne heeft, op welke hy
+uittermaten jaloers is, en die hy oogenblikkelyk om hals brengt,
+zoo dra zy hem een sterk en zeker bewys van trouwloosheid geeft. De
+Indianen slaan hunne kinderen nooit, om welke reden het ook zy; en
+hun geheel onderwys bestaat in hen te leeren jagen, visschen, loopen
+en zwemmen. Nimmer beledigen zy elkander met scheldwoorden, en begaan
+geen diefstal; de leugen is onder hen eene onbekende zaak. By deeze
+gelukkige hoedanigheden kan men voegen, dat geen volk dankbaarer is,
+wanneer men hen met ordentelykheid behandelt; ik zal zelf, by vervolg,
+daar van een merkwaardig bewys opgeven; maar aan den anderen kant
+moet ik ook zeggen, dat deeze Indianen uittermaten wraakzuchtig zyn,
+vooral wanneer zy vermeenen, dat men hen onrechtvaardig beledigd heeft.
+
+De eenige gebreken, die ik in hun ken, indien men ze by hen als
+zoodanig beschouwt, zyn de onmatige drift om zig dronken te drinken,
+wanneer de gelegenheid zig daar toe aanbiedt, en hunne onbegrypelyke
+agteloosheid. De eenige bezigheid van eenen Indiaan, wanneer hy niet
+vischt, nog jaagt, bestaat om in zyn hangmat te gaan leggen, zig te
+vermaken met het schoonmaken zyner tanden, met de hairen van zynen
+baard tusschen zyne vingers te wryven, of zig zelf in een stuk van
+een gebroken spiegel te bekyken.
+
+De Indianen zyn in 't algemeen zeer zindelyk; zy baden zig twee of
+drie maalen daags in de Rivier of in de Zee. Allen, van welke kunne zy
+ook zyn, trekken zig al het hair uit, uitgenomen op het hoofd. Hun
+hoofdhair is dik, en van een schitterend zwarte kleur; het word
+niet grys, en nooit worden zy kaal; de mannen dragen het hair kort,
+maar by de vrouwen hangt het tot op de helft van den rug. Het schynt
+dat zy de Bybelleer volgen, waar in gezegd word, dat lange hairen de
+cieraad van een vrouw, en de schande van een man zyn.
+
+De Indianen van Guiana zyn noch groot, noch sterk, noch zwaar gespierd,
+en over 't algemeen zeer gezond. Hun gelaat geeft niets dan vergenoegen
+en goedäartigheid te kennen. Zy hebben regelmatige en schoone trekken,
+dunne lippen, witte tanden, en zwarte, maar kleine oogen. Echter
+mismaken zy zig allen meer of min door het gebruik van de Arnotta,
+of Roucou, waar aan zy den naam van Cosowy, en de Hollanders dien
+van Orlean geven. Het zaad van de Arnotta, in limoensap wel geweekt,
+en gemengd met water, en de gom, die van den boom, Mawna genaamd,
+afvloeit, of met oly van bevergeil, maakt eene scharlaken verwe,
+waar mede alle de Indianen zig het lichaam, en de mannen zelfs hun
+hoofdhair besmeeren, het geen aan de huid de kleur geeft van een
+gekookte zee-kreeft. Zy hebben bovendien de gewoonte, om zig met
+caraba, of krabben-oly, te wryven, en men moet erkennen, dat zulks
+voor menschen, die byna naakt zyn, in eene brandende luchtstreek zeer
+dienstig is. Op zekeren tyd aan 't lagchen geraakt zynde, op het
+zien van een jongen Indiaan, die van onder tot boven besmeerd was,
+en uit den omtrek van Caijenne kwam, antwoordde hy my in 't Fransch:
+"Dusdanig gebruik verzagt myne huid; het belet eene al te overvloedige
+uitwaasseming, en bewaart my gedeeltelyk voor het steken der insecten,
+die u kwellen; zie daar, myn heer, waar toe, behalven het fraaije,
+my die roode verwe dient. Zeg my nu eens, (wyzende op de poeder,
+waar van myn hair vol was,) om welke reden zyt gy wit geverwd? Ik
+vind geene reden, waarom gy op die wyze uw meel verdoet, uwe kleederen
+vuil maakt, en grys gelykt, eer gy oud zyt".
+
+De Indianen gebruiken ook tot het zelfde einde een zeer ligt gevlakt
+blauw, het welk zy tapowripa noemen; maar dit heeft alleenlyk plaats,
+wanneer zy zig willen opschikken, en het blyft negen dagen op de
+huid. Zy maken dit van het sap van eene kleine vrucht, gelykende
+naar een kleinen appel, en groeiende aan den boom, tawna genoemd, en
+welke zy in water laten weeken; zy bedienen 'er zig van, om over hun
+geheele lichaam en aangezicht een zooit van beeldspraken te teekenen,
+waar van de grond altyd vierkant is. Dit smeersel zit zoodanig aan
+de huid vast, dat één van onze Officiers, die zulks niet gelooven
+wilde, uit aartigheid goedvond zig twee zeer groote knevels te laten
+schilderen, welke hy tot ons groot vermaak verpligt was een geheele
+week op Paramaribo te dragen; en hy moest den gewoonen tyd afwagten,
+op welken deeze kleur weggaat, om daar van geheel en al ontheven
+te worden.
+
+De eenige kleeding, welke de Indianen hebben, bestaat in een
+zwart of blauw windzel van catoene lywaat, het welk de mans om hun
+midden dragen, en vry veel gelykheid heeft met het geen de Negers
+hun camisa noemen. Zy binden het om hunne lenden, en laaten het
+tusschen hunne beenen doorgaan; en dewyl het zeer lang is, hangen zy
+het einde over hunne schouders, of laten het agteloos over den grond
+sleepen. De vrouwen, hebben, in plaats van dit windzel, een zoort van
+voorschoot van catoene lywaat, met koraalen verciert, en by hun queiou
+genaamd. Dit voorschoot heeft maar een voet breedte tegen agt duimen
+hoogte; het is met franjen omboord, en met koorden van catoene draaden
+vast geknoopt. Schoon het zwaar is, maakt deeze kleinte het zelve niet
+zeer geschikt tot het oogmerk, waar toe het dienen moet. Verscheide
+vrouwen dragen ook een gordel van hair, waar aan zy van vooren en
+van agteren, een groote vierkante lap zwart catoene lywaat hegten,
+maar veel ligter en zonder sleep, zoo als de mannen aan hunne camisa
+hebben. Beiden dragen zy dit zoort van kleeding zeer laag; het geen
+hun het voorkomen van eene uittermaten lange gestalte geeft.
+
+In de binnen landen gaan verscheiden Indianen van beiderleije kunne
+geheel naakt. De opschik der vrouwen bestaat, om in kleine gaten,
+welke zy zig in de onderlip maken, spelden te steken, en zelfs alle
+de spelden, welke zy zig kunnen aanschaffen, en waar van de punten
+haar, als een zoort van baard, op de kin hangen. Door dat zelfde
+middel hangen zy ook brokjes kurk-, of ander ligt hout aan hunne
+ooren. Zommige van haar steeken ook gaten in de huid van hunne wangen
+of neus, om 'er vederen in te plaatsen; maar dit is zeer zeldzaam. Het
+ongeschiktst cieraad in myn smaak is dat der jonge dogters van tien of
+twaalf jaaren oud, en bestaande in een zoort van catoene koussebanden,
+die om de enklauwen en beneden de kniën naauw zyn toegebonden, en altyd
+zoo blyvende, de kuit van het been ongemeen dik maaken, wanneer zy
+in haar groeijen zyn, en haar een lomp voorkomen geeven. Alle dragen
+zy ook gordels, windzels, armringen van koraalen van verschillende
+kleuren, of van schelpen, en van tanden van visschen: zy dragen die
+om den hals, de schouders en de armen; maar de laatstgemelde meestal
+boven den elleboog. De Indiaansche vrouwen hebben in 't geheel zeer
+weinig bevalligheid in haare gestalte; zy zetten de voeten binnewaarts,
+en haare opschik heeft slechts eene middelmatige aantrekkelykheid. Ik
+moet egter hier van uitzonderen de vrouwen van zekeren byzonderen stam,
+waar van ik in 'tvervolg spreken zal.
+
+De cieraden der mannen bestaan in kroonen van vederen van verschillende
+kleuren, of in een zoort van draagband, gemaakt van tanden van tygers
+of wilde zwynen, welken zy als een teeken van hunne dapperheid en
+werkzaamheid dragen. De hoofden des huisgezins bedekken zig zomtyds met
+de huid van de eerstgemelde deezer dieren, met een zilvere plaat in de
+gedaante van een kruis vastgemaakt, het welk ze caracoly noemen. Zy
+steeken ook dikwils kleine brokken van dit zelfde metaal door het
+kraakbeen in het midden van den neus, of zomtyds een steen van eene
+groene of geele kleur. Alle deeze volken leven in de bosschen, by de
+Rivieren, langs de Zeekusten, en bewoonen kleine gehuchten. Hunne
+huizen of hutten, welke zy carbets noemen, zyn gebouwd, zoo als ik
+van die der Negers reeds heb opgegeven; maar in plaats van met bladen
+van Latanus-boomen bedekt te zyn, zyn zy bedekt met biezen, welke men
+hier tas noemt, en die by bossen op moerassige plaatsen groeien. Meer
+algemeen gebruiken zy hier toe troulies, een zoort van blaaden, aan den
+wortel der plant wassende, niet minder dan twintig of vier-en-twintig
+voeten lang, en twee of drie voeten breed zynde, welke geheele jaaren
+eene kragtdadige beschutting tegen het guur weder verschaffen.
+
+De huisraad en gereedschappen der Indianen zyn zeer eenvoudig, maar
+tot hun gebruik voldoende: het zyn eenige potten van zwarte aarde,
+die zy zelve maaken; eenige calebassen of kauwoerden; eenige korven,
+welke zy pagala noemen; een steen om te malen, matta genaamd, en een
+anderen om hun cassaven-brood te bakken; een zoort van waijer, om
+het vuur aan te blazen; een houte stoel, mouly genaamd; een zeeft,
+mounary genaamd; een pers, matoppy genaamd, dienende om het vocht
+van de cassave uit te perssen; en eindelyk een catoene hangmat,
+waar in zy slapen.
+
+Door hunne betrekkingen met de Europeanen, hebben zy bylen of messen,
+welken deeze aan hun bezorgen; en zy dragen de eerstgemelden altyd
+om hun midden even als dolken. Elk huisgezin der Indianen is ook van
+een groot vaartuig of kano voorzien, om alles, wat hy bezit, over te
+voeren, wanneer zy te water reizen, het geen zeer dikwils voorvalt.
+
+De eenige plantgewassen, door deeze volken aangekweekt wordende, zyn
+de ignames, de plantain-boomen, welken ik reeds beschreven heb, en in
+'t byzonder de Maniok, waar van zy de cassave maken. De laatstgemelde
+plant is een zacht en grysachtig heestergewas, het welk omtrent
+drie voeten hoog opgroeit. Deszelfs bladeren zyn gevingerd, breed,
+en hangende aan steelen van eene kaneel-kleur. Deeze heesters
+zyn van tweërley zoort, door de benaaming van zoete en bittere
+onderscheiden. De wortels alleen zyn goed; zy zyn van een meelachtigen
+aart, en van een zeer zoeten smaak; en ten aanzien van kleur, grootte
+en gedaante, gelyken zy veel naar Europeesche witte wortelen. De zoete
+maniok, even als de groene plantains, onder heeten asch gebraden,
+en met boter gegeten, is een aangenaam en gezond voedzel, en heeft
+den smaak van kastanjes. Maar de bittere maniok, wanneer hy raauw
+is, is het doodelykst vergift, zoo voor menschen als beesten; en
+ondertusschen hoe vreemd dit ook schynen moge, wanneer hy door het
+vuur is gaar geworden, word hy een zeer heilzaam voedzel, en dient aan
+de Indianen van dit Land, zoo wel als aan de Europeanen en Negers,
+tot brood. Zie hier de manier, waar op de eerstgemelden de cassave
+gereed maken: eerst malen of raspen zy de wortels op de matta, of
+ruwe steen. Dit geraspte zetten zy vervolgens in een pers, om het
+sap van de meelachtige zelfstandigheid af te scheiden. Deeze pers is
+een zoort van zeer lange buis, van warimsbo, of gevlochten biezen,
+gemaakt; na dezelve met geraspte cassave gevult te hebben, hangt men
+die aan een boom, en maakt 'er van onderen een, stuk hout aan vast,
+welks zwaarte deeze buis uitrekt; terwyl de langzaam voortgaande
+drukking het vocht door derzelver openingen doet uitloopen. Deeze
+bewerking geëindigd zynde, geeft men aan het meelachtig gedeelte de
+ronde gedaante van een koek, welke men op een heeten steen laat bakken,
+tot dat dezelve bruin en geroost is; als dan is het een zeer gezond
+voedzel, het welk zes maanden lang bewaard kan worden. Men moet egter
+toestemmen, dat door deeze behandeling de smaak van dit zoort van brood
+zoetachtig en smakeloos word. Indien de slaven op de Plantagiën geene
+zorge droegen, om het aldus uitgeperst vocht van deezen wortel weg
+te werpen, zoude het vee en gevogelte 'er van drinken, het geen hen
+oogenblikkelyk zoude doen opzwellen, en in doodelyke stuiptrekkingen
+vervallen; en echter dient dit zelfde vocht, met geslacht vleesch en
+peper gekookt, om 'er soep van te maken. Men moet geen maniok-wortel
+tot voedzel nemen, zonder denzelven wel te kennen: verscheiden lieden
+zyn, zoo als ik zeker weet, vergeven geworden, door het een voor het
+ander te nemen. Het onderscheid tusschen de twee zoorten bestaat daar
+in, dat een houtachtig en ruw vezel, of een zoort van koord, dwars
+door den wortel van den zoeten of eetbaaren maniok loopt, terwyl de
+bittere of vergiftige maniok zulks niet heeft. De Indianen eeten
+ook acajou-nooten, en zy brengen ze dikwils te Paramaribo, alwaar
+men ze inginotto noemt. De pitten van deeze nooten, die, ten aanzien
+van de kleur en gedaante, naar lams-nieren gelyken, zyn uittermaten
+lekker. De acajou-nooten groeien aan boomen, welke men niet dan zeer
+diep binnen in 't land vindt, maar dewyl ik 'er geene gezien heb,
+kan ik 'er geene beschryving van geven.
+
+De Indianen voeden zig ook met land- en zeeschildpadden en met krabben,
+welke zy syryca noemen, en welke men by laag water in meenigte langs
+de kusten van Guiana in het slyk vindt. Zy zyn 'er zeer heet op, gelyk
+ook op rivier-kreeften, welke zy sarosara noemen, en die in dit Land
+zeer overvloedig zyn; maar geen zoort van voedzel behaagt hun meer,
+dan de iguana, of de hagedis waijamaca, waar van ik reeds gesproken
+heb. Al wat zy eeten, is zoodanig met peper van Caijenne aangezet,
+dat een Europeaan het proevende den mond branden zoude. Zy gebruiken
+weinig of geen zout, en laaten hun wildt in den rook droogen, het
+geen het voor 't bederf bewaart. Indien een Indiaan verzuimt heeft,
+om door jagen of visschen levens-middelen te vergaderen, stilt hy
+zyn honger met het een of ander voortbrengzel der bosschen.
+
+Deeze volken hebben verscheiden zoorten van drank, en onder anderen
+het sap van zekere vrucht, by hen coumou genaamd. De boom, die deeze
+vrucht voortbrengt, is een palmboom van het kleinste zoort. Deszelfs
+zaad is besloten in bessen van een blauw gevlakte kleur, die naar
+trossen gelyken, en wier vleesch aan een harde en ronde pit, als een
+pistool-kogel, lugtig aanhangt. Men laat deeze bessen in kokend water
+weeken en ontbinden: de inwooners van goeden smaak doen vervolgens
+suiker en kaneel in dit vocht, het welk hun dan tot drank dient,
+en zeer sterk de smaak van chocolaad heeft. Een andere drank, waar
+aan de Indianen den naam van Pivorry geven, is een mengzel van
+cassavebrood, door de vrouwen gekauwd, en in water uitgegist; het
+heeft de smaak van zoet bier (aile), en kan iemand dronken maken. Men
+vindt het dadelyk vreemd, dat menschen, van welken landäart ook,
+een drank kunnen drinken, welken een ander in den mond gehad heeft:
+maar zy, die de reizen van Capitain COOCK geleezen hebben, zullen
+zig herinneren, dat deeze gewoonte op de door hem ontdekte Eilanden
+mede plaats heeft, en dat, zoo hy zig daar niet naar geschikt had,
+hy derzelver inwooners zeer te onvreden zoude gemaakt hebben. Zyne
+Officiers echter vonden niet goed, om zig naar dit gebruik te voegen,
+en weigerden, om van deezen walgelyken drank mede te drinken. Het
+brood, van Turksch graan gemaakt, dient ook aan de inboorlingen van
+Guiana, om 'er een ander zoort van drank van te maken; zy kruimelen
+het, en laten het in water weeken, tot dat dit mengzel, even als
+het voorgaande, is uitgegist, en zy noemen het zelve chiacoar. Deeze
+volken hebben bovendien nog een vierde zoort, cassiry genaamd, waar
+van zy veel gebruik maken. Het is zaamgesteld uit ignames, cassave,
+zuure orange-appelen, en suiker of teriaak, in water wel geweekt en
+uitgegist zynde. Ik moet 'er byvoegen, dat alle deeze dranken, als men
+'er te veel van gebruikt, dronken maken, het geen aan de Indianen, mans
+en vrouwen, dikwils gebeurd. Dan alleenlyk begaan zy ongeregeldheden,
+en ontstaan 'er twisten onder hen.
+
+De taal der Indianen in 't algemeen gelykt veel, ten aanzien van de
+uitspraak, naar de Italiaansche. Hunne woorden zyn welluidend, en
+eindigen met een klinkletter, zoo als men uit de door my bygebragte
+zien kan. Tot hun Almanach hebben zy niets anders, dan een koord met
+knoopen. Hun speeltuig bestaat voor eerst in een zoort van fluit,
+toutou genaamd, van een zeer dik bies gemaakt, waar op zy geluiden
+doen hooren, die niet veel aangenaamer zyn dan het gebulk van een os,
+en zonder welluidenheid of maat. Eene andere fluit, door deeze volken
+quarta genoemd, (veel overëenkomst hebbende met het geen OVIDIUS noemt
+Syrinx, en eenige dichters het rietfluitje van PAN:) is gemaakt van
+eene verzameling van rieten, aan het eene einde van ongelyke grootte,
+en als de pypen van een orgel te zamen gevoegd. Om op deeze fluit te
+spelen, neemt men ze met beide handen, en brengt ze aan de lippen,
+alwaar men ze heen en weder draaiende, 'er een zoort van mateloos
+en helder geluid mede maakt, het welk voor niemand aangenaam is,
+dan voor deeze Indianen. Wanneer ik zoodanig één moedernaakt, in
+het midden van een boschjen, op zyn rieten fluitje hoor speelen,
+verbeeld ik my den God PAN te zien. Ik bezit tans ook nog eene fluit,
+welke zy van een been van hunne vyanden maken. Hunne dans, indien men
+'er dien naam aan geven kan, bepaalt zig tot sprongen, tot slingeren
+op één been, en tot rond draaien in verschillende houdingen, tot dat
+hun hoofd duizelig word.
+
+De Indianen zyn zeer gemeenzaam onder elkander, en komen dikwils in
+eene groote hut of carbet, die daar toe in ieder gehucht is opgericht,
+by elkander. Zy danssen, zy speelen daar, of vermaken zig met het
+hooren of doen van vertellingen van spooken, toovenaars, of het
+verhaalen van hunne droomen, terwyl zy tusschen beiden dikwils in een
+onmatig gelach uitbarsten. Zy scheppen groot vermaak in zig te baden,
+het geen zy twee of drie maalen daags doen, mans, vrouwen, jongens,
+meisjens, allen onder malkander; en by deeze partyen maken zy zig zelfs
+niet aan de geringste onvoeglykheid schuldig, het zy met woorden, het
+zy met daden. Zy zyn, allen zonder onderscheid, uitmuntende zwemmers.
+
+De bezigheden der mannen zyn, zoo als ik reeds gezegd heb, weinig in
+getal: men kan ze in twee woorden uitdrukken, jagen en visschen; en
+zekerlyk zyn de Indianen op deeze beide oeffeningen meerder afgericht,
+dan eenig ander mensch, tot welk volk hy ook behoore. Tot de jagt
+bedienen zy zig van boogen en pylen, welken zy zelve maken; en van de
+laatstgemelde hebben zy verschillende zoorten, naar den verschillenden
+aart van het wildt, waar op zy ter jagt willen gaan. Hunne bogen
+zyn van het stevigste en hardste hout gemaakt; zy geven aan dezelve
+zes voeten, en polysten ze op het fraaist door middel van een steen:
+deeze bogen zyn gespannen met koorden van zyde-planten, en de greep is
+met catoen omwonden. Hunne pylen hebben doorgaans by de vier voeten
+lengte. Zy zyn van een zoort van zeer sterk en recht riet gemaakt,
+aan welks einde eene ligte roede van een voet lengte is vast gemaakt,
+om ze in evenwigt te houden, en zy zyn met een staale punt, of een
+vischgraat gewapend, welke altyd een weerhaak heeft. Zommige van de
+pylen deezer volken hebben een punt als die van een lans; andere zyn
+met dubbele en driedubbele weerhaken, en zoodanig in één gewerkt,
+dat zy in de wond blyven hangen, wanneer zelfs het hout weggenomen
+is; deeze zyn de pylen, waar van men zig voornamelyk voor het jagen
+en visschen bedient; want, schoon zy niet doodelyk zyn, zyn zy voor
+het wildt ongemeen hinderlyk, en door middel van een boey, welke men
+'er aan vast maakt, dienen zy om de visch naar de oppervlakte van
+het water te trekken, en mitsdien om zoo wel de een als de ander te
+vangen. Deeze pylen zyn alle van vederen van zes of zeven duimen lang
+voorzien. Verscheide hebben in plaats van punten rond gemaakte knoppen,
+van de grootte van een kastanje; de Indianen bedienen 'er zig van om
+de papegaijen en kleine apen te bedwelmen en te doen nedervallen,
+waar na zy ze met de hand grypen; deeze dieren komen weder spoedig
+by, en men zend ze levendig naar Paramaribo. Zommige van deeze pylen,
+geschikt om de visschen te dooden, hebben de gedaante van een drietand,
+hebbende tot drie en zelfs tot vyf punten. De Indianen doopen 'er
+ook eenige, maar in een klein getal, in het vergift, wourara [7]
+genaamd, het welk eene verschrikkelyke en schielyke werking doet;
+maar wanneer zy vreezen, dat hun schot zoude mogen missen, bedienen zy
+zig van een ander zoort van pylen, die niet meer dan tien of twaalf
+duimen lang, uitermaten dun, en van de schors van zeer hard palmhout
+gemaakt zyn. In plaats van vederen, is dezelve met catoen omwonden,
+zoo veel als voldoende is tot het vullen van een holle buis, van
+een riet gemaakt, en by de zes voeten lang, waar in deeze Indianen
+met hun adem blaazen. Zy werpen deeze doodelyke werktuigen, op den
+afstand van veertig schreden, en op zulk eene zekere manier, dat
+het dier, het welk zy mikken, hun niet ontsnappen kan. De punt van
+deeze laatstgemelde pylen word ook in het vergift wourara gedoopt,
+het welk zulk een krachtig vermogen heeft, dat by den laatsten
+opstand, in de Volkplanting de Berbices voorgevallen, eene vrouw,
+die door eene deezer vergiftigde pylen ligt gewond was, niet alleen
+byna oogenblikkelyk stierf, maar dat zelfs een kind, het welk zy aan
+de borst had, schoon het door dit wreed wapentuig niet geraakt was,
+insgelyks overleed, vermits het slechts een oogenblik aan de borst
+zyner moeder, na dat deeze was gekwetst geworden, gezogen had.
+
+De manier van visschen is by de Indianen byna dezelfde, als die, welke
+ik reeds ter gelegenheid van den post de Hoop beschreven heb. Zy maken
+een fuik van paalwerk, by den ingang van kleine kreeken en in laage
+gronden; zy dooden aldaar de visch met hunne drietandige pylen, of
+vergiftigen het water, door 'er wortels van hiary, in Surinamen den
+naam van tringy-youco of konamy dragende, in te werpen. Deeze wortel
+verdooft den visch; en in dien staat kan men hem met de hand grypen,
+terwyl hy op de oppervlakte van het water dryft. De Indianen dryven in
+deeze wortelen handel, en verzenden ze in meenigte naar de Plantagiën,
+en naar Paramaribo. Zie daar, welke, behalven het maken van hunne
+huisraad, cieradiën, en wapentuigen, by deeze volken de bezigheden
+der mannen zyn.
+
+Ik moet ook niet vergeten, dat elke Indiaan ter zyner verdediging
+een knods draagt, welke men apoutou noemt, van het zwaarste hout uit
+het bosch gemaakt: dezelve is agttien duimen lang, aan de twee einden
+plat en vierkant; maar aan het eene einde veel zwaarer, dan aan het
+andere: in het midden is dezelve het dunst; hy is omwonden met zeer
+sterke draden catoen, dienende om hem met des te meerder vastheid aan
+te vatten, en door een zoort van stootplaat gedekt, om de voorhand te
+bewaaren. Door een slag met deezen knods, waar aan dikwils een puntige
+steen word vast gemaakt, slaat men iemand de herssens in. De Indianen
+van Guiana snyden dikwils op hun apoutou beeldspraakige vertooningen,
+en het getal der vyanden, welken zy gedood hebben. Om den steen aan
+deezen knods vast te maken, steekt men dien in den boom zelven, die
+het hout levert, terwyl die in zyn groei is; dezelve hecht zig daar
+aan als dan zoo vast, dat het niet mogelyk is 'er dien uit te trekken;
+vervolgens hakt men dit hout, om 'er het fatsoen aan te geven.
+
+De vrouwen houden zig bezig, om de maniok, de bananen, de ignames,
+en andere wortelen te planten; zy maken de levens-middelen gereed,
+maken aarde potten, catoene hangmatten, armbanden, en manden of
+korven. De beste derzelve worden pagala genoemd; zy zyn van een
+dubbele rieten mat gemaakt, die den naam van warimbo draagt, en eene
+witte of bruine kleur heeft; en deeze dubbele mat is tusschen beiden
+met bladeren van tas of trouly gevuld, om ze voor de vochtigheid te
+beveiligen. Het dekzel is gewoonlyk veel hooger en breeder, dan de
+mand zelve; het gaat over de geheele mand heen, en maakt dezelve op
+die wyze nog sterker: de bodem rust op twee stukken hout, kruislings
+gelegd. De hangmatten zyn geweven; het geen veel moeite en tyd vordert;
+want men moet elke draad, één voor één, in de scheering steeken, byna
+op dezelfde manier, waar op men koussen weeft. Men legt vervolgens
+deeze hangmatten in eene verwe, van schorssen van boomen gemaakt,
+volgens de kleur, die men 'er aan geven wil.
+
+De Indiaansche meisjes bereiken de huwbaarheid voor den ouderdom van
+twaalf jaaren, en zomtyds zelfs veel eerder. Men huwd ze op die jaaren
+uit. De geheele plechtigheid bestaat, ten aanzien van den jongman,
+daar in, dat hy aan de jonge dogter eene zekere hoeveelheid wildt
+en visch, door hem gevangen, aanbied; en, wanneer zy dit aanneemt,
+doet hy haar deeze vraag: "Wilt gy myne vrouw zyn"? Indien zy dit met
+ja beantwoordt, is de zaak klaar; en wanneer het huis en de huisraad
+gereed zyn, viert men de bruiloft door een feest, waar op men zig
+dronken drinkt. De zwangere vrouwen kramen zonder hulp, en met zoo
+weinig moeite en pyn, dat men haar schier ontheven zoude oordeelen
+van het vonnis, tegen de eerste moeder van het menschelyk geslacht
+uitgesproken. Zy verrigten alle de bezigheden van het huishouden
+en bedienen haare mannen op den dag van haare verlossing zelven. Hoe
+belachelyk en ongeloofbaar deeze gewoonte ook schynen moge, is het niet
+minder waar, dat de man in dat geval, geduurende meer dan een maand,
+in zyne hangmat leggen blyft, alwaar hy steent en zucht, als of hy
+zelf van een kind stond te verlossen; en geduurende al dien tyd,
+moet zyne vrouw hem zorgvuldig oppassen, en hem het beste voedzel
+geven. Dit zyn de Indianen gewoon te noemen genot van zig zelven
+te hebben, en van hunne vermoeidheid uit te rusten. Verscheiden van
+deeze volken beschouwen een plat voorhoofd als eene groote schoonheid,
+en zoo dra hunne kinderen geboren zyn, drukken zy derzelver voorhoofd
+plat, zoo als eenige wilden in het Noorden van America doen.
+
+De Indiaansche vrouwen eeten niet met hunne mannen, en zy bedienen
+hun als slavinnen, het geen haar belet, om alle mogelyke zorge voor
+haare kinderen te dragen; deezen zyn echter steeds wel gesteld en
+sterk. Wanneer zy reizen, dragen zy dezelve in kleine hangmatten,
+die op één der schouderen hangen; het kind zit in dezelve, met de
+beenen, het één voor, het ander agter de moeder geplaatst.
+
+Deze Indianen neemen sap van tabak, in plaats van een
+braakmiddel. Wanneer één van hun op sterven ligt, het zy van ziekte,
+het zy van ouderdom, (en dit laatste overkoomt hun meer dan het
+andere) bezweert de Peji, of Priester, den Yawahou, of duivel, te
+middernacht, door het roeren van een calebas, gevuld met steentjes,
+erweten, en koraalen, geduurende welke verrigting hy eene lange
+redenvoering doet. Het ampt van Priester is by deeze volken erffelyk;
+en, zoo als ik reeds gezegd heb, hy, welke dien post vervult, heeft
+de eerstelingen van alle zoorten van spyzen of dranken, en zelfs een
+gemakkelyker leven. Wanneer een Indiaan gestorven is, wascht men hem,
+wryvt hem met olie, en steekt hem in een zak van nieuw catoen; hy zit
+daar in, met de elleboogen op de kniën, het gezicht met de palm van
+beide handen bedekt, en al zyn krygs- of jagt-gereedschap word by
+hem gelegd. Geduurende deeze plechtigheid, doen zyne nabestaanden,
+zyne vrienden, zyne gebuuren, de lucht van een jammerlyk geschreeuw
+weergalmen, maar kort daar na drinken zy zig aan sterke dranken
+dronken, en spoelen dus hun hartzeer af, het welk niet voor het
+volgende jaar weder te voorschyn koomt. Deeze gewoonte heeft daar door
+eenige overëenkomst met die der Berg-Schotten, by het begraven hunner
+dooden. Op het einde van het jaar haalt men het lyk uit den grond;
+het vleesch is 'er dan van afgescheiden, en men verdeelt de beenderen
+onder de nabestaanden en vrienden; men volgt dezelfde plechtigheden,
+als de eerste keer; waar na de geheele buurt naar eene andere geschikte
+verblyfplaats zoekt. Eenige byzondere stammen van Indianen volgen nu
+en dan een verschillend gebruik. Na het lichaam van hunne overledene
+nabestaanden of vrienden in de zoo even beschrevene houding geplaatst
+te hebben, leggen zy het zelve in 't water, en laten het verscheiden
+dagen daar in. De visschen eeten 'er wel dra het vleesch af, en wanneer
+'er niet meer aan is, haalt men het geraamte uit 't water, laat het
+in de zon droogen, en hangt het vervolgens van binnen aan het dak
+der hutten of carbets. Dit is het grootste bewys van teedere liefde
+en achting, welke men, by deeze volken, aan de dooden bewyzen kan.
+
+Wanneer deeze Indianen te land reizen, neemen zy altoos hunne kano met
+zig, welke gemaakt is van den stam van een grooten boom, door middel
+van het vuur uitgehold. Dezelve dient hun dan tot het overbrengen van
+hun reistuig, wanneer zy moerassen doorwaden, of kreeken of rivieren
+over moeten; en is, even als zy zelven, geheel rood geverwd. Indien
+zy te water reizen, gaan zy doorgaans tegen den stroom, om het wildt,
+het welk zy op de boomen, of aan den oever zien, des te gemakkelykcr
+te kunnen dooden; indien zy met den stroom mede roeiden, zou de
+kragt van 't water hen noodzaaken om gezwind voort te gaan. Wanneer
+zy de zeekusten volgen, gebeurd het dikwils, dat eene golve hunne
+cano met water vult; maar in weerwil van dit ongeluk, lyden zy nooit
+schipbreuk. In zoodanig geval werpen zy allen, mans en vrouwen, zig
+oogenblikkelyk in het water; met de eene hand houden zy zig aan de
+kano vast, en met de andere maken zy dezelve met calebassen ledig.
+
+Schoon de Indianen van Guiana zeer vreedzaame volken zyn, voeren
+zy echter zomtyds oorlog, eenvoudiglyk om gevangenen te hebben: de
+Europeanen zetten hen maar al te dikwils daar toe aan, om dezelven
+van hun te koopen, en 'er slaven van te maken; maar zy dienen niet
+meer dan tot eene uiterlyke vertooning, dewyl zy volstrekt weigeren te
+arbeiden: indien men hen mishandelt, en vooral indien men hen slaat,
+kwynen zy, teeren uit, en weigeren alle voedzel, tot dat zy eindelyk
+van verzwakking en smarte sterven.
+
+De Indianen doen altyd hunne aanvallen midden in den nacht; hunne
+krygsverrigtingen gelyken meer naar die van een beleg, dan naar
+die van eenen veldslag; zy bestaan in het omcingelen der vyandelyke
+gehuchten, terwyl derzelver bewooners in diepen slaap liggen; in het
+gevangen nemen der vrouwen en kinderen van beiderleije kunne; in het
+dooden der mannen met hunne vergiftigde pylen, of in dezelven met
+hunne apoutous, of knodsen, de herssenen in te slaan. Zy ontnemen
+ook aan de laatstgemelden het hoofdhair, en brengen het als een
+zegenteeken t'huis, om het aan hunne kinderen en vrouwen te toonen,
+of zy verkoopen het aan de Europeanen op Paramaribo. In de vechteryen
+van twee partyen, maar die zeer zeldzaam onder hun voorvallen, zyn de
+boog, en met weerhaaken voorziene pylen, hunne voornaame aanvallende
+wapentuigen. Deeze raaken den vyand, en doen denzelven omkomen,
+op den afstand van meer dan zestig schreden. De ligtste vogel zelf
+in zyne vlugt, indien hy slechts de grootte van eene kraay heeft,
+kan hun niet ontsnappen.--De behendigheid van deeze volken, in
+alle hunne krygsoeffeningen, is zoo groot, dat de beste schutters,
+in de veldslagen van Crecy, van Poitiers en van Agincourt, voor
+hun zouden hebben moeten onderdoen.--Ik moet 'er nog byvoegen, dat
+wanneer deeze Indianen gaan oorlogen, zy eenen Generaal verkiezen,
+wien zy den titel van Outil geven.
+
+De koophandel, welken de Indianen van Guiana met de Hollanders dryven,
+bestaat in ruilingen. Zy leveren slaven, waterkruiken, kano's en
+hangmatten, Brasilie-hout, hiary wortelen, kapellen, papegaijen, apen,
+copaiva-balsem, arracocerra-gom, oly van acajou-noten, en arnotta;
+waar voor zy wederkeerig ontfangen gecouleurde stoffen, snaphaanen,
+kruid, bylen, messen, scharen, glaswerk, spiegels, visch-haaken,
+kannen, naalden, spelden, enz. De copaïva-balsem druipt van de
+schors van eenen dikken boom, die zeer verre binnen in het Land
+groeit, welks bladeren breed en puntig zyn, en die eene vrucht
+draagt, als een komkommer. Deeze gom is geel, hard, doorschynend,
+en naar amber gelykende. Wanneer men ze ontbindt, geeft ze een
+aangenaame geur van zig, en dient tot een water-afdryvend middel,
+en tot een vernis. De gom, aracocerra genoemd, loopt uit een boom,
+die men insgelyks in het binnenste des lands vindt. Zy is geel, gelyk
+de eerstgemelde, maar zwaar, en zacht in het aanraken: derzelver
+reuk is ook veel geuriger. De Europeanen en Indianen waardeeren
+dezelve zeer, uit hoofde van haar krachtig vermogen tot geneezing
+van wonden en andere kwaalen. De caraba, of oly van acajou-noten,
+word op deeze wyze gemaakt: men klopt, stampt en kookt de pitten,
+welke men uit de hoekachtige en bruine vrucht haalt, groeiende
+aan een boom van denzelfden naam, die de gedaante van een goeden
+kastanje-boom heeft. Deeze oly is bitter. De Indianen bedienen 'er
+zig van, om 'er het lyf mede te besmeeren, en de Europeanen gebruiken
+ze tot verschillende einden. De boom, wiens bladeren naar die van
+den laurierboom gelyken, groeit tot de hoogte van meer dan vyftig
+voeten; maar dewyl ik denzelven, noch ook de twee eerstgemelden,
+niet gezien heb, kan ik 'er niet meer van zeggen. De Mawna-boom is
+hoog, recht, en van een helder bruine kleur; deszelfs bladeren zyn
+eirond, en de noten gelyken naar muscaat noten; maar zy hebben 'er de
+geur niet van. De gom loopt uit den stam door insnydingen, welke men
+'er in maakt; de Indianen laaten dezelve in water ontbinden, en, zoo
+als ik reeds gezegd heb, zy mengen die onder de arnotta, om zig te
+beschilderen. De Palma-Christi by de kruidkundigen onder den naam van
+Ricinus, of den Wonderboom, bekend, is een heester van omtrent vier
+voeten hoog. Hy is recht op geschoten, en met breede gevingerde bladen
+bedekt, hangende aan lange steelen, en zulks zoo wel de stam, als de
+takken. Deeze heesters zyn van tweederley zoort, roode en witte. Zy
+brengen driehoekige nooten voort, zittende in groene schillen, die
+bruin worden, en afvallen, wanneer de vrucht ryp is. Men perst uit
+deeze noten de oly, aan welke men in Surinamen den naam geeft van
+carapat. Derzelver smaak gelykt veel naar die van olyf-olie.
+
+Onder alle de Indiaansche volken, onderscheiden zig de Caraïben door
+hun getal, werkzaamheid, en dapperheid. Zy woonen grootendeels naar
+den kant der Spaansche bezittingen, die zy dikwils ontrusten door
+een geest van wraakzucht over de wreedheden, omtrent de volken van
+Mexico en Peru, welken de Caraïben als hunne voorvaderen beschouwen,
+door deeze Europeanen zynde gepleegd geweest; zy hebben een Capitain
+aan hun hoofd, en verzamelen zig by elkander op het geluid van een
+zeeschelp; dikwils leveren zy ook slag aan de Indianen uit hunne
+nabuurschap; maar eene byzonderheid, die schier ongelooflyk schynt,
+en sterk is tegengesproken geworden, steldt hen beneden alle de andere
+volken van het vaste Land; zy zyn Cannibalen, of menschen-eeters. Dit
+is ten minsten zeker, dat zy hunne vyanden eeten, wier vleesch zy
+met de gretigheid van een gier inslokken, schoon men in algemeen
+vooronderstelt, dat zy daar toe meer door wraakzucht, dan door een
+bedorven smaak, gedreven worden.
+
+De Accawaus-Indianen zyn weinig in getal, en van de zee-kusten meer
+af gelegen, dan de eerstgemelden. Zy leven in goede verstandhouding
+met de Hollanders; maar zy zyn valsch, en weeten een langzaam vergift
+te bereiden, het welk zy onder hunne nagels verbergen. Hunne hutten
+zyn omringd met staketzels, van palen gemaakt, waar van de punten
+ook vergiftigd zyn.
+
+De Worrows-Indianen, zoo zy niet de wreedsten zyn, mogen ten minsten
+voor de verachtelyksten van alle de Indianen in Guiana gehouden
+worden. Zy woonen langs de Orenoco, tot aan de Volkplanting van
+Surinamen. Hunne kleur is onaangenaam en bleek. Zy zyn wel sterk,
+maar kleinmoedig. Hunne natuurlyke vadzigheid en hunne elende, een
+gevolg van hunne gevoelloosheid, is zoo groot, dat zy naauwlyks zoo
+veel hebben om die deelen te bedekken, welke de schaamte gebiedt
+te verbergen, en dat zy zig daar toe dikwils van den schors van een
+palmboom in plaats van linnen bedienen. Zomtyds gaan zy geheel naakt,
+en geven een ondraaglyken stank van zig. Hunne luiheid noodzaakt hen
+den meesten tyd, om alleen van wilde vrugten te leven, en niets dan
+water te drinken. Het moge vreemd dunken, wanneer men zegt, dat dit
+volk wel te vreden is; maar men moet begrypen, dat deszelfs verlangen
+zig tot deeze genietingen bepaalt, en dat men nooit een Indiaan hoort
+klagen, dat hy ongelukkig is.
+
+De Tajiras bewoonen ook de zeekust, tusschen de Volkplanting
+van Surinamen, en de Rivier der Amazonen; hun getal is het meest
+aanzienlyk; men berekent ze op byna twintig duizend zielen in deeze
+bezitting alleen. Deeze Indianen zyn vreedzaam; maar zeer ongevoelig,
+en in veele opzigten gelyken zy naar de Worrows.
+
+De Piannacotaus leven zeer verre in de binnen landen, en zyn
+vyanden van de Europeanen, met wien zy weigeren te handelen, of in
+de minste betrekking te staan. Dit kan ik 'er bovendien van zeggen,
+dat zy alle de Christenen in Guiana vermoorden zouden, indien zy
+'er de magt toe hadden.
+
+De eenige Indiaansche natie in dit Land, die my nog staat op te noemen,
+is die der Arrowouks: ik verkies dezelve boven alle anderen;--maar
+dewyl dit hooftstuk reeds vry lang geworden is, zal ik 'er by eene
+andere gelegenheid van spreken. Ik stap derhalven voor een oogenblik
+af van dit gelukkig volk, het welk noch van onderscheidingen van rang,
+noch van verdeelingen van landen, de bronnen van wanorde en twist
+by de verlichtste volken, eenige kennis heeft. Dit zelfde volk weet,
+in deszelfs gelukkig Land, alwaar groente en bloemen zig onophoudelyk
+vertoonen, in 't geheel niet wat behoefte en moeite is. De wenschen van
+hun, die deeze volken uitmaken, zyn bepaald, maar altyd voldaan. Deeze
+gelukkige Indianen hebben, met het denkbeeld van een toekomend leven,
+geene de minste ongerustheid over deeze toekomste, en sterven in
+vrede. Men kan van hun, naar de letter, zeggen, dat zy dikwils niet
+op den dag van morgen denken; maar met hun dit zoort van ontkennend
+geluk toe te staan, beweere ik egter niet, dat het zelve voor een
+Europeaan benydens-waardig is.
+
+Om een naauwkeuriger denkbeeld van de wapenen, huisraad, werktuigen,
+en onderscheidene cieradiën der Indianen van Guiana te geven, verwyze
+ik den lezer naar de daar van gemaakte afteekening. Zie hier de lyst
+der dingen, die daar op vertoond worden. [8]
+
+
+
+ 1. Eene Coriola, of Indiaansche kano, doorgaans van den stam van een
+ boom gemaakt.
+ 2. Een Pagaije, of roei-riem.
+ 3. Een zeeft, manary genaamd.
+ 4. Een Indiaansche blaasbalg, of way-way.
+ 5. Een stoel, of zitbank, mouly genaamd.
+ 6. Een korf, of pagala.
+ 7. Een pers voor de cassave, matapy genaamd.
+ 8. Een Indiaansche boog.
+ 9. Een pyl om de visch te dooden.
+10. Een pyl met een ronde knop voor de vogelen.
+11. Een gewoone pyl met weerhaken.
+12. Een kleine vergiftigde pyl.
+13. Een pyp of fluitje, waar door men blaast, om de pylen te doen
+ afgaan.
+14. Een kroon van verschillende vederen.
+15. Een voorschoot, queiou genaamd.
+16. Een Indiaansche aarde pot.
+17. Een Indiaansche knods, of apoutou.
+18. Een catoene hangmat.
+19. Cieradiën, van tanden van tygers, of wilde zwynen gemaakt.
+20. Een toover-schelp, of calebas.
+21. Een Indiaansche fluit, tou-tou genaamd.
+22. Een fluit, van het been van een vyand gemaakt.
+23. Een Indiaansche fluit, quarta genaamd.
+24. Een steen, om de maniok te malen, genaamd matta.
+
+
+
+ZESTIENDE HOOFTSTUK.
+
+Versterking van krygsvolk, uit Holland aangekomen.--De
+Goijava-boom, en deszelfs vrucht.--Legerplaats by Maagdenberg
+aan de Tempaty-Kreek.--Verschillende zoorten van Aapen.--Een zeer
+maanzieke Neger.--Eekhoorntje van Guiana.--Verscheidene zoorten van
+boomen.--Hagedissen.--Bergen van mynstoffen voorzien.--Treffelyke
+gezichten.--De Roucou-boom.--Fraaije Kapel.--Palmboom-worm.
+
+Ik keere tans tot de krygs-verrigtingen van den Colonel FOURGEOUD te
+rug. Ik heb reeds gezegd, dat men nieuw krygsvolk wagte, om ons zwak en
+elendig leger te versterken; en den 30sten. January 1775, ontfing men
+te Paramaribo de tyding, dat het transport-schip Maasstroom, Capitain
+LEG, in de Rivier Surinamen was binnen geloopen, en voor het Fort
+Amsterdam het anker geworpen had; twee divisiën van honderd twintig
+mannen, onder bevel van den Colonel SEYBOURG, aan boord hebbende:
+en men verwagtte nog twee andere.
+
+Des anderen daags zakte ik de Rivier met eene kleine roeischuit
+af, om deeze nieuw aangekomenen te gaan verwelkomen. Ik hield het
+middagmaal aan boord met de Officiers, waar na men het anker ligte,
+en ik voer met hun schip mede tot het Fort Zelandia, alwaar het aan
+den wal ging leggen en door eenige kanon-schoten begroet wierd. Ik
+had het genoegen, om onder de Officiers mynen ouden Hoog-Bootsman,
+den Vaandrig HESSELING, te vinden, dien wy aan de Helder hadden
+agtergelaten, aan de kinderziekte gevaarlyk ziek leggende, wanneer wy
+uit Texel zeilden. Deeze jongman, die tans met den rang van tweeden
+Lieutenant by ons was, was zedert zyne herstelling aller ongelukkigst
+geweest. Zyne reize naar Surinamen hebbende willen voortzetten,
+ging hy aan boord van een schip, het welk in de baay van Biscaije
+eenen storm beliep, en na kaap Finisterre te zyn voorby gezeild, zyne
+gangen en roer verloor: dit zelfde schip verloor vervolgens ook nog zyn
+fokke-mast en steng. In deezen kommerlyken staat, en geen wind genoeg
+hebbende, om Lissabon te bereiken, was hy verpligt het op Plymouth
+aan te zetten. Van daar begaf zig de heer HESSELING aan boord van
+eene kleine sloep, met kolen geladen, en waar op hy niet gelukkiger
+was; want door onachtzaamheid van den schipper, stootte dit schip op
+rotzen, waar door de kiel los geraakte, en het schip dadelyk zonk. De
+heer HESSELING had echter, eer de sloep verging, den tyd om zyn maal
+te openen, en 'er zyn linnen, en eenige der noodzakelykste goederen
+uit te nemen, vervolgens ging hy in een slecht vaartuig over, en kwam
+eindelyk te Brest aan. Hy ging aldaar spoedig scheep naar Amsterdam
+op een Hollandsch schip, waar van de schipper niet veel bekwaamer dan
+de voorgaande was, en zyn schip op het drooge liet loopen, alwaar het
+byna aan stukken stootte. De heer HESSELING kwam nochtans gezond en
+behouden te Texel aan, alwaar hy tweemaalen te vergeefs moeite deed,
+om zig naar Zuid-America in te schepen. Hy slaagde eindelyk daar in,
+en op zynen tocht had hy zulk een zwaaren storm, dat alle de sloepen,
+schapen, varkens en gevogelte door de zee verzwolgen wierden.
+
+By het aankomen van dit nieuw krygsvolk, noodigde de Colonel FOURGEOUD
+de Officiers op het middagmaal, en deed hun niets anders dan gezouten
+ossen- en varkens-vleesch, en oude erweten, voorzetten. Ik had de eer,
+om mede aan deezen disch te zitten, en het vermaakte my zeer te zien,
+met hoe veel verwondering de Colonel en zyne tafel door de gasten
+wierd aangekeken. Des avonds geleidden wy hen naar den Schouwburg,
+alwaar men den dood van CESAR, en CRISPYN den Doctor, vertoonde: het
+eerste van deeze stukken wierd gespeeld op eene manier, die zoo wel
+als het tweede deed lagchen. Des anderen daags hield de Gouverneur ons
+des middags en des avonds ten eeten. Zyne tafel schitterde van rykdom
+en pracht. Onze nieuwe medgezellen waren over deeze kostbaarheid zoo
+zeer verwonderd, als zy het des avonds te vooren over de karigheid
+van den Colonel geweest waren.
+
+Op deeze maaltyd eenige ingelegde vruchten, waar onder de guava was,
+ontmoet hebbende, zal ik deeze gelegenheid waarnemen, om 'er iets
+van te zeggen. De Guava-boom, die deeze vrucht voortbrengt, groeit
+tot de hoogte van vier-en-twintig voeten. Deszelfs schors is van een
+heldere kleur, en het hout tusschen beiden; maar de vrucht, die geel
+en eyrond is, en ten naasten by de grootte van een renet-appel heeft,
+bevat een roodachtig vleesch, vol kleine zaden of korrels. Dit vleesch
+is van een zeer zoeten smaak, en men kan het rauw eeten; men maakt
+'er ingelegde geley van, die ongemeen lekker is. 'Er zyn tweërleije
+zoorten van guavas: de zoetsten bevatten het minste zaad.
+
+Den 3den February wierd het krygsvolk, het welk ontscheept was, naar
+het bovenste gedeelte van de Commewyne gezonden, om zig aldaar neder
+te slaan. Ik spreek egter alleenlyk van de soldaten, want de meeste
+Officiers bleven, om een festyn aan het huis van den heer MARCELLUS
+by te woonen. Deeze Colonist, om aan de maaltyd luister by te zetten,
+deed door een half douzyn Negers op trompetten en jagthoorns blazen,
+tot dat eindelyk het geheele gezelschap door dit geraas verdoofd was.
+
+Den 6den, ontfing de geheele krygsbende, zonder onderscheid,
+bevel om Paramaribo te verlaten, en op den Maagdenberg, aan de
+Tempaty-Kreek gelegen, dicht by dat gedeelte van de Commewyne,
+werwaarts men, den 3den, de nieuw aangekomene manschappen gezonden
+had, te gaan legeren. Dienvolgende alles tot een vierden veldtocht
+hebbende gereed gemaakt, nam ik afscheid van myne kleine familie,
+en van myne vrienden, en ik ging naar den oever, alwaar ik my in
+het zelfde vaartuig, als de Colonel SEYBOURG, moest inschepen: maar
+deeze, te onrecht vooronderstellende, dat het krygsvolk, met hem
+uit Holland gekomen, eene bende uitmaakte, van die van den Colonel
+FOURGEOUD afgescheiden, gaf last aan de Negers om voort te roeijen,
+op het oogenblik, dat ik niet verder dan een pistoolschoot van hem
+afwas, en liet my, ten uitersten daar over verwonderd, aan den wal
+staan. Ik wist, dat de Colonel FOURGEOUD gezworen had, dat hy deezen
+Officier tot gehoorzaamheid zoude noodzaken, zoo wel als den jongsten
+Vaandrig van het Regiment, en daar in had hy volmaakt gelyk. Een
+ander vaartuig genomen hebbende, haalde ik den Colonel SEYBOURG in,
+die over deeze myne daad zeer verwonderd scheen, en wy kwamen te
+gelyker tyd op de Plantagie Vossenburg, aan de Commewyne. Des anderen
+daags bereikten wy de Plantagie Arentslust, na de zwaare vaartuigen,
+die den 3den Paramaribo verlaten hadden, te hebben agtergelaten. Den
+10den, kwamen wy aan de Hoop, alwaar ik bevorens verscheiden maanden
+had doorgebragt. Ik voege hier by eene afteekening van het gezicht
+deezer Plantagie, en van den post Klarenbeek, alwaar ons Hospitaal
+steeds bleef. De Colonel FOURGEOUD vertrok ook den zelfden dag als wy,
+en sliep op Wajampibo.
+
+Den 11den, kwamen wy op de Plantagie Crawassibo, alwaar wy den
+nacht doorbragten. De Opzigter van deeze Plantagie dreef aldaar
+zyne onbeschoftheid tot die hoogte, dat ik, die reeds tegen al dit
+zoort van lieden was vooringenomen, hem een frisschen vuistslag in
+'t aangezicht gaf. Hy rekende zig daar door zoo beledigd, dat, schoon
+hy vry wat bloedde, hy zig met een enkelen Neger in een kano begaf, en
+in dien staat te middernacht op 't alleronverwagtst voor den Colonel
+FOURGEOUD verscheen, die in plaats van zyne klagten te beantwoorden,
+hem al vloekende wegjoeg.
+
+Den 12den kwamen wy op Maagdenberg, te weten, de Colonel FOURGEOUD,
+de Officiers en de vaartuigen met zee-soldaten beladen. Zedert dat wy
+de Hoop verlaten hadden, wierden de Plantagiën zeldzaamer, en na dat
+wy die van Goed-Accord, welke tien of twaalf mylen verder ligt, voor
+by waren, zagen wy geene bebouwde landen meer. De muitelingen hadden,
+zoo als ik reeds gezegd heb, alle de Plantagiën, die hooger op lagen,
+verwoest, uitgenomen eene kleine bezitting, zoo ik meen, Jacob genoemd,
+alwaar men Negers hield, om hout te hakken. De Rivier word boven
+Goed-Accord zeer naauw, en is van wederzyden door ondoordringbaare
+heesterstruiken bezet, even als de Cottica, tusschen Devil's Harwar
+en de Patamaca-Kreek. De Tempaty-Kreek, welke men als den oorsprong
+van de Commewyne kan aanmerken, vernaauwde zig op gelyke wyze zeer
+sterk. Maagdenberg, liggende honderd mylen van Paramaribo, was voor
+deezen eene Plantagie; maar 'er zyn aldaar geene andere overblyfzels
+van bebouwing, dan een oude oranje-boom: deeze plaats geeft thans
+niets meerder dan een dor en woest gezicht.
+
+Wy zagen hier en daar kleine schelpen verspreid, die het voorkomen
+hadden van die geene, welke men de moeder der peerlen noemt, en ten
+naasten by zoo groot waren als een Engelsche, schelling. Men vindt
+in verscheiden gedeelten der Volkplanting van Surinamen, voetstappen
+van bergwerken en mineraalen. De yzer-mynen zyn 'er gemeen; en ik
+twyffel niet of men zoude 'er ook goud en zilver ontdekken, indien
+de Hollanders 'er de noodige kosten toe wilden doen, en daar toe
+onvermoeid lieten arbeiden. Ik heb reeds gesproken van den diamant
+van Maroni, en van de roode en witte agaat, in het bovenste gedeelte
+der Rivier van Surinamen.
+
+De lucht was zuiverder en frisscher, en gevolgelyk veel gezonder op
+Maagdenberg, dan in eenig ander gedeelte deezer Volkplanting.
+
+Den 17den, vernamen wy, dat het transportschip de Maria Helena,
+hebbende twee andere divisiën van honderd twintig mannen aan boord,
+onder bevel van den Capitain HAMEL, den 14den deezer maand in de
+Rivier Surinamen mede was binnen geloopen: dus bestond de geheele
+versterking in twee honderd en veertig man, die den 3den Maart in
+vaartuigen op Maagdenberg aankwamen, alwaar de geheele krygsmagt van
+den Colonel FOURGEOUD zig toen by den anderen bevond. Den zelfden dag
+kwamen 'er ook honderd Negerslaven aan, die bestemd waren om op onzen
+tocht de pakken te dragen. Een van deeze Negers aan boord van één der
+vaartuigen vermist wordende, wierd de bevelhebbende Officier, genaamd
+CHATEAUVIEUX, en een schildwacht, welken men met bloed besmet vond,
+in arrest genomen, om als beschuldigden van eene moord gevonnisd
+te worden. Deezen zelfden dag hadden twee van onze Capitains een
+tweegevecht, en één van hun wierd aan het voorhoofd gewond.
+
+Den 13den, vond een vaartuig, met mondbehoeften geladen, van Paramaribo
+komende, den Neger, die den 5den vermist was; hy lag aan den waterkant
+in de heesterstruiken, zynde in de strot gestoken, maar nog levend,
+vermits de steek de lugt-ader niet geraakt had. Het vaartuig nam
+deezen ongelukkigen op, en bragt hem te Maagdenberg, alwaar door een
+bekwaam Heelmeester, den heer KNOLLAERT, de wond wierd toegenaait,
+en deeze man op eene wonderbaarlyke wyze herstelde, schoon hy negen
+dagen zonder voedzel en zonder hulp gebleven was, in zyn bloed badende.
+
+In de daar aan volgende week verloor ik byna door een toeval het
+leven. Zie hier de zaak. De Colonel FOURGEOUD gebruikte twee Negers
+van de Plantagie Goed-Accord, om voor hem te jagen en te visschen. Een
+van hun, PHILANDER genaamd, stelde my voor, om hen in de bosschen
+te vergezellen, alwaar wy eenige pingos, of eenige powesas zouden
+kunnen ontmoeten; maar wy hadden nog geen twee mylen afgelegd, of wy
+wierden door eenen geweldigen slagregen overvallen, die ons noodzaakte
+om dit ontwerp te laten varen, en op den hoek lands, Jacob genaamd,
+de wyk te nemen. Om daar te komen, moesten wy een moeras doorwaden,
+zoo diep dat wy het water tot onder de armen hadden. PHILANDER
+(de schoonste manspersoon, dien ik immer gezien heb,) begaf zig tot
+zwemmen, en zyn medgezel van gelyken. Zy kliefden het water alleenlyk
+met de eene hand; met de andere hielden zy hunne jagt-geweeren in
+de hoogte. Zy noodigden my om hen daar te volgen, zoo als ik ook
+deed, niets anders dan myn borstrok en broek aan hebbende; maar
+na het maken van eenige bewegingen, zonk ik met myn snaphaan naar
+den grond. Ik liet hem daar, en weder boven water komende, verzogt
+ik PHILANDER te duikelen, en den snaphaan van den grond te haalen;
+toen lag hy de zyne op een Palmiet boom, en haalde vervolgens de myne
+zonder moeite. Op dit oogenblik hoorden wy een donderende stem uit
+het midden der doornstruiken roepen:--"qui somma datty? en door een
+ander, Souto, Souto da BONNY kiry da dago? Wie is daar? geef vuur! 't
+is BONNY! slaat den schelm dood!" Ons oprichtende, zagen wy vyf of
+zes snaphaanen, op eenen korten afstand op ons aangelegd. Ik duikte
+dadelyk onder water; maar PHILANDER geantwoord hebbende, dat wy tot
+den post van Maagdenberg behoorden, veroorloofde men ons, om één
+voor één naar de Plantagie Jacob te gaan. Zy, die ons gezien hadden,
+waren Neger-slaven, die in 't water hoorende roeren, naar den kant,
+van waar dit gerucht kwam, keeken, en drie gewapende mannen in het
+moeras ontdekten. Zy geloofden, dat het de muitelingen waren, die
+voorwaarts trokken, onder geleide van BONNY zelven, voor wien zy my
+aanzagen, om dat ik byna naakt, en myn lichaam door de zon verbrand
+was; myne hairen, die kort en gekruld waren, deeden my naar eenen
+Mulat gelyken. Na een weinig rhum gedronken, en onze kleederen voor
+een goed vuur gedroogd te hebben, keerde men naar Maagdenberg te rug,
+alwaar men my geluk wenschte met aan dit gevaar ontsnapt te zyn.
+
+De Colonel FOURGEOUD toen van eene versterking van versche manschappen
+voorzien zynde, deed, den 9den, alle zyne verminkten naar Holland
+inschepen. Myn vriend HENEMAN vertrok ook, den 6den February, naar
+dit zelfde Land, in eenen aller elendigsten staat.
+
+Op den zelfden bodem, als deeze jongman, bevonden zig verscheide
+andere Officiers, die gedwongen waren te vertrekken, niet door
+ziekte, maar door afkeer en mismoedigheid, welke de onrechtmatige
+behandeling van den Colonel, die, zoo als ik op het einde van het
+tiende hooftstuk gezegd heb, hunne bevordering had tegengehouden,
+aan hun veroorzaakte. Zy hadden gezien, dat jongelingen, die nog
+ter school gingen, wanneer zy zelven in 't jaar 1772 reeds in dienst
+der Volkplanting waren, aan hun wierden voorgetrokken. Die geenen,
+welken de Colonel, den 6den December 1774, in arrest had doen zetten,
+om in Holland gevonnisd te worden, wierden op het zelfde schip
+gebragt. Dit schip was niets anders dan een hospitaal, maar zeer
+slecht van ververschingen voorzien.
+
+Den 21sten, deed de Colonel met genoegen de monstering van zyn
+klein leger, en het smertte my zeer de Neger-Jagers daar niet by te
+zien. De eerste zorge van den Bevelhebber was vervolgens, om eene wacht
+aftezenden, tot het bespieden der omleggende streeken van zyne nieuwe
+legerplaats, en ik had de eer daar toe te behooren. Geduurende deezen
+kleinen tocht viel 'er niets merkwaardigs voor, dan het ontmoeten van
+eene groote meenigte Coïatas (quoata in Guiana, quatto in Surinamen,
+chameck in Peru genaamd) zynde een zoort van aapen, die zeer veel
+opmerking verdienen, uit hoofde van hunne overëenkomst met den mensch,
+eene hoedanigheid, welke ik niet met stilzwygen mag voorby gaan. Op
+zekeren avond met mynen kleinen QUACO buiten de legerplaats wandelende,
+naderden deeze aapen van zeer naby, om ons te bekyken, en zy wierpen
+kleine stukjens hout, en hunne vuiligheid naar ons toe. Wy bleven
+staan, en ik konde hen gemakkelyk waarnemen. De Coïata is zeer groot,
+en zyne staart ongemeen lang. Zyne armen en beenen zyn met lange zwarte
+hairen bedekt, het welk een zeer onaangenaam gezicht maakt. De huid
+van zyn aangezicht is rood, en zonder hair, de oogen zyn ingedoken,
+en ten dien opzigte gelykt hy niet kwalyk naar een oud Indiaansch
+wyf. Zyne ooren zyn kort; zyne handen of voorpooten hebben vier
+vingeren en geene duimen; maar de agterpooten hebben vyf toonen, allen
+met zwarte nagels. Het uiteinde van zyne staart is krulswyze gedraait;
+zy is zonder hair en eeltachtig, vermits hy 'er dikwils gebruik van
+maakt, om aan de takken der boomen te blyven hangen, en dan dient zy
+hem tot een vyfde lid. De gezwindheid, waar mede de Coïata van de
+eene boom op de andere overgaat, is wonderbaarlyk; maar ik heb hem
+niet zien springen. Het schynt, dat deeze eigenzinnigheid, om kleine
+stukjens hout, en vuiligheid te werpen, slechts eene naarbootzing van
+de bewegingen der menschen is; want hy doet het altyd in 't wild, en
+heeft de behendigheid noch kragt niet, die 'er noodig zyn, om het door
+hem gemikte voorwerp te raken; en zoo dat al gebeurt, het is by louter
+toeval. Maar in de Coïata is dit zeer merkwaardig, dat zoo dra hy door
+een snaphaanschoot of pyl gewond is, hy aanstonds zyn poot op de wonde
+legt, zyn bloed ziet vloeijen, en met behulp van zyne medemakkers,
+boven op den boom klimt, een droevig geschreeuw makende. Hy maakt
+zig aldaar met de staart aan een tak vast; en gaat voort zyn lot
+te betreuren, tot dat hy, door het verlies van zyn bloed verzwakt,
+voor de voeten van zynen vyand dood nedervalt. [9]
+
+Het is niet verwonderlyk, dat deeze aap, wanneer hy gewond is, door
+de dieren van zyn zoort geholpen word, om op den top van eenen boom
+te klimmen; maar dat zy kennis genoeg van de kruidkunde hebben zouden,
+om de wond-planten uit te zoeken, te kaauwen, en op den wond te leggen,
+dit is iets het geen ik niet gelooven kan, schoon zeker reiziger het
+nog onlangs verzekerd heeft. Betreffende de hulp, welke zy elkander
+toebrengen, om over een Rivier te komen, en die daar in bestaat,
+dat zy de staart van den één aan den ander vastbinden, tot dat de
+laatste van de reije zig van boven van een tak van een boom geworpen
+heeft, hoe groote achting ik ook heb voor ULLOA, die dit verhaalt,
+en die zulks in eene plaat vertoond heeft, durve ik echter, dewyl hy
+'er geen ooggetuige van geweest is, hier aan twyffelen, en zelfs aan
+hem, die beweert het zelve gezien te hebben. [10]
+
+Ik moet ook nog spreken van een anderen aap, dien ik by den Colonel
+FOURGEOUD zag, en wien men in Surinamen den naam van Wanacoe
+geeft. Hy is met lange zwarte hairen bedekt, even als de Coïata,
+maar zyne ledematen zyn veel korter, hairachtiger, en zyn aangezicht
+is van eene vuile witte kleur: deeze aap is de eenige van zyn zoort,
+die voor geen maatschappelyk leven is; men vindt hem altoos alleen. Dit
+eenzaam dier word door de aapen van andere zoorten zoo veracht, dat zy
+hem by aanhoudenheid slaan, en hem zyn voedzel ontsteelen; hy is al te
+langzaam om hun te ontsnappen, en al te lafhartig, om hen te bevechten.
+
+De Saki-winki is de kleinste van de aapen met lange hairen, en
+misschien van die van Guiana, zoo niet van de geheele weereld; want
+hy is niet veel grooter dan een Noorweegsche rot.
+
+Deeze aap is een allerliefst diertje, hebbende gekruld en zwart grys
+hair, een aangezicht van eene witte kleur, en zeer schitterende
+oogen. Zyne ooren zyn breed en kaal, maar weinig zichtbaar, zynde
+bedekt door een baard, die hem rondom het aangezicht groeit; zyne
+pooten gelyken naar die van een eekhoorntje; zyne staart is dik en
+met ringen. Hy is zoo vatbaar voor de koude, dat men hem naauwlyks
+levendig in Europa brengen kan, en dat hy, aldaar aankomende, gaat
+kwynen en sterft. De Hollanders noemen hem chagryntje, om dat hy
+zig ligtelyk aan treurigheid overgeeft. Ik heb de groote Coaïta,
+en de kleine Saki-winki op de nevensstaande plaat afgeteekend, ten
+einde myn penceel de onvolmaaktheid van myne pen mogt aanvullen.
+
+By myne te rug komst op Maagdenberg, wierd ik door eenen zwaaren boom,
+die van ouderdom voor myne voeten nederviel, byna verpletterd. Dit
+toeval gebeurt in de bosschen van Guiana meenigmaal, en zelfs wierden
+twee of drie zeesoldaten op die wyze, maar ligtelyk, gewond. Geduurende
+al den tyd, dat onze ronde duurde, hadden wy veel regen, en doorwaadden
+eene kleine Kreek. Wy hakten een palmboom om, die aan den waterkant
+stond; hy viel aan de andere zyde over, en diende ons alzoo tot
+een brug.
+
+Te rug gekomen zynde, ging ik den ongelukkigen Neger bezoeken, dien
+men met een steek in de strot gevonden had, en die op dit oogenblik vry
+wel hersteld, en in staat was, om te kunnen spreken. Hy verklaarde my,
+dat hy zig zelf zoodanig verminkt had. Ingevolge deeze verklaaring,
+wierden de Officier en de schildwacht, welken men verdacht gehouden
+had, oogenblikkelyk weder in vryheid gesteld. Ik vroeg deezen man,
+welke reden hem had kunnen bewegen, om zig zelven te willen van kant
+maken? Hy antwoordde my:--Geene hoe genaamd.
+
+"Ik heb, zeide hy my, ik heb den besten meester, en de beste
+meesteresse van de weereld; ik heb eene familie, welke ik bemin, en
+die my bemint. Ik had den geheelen nacht, tot vier uuren des morgens,
+sterk geslapen, toen ik, ontwakende, het mes nam, om met de punt myne
+tanden schoon te maken, en op 't oogenblik stak ik my in den strot,
+zonder te weten waarom. Een oogenblik daar na had ik berouw over 't
+geen ik gedaan had. Ik stond toen uit myne hangmat op, en ging in de
+kano, om my te wasschen, en de wond, zoo mogelyk, toe te maken. Gebukt
+hebbende, om water te scheppen, en by aanhoudenheid veel bloed kwyt
+raakende, stortte ik in eene flaauwte, en viel in de Rivier. Toen
+had ik geen kracht meer, om my op te richten, noch zelfs om hulp te
+roepen. Echter gelukte het my, na veele pogingen, den oever der Rivier
+te bereiken, alwaar ik op nieuw flaauw viel, en alleen bleef leggen,
+tot op het oogenblik, dat het vaartuig, het welk naat Maagdenberg
+ging, my aan boord nam. In al dien tusschentyd, die negen dagen duurde,
+bleef ik volkomen by myne kennis, en zag een Ouarini, (mier-eeter,) die
+aan het bedorven bloed, het welk ik rondom den hals had, kwam ruiken;
+maar ik maakte eenige beweging, en hy keerde naar het bosch te rug".
+
+Ik gaf aan deezen ongelukkigen eenige beschuit, welke men my van
+Paramaribo gezonden had; ik voegde 'er een groote calebas vol garst
+by, om soup voor hem te maken, en een fles wyn. Deeze Neger scheen
+my toe omtrent zestig jaaren oud te zyn.
+
+Ik ontfing op dit tydstip, en met moeite, eenen brief van den heer
+KENNEDY, die zig gereed maakte, om naar Holland in te schepen,
+en my verzocht, om mynen kleinen QUACO naar zyne Plantagie te rug
+te zenden; het geen ik oogenblikkelyk deed, aan deezen jongen slaaf
+eenen brief medegevende, waar by ik aan zynen meester een aanbod deed,
+om denzelven van hem te koopen, zoo dra het in myne macht zoude zyn,
+om 'er hem den koopprys voor te betaalen.
+
+Den 2den April gaf de Colonel FOURGEOUD aan alle de zieken, die in de
+Volkplanting gebleven waren, bevel, om zig naar Maagdenberg te begeven,
+alwaar hy een hospitaal en een groot Magazyn voor de mondbehoeften
+liet oprichten. Dus kwamen alle de verminkten van Klarenbeek alhier
+aan, vergezeld van heelmeesters, apothecars, derzelver knechts,
+enz. De lucht was in de daad, zoo als ik hier boven heb aangemerkt,
+op deeze hoogte beter, dan ergens elders. De Colonel was op dit
+oogenblik in een zeer kwaden luim, en mishandelde vriend en vyand,
+zonder onderscheid. Hy zwoer, dat geen krygsman, onder zyn bevel
+staande, van den dienst ontheven zoude worden, indien hy slechts op
+zyne beenen staan konde. Byna te gelyker tyd zond men eene aanzienlyke
+krygsbende naar de Plantagie Brouyingsbourg, aan de Commewyne, alwaar
+men voor eenen opstand beducht was, om dat de Negers geweigerd hadden
+des Sondags te werken: men dwong 'er hen echter door zweepslagen toe.
+
+Wy waren in het midden van het regen-saisoen, het welk den Bevelhebber
+niet wederhield, om ons zyn oogmerk tot het doorkruissen der bosschen
+te verklaaren; en dienvolgende gaf hy last, ten einde twee sterke
+kolommen des anderen daags zouden optrekken.
+
+De reden, die hem bewoog, om zulk een gevaarlyk jaargetyde te
+verkiezen, bestond hier in, dat indien het hem nu gelukte de
+muitelingen te doen verhuizen, hy hen tot hongersnood zoude doen
+vervallen, het geen in het saisoen van droogte, wanneer de bosschen
+van allerleije zoort van vruchten en wortelen rykelyk voorzien zyn,
+niet geschieden konde. Dit was echter, naar myn inzien, eene verkeerde
+rekening; want men moest ook in 't oog houden, welke verwoestingen zulk
+een ongezond jaargetyde, het welk twintig van onze soldaten tegen éénen
+muiteling zoude doen omkomen, onder ons krygsvolk stond aan te rechten.
+
+De Colonel was van een zeer sterk gestel, en hy had byna zyn geheele
+leven in de oeffeningen der jagt doorgebragt. By deeze gave der
+natuur voegde hy eene andere, de gematigdheid, en voorts gebruikte
+hy dagelyks zynen geneesdrank.
+
+Zyne geheele kleeding bestond in een overrok, waar in zyn degen door
+een knoopsgat doorging. Op zyn hoofd droeg hy een catoene muts,
+met een witte hoed 'er op. In zyn hand hield hy een rotting, maar
+zelden droeg hy zyn snaphaan of pistolen. Ik heb hem wel gezien,
+zeer slecht gekleed en blootsvoets, als de gemeenste soldaat.
+
+Den 3den April, des morgens ten zes uuren, trokken de twee colommen op
+weg, de eene onder bevel van den Colonel FOURGEOUD, de andere van den
+Colonel SEYBOURG; ik had de eer tot de eerste te behooren. Onze arme
+soldaten waren verschrikkelyk beladen; zy hadden bevel ontfangen, om
+hunne snaphanen in hun knapzak te steeken, den mond derzelve alleen
+uitgezonderd: dit geschiedde, om hun geweer voor de stortregens
+te beveiligen. Wy trokken zuidoost-waarts langs de oevers van de
+Tempaty-Kreek, en wel dra ontmoetten wy moerassen, waar in wy tot
+over de kniën door 't water gingen.
+
+Geduurende den tocht van den eersten dag, ontmoetten wy eenige fraaije
+eekhoorntjes, van welke dieren in dit Land verscheide zoorten zyn. Die
+wy zagen, waren bruin, den buik wit, en de staart een weinig dik;
+zy waaren zoo groot niet, als die in Europa. Men vindt 'er in Guiana,
+die wit zyn, met roode oogen; 'er zyn 'er ook die vliegen. Men weet,
+dat de laatstgemelde geene vlerken hebben, maar dat een vlies, een
+gedeelte van hunne huid uitmakende, van wederzyden tusschen de voor-
+en agter-pooten geplaatst, hun daar voor dient. Deeze huid, wanneer
+zy springen, spreidt zig uit als de vlerk van een vledermuis; door
+dit middel vliegen deeze dieren door de lucht tot eenen zeer verren
+afstand.
+
+Des anderen daags, den 4den April, vervolgden wy onzen tocht
+zuidoost-waarts, tot twee uuren toe; maar vervolgens namen wy onzen
+weg ten zuid-zuidwesten.
+
+Deezen dag trokken wy voorby eenige hoopen fraay werkhout, het
+welk op den grond lag te verrotten zedert het jaar 1757, wanneer de
+Plantagiën door de Neger-slaven, die toen in opstand geraakt waren,
+waren vernield geworden. Onder dit hout ontdekte ik, dat van den rood-
+of purper-hout boom, van den yzer-hout boom, en van de bourracourra.
+
+De purper-hout boom groeit zomtyds tot de hoogte van veertig voeten,
+en heeft een stam van eene geëvenredigde dikte. Zyn schors is bruin en
+glad; zyn hout is van eene fraaije purper kleur, en van eene aangenaame
+reuk. Men waardeert hem zeer, uit hoofde van deszelfs vastheid.
+
+De yzer-hout boom, aldus van wegen deszelfs hardheid genoemd, verheft
+zig byna tot de hoogte van zestig voeten. Zyn schors heeft eene heldere
+kleur. De Indianen en Europeanen maken veel werk van deszelfs hout,
+om dat het zoo hard en in één gedrongen is, dat het zelfs de byl
+wederstaat, en voor eene zeer schitterende gladheid vatbaar is:
+in het water gaat het te niet.
+
+De bourracourra verheft zig tot de hoogte van dertig of veertig
+voeten; maar hy is niet zeer dik, en zyn schors is rood. Het hart
+alleen van dit hout is goed; maar wanneer men 'er het spint afneemt,
+is deszelfs middellyn merkelyk verkleind. Intusschen is het zoo
+wel fraay als nuttig, zynde van een zeer fyne karmosyn-kleur, met
+onregelmatige en zwarte moesjes gevlakt, waarom de Franschen 'er
+den naam van letterhout aan gegeven hebben. Het is in één gedrongen,
+vast, en hard, schoon een weinig tot breken geneigd, en het neemt ook
+den schitterendsten glans aan. Het letterhout is zeldzaam in Guiana;
+maar de twee eerstgemelde zoorten zyn 'er in meerder overvloed, en
+groeien op de hooge gronden. Men vindt in dit Land ook ebbenhout. De
+boomen van hard hout, tot planken voor de suiker-molens gezaagd, worden
+voornamelyk verzonden naar de Engelsche Eilanden in de West-Indiën;
+men verkoopt dezelve zeer duur.
+
+Het bevel tot den tocht op den 5den gegeven zynde, vouwden wy onze
+hangmatten op, en wy trokken ten zuid-zuid-oosten, vervolgens ten
+zuid-oosten, door gevaarlyke en diepe moerassen, alwaar wy tot aan de
+borst toe door het water gingen, en de regen viel als met bakken van
+den hemel. In deeze elendige gesteldheid, hadden wy eene onaangenaame
+ontmoeting, niet door de muitelingen veroorzaakt, maar door een hoop
+groote aapen, die wy vervolgens boven in de boomen vernamen, Zy sloegen
+een zoort van noten tegen de takken, om 'er de pit uit te haalen; het
+geen zy met eene groote regelmatigheid deeden, laatende tusschen elken
+slag eene tusschenpoozing van tyd verloopen. Sommigen van hun wierpen
+van die noten naar ons toe; en zelfs bekwam één van onze soldaaten
+daar door een gat in 't hoofd. Het geraas, het welk deeze aapen by
+het breken van die noten maakten, had ons in de gedachten gebragt, dat
+het de muitelingen waren, die in het bosch, met een byl hout hakten.
+
+Des avonds sloegen wy ons neder by de Tempaty-Kreek. Wy ontstaken op
+deeze plaats groote vuuren, en bouwden aldaar vry goede hutten: dus
+bragten wy deezen nacht door, beveiligd voor de vochtigheid. Wy vonden
+hier het beste water, het welk ik immer gedronken heb; en ik zag op
+de legerplaats twee merkwaardige hagedissen, dragende in dit Land den
+naam, de één van bosduivel, en de andere agama. De eerste is klein en
+leelyk, en van eene zeer hoog bruine, of zelfs zwartachtige kleur. Hy
+klimt op de boomen, en koomt met eene ongelooflyke schielykheid weder
+naar beneden; hy heeft geene schubben; zyn kop is breed, en men zegt,
+dat hy byt, het geen de hagedissen anders niet gewoon zyn. De tweede
+heeft ook den naam van de Mexicaansche Kameleon. Hy is ongemeen schoon,
+en even als alle anderen van dit zoort, bezit hy het vermogen om
+van kleur te veranderen; maar geen tyd gehad hebbende, om hem met
+aandacht te onderzoeken, kan ik van zynen aart en hoedanigheden
+niets meer zeggen. In Surinamen is ook nog een zoort van Hagedis,
+bekend onder den naam van Salamander; maar ik heb hem nooit gezien.
+
+Den 6den, vervolgden wy onzen tocht, nemende den weg westwaarts tot
+den middag toe. De regen viel steeds geweldig, en wy liepen door het
+water. Op het gemelde uur, veranderden wy onzen weg, om noordwaarts
+te gaan, en wy trokken langs zeer hooge bergen, die, zoo als ten
+minsten veelen vooronderstellen, in hunnen boezem schatten bevatten:
+
+"Rotsen met kostbaare gesteenten verrykt; bergen, waar op de
+glinsterende aderen van schitterende mynstoffen blinken; die ketenen
+vormt, boven den middaglyn in hoogte verheven; waar uit talryke beken
+ontspringen, om over het gouden zand heen te rollen; ontzag verwekkende
+bosschen, wier bladeren allerleije levendige kleuren vertoonen, die uwe
+golfswyze toppen op een onmeetlyk toneel in evenwicht houdt. (THOMSON)"
+
+De twee hoogste bergen in het zuiden van America, zyn het Andische
+gebergte, door de bewooners des Lands Chimborazo genoemd, het welk
+zig twintig duizend vierhonderd zestig geometrische voeten boven de
+oppervlakte der Zuid-zee verheft, en, schoon onder, den middellyn
+gelegen, aanhoudend met sneeuw bedekt is, tot op den afstand van
+vier duizend voeten beneden deszelfs kruin. De andere berg is die,
+op het vallen van welken de Stad Quito gebouwd is; deszelfs hoogte is
+negen duizend driehonderd zeventig voeten, en men rekent denzelven
+voor het hoogste van alle bewoonde Landen in Zuid-America, zoo niet
+in de geheele weereld.
+
+Den 7den, trokken wy al verder noordwaarts, over gebergten, van
+welker kruin wy de verrukkelykste gezichten zagen. Wy ontdekten aldaar
+een onmeetlyk en woest Land, geheel en al bedekt door een treffelyk
+bosch, welks geboomte door eene verscheidenheid van schaduwen, en het
+schitterendst groen veraangenaamde. Ik zag hier een houtsnip, die my
+dezelfde kleur, als de Europeesche, scheen te hebben, maar langzaamer
+vliegt; men verhaalde my egter, dat zy met eene ongelooflyke ligtheid
+kan voortloopen. De Arnotta-boomen, welken ik vond, schoon in een
+klein getal, trokken vooral myne aandacht naar zig, en ik heb 'er
+een tak met de grootste naauwkeurigheid van afgeteekend. De Arnotta,
+dien men ook den Roucou-boom noemt, en door de Indianen genoemd word
+Cossowy, is veel eer een heestergewas, dan een boom, want hy groeit
+slechts tot de hoogte van twaalf voeten. Deszelfs lange, smalle,
+puntige, en beurtelings geschaarde bladeren, zyn aan de eene zyde
+hooger groen, dan aan de andere, en door vezelen van eene roodachtig
+bruine kleur verdeeld; de steel heeft ook de zelfde kleur. De bast
+van de vrucht, naar een klein hoender-ei gelykende, is vol puntige
+stekels, als de schel van een kastanjen: in 't begin heeft zy eene
+fraaije roozen-kleur; en naar maate dat zy ryp word, verandert zy,
+en krygt eene donker bruine kleur; als dan gaat zy van zelve open,
+en vertoont een vleesch van eene fraaie karmozyn kleur, waar in zwart
+zaad zit, even als druiven korrelen. Toen ik van de inboorlingen, of
+Indianen van Guiana sprak, heb ik het gebruik, beschreven, waar toe
+hun de Arnotta dient. In de afbeelding, welke ik den lezer aanbiede,
+beteekent de letter A, het blad van boven; de letter B, het blad
+naar beneden; de letter C, de bast der vrucht, eer dezelve ryp is;
+de letter D, de rype schel, het vleesch vertoonende; de letter E,
+het zwart zaad, door een gedeelte van het vleesch overdekt. Ik moet
+hier aanmerken, dat de tak van den Roucou, door de beroemde Juffrouw
+DE MERIAN afgeteekend, met alle die geene, welke ik gezien heb, weinig
+overëenkoomt; en, het geen my zeer verwonderd heeft, zy verklaart, dat
+dezelve door eenen boom van aanmerkelyke grootte word voortgebracht.
+
+Na, des avonds, eenen arm van de Mapany-Kreek doorwaad te hebben,
+kwamen wy in onze legerplaats te Maagdenberg te rug. Veelen van
+onze Officiers waren zoo kwalyk gesteld, dat zy door Negers in hunne
+hangmatten gedragen moesten worden; anderen bevonden zig zoo zwak,
+dat zy met moeite staan konden; maar het klagen was loutere dwaasheid;
+men moest bezwyken en sterven. Ik was geduurende deezen tocht zeer
+gelukkig; want ik vermoeide my niet, en ondervond geene kwaade
+behandeling van den Bevelhebber. De tweede kolom kwam des anderen
+daags aan; zy had, zoo min als wy, eenigen vyand ontmoet.
+
+Myn kleine QUACO kwam, den 29sten, van Paramaribo te rug. De heer
+KENNEDY verkogt hem my, voor eene somme van 500 Hollandsche guldens,
+die, met eenige kosten, ten naasten by 50 ponden sterling bedraagen,
+tot welker betaaling de Colonel FOURGEOUD de beleefdheid had my een
+order briefje op den waarneemer zyner zaaken te geven. Ik was verrukt
+van eenen zoo getrouwen dienaar in eigendom verkregen te hebben; en
+deeze gebeurtenis verdubbelde myn ongeduld, om het verlangd oogenblik
+te zien, dat ik myne geliefde JOANNA, en mynen zoon, van wier eigenaar
+ik nog geen antwoord ontfangen had, zoude kunnen vry koopen.
+
+Terwyl wy op Maagdenberg waren, bood een Neger my eene fraaie Kapel
+aan, welke ik met alle mogelyke naauwkeurigheid afteekende. In de
+verzameling van Mejuffrouw DE MERIAN heb ik dezelfde gezien, alwaar
+die zeer slecht gekleurd is. De myne was van een zeer dof blaauwe
+kleur, hellende naar het groen, en geheel bedekt met moesjes, even
+als een paauwen-veder; op elke vlerk had dezelve een vlak van eene
+bleek geele, en van onderen eene purper karmozyn kleur. De rups van
+deeze kapel is geel en bruin, met agt hoornen op den kop en twee op
+de staart.--Byna te gelyker tyd kwam de Capitain FREDERIK van eenen
+tocht in de bosschen te rug. Een van zyne Corporaals was by het
+oversteeken van een Kreek verdronken. Het is niet zeldzaam, dat in
+dusdanig geval iemand in het water valt, maar doorgaans haalt men hem,
+wien zulk een ongeluk wedervaart, in tyds 'er uit. Dit was het lot
+niet van deezen ongelukkigen, die met al zyn reistuig oogenblikkelyk
+naar den grond zonk.
+
+Een ander Neger bragt my ook een kookzel van groegroe, zoo als men
+het in Surinamen noemt, en zynde van Palmboom-wormen toebereid. Het
+zyn groote zwarte koorn-wormen, die hunne eieren in het merg van
+afgekapte of afgebrokene Palmboomen nederleggende, dezelven alzoo doen
+geboren worden. Deeze wormen hebben de gedaante en grootte van een
+menschenduim. Welk walgelyk voorkomen zy ook hebben mogen, eeten 'er
+verscheiden lieden met smaak van, en men verkoopt ze ten allen tyde
+te Paramaribo: men bakt ze in de pan met boter en een weinig zout;
+of men braad ze, en rygt ze aan kleine houte pinnen. Zy hebben een
+smaak, uit dien van alle Indiaansche speceryen, als de muscaat-nooten,
+kruid-nagelen, kaneel, enz. zaamgesteld. De Palmboomen, die beginnen
+te verrotten, leveren dit zoort van wormen op; maar allen hebben zy
+dezelfde grootte niet. De eene en andere hebben eene bleeke geele
+kleur, meteen zwarte kop; de Indianen en Negers noemen dezelven
+toecoema.
+
+Den 16den, deed men een hoop krygsvolk naar la Rochelle, aan de
+Patamaca, vertrekken. Des anderen daags zond men een Capitain met
+eenige soldaaten naar den post van de Hoop aan de Commewyne, om aldaar
+alle de Plantagiën, aan de oevers deezer Rivier gelegen, te beschermen.
+
+Den zelfden dag zag men den ongelukkigen Neger, die den 5den Maart zig
+in den strot gestoken had, en die tans van zyne wonden genezen was,
+het bosch ingaan. Hy hield een mes in de hand, en deeze keer mislukte
+hem zyn slag niet. Men liep hem na, maar vond hem dood. Zyn meester
+berigtte ons, dat hy zedert eenigen tyd van maand tot maand pogingen
+deed, om zig van kant te helpen.
+
+Den 17den, kwamen de manschappen, die naar den post van la Rochelle
+afgezonden waren, van daar te rug; al het krygsvolk der Sociëteit
+was daar ziek.
+
+De Colonel FOURGEOUD behandelde my in dit oogenblik met de grootste
+beleefdheid. Op zyn verzoek zond ik hem, den 20sten verscheide
+afteekeningen, die hem zelven en zyn krygsvolk verbeeldden, worstelende
+tegen alle de moeielykheden, die zig elk oogenblik in onzen dienst
+opdeeden; hy zeide my, dat zyn oogmerk was dezelve aan den Prins van
+Oranje en aan de Staaten Generaal aan te bieden, om hun te doen zien,
+wat zyn volk al in de bosschen van Guiana geleden had.
+
+Hy gaf my toen een verlof van veertien dagen, om naar de Stad te
+gaan, en den heer KENNEDY goede reize te wenschen. Zynen goeden
+luim niet willende laten verkoelen, verliet ik Maagdenberg binnen
+'t uur, en maakte zoo veel haast, dat ik den 22sten te Paramaribo
+aankwam. Ik vond myne kleine familie aldaar zeer welvarende. Op 't
+oogenblik van myne aankomst, zond men my dezelve by den heer DELAMARRE;
+maar geduurende myne afwezigheid, had dezelve het huis van den heer
+LOLKENS niet verlaten, en was aldaar steeds met veel oplettenheid en
+achting behandeld.
+
+
+
+ZEVENTIENDE HOOFTSTUK.
+
+Nieuwe wreedheden, nog onmenschelyker, dan alle de
+voorige.--Verschillende zoorten van planten.--Papegaaijen en
+Parkieten.--Surinaamsche Patrys.--Buitengewoone Insecten.--Geiten van
+Guiana.--De Taïbo.--Verscheidene zoorten van visschen.--Groote sterfte
+onder het krygsvolk, het welk zig op de posten aan de Tempaty-Kreek,
+en de Commewyne bevond.
+
+Myn eerste bezoek leide ik by den heer KENNEDY af, en betaalde hem de
+vyf honderd gulden, voor den koopprys van QUACO, die toen mynen vryen
+eigendom was. By myn verblyf op Paramaribo wierd ik door eene koorts
+aangetast, die echter slechts weinige dagen duurde. Den eersten Mey,
+aan den oever der Rivier wandelende, vernam ik, dat 'er eene groote
+meenigte volks voor het huis van Mevrouw S.... vergaderd was, alwaar ik
+eene verschrikkelyke vertooning zag. Een ongelukkig Mulatten meisje was
+'er het voorwerp van. Zy baadde in haar bloed. Men had haar op eene
+wreedaartige wyze in den strot gestoken, en negen of tien steeken in
+de borst op verschillende plaatsen gegeven. Men beweerde, dat dit het
+gevolg was van de jaloersheid van dit helsche beest, Mevrouw S...., die
+haaren man verdacht hield, dat hy op dit ongelukkig meisjen verliefd
+was. Dit wangedrocht van een wyf heb ik reeds bevoorens aangehaald,
+toen zy een onnoozel kind, welks geschrei haar hinderde, verdronken
+had. Men beschuldigde haar zelfs van eene nog grootere wreedheid,
+indien 'er grooter zyn konde! Op zekeren dag op haare Plantagie
+komende, om aldaar eenige slaven, die in 't kort gekocht waren, te
+bezigtigen, viel haar oog op eene Negerin van omtrent vyftien jaaren,
+die de taal niet verstond. Bemerkende, dat deeze jonge dogter zeer
+schoon was, dreef haare verfoeijelyke jaloersheid haar op 't oogenblik,
+om dit meisjen met een gloeiend yzer, aan de wangen, den mond, en het
+voorhoofd te mismaken; zy sneed haar ook de pees van Achilles aan één
+haarer beenen af, en maakte haar alzoo tot een gedrocht van leelykheid.
+
+Eenige Negers deeden haar, by deeze gelegenheid, vertogen omtrent de
+wreede straffen, welke zy dagelyks uitoeffende, en verzogten haar, om
+haare slaven met meerder menschelykheid te behandelen. Men verhaalt,
+dat Mevrouw S...., woedend kwaadaartig wordende, dadelyk aan een
+ongelukkig slaven kind, zig aldaar bevindende, de herssens insloeg,
+en vervolgens aan twee jonge Negers, die dit kind in den bloede
+bestonden, en deeze schenddaad hadden willen beletten, het hoofd deed
+afslaan. Toen zy de Plantagie verlaten had, wierden de beide hoofden
+in een zyden doek gewonden, en door derzelver vrienden naar Paramaribo
+gebragt, alwaar zy ze voor de voeten van den Gouverneur nederleiden,
+en hem de volgende aanspraak deeden.
+
+"Zie hier, uwe Excellentie, het hoofd van mynen zoon, en zie hier dat
+van zynen broeder, (op zynen makker wyzende,) welke onze meesteresse
+heeft doen afhouwen, om dat zy één der moorden, die zy dagelyks begaat,
+hadden willen voorkomen. Wy weten wel, dat, vermits wy slaven zyn,
+men ons getuigenis niet aanneemt; maar indien deeze bloedende hoofden
+voor een genoegzaam bewys verstrekken van het geen wy zeggen, smeeken
+wy, dat de vernieuwing van dergelyke wreedheden moge belet worden:
+wy zullen daar voor eeuwig dankbaar zyn, en met genoegen ons bloed
+plengen voor het behoud van onzen meester, onze meesteresse, en van
+de geheele Volkplanting."
+
+Men gaf deeze ongelukkigen ten antwoord, dat zy leugenaars waren,
+en dat men hen veroordeelde, om op alle de straaten van Paramaribo
+gegeesseld te worden. Dit onrechtvaardig vonnis wierd met de grootste
+wreedheid ter uitvoer gebragt.
+
+De wetten deezer Volkplanting brengen mede, dat men aldaar nooit het
+getuigenis van eenen Neger aanneemt. Indien by den moord, door my
+verhaald, een blanke was tegenwoordig geweest, zoude zyn getuigenis
+bestaanbaar geweest zyn; maar dan zou deeze afschuwelyke boosdoenster
+vry geweest zyn met de betaaling eener boete van vyftig ponden sterling
+voor elken doodslag.--Maar laat ons eindigen.--Myne ziel heeft een
+weerzin, om nopens zulke onderwerpen breeder uit te wyden.
+
+Den 22sten Mey, volkomen hersteld zynde, verliet ik JOANNA, en mynen
+zoon JOHNNY, aan wien ik dien naam by verkorting van den mynen gaf,
+schoon echter de plechtigheid van den doop nog niet verrigt was. Zy
+bleven beiden by mynen vriend, den heer DELAMARRE, en ik vertrok naar
+Maagdenberg, in een overdekt vaartuig met zes roey-riemen.
+
+Den 3den, kwam ik op de Plantagie Egmondt, by den heer DE CACHELIEU;
+en des anderen daags hield ik stil op de Plantagie Ornamibo,
+alwaar ik mynen ouden vyand, den Capitain MEYLAND, met wien ik aan
+de Wana-Kreek gevochten had, goedhartig onthaalde. Hy verklaarde my,
+dat hy tegenwoordig van niemand in de geheele Volkplanting meer hield,
+dan van my: hy kwam juist van eenen tocht van twaalf dagen uit de
+bosschen te rug.
+
+Ik vond onder zyne soldaten zekeren CORDUS, den zoon van een ordentelyk
+man te Hamburg, in welke betrekking ik hem voor deezen gekend had,
+en die tot den dienst van de West-Indische Compagnie was opgeligt. Ik
+heb reeds gezegd, dat dit zoort van krygsvolk bestaat uit menschen
+van allerleije natiën, en godsdiensten, Christenen, Heidenen, en
+zelfs Joden.
+
+Op deeze plaats, die wel eer bebouwd was geweest, maar die toen
+met distelen en doornen bedekt was, zag ik eenige kruiden, welke ik
+niet met stilzwygen kan voorbygaan, schoon ik dezelve niet kenne,
+dan met den naam, dien 'er de slaven aan geven, uitgenomen egter één,
+zynde de siliqua hirsuta, of stekende peul, door de Negers genoemd
+crussy-wiry-wiry. Ik kan dezelve niet beschryven, dan als een zoort
+van erwt, of liever een kleine platte boon, van eene purper kleur, en
+zig in een bast of schel vormende, die aan een losse kruipende plant
+groeit. Deeze schellen zyn met een zoort van elastieke punten bedekt,
+die, wanneer men ze aanraakt, eene ondraaglyke jeukte veroorzaaken,
+en die 'er afgenomen, en in een theelepel met geley gemengd zynde,
+als een uitmuntend worm-afdryvend middel worden aangeprezen. De
+slaven toonden my ook op deeze zelfde plaats, een zoort van hout,
+het welk zy crassy-wood noemden. Het stak insgelyks, maar verdere
+hoedanigheden weet ik 'er niet van. Ik vond bovendien heestergewassen,
+consaca-wiry-wiry genoemd. Zy hebben breede groene bladen, waar
+van de Negers zig bedienen om het ongemak aan de voeten, al mede
+consaca genoemd, waar van ik gesproken heb, te geneezen, maar dit
+is alleen by gebrek van citroenen of limoenen. Deeze plant levert
+ook eene uitstekende salade op. De dea-wiry-wiry is een zeer fraay
+en zeer gezond kruid, het welk om deeze reden zeer geacht is;
+maar de coutty-wiry-wiry is eene der grootste pesten van deeze
+Volkplanting. Het is een sterk en puntig kruid, het welk op zommige
+plaatsen in overvloed groeit. Wanneer iemand al gaande met zyn been
+'er dicht by koomt, snydt hy 'er zig aan, als aan een scheermes. Alle
+de kruiden in dit Land worden door de Negers aangeduid onder den naam
+van wiry-wiry.
+
+Den 5den kwam ik te Maagdenberg aan. Hier scheenen de Colonel SEYBOURG,
+en die geenen, welken hy zyne Officiers noemde, eene krygsbende te
+willen uitmaken, afgescheiden van die van den Colonel FOURGEOUD. Zy
+waren uittermaten onbeschaafd, en behandelden elkander met een zoort
+van ruwheid. Hun Colonel was by onzen Bevelhebber zeer in den haat;
+en deeze staat van zaken bragt veel toe, om onze gesteldheid steeds
+onaangenaamer te maken. Ik had voor my zelf toen geene reden om my
+te beklagen, want ik was zeer wel gezien by den Colonel, doch raakte
+om een beuzeling byna uit zyne gunst. Hy had van eenige Indianen een
+paar fraaije Kakatoes gekocht, welke hy in een kooy hield opgesloten,
+en in 't kort naar Europa stond te verzenden, om aan haare Koninglyke
+Hoogheid, de Princes van Oranje, ten geschenke te worden aangeboden. Ik
+verzogt LAURENS my toe te staan, om 'er één van in de hand te nemen,
+ten einde hem met meerder aandacht te beschouwen: maar de deur van de
+kooy was zoo dra niet geopend, of de vogel ging aan 't schreeuwen, en
+verdween in een oogenblik, met een snelle vlucht boven de Tempaty-Kreek
+heen vliegende. De arme kamerdienaar stond verstomd, en konde niets
+meer uitbrengen, dan deeze enkele woorden: Ziet gy wel? Ik nam de
+vlucht, om het aannaderend onweder te ontwyken; maar ik verbergde my
+in de struiken, door welke ik de bewegingen van den Colonel bespeuren
+konde. Zoo dra hy deeze verschrikkelyke gebeurtenis vernomen had,
+begon hy te vloeken, te brullen, en zig in alle bogten te wringen, als
+een mensch die van zinnen beroofd is. In de hevigheid van zyne woede,
+gaf hy een trap aan een arme eendvogel, die aan één van onze Officiers
+toebehoorde, en trapte hem in ééns dood. Eindelyk nam hy zyne paruik
+van 't hoofd, en smeet die tegen den grond. Ik stond te beven, en de
+overige toekykers schaterden het uit van lagchen. Na verloop echter
+van een halfuur, begon de gramschap van den Colonel te bedaaren, en
+hy gebruikte toen een list, waar door de weggevlogen vogel weder in
+zyne macht kwam. Na een kort eind touw boven aan de kooy gebonden te
+hebben, haalde hy 'er het andere dier uit, en bond het met de poot
+aan het tegenëinde van het zelfde touw vast. Hy plaatste deeze kooy
+in de open lucht, leide eene rype banane binnen in, en liet de deur
+open, zoo dat alle vogels, uitgenomen de geen, die vastgebonden was,
+'er konden inkomen. Deeze, aan wien men niets te eeten gaf, door den
+honger gedrongen, maakte zulk een schel geschreeuw, dat hy door zyn
+makker gehoord wierd, die te rug kwam, en ziende de banane in de kooy,
+daar binnen ging, en op nieuw van zyne vryheid beroofd wierd. De zaak
+aldus afgeloopen zynde, kwam ik weder te voorschyn, en geraakte met
+eene vriendelyke bestraffing vry; maar, zoo als men wel denken kan,
+LAURENS kreeg een goede les.
+
+De Kakatoes zyn minder groot, dan de Papegaijen. Derzelver pluimaadje
+is groen, uitgenomen aan den kop, en eenige vederen van de staart,
+die een bleeke roode kleur hebben. Deeze vogelen zyn gekroond met
+een bos van vederen, die gewoonlyk agter over leggen, maar welke zy
+in de hoogte steken, wanneer zy door het een of ander vertoornd of
+verschrikt worden.
+
+Ik heb in Surinamen ook een Papegaay gezien van eene hoog blaauwe
+kleur, hoe zeer verschillende van die geene, welke men van de Kust van
+Guinée aanbrengt, die veel eer eene gryze loodkleur hebben. Dit dier is
+zeer zeldzaam, en bewoont de diepste schuilhoeken der bosschen, alwaar
+de Indianen hem vangen, en vervolgens naar Paramaribo brengen. Hy
+heeft de gestalte van de gewoone Papegaay; maar schynt zeer levendig
+en zeer sterk. De gemeenste Papegaaijen in Guiana zyn die geene,
+aan welke MARKGRAAF den naam van ajuruoura geeft. Deeze vogelen zyn
+zoo groot niet, als die uit Africa komen. Zy zyn groen, en de borst
+en buik zyn van eene bleek geele kleur. Boven op den kop hebben
+zy een blaauwe vlak; hunne pooten zyn grys, en met vier klaauwen,
+twee van vooren, en twee van agteren, gelyk alle anderen van dit
+zoort. Op hunne vlerken ziet men eenige vederen van eene schitterend
+blaauwe, en andere van eene hoog karmosyne kleur. Zy zyn in Surinamen
+zeer talryk, maar meer schadelyk, dan aangenaam, want zy werpen zig
+troepsgewyze op de Plantagiën van koffy, graanen en ryst, alwaar zy
+groote verwoestingen aanregten; en het geen hun vooral ondraaglyk
+maakt, is hun schel geschreeuw. Zy vliegen altyd aan paaren, en zeer
+ligt. Ik heb waargenomen, dat zy, om de zon te ontmoeten, des morgens
+oostwaarts, en des avonds westwaarts vliegen. In 't algemeen leven
+zy op afgelegene plaatsen, en hunne wyfjes leggen niet meer dan twee
+eieren. Toen ik my op de Plantagie Sporksgift bevond, schoot ik twee
+van deeze Papegaaijen. Deeze dieren nog niet dood zynde, toen ik hen
+opraapte, haalden zy my met hunne puntige klaauwen deerlyk de huid
+open. Wy lieten ze koken, en zy gaven eene vry goede soep; men kan 'er
+ook een pasty van maken; maar op eenige andere manier toebereid zynde,
+zyn zy zeer slecht en taay. Men kan deeze Papegaaijen leeren spreken,
+lagchen, schreeuwen, baffen, maauwen, fluiten, maar veel minder, dan
+die in Africa geboren zyn. Men zegt, dat het zaad van catoen-schellen
+hen dronken maakt. Zy zyn aan ziekten onderworpen, misschien uit hoofde
+hunner geneigdheid tot gramschap; de Indianen egter schryven hun een
+lang leven toe: zy hebben een sterken en gekromden bek, en bedienen 'er
+zig van, om op de boomen te klauteren, om zeer harde noten te kraken,
+en om pynlyke beeten te geven. Hun vermaak is, om zig op de takken der
+boomen in evenwicht te houden, of daar aan te blyven hangen, en het zy,
+dat zy zig in vryheid bevinden, het zy dat zy in de slavernye leven,
+zy nemen hun voedzel met één van hunne klaauwen, als met de hand.
+
+'Er zyn in Surinamen ook andere fraaije Papegaaijen, zynde een
+zoort van Parkieten, en mede zeer gemeen. De aangenaamste hebben
+de gedaante van eene zeer kleine duif. Derzelver pluimaadje is van
+een zeer levendig groene kleur op den rug en de staart, maar de kop
+is donker bruin; de hals van gelyken, met dit onderscheid, dat elk
+der vederen een rand van eene fraaije goud-kleur heeft. De borst
+is van eene lood-kleur, de buik violet, en de vlerken bestaan uit
+verschillende vederen van eene oranje en hemels blaauwe kleur. Zyne
+oogen hebben eene kleur als vuur, en de pooten byna wit. Het ander
+zoort van Parkieten is volmaakt groen, met een witten bek, en eene
+karmozyne vlak op den kop. Zy brengen een aangenaam gepraat voort;
+maar men maakt ze zoo gemakkelyk niet tam, als de eerstgemelden.
+
+Den zelfden avond, (op den 5den namelyk,) bood een soldaat my een
+vogel aan van een geheel verschillend zoort, dien hy met de hand
+gevangen had. Deeze was de Anamoe, of Surinaamsche Patrys, het
+schoonste dier, dat ik immer gezien heb. Hy was zeer vet, en had
+de grootte van een eendvogel. Zyne vederen, van eene donker bruine
+kleur op den rug, de vlerken, en het bovenste gedeelte van den
+kop, hadden aan het benedenste van den kop, en het geheele overige
+gedeelte van het lichaam, eene fraaie witte room-kleur, doorsneden
+met vederen van eene orange-kleur, en zeer kleine dwarsloopende zwarte
+streepen. Deeze Patrys, die zonder staart is, had een lichaam van eene
+eironde gedaante; een langen hals, een korten bek, die zeer puntig
+en een weinig krom gebogen was. Zyne oogen, zoo zwart als een git,
+vertoonden eenen zeer schitterenden glans, Hy had korte pooten, van
+eene fraaie roode kleur, met drie sterke klauwtjes aan elke poot. Men
+zegt, dat hy met eene verwonderlyke ligtheid loopt, dat hy zig tusschen
+de kruiden en planten verschuilt, maar dat zyne dikte hem bezwaarlyk
+doet vliegen; en deeze bezwaarde vlucht gaf gelegenheid, dat gemelde
+soldaat deezen vogel met de hand gevangen had. Wy deeden hem braden,
+en ik heb nooit iets lekkerder gegeten.
+
+Den 9den, gebeurde 'er byna een toeval, het welk my een zeer gevoelig
+en smartelyk hartzeer veroorzaakt zoude hebben. Myn Neger QUACO, myne
+hangmat in de Tempaty-Kreek uitwasschende, wierd door den schielyken
+stroom eensklaps naar den grond getrokken. Hoe zeer in de koorden van
+dit zoort van bed, het welk met hem in 't water gezonken was, verward
+zynde, gelukte het hem, schoon met veel moeite, om zig los te maken,
+en tot myn onuitspreeklyk genoegen, kwam hy weder boven water, en wel
+dra op 't land. Hy had toen de bedaardheid van geest, om een haak,
+aan een sterke visschers lyn vast gemaakt, in 't water te doen zinken,
+en door dit middel de hangmat wederom te krygen. Des anderen daags,
+wanneer de Captain HAMER zig met visschen vermaakte, bleef zyne lyn
+aan den grond der Kreek haken: ik was 'er by tegenwoordig, en sprong
+oogenblikkelyk in 't water, om dezelve los te maken; maar ik stootte
+den enklauw met zulk een geweld tegen een rots, dat het verscheiden
+maanden aanliep, eer ik volkomen hersteld was.
+
+Alle deeze toevallen scheenen den Colonel SEYBOURG zeer te vermaken,
+terwyl ik van myn kant over zyn onheusch gedrag zeer verontwaardigd
+was. Deeze tegenstrydigheid tusschen hem en my, deed my de gunst van
+den Colonel FOURGEOUD verwerven, als of ik de helft van de muitelingen
+der Volkplanting vernield had.--Echter kruisten 'er sterke wachten
+tusschen de posten van Maagdenberg, van la Rochelle, en van de Savane
+der Joden. Den 17den, trok de Opperbevelhebber met de helft van zyn
+krygsvolk naar de Patamaca, en dewyl myne kwetsuur aan den enklauw my
+niet toeliet hem te volgen, liet hy my het bevel over de manschappen,
+die agterbleven.
+
+Als toen het vooruitzigt hebbende, om eenigen tyd op Maagdenberg te
+blyven, zond ik QUACO naar Paramaribo, om levens-middelen van daar
+te halen, en my eene levende geyt mede te brengen.
+
+Schoon de Colonel FOURGEOUD de muitelingen nog niet genoodzaakt
+had, om tot een geregeld gevecht te komen, oeffende hy daarom niet
+minder zyn krygsvolk en zig zelven. Dikwerf het bovenste gedeelte
+der Rivieren overstekende, en de grenspalen der Volkplanting schoon
+houdende, voorkwam hy het plunderen en verbranden der Plantagiën; en
+op die wyze deed hy eenen zeer wezentlyken dienst aan de inwooners,
+hoe zeer zulks veel menschen en geld kostte.
+
+Daar ik derhalven tans Opperbevelhebber van den post was, hield
+ik de twee Negers, waar van ik reeds gesproken heb, bezig, met
+voor my te jagen en te visschen. Zy bragten my byna dagelyks één
+of twee wilde varkens, of pingos, en een visch, newmara genoemd,
+die zomtyds zoo groot is als een kabbeljauw, en welken ik by vervolg
+beschryven zal. Ik onthaalde alle de Officiers zonder onderscheid op
+deezen verschen voorraad, en ik gaf aan de zieken de plantains, de
+bananen, de oranje-appelen, de limoenen, welke men van de Plantagiën,
+aan het bovenste gedeelte van de Commewyne gelegen, aan my toezond:
+nooit wierd een afgezonden Bevelhebber zoo wel behandeld. Ik vergat
+echter de hoofdzaak niet, en zond regelmatig ronden uit in den omtrek
+van Maagdenberg, die zoo oplettend waren, dat'er geen aanval der
+muitelingen te duchten was. Deeze voorzorgen waren zeer noodzakelyk,
+want zy hadden verscheide posten overweldigd, om zig van de wapenen en
+het kruid meester te maken, het geen voor hun van een groot gewicht,en
+voor de Volkplanting allernadeeligst is. Niet alleen hadden zy op
+zommige van deeze posten die dingen geroofd, maar zelfs alle de
+soldaaten vermoord.
+
+Te dier tyd geen werkend deel aan de krygsverrigtingen kunnende
+hebben, maakte ik van dit oogenblik van rust gebruik, om een groot
+getal afteekeningen te maken; en toen kwam my het eerst het denkbeeld
+in de gedachten, om dezelve in 't licht te geven, indien het lot over
+my beschoren was, om in Europa te rug te komen.
+
+Een van myne Negers bragt my, den 24sten van deeze maand, twee zeer
+merkwaardige insecten, die ik tans beschryven zal. Een van de twee,
+die naar een sprinkhaan scheen te gelyken, was die geene, welke
+men doorgaans alhier Spaansche Juffer noemt; nimmer heb ik iets
+meer buitengewoons in deeze Volkplanting gezien. Het lichaam van dit
+wonderbaarlyk insect, schoon het niet veel dikker was, dan de schacht
+van een gewoone veder, was zeven en een halve duim lang, de staart
+daar by gerekend, welke, even als die van veele andere insecten, uit
+verschillende gewrichten bestaat.--Hy liep, even als een spinnekop,
+op zes pooten van by de zes duimen lang, en hy had geene vlerken. Vier
+hoorens, waar van twee de lengte hadden van vyf duimen, en de andere
+veel korter waren, staken hem uit den kop. Deeze kop was klein, maar
+met groote zwarte en uitpuilende oogen. Het lichaam van dit insect had
+eene bruinachtig groene kleur, en over 't geheel had hy het voorkomen
+van een gedrocht in zyn zoort. Men vindt hem op moerassige plaatsen,
+alwaar zyne lange pooten hem ongetwyffeld dienen om te gaan, en niet
+om te zwemmen, als daar toe ongeschikt zynde, want zy eindigen met
+twee kleine nagels, als die der kevers. Het andere insect is door
+Mejuffrouw DE MERIAN afgeteekend, die het de waaker genoemd heeft;
+maar de Hollanders geven hem een naam, die betrekkelyk is tot het
+geraas, het welk hy tegen den avond doet hooren, en vry veel gelykt
+naar het geluid van een cymbaal, of naar dat van het slypen van
+een scheermes. Dit merkwaardig insect, welks gebrom altyd met het
+ondergaan der zon, of des avonds ten zes uuren begint, word ook
+lantaarn-drager genoemd, uit hoofde van het licht, het welk hy des
+nachts verspreidt, een licht, veel sterker, dan dat van een vuur-mug,
+van welk zoort hy ook zyn moge, en met behulp van 't welk men alles
+doen kan. De lantaarn-drager is meer dan drie voeten lang. Hy heeft
+een dik en groenkleurig lichaam, met vier doorschynende vlerken,
+die, onaangezien deeze hoedanigheid, eene groote verscheidenheid
+van kleuren laten schitteren, vooral van onderen, alwaar men twee
+ronde moesjes opmerkt, veel gelykheid hebbende met die van een
+paauwen-staart. Onder den kop van dit insect ziet men een lynregte
+snuit, als eene naald, waar mede men zegt, dat hy het sap uit de
+bloemen zuigt. Met dit werktuig vooronderstelt men ook, dat hy het
+zoo even gemelde onaangenaam en sterk geraas maakt. Ik voor my zoude
+het veel eer aan de beweging zyner doorschynende vlerken toeschryven,
+zoo als men dit van zommige muggen in Engeland beweert. Eene sterke
+snuit, met roode en geele streepen, en hebbende de gedaante van het
+eerste gewricht van een's menschen vinger, steekt hem uit het voorste
+gedeelte van den kop, en maakt een derde der lengte van het geheele
+dier. Deeze uitwas word gemeenlyk de lantaarn van dit insect genoemd,
+en doet het licht voortkomen, waar van hy zynen naam draagt. Ik zal
+zyne beschryving eindigen met te zeggen, dat hy zeer langzaam loopt,
+maar met eene verbaazende gezwindheid vliegt.
+
+Den 26sten, kwam myn kleine QUACO van Paramaribo te rug, met zig
+brengende al het geen ik hem gelast had: men had de geit niet vergeten,
+en men zond 'er my een met haar jong, waar voor ik twintig guldens,
+of by de twee ponden sterling betaalde.
+
+De geiten zyn echter in geheel Guiana zeer gemeen; zy zyn aldaar niet
+groot, maar fraay; haare hoornen zyn zeer klein; haar hair is kort,
+zacht, en van eene donker bruine kleur; haare gezwindheid is niet te
+vergelyken, dan by die der harten. Men kweekt ze op de Plantagiën aan,
+alwaar zy vermeenigvuldigen, en veel melk geven. Wanneer men ze jong
+doodt, is haar vleesch goed om te eeten.
+
+Ik ontfing toen de onaangenaame tyding, dat het Schip, waar mede
+myne brieven naar Europa vertrokken waren, in de nabyheid van Texel
+vergaan was. Ik vernam te gelyker tyd met aandoening, dat myn vriend,
+de heer KENNEDY, zyne vrouw en huisgenooten, aan de Volkplanting hadden
+vaarwel gezegd, en naar Holland waren ingescheept. De gemelde heer
+KENNEDY, de heer GORDON, en de heer GOURLUY, waren Schotten; de heer
+BUCKLAND, de heer TOWNSEND, en de heer HALFHIDE, waren Engelschen de
+heer MACNEYL was uit Ierland: 'er waren geene anderen van hunne natie,
+die deeze Volkplanting bewoonden.
+
+Den 28sten, kwam de Colonel FOURGEOUD van zynen tocht naar de Patamaca
+te rug. Zyn krygsvolk was van vermoeienis afgemat, en hy zelf had veel
+geleden. Hy had een groot getal zyner soldaten in het Hospitaal van la
+Rochelle agtergelaten; maar hy vernam zelfs de muitelingen niet, schoon
+hy bestendig zynen weg veranderd had. Het scheen derhalven, dat zy in
+wanorde waren, zoo zy al in 't kort eenig vast verblyf gehad hadden;
+maar waar konde men hen in dit eindeloos bosch ontdekken? Daar kwam
+het op aan. De Colonel wanhoopte echter niet, dit te zullen doen. In
+de daad, hy stelde den zelfden yver te werk om hen te vervolgen,
+als voorheen, om de schuilhoeken van het wildt te ontdekken.
+
+Den 29sten, bood de heer MATHIEU, één van onze Officiers, die ter
+jagt gegaan was, my den Taïbo aan, een dier, alhier onder den naam
+van Boschrot bekend. Hy had de grootte van een jonge haas, maar was
+aan het einde van zyn lyf uittermaten dun; hy had eene huid van eene
+rosachtig bruine kleur, lange pooten, een ronde kop, en zyne staart
+geleek naar die van een speenvarken; zyne klauwen hadden juist de
+gedaante van die van een gewoone rot, maar in evenredigheid veel
+grooter; zoo als ook de kop, de bek, de knevels, en de tanden; hy had
+korte en kaale ooren; de oogbal zyner zwarte en uitpuilende oogen was
+wit. Men beweert, dat deeze boschrot zeer schielyk loopt. Wy lieten
+hem gereed maken: men had ons gezegd, dat hy goed om te eeten was,
+en wy vonden dit ook bewaarheid; hy had een uitmuntenden smaak, en
+was malsch en vet, hoe zeer hy mager scheen. Dit dier herinnert my,
+uit hoofde van deszelfs gedaante, een ander, in dit Land bekend onder
+den naam van crabbo-dago, of den koppigen hond, welken men hem geeft
+van wegens zyne voorbeeldelooze woestheid; want alle viervoetige,
+vliegende of kruipende gedierten, welken hy ontmoet, doodt en verslindt
+hy; hy schynt nooit van bloed verzadigd te zyn. Zonder door den honger
+gedreven te worden, doodt hy alle dieren, welken hy overwonnen heeft;
+zyn moed, zyne kragten, zyne werkzaamheid hebben weinig huns gelyken,
+schoon hy niet veel grooter, dan een gewoone kat is. Volgens het geen
+ik hier opgeeve, verdenke ik sterk, dat hy naar den Ichneumon gelykt;
+maar nog meer naar het dier, in de Natuurlyke Historie van BUFFON
+gemeld, die, volgens de verzekering van den heer ALLEMAND, het zelve
+den Grifon noemt: die geen, waar van ik spreek, is echter een weinig
+grooter. Deeze Schryver zegt, dat schoon het oorsprongelyk een dier
+uit Surinamen is, niemand van hun, die van daar komen, 'er bericht
+van kunnen geven. Indien hy het zelfde dier is, en ik twyffel 'er niet
+aan, strekt het my tot genoegen, om 'er aan den lezer de beschryving
+van op te geven. Ik zal dus de plaats uit het werk van den Graaf DE
+BUFFON, die zulks van den heer ALLEMAND zelf ontleend heeft, letterlyk
+aanhaalen. Indien ik deeze opgaave by het leven van deezen beroemden
+Natuur-kenner gelezen had, zoude ik de vryheid gebruikt hebben, om
+hem de waarneemingen te schryven, welke ik aan het Publiek onderwerpe.
+
+"Ik heb uit Surinamen het diertjen ontfangen, het welk op Plaat
+VIII. verbeeld is, en op de lyst van het geen in de kist, waar in
+hy ingepakt was, gevonden wierd, den naam droeg van de gryze wezel,
+waar van ik den naam van Grifon gemaakt heb, om dat ik den naam niet
+weet, dien men hem in zyn land geeft, en om dat zyne kleur denzelven
+genoegzaam aanwyst. Het geheele bovenste gedeelte van zyn lichaam
+is met hairen van eene donker bruine kleur bedekt, met witte punten,
+het geen eene gryze kleur maakt, waar in het bruin doorsteekt; maar
+boven op den kop en hals heeft hy eene helderer gryze kleur, om dat de
+hairen aldaar zeer kort zyn, en om dat het witte gedeelte in lengte met
+het bruine gelyk staat. De snoet, het geheele onderlyf, en de pooten,
+zyn van eene zwarte kleur, die eene zonderlinge tegenstrydigheid maakt
+met de gryze kleur, waar van de zelve aan den kop is afgescheiden door
+eene witte streep, beginnende aan den eenen schouder, en doorgaande
+onder de ooren, boven de oogen en den neus, en zig tot den anderen
+schouder uitstrekkende.
+
+De kop van dit dier is zeer groot in evenredigheid van zyn lichaam;
+zyne ooren, die byna een halve cirkel maken, zyn meer breed dan hoog;
+zyne oogen zyn groot: zyn bek is gewapend met maaltanden, en sterke
+en puntige honds-tanden. 'Er zyn zes sny-tanden in elk kakebeen;
+maar die van de beide reijen zyn alleen zichtbaar; de vier tusschen
+beiden staande komen naauwlyks uit derzelver holligheden. De pooten,
+zoo wel die van vooren, als van agteren, zyn verdeeld in vyf klauwen,
+die met sterke geelachtige nagels gewapend zyn. Zyn staart, die vry
+lang is, eindigt puntsgewyze.
+
+De wezel is onder alle dieren van ons vaste Land die geene, waar
+mede deeze Grifon de meeste overëenkomst heeft; dus ben ik niet
+verwonderd, dat hy my onder dien naam uit Surinamen is gezonden
+geworden. Nogtans is het geen wezel; schoon hy wegens het getal en de
+gedaante zyner tanden 'er veel overëenkomst mede heeft, is zyn lyf
+zoo langwerpig niet, en zyne pooten zyn veel hooger. Ik ken geen
+schryver nog reiziger, die 'er van gesproken heeft, en de geen,
+die my gezonden is, is de eenige, welken ik immer gezien heb. Ik
+heb hem aan verscheiden lieden getoond, die langen tyd hun verblyf
+in Surinamen gehouden hadden; maar hy was hun onbekend; derhalven
+moet hy op de plaatsen, van waar hy herkomstig is, zeldzaam zyn, of
+oorden bewoonen, die weinig bezogt worden. De zender van dit dier
+had geene byzonderheid opgemerkt, geschikt om deszelfs natuurlyke
+geschiedenis op te helderen; dienvolgende heb ik niets anders kunnen
+doen, dan eene afteekening van hem te maken". (Hist. Nat. de BUFFON;
+Edit. de Hollande, Tom. XIV. pag. 65.)
+
+Het is waar, dat dit dier in Surinamen zeer zeldzaam is; maar dat hy
+door de natuur-kenners niet beter beschreven is, moet men ongetwyffeld
+toeschryven aan zyne ongemeene woestheid, die byna altyd belet,
+om hem levend te vangen.
+
+De Bevelhebber en ik waren toen boezemvrienden, en dagelyks noodigde hy
+my aan zyne tafel. Hy verzogt my, om hem zyn pourtrait levensgrootte
+te maken, en hem in zyne veld-kleeding te vertoonen. Zyn oogmerk
+was, om dit naar Europa mede te neemen: hy hoopte, dat de Stad van
+Amsterdam het zelve op haare kosten zoude doen in 't koper brengen;
+hy oordeelde zig iemand te zyn van zoo veel gewicht voor Holland, als
+de Hertog van Cumberland, na den slag van Culloden, voor Engeland was.
+
+My van een blad groot papier, en Chineesche inkt voorzien hebbende,
+ging ik aan 't werk. Terwyl ik bezig was, om de trekken van myn
+oorsprongelyk stuk naauwkeurig naar te gaan, wierd de berg door
+eenen vervaarlyken donderslag ylings geschokt, zoo dat alle de
+eieren van een hen, die in een hoek van onze hut te broeien zat,
+aan stukken braken. De straal van den blixem ontstelde de trekken
+van den Colonel voor een oogenblik; maar hy herstelde zig schielyk,
+en ik ging voort. Het werk was korten tyd daar na tot zyn groot
+genoegen afgemaakt.
+
+De Neger SEPTEMBER, die in 't jaar 1774. gevangen genomen was,
+stierf, byna op deezen tyd, aan de waterzucht. De Colonel had hem
+gedwongen hem te volgen op alle zyne tochten, even als een geketende
+hond. Hy verbeeldde zig, dat deeze Neger, vroeg of laat, hem in de
+onderscheidene bezittingen der muitelingen brengen zoude, maar hy
+bedroog zig, De andere slaven, hem verdacht houdende van reeds eenigen
+raad aan den Bevelhebber gegeven te hebben, schreven zynen dood aan de
+Goddelyke rechtvaardigheid toe, die hem strafte wegens het verraden
+van de trouw, welke hy buiten twyffel aan zyne landgenooten gezworen
+had. De lezer herinnert zig waarschynlyk, het geen ik in het derde
+hooftstuk gezegd heb, dat de Africaansche Negers gelooven, dat hy,
+die zynen eed schendt, elendig moet omkomen, en eene eeuwige straffe
+in de andere weereld ondergaan.
+
+De post van de Hoop aan de Commewyne was, wegens gebrek aan
+zindelykheid, tans zeer ongezond geworden: het krygsvolk, het
+welk aldaar na myn vertrek de wacht gehouden had, was uittermaten
+onachtzaam, om deezen post in goeden staat te houden. De dood had
+reeds verscheiden soldaaten weggerukt, en de ziekte belette den
+bevelhebbenden Officier en een gedeelte van zyn volk, om dienst te
+doen. De Colonel FOURGEOUD zond den Capitain BRANT en eenige soldaaten
+derwaarts, met last, om alle de zieken, welken men op deezen post
+vinden zoude, niet naar de Stad Paramaribo, maar naar Maagdenberg te
+doen vertrekken. De Colonel, deezen Capitain met dien tocht belastende,
+behandelde hem met eene groote hardheid, en vergunde hem zelfs den tyd
+niet, om zyne goederen mede te neemen. Van een anderen kant, ontnam de
+Colonel SEYBOURG hem den eenigen slaaf, dien hy tot zynen dienst had,
+en hield dien voor zig zelven. Deeze behandeling deed den armen BRANT
+zoo geweldig aan, dat hy begon te schreijen, en verklaarde, dat hy
+wenschte zulke mishandelingen niet te overleven. Hy vertrok vervolgens
+naar den post van de Hoop; met een hart van droefheid overstelpt.
+
+By zyne aankomst vernam hy, dat de Capitain BROUGH, de laatste
+Bevelhebber op deezen post, zoo even overleden was. Deeze
+Officier, zeer zwaarlyvig zynde, had groote vermoeïngen in de
+bosschen ondergaan. De hette was voor hem ook doodelyk: hy had eene
+versmelting van vochten, die op een rotkoorts uitliep, en hem uit
+'t leven wegnam. De Colonel SEYBOURG volgde den Capitain BRANT wel
+dra naar de Hoop, om aldaar de zieken te bezoeken. Geduurende al
+dien tyd had ik niets te doen. Ik zal my dus bezig houden met twee
+visschen te beschryven, die eenen byzonderen aandacht verdienen.
+
+De eerste heeft de gedaante van een groote bokking; ik had ze van dit
+zoort nog niet gezien, en zekerlyk, behalven den zee-braassem, kende ik
+'er geene, die fraaijer gekleurd was. Zyn rug en zyden hebben streepen
+van eene fraaije geele en van eene ryke en donkere blaauwe kleur, zyn
+buik heeft eene witte zilver-kleur. Hy heeft zwarte en goudkleurige
+oogen, doorschynende vinnen van eene zeer levendig roode kleur. Zyne
+gedaante gelykt vry veel naar die van eene forelle, en hy is met kleine
+schubben bedekt; hy heeft eene vinne op den rug, en het teeken van eene
+andere by den staart, die gespleten is; onder den buik ziet men aan hem
+vyf andere vinnen, waar van twee tot de borst behooren, en de laatste
+achter den navel. Zyn benedenste kakebeen steekt meer voorwaarts dan
+het bovenste, en zyn bek schynt eene omgekeerde gedaante te hebben:
+eindelyk heeft hy zeer kleine kieuwen of ooren. Ik deed onderzoek naar
+deezen visch; maar alles wat een oude Neger 'er my van berigten kon,
+was, dat men hem dago-faisy noemde.
+
+De andere was die groote en fraaie visch, die by de Engelschen den
+naam van rock-cod draagt, by de Indianen dien van baroketta, en by de
+Negers dien van new-mara. Ik heb 'er reeds verscheiden malen melding
+van gemaakt; maar ik heb hem nog niet beschreven. Men vindt deezen
+visch zeer dikwils in het bovenste gedeelte der Rivieren. Hy heeft de
+gedaante van eene groote kabeljauw, maar met schubben bedekt. Zyn
+rug heeft eene donkere olyf-kleur, zyn buik is wit, zyn kop is
+groot met kleine oogen, waar van de appel zwart en de oogbol grys
+is. Zyn breed kakebeen is van boven en onder van eene reije puntige
+tanden voorzien, even als die van een snoek. Hy is, gelyk dit dier,
+uittermaten vraatächtig. Hy heeft een stompen staart, en, zoo als ook
+de vinnen, van dezelfde kleur als het lichaam: deeze vinnen zyn zes in
+getal, één op den rug, twee aan de borst, twee onder aan het lyf, en
+de laatste aan den onderbuik. Zommige lieden vergelyken den smaak van
+deezen lekkeren visch by dien van Zalm. Hy is by de blanken in deeze
+Volkplanting zeer geacht; maar zeldzaam te Paramaribo, schoon hy, gelyk
+ik gezegd heb, boven in de Rivieren overvloedig gevonden word. Ik heb
+ze beiden zeer naauwkeurig afgeteekend, zoo wel de dago-faisy, als de
+new-mara. Men vond 'er ook in Surinamen naauwkeurige afteekeningen van.
+
+Verscheiden Officiers, die gevogelte en varkens aankweekten, verloren
+dezelven tans allen in den tyd van twee dagen: zy waren waarschynlyk
+vergeven door het eeten van duncane, of van eenige andere vergiftige
+plant, die ons onbekend was. Echter heeft men in 't algemeen opgemerkt,
+dat de aangeboren neiging der dieren hun de heilzaame kruiden van de
+schadelyke doet onderscheiden.
+
+De heer SEYBOURG kwam toen al zegevierende van de Hoop te rug: hy
+bragt den Lieutenant DEDERLEIN, één der Officiers van den Colonel
+FOURGEOUD met zig, doende denzelven door een Sergeant en zes soldaten,
+met de bajonnet op de snaphaan, bewaren, om dat hy, zoo hy zeide,
+hem de verschuldigde achting niet betoond had.
+
+Den 7den, kwamen de zieke Officiers, en soldaten van denzelfden post,
+in vaartuigen aan. Verscheiden van hun, welken men inscheepte, vonden
+zig buiten staat om vervoerd te worden, en geraakten, zonder eenige
+hulp, op de reize om 't leven. Een van onze Heelmeesters stierf
+ook, den zelfden dag, op de legerplaats, en aanhoudend begroef
+men soldaaten. Deeze waren de gevolgen van eenen tocht, in een zoo
+vochtig jaargetyde ondernomen; maar onze Colonel oordeelde het zelve
+meer geschikt dan eenig ander, om eindelyk eens de muitelingen uit
+de bosschen van Guiana te verdryven.
+
+
+
+AGTTIENDE HOOFTSTUK.
+
+Een Tyger, op de legerplaats gevangen.--De Jaguar.--De Couguar.--De
+Tyger-kat.--De Jaquarette.--Gevecht tusschen eenige afgezondene
+manschappen der Sociëteit en de muitelingen.--Levens-manier van eenen
+Surinaamschen Planter.--Verscheiden zoorten van visschen.--Besmettelyke
+ziekten.--Zelfsmoord.
+
+Ik heb zoo straks gezegd, dat verscheiden Officiers gevogelte
+aankweekten; maar alle nachten ontnam een onbekende strooper 'er hun
+verscheiden van. De Capitain BOLTS, den coati-mondi of crabbo-dago
+van deezen diefstal verdacht houdende, zette een val, door middel van
+eene ledige kist, welke hy in den grond deed plaatsen, en waar van
+het dekzel wierd opgehouden door een hout, waar aan men een lang touw
+had vast gemaakt. Vervolgens sloot hy al zyn gevogelte naauwkeurig
+op, uitgenomen twee hoenderen, welke hy onder deeze val plaatste,
+doende dezelve door twee Negers op eenigen afstand bewaken. Deezen
+hadden naauwlyks een uur of twee op hunnen post doorgebracht, of zy
+hoorden de hoenderen schreeuwen; één van hun trok toen aan het touw,
+en de ander schoot toe, om zig van den dief te verzekeren, gaande
+op het dekzel zitten: het was een jonge Tyger, die 'er in besloten
+zat; hy deed wel dra alle pogingen, om zig in vryheid te stellen;
+maar men bond de kist met zwaare touwen toe, en men wierp die alzoo
+in de Rivier, dezelve onder water houdende, om het dier, het welk
+de sterkste pogingen deed om te ontsnappen, te doen verdrinken. De
+Capitain BOLTS nam zyne huid, en bewaarde die tot eene gedachtenis
+van dit zonderling voorval.
+
+De Graaf DE BUFFON beweert, dat 'er in America geene Tygers zyn; maar
+dat men 'er dieren vindt, die hun gelyken, en waar aan men denzelfden
+naam geeft. Ik zal dezelve beschryven zoodanig als ik ze gezien heb,
+en de lezer zal beöordeelen, wat zy zyn.
+
+De eerste en grootste word Jaguar van Guiana genoemd. Dit dier, het
+welk verscheiden Schryvers als zwak, verachtelyk, en van de grootte van
+een haazen-windhond hebben afgebeeld, is integendeel zeer sterk, zeer
+gevaarlyk, zeer woest. Zyne lengte, van den bek tot het begin van den
+staart, heeft zomtyds zes voeten: men vergeete niet den verbaazenden
+voetstap van een tyger, welken ik aan de Patamaca in het zand zag,
+schoon men zoude kunnen tegenwerpen, dat deeze in 't byzonder van eene
+buitengewoone grootte had, en het zand los was. De Jaguar heeft eene
+donkere oranje kleur en een witten buik. Zyn rug heeft langwerpige
+en zwarte streepen. Op zyde van den buik zyn onregelmatige ringen,
+in den omtrek zwart, en in het midden helder. Het overige gedeelte
+van zyn lichaam en zyn staart hebben kleine vlakken, die volmaakt
+zwart zyn. Zyne gedaante gelykt in alle opzichten naar die van den
+Africaanschen Tyger; en dewyl hy ook onder het geslacht der katten
+behoort, is het niet noodig 'er eene omstandiger beschryving van te
+geven. Maar dewyl zyne grootte en krachten die van dit klein huisdier
+overtreffen, verscheurt hy een schaap of een geit even gemakkelyk,
+als de kat een muis of een rot doodt. De koeijen zelfs en de paarden
+zyn in weerwil van hunne grootte, voor zyne woede niet beveiligd,
+want dikwils tast hy hen op de Plantagiën aan; en schoon hy dezelve,
+uit hoofde van hunne zwaarte, niet naar de bosschen kan sleepen,
+scheurt hy hen wreedelyk aan stukken, alleenlyk om hun bloed te
+drinken, waar naar dit woest dier altyd dorstig is. Het is bovendien
+wel gebeurd, dat de Jaguar jonge Negerinnen, die op het land werkten,
+heeft mede gesleept, en dit zelfde ongeluk gebeurt hunne kinderen maar
+al te veel. Dit boosäartig dier werpt (volgens de uitdrukking van
+deeze zelfde Schryvers) door een enkelen slag met de poot, een wild
+varken om ver, en het sterkste paard, dat men in Guiana beryden kan,
+grypt hy by de keel. Zyn woeste aart en bloeddorstigheid zyn oorzaak,
+dat men hem nooit heeft kunnen tam maken. Hy zou de hand van zynen
+oppasser verscheuren; en dikwils zelfs verslindt hy zyne jongen. Hoe
+sterk echter en woedend hy ook zy, hy is niet in staat wederstand
+te bieden aan den slang Aboma, die, wanneer hy hem bereiken kan,
+hem in korte oogenblikken aan stukken slaat.
+
+Het tweede dier van het zelfde zoort is de Couguar, de roode Tyger in
+Surinamen genaamd. Men zoude hem voegzamer kunnen vergelyken by een
+haazen-windhond, ten aanzien van deszelfs gedaante, maar niet van
+zyne grootte, en by gevolg ook ligter dan den Jaguar, maar grooter
+dan een windhond. De huid van dit dier is van eene bruin roode kleur;
+de borst en buik zyn van eene vuile witte kleur; hy heeft lange en
+ongevlakte hairen; de staart van eene aard-kleur, en aan het einde
+zwart. Zyn kop is klein, met twee glinsterende oogen, waar uit het
+vuur als uitspringt; en zyne tanden zyn zeer breed. Zyn dun lyf word
+gedragen door lange pooten, die met geduchte en witachtige klaauwen
+gewapend zyn. Hy is even verslindend als de Jaguar.
+
+Een derde dier van dit zoort, en het welk zeer fraay is, al mede in
+Guiana gevonden wordende, is de Tyger-kat. Deszelfs grootte gaat die
+van veele katten, welke ik in Engeland gezien heb, niet te boven. Zyne
+huid is van eene fraaie geele kleur, en gevlakt met kleine witte
+moesjes met zwarte randen. Hy heeft den buik van een helderen kleur,
+zwarte ooren met een witte vlak, en zeer zacht hair. Men waardeert
+zyne huid zeer hoog; en hy heeft dezelfde gedaante als de Jaguar. De
+Tyger-kat is een zeer levendig dier, wiens oogen schitteren als
+blixem-straalen; maar hy is even woest, even verslindend, even wild
+als de voorgaande.
+
+'Er is nog in dit Land een vierde dier van het zelfde zoort; het is
+de Jaguarette, wiens huid van eene zwartachtige kleur is, met vlakken
+die nog zwarter zyn. Zie daar alles wat ik 'er van weet; want ik heb
+'er geen enkele gezien, om dat men hem zelden verneemt. Die ik te
+vooren beschreeven heb, zyn niet veel gemeener. Ik zal by het geen
+ik van alle deeze dieren gezegd heb, nog byvoegen, dat zy, even als
+de gewoone katten, lange knevels hebben; dat zy zomtyds op de boomen
+klimmen; maar dat zy zig doorgaans onder de bladen in eene hinderlaag
+plaatsen, van waar zy met eene ongelooffelyke gezwindheid op hunnen
+ongelukkigen buit uitschieten; dat zy, den zelven hebbende van één
+gereten, zyn bloed al warm drinken, en met verscheuren en inslokken
+niet ophouden, voor dat zy verzadigd zyn; maar dat, indien zy door den
+honger niet gedrongen worden, zy lafhartig zyn, en dat een enkele hond
+genoegzaam is, om hen op de vlucht te dryven. Het vuur doet hen ook
+uittermaten verschrikken: dit is het beste middel om hen te verdryven,
+waar van ook de Indianen in Guiana gebruik maken. Verscheiden Tygers
+kwamen, by gebreke van deeze voorzorgen, in onze legerplaats; maar
+gelukkiglyk, regtten zy geene verwoesting aan.
+
+Dewyl ik op dit oogenblik met den Colonel FOURGEOUD op den voet van
+de vertrouwelykste vriendschap stond, bood ik hem eene teekening
+aan, verbeeldende de geheele legerplaats van Maagdenberg, die hem
+dermaten behaagde, dat hy dezelve aan den Prins van Oranje en aan
+den Hertog van Brunswyk zond, om hen over zyne krygs-verrigtingen te
+doen oordeelen. Deeze beleefdheid van myn kant bragt al de uitwerking
+op hem te weeg, die ik verlangen konde; niet alleen wierd ik zyn
+begunstigde, en hy beloofde my aan het Hof te zullen aanbeveelen,
+maar zelfs betoonde hy achting voor de Engelschen en Schotten. Ik was
+over deeze veranderde behandeling van zyne zyde zoo te vreden, dat
+ik de vyandschap, die in het begin tusschen ons had plaats gehad,
+aan my zelven meende te moeten wyten. Echter wierd de betoonde
+achting van den Colonel wel dra afgewisseld door voorwerpen, die
+al zyn aandacht verdienden; want hy vernam den 14den Juny, dat men
+eenige hutten van muitelingen aan de zee-kusten ontdekt had; dat de
+Capitain MEYLAND, met honderd en veertig mannen van het krygsvolk
+der Sociëteit, den vyand gaande opzoeken, hen eindelyk ontmoet had;
+maar dat hy gedwongen zynde een diep moeras te doorwaden, deeze
+Negers hem het eerst hadden aangetast; dat zy verscheiden van zyn
+volk gedood hadden, waar onder gevonden wierd een jong vrywilliger,
+die zyn neef was; dat zy 'er een groot aantal van gewond hadden,
+en de overigen deezer afgezondene krygsbende tot wyken genoodzaakt,
+schoon hy reeds het moeras was overgetrokken, en deszelfs oever bereikt
+had, om het dorp stormenderhand in te nemen. Volgens deeze tyding
+was het klaar, dat de vyand niet was klein te achten; en dewyl men
+nu eindelyk wist, waar hy te vinden was, ontfing al het krygsvolk,
+namelyk de zee-soldaten van den Colonel FOURGEOUD, het Regiment
+van de Compagnie, en de Neger-jagers, die van verlangen brandden,
+om blyken van dapperheid te geven, bevel om zig onmiddelyk tot den
+optocht gereed te maken. Men bepaalde hun allen een punt van algemeene
+vereeniging, en men zond te gelyker tyd een hoop krygsvolk naar den
+post van la Rochelle, om hier van bericht te geven. Ingevolge van deeze
+beveelen, maakte zig het geheele leger marschvaardig, en onze soldaten
+betoonden eenen grooten yver, in de hoop, dat een beslissende slag aan
+den oorlog, en alzoo tevens aan hunne elende een einde maken zoude:
+het was dus het oogenblik, om hen tot den aanval aan te voeren; maar
+onze Opper-Bevelhebber stelde zynen tocht meer dan twee maanden uit,
+om redenen, hem alleen bekend.
+
+Wy vernamen toen, dat de Capitain BRANT, Bevelhebber op den post
+van de Hoop, op het punt was, om aldaar van eene zwaare ziekte te
+sterven. Deeze zelfde post, alwaar zig een groot aantal krygsvolk
+bevond, was één der ongezondsten uit hoofde der overstroomingen;
+en vermits ik in dit tydstip één der gunstelingen van den Colonel
+was, bestemde hy my, om het bevel 'er van op my te nemen, eene eer,
+die ik, zoo als hy my zeide, aan myn sterk lichaamsgestel moest
+toeschryven. Uit deeze handelwyze bemerkte ik, dat zyne vriendschap op
+eigenbelang steunde; en ik gevoelde mynen haat allengskens herleven
+tegen iemand, die my alzoo veroordeelde om zonder roem te sterven,
+daar hy my tot eenigen dadelyken dienst met eere gebruiken konde.
+
+By myne komst op de Hoop, moest ik den Capitain BRANT naar Maagdenberg
+zenden; maar deeze ongelukkige jongeling eenige achterdocht op dien
+wreeden last hebbende, ging in een besloten vaartuig, eenige uuren
+voor dat ik aankwam, en begaf zig naar Paramaribo. Echter kwam hy
+aldaar niet aan, of hy gaf den geest, zoo door de gevolgen van eene
+heete koorts, als door hartzeer. Niemand verdiende meerder betreurd te
+worden, dan hy. De Colonel FOURGEOUD verloor een uitmuntend Officier,
+en ik een oprecht vriend.
+
+Dewyl hy de tweede Bevelhebber was, die in zeer korten tyd op deezen
+post het leven liet, nam ik gerustelyk tot myne zinspreuk: Hodie mihi,
+cras tibi: (van daag my, morgen u:) maar by geluk bedroog ik my,
+en ik was altyd zoo welvaarende, als ik ooit in myn leven geweest
+ben. Volgens den raad van den ouden CARAMACA, baadde ik my twee malen
+daags in de Rivier; ik maakte insgelyks gebruik van myne oude gewoonte,
+om geene schoenen noch koussen te dragen.
+
+Den 20sten Juny, korte dagen na myne aankomst, had ik de eer een
+bezoek te ontfangen van den Gouverneur, den heer NEPVEU, die van zyne
+Plantagie Appecappe te rug kwam, en weder naar Paramaribo keerde. Ik
+beklaagde hem den rouw wegens het afsterven van zyne huisvrouw, welke
+hy in't kort verloren had. Ik ontfing ook bezoeken van verscheiden
+Planters, die my allerleije zoorten van ververschingen van hunne
+Plantagiën medebragten. In dit oogenblik had ik gelegenheid, om de
+gebruiken en levens-wyze van deeze West-lndische Nababs te leeren
+kennen.
+
+Een Planter in de Volkplanting van Surinamen, wanneer hy op zyne
+Plantagie woont, het geen zeldzaam voorvalt, want doorgaans verkiest
+hy het verblyf te Paramaribo, staat by het opkomen der zon, dat is,
+des morgens omtrent ten zes uuren, uit zyne hangmat op. Alsdan begeeft
+hy zig, onder zyn piazza, of dat zoort van overdekte gaanderye, voor
+het huis geplaatst, alwaar hy zyne koffy en pyp gereed vindt. Een
+half dozyn slaven, zoo wel mans als vrouwen, en wel de schoonste,
+wagten hem aldaar, om hem te bedienen. In dit heiligdom ontmoet hem
+de Opzigter, na hem van verre verscheide diepe buigingen gemaakt
+te hebben, en doet hem zeer eerbiedig rekenschap van het werk, het
+welk des avonds te vooren verrigt is, van het getal der Negers, die
+weggeloopen, die ziek geworden, die gestorven, die hersteld zyn, van
+de geenen die men gekocht heeft, of van de kinderen, die geboren zyn;
+maar vooral van den naam der slaven, die hun werk verzuimd, die eene
+ongesteldheid voorgewend, die zig dronken gedronken hebben, of agter
+gebleven zyn. De gevangenen zyn doorgaans by dit bericht tegenwoordig,
+onder de bewaaring van Neger-beulen, die op het minste teeken hen
+vast binden, het zy aan de pylaaren of balken der gaanderye, het zy
+aan boomen, zonder dat de eigenaar zig dikwils verwaardigd heeft
+de beschuldigden in hunne verdediging te hooren. De veroordeelden
+eenmaal vast gebonden zynde, vallen de zweepslagen op hen, zonder
+onderscheid van mans, vrouwen of kinderen. De werktuigen, waarmede
+deeze straf word uitgeoeffend, zyn koorden van hennip van eene zeer
+groote lengte, die by elken slag tot in het vleesch indringen, en een
+geklater maken, gelykende naar het afschieten van een pistool. Zoo lang
+deeze straf-oeffening duurt, roepen de ongelukkigen by herhaaling:
+"danky masera": (ik bedank u meester:) en de Planter wandelt met
+zynen Opzichter rond, zonder op het geschreeuw, het welk hy hoort,
+eenige acht te geven. Men maakt deeze elendelingen niet los, voor dat
+zy wel zyn van één gereten; en dan gelast men hun, om oogenblikkelyk
+weder aan hun werk te gaan: ter naauwer nood verwaardigt men zig,
+om hen te laten verbinden.
+
+Het straf-uur verloopen zynde, koomt de Heelmeester, die een Neger
+is, insgelyks om bericht te doen; en men zendt hem weg al vloekende,
+en zig beklagende, dat hy aan de slaven toestaat ziek te zyn. Na deeze
+bedienden, koomt 'er eene zeer oude vrouw, die alle de Neger-kinderen
+van de Plantagie vertoont, waar over zy het bestuur heeft. Deeze
+kinderen, die reeds in de Rivier gewasschen zyn, klappen in de handen
+op het zien van hunnen meester; zy groeten hem, staande in de rondte;
+vervolgens zendt men hen weg, om hun ontbyt van plantainboom-vruchten,
+of ryst te gebruiken; en even gelyk by het begin, eindigt dit alles
+met eene diepe buiging van den Opzichter.
+
+Myn Heer doet dan eene wandeling in zyn morgen-gewaad, bestaande in
+een onderbroek van het fynst Hollandsch linnen, witte zyde koussen,
+en muilen van geel of rood Turksch leder; het halsboord van zyn hembd
+blyft open, en over het hembd draagt hy alleenlyk eene loshangende
+japon van fraaie Indische stof. Zyn hoofd is met een uittermaten fyne
+catoene muts bedekt, en met een verbaazend groote hoed, die zyn mager
+en somber aangezicht voor de hette der zon beveiligt: om den lezer
+in staat te stellen zig een juist denkbeeld van een persoon van dit
+zoort te vormen, biede ik hem tans de afteekening aan, die ik 'er van
+gemaakt hebbe. Ik heb het tydstip genomen, dat de Planter, met zyne
+pyp in den mond, want die legt hy niet neder, uit de hand van eene
+schoone slavin een glas Madéra-wyn ontfangt, het welk hy uitdrinkt,
+om daar door geduurende zyne wandeling kragt te bekomen.
+
+Wanneer hy nu langzaam rondom zyne wooning heeft rond gekuierd, of
+misschien te paard gestegen is, om zyne velden te bezichtigen, en de
+vermeerdering zyner rykdommen te begrooten, koomt hy tegen agt uuren te
+rug, om zig te kleeden, indien hy voornemens is eenige bezoeken af te
+leggen, zoo niet, blyft hy gekleed zoo als hy is. In het eerste geval
+verwisselt hy alleen zyn onderbroek tegen een broek van dun linnen
+of zyde. Vervolgens gaat hy zitten, en reikt zyne beide beenen toe
+aan eenen jongen Neger, die hem de schoenen aantrekt; te gelyker tyd
+word hy door eenen anderen gekapt of geschoren; en een derde is bezig,
+om de muggen van hem weg te jagen. Wanneer dit alles is afgeloopen,
+trekt hy een ander hembd aan, een kamisool, en een rok, die altoos van
+eene witte stof is. Alsdan brengt men hem onder een groot zonne-scherm,
+door eenen jongen Neger gedragen wordende, naar zyn vaartuig met zes
+of agt roeijers, het welk hem wagt, en waar in zyn Opzichter zorg
+gedragen heeft vruchten, wyn, water en tabak te laten brengen; maar
+dezelve heeft hem zoo dra niet zien vertrekken, of hy herneemt zynen
+toon van gezag, en zyne gewoone onbeschoftheid. Indien de Planter,
+op deezen dag, zyne Plantagie niet verlaat, ontbyt hy ten tien uuren;
+en om deeze maaltyd te nemen, zit hy aan eene tafel, in eene groote
+zaal geplaatst, en waar op hammen, gerookte tongen, gevogelte,
+of gekookte duiven, plantains, zoete cassave, brood, boter, kaas,
+enz. gevonden worden. Zyn drank is in dit oogenblik of zwaar bier, of
+Madéra-, Champagne- of Moesel-wyn. Zyn Opzichter houdt hem gezelschap,
+zig echter op eenen bekwamen afstand plaatsende, en beiden worden
+zy bediend door de schoonste en wel gemaaktste slaven.--Zie daar,
+het geen deeze heeren ontbyten noemen.
+
+Wanneer deeze maaltyd geëindigd is, neemt de Planter een boek; hy
+speelt op het schaakspel, of op de billard, of op eenig speeltuig;
+tot dat de hette van den dag hem noodzaakt, om in zyne hangmat te gaan
+leggen, om daar in zyn middagslaap te nemen, welken hy even min kan
+nalaten, als een Spanjaard zyne siesta of uur van rust. Hy wendt en
+keert zig in dit zoort van bed, tot dat hy in een diepen slaap gevallen
+is, en geduurende zynen slaap, houden zig twee van zyne Negers bezig,
+om tot zyne verkoeling met een waaijer te waaijen.
+
+Tegen drie uuren word hy van zelf wakker: na zig gewasschen en
+geparfumeerd te hebben, gaat hy wederom aan tafel zitten, om met
+zynen Opzichter het middagmaal te houden; en zy worden, even als
+by het ontbyt, door dezelfde slaven bediend. Niets van al het geen
+het jaargetyde kan opleveren van gewoon vleesch, gevogelte, wildt,
+visschen, groenten en vruchten, ontbreekt op deeze maaltyd: de
+uitgelezendste wynen worden 'er in overvloed geschonken; en dezelve
+eindigt met eene groote kop zeer sterke koffy, en eenige glazen
+liqueur. Ten zes uuren koomt de Opzichter wederom als des morgens,
+door beulen en gevangenen gevolgd wordende. De strafoeffeningen
+beginnen wederom geduurende eenigen tyd, en na dat de eigenaar zyne
+beveelen voor het werk van den volgenden dag gegeven heeft, zendt
+hy de vergadering weg, en brengt zynen avond door met ligte punch,
+of fangary te drinken, op de kaart te spelen, of te rooken.--Myn heer
+begint gewoonlyk de aannadering van den slaap tegen tien of elf uuren
+te gevoelen; dan doet hy zig door zyne kamerdienaars ontkleeden; hy
+gaat vervolgens in zyne hangmat leggen, alwaar hy met de eene of andere
+van zyne beminden, want hy heeft altyd zyne stoet van vrouwlieden,
+den nacht doorbrengt. Den volgenden dag, verschynt hy op nieuw onder
+zyne overdekte gaandery, op het zelfde uur als daags te vooren; hy
+vindt aldaar wederom zyne pyp en koffy, en met het opkomen van de zon
+hervat hy zyne genietingen en uitspanningen. Hy is een Vorst in 't
+klein, zoo verachtelyk, zoo eigenzinnig, zoo willekeurig heerschende,
+als 'er een is.
+
+Een zoo onbepaald gezag moet in de daad noodwendig ten hoogsten behagen
+aan iemand, die zeer waarschynlyk in zyn vaderland, in Europa, een
+niets beduidend wezen was.
+
+Zulke lieden maaken dus fortuin, naardien zeer dikwils in deeze
+Volkplanting de Plantagiën op tyd verkocht worden door afwezige
+eigenaars, die zig op de gedaane begrootingen verlaten; en deeze
+begrooters, het te verkoopen perceel zeer laag waardeerende, zyn het
+doorgaans met den kooper eens.
+
+Dit zoort van Planters is een pest voor de Volkplanting. Zy maken
+eene onmatige verteering, en betaalen niemand, onder voorwendzel van
+slechten oogst, sterfte onder de slaven, enz. Zy mishandelen dezelven
+door overmaat van arbeid en slagen; zy bederven de Plantagie, waar van
+zy de voortbrengzels voor gereed geld, en ten laagen pryze verkoopen;
+en wanneer zy op die wyze hunne beurs gemaakt hebben, verdwynen zy. Men
+moet echter toestemmen, dat 'er in alles uitzonderingen zyn: ik heb
+in Surinamen Planters gekend, die door hunne braafheid achtenswaardig
+waren, en ik heb dezelven reeds genoemd.
+
+Wat de vrouwen betreft, zy geven zig doorgaans aan alle haare
+driften, en in 't byzonder aan de ontembaarste wreedheid over. Maar
+te gelyker tyd, dat ik getuigenis moet geven van de verhevene deugden
+van Mevrouwen ELIZABETH DANFORTH en GODEFROY, en van eenige andere
+van een onbevlekt caracter, behoor ik ook het gordyn te laten
+vallen voor alle de onvolmaaktheden der teedere kunne in deeze
+luchtstreek. Alvoorens van dit stuk af te stappen, moet ik echter
+opmerken, dat de herbergzaamheid nergens edelmoediger, nog aangenamer
+word uitgeoeffend, dan hier. Een vreemdeling bevindt zig hier overal,
+of hy t'huis was: men verschaft hem, met de meest mogelyke gulheid,
+tafel en huisvesting, op elke Plantagie, het geen van des te meer
+aanbelang is, om dat men in de nabyheid van alle de Rivieren der
+Volkplanting Surinamen niet weet, wat eene herberg is.
+
+Om aan myn verhaal eenige afwisseling te geven, zullen wy tans drie
+zoorten van visschen beschryven, waar op ik myne vrienden onthaalde,
+zynde de zon-visch, de slang-visch, en de gevlakte kat. De eerste
+word, even als de zalm, in zoute en zoete wateren gevonden. Hy heeft
+agttien of twintig duimen lengte, en hy is geheel en al met goude
+schubben bedekt, die, wanneer hy in helder water zwemt, straalen van
+zig schynen af te schieten, en die hem zynen naam gegeven hebben. De
+slang-visch ontleent zynen naam van de gelykheid, die 'er tusschen
+hem en dit kruipend gedierte is. Het is een zoort van aal, niet
+zeer groot, maar zwart, hebbende een witten buik, en zynde in alle
+de Rivieren van dit Land zeer gemeen. De gevlakte kat word alzoo
+genoemd uit hoofde van de vlakken, waar mede hy bedekt is, en zyne
+lange knevels. Deeze visch gelykt ten aanzien van deszelfs gedaante
+vry veel naar een snoek. Hy heeft zeer puntige tanden, maar geene
+schubben. Hy is zeer vet, en weegt zomtyds tot zeventig ponden toe;
+zyn vleesch is geelachtig, en men maakt 'er weinig werk van.
+
+De Hoop was tans eene der onaangenaamste verblyfplaatsen. Ik
+betreurde aldaar zeer het gemis, zoo van myne eerste hut, als van
+myne lieve gezellinne: de eene viel geheel om ver, en de andere was
+te Paramaribo. Wy hadden geen enkel mensch, die niet door de koorts,
+of eenige andere ziekte, was aangetast. De roode loop begon ook
+verwoestingen aan te rechten. Om onze elende te vergrooten, hadden wy
+noch Heelmeesters, noch geneesmiddelen, noch iets, waar door wy ons
+licht bezorgen konden; en ons bleef niets overig, dan zeer weinig
+brood. Ik was met deeze gesteldheid van ons ongelukkig krygsvolk
+bewogen, en ik deed onder hen eene uitdeeling van bischuit, citroenen,
+oranje-appelen, suiker, wyn, gevogelte, en eenige spermaceti-kaarssen,
+die my in eigendom toebehoorden.
+
+Den 23sten, zond ik twee zieke Officiers, ORLEIGH en FRANSSEN, gelyk
+mede alle de soldaaten, die vervoerbaar waren, naar het hospitaal te
+Maagdenberg; te gelyker tyd vernieuwde ik myn ootmoedig verzoek, om
+van zulk een elendigen post, die bovendien van geen nut ter weereld
+was, verlost te worden, en ik verzogt, maar te vergëefs, om één van
+hun te zyn, die tegen de muitelingen optrokken. Ik vernam omtrent in
+dit tydstip, dat men, beneden mynen post, eene nieuwe verblyfplaats
+der Negers, niet ver van Paramaribo af gelegen, ontdekt had; en
+dat hooger op een groot getal manschappen van ons krygsvolk stierf,
+waar onder men telde den Capitain SEYBOURG, broeder van den Colonel
+van denzelfden naam, die den 22sten overleed. Deeze was de derde van
+dien rang, die zedert een maand het leven liet.
+
+Den 26sten, kwamen twee jonge Officiers, die zeer schoone manspersoonen
+waren, aan; maar die niet meer dienen konden, zynde beiden gekweld
+met eene breuk, veroorzaakt door het uitglyden, het geen in dit
+regen-saisoen, wanneer de grond zeer glibberig is, moeielyk vak
+te ontwyken.
+
+Des avonds van den zelfden dag, was 'er één van onze zee-soldaaten,
+genaamd SPANKNEVEL, die niet meer te voorschyn kwam, en men
+ontdekte hem eerst den 29sten, wanneer men hem met een koord van een
+heestergewas aan een boom hangende vondt. Geen van zyne medemakkers
+wilde hem afsnyden, om dat hy zig zelf had van kant geholpen. Zy
+beweerden, volgens hunne vooroordeelen, want zy waaren allen
+Duitschers, dat zy, met hem aan te raken, zig even eerloos zouden
+maken, als hy zelf was. Ik was dus genoodzaakt hem door de Negers te
+laten afnemen en begraven.
+
+Eindelyk ontfing ik bevel tot myn vertrek, en ik begaf my
+oogenblikkelyk met den Capitain BOLTS naar Goed-Accord, waar van
+de eigenaar en eigenaresse, de heer en mevrouw DE LANGE, ons zeer
+beleefdelyk ontfingen. Deeze Suiker-Plantagie is de laatste aan
+de Rivier Commewyne, en uit dien hoofde is zy in de nabyheid der
+muitelingen gelegen, die dikwils moeite doen om de slaven te verleiden;
+maar men behandelt dezelven aldaar met veel toegevenheid en goedheid,
+om alle muitzucht van hunnen kant voor te komen, en hen aan te zetten
+om de Plantagie niet te verlaten.
+
+Ik zag aldaar eene groote nieuwigheid: namelyk eene jonge Negerin,
+die in den zuiveren natuurstaat de tafel bediende. Ik betoonde
+my uittermaten verwonderd, toen ik haar zag te voorschyn treden;
+en dadelyk vernam ik naar de reden van deeze vreemde gewoonte. De
+vrouw van den huize antwoordde my zediglyk, dat zulks plaats
+had, overeenkomstig de schikking der moeders en opzigteressen,
+als een middel ter voorkoming van eenen al te vroegtydigen omgang
+met manspersoonen, waar door haare kragten verminderd, haare groei
+belet, en haare gestalte bedolven zouden worden. De slaven op deeze
+Plantagie, zoo mans als vrouwen, waaren de schoonsten, welken ik
+immer gezien heb. Hunne schoone gedaante, hunne levendigheid, hunne
+sterkte en yver konden met die der Europeanen gelyk gesteld worden. De
+Neger PHILANDER, dien ik reeds als een voorbeeld van schoonheid heb
+aangehaald, behoorde tot dezelven.
+
+Des anderen daags, vertrokken wy naar Maagdenberg, een uur voor
+het ondergaan der zon, en in een klein vaartuig, alleenlyk met
+een zonnescherm overdekt. Wy deeden zulks tegen den raad van den
+heer en mevrouw DE LANGE, en wy hadden reden om 'er ons over te
+beklagen; want naauwlyks hadden wy twee mylen afgelegd, of de nacht
+overviel ons, gepaard met zulk een geweldigen regen, dat wy byna in
+het water verzonken, zynde de gang van het vaartuig slechts twee
+duimen boven water. Het gelukte ons echter, door middel van onze
+calebassen en hoeden, om het zoo ledig te scheppen, dat het vlot
+bleef. Te gelyker tyd zat 'er een Neger voor op, houdende een haak
+lynrecht voor uit, om te beletten dat ons vaartuig niet omsloeg,
+wanneer het door onbedachtzaamheid, in het midden der duisternis,
+waar in wy ons bevonden, tegen de wortels der Palmietboomen stootte,
+die langs de oevers van het bovenste gedeelte van de Commewyne in
+grooten getaale groeijen.
+
+Wy kwamen op deeze wyze, des avonds ten tien uuren, op de Plantagie
+Jacob aan. Het vaartuig was met het water gelyk, en ook niets meer;
+want de Capitain BOLTS, en ik, waren zoo dra niet op het land
+gesprongen, of het vaartuig zonk met alle de Negers, die 'er op
+waren: dadelyk echter bereikten zy al zwemmende den oever. Maar,
+helaas! een koffer, waar in myn dagregister en myne teekeningen
+lagen, die my meer dan twee jaaren arbeids en moeite gekost hadden,
+bevond zig toen onder in het water. Ik was over dit verlies met
+smarte aangedaan. Een knaphandige Neger echter, verscheiden malen,
+al duikelende, in het vaartuig gegaan zynde, bragt my mynen kleinen
+schat te rug, en ik achtte my zeer gelukkig denzelven weder in myne
+handen te zien, schoon door en door nat geworden zynde. Dus nam
+onze schipbreuk een einde. Na iets warms gebruikt te hebben, hingen
+wy onze hangmatten op, en sliepen in dezelve rondom een goed vuur,
+waar voor ik myne papieren liet droogen.
+
+Des anderen daags morgens vervolgden wy onze reize, maar toen wy half
+weg gekomen waren, wierden wy tegengehouden door eenen zwaaren boom,
+die; om ver gevallen zynde, een dam in de kreek maakte, zoo dat het
+vaartuig nooit op of neder komen konde. Wy keerden naar de Plantagie
+Jacob te rug, en waren genoodzaakt, ons van daar naar de plaats van
+onze bestemming te voet te begeven, dwars door allerleije zoorten van
+struiken, distelen, doornen en heestergewassen, alwaar wy door nat,
+en geheel met bloed bedekt, aankwamen. Myne enklauw, die begon te
+geneezen, wierd andermaal tot op het been open gereeten: de veelvuldige
+doornen, die wy by elken tred ontmoetten, maakten dezelve weder byna
+geheel ontbloot.
+
+Wy vernamen hier, dat ORLEIGH, één van de twee Officieren, welken ik,
+geduurende myn laatste verblyf op de Hoop, naar Maagdenberg ziek
+verzonden had, niet meer in leven was. Op die wyze vergingen byna
+allen de geenen, die de laatste maand op deezen eersten post hadden
+doorgebracht, van waar geen enkel soldaat gezond te rug kwam. Ik ben
+vastelyk overtuigt, dat hun onheil veröorzaakt wierd door de sterke
+hette van de drooge en brandende maand Juny, welke zy ondervonden, na
+in het midden van een moerassigen streek gegaan en geslapen te hebben,
+en na, geduurende het laatste regen-saisoen, aanhoudende stortregens
+op hun lichaam ontvangen te hebben. De sterkte van myn gestel deed my
+echter aan zoo veele gevaaren ontsnappen, en ik besloot, zoo mogelyk,
+myne gezondheid te bewaaren, al lachende en zingende, (God vergeeve my
+dit!) terwyl een groot aantal menschen rondom my zuchtten, steenden,
+en den geest gaven.
+
+
+
+NEGENTIENDE HOOFTSTUK.
+
+Optocht van het Krygsvolk naar Barbacoeba, aan de Rivier Cottica.--De
+Palmboom-kool, en de Mauricy.--Heete koorts.--Trek van dankbaarheid in
+eenen Engelschen Matroos.--Verscheiden soorten van Peper.--Citroen-
+en Limoen-boomen.--De Mammy-appel.--Pimpernooten.--Regeering in
+Surinamen.--Honden van Guiana.--Ongemeene trek van edelmoedigheid.
+
+Het regen-saisoen op nieuws naderende, trok de Colonel FOURGEOUD,
+na uit zyne soldaten die geenen te hebben uitgekozen, die de
+gezondsten waren, en in 't geheel niet meer dan een getal van één
+honderd en tachtig bedroegen, in aantocht, op den 3den July 1779,
+naar Barbacoeba, aan de Rivier Cottica, eene plaats, welke hy
+tot eene algemeene verzamelplaats, alvoorens de muitelingen aan
+te tasten, bepaald had. Ik had de eer onder het getal der geenen,
+die vertrekken moesten, te behooren; maar den Heelmeester verklaard
+hebbende, dat ik gevaar liep myn voet kwyt te raaken, indien ik door
+de bosschen ging, ontfing ik bevel, om op Maagdenberg te blyven, met
+vermogen echter, om, indien ik binnen kort hersteld was, my by den
+Colonel te vervoegen, en, zoo goed ik konde, my naar Barbacoeba te
+begeven. Myn been was op dit oogenblik zoo ontstoken, en zoo zwart,
+uit hoofde van het dood vleesch, dat de Heelmeester van den Colonel
+KNOLLAERT, beducht was tot de afzetting te zullen moeten besluiten,
+en dat ik zonder zeer zwaare pyn niet recht op staan konde.--Ik zal
+'er het lidteeken van dragen, zoo lang ik leeve.
+
+Geduurende dit myn agterblyven, ontfing ik dagelyks van PHILANDER en
+andere Negers, welken ik altyd met zachtheid behandeld had, geschenken,
+waar onder een kookzel van kool van Berg-Palmboom gevonden werd. Onder
+alle zoorten van Palmboomen-kool is deeze de meest geachte. De boom,
+die dezelve voortbrengt, verheft zig zomtyds tot de hoogte van vyftig
+voeten. Zyn harde houtachtige stam, in zeer dicht op elkander volgende
+gelederen verdeeld, en van binnen vol merg, even als de vlierboom,
+heeft eene helder bruine kleur: deeze stam, die in evenredigheid van
+zyne hoogte dik is, loopt zeer recht, en eindigt puntsgewyze, even
+als de mast van een schip. In de hoogte word hy van eene donker groene
+kleur, veröorzaakt door de bekleedzelen, waar uit zig de takken vormen,
+die horizontaal uitloopen, even als de kroon van een ananas of van een
+pynappel. Deeze takken zyn van wederzyden bedekt met zwaare blaaden
+van drie voeten lang, van eene donker groene kleur, zeer puntig, maar
+gevouwen, verwardelyk geplaatst, en niet bevallig nederhangende, zoo
+als die van den Latanus- of Kokos-boom. Het zaad is besloten in eene
+zoort van bruine kelk of scheede, die uit het middenpunt der takken
+voortspruit, naar den grond nederhangt, en in kleine ronde nooten
+bestaat, die by elkander zittende, het voorkomen hebben van trossen
+rozynen, maar naar maate van haaren omvang zoo lang niet. Indien
+men de kool begeert, moet men den boom afhouwen. Dit geschied zynde,
+berooft men hem van zyne takken, en van het groen bekleedzel, het welk
+dezelve voortbrengt. Vervolgens neemt men het hart of de kool, die
+wit is, en twee of drie voeten lang, dik als de arm van een mensch,
+en rond als een cylinder van gepolyst yvoor. Zy bestaat uit ligte,
+langwerpige en witte bladeren, naar zyde linten gelykende, en gereed
+om het daar op volgend bekleedzel op te leveren, maar zoodanig in
+malkander gesloten, dat zy een vast en breekbaar lichaam vormen. Deeze
+vrucht, wanneer men ze raauw eet, heeft den smaak van een amandel,
+schoon nog teederer en lekkerder: wanneer zy gekookt is, heeft zy
+den smaak van bloemkool. Men plukt ook deeze lange en dunne bladen
+één voor één af, en maakt 'er eene uitmuntende salade van. Maar de
+kool der Palmboomen, het zy raauw, het zy gekookt, verwekt buikloop,
+wanneer men 'er te veel van eet. In derzelver holligheid, na dat alle
+de bladeren zyn weg genomen, legt een zwarte koren-worm zyne eieren,
+waar uit de palmboom-wormen voortkomen. De zachte zelfstandigheid,
+die nog in het hart van de kool overig is, dient, wanneer zy begint te
+verrotten, aan deezen worm tot voedzel. De kool van den Latanus-boom
+en andere zoorten van Palmboomen, word zoo groot niet, is minder zoet,
+en van eene verschillende gedaante van die, waar van ik zoo even sprak.
+
+De Mauricy [11]is zekerlyk de grootste van alle Palmboomen, ja van
+alle andere boomen, die in de bosschen van Guiana groeien. Ik kan
+verzekeren, dat ik eenige boomen van dien naam gezien heb, wier
+toppen meer dan honderd voeten boven den grond scheenen verheven te
+zyn. Derzelver omvang was van tien of twaalf voeten aan het dikste
+van den stam, dat is, op een vierde van den boom van den wortel
+af gerekend; want van daar af vermindert hy, zoo wel naar beneden
+als naar om hoog, eene byzonderheid, die misschien aan alle andere
+Reizigers of Schryvers ontsnapt is. Hy heeft ook eene helder bruine
+of gryze kleur, en is tot de plaats, alwaar de takken beginnen, in
+gelederen verdeeld. Deeze takken neemen hunnen aanvang by den top
+des booms, en zyn lang, groen en boogswyze gekromd, bloot tot aan
+derzelver einde, waar uit lange en breede bladeren voortspruiten,
+zynde gevingerd, en van eene bleek groene kleur, zeer regelmatig op
+eene bolronde manier geschaard, en maakende een zoort van straalen,
+zoo als een ronde waijer van zig afgeeft. Naar maate dat de jonge
+takken zig uit het middenpunt naar den top verheffen, verwelken de
+oude, hangen naar den grond, en worden de speelbal der winden. Uit
+het midden der groene bladeren, trekken de Indianen lange vezelen
+of witte draaden, zoo als zy van de zyde-plant doen. Deeze vezelen
+zeer sterk zynde, maaken zy daar van netten om te visschen, koorden
+om hunne bogen te spannen, of zy laten ze zoodanig als zy zyn, om 'er
+zig tot andere gebruiken van te bedienen. Uit het middenpunt der takken
+koomt het zaad voort, het welk ook in de gedaante van lange risten uyen
+nedervalt. Ik heb verscheide afbeeldingen van deeze Palmboomen gezien;
+ik durf verzekeren, dat ze niet getrouw zyn, en volgens verbeelding
+of valsche beschryvingen uitgevoerd; maar ik staa 'er by het publiek
+voor in, dat de tans aan hun aangebodene afteekening naar de natuur
+en op de plaats zelve gemaakt is. Dezelve bevat den Berg-Palmboom, en
+den Mauricy, boomen, die door hunne takken en bladeren van elkander
+verschillen. Op de plaat, die ik den lezer aanbiede, beteekent de
+letter A den stam van den Berg-Palmboom; de letter B deszelfs takken,
+van den boom afgescheiden; en de letter C het zaad, of de kelk,
+die het zelve in zig bevat; de D geeft den stam van den Mauricy te
+kennen; de E één van deszelfs nederhangende takken; de F beteekent den
+Korenworm, die den Palmboom-worm voortbrengt; de G dien worm zelven,
+die zoo lekker, nog zoo vet niet is, dan die van de kool van den
+Berg-Palmboom. Geene andere gelegenheid hebbende om te vertoonen,
+op welke wyze de Indianen en de Negers op de boomen klimmen, heb ik
+op deeze Plaat, onder de letter H, één der laatstgemelden vertoond,
+die op een jongen Mauricy klautert. Geen van beiden doen dit door
+den stam van den boom met de armen en beenen te omvatten, maar door
+denzelven met de hand vast te houden, en 'er beurtelings den voet
+op te zetten. Zy gaan alzoo voort op eene wonderbaarlyke manier;
+en door dit middel scheurt hen de schors niet op; maar 'er is zeker
+veel behendigheid, oeffening en kragt noodig, om daar in wel te slagen.
+
+Ik heb, zoo ik meen, breedvoerig genoeg gehandeld over deeze
+onderscheidene zoorten van Palmboomen, en ik gaa tans over, om het
+dagverhaal van onze krygs-verrigtingen te vervolgen.
+
+Ik heb gezegd, dat alle de Officiers, en de meeste soldaten, die den
+post van de Hoop bezet hadden, gestorven of gevaarlyk ziek waren,
+en dat ik aan de besmetting ontsnapt was. Maar, helaas! het was tans
+myn beurt! ik had slechts een uitstel, en niets meer, want den 9den
+wierd ik door die zelfde heete koorts aangetast, die alle de anderen
+had in het graf gesleept, en waar aan myn Neger QUACO op dit oogenblik
+zeer ziek lag.
+
+Den 14den, was ik genoodzaakt het bevel aan een ander Officier af te
+staan, en Maagdenberg te verlaten, om my naar Paramaribo te begeven,
+maar ik kon niet verder komen, dan Goet-Accord, alwaar men den
+15den niets anders dan het oogenblik van mynen dood verwagtte. Tot
+dit uiterste gekomen zynde, vond eene oude Negerin middel, om my
+een weinig gekarnde melk, met garst en syroop van suiker gekookt,
+te doen gebruiken; dit was het eerste voedzel, het welk ik, na dat
+ik ziek geworden was, genuttigd had. Het deed my zekerlyk een zeer
+grooten dienst; en des anderen daags was ik in staat om vervoerd te
+kunnen worden. Myn kleine QUACO was ook veel beter.
+
+Des avonds van den 16den, kwam ik te Fauconberg aan, alwaar ik
+een pakje met zeven of agt brieven van myne vrienden vond, gepaard
+met een geschenk van gezouten ossen-vleesch, en gedroogde tongen,
+Madéra-wyn, Engelsch bier, rhum, en twee kruiken heerlyk citroen-sap
+met suiker gemengd,en daarënboven een beste ham, en een fraaije
+jagthond, die beide my gezonden waren door CHARLES MACDONALD, den
+zelfden Engelschen matroos, met wien ik op de Hoop in vriendschap
+geraakt was; beide zyne geschenken kwamen uit Virginie. Dit blyk van
+erkentenis en edelmoedigheid van deezen braven jongen, beantwoordt
+volkomen aan het waar caracter van den Engelschen zeeman, en deed
+my groot vermaak. Onder het getal van myne brieven waren 'er twee,
+voor my van het grootst gewicht, de één was van den heer LUDEN van
+Amsterdam, en de ander van den heer DE GRAAF, zynen Bestuurder op
+Paramaribo. Zy verwittigden my, dat myne beminnelyke JOANNA en myn zoon
+ter myner beschikking waren, voor de somme van twee duizend gulden,
+die, met de bykomende onkosten, byna twee honderd ponden sterling
+zouden uitmaken, dog welke ik buiten staat was op dit oogenblik te
+kunnen betaalen. Ik was reeds eene andere somme van vyftig ponden
+sterling schuldig, welke ik geleend had, om den koopprys van mynen
+Neger QUACO te voldoen; myne JOANNA, wel is waar, was my van eene
+oneindig grootere waarde; en schoon men haar had gewaardeerd op het
+twintigste gedeelte van de geheele Plantagie, die voor niet meer dan
+veertig duizend guldens verkogt was, konde ik eene jeugdige vrouw,
+met zoo veele volmaaktheden begaafd, niet te duur koopen; maar men
+moest met dit al in staat zyn, om het te kunnen betaalen.
+
+SALOMON heeft met reden gezegd, dat goede tydingen, uit ver afgelegene
+landen komende, voor de ziel dat geen zyn, het welk frisch water
+voor een zeer dorstig mensch is. De berichten, die ik in dit
+tydstip ontfing, deeden my in 't eerst herleven; maar eene nadere
+overweging overtuigde my wel dra, dat het my onmogelyk was, om my
+eene zoo groote somme aan te schaffen, en ik was ruim zoo ongelukkig
+als te vooren. Intusschen deelde ik alle de ontfangene geschenken
+onder de nabestaanden van JOANNA uit, uitgenomen echter den hond
+en de ham. Deeze goede lieden baden my aan; en geduurende alle de
+betuigingen van hunne liefde, riep ik uit: "Dat ik niet ryk genoeg
+ben, om hen allen vry te koopen!" Ik bevond my toen uittermaten zwak,
+niettemin oordeelde ik my in staat, om des anderen daags de Rivier af
+te zakken, tot aan de Plantagie Bergshoven, waar van de Bestuurder,
+de heer GOURLAY, de beleefdheid had, om my, in een gemakkelyk vaartuig
+met zes roei-riemen, naar Paramaribo te laten brengen; maar ik stortte
+wederom in, en ik kwam, des avonds van den 19den, in deeze Stad aan,
+zynde naauwlyks meer in leven. Ik had den voorigen nacht op eene
+Plantagie, Jalosy genaamd, doorgebragt, alwaar ik byna den geest gaf.
+
+Ik kan de Rivier Commewyne niet verlaten, zonder den lezer eene
+afbeelding aan te bieden van een gezicht van Maagdenberg aan de
+Tempaty Kreek, en nog een van den post van Calais, by de Hoop, aan
+den mond van de Consavina-Kreek.
+
+Te dier tyd eene goede huisvesting by den heer DELAMARE hebbende, en
+door de teederlievende JOANNA opgepast wordende, had ik ten minsten
+rust; en den 25sten, bevond ik my in staat, om voor de eerste keer
+uit te gaan, en by Mevrouw GODEFROY het middagmaal te gaan nemen. De
+tafel was by deeze vrouw van de gezondste spyzen, en de verfrissendste
+vruchten overvloediglyk voorzien. Onder de laatstgemelde, en de
+planten, die tot herstelling der gezondheid geschikt zyn, en welke
+dit Land voortbrengt, moet men verschillende zoorten van pepers en
+de limoenen rekenen. De eerste zyn de cica-peper, de lattaca, en de
+dago-pipy, zoo als de Negers dezelve noemen; want zy geven aan elke
+zaak eene benaming naar de overëenkomst, die tusschen dezelve en
+eenige andere zaak gevonden word. Deeze verschillende zoorten van
+peper zyn in Europa bekend onder den naam van peper van Caijenne,
+van piment, en van capsicum, of peper van Guinée. De naam van cica,
+of chiga, welken men in Surinamen aan de eerste geeft, koomt daar van
+daan, dat derzelver korrel gelykt naar het insect, chiga of chigoe
+genaamd, het welk ik beschreven heb. De andere heeft de gedaante van
+rotten-stronten. Deeze drie zoorten, gelyk ook alle andere, groeien
+aan heesters, die groen zyn, en niet zeer hoog opschieten. De peper,
+welke zy allen voortbrengen, is van de allerheetste, en trekt den
+mond by één; wanneer zy ryp is, heeft zy een scharlaken, of liever
+bloedkleur. De Europeanen eeten byna geene spyzen, welken zy niet
+met peper aanzetten: de Negers, en vooral de Indianen slokken ze met
+geheele greepen in, niet alleen om dat zy 'er ongemeen veel van houden,
+maar ook om dat zy dezelve als een uitmuntend geneesmiddel tegen een
+groot aantal kwalen beschouwen.
+
+De limoenen groeijen aan een zeer schoonen boom, genaamd Limoen-boom,
+waar van de bladen en vruchten veel kleiner zyn, dan die van den
+citroen-boom, en de laatstgemelden van een veel schitterender geele
+kleur, dan de citroenen. Zy hebben ook een veel fyner schil, en zyn
+vol van een zuur sap, het lekkerste, dat ik ken, en waar van de geur
+alleraangenaamst is. Deeze vruchten zyn zeer nuttig voor de soldaten
+en matroozen, die ze in dit Land voor het opraapen kunnen krygen,
+zoo dat men hen niet zeldzaam hunnen ledigen tyd ziet doorbrengen,
+met dezelve in groote meenigte te verzamelen, om ze met manden vol
+naar het schip te voeren. Men ontmoet, door de geheele Volkplanting
+van Surinamen, heggen van Limoen-boomen; en by de Stad Paramaribo
+groeijen zy aan den weg. Het is zeer te bejammeren, dat men deeze
+limoenen niet naar Europa kan overvoeren; maar men voert vaatjes,
+met derzelver sap gevuld, derwaarts. De inwooners deezer Volkplanting
+leggen ze in suiker, en bewaaren ze in groote aarde kruiken.
+
+Op het na-gerecht van deeze zelfde maaltyd, merkte ik, onder
+verscheide uitmuntende vruchten, een zoort van appel op, welken men
+alhier mammy noemt. Deeze groeit aan een boom van de gedaante van
+een oranje-boom, waar van de schors grys is, het hout witachtig en
+ruw, en het blad zeer dik, glad, driehoekig en zonder vezelen. Deeze
+vrucht, die byna rond is, en eenen omtrek van vyf of zes duimen maakt,
+is met eene harde en roest-kleurige schil bedekt; derzelver vleesch
+heeft de kleur van wortelen, en ook dezelfde vastheid. Het bevat twee
+groote nooten, waar van de amandelen bitter zyn; maar de vrucht heeft
+een uitmuntenden smaak: het is een mengzel van zuur en geurigheid,
+het welk alle andere in deeze Volkplanting overtreft. Men vindt in
+Surinamen ook tweederlei zoort van amandelen, gewoonlyk door de Negers
+pistaches en pinda genoemd. De eerste gelyken naar kleine kastanjes,
+en groeien als trossen aan den boom; de tweede worden voortgebracht
+door een heestergewas, en vormen zig onder den grond. [12] Beide
+zoorten van deeze amandelen zyn olyachtig en zoet; de laatstgemelde
+bevat 'er twee in eene schel; alle zyn zy aangenaam om raauw te eeten,
+maar nog beter, wanneer zy onder heeten asch gebraden worden.
+
+Dewyl ik van vruchten spreek, is het hier, zoo ik meen, de plaats,
+om eene misslag van Mejuffrouw DE MERIAN aan te roeren, die verklaart,
+dat de druiven in Guiana gemeen zyn. Deeze misslag is des te sterker,
+dewyl men weet, dat de vruchten, die alleen in eene kleine dunne
+schel besloten zyn, als de druiven, [13] de kerssen, de aalbessen,
+de aardbeziën, de pruimen, de abrikosen, de persiken, en zelfs de
+appelen en peeren, de brandende hette van den zonne-keerkring niet
+verdragen kunnen.
+
+My tans op nieuw te Paramaribo bevindende, is het, zoo ik meen,
+voegzaam, om het dieren- en planten-ryk voor eenigen tyd te verlaten,
+en den aandacht van den lezer op het regerings-bestuur van deeze
+schoone Bezitting te vestigen; een onderwerp, het welk hy misschien
+zedert lang verwagtte.
+
+Ik heb reeds gezegd, dat twee derde der Surinaamsche Volkplanting
+tegenwoordig aan de Stad Amsterdam behooren, en dat de West-Indische
+Maatschappye eigenaar is van het laatste een derde gedeelte. Ik heb
+ook te kennen gegeven, dat de rechterlyke macht door onderscheidene
+Raaden van rechts-oeffening word uitgeoeffend. Ik zal dezelve dus tans
+in hunne orde aanwyzen, zoo als my dit door den Gouverneur, den heer
+NEPVEU, is mede gedeeld. De eerste is de Raad van Crimineele Justitie,
+en van Politie. Dezelve bestaat in het geheel uit dertien leden, wier
+ampten voor hun leven zyn. De Gouverneur, die 'er de Voorzitter van
+is, verkiest dezelven uit eene dubbele lyst, die hem door de inwooners
+word aangeboden. De Commandant, of de afgezonden Gouverneur, is eerste
+Raad. De bedienende Leden van dit Hof zyn derhalven;
+
+
+De Gouverneur,
+De Commandant,
+Een Procureur-Fiscaal,
+Een Secretaris,
+Negen Raden.
+
+
+De kennis van alle lyfstraffelyke zaaken behoort aan deezen Raad;
+maar de Gouverneur heeft het recht van schorssing der vonnissen,
+en zelfs om genade te bewyzen.
+
+De Raad van Civiele Justitie bestaat ook uit dertien Leden, die door
+den eerstgemelden Raad verkooren, en alle vier jaaren vernieuwd
+worden. De Gouverneur is aldaar ook Voorzitter, en de bedienende
+Leden zyn:
+
+
+De Gouverneur,
+Een Procureur-Fiscaal,
+Een Secretaris,
+Tien Raden.
+
+
+Deeze Raad neemt kennis van alle burgerlyke rechts-zaken, en zelfs
+van geringe beledigingen.
+
+Na deezen koomt het Subalterne Collegie, of Kamer van kleine zaken,
+bestaande uit elf Leden, die al mede door den Gouverneur en het
+eerstgemelde Hof verkozen worden, en behalven den Secretaris, wiens
+ampt voor zyn leven is, insgelyks alle vier jaaren vernieuwd, en
+uit de laatst afgegaane Justitie-Raden genomen worden. De bedienende
+Leden van dit Collegie zyn derhalven:
+
+
+Een Vice-President,
+Een Secretaris,
+Negen Raden.
+
+
+Het zelve heeft het opper-toezicht over de openbaare gebouwen, over
+de straaten, over de laanen van oranje-boomen, over de grachten,
+enz. Het beoordeelt ook de twistgedingen beneden de twee honderd en
+vyftig guldens; alle geschillen over grootere sommen moeten voor het
+Hof van Civiele Justitie gebragt worden.
+
+'Er is ook nog een ander Collegie, namelyk de Wees- en onbeheerde
+Boedel-kamer. Het bestaat uit
+
+
+Verscheiden Commissarissen,
+Een Secretaris,
+Een Boekhouder,
+Een Thesaurier,
+En eenen anderen gezworen Secretaris.
+De bedienden der Finantie zyn:
+De Ontfanger der in- en uitgaande rechten,
+De Ontfanger der groote en kleine imposten,
+De Ontfanger van het hoofd-geld.
+De Ontfanger der renten.
+
+
+Ik zal van de bedieningen deezer Amptenaaren meer opzettelyk
+spreken, wanneer ik de algemeene inkomsten deezer Volkplanting
+zal behandelen. Ik bepaale my tans tot het geen derzelver
+Regeerings-bestuur betreft. Ik heb reeds gezegd, dat de Gouverneur aan
+het hoofd der burgerlyke en der krygszaaken is; de andere openbaare
+amptenaaren zyn voornamelyk:
+
+
+De Secretaris van zyne Excellentie, den Gouverneur,
+Een Provoost, met het doen vervolgen der Negers belast,
+De Commissarissen van de Magazynen der levensmiddelen,
+Vier Opzichters over den uitvoer van de suiker,
+Een Opzichter over de vaten melasse, of syroop van suiker,
+Een Opzichter over alle de Noord--Americaansche schepen.
+Twee Omroepers,
+Twee Sergeanten of Boden van den Raad,
+Twee Landmeeters,
+Drie Meters van timmerhout,
+Een Opzichter over het vee, enz.
+Een Opzichter over de maaten en gewichten,
+Drie Hollandsche Predikanten,
+Een Fransch Priester,
+
+Een Lutersch Predikant,
+Drie Meesters van openbaare Schoolen, enz.
+
+
+De krygsmacht bestaat uit elf Compagniën. Elk van dezelve heeft
+tot Officiers, een Capitain, een Lieutenant, een Ouder-Lieutenant,
+een Vaandrig, een Secretaris, en een Kassier. De Capitains zyn
+doorgaans gezworen Priseerders by het verkoopen der Plantagiën,
+aan de verschillende Rivieren in hunne wyk gelegen.
+
+Zie daar, welke de voornaamste amptenaaren van het bestuur in de
+Volkplanting van Surinamen zyn. Dit bestuur zoude niet kwaad zyn,
+indien het niet door eene snoode gierigheid besmet wierd, tot groot
+nadeel van deeze schoone Bezitting in 't algemeen, en van derzelver
+inwooners in 't byzonder. Deeze Volkplanting, wel bestuurd wordende,
+zoude een hof van Eden zyn, niet alleen voor de Europeaanen, maar zelfs
+voor de slaven. Het zoude niet moeielyk zyn verbeteringen op te geven,
+noch ook dezelve uit te voeren. Ik zal by eene andere gelegenheid de
+aanmerkingen mededeelen, welken ik ten deezen opzigte gemaakt heb;
+en ik twyfele geenzints, of een weinig oplettenheid op een enkel
+punt, zal de gelukkigste uitwerkingen voortbrengen. En kan ik dan
+al, even gelyk de Samaritaan, geen balsem op alle wonden gieten,
+ik zal ten minsten het geneesmiddel kunnen aanwyzen, het welk, op
+eene gepaste wyze gebezigd wordende, de kwaaien van een groot getal
+lieden geneezen zoude.
+
+Ik heb de onaangenaame taak ondernomen, om te bewyzen, hoe deeze
+Volkplanting, door bloeddorstige en gewelddadige middelen, zig zoo
+dikwils op den oever van haaren ondergang gezien heeft. Hoe roemryker
+zoude het zyn voor hun, die 'er de magt toe in handen hebben, om niet
+alleen haar te redden, maar ook met haar, veele fraaie Volkplantingen
+in de West-Indiën! zy zouden dit doen door middel der beöeffening
+van eene uitdeelende en algemeene gerechtigheid, en door het geven
+van een loffelyk voorbeeld van goedwilligheid en menschelykheid.
+
+Ik kan van de verhandeling van het staatkundig bestuur in Surinamen
+niet afstappen, zonder het afschryven van deszelfs zinspreuk, die
+met de daaden zoo weinig overëenkomstig is. Zy is deeze: "Justitia,
+pietas, fides." De wapens zyn in drie deden verdeeld, bevattende,
+zoo ik meen die van 't Huis van Sommelsdyk, van de West-Indische
+Maatschappye, en van de Stad Amsterdam: zy worden gedragen door
+twee klimmende leeuwen, en dienen om het papieren geld te zegelen,
+enz.--Maar laat ik myn verhaal vervolgen.
+
+Den 30sten, ontmoette ik dien goeden matroos, CHARLES MACDONALD,
+en dewyl ik dertig kruiken Jamaicasche rhum gekocht had, gaf ik 'er
+hem eenige van, om hem het geschenk van een ham en van een hond te
+vergelden; ik voegde 'er een schulp van paerel d'amour by, met zilver
+beslagen, welke ik hem verzogt tot eene gedachtenis te bewaren. Deeze
+brave jongen ging des anderen daags weder naar Virginie scheep, aan
+boord van de Peggy, waar van Capitain was LOUIS, die my beloofde hem
+tot zynen Stuurman te zullen bevorderen.
+
+De hond, waar van ik zoo even sprak, herïnnert my twee aanmerkingen,
+welke ik in Guiana omtrent dit zoort van dieren gemaakt heb. De
+eerste is, dat zy aldaar het vermogen of de hebbelykheid van blaffen
+verliezen: het is zelfs eene zeer bekende zaak, dat de honden, die
+aldaar geboren zyn, nooit geblaft hebben. De tweede is, dat zy aldaar
+nooit door de watervrees worden aangetast, ik herïnner my ten minsten
+niet een enkelen dollen hond in deeze Volkplanting gezien te hebben,
+noch 'er van te hebben hooren spreken; deeze laatste byzonderheid is
+des te opmerkelyker, om dat deeze verschrikkelyke ziekte, in andere
+Landstreeken, doorgaans word toegeschreven aan de drukkende hette van
+de honds-dagen, het geen die benaming genoegzaam aanduidt. De Indianen,
+of inboorlingen van Guiana, hebben allen honden, waar van zy zig tot
+de jagt bedienen. Deeze dieren zyn mager en klein, zy hebben kort
+hair van eene vuile witte kleur, een langwerpigen snoet, en recht
+op staande ooren; zy zyn zeer bekwaam om het wildt op te spooren;
+maar zy hebben alle de gebreken van de kleine jagthondjens. Ik moet
+niet vergeten op te merken, dat, schoon de Americaansche honden niet
+blaffen, zy niettemin een zeer sterk geknor doen hooren. De myne,
+die, zoo als ik gezegd heb, uit Virginie kwam, was in dit stuk zoo
+lastig, dat één van myne buuren hem, na verloop van veertien dagen,
+dat hy by my was, met een snaphaan dood schoot.
+
+Byna op deezen zelfden tyd, kwamen verscheide huisgezinnen van
+Americaansche vluchtelingen te Paramaribo aan, die verjaagd waren door
+den oorlog, welke tusschen myn geboorteland en deszelfs Volkplantingen
+ontstaan was; ik was in de daad over hun lot aangedaan, en ik moet
+verklaaren, dat niemand ooit meer vriendschap aan een Engelschman
+betoonde, dan zy my by een groot aantal gelegenheden bewezen.
+
+Den 3den Augustus, wanneer de heer DE GRAAF, die alles met den heer
+LOLKENS op de Plantagie Fauconberg regelde, in de stad te rug kwam,
+dacht ik, dat het voegzaam was, om zelf met hem eene schikking te
+maken, en hem voor te stellen van my een handschrift aan te nemen,
+tot dat ik de somme dadelyk betaald zoude hebben, waar voor men
+toestond JOANNA, en mynen zoon aan my te verkoopen, eene somme,
+die ik bereid was op myne verteeringen uit te spaaren, door, indien
+het mogelyk was, alleen van brood, zout en water te leven; en zelfs,
+in weerwil van deeze ongemeene soberheid, had ik twee of drie jaaren
+noodig, om dezelve by één te halen. De Voorzienigheid liet my niet
+in deeze verlegenheid; zy zond ter myner hulp die uitmuntende vrouw,
+Mevrouw GODEFROY, die zoo dra niet onderricht was van de smartelyke
+gesteldheid, waar in ik my bevond, of zy noodigde my by haar ten eeten,
+en na den maaltyd, sprak zy my in deezer voegen aan:
+
+"Ik weet, myn lieve STEDMAN, welke uwe gevoelens zyn, en dat het
+voor een Officier volmaakt onmogelyk is, zoodanig ontwerp, als
+het uwe, met zyne inkomsten uit te voeren; maar begryp, dat men,
+zelfs in Surinamen, in zyne vrienden eenige deugd kan ontmoeten: uwe
+blakende liefde voor deeze jonge vrouw, die dezelve zoo waardig is,
+en voor uwen zoon, moet, ten spyt van dwaasheid en onverstand, u de
+achting van alle weldenkende lieden doen verwerven. Ik ben over uwe
+handelwyze in deeze zaak dermaten getroffen, dat ik my zelve zoude te
+beschuldigen hebben, indien ik u in de volvoering van zulke loffelyke
+oogmerken niet behulpzaam was; staa my derhalven toe, om in uw geluk,
+en in dat van de deugdzaame JOANNA, en haaren zoon, deel te nemen,
+door u te verzoeken, eene somme van twee duizend guldens, of zelfs eene
+grootere somme, zoo gy die benoodigd hebt, aan te neemen. Zie daar dit
+geld, STEDMAN; ontruk daarmede de onschuld, de deugd, de schoonheid,
+aan de dwinglandye, aan de onderdrukking, en aan de verguizing".
+
+Deeze achtenswaardige vrouw, ziende dat ik haar aankeek, in een staat
+van volmaakte verstomming, en als of ik het vermogen van spreken
+verloren had, vervolgde haar gesprek, met eene aanbiddelyke goedheid:
+
+"Laat uwe kieschheid, myn lieve vriend, zig niet ontrusten, noch
+over deeze zaak bekommeren. Soldaten en zeelieden moeten geene groote
+plichtplegingen maken. Alles wat ik van u vorder, bestaat hier in, dat
+gy van dat alles geen enkel woord spreekt".--Zoo dra ik weder in staat
+was om te spreeken, antwoordde ik haar: "Dat myne geheele verlegenheid
+daar in bestond, op welke gepaste wyze ik aan haar betuigen zoude,
+hoe zeer ik van haare edelmoedige goedheid doordrongen was." Ik
+voegde 'er by: "Dat JOANNA, die my zoo dikwerf het leven had doen
+behouden, zekerlyk myne onöphoudelyke liefde verdiende, maar dat myne
+dankbaarheid niet minder duurzaam zyn zoude omtrent iemand, die my in
+de mogelykheid stelde, om eene jonge vrouw van zulke groote verdiensten
+van de slavernye vry te koopen;" en ik eindigde, met aan deeze Mevrouw
+te kennen te geven; "Dat ik voor het tegenwoordige niet het minste
+gedeelte van die somme zoude aanraken, maar dat ik des anderen daags de
+eer zoude hebben haar wederom te zien;" en oogenblikkelyk vertrok ik.
+
+Ik was zoo dra niet t'huis gekomen, of ik verhaalde JOANNA, het geen
+'er was voorgevallen. Zy smolt dadelyk in traanen weg, en riep uit:
+"Gado sa bresse da woma! God zegene deeze vrouw." Zy hield aan, dat
+ik haar aan Mevrouw GODEFROY verpanden zoude, tot dat de geheele
+somme aan dezelve zoude zyn te rug gegeven. JOANNA verlangde wel
+vuuriglyk, om haaren zoon vry te zien; maar zonder de voorwaarde, door
+haar opgegeven, weigerde zy volstrektelyk de vryheid voor haar zelve
+aan te neemen. Ik zal geen tafereel pogen te schetsen van den stryd,
+dien ik tusschen liefde en plicht moest doorstaan; ik zal my bepaalen
+met te zeggen, dat ik het verlangen van dit beminnelyk schepzel,
+wier gevoelens my meer en meer bekoorden, inwilligde. Ik verklaarde
+derhalven by geschrift, en overëenkomstig haare toestemming, dat
+JOANNA, van dien dag af aan, aan Mevrouw GODEFROY toebehoorde, tot
+dat ik haar de geheele somme, welke zy my geleend had, betaald zoude
+hebben; en des anderen daags bragt ik haar, met toestemming haarer
+nabestaanden [14] by deeze Mevrouw, alwaar zy zig voor haare voeten
+werpende, haar het geschrift ter hand stelde. Maar de onvergelykelyke
+Mevrouw GODEFROY had het zelve zoo dra niet doorloopen, of zy riep uit:
+"Laat dit alzoo geschieden! koom, myne JOANNA, ik neem u, niet voor
+myne slavin, maar tot myn gezelschap. Ik zal voor u eene wooning
+in myne orangerie doen bouwen; myne slaven zullen u aldaar dienen,
+tot dat de Voorzienigheid over my beschikt; dan zult gy u volmaakt
+vry zien, zoo als gy in de daad zyn zult op het oogenblik, dat gy
+uwe vryheid begeert, als welke gy, zoo door uw goed gedrag, als van
+wegen uwe afkomst, [15] ontwyffelbaar verdient." Op deeze voorwaarden
+ontfing ik den 9den het geld, en ik bragt het den zelfden dag in
+myn hoed aan den heer DE GRAAF. Het zelve op zyne tafel hebbende
+nedergelegd, verzogt ik hem eene behoorlyke quitantie; en JOANNA
+was niet meer afhangelyk van de elendige Plantagie Fauconberg,
+maar alleen van de bescherming der eerbiedwaardigste vrouw, die
+in de Hollandsche bezittingen, ja misschien in de geheele weereld,
+gevonden word. Zy bedankte my met eenen oogwenk, welke geen Engel
+zelfs met een bekoorlyker indruk konde toevoegen.
+
+De heer DE GRAAF, het geld hebbende nageteld, zeide my: "Myn lieve
+STEDMAN, van deeze somme komen my, als bestuurder der Plantagie,
+twee honderd guldens. Gedoog, dat ik dezelve niet aanneeme, en alzoo
+in deeze gelukkige gebeurtenis deele. Ik zal my volkomen betaald
+oordeelen door het genoegen, van tot het geluk van twee lieden,
+die zoo veel achting verdienen, te hebben mogen medewerken."
+
+Na deezen belangloozen vriend bedankt, en hem vriendschappelyk de hand
+gedrukt te hebben, bragt ik oogenblikkelyk de twee honderd guldens
+aan Mevrouw GODEFROY te rug, en wy waren allen gelukkig.
+
+De menschlievenheid van deeze vrouw bepaalde zig toen niet tot den
+dienst, dien zy ons deed, want, de deerniswaardige gesteldheid der
+zieken op Maagdenberg vernomen hebbende, zond zy hun ten geschenke
+een vaartuig, beladen met vruchten, groenten, en allerleie zoorten
+van ververschingen.
+
+Den 7den Augustus, schreef ik aan den heer LUDEN, om hem van deeze
+schikking kennis te geven, en hem te bedanken, dat hy van het
+gewichtigste gedeelte van zynen eigendom wel hadde willen afstand
+doen. Myne enklauw op dit oogenblik byna genezen zynde, schreef ik
+ook aan den Colonel, dat ik de eer zoude hebben, my binnen eenige
+dagen by hem te vervoegen. Ik zond deezen brief naar Barbacoeba,
+want hy bevond zig aldaar; steeds, terwyl de onverschrokken Capitain
+STOELEMAN, met eenige Neger-Jagers de bosschen van eenen anderen kant
+doorkruistte: dien zelfden dag had hy vier der oproerige Negers naar
+Paramaribo gezonden. [16]
+
+Den 10den, volmaakt hersteld zynde, en my gereed bevindende om in de
+bosschen te trekken, nam ik afscheid van myne vrienden, en van myn
+klein huisgezin, het welk ik by den heer DELAMARE liet, die 'er my om
+verzogt. Ik vertrok dus wel gemoed in een overdekt vaartuig, om mynen
+vyfden veldtocht te beginnen, en in de hoop van den Colonel FOURGEOUD
+te vergezellen. Hy verëenigde alle zyne kragten, en maakte de noodige
+toebereidzels, om binnen eenige dagen den vyand te gemoet te trekken.
+
+Den 14den, kwam ik te Barbacoeba, aan het bovenste gedeelte van de
+Cottica; de zelfde plaats, waar ik my bevond, toen ik den slang Aboma
+doodde. Ik vond aldaar den Bevelhebber, die my zeer vriendelyk ontfing,
+en gereed stond om des anderen daags te vertrekken. Nooit zag ik de
+soldaten zoo bemoedigd, noch zoo stipt den dienst waarnemende. Zy
+wierden door verschillende beweegredenen aangezet: de één, door het
+vermaak om te vechten; de ander door een geest van wraakzucht tegen
+de muitelingen; zommigen, die de bedaardsten waren, door de hoop van
+deezen oorlog te zien eindigen; anderen eindelyk hadden verdriet in een
+leven, dat door een gestrengen dienst en door ziekten beurtelings wierd
+afgewisseld, en verlangden, om een roemryk einde aan hunne elende te
+maken; want 'er is geen ongelukkiger leven, dan dat van een soldaat
+of matroos, die aan vochtigheid, of aan de hette van eene brandende
+zon, in het midden van eindelooze bosschen, onder den zonne-keerkring
+gelegen, by aanhoudenheid is blootgesteld.
+
+EINDE VAN HET TWEEDE DEEL.
+
+
+
+
+
+BERICHT VOOR DEN BINDER.
+
+XVII. Wachtpost van Vrydenburg, aan de Rivier Maroni.--Mitsgaders
+gezicht van drie Legerplaatsen, aan de Wana-Kreek: te plaatsen tegen
+over [20]
+
+XVIII. Gezicht van de Reede en Stad Paramaribo [40]
+
+XIX. Platte grond der Stad Paramaribo [44]
+
+XX. Eene Slavin, behoorende tot het geslacht der Quarteronnés Slaven
+[54]
+
+XXI. Eene Samboe Slavin, wier lichaam door zweepslagen is van één
+gereeten [88]
+
+XXII. Eene Indiaansche Familie, tot het geslacht der Caraïben
+behoorende [158]
+
+XXIII. Wapenen, Huisraad en Cieradiën der Indianen [206]
+
+XXIV. Gezicht van den Wachtpost de Hoop, en van de Plantagie
+Klarenbeek, beiden aan de Commewyne [212]
+
+XXV. De Aapen, genaamd Coiata, en Saki-Winki [224]
+
+XXVI. Tak van den Roucou- of Arnotta-Boom.--Riviervisch, genaamd
+Dago-Faisy.--En de New-Mara [236]
+
+XXVII. Een Surinaamsch Planter, in zyn morgen-gewaad [282]
+
+XXVIII. De Koolboom; en Palmboom, Mauricy genaamd [302]
+
+XXIX. Post van Maagdenberg, aan de Tempaty-Kreek.--En Post van Calais,
+aan de Cassivica-Kreek [306]
+
+
+
+
+
+
+NOTES
+
+[1] Volgens Mejuffrouw MERIAN en LINNAEUS is STEDMAN in dit verkeerd
+begrip gevallen. De eijeren van de Pipal, uit het lichaam van het
+wyfjen uitkomende, worden door het mannetjen vruchtbaar gemaakt; op
+de zelfde wyze, als die van alle andere kikvorschen of padden. Het
+mannetje duwt ze te gelyker tyd onder zyn buik, en spreidt ze uit
+op den rug van het wyfjen: de eijeren kleeven aan de huid vast,
+en het vruchtbaarmakend vocht van het mannetje, het geen dezelve
+besproeit, doet de bekleedzelen van den rug opzwellen. De eijeren
+intusschen worden dik, de jongen broeien uit, komen uit hunnen dop,
+en een waarnemer, die hen op dit oogenblik ontmoet, zou gelooven,
+dat zy op den rug zelven van hunne moeder zyn voortgebracht.
+
+Aantekening v. d. Franschen Vert.
+
+[2] Men leest in de Beschryving der Dieren van den heer PENNANT,
+dat deeze zelfde ARSCOTT, een Engelschman, zoo verre gekomen is, dat
+hy eene gemeene padde eenigermaten heeft tam gemaakt. Dezelve was van
+eene ongemeene grootte; het was omtrent zes-en-dertig jaaren geleden,
+dat deeze padde zig voor de eerste maal aan den vader van ARSSCOTT
+vertoond had; hy had langen tyd onder een trap gehuisvest. De zorg,
+die men voor zyn onderhoud droeg, maakte hem tot een huisdier,
+zoodanig dat hy alle avonden, wanneer hy licht in huis bemerkte,
+voor den dag kwam, en de oogen opsloeg, als of hy verwagtte, dat men
+hem zoude opvatten, om op de tafel zetten. Aldaar vond hy zyn eeten
+klaar gemaakt; dit bestond uit wormen, van het zoort, zoo als men op
+bedorven vleesch ziet te voorschyn komen: men bewaarde dezelve voor
+hem in zemelen. De pad ging dezelve met aandacht na; en wanneer zig
+één van deeze wormen onder zyn bereik bevond, bespiedde hy dien met
+het oog, en bleef eenige oogenblikken onbeweeglyk; vervolgens wierp hy
+eensklaps zyne tong van verre op den worm, die 'er aan bleef hangen,
+door middel van een lymig vocht, waar mede dezelve aan het einde
+bestreeken was; deeze beweeging van de tong was zoo gezwind, dat
+'er de toekyker geen oog op houden konde.
+
+Het is waarschynlyk, dat deeze padde zeer lang geleefd zoude hebben,
+zoo niet een huis-raaf hem op zekeren tyd by den ingang van zyn hol
+had aangepakt. De pogingen, welke ARSSCOTT deed, om de padde aan
+zynen vyand te ontrukken, konden niet beletten dat deeze hem een
+oog uitpikte; schoon hy naderhand nog een jaar geleefd heeft, wierd
+hy treurig en kwynende. Hy had veel moeite, om zynen buit meester
+te worden, dewyl het verlies van zyn oog hem het vermogen benam,
+om denzelven juist te mikken.
+
+Aanteeken. v. d. Franschen Vert.
+
+[3] Indien men zommige reizigers gelooven mag, maakt de Trompetter
+zig meester van de voorplaats. Des morgens jaagt hy alle de kalkoenen,
+eendvogelen en andere huisdieren naar buiten; en des avonds noodzaakt
+hy dezelve om te rug te komen: hy zelf sluit zig niet op; hy slaapt
+of op het dak van de voorplaats, of op een naby staande boom.
+
+Aant. v. d. Fransschen Vert.
+
+[4] Deeze driehoeken hebben drie punten, zynde lang en met weerhaken,
+gelykende naar kleine dreggen, en die uit een yzeren halsband uitkomen.
+
+Aanteek. v. d. Schryver.
+
+[5] De Lepelaar, of Bécharu, is de Flamant van BRISSON, of de
+Flamant van BELON, en de Phoenicopterus der ouden. Men zegt, dat de
+laatstgemelde naam, afgeleid van den naam, dien de Grieken aan deezen
+vogel gegeven hebben, volgens deszelfs oorsprong beteekend, een vogel
+met vuur-kleurige vlerken, en schildert zeer wel den Phoenicopterus,
+wiens vlerken in de daad van een zeer levendig roode kleur zyn. De
+naam van Bécharu is hem gegeven uit hoofde van de byzondere gedaante
+van zyn bek, die gekromd is als het kromhout van een ploeg.
+
+Deeze vogel is eenig in zyn zoort, en maakt een geslacht op zig
+zelf uit. Men vind die op 't oude vaste Land; en in Europa, op de
+kusten van Spanjen, Italiën, Provence, en Languedoc. De Americaansche
+Indianen maken, van zyne fraaije vederen, halsbanden, mutsen, gordels,
+waar mede zy zig vercieren. Het vleesch van den jongen Phoenicopterus
+wierd door de ouden als eene uitgezochte spyze beschouwd.
+
+[6] Het schynt, dat dezelve de pacobe of bacove van Cayenne is. Men
+noemt de vrucht van den Bananen- en Plantain-boom doorgaans bananen;
+maar wy hebben dezelven, met den Schryver van dit werk, onderscheiden,
+door aan de vrucht van den laatstgemelden, den naam van plantain
+te geven. Dit was noodzakeiyk, want hy verwart ze niet, en spreekt
+dikwils van beiden te gelyk.
+
+Aanteek. v. d. Franschen Vert.
+
+[7] De Schryver van deeze reize verwyst hier den lezer tot de meer
+uitgebreide opgaven, door Dr. BANCROFT aangaande dit vergift gegeven
+in zyne natuurlyke Geschiedenis van Guiana, een werk, weinig of in
+'t geheel niet in Frankryk bekend.
+
+BANCROFT begint met te verhaalen, het geen DE LA CONDAMINE voor hem
+nopens dit vergift gezegd heeft; zie het zelve hier: "De Yamcos zyn
+zeer afgericht op het maken van lange pylkokers, die het gewoonste
+jagt-wapen der Indianen zyn. Zy doen daar in kleine pylen van palmhout
+passen, welke zy, in plaats van met vederen, met een kleine kloen
+catoen voorzien, die de buis naauwkeurig vult. Zy werpen dezelve
+door blaazen dertig of veertig schreden ver, en missen byna nooit te
+raken. Een zoo eenvoudig werktuig vervult by alle deeze volken met zeer
+veel voordeel het gebrek van schietgeweer. Zy doopen de punt van deeze
+kleine pylen, als mede die van hunne bogen, in zulk een scherp vergift,
+dat het zelve, wanneer het versch is, in minder dan één minuut het dier
+doodt, het welk door den pyl gewond is. Schoon wy snaphaanen hadden,
+hebben wy, aan de Rivier, nooit wildt gegeten, het welk op eene andere
+wyze gedood was, en dikwils hebben wy de punt van den pyl onder den
+tand gevonden; daar by is geen gevaar hoe genaamd; dit vergif werkt
+niet, dan wanneer het onder het bloed koomt. Dan is het voor den
+mensch niet minder doodelyk, dan voor andere dieren. Het tegengift
+is het zout, en nog zekerder de suiker"--Op een andere plaats:
+
+"Dit vergift is een uittrekzel, door middel van het vuur gemaakt, uit
+de sappen van onderscheidene planten, en in 't byzonder van zekere
+heestergewassen. Men verzekert, dat het vergift, ticunas genaamd,
+zynde het zelfde, waar mede ik de proef genomen heb, het welk onder
+de verschillende zoorten, die langs de Rivier der Amazonen bekend
+zyn, het meest geacht is, uit meer dan dertig zoorten van kruiden is
+zaamgesteld". (Verkort verhaal van eene reize door de binnen-lánden
+van Zuid-America gedaan.)
+
+"De ticunas (dus vervolgt Dr. BANCROFT) wordt waarschynlyk gemaakt
+van de zelfde kruiden, als de wourara, een vergift, het welk zynen
+naam ontleent van het heestergewas, het welk 'er de grondslag van
+uitmaakt. Het vergift der Accawaus-Indianen, het welk voor het
+geweldigste gehouden wordt, bestaat slechts uit vyfderley kruiden,
+wel verre, dat het uit dertig zoude bestaan, zoo als de heer DE
+LA CONDAMINE van de ticunas opgeeft. Andere volken echter, en in 't
+byzonder de Arrawks, voegen 'er naar goedvinden de tanden en lever van
+een vergiftige slang, als mede roode peper, by; het laatste, om 'er de
+werking van te vermeerderen. De Worrows mengen 'er een grooter getal
+kruiden onder, misschien uit bygeloovigheid, of om dat zy zig door
+onkunde verbeelden, dat zy, meerder dingen onder elkander mengende,
+de verlangde uitwerking des te zekerder bekomen zullen.
+
+"Zie hier het voorschrift van het vergift der Accawaus, het welk
+verscheiden van hunne Peji of Geneeskundigen my op verschillende tyden
+gegeven hebben: allen stemden zy over één met opzigt tot het zoort en
+getal der planten; zy verschilden alleenlyk in de hoeveelheid of gifte.
+
+Men neemt van alle de kruiden, waar uit dit mengzel bestaat, even veel.
+
+Men neemt zes deelen van de schil van den wortel van wourara, twee
+van de schors van warra cobba courra; één van de schil van den wortel
+van concassapi, één van balleti, en eindelyk één van hatchybaly.
+
+Men schraapt alles fyn, doet het in een kruik, en giet 'er water
+op. Men zet deeze kruik op een matig vuur, zoo dat het na verloop
+van een vierde van een uur begint te koken. Dit gedaan zynde, moet
+men het sap met de hand uitdrukken, zorg dragende, dat de huid niet
+ontvelle. Men werpt de bast weg, en doet vervolgens het sap op een
+matig vuur uitdampen, tot op de dikte van pik en teer. Dan neemt men
+het af, en men doopt daar in kleine platte stukken cokarito hout, (een
+zoort van palmhout,) waar aan het vergift, wanneer het koud is, blyft
+hangen, en dan de gedaante heeft van een roodachtig bruine gom. Deeze
+stukken hout dus bestreken zynde, steekt men dezelve in groote holle
+rottingen, aan beide einden met een huid toegemaakt. Wanneer men een
+pyl wil vergiftigen, werpt men één van deeze stukken hout in 't water,
+of men houdt het zelve boven den rook van 't vuur, om door dien damp
+week te worden; in het eerste geval doopt men de pyl in 't water, en in
+'t tweede wryft men die tegen dit stuk hout. De kleinste hoeveelheid
+van dit vergift, door eene wonde in de bloedvaten van een dier gebragt
+zynde, doet het zelve in minder dan één minuut sterven, zonder eene
+blykbaare waare pyn, schoon men zomtyds ligte stuiptrekkingen op het
+oogenblik van den dood bemerkt.
+
+De heer DE LA CONDAMINE zegt, dat de Indianen misdadige vrouwlieden
+tot het bereiden van dit vergift gebruiken, en dat, wanneer zy den
+geest geven, zulks een bewys is, dat het genoeg gekookt heeft: dit
+gelykt zeer naar een verdichtsel. De Indianen, die in den omtrek
+der Volkplanting van Demerary woonen, doen, hun vergift in de vrye
+lucht uitdampen, tot dat het zyne volkomene dikte verkregen heeft,
+en zulks zonder het minste gevaar.
+
+"De kruiden, die tot het zamenstellen van dit vergift der Accawaus
+gebruikt worden, zyn heestergewassen van onderscheiden zoort.
+
+"Ik heb 'er de proef mede genomen op dieren die ziek waren, en weinig
+bloed hadden; ik bevond, dat het een langzaamer uitwerking deed,
+dan op sterke en gezonde dieren.
+
+Men weet geen zeker tegengift tegen dit vergift. Ik twyffel, of
+eenig geneesmiddel, langs den weg, tot de spysverteering geschikt,
+ingenomen, schielyk genoeg kan werken, om deszelfs verschrikkelyke
+gevolgen voor te komen. Om de uitwerking van de ticunas tegen te gaan,
+geeft DE LA CONDAMINE het zout, en als een zekerder middel de suiker
+op. De blanke inwooners van Demerary schryven dezelfde kragt aan het
+sap van het suikerriet toe, maar de Indianen zyn het daar mede niet
+eens, en ik heb geene enkele keer het bewys van deszelfs kragtdadige
+werking kunnen ontdekken. De zelfde reiziger spreekt van eene proeve,
+te Caijenne in tegenwoordigheid van den Bevelhebber genomen, aan
+een hoen, door eene vergiftigde pyl gewond, het welk men suiker deed
+inneemen, zonder eenig blyk van ongesteldheid te geven. Maar deeze
+proef te Leiden, in tegenwoordigheid van verscheiden Hoogleeraars
+in de Geneeskunde aldaar, hernieuwd zynde, was zonder het verlangd
+gevolg, schoon de koude van den winter ontwyffelbaar de werking van
+het vergift verzwakt had.
+
+Wanneer één der watervaten door één van deeze vergiftigde pylen
+gekwetst is, volgt 'er eene koortsachtige ontsteeking op. Ik heb
+'er een voorbeeld van gezien in een Indiaan, tot zekere Plantagie
+behoorende, die zig den voorsten vinger van de linke hand met
+één van deeze pylen ligtelyk ontveld had. Dewyl 'er geen bloed
+uit liep, vreesde hy niets; maar wel dra wierd zyne wonde pynlyk,
+zyne hand zwelde verbaazend op, en dienvolgende kwam deeze man my
+raadplegen. De uitwerking van dit vergift toen niet kennende, deed
+ik een Peji uit den stam der Arrawks roepen, die in de nabyheid was,
+en vroeg hem door een tolk, of hy eenig geneesmiddel tegen dit toeval
+had. Hy antwoordde my van neen; maar hy verzekerde my, dat de Indiaan
+'er niet van sterven zoude, dewyl 'er geen bloed uit de ontvelling,
+die naauwlyks zigtbaar was, geloopen had. De uitwerkzels van het
+vergift wierden intusschen steeds geweldiger; en niet alleen zyne
+hand, maar zelfs de geheele arm was ontstoken. De pols was hard,
+schielyk, afgebroken; de ademhaling moeielyk, met eene koortsige
+hette, een brandende dorst, en de oxel-klieren waren gezwollen. De
+zieke wierd in tyds adergelaten. Men wond hem den arm in linnen,
+het welk in oly en azyn was nat gemaakt. Verscheide middelen, de
+ontsteeking tegengaande, wierden inwendig toegediend; maar ik zal
+ze niet opnoemen, want ik weet niet, of zy van eenig nut waren. In
+twaalf uuren verminderde het geweld der toevallen zichtbaar; en des
+anderen daags morgens was 'er geen blyk meer van overig.
+
+"Ik zal 'er byvoegen, als eene andere uitwerking van dit vergift,
+dat wanneer een aap door eene vergiftigde pyl gewond is, hy op den
+grond valt; wanneer hy door eene gewoone pyl geraakt is, klimt hy op
+den top van den boom, en blyft aldaar; zelfs na dat hy reeds dood is".
+
+De proeven van Dr. BANCROFT omtrent het door hem vermelde vergift,
+dezelfde zynde, als die van FONTANA aangaande de ticunas, zullen wy
+het besluit van deezen Natuur-kenner des aangaande opgeven.
+
+Van de ticunas, of het Americaansch vergift.
+
+"De reuk van dit vergift, wanneer het droog is, is geheel onschadelyk;
+en zoodanig zyn ook deszelfs deeltjens, die door de lucht in den mond
+of in de neus, en vervolgens in de long komen.
+
+"De uitwaassemende dampen van het Americaansch vergift, (het zy men
+het op gloeiende kooien geworpen heeft, het zy men het in een pot
+heeft laten koken,) zyn onschadelyk, het zy men ze ruikt, het zy men
+ze inademt.
+
+"Schoon het vergift, waar van ik my bediende, door ouderdom veel
+verloren had, had het egter zyne wezentlyke eigenschap behouden, om
+in zeer korten tyd, en in zeer kleine giften, zeer sterke dieren te
+dooden; en het was altyd zonder gunstig gevolg, wanneer ik deszelfs
+werking tragte te beletten door suiker en zout, welke ondertusschen
+de twee eigenäartige geneesmiddelen zyn van den heer DE LA CONDAMINE,
+die daar in het begrip der lieden van dit Land gevolgd heeft.
+
+"Dit vergift ontbindt zig gemakkelyk en zeer goed in water, zelfs
+in koud water, als mede in zuuren uit het ryk der mineraalen en
+planten. Echter ontbindt het zig veel langzaamer in vitriool-oly,
+dan in andere zuuren, en het wordt 'er zoo zwart in als inkt: het
+welk met geene der andere zuuren gebeurt.
+
+"Het maakt geene opbruisching, nog met zuuren, nog met loogzouten,
+en doet de melk niet schiften, geevende daar aan alleenlyk deszelfs
+natuurlyke kleur.
+
+"Het verandert het radys-sap niet, nog in eene roode, nog in in eene
+groene kleur; en wanneer men het door het vergrootglas onderzoekt,
+ziet men 'er niets regelmatigs en zoutachtigs in; maar het schynt
+grootendeels uit zeer kleine onregelmatige rondachtige lichaampjes
+zaamgesteld, even als sappen van planten. Het droogt zonder barsten,
+verschillende daar in van het slangen-vergift: en op de tong gelegd
+zynde heeft het eene zeer bittere smaak.
+
+"Uit allen deezen besluit ik, dat het noch zuur, noch loogzoutig is,
+en dat het niet bestaat uit zouten, die zigtbaar zyn, zelfs door
+middel van het vergrootglas.
+
+"Het Americaansch vergift is geen vergift, wanneer men het op de
+oogen legt, zelfs na dat het in water ontbonden is; en het doet op
+deeze deelen geene werking.
+
+"De heer DE LA CONDAMINE, en alle Americaanen gelooven, dat dit
+vergift, inwendig genomen, geheel onschadelyk is.
+
+"Volgens verscheide waarneemingen, genomen aan dieren, die 'er van
+gestorven zyn, besluit ik als eene waarheid, dat het Americaansch
+vergift, inwendig genomen, een vergift is, maar dat 'er eene wezentlyke
+hoeveelheid verëischt word, om zelfs een klein dier te dooden.
+
+"Andere, naderhand genomene proeven, zoo aan vogelen, als aan
+viervoetige dieren, hebben my doen befluiten, dat het Americaansch
+vergift, op de huid gelegd zynde, schoon dezelve naauwlyks door eene
+krabbing ontveld is, den dood kan veroorzaaken, hoe wel niet altyd,
+en in alle omstandigheden. De grootste dieren wederstaan de werking
+van dit vergift het gemakkelykst, en wanneer zelfs de zwakste dieren
+'er niet van sterven, bevinden zy zig in korten tyd zoo gezond als
+te vooren.
+
+"Men behoeft omtrent een honderdste gedeelte van een grein van dit
+vergift, om een klein dier te dooden, en het is noodig, dat dit vergift
+ontbonden zy, om den dood te veroorzaken, of tot eenige verwarring
+van aanbelang in de dierlyke huishouding gelegenheid te geven.
+
+"Wanneer 'er weinig bloedvaten in het aangetast deel zyn, word het
+kwaad niet medegedeeld, of is ten minsten niet doodelyk.
+
+"De pylen zyn veel gevaarlyker en doodelyker, dan het vergift, het welk
+in water ontbonden is, en eenvoudiglyk op het gewonde deel gelegd word.
+
+"Het vergift der pylen is krachtiger, indien men ze vooraf
+in warm water doopt; en dan werken zy met meer zekerheid en
+gezwindheid. Deszelfs werkzaamheid is nog veel grooter, indien men
+de pylen doopt in het vergift, het welk in water tot de dikte van
+een drank gekookt is.
+
+"Het Americaansch vergift verliest zyne doodelyke hoedanigheden,
+wanneer het in de drie zuuren uit het mineraalen-ryk ontbonden word;
+maar in rhum en azyn ontbonden zynde, behoudt het dezelve.
+
+"Het schynt derhalven, dat de zuuren uit het mineralen-ryk aan het
+Americaansch vergift deszelfs schadelyke hoedanigheden ontnemen: ik
+zeg eenvoudig, dat dit zoo schynt, om dat men nog zoude kunnen denken,
+dat 'er een weinig zuur met het vergift vereenigd blyft, schoon men
+het heeft uitgedampt, en dat dit zuur op de vaten van de huid zyne
+werking doet. Het verschroeit dezelve, en byt ze eenigermaten weg.
+
+"Schoon de zuuren de werking van het vergift beletten, schynt het,
+dat zy een nutteloos en gevaarlyk middel zyn, indien men ze op de
+vergiftigde spieren van het dier legt.
+
+"'Er is een bepaalde tyd noodig, op dat het Americaansch vergift
+aan het dier worde medegedeeld. Deeze tyd is veel aanmerkelyker,
+dan die 'er tot de mededeeling van het vergift der slangen verëischt
+word. Deszelfs uitwerkingen op de dieren zyn veel onbepaalder en
+meer verschillende. Beiden kan men geneezen door het afzetten der
+deelen, wanneer zulks zonder doods-gevaar geschieden kan, en mits
+deeze afzetting in tyds geschiede.
+
+"Het vergift, in het bloed gekomen zynde, doodt oogenblikkelyk: waar
+uit ontwyffelbaar blykt, dat, wanneer het uitwendig op een gewond
+deel van een levend dier gelegd word, het zelve groote wanorden in
+de dierlyke huishouding kan en moet veroorzaken, of zelfs den dood
+aanbrengen.
+
+"Het vergiftigt de zenuwen niet; en is een onschadelyk sap, op welke
+wyze het dezelve ook aanraakt. Maar het is doodelyk, zelfs in de
+kleinste gift, indien men het door den strot-ader in het bloed brengt,
+even als het vergift der slangen doet. De geheele werking van dit
+vergift is dus op het bloed.
+
+"De dood, die onmiddelyk volgt, zoo dra het vergift in 't bloed gekomen
+is, zoude kunnen doen denken, dat 'er in het bloed een werkzaamer,
+fyner, vlugger beginzel is, het welk aan het beste gezicht, en
+zelfs aan het vergrootglas ontsnapt. Dit beginzel zoude, in die
+veronderstelling, voor het leven noodzakelyk schynen; en op dit
+beginzel zelfs schynt het vergift onmiddelyk deszelfs werking te doen.
+
+"Voor het nemen myner proeven, zoude niemand getwyffeld hebben, of het
+Americaansch vergift deedt zyne werking onmiddelyk op de zenuwen. Alle
+uiterlyke teekenen kondigden dit mede aan. Deeze teekenen gaan dus
+niet zeker; en de Geneeskundigen beschouwen dezelve ten onrecht als
+een bewys, dat de ziekte eene zuivere zenuw-ziekte is" (FONTANA,
+Memoire sur le poison Americain, appellé ticunas. Tom. II. pag. 83.)
+
+Aanteek. v. d. Franschen Vert.
+
+[8] Men vindt in het Kabinet van oudheden, in de Nationale Boekereije,
+eene merkwaardige reeks van kleederen en huisraad, door Asiätische,
+Africaansche, en Americaansche volken gebruikt wordende. Deeze
+dingen zyn, by gebrek aan plaats, onder de Grieksche en Romeinsche
+gedenkstukken ongelukkiglyk verward geraakt; maar men moet de
+Opzichters van dit Kabinet deswegens niet beschuldigen, daar zy liever
+verkozen hebben de voorwerpen op één te stapelen, dan ze verborgen
+te houden. Hun oogmerk, met die dingen in hun Kabinet te verzamelen,
+is, om na de gedenkstukken, die tot de geschiedenis der oude volken
+betrekking hebben, als daar zyn de Egyptenaaren, de Grieken, en de
+Romeinen, tevens aan de nieuwsgierigheid aan te bieden die geene,
+welke tot de geschiedenis der volken in afgelegene Gewesten behoord
+hebben, als de Chineezen, de Japoneezen, de bewooners van de Kust
+van Guinee, van de Landen in de Zuid-zee, van Peru, van Mexico,
+enz. Het was te wenschen, dat men de zaal afmaakte, die voor deeze
+gedenkstukken in de Nationaale Boekereije bestemd is, en dat men,
+overëenkomstig het verlangen der Opzichters, de even vermelde zaaken
+op ééne plaats by elkander voegde. Alles wat op deeze plaat vertoond
+word, is in het Kabinet der Boekereije te zien. Men ziet 'er bovendien
+een hut der wilden, waar in alle deeze werktuigen in 't klein met
+eene groote juistheid zyn nagemaakt, even als het verkleind model van
+onderscheidene gewerkte stoffen, het welk de gewezen Hertog van Orleans
+had laten maken, om in de bewaarplaats der konsten gezet te worden.
+
+Aanteek. v. d. Franschen Vert.
+
+[9] Zie hier het geen Dr. BANCROFT van deezen aap zegt: "De quato
+(of coïata) is groot, en geheel met lange zwarte hairen bedekt,
+uitgenomen het aangezicht, het welk kaal en gerimpeld is. Zyne ooren
+zyn breed, en hebben de gedaante van menschen-ooren, Zyne oogen zyn
+zeer ingedoken, en zyn neus gelykt naar die van een Neger; maar is
+veel kleiner. Zyn lichaam heeft by de twee voeten lengte, en agttien
+duimen in den omtrek, aan de borst gerekend. Deeze Aap heeft geen
+baard, en ook geen staart. De dieren van dit zoort worden gemakkelyk
+zeer gemeenzaam. Zy betoonen in alle hunne daden veel behendigheid,
+en een zoort van list, waardoor zy opmerkelyk worden. Wanneer men
+hun de voorpooten of handen agter op den rug bindt, loopen zy met
+het lichaam over einde, en op hunne agterpooten, geheele dagen lang,
+en met zoo veel gemakkelykheid, als of zy in hunnen natuurlyken
+stand waren. Indien men een quato slaat, klautert hy dadelyk op een
+limoen-, of orange-boom. Indien men hem aldaar wil vervolgen, werpt
+hy de limoenen of oranje-appelen op het hoofd van den aanvaller;
+hy tracht hem zelfs af te weeren, door hem zyne vuiligheid toe te
+werpen; en hy trekt te gelyker tyd allerleije wonderbaarlyke gezichten;
+hy maakt duizend kromme sprongen, die aan de toekykers een oneindig
+vermaak verschaffen. De mannetjes zyn zeer wellustig, en men betrapt
+hen meenigmaal op zaad-verspillingen". (Natural History of Guiana,
+pag. 131.)
+
+Aanteek. v.d. Franschen Vert.
+
+[10] Het is zeer waarschynlyk, dat ULLOA dit heeft overgenomen uit
+de Geschiedenis der West-Indiën van ACOSTA. Deezen doet men zeggen
+in eene vertaaling, in 't jaar 1604 gedrukt.
+
+"Deeze aapen springen, waar zy willen; en om den sprong te doen,
+draaien zy de staart rondom een tak. Wanneer zy lust hebben, om verder
+te springen, dan zy in eens doen kunnen, gebruiken zy een vernuftig
+middel, daar in bestaande, dat zy zig met de staart aan malkander
+vast binden. Op die wyze maken zy een zoort van keten, en springen
+op een grooten afstand."
+
+ACOSTA zegt, dat hy zelf geen getuige van dit gebeurde geweest is,
+maar hy staat in voor de waarheid van het volgende. Zie hier zyne
+woorden: "Ik heb aan 't huis van den Gouverneur van Carthagena
+een aap gezien, die zoo wel geleerd was, dat hy dingen deed, die
+ongelooflyk schynen. Men zond hem om wyn te haalen naar de herberg,
+doende hem de pot in de eene, en het geld in de andere poot nemen;
+en het was onmogelyk het geld van hem te krygen, eer men hem aan
+den wyn geholpen had. Indien hem op straat kinderen ontmoetten,
+en steenen naar hem wierpen, zette hy zyn pot op den grond neder,
+gooide de kinderen de steenen weder toe, tot dat zy den weg vry hadden
+gelaten; en dan keerde hy met zyn pot naar huis. Maar het sterkst van
+allen is, dat schoon hy veel van wyn hield, hy nooit den wyn aanraakte,
+dien hy t'huis bragt, zoo lang men 'er hem geen verlof toe gaf."
+
+Aanteek. v.d. Schryver.
+
+[11] Onze Reiziger zegt, dat de Franschen deezen boom Latanus-boom
+noemen: men weet, dat 'er twee van dien naam zyn. Hy heeft den
+eersten, die tot het geslacht der Palmboomen behoort, in het
+I. Deel, X. Hooftst. bladz. 308. beschreven. De beschryving van
+zynen Mauricy past op den tweeden niet. Verscheiden Natuurkenners,
+welken ik geraadpleegd heb, hebben hem geenen naam, die aan zyn zoort
+byzonder eigen was, kunnen geven; ik heb dus gemeend, zoo hier als op
+de Plaat, die hem vertoont, den naam te moeten behouden, welken hy in
+het oorsprongelyke heeft. Dr. BANCROFT spreekt, in zyne Natuurlyke
+Geschiedenis van Guiana, van den Mauricy niet; misschien is hy niet
+in de gelegenheid geweest denzelven te zien.
+
+Aanteek. v. d. Franschen Vert.
+
+[12] 'Er wordt hier waarschynlyk gedoeld op de amandel, welke
+men aard-pistache of aard-appel noemt, waar van de bloemen, uit
+welken zy voortkomen, naar den grond buigen, tot dat zy denzelven
+raaken. Wanneer de bloem heeft uitgebloeit, gaat de noot in den grond,
+werkt zig aldaar hoe langer hoe dieper in, en wordt een bultachtige,
+asch-kleurige, ronde en bogtige bol, van de grootte van een vinger,
+doorweven met draden, uit den wortel voortkomende. Deeze bol, die
+onder den grond ryp wordt, bevat twee of drie ronde roodachtige pitten,
+van de grootte van onze hazelnoten, en van denzelfden smaak.
+
+Aanteek. v. d. Franschen Vert.
+
+[13] Zie hier, het geen Mejuffrouw DE MERIAN ten deezen opzigte zegt:
+
+"De roode, blaauwe en witte druif groeit weelig in het Surinaamsch
+Gewest; een wynstok, gesneden en in den grond gestoken zynde,
+brengt zes maanden daar na rype druiven voort; zoo dat men alle
+maanden plantende, het geheele jaar door druiven hebben kan. Het
+is te betreuren, dat 'er in dit Land geene lieden gevonden worden,
+die zig op het aankweeken van deeze plant toeleggen; want wel verre,
+dat het noodig zoude zyn, om wyn naar Surinamen te voeren, zoude
+deeze Volkplanting dien zelfs aan Holland kunnen leveren, dewyl men
+verscheiden malen 's jaars zoude kunnen oogsten". Men vindt, in de
+verzameling der afbeeldingen van deeze Juffrouw, een Surinaamschen
+druiven-tros. Iets verder spreekt zy ook van kerssen; maar zy zegt,
+dat ze niet goed zyn: misschien had men in haaren tyd pogingen gedaan,
+om verscheiden van deeze vruchten in de Volkplanting van Surinamen
+aan te kweeken, en het welk niet gelukt zynde, STEDMAN dezelve niet
+zal hebben kunnen vinden.
+
+Aanteek. v. d. Franschen Vert.
+
+[14] Men kan een slaaf van goed gedrag, in Surinamen, niet afzonderlyk
+verkoopen, zonder de toestemming van zynen vader, moeder, broeders
+en zusters.
+
+Aantek. v. d. Schryver.
+
+[15] Ik heb gezegd, dat JOANNA de dogter was van een fatsoenlyken
+Hollander, en dat het geslacht van haare moeder onder de aanzienlyksten
+op de Africaansche kust was.
+
+Aantek. v. d. Schrijver.
+
+[16] De Neger-Jagers hadden de gewoonte, om elken muiteling,
+dien zy doodden, de rechte hand af te kappen, en dan ontfingen zy
+vyf-en-twintig gulden. Men gaf hun vyftig gulden, wanneer zy 'er één
+levendig vongen, en duizend gulden voor het ontdekken van een gehucht
+of bezitting.
+
+Aanteek. v. d. Schryver.
+
+
+
+
+
+End of the Project Gutenberg EBook of Reize naar Surinamen, en door de
+binnenste gedeelten van Guiana (deel 2), by John Gabriel Stedman
+
+*** END OF THE PROJECT GUTENBERG EBOOK REIZE NAAR SURINAMEN, V2 ***
+
+This file should be named 8rns210.txt or 8rns210.zip
+Corrected EDITIONS of our eBooks get a new NUMBER, 8rns211.txt
+VERSIONS based on separate sources get new LETTER, 8rns210a.txt
+
+Produced by Jeroen Hellingman
+with help of the distributed proofreaders team.
+
+Project Gutenberg eBooks are often created from several printed
+editions, all of which are confirmed as Public Domain in the US
+unless a copyright notice is included. Thus, we usually do not
+keep eBooks in compliance with any particular paper edition.
+
+We are now trying to release all our eBooks one year in advance
+of the official release dates, leaving time for better editing.
+Please be encouraged to tell us about any error or corrections,
+even years after the official publication date.
+
+Please note neither this listing nor its contents are final til
+midnight of the last day of the month of any such announcement.
+The official release date of all Project Gutenberg eBooks is at
+Midnight, Central Time, of the last day of the stated month. A
+preliminary version may often be posted for suggestion, comment
+and editing by those who wish to do so.
+
+Most people start at our Web sites at:
+http://gutenberg.net or
+http://promo.net/pg
+
+These Web sites include award-winning information about Project
+Gutenberg, including how to donate, how to help produce our new
+eBooks, and how to subscribe to our email newsletter (free!).
+
+
+Those of you who want to download any eBook before announcement
+can get to them as follows, and just download by date. This is
+also a good way to get them instantly upon announcement, as the
+indexes our cataloguers produce obviously take a while after an
+announcement goes out in the Project Gutenberg Newsletter.
+
+http://www.ibiblio.org/gutenberg/etext03 or
+ftp://ftp.ibiblio.org/pub/docs/books/gutenberg/etext03
+
+Or /etext02, 01, 00, 99, 98, 97, 96, 95, 94, 93, 92, 92, 91 or 90
+
+Just search by the first five letters of the filename you want,
+as it appears in our Newsletters.
+
+
+Information about Project Gutenberg (one page)
+
+We produce about two million dollars for each hour we work. The
+time it takes us, a rather conservative estimate, is fifty hours
+to get any eBook selected, entered, proofread, edited, copyright
+searched and analyzed, the copyright letters written, etc. Our
+projected audience is one hundred million readers. If the value
+per text is nominally estimated at one dollar then we produce $2
+million dollars per hour in 2002 as we release over 100 new text
+files per month: 1240 more eBooks in 2001 for a total of 4000+
+We are already on our way to trying for 2000 more eBooks in 2002
+If they reach just 1-2% of the world's population then the total
+will reach over half a trillion eBooks given away by year's end.
+
+The Goal of Project Gutenberg is to Give Away 1 Trillion eBooks!
+This is ten thousand titles each to one hundred million readers,
+which is only about 4% of the present number of computer users.
+
+Here is the briefest record of our progress (* means estimated):
+
+eBooks Year Month
+
+ 1 1971 July
+ 10 1991 January
+ 100 1994 January
+ 1000 1997 August
+ 1500 1998 October
+ 2000 1999 December
+ 2500 2000 December
+ 3000 2001 November
+ 4000 2001 October/November
+ 6000 2002 December*
+ 9000 2003 November*
+10000 2004 January*
+
+
+The Project Gutenberg Literary Archive Foundation has been created
+to secure a future for Project Gutenberg into the next millennium.
+
+We need your donations more than ever!
+
+As of February, 2002, contributions are being solicited from people
+and organizations in: Alabama, Alaska, Arkansas, Connecticut,
+Delaware, District of Columbia, Florida, Georgia, Hawaii, Illinois,
+Indiana, Iowa, Kansas, Kentucky, Louisiana, Maine, Massachusetts,
+Michigan, Mississippi, Missouri, Montana, Nebraska, Nevada, New
+Hampshire, New Jersey, New Mexico, New York, North Carolina, Ohio,
+Oklahoma, Oregon, Pennsylvania, Rhode Island, South Carolina, South
+Dakota, Tennessee, Texas, Utah, Vermont, Virginia, Washington, West
+Virginia, Wisconsin, and Wyoming.
+
+We have filed in all 50 states now, but these are the only ones
+that have responded.
+
+As the requirements for other states are met, additions to this list
+will be made and fund raising will begin in the additional states.
+Please feel free to ask to check the status of your state.
+
+In answer to various questions we have received on this:
+
+We are constantly working on finishing the paperwork to legally
+request donations in all 50 states. If your state is not listed and
+you would like to know if we have added it since the list you have,
+just ask.
+
+While we cannot solicit donations from people in states where we are
+not yet registered, we know of no prohibition against accepting
+donations from donors in these states who approach us with an offer to
+donate.
+
+International donations are accepted, but we don't know ANYTHING about
+how to make them tax-deductible, or even if they CAN be made
+deductible, and don't have the staff to handle it even if there are
+ways.
+
+Donations by check or money order may be sent to:
+
+Project Gutenberg Literary Archive Foundation
+PMB 113
+1739 University Ave.
+Oxford, MS 38655-4109
+
+Contact us if you want to arrange for a wire transfer or payment
+method other than by check or money order.
+
+The Project Gutenberg Literary Archive Foundation has been approved by
+the US Internal Revenue Service as a 501(c)(3) organization with EIN
+[Employee Identification Number] 64-622154. Donations are
+tax-deductible to the maximum extent permitted by law. As fund-raising
+requirements for other states are met, additions to this list will be
+made and fund-raising will begin in the additional states.
+
+We need your donations more than ever!
+
+You can get up to date donation information online at:
+
+http://www.gutenberg.net/donation.html
+
+
+***
+
+If you can't reach Project Gutenberg,
+you can always email directly to:
+
+Michael S. Hart <hart@pobox.com>
+
+Prof. Hart will answer or forward your message.
+
+We would prefer to send you information by email.
+
+
+**The Legal Small Print**
+
+
+(Three Pages)
+
+***START**THE SMALL PRINT!**FOR PUBLIC DOMAIN EBOOKS**START***
+Why is this "Small Print!" statement here? You know: lawyers.
+They tell us you might sue us if there is something wrong with
+your copy of this eBook, even if you got it for free from
+someone other than us, and even if what's wrong is not our
+fault. So, among other things, this "Small Print!" statement
+disclaims most of our liability to you. It also tells you how
+you may distribute copies of this eBook if you want to.
+
+*BEFORE!* YOU USE OR READ THIS EBOOK
+By using or reading any part of this PROJECT GUTENBERG-tm
+eBook, you indicate that you understand, agree to and accept
+this "Small Print!" statement. If you do not, you can receive
+a refund of the money (if any) you paid for this eBook by
+sending a request within 30 days of receiving it to the person
+you got it from. If you received this eBook on a physical
+medium (such as a disk), you must return it with your request.
+
+ABOUT PROJECT GUTENBERG-TM EBOOKS
+This PROJECT GUTENBERG-tm eBook, like most PROJECT GUTENBERG-tm eBooks,
+is a "public domain" work distributed by Professor Michael S. Hart
+through the Project Gutenberg Association (the "Project").
+Among other things, this means that no one owns a United States copyright
+on or for this work, so the Project (and you!) can copy and
+distribute it in the United States without permission and
+without paying copyright royalties. Special rules, set forth
+below, apply if you wish to copy and distribute this eBook
+under the "PROJECT GUTENBERG" trademark.
+
+Please do not use the "PROJECT GUTENBERG" trademark to market
+any commercial products without permission.
+
+To create these eBooks, the Project expends considerable
+efforts to identify, transcribe and proofread public domain
+works. Despite these efforts, the Project's eBooks and any
+medium they may be on may contain "Defects". Among other
+things, Defects may take the form of incomplete, inaccurate or
+corrupt data, transcription errors, a copyright or other
+intellectual property infringement, a defective or damaged
+disk or other eBook medium, a computer virus, or computer
+codes that damage or cannot be read by your equipment.
+
+LIMITED WARRANTY; DISCLAIMER OF DAMAGES
+But for the "Right of Replacement or Refund" described below,
+[1] Michael Hart and the Foundation (and any other party you may
+receive this eBook from as a PROJECT GUTENBERG-tm eBook) disclaims
+all liability to you for damages, costs and expenses, including
+legal fees, and [2] YOU HAVE NO REMEDIES FOR NEGLIGENCE OR
+UNDER STRICT LIABILITY, OR FOR BREACH OF WARRANTY OR CONTRACT,
+INCLUDING BUT NOT LIMITED TO INDIRECT, CONSEQUENTIAL, PUNITIVE
+OR INCIDENTAL DAMAGES, EVEN IF YOU GIVE NOTICE OF THE
+POSSIBILITY OF SUCH DAMAGES.
+
+If you discover a Defect in this eBook within 90 days of
+receiving it, you can receive a refund of the money (if any)
+you paid for it by sending an explanatory note within that
+time to the person you received it from. If you received it
+on a physical medium, you must return it with your note, and
+such person may choose to alternatively give you a replacement
+copy. If you received it electronically, such person may
+choose to alternatively give you a second opportunity to
+receive it electronically.
+
+THIS EBOOK IS OTHERWISE PROVIDED TO YOU "AS-IS". NO OTHER
+WARRANTIES OF ANY KIND, EXPRESS OR IMPLIED, ARE MADE TO YOU AS
+TO THE EBOOK OR ANY MEDIUM IT MAY BE ON, INCLUDING BUT NOT
+LIMITED TO WARRANTIES OF MERCHANTABILITY OR FITNESS FOR A
+PARTICULAR PURPOSE.
+
+Some states do not allow disclaimers of implied warranties or
+the exclusion or limitation of consequential damages, so the
+above disclaimers and exclusions may not apply to you, and you
+may have other legal rights.
+
+INDEMNITY
+You will indemnify and hold Michael Hart, the Foundation,
+and its trustees and agents, and any volunteers associated
+with the production and distribution of Project Gutenberg-tm
+texts harmless, from all liability, cost and expense, including
+legal fees, that arise directly or indirectly from any of the
+following that you do or cause: [1] distribution of this eBook,
+[2] alteration, modification, or addition to the eBook,
+or [3] any Defect.
+
+DISTRIBUTION UNDER "PROJECT GUTENBERG-tm"
+You may distribute copies of this eBook electronically, or by
+disk, book or any other medium if you either delete this
+"Small Print!" and all other references to Project Gutenberg,
+or:
+
+[1] Only give exact copies of it. Among other things, this
+ requires that you do not remove, alter or modify the
+ eBook or this "small print!" statement. You may however,
+ if you wish, distribute this eBook in machine readable
+ binary, compressed, mark-up, or proprietary form,
+ including any form resulting from conversion by word
+ processing or hypertext software, but only so long as
+ *EITHER*:
+
+ [*] The eBook, when displayed, is clearly readable, and
+ does *not* contain characters other than those
+ intended by the author of the work, although tilde
+ (~), asterisk (*) and underline (_) characters may
+ be used to convey punctuation intended by the
+ author, and additional characters may be used to
+ indicate hypertext links; OR
+
+ [*] The eBook may be readily converted by the reader at
+ no expense into plain ASCII, EBCDIC or equivalent
+ form by the program that displays the eBook (as is
+ the case, for instance, with most word processors);
+ OR
+
+ [*] You provide, or agree to also provide on request at
+ no additional cost, fee or expense, a copy of the
+ eBook in its original plain ASCII form (or in EBCDIC
+ or other equivalent proprietary form).
+
+[2] Honor the eBook refund and replacement provisions of this
+ "Small Print!" statement.
+
+[3] Pay a trademark license fee to the Foundation of 20% of the
+ gross profits you derive calculated using the method you
+ already use to calculate your applicable taxes. If you
+ don't derive profits, no royalty is due. Royalties are
+ payable to "Project Gutenberg Literary Archive Foundation"
+ the 60 days following each date you prepare (or were
+ legally required to prepare) your annual (or equivalent
+ periodic) tax return. Please contact us beforehand to
+ let us know your plans and to work out the details.
+
+WHAT IF YOU *WANT* TO SEND MONEY EVEN IF YOU DON'T HAVE TO?
+Project Gutenberg is dedicated to increasing the number of
+public domain and licensed works that can be freely distributed
+in machine readable form.
+
+The Project gratefully accepts contributions of money, time,
+public domain materials, or royalty free copyright licenses.
+Money should be paid to the:
+"Project Gutenberg Literary Archive Foundation."
+
+If you are interested in contributing scanning equipment or
+software or other items, please contact Michael Hart at:
+hart@pobox.com
+
+[Portions of this eBook's header and trailer may be reprinted only
+when distributed free of all fees. Copyright (C) 2001, 2002 by
+Michael S. Hart. Project Gutenberg is a TradeMark and may not be
+used in any sales of Project Gutenberg eBooks or other materials be
+they hardware or software or any other related product without
+express permission.]
+
+*END THE SMALL PRINT! FOR PUBLIC DOMAIN EBOOKS*Ver.02/11/02*END*
+
diff --git a/old/8rns210.zip b/old/8rns210.zip
new file mode 100644
index 0000000..965cf33
--- /dev/null
+++ b/old/8rns210.zip
Binary files differ